SlideShare a Scribd company logo
1 of 24
Download to read offline
KOMT HET ‘NIEUWE NEDERLAND’ UIT
HAAR COMFORTZONE?
TOEGEPAST OP UBER EN VANDEBRON
LAURA UYTERLINDE EN ROMY MANS
GERRIT RIETVELD COLLEGE
Profielwerkstuk 2015
'Elk probleem heeft zijn eigen oplossing, je moet alleen creatief genoeg zijn om
deze te bedenken'. - Travis Kalanick
1
Inhoudsopgave
1. Inleiding……………………………………………………………………………….
2. Wat is innovatie? ………………………….………………………….……………..
2.1 Wat is het begrip innovatie? ………………………….………………….
2.2 Hoe ontstaat innovatie? ………………………….……………………….
2.3 Wat zijn de gevolgen van innovatie? ………………………….………...
2.4 Wanneer is innovatie destructief? ………………………….……………
3. Hoe speelt innovatie een rol in verschillende groepen van onze
samenleving? ……………….……………………………….…………………
3.1 Hoe speelt innovatie een rol bij wet- en regelgeving? ………………...
3.2 Hoe speelt innovatie een rol in de maatschappij? ……………………..
3.3 Hoe speelt innovatie een rol bij bedrijven? ………………………….….
3.4 Hoe speelt innovatie een rol met betrekking tot het buitenland?.........
4. Hoe inflexibel is onze samenleving ten overstaande van innovatie?................
4.1 Hoe inflexibel is onze wet- en regelgeving ten overstaande van
innovatie?……………………….……………………………….……………...
4.2 Hoe inflexibel is onze maatschappij ten overstaande van innovatie?..
5. Hoe zit het destructieve innovatie dilemma in elkaar? ………………………….
5.1 Hoe zit het destructieve innovatie dilemma in elkaar toegepast op
Uber?………………….……………………………….………………………..
5.2 Hoe zit het destructieve innovatie dilemma in elkaar toegepast op
Vandebron? ..……………….……………………………….…………………
6. Discussie………………………….……………………………….……..…………..
7. Summary………………………….……………………………….….………………
8. Bronnenlijst………………………….……………………………….……………….
9. Werkwijze………………………….……………………………….…………………
…………..1
…………..2
…………..2
…………..3
…………..3
…………..4
…………..5
…………..5
…………..5
…………..7
…………..8
…………..9
…………..9
…………10
…………11
…………11
…………14
…………16
…………18
…………19
…………22
1
1. Inleiding
In het jaar 907 v. Chr. won David het duel van Goliath, zo wonnen de Israëlieten de strijd om
de Vallei van Elah van de Filistijnen. Goliath was een Filistijnse reus en daarmee de sterkste
strijder van het leger van de Filistijnen. Niemand durfde tegen Goliath te vechten tot op een
dag David, een kleine herdersjongen, de uitdaging aanging. David leek gedoemd te
verliezen, maar tot ieders verbazing won hij de strijd. Niemand had verwacht dat de drie
meter lange reus het gevecht zou verliezen, maar de steen die David in één keer recht
tussen de ogen van Goliath gooide werd hem fataal.1
Ook werd deze tactiek, van een onverwachte aanval van de zwakke partij, eerder toegepast
in de geschiedenis. Ca. 1100 voor Christus versloeg Gideon met zijn leger van 300 man het
leger van de Midianieten bestaande uit 135.000 man. Gideon veroorzaakt met zijn leger op
een onverwacht moment chaos, waardoor brute kracht niet meer nodig was. Door de chaos
die ontstond, bood het leger geen weerstand.2
De geschiedenis blijft zich herhalen, maar natuurlijk niet letterlijk. Bestaande bedrijven zien
zich steeds vaker geconfronteerd worden met kleine innovatieve bedrijven. Op het eerste
oog lijken deze niet gevaarlijk, waardoor de grote bedrijven zich hier niet op voorbereiden.
Net zoals dat Goliath zich niet voorbereidde op de steen die hem fataal werd, of de
Midianieten die de verassingsaanval van Gideon niet aan zagen komen.
Een belangrijke vorm van innovatie is de boekdrukkunst die haar bloei kende rond het jaar
1500. De boekdrukkunst is niet alleen een innovatie op zich, maar bevorderde ook verder
innovatie. Kennis kon immers opgeschreven worden.3
Een ander voorbeeld zal op het eerste gezicht niet zo zeer gezien worden als innovatie,
maar heeft er wel alles mee te maken. Namelijk oorlog, oorlog is een motor voor innovatie.
Landen willen in staat zijn elkaar te verslaan en daarom moeten zij ervoor zorgen steeds ‘de
beste’ te zijn. Hierdoor ontstaat de wapenwedloop, waarbij landen elkaar proberen te
overtreffen op het gebied van wapentechnologie of simpelweg het aantal wapens. Door deze
wapenwedloop ontstond een allesvernietigend wapen, de atoombom. De atoombom was niet
alleen letterlijk destructief voor gebieden, maar ook destructief voor de oorlog zelf. De
dreiging van de atoombom was zo groot, dat de oorlog eigenlijk stil kwam te liggen.4
De boekdrukkunst en de atoombom zijn technologische innovaties waarvan de gevolgen nu
nog zichtbaar zijn.
In de Bijbelverhalen was God de helpende hand, vandaag de dag zijn het de innovatieve
ideeën die, op dezelfde manier als bij de boekdrukkunst en de atoombom, zorgen voor een
ontwrichtende werking op de markt. Als een innovatie zo een ontwrichtende werking heeft op
de markt noemt men dit een destructieve innovatie (synoniem: disruptief).
De deeleconomie speelt hierbij een grote rol. De deeleconomie wordt gezien als het niet
meer nodig hebben van traditionele bedrijven/ instanties, maar vooral geld verdienen met
wat je zelf hebt. Er wordt verdiend waar oorspronkelijk niet verdiend werd. Denk hierbij aan
Airbnb, op deze site kun je een slaapplek aanbieden tegen betaling, deze zou anders
gewoon leegstaan. Steeds meer bedrijven gaan proberen zo in te spelen op de behoefte van
de consument. Het begrip deeleconomie klinkt positief, maar dat is niet altijd het geval. De
centrale vraag die wij daarom met ons onderzoek willen beantwoorden is: Wat moet onze
samenleving doen, innovatie bevorderen of bestaande bedrijven hiertegen beschermen? Om
deze vraag goed te kunnen beantwoorden moeten we ten eerste het begrip innovatie
toelichten. Ten tweede gaan we kijken welke rol innovatie speelt in onze huidige
samenleving. Ten derde onderzoeken we de inflexibiliteit van onze samenleving ten
overstaande van innovatie. Vervolgens gaan we kijken naar het destructieve dilemma wat
innovatie veroorzaakt. Ten slotte zullen wij in een discussie alle punten die bij ons onderzoek
naar voren zijn gekomen tegen elkaar afwegen.
1
De Bijbel: Rechters 7:1
2
De Bijbel: 1 Samuel 17
3
Nationale bibliotheek van Nederland (2015)
4
MEMO Malmberg (2011) ‘MEMO, geschiedenis voor de bovenbouw’
2
2. Wat is innovatie?
2.1 Wat is innovatie?
Innovatie: de ontwikkeling van nieuwe ideeën en dingen, een eerste commerciële toepassing
van iets nieuws, het vernieuwen of sterk verbeteren van producten, diensten of processen
(een uitvinding is niet per definitie een innovatie). Innovatie komt van het Latijnse woord
‘Innovationem’.5
Oorspronkelijk werd bij innovatie alleen aan technologische innovatie gedacht maar met de
overgang van de industrieel georiënteerde maatschappij naar de kennis en diensten
georiënteerde maatschappij kwam de opkomst van de sociale innovatie. Door de decennia
heen werd innovatie steeds breder geïnterpreteerd.
Innovatie heeft altijd met verandering te maken en betrekking op vernieuwing. Maar innovatie
is niet hetzelfde als vernieuwing of een uitvinding. Zoals Buys zei “Innovatie is een
sprongsgewijze verandering in Product-markt-technologie-combinaties van bestaande
(industriële) bedrijven.”6
Er kan onderscheid gemaakt worden tussen sociale en technologische innovatie (zie figuur
1)
- Technologische innovatie; gericht op vernieuwing of sterke verbetering door middel
van technologische kennis, R&D- en ICT-investeringen, onderzoek en ontwikkeling
en kenniscreatie.
- Sociale (niet-technologische) innovatie; het aanbrengen van veranderingen in de
manier van organiseren, managen en inrichten van de arbeid welke nieuw is voor de
organisatie en/of bedrijfstak. 7
Op het niveau van verandering kan ook nog onderscheid gemaakt worden;
- Radicale innovatie: een hele andere wijze van werken of productie, het hele proces
veranderd drastisch.
- Incrementele innovatie: het proces zo aanpassen dat het op dezelfde manier gaat
maar dan beter. Het gaat hierbij om kwantitatief (arbeidsproductiviteit) of kwaliteit
(verbetering producten).
5
Anoniem (2014) ‘Innovatie’
6
Buys, J.A. (1984) Innovatie en interventie. Proefschrift TU Delft, Kluwer
7
Panteia (2013) ‘Technologische en Sociale Innovatie in een concurrerende markt’
3
2.2 Hoe ontstaat innovatie?
Innovatie is een noodzakelijke voorwaarde voor een gezonde en succesvolle organisatie, op
korte en lange termijn. 8
‘Survival of the fittest’ geldt niet alleen in de natuur, ook in het bedrijfsleven is hier sprake
van. Er moet constant vernieuwd en verbeterd worden of een bedrijf overleeft het niet. Het
draait allemaal om het verbeteren van de concurrentiepositie. Het vernieuwingsproces wordt
steeds complexer. Technologische ontwikkelingen en economische turbulentie stellen eisen
aan het aanpassings- en vernieuwingsvermogen van bedrijven.9
Innovatie kan op allerlei verschillende schaalniveaus toegepast worden.
2.3 Wat zijn de gevolgen van innovatie?
Innovaties hebben invloed op de economie van een land, de ontwikkelingen of
veranderingen die hierbij tot stand komen kunnen negatieve en positieve gevolgen hebben.
De gevolgen van innovaties raken alles en iedereen; de overheid (en haar wetten), de
maatschappij (consumenten), de bedrijven (producenten) en het buitenland
(concurrentiepositie). Snelle technologische verandering, toenemende internationale
concurrentie en veranderende markten en marktomstandigheden maken innovatie een
steeds belangrijker onderdeel van de bedrijfsvoering.
“Innovatie heeft zich door de jaren heen ontwikkeld als een begrip dat staat voor
economische dynamiek, voor noodzakelijke vernieuwing, voor zogenaamde ‘creative
destruction’, dynamiek mogelijk ten koste van sommige belangen maar ten goede van de
maatschappij.
Het begrip innovatie heeft dan ook een positieve connotatie: het succesvol invoeren van
nieuwe producten of processen. Voor zover er sprake is van mogelijke negatieve
maatschappelijke aspecten zijn die vooral van morele of ethische aard, en vallen onder de
rubriek ‘technology assessment’ waarbij de overheid in het extreme geval overgaat tot
regulering om technologische ontwikkelingen af te remmen. Veranderingsprocessen zijn in
sommige sectoren echter veel complexer. Als de technologische ontwikkeling sneller gaat
dan de regulering hiervan ontstaat het fenomeen ‘destructieve creatie’. De regulering kan het
moeilijk bijbenen omdat dit voornamelijk de taak is van de overheid en deze dan moet
zorgen voor gedetailleerde en continu opgewaardeerde expertise over het opereren van het
netwerksysteem en kennis en wetenschappelijke inzichten over nieuwe vormen van
dienstverlening en hun maatschappelijke implicaties.”10
De aankomende vergrijzing van Nederland gaat een krimpende beroepsbevolking als gevolg
hebben. Een banenvernietigingsplan, meer produceren met minder mensen, zal misschien
de oplossing zijn in plaats van een banenplan. Dan moet er wel verandering komen in het
beleid van de overheid, welke nu extreem rigide is. Een voorbeeld is de werkloosheid onder
de jongeren. Deze werkloosheid is er niet omdat jongeren, als outsiders, te weinig rechten
hebben maar omdat ouderen, als insiders, teveel rechten hebben. De arbeidsmarkt is in dit
geval extreem rigide.11
8
Poelman, Y. ‘Ynnovator
9
Anoniem (2005) ‘Sociale Innovatie, de Andere Dimensie’
10
Soete, L. (2010) ‘Innovatie kan ook destructief zijn’
11
Kalshoven, F. (2012) ‘Het spel en de knikkers Frank Kalshoven’
4
2.4 Wanneer is innovatie destructief?
‘Disruptive innovation, a term of art coined by Clayton Christensen, describes a process by
which a product or service takes root initially in simple applications at the bottom of a market
and then relentlessly moves up market, eventually displacing established competitors’12
Oftewel, destructieve innovatie is het proces waarbij een bedrijf met een product of dienst
onder aan de ladder begint en doormiddel van kleine veranderingen de ladder opklimt en de
bestaande concurrentie vervangt. Het is een proces van voortdurende innovatie, waarbij
succesvolle toepassingen van nieuwe technieken de oude vernietigen. Destructieve
innovatie wordt ook wel creatieve destructie (creative destruction) genoemd. Deze term komt
van Sombart, een marxistisch econoom. Een creatieve oplossing, innovatie kan zelfs
destructief zijn voor een hele sector.
Deze destructieve werking die innovatie kan hebben heeft ervoor gezorgd dat er kritiek is op
innovatie. Innovatie is voornamelijk destructief voor de arbeidsgelegenheid.
Er wordt een patroon herkend in de innovatieve ontwikkelingen. Eerst is vrijwel alle
industriële arbeid verdwenen door technologische innovatie. Nu is de middenklasse van de
dienstensector aan de beurt. 13
Bij bedrijven als Uber en VandeBron zie je dat ook een heel bedrijf innovatief opgezet kan
zijn en destructief kan zijn voor andere bedrijven. Bij Uber neemt de app. de taken van de
taxicentrale over, hier verdwijnen banen en deze banen komen niet bij Uber terug want
hiervoor is de app. Bij dit voorbeeld is technologische innovatie destructief voor de
werkgelegenheid. Bij VandeBron komt een klein energiebedrijf met een andere manier van
organisatie waardoor ze de taken van de ouderwetse energiemaatschappijen overnemen.
Hier is sociale innovatie destructief voor de grote energiemaatschappijen en de
werkgelegenheid daar.
12
Christensen, C. ‘Disruptive Innovation’
13
Sommer, M. (2014) ‘De technologische ravage’
5
3. Hoe speelt innovatie een rol in verschillende groepen van onze
samenleving?
3.1 Hoe speelt innovatie een rol bij wet- en regelgeving?
Innovatie is van groot belang voor onze welvaart, echter loopt Nederland achter ten
overstaande van andere Europese landen. Het probleem ligt bij al bestaande bedrijven, die
geen noodzaak zien in innoveren. Zij worden niet gedwongen om te innoveren, puur omdat
de concurrentie er niet is. Daarnaast worden veel bedrijven beschermd door de wet, door
octrooien, monopolies, maar bovendien de wetgeving zelf.
Tegenwoordig kan een octrooi aanvragen slechts met een paar drukken op de knop, een
afspraak en klaar. De slogan schreeuwt: 'Bescherm uw idee'14
. Daarnaast zijn er meerdere
instanties die gaan over octrooiaanvragen. Op het moment dat een octrooi wordt
aangevraagd moet deze aan de volgende eisen voldoen: nieuwheid, inventiviteit en
industriële toepasbaarheid. Daarna krijg je bescherming van je uitvinding tot een maximum
van 20 jaar. Dus ongeacht die innovatieve(re) ideeën die in de tussentijd op de markt komen.
Daarnaast zijn er ook wetgevingen die (onbedoeld) innovatie belemmeren. Met als voorbeeld
de nieuwe aanbestedingswet. De nieuwe aanbestedingswet moet het 'onderhands gunnen'
van grote opdrachten van overheid tot bedrijf doen voorkomen. Deze wet heeft een vrij strak
karakter en houdt geen rekening met het uiteenlopende aanbod van de verschillende
bedrijven. Zo vragen de ICT-projecten vaker om een uniekere en innovatievere aanpak en dit
wordt belemmerd door de rigiditeit van deze wet (überhaupt elke wet).15
Zoals al eerder is gezegd is innovatie essentieel voor een gezonde en toenemende welvaart.
Moet onze wet dan niet meedoen met innoveren? Tegenwoordig is alles wat niet in de wet
staat, maar wel gebeurt, illegaal. Terwijl de definitie van illegaal is, 'in strijd met wettelijke
voorschriften'.16
Wanneer iets niet in de wet staat, is het dus in feite legaal. Dit spreekt voor
zich aangezien veel wetten gebaseerd zijn op problemen waar de maatschappij mee te
kampen kreeg. Destructieve innovators omzeilen dus de wet, wat in de ogen van de
maatschappij de stempel 'illegaal' krijgt. In feite is dit alleen maar het gevolg van een
wetgeving die niet mee-innoveert.
3.2 Hoe speelt innovatie een rol in de maatschappij?
De maatschappij is waarvoor men innoveert. De maatschappij als gemeenschap,
samenleving en als wereld. Concurrentie tussen bedrijven, wat leidt tot innovatie is gunstig
voor de maatschappij. Het zorgt voor een goede verhouding tussen prijs en kwaliteit en een
ruimer aanbod. De rol van de maatschappij is dus groot. Onbedoeld geef je bedrijven
feedback, wanneer je een aankoop (niet) doet.
Het is dan ook de maatschappij die ervoor zorgt dat een innovatie destructief wordt. Zolang
een innovatie geen gevolgen heeft is er geen haan die er naar kraait. Als de maatschappij
erop reageert dan is er pas echt een 'probleem'. De nieuwste hypes worden trends en
vervolgens blijvend.
De rol van de media hierbij is groot. De media is de schakel tussen wereld en thuis. Krijgt
iets aandacht in de media, 'dan moet het wel goed zijn'. Niet alleen positieve aandacht zorgt
ervoor dat de innovatie opgemerkt wordt door de massa, maar ook negatieve aandacht kan
hiervoor zorgen. Bijvoorbeeld de taxi-app Uber (zie blz. 13). Deze kwam vooral negatief in de
aandacht, wat vervolgens heeft gezorgd voor alleen maar meer bekendheid. Wat mensen er
vervolgens mee doen is aan hen. De jongere generatie is vatbaarder voor dit soort
'gemoderniseerde' trends. De oudere generatie houdt het voornamelijk bij dat wat ze kennen.
Het duurt wel even voordat een innovatie door de maatschappij omarmd wordt en als
blijvend wordt beschouwd.
Daarnaast is de aard van de innovatie ook zeer van belang. Wordt er ingespeeld op een
14
Inaday merken&patenten (2014)
15
Roelofs, S. (2012) 'Aanbestedingswet remt innovatie'
16
Koenen, M. J. Drewes, J. B. (1992) uit Wolters' handwoordenboek
6
primaire- of een luxe levensbehoefte? Een innovatie gericht op de primaire levensbehoefte
zal een grotere acceptatiegraad kennen. Niet alleen, omdat deze toegankelijk is voor een
grotere groep mensen, maar bovenal zal de impact van zo'n innovatie op het dagelijks leven
veel groter zijn.
In 2000 doet het begrip 'co-creation' haar intrede. Nieuwe ideeën en innovaties ontstaan
vanuit een ander standpunt. Samenwerking tussen alle betrokken partijen staat hier centraal.
Eerst innoveerden bedrijven voor de maatschappij, nu innoveren bedrijven met de
maatschappij.
Co-creation kent 5 verschillende modellen: 'de developer, de mass-customiser, de idea-
collector, de integrator en de facilitator'. Bij de 'developer' wordt de consument minimaal
betrokken, bij de 'facilitator' wordt de consument optimaal betrokken. Een voorbeeld van de
'idea-collector': 'Maak de smaak' van Lays. Consumenten kunnen smaken indienen bij Lays
en via een 'battle' op het internet kiest de consument het winnende product. Lays betrekt
hierbij de consument in 2 stadia: het verzamelen van ideeën en de uiteindelijke keuze
maken. Op deze manier krijgt Lays een goed beeld van wat de consument nou precies wil.
De kans dat het product verkoopt neemt toe, door de aandacht die campagne krijgt, maar
bovenal door het feit dat het product is samengesteld en gekozen door een meerderheid van
de massa. 17
In afbeelding 1 is te zien hoe nieuwe innovaties (of trends) zich ontwikkelen in de
maatschappij.
Toelichting18
:
Technology Trigger: een technologische breuk. Dit wekt de interesse van de media waardoor
het bij het publiek komt. Producten die eerst niet bestonden, bestaan en worden bereikbaar.
Peak of Inflated Expectations: de eerste successen van de innovatie worden bekend.
Sommige al bestaande bedrijven reageren op deze concurrentie, maar de meeste niet.
Trough of Disillusionment: de interesse neemt af. De overlevenden overleven doordat het
product wordt vernieuwd en weer in de smaak valt.
Slope of Enlightenment: de innovatie wordt 'begrepen' door de buitenwereld en
overgenomen door andere bedrijven.
Plateau of Productivity: Het product wordt opgenomen in de maatschappij.
Afb 1. Hype Cycle by Gartner 19
17
Damveld, J (2013) 'Co-creatie: 5 succesverhalen van retailers'
18
Anoniem (2014) ‘Hype Cycle’
19
Anoniem (2014) ‘Hype Cycle’
7
3.3 Hoe speelt innovatie een rol bij bedrijven?
Bedrijven innoveren, of niet. Bedrijven zijn producenten van goederen of diensten en
daarmee afhankelijk van de vraag van de consumenten en gebonden aan de wetgeving.
Bedrijven zijn bijzonder vatbaar voor concurrerende ondernemingen en moeten dus ook te
alle tijde op de hoede zijn voor deze concurrenten. Daarnaast moeten bedrijven op de
hoogte zijn van de laatste trends en elke toe- of afname in de vraag van de consument is
een reden voor 'zorgen'.
Ook zullen bedrijven gedwongen worden om te innoveren, door natuurlijke factoren. Het
maatschappelijke probleem 'milieu' roept om innovaties. Het is ook niet voor niets dat de
overheid investeert in innovaties.
Ook investeren in tijden van crisis is erg belangrijk voor bedrijven. In tijden van crisis wordt
gestreefd naar hoge efficiëntie. Met zo min mogelijk, zoveel mogelijk.
'In eerste instantie raak je verstard', reageert ondernemer en eigenaar van een mediabedrijf
Jeroen Veldkamp, een van de 10.000 bezoekers donderdag van de ondernemersweek in
Utrecht.
'Maar op een gegeven moment moet je toch in beweging komen en boven het maaiveld uit.
Dat vind ik het goede aan de crisis.' 20
Dit geldt natuurlijk niet voor ieder bedrijf, veel bedrijven zijn alleen maar bezig met hun hoofd
boven water houden, slechts een klein deel kan innoveren.
Veel bedrijven gaan niet zo zeer innoveren, maar 'nieuwe paden bewandelen'. Ze zoeken
oplossingen in andere landen, of in andere al bestaande manieren. Stil zitten in een crisis is
sowieso geen optie.
Een algemeen kenmerk is dat er verandering plaatsvindt, om geld te besparen en meer winst
te maken. Vaak gaan innovaties ten koste van de werkgelegenheid, zogeheten diepte-
investeringen zorgen ervoor dat arbeid wordt vervangen door kapitaalgoederen.
Bedrijven innoveren op allerlei verschillende manieren. Allereerst kunnen bedrijven
innovaties toepassen in het aanbod, nieuwe producten of diensten op de markt brengen.
Daarnaast kan een bedrijf ook innoveren in de bedrijfsuitoefening, manier van werken,
organisatie etc.
Steeds meer bedrijven gebruiken dus 'co-creation' om hun innovaties te plannen en uit te
voeren. Het idee is dat alle belanghebbenden op gelijke manier worden behandeld, gehoord
en vertrouwd. De consument heeft op deze manier het gevoel wat toe te voegen. De
bedrijven komen er op deze manier achter of de ideeën die ze al hadden in de smaak vallen
bij de kopers. Daarnaast wordt hun beleid vanuit een ander oogpunt bekeken.21
Je behaalt op verschillende fronten voordeel met het introduceren van 'co-creation' in een
onderneming. Allereerst maak je gebruik van de capaciteit van mensen buiten de
onderneming, zonder een heel nieuw team in te moeten schakelen. Ook neemt de snelheid
van het innoveren toe. Iets wat eerst maanden duurde om te onderzoeken, kan in dagen
klaar zijn. Doordat je alle stakeholders bij het proces betrekt, vermijd je dat je extra
onderzoeken hoeft te doen. Hierdoor kun je ook grotendeels voorkomen dat een innovatie
faalt. Ten slotte zorg je voor een aanbod waarbij de prijs-kwaliteitverhouding door de klant
geaccepteerd wordt. Je aanbod wordt gefilterd en zo houd je over wat de consument
prefereert.22
20
NUZakelijk (2014) ‘Crisis dwingt ondernemer tot creatief kiezen’
21
Gouillart, F (2010) 'What the heck is co-creation'
22
Benson, S. (2013) 'Co-creation: the pathway to innovation'
8
3.4 Hoe speelt innovatie een rol met betrekking tot het buitenland?
Toenemende innovatie verbetert de concurrentiepositie van een land. Op dit moment staat
Nederland op de 14e plaats van meest competitieve landen.23
Dit lijkt wel oké, totdat duidelijk
wordt dat de concurrentiepositie van Nederland alleen maar is gedaald de afgelopen jaren.
In 2000 stond Nederland nog in de top 5.Redenen voor deze daling is het financieringstekort,
het slecht functioneren van de financiële- en de arbeidsmarkt en oplopende zorgen over de
stabiliteit van Nederlandse banken. Daarnaast is de daling te wijten aan afnemende
bedrijfsuitgaven en het uitstellen van investeringen in onderzoek.24
SP-leider Emile Roemer oefent druk uit op het kabinet met de volgende uitspraak: 'Rutte II
maakt consequent de verkeerde keuzes. Succesvolle landen investeren in innovatie en
onderwijs.' 25
Ook academici ondersteunen deze uitspraken. Professor Henk Volberda van de
Erasmus Universiteit in Rotterdam stelt: 'Nederland moet een 'ondubbelzinnige focus' leggen
op excellent onderwijs en superieure innovatie'. Daarnaast vindt hij dat Nederland op
economisch gebied faalt en het bedrijfsleven te weinig investeert in onderzoek en
ontwikkeling.26
De top 3, Zwitserland, Singapore en Finland, hebben hun koppositie te danken aan het
blijven investeren in onderzoek en innovatie. Daarnaast is Duitsland door haar
innovatiebeleid met twee plaatsen gestegen.27
Wat is de kracht van deze landen? Zo'n 20 jaar geleden gooit Finland het roer om, om uit de
economische depressie te klimmen. De situatie verergerde in Finland nadat de Sovjet-Unie
ineenstortte, een van de belangrijkste handelspartners van Finland. Finland koos voor
economische vernieuwing, dit zou bereikt moeten worden via investeringen in onderwijs,
technologische ontwikkeling en onderzoek. Het onderwijs in Finland is dan ook een van de
beste ter wereld. Niet alleen geld speelt hierbij een rol, maar ook de Finse mentaliteit. Zo is
leraar of lerares ook een van de meest gewaardeerde beroepen. Ook staan Finnen er om
bekend, meer ruimdenkend te zijn op het gebied van nieuwe dingen en innovaties. 'In
Finland staat de technologie op nummer één. Nederland wil op te veel gebieden tegelijk wat
doen. Het wil van alles een beetje: distributieland, landbouwexporteur en kennisland. Maar je
kunt niet alles tegelijk goed doen. Daar is geld en aandacht voor nodig.'28
Net als Finland is ook de Verenigde Staten met haar 'Silicon Valley' hoog aangeschreven als
innovatieland. De 'geoliede' machine Silicon Valley is waar de toekomst wordt gemaakt.
Silicon Valley is het 'walhalla' van startups innovatie. Het is daarom ook de plek waar alle
grote bedrijven zoals, Google, Whatsapp en Facebook zich vestigen.29
Martijn Arts schreef
op basis van onderzoek een artikel: 'Silicon Valley: 10 voorwaarden voor succesvol
ondernemen'. De belangrijkste voorwaarden van deze 10 zijn: hard, Venture Capital, naïeve
passie en focus. Allereerst 'hard', 'You need less money, fewer people and a very tight
deadline to innovate and make a success', zei BJ Fogg, CEO van het Persuasive Technology
Lab at Stanford. Oftewel hard werken staat centraal, maar niet alleen hard werken ook de
hardheid van de innovatiewereld. Wie niet presteert, verliest. Hierdoor wordt men gefocust.
Vervolgens 'Venture Capital', wat niet verward moet worden met subsidie. Dit zijn particuliere
investeerders die je als innovator voor je moet winnen. Jij hebt een idee, zij geven jou de
brandstof. Dan de 'naïeve passie' die de innovators in Silicon Valley bezitten. Falen is niet
negatief, maar positief. Zo heeft iedere innovator in Silicon Valley meerdere startups lopen
waar vaak alles van mislukt, maar soms is er een schot in de roos. Tot slot de 'focus', 'Find
something really simple, build it and get it out there' een uitspraak van Hiten Shah. Shah zijn
eerste 20 startups faalden, de 21e was een doorslaand succes. Het voorbeeld van een
Silicon Valley bewoner: ondernemend, nerd, gefocust, slim en doorzettend.30
23
Zwitsers economisch onderzoeksinstituut IMD
24
NU.nl/ANP (2013) ‘Nederland daalt op concurrentieranglijst’
25
Roemer, E. (2013) ‘Nederland daalt op concurrentieranglijst’
26
Volberda, H. (2013) ‘Nederland daalt op concurrentieranglijst’
27
NU.nl/ANP (2013) ‘Nederland daalt op concurrentieranglijst’
28
De Valk, M (2004) 'De mentaliteit in Finland is anders dan hier'
29
Blotenburg, S (2014) 'Silicon Valley is een geoliede machine'
30
Arts, M (2010) 'Silicon Valley: 10 voorwaarden voor succesvol ondernemen'
9
4. Hoe inflexibel is onze samenleving ten overstaande van innovatie?
4.1 Hoe inflexibel is onze wet- en regelgeving ten overstaande van innovatie?
De wortels van de Nederlandse Wetgeving stammen uit 1800. Waarmee in 1848 de
belangrijkste grondwetsherziening van de Nederlandse geschiedenis. En zo kennen wij ons
stelsel nog steeds (grotendeels). De Trias Politica, een stelsel waarbij de politieke macht
gescheiden is in drie takken, de wetgevende-, de rechterlijke- en de uitvoerende macht. Dit
met de bedoeling om de kwaliteit van het regeren te verbeteren. In eerste instantie is het de
bedoeling dat de verschillende machten elkaar tegenwerken. Daarentegen kunnen de
wetgevende- en de uitvoerende macht wetten doorvoeren. Dit is nogal omstreden als de
twee machten er zijn om elkaar tegen te werken. Het ontstaan van een wet in grote lijnen:
De minister geeft ambtenaren de opdracht voor het maken van een wetsontwerp. Is dit
ontwerp klaar, dan wordt het in de ministerraad besproken. Vervolgens wordt het ontwerp
naar de Raad van State gestuurd. Deze voegen hun advies bij de wet. Dan wordt de wet
naar de Tweede Kamer gestuurd. Deze zullen een voorlopig verslag maken voor de minister,
de minister stelt een memorie van antwoord op. Dan maakt de Tweede Kamer een verslag
en gaat over tot openbare behandeling. Elke artikel wordt individueel behandeld en er
worden eventueel amendementen toegevoegd. Vervolgens gaat de Tweede Kamer over tot
stemming. Als het wetsvoorstel is goedgekeurd door de Tweede Kamer gaat het voorstel
naar de Eerste Kamer. Deze behandelen de wet net als de Tweede Kamer en stellen
vervolgens ook een verslag op voor de minister. Ook hierop geeft de minister antwoord. Dan
maakt ook de Eerste Kamer een verslag en gaat over tot openbare behandeling. De Eerste
Kamer behandelt ook alle artikelen, alleen kunnen zij geen wijzigingen brengen. Vervolgens
gaan zij over tot de stemming. Als een wet ook wordt goedgekeurd in de Eerste Kamer,
wordt de wet ondertekend door de Koning(in). Daarna zullen alle betrokken ministers hun
handtekening zetten. Als laatste ondertekent de minister van Justitie het wetsvoorstel. Als
laatste wordt de wet gepubliceerd in het Staatsblad en treedt de wet in werking.31
Hieruit kun je dus wel concluderen dat een wet doorvoeren en/of aanpassen niet zo
makkelijk gaat. Dit zorgt er dus voor dat onze wetgeving jaar in, jaar uit zo goed als hetzelfde
blijft. Nederland kent daarom ook een rigide grondwet (ook wel: 'Rigid Constitution'), voor
normale wetsherzieningen is de meerderheid van beide Kamers nodig, voor
grondwetsherzieningen is een tweederdemeerderheid nodig. Aangezien de fracties binnen
deze Kamers er vaak ook nog een handje van hebben om elkaar tegen te werken, kan dit
leiden tot een klimaat waarin niet het belang voorop staat, maar het 'haantjes' gedrag tussen
de partijen.
Het tegenovergestelde van 'Rigid Constitution' is 'Flexible Constitution'. Bij de 'Flexible
Constitution' staan grondwet en 'normale' wet gelijk aan elkaar. Dit betekent dat bij het
wijzigen van de grondwet ook maar een meerderheid nodig is en niet een
tweederdemeerderheid. 'Fundamentelere' wetten kunnen zo makkelijker gewijzigd worden.32
De wet- en regelgeving zorgt er dus (onbedoeld) voor dat wordt vastgehouden aan 'oude' of
'traditionele' regels. Ook zorgt de complexiteit van de wet ervoor dat deze vrij snel omstreden
kan worden. Steeds vaker vinden bedrijven een 'gat' in de wet. Hierdoor werken bedrijven
niet volgens wettelijke voorschriften, maar ook niet, niet volgens wettelijke voorschriften.
Uiteraard biedt de wet bescherming en zorgt het ook voor het beter en sneller functioneren
van een land. Wetgeving kan op bepaalde fronten ook het handelen tussen landen
vergemakkelijken. 'Een voorbeeld hiervan is de TTIP, 'Transatlantic Trade and Investment
Partnership'. Een handelsovereenkomst tussen Europa en de Verenigde Staten. Een
overeenkomst die ervoor zorgt dat er niet rekening gehouden hoeft te worden met bepaalde
struikelblokken die het handelen tussen Europa en de Verenigde Staten bemoeilijkt. Denk
hierbij aan het goedkeuren van goederen die nieuw op de markt verschijnen. Als een goed
goedgekeurd is in de Verenigde Staten hoeft deze niet nog eens gekeurd te worden in
31
Osta, van J. (2014)
32
Bansal, R. (2014) 'Difference between Flexible and Rigid Constitutions – Essay'
10
Europa en andersom. Dit scheelt tijd en geld, maar bovenal zorgt het ervoor dat nieuwe
innovaties sneller en gemakkelijker opgenomen kunnen worden in verschillende landen.33
4.2 Hoe inflexibel is onze maatschappij ten overstaande van innovatie?
Onze maatschappij houdt onvoorwaardelijk vast aan normen en waarden. Kinderen leren
lezen, schrijven en rekenen. Je wacht tot iedereen is uitgestapt voordat je de trein of bus in
stapt en vervolgens sta je je plaats af aan oudere mannen of vrouwen. Normen en waarden
zijn zo vastgeroest in onze maatschappij dat (bijna) niemand beter weet. 'Het is gewoon zo'.
Er wordt daarom ook vrij sceptisch gekeken naar alles wat nieuw is. Vaker nog wordt 'het
nieuwe' meteen afgedaan, meestal door oudere generaties. Het is daarom ook vaak zo dat
normen en waarden verschillen binnen generaties. Je hebt niet door dat normen en waarden
verlegd worden, maar het gebeurt (zo goed als vanzelf.). Dit is goed zichtbaar in het
telefoongebruik. De jongere generatie heeft hele gesprekken op 'Whatsapp' elke minuut van
de dag met hun vrienden en vriendinnen. Oudere generaties geven toch liever de voorkeur
aan een belletje op zondagavond, om zo de week te evalueren.
Normen en waarden zorgen er dan ook vaak voor dat nieuwe ideeën, meteen veel kritiek
krijgen. Eerst moeten ideeën uitgebreid gescreend worden, voordat men het überhaupt
vertrouwt. Hetzelfde is het jarenlange gegeven dat de basis van het onderwijs lezen, rekenen
en schrijven is. In een wereld waarin programmeren centraal staat is het nog maar de vraag
of de prioriteiten echt liggen bij d's en t's.
33
TTIP advisory group (2014) 'What is the Transatlantic Trade and Investment Partnership?'
11
5. Hoe zit het destructieve dilemma in elkaar?
Zoals wij eerder al hebben vermeld kunnen innovaties zorgen voor een ontwrichtende
werking op de maatschappij. In deelvraag 2.4 (zie blz. 5) hebben wij vermeld wanneer zo’n
innovatie destructief is. Deze innovaties zorgen voor veel kritiek. Voor de concurrentiepositie
van een land is het belangrijk dat er veel geïnnoveerd wordt, omdat dit de economie
bevordert, maar waar ligt de grens? Wanneer zijn de destructieve gevolgen zo groot, dat er
ingegrepen moet worden?
5.1 Het destructieve innovatie dilemma toegepast op de taxibranche
In 1905 reed er in Amsterdam de eerste taxi. In 1909 wordt de eerste taxivergunning
vergeven door het bedrijf ATAX. Sindsdien is het taxivervoer zich alleen maar gaan
ontwikkelen. Nu kennen we verschillende taxiservices waarvan de bekendste uiteraard het
'straattaxivervoer' is. 34
Op 1 januari 2000 gaat de Wet op personenvervoer in (Wp2000), hierin zijn alle wettelijke
verplichtingen van stads- en streekvervoer in vastgelegd. De wet is opgezet met het doel om
de efficiëntie en de kwaliteit van het openbaar vervoer te verbeteren. Ook was de bedoeling
dat mensen onder minimale voorwaarden als taxichauffeur aan de slag kon. Echter pakte dit
wat minder positief uit en dit leidde onder andere tot 'Taxioorlogen'. 35
Dit betekent dat de
taxicentrales en haar chauffeurs nogal agressief reageren op elke vorm van ander openbaar
vervoer. Bijvoorbeeld bij de invoering van de treintaxi. De taxichauffeurs zagen dit
gesubsidieerd vervoer als broodroof. Ook zorgde de wet ervoor dat het aantal taxichauffeurs
massaal toenam. In de periode 2000 tot 2002 steeg het aantal taxi's van 16.000 naar 23.000.
Je zou denken dat deze toename zou zorgen voor een verbetering van de prijs en kwaliteit
van het taxivervoer, maar niets is minder waar. De prijzen van het taxivervoer stegen met 25
procent. Daarnaast nam de vraag naar taxiritten sterk af, omdat die taxibranche inmiddels
niet meer zo'n goed imago had. Kortom, de wet deed niet goed haar werk.
In 2007 werden enkele aanpassingen gedaan in de wet, zo werd bijvoorbeeld de
tariefopbouw aangepast. Echter bleef de onrust. In 2009 probeert de regering meer vat te
krijgen op de hele situatie, door gemeenten hun eigen taxivervoer te laten regelen. Zo
kunnen zij kiezen uit een strak beleid, waarbij alle chauffeurs aangesloten zijn bij één
centrale of voor een wat losser beleid wat particulieren chauffeurs de kans geeft om
zelfstandig te blijven. De negativiteit rondom de taxibranche blijft, maar tevens ook over de
Wp2000 zelf. 'Minder zorgvuldige wetgevingen (aangevuld met het gebruiken van gaten in
wetgevingen door ondernemers) zorgen dat het niet altijd geheel duidelijk is of bijvoorbeeld
'chauffeursservices' en/of bijvoorbeeld 'personenvervoer in afwijkende voertuigen' (zoals
bijvoorbeeld een Tuk Tuk) ook gerekend dienen te worden als onderhevig aan de Wet
personenvervoer 2000, zoals vervoer met een reguliere taxi(bus). Mede dit zorgt er
regelmatig voor dat de legitieme (reguliere) taxibranche enige oneerlijke concurrentie meent
te ervaren.'36
En dan is daar het veelbesproken 'Uber'.
'Uber brengt vooruitgang in de wereld. Door gebruikers via onze apps naadloos in contact te
brengen met chauffeurs, maken we steden toegankelijker, creëren we mogelijkheden voor
gebruikers en meer werk voor chauffeurs. Vanaf onze oprichting in 2009 tot de lancering van
70 steden vandaag de dag, brengt Uber's groeiende aanwezigheid mensen en steden over
de hele wereld dichter bij elkaar.' 37
Co-founder Travis Kalanick is Uber gestart met de visie: 'Elk probleem heeft zijn eigen
oplossing, je moet alleen creatief genoeg zijn om deze te bedenken'.
Uber is een onderneming die personenvervoer aanbiedt in 42 verschillende landen,
waaronder Nederland. Via de mobiele app wordt de klant rechtstreeks verbonden met taxi -
34
Anoniem (2014) 'Taxi (vervoer)'
35
Anoniem (2014) 'Wet personenvervoer 2000'
36
Anoniem (2014) 'Taxi (vervoer)'
37
Uber ‘About’
12
en privéchauffeurs. Met één druk op de knop verbindt de app je aan de dichtstbijzijnde
chauffeur via de GPS van je telefoon. Ook kun je de tarieven checken voor jouw stad en rit in
de app. Daarnaast kun je je rit beoordelen en de prijs delen met je vrienden.
Uber lanceerde de app voor het eerst in 2009, in San Francisco. Al snel breidde Uber haar
diensten uit, zo kon men al snel kiezen uit een assortiment aan auto's: UberX (alledaagse
auto), UberTaxi, UberBlack (luxe auto met privéchauffeur), UberSUV (stijlvolle 6-
persoonswagen) en de UberLux (ultieme luxe). Later werd UberPop geïntroduceerd. Deze
laatste dienst zorgde voor veel ophef in het nieuws.
UberPop wordt door de Inspectie Leefomgeving en Transport verboden, het zou zorgen voor
oneerlijke concurrentie en daarnaast is de dienst in strijd met de Wet op Personenvervoer
(Wp2000). UberPop wordt verboden in Brussel, Hamburg en Berlijn. Onze Europese
Commissaris Neelie Kroes noemt de Brusselse minister van Vervoer, Brigitte Gouwels,
'minister van antimobiliteit'.38
De huidige taxibranche valt niet meer in de smaak bij de consument, maar Uber valt niet in
de smaak bij de taxibranche. Voor de rest zijn de meningen verdeeld over Uber. Het komt er
vooral op neer dat Uber een concept neerzet met UberPop wat erg aantrekkelijk is, maar ook
erg fraudegevoelig. UberPop is een dienst waarbij je mee kunt rijden met particuliere
chauffeurs, dus geen geregistreerde taxichauffeurs. Van deze ritten krijgt Uber ook nog eens
20 procent. Uber zelf presenteert UberPop als georganiseerd meeliften. Het zou dus ook om
een reis moeten gaan die in eerste instantie gemaakt zal worden, ongeacht of er iemand met
je meerijdt of niet. Dit lijkt niet helemaal het geval. Een bestuurder erkende dat hij was gezakt
voor zijn taxichauffeursexamen en dus nu via UberPop alsnog zijn professie kon uitoefenen.
Een ander kon niet melden of hij een inzittendenverzekering had. Ook komen de meeste
chauffeurs speciaal voor de ritjes en waren zij dus niet van plan om deze al te maken. 39
In hoeverre is Uber een 'oneerlijke' concurrent?
Uber presenteert zichzelf als een technologiebedrijf, geen taxibedrijf. 'Wij zijn geen
vervoerder, wij brengen vraag en aanbod bij elkaar'. Uber omzeilt hiermee de Nederlandse
Wet op Personenvervoer (Wp2000) Hoofdstuk V Taxivervoer 40
Ten eerste Artikel 75: het is verboden taxivervoer te verrichten zonder een daartoe door
Onze Minister verleende vergunning. Deze vergunning is voor onbepaalde tijd en moet
zichtbaar zijn voor de inzittende. De vergunning wordt verleend op basis betrouwbaarheid en
vakbekwaamheid. De vergunning kan te alle tijden worden geweigerd, gewijzigd, geschorst
of ingetrokken.
UberPop zou hierbij dus al de wet overtreden, UberPop werkt met particuliere chauffeurs en
geen taxichauffeurs.
Ten tweede Artikel 81: met het oog op de inzichtelijkheid voor de consument worden bij
ministeriële regeling regels gesteld over tarieven voor taxivervoer. Deze regels kunnen
betrekking hebben op: de wijze waarop het tarief is opgebouwd, de verplichting om de
tariefopbouw toe te passen en een toe te passen maximumtarief.
Uber werkt zonder een maximumtarief, weliswaar wel met een tariefopbouw.
In de tijd dat deze wet werd geïntroduceerd, kende Nederland niet of nauwelijks innovatie.
Het succes van Uber bewijst dan ook dat de consument toe is aan iets nieuws. 'Aangezien
het aantal taxi's verdubbelde, de prijzen stegen, maar de vraag naar taxi's daalde met 25
procent. Daarnaast is meer dan 80 procent van de Uber-gebruikers enthousiast over de
kosten, de reistijd en het gebruiksgemak.'41
Ook zou UberPop als alternatief dienen voor het eigen autogebruik. 'Taxivervoer al
prominente rol in het vervoersbeleid.'
De uitspraak die Uber verbindt met de visie achter de Wet op Personenvervoer (Wp2000).
Nu lijkt het Uber te zijn die de Wp2000 dan eindelijk, na 15 jaar uitvoert.
Toch staat Uber bij veel mensen toch echt bekend als een achterbaks bedrijf. Zo wil Uber
journalisten die slecht over hen spreken 'aanpakken'. Ook wil Uber doormiddel van 'Gods
38
@NeelieKroesEU
39
Woudt, J. (2014) ‘Uber: club voor snorders of ridders van de taxi-innovatie?’
40
‘Wet personenvervoer 2000’
41
Leeuwen, van N. (2014) 'De klant is blij met Uber, nu de overheid nog' uit 'De Volkskrant'
13
View' klanten en journalisten volgen. Hiermee sjoemelt Uber met normen en waarden. 42
Kortom, Uber is een bedrijf waar iedereen zijn eigen mening over vormt. Hetzelfde geldt voor
de huidige taxibranche. Eén aspect wordt door beide discussies benadrukt: de consument is
toe aan verandering. Doordat de consument toe is aan verandering, is de wetgeving
gedwongen om mee te veranderen. De wetgeving is immers wat ons bescherming biedt.
42
Zeggen, A (2014) 'Economisch nieuws met Amba Zeggen' bij Eenvandaag.
14
5.2 Het destructieve innovatie dilemma toegepast op de energiemarkt
Je bent je er waarschijnlijk niet eens bewust van maar op elk moment van de dag maak je
gebruik van energie. Het licht dat aan is zodat je dit stuk kan lezen, je mobieltje in je zak die
constant trilt bij elk Whatsapp-je dat binnenkomt en de verwarming waardoor je nu niet met
jas aan hoeft te zitten. Deze energie komt niet zomaar uit de lucht vallen. Voordat de stroom
uit het stopcontact komt is het al langs allerlei instanties gekomen beginnend bij de bron. De
energiemarkt is de markt van het verhandelen van energie en de grondstoffen daarvoor.43
Onder de energiemarkt vallen de markt voor gas en elektriciteit. Energiebedrijven zijn
nutsbedrijven die energie leveren. Nutsbedrijf komt van ‘nut’, energiebedrijven leveren een
product dat van algemeen belang (nut) is. Vaak heeft een nutsbedrijf een monopoliepositie,
dit houdt in dat slechts één bedrijf een bepaald product mag aanbieden en zo zelf de prijs
van het product kan bepalen. Bij energiebedrijven zit het echter iets ingewikkelder in elkaar.
De netbeheerder is monopolist en heeft als taak een door de overheid gereguleerd tarief
regionaal hanteren, het capaciteitstarief.44
Naast de netbeheerder zijn er verschillende
andere partijen actief op de Nederlandse elektriciteitsmarkt. De producenten van elektriciteit,
de bedrijven die de stroom opwekken uit verschillende bronnen. TenneT; de beheerder van
het hoogspanningsnet, meetbedrijven, PV-partij die aan de leverancier leveren en ten slotte
de leveranciers. De grootste en bekendste van de producenten in Nederland zijn NUON,
Essent, Electrabel, Intergen, Delta, Eneco en E.ON. Deze bedrijven brengen vraag en
aanbod bij elkaar ofwel zorgen ervoor dat de energie bij de gezinnen komt.
Men is zich er steeds meer van bewust dat ons energiegebruik schadelijke gevolgen heeft
voor het milieu; het versterkt broeikaseffect. Daarnaast is er het probleem met de fossiele
brandstoffen, terwijl landen steeds meer elektriciteit willen produceren raakt de voorraad
langzaam op. Er wordt gezocht naar alternatieve, duurzame bronnen. Hier komt het bedrijf
Vandebron naar voren die goed ingaat op de wensen van de consument.
Vandebron, “Energie rechtstreeks van de boer”. In 2013 ontstond het idee voor Vandebron
bij Remco Wilcke, Matthijs Guichelaar, Aart van Veller en Michael Fraats. Zij vroegen zich af
waarom ze energie niet gewoon rechtstreeks van een windmoleneigenaar konden kopen in
plaats van met de tussenkomst van een energiemaatschappij vooral omdat dit in andere
sectoren al heel normaal was; aanbieders komen direct met de vragers in aanraking dankzij
innovatieve start-ups. “Dit is Vandebron, een online marktplaats voor duurzame energie waar
we vraag en aanbod direct met elkaar verbinden zonder tussenkomst van een ouderwetse
energiemaatschappij.” In de toekomst wil Vandebron verder gaan dan puur het verbinden
van consument en producent “Wij zien ondernemen als een middel om de transitie naar een
duurzame economie te versnellen.” Bij Vandebron begin je met het kiezen van een
producent, je kan zoeken op soort energie, prijs en tijd van gebruik.45
Elektriciteit
- Biomassa door verbranding van organisch materiaal zoals tuinafval en rioolslib.
- Waterenergie met waterkrachtcentrales.
- Windenergie met windmolens.
- Zonne-energie van zonneboerderijen en zonneparken.
Omdat het nog niet mogelijk is om op landelijke schaal biogas te gebruiken biedt Vandebron
aardgas aan met CO2 compensatie van Gold Standard. Er is keuze uit drie projecten
- Forest Conservation in Kikonda, Uganda ( 0,0125 per m3 gas)
- Gebruik van Cookstoves in Mali (0,0062 per m3 gas)
- Waterpurificatie project in Vietnam (0,0097 per m3 gas)
43
Anoniem (2014) ‘Energiemarkt’
44
Anoniem (2014) ‘Nederlandse elektriciteitsmarkt’
45
Vandebron (2013) ‘Vandebron’
15
In tegenstelling tot andere bedrijven die destructief werken komt Vandebron vrij positief naar
voren. Dit is het geval omdat Vandebron op een andere manier werkt dan de bekende
energiebedrijven. Het is kleinschalig en persoonlijk en dit vinden mensen aantrekkelijk. Wat
maakt Vandebron nu zo anders dan de andere energiebedrijven? Ten eerste is een groot
verschil dat Vandebron, naar eigen zeggen, weinig winst heeft aan energieverbruik. Per
huishouden verdient Vandebron 5 euro per maand en het grootste deel betaal je aan de
energieboer zelf. Dit maakt de instelling van het bedrijf heel anders want in tegenstelling tot
bij andere energiebedrijven is het voor hun niet voordelig als je extra veel energie verbruikt.
Positief want hoe minder energie er verbruikt wordt hoe beter voor het milieu. Ten tweede
komt je energie bij Vandebron zoals de naam al zegt, direct van de bron. Je weet waar je
energie vandaan komt. Verder maakt Vandebron alleen gebruik van duurzame bronnen
(voor zover mogelijk). Vandebron is (nog) erg kleinschalig en vrij onbekend, dit maakt dat de
concurrentie nog niet erg zenuwachtig wordt en dus ook niet tegen het kleine bedrijf ingaat.
Toch kan men de manier van werken van Vandebron echt destructief noemen.
De wetgeving ten opzichte van energiebedrijven:
De Elektriciteitswet 1998 “Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is, mede ter
uitvoering van richtlijn nr. 96/92/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie
van 19 december 1996 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit
(PbEG 1997, L 27), de mogelijkheden voor opwekking, levering en in- en uitvoer van elektriciteit en
voor het gebruik van leidinggebonden elektriciteitswerken te verruimen, en daarvoor met inachtneming
van het belang van het betrouwbaar, duurzaam, doelmatig en milieuhygiënisch verantwoord
functioneren van de elektriciteitsvoorziening een nieuwe regeling tot stand te brengen met betrekking
tot de productie, het transport en de levering van elektriciteit” 46
De Gaswet “Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is, mede ter uitvoering van
richtlijn 98/30/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 22 juni 1998
betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas (PbEG 1998, L 204), de
mogelijkheden voor levering en in- en uitvoer van gas en voor het gebruik van infrastructuur voor
gastransport te verruimen en daarvoor met inachtneming van het belang van het betrouwbaar,
duurzaam, milieuhygiënisch verantwoord en doelmatig functioneren van de gasvoorziening een
regeling tot stand te brengen met betrekking tot het transport en de levering van gas”47
Op 21 november 2006 werd de Wet Onafhankelijk Netbeheer (WON) aangenomen ter
aanvulling op de Elektriciteitswet (1998) en de Gaswet. Onder de Wet van Onafhankelijk
Netbeheer valt onder andere het hoofdelement ‘Groepsverbod’. De invoering van het
groepsverbod verbiedt energiebedrijven alle onderdelen (productie, handel en levering) zelf
te verzorgen. 48
Energiebedrijven moeten zich dus op één onderdeel richten.
“Het groepsverbod zal met ingang van 1 juli 2008 in werking treden, waarna de huidige geïntegreerde
energiebedrijven twee en een half jaar de tijd hebben om aan het groepsverbod te voldoen. Eén en
ander betekent dat netbeheerders enerzijds en producenten, handelaren en leveranciers van
elektriciteit of gas anderzijds dan niet meer deel mogen uitmaken van één en dezelfde groep. Ook het
over en weer houden van aandelen in elkaar is dan niet meer toegestaan.” 49
Het lijkt alsof
Vandebron de Wet van Groepsverbod overtreedt maar omdat de boeren die leveren officieel
geen onderdeel van Vandebron maar eigen baas zijn wordt deze wet niet overgetreden. In
2011 is er opnieuw sprake van wijziging van de Elektriciteitswet van 1998 en de Gaswet. Dit
met zicht op de toekomst, er wordt steeds meer gebruikgemaakt van duurzame energie en
dit moet ook in de wetgeving zichtbaar zijn. 50
Om dit mogelijk te maken wordt er gebruik
gemaakt van congestiemanagement waarbij duurzame energie voorrang zal krijgen op het
net.51
46
‘Wet Elektriciteitswet 1998’
47
‘Wet Gaswet 2000’
48
Hoeven, van der M. J. A. (2007) ‘Inwerkingtredingsbesluit groepsverbod Wet onafhankelijk netbeheer’
Kamerstuk 2000-2001, 27250, nr 38, Tweede Kamer
49
Hoeven, van der M. J. A. (2007) ‘Inwerkingtredingsbesluit groepsverbod Wet onafhankelijk netbeheer’
Kamerstuk 2000-2001, 27250, nr 38, Tweede Kamer
50
Verhagen, M. J. M. (2011) ‘Energierapport, brief van de minister van economische zaken, landbouw en innovatie’
51
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (2010) ‘Elektriciteitswet’
16
6. Discussie
Het onderwerp innovatie en dan met name destructieve innovatie heeft voor grote discussie
gezorgd. Er zitten voor- en nadelen aan innovatie en de vraag is dan ook of je bedrijven vrij
hun gang moet laten gaan als het gaat om innovatie of dat er hier een beperking moet zijn.
Technologische ontwikkelingen hebben mogelijk gemaakt dat innovatie steeds sneller gaat
en zich steeds sneller verspreidt. Technologische ontwikkeling valt niet meer te negeren en
we zouden hier op een positieve manier gebruik van moeten maken. De groepen betrokken
bij dit dilemma verschillen erg qua mening over deze discussie. Met het dilemma bedoelen
wij uiteraard onze hoofdvraag: Wat moet onze samenleving doen, innovatie bevorderen of
bestaande bedrijven hiertegen beschermen?
Kort samengevat; bedrijven willen zo veel mogelijk innovatie voor zover het positief uit pakt
voor hun persoonlijke concurrentiepositie en de winst hiermee vergroot wordt. Het maakt de
bedrijven niet echt uit dat werknemers vaak de dupe zijn van deze innovatieve
veranderingen. De samenleving heeft hier echter wel problemen mee, want voor de mensen
staan de werkomstandigheden en de arbeidsvoorwaarden boven de winst en productiviteit.
Innovatie kan ook positief uitpakken in ogen van de maatschappij omdat de prijzen vaak
dalen. De overheid zal uiteindelijk de knoop door moeten hakken, maar toch is ook voor de
overheid niet helemaal duidelijk of de voordelen zwaarder wegen dan de nadelen of
andersom.
De belangrijkste taak van de wet- en regelgeving is bescherming bieden aan de
maatschappij. Dit betekent dat werknemers, werkgevers, maar ook bedrijven beschermd
moeten worden tegen gevaren van buitenaf. Het verschilt dan ook per wet of het innovatie
bevordert of tegenwerkt. Het is de wetgeving die, soms onbedoeld, bepaalt of innovatie is
toegestaan of niet. Ook kan wetgeving ervoor zorgen dat bedrijven geen druk voelen om te
innoveren. Zo wordt het steeds makkelijker om monopolies en octrooien aan te vragen,
waarbij een innovatie jaren beschermt kan worden. Ook kan het beschermen van de
werknemer ervoor zorgen dat de werkgelegenheid afneemt. Dit geldt voornamelijk voor de
(vaak jonge) werkzoekenden. De oudere medewerkers worden beschermt door gunstige
arbeidsovereenkomsten waardoor er weinig ruimte is voor nieuwe medewerkers.
De meeste wetten zijn gemaakt vanuit problemen die zich voordeden in de maatschappij. De
problemen van vandaag, zijn dan weer anders dan de problemen waarop de wetgeving
gebaseerd is. Dit maakt de wetgeving vaak inflexibel. De vraag is dan ook moet hier iets aan
gedaan worden?
Hierbij komt de maatschappij om de hoek kijken. De wetgeving is er immers voor de
maatschappij. Innovatie lijkt op het eerste gezicht gunstig voor de maatschappij. Innovatie
bevordert de prijs- en kwaliteitverhouding van producten en/of diensten, wat erg gunstig is
voor de consument. Daarnaast vergroot innovatie het aanbod. Alleen zorgen deze innovaties
ook vaak voor een daling van de werkgelegenheid. Ook lijken werknemers steeds vaker de
dupe te worden van de competitie tussen bedrijven. Bedrijven worden gedwongen hun
diensten of producten tegen dezelfde, vaak lage, prijs aan te bieden als hun concurrent. Zij
moeten gaan snijden in de productiekosten om toch een behoorlijke winst te behalen.
Daarnaast is de reactie van de maatschappij van groot belang voor bedrijven. De
maatschappij wordt daarom ook steeds vaker betrokken bij het innoveren, door middel van
‘co-creation’. Normen en waarden worden constant verandert door innovatie. Nieuwe
‘dingen’ die op de markt komen zorgen ervoor dat je steeds sneller het nieuwe normaal gaat
vinden. Dit geldt al helemaal als de innovatie impact heeft op je alledaagse leven.
Voor het bedrijf zelf is innovatie nog wel het belangrijkste. Bedrijven moeten continu
concurreren om de beste te blijven, dit kun je vergelijken met de wapenwedloop die wij in de
inleiding hebben besproken (zie blz. 2). Innovatie binnen bedrijven lijdt vaak tot hogere
arbeidsproductiviteit en schaalvoordelen. De continue druk voor bedrijven om te innoveren
17
kan als nadelig worden beschouwd, maar zonder innovatie kunnen bedrijven überhaupt niet
bestaan. Dit geldt voor zowel nationaal als internationaal. Innovatie voor een land als geheel
is erg belangrijk, namelijk voor de concurrentiepositie. Als een land weinig innoveert, zal de
consument overstappen naar het buitenland, omdat daar de producten goedkoper of beter
zijn. De welvaart van het land neemt daardoor af, waardoor ook de werkgelegenheid weer
zal dalen.
Kortom, innovatie is noodzakelijk. De maatschappij zal dus mee moeten innoveren. Kennis is
daarbij macht. Excellent onderwijs moet dus centraal gaan staan, maar ook de Nederlandse
mentaliteit waarbij innovatie een prioriteit wordt. De werknemer beschermen tegen innovatie
wordt op den duur onhoudbaar. Als een bedrijf wil blijven bestaan, moet zij vrij zijn om te
innoveren. Dit kan om sociale en/of technologische innovatie gaan. Bij sociale innovatie is
het belangrijk dat werkgevers zo goed als vrij kunnen zijn om veranderingen aan te brengen
in het werkproces. Het is daarom van groot belang dat ook de werknemers mee gaan
innoveren. Al helemaal met de aankomende vergrijzing in Nederland. Meer produceren met
minder mensen wordt steeds noodzakelijker. Zowel voor de bedrijven als voor de
werknemers geldt: ‘Survival of the fittest’.
Voordelen innovatie Nadelen innovatie
Stijging arbeidsproductiviteit
Vergroting winst voor bedrijven
Goedkoper produceren
Stijging van de concurrentiepositie
Verbetering prijs/kwaliteitsverhouding
Verruiming aanbod goederen en diensten
Innovatie is noodzakelijk voor bedrijven
Verslechterde arbeidsomstandigheden
Afname werkgelegenheid
Schade van morele en ethische aard
Innovatie is noodzakelijk voor bedrijven
18
7. Summary
The main question we want to explore with our research is: what should our society do,
promote innovation or protect existing companies against innovation? Innovation is the
development of new ideas and things. There are two kinds of innovation, technical innovation
and social innovation. Disruptive innovation describes a process by which a product or
service takes root initially in simple applications at the bottom of a market and then
relentlessly moves up market, eventually displacing established competitors. Innovation
plays an important role in different groups of our society. Our society is very inflexible when it
comes down to innovation and change. Our legislation is so inflexible that sometimes it even
hinders innovation. When does innovation become so disruptive that we should protect our
society against it? Our conclusion is that innovation is so important that we cannot live
without it so we shouldn’t make laws against it and protect existing companies. The society
should also innovate more and more. For employers and employees it is all about ‘Survival of
the fittest’.
19
8. Bronnenlijst
Anoniem (2014) ‘Creatieve Destructie’
http://nl.wikipedia.org/wiki/Creatieve_destructie
Anoniem (2014) ‘Energiemarkt’
http://nl.wikipedia.org/wiki/Energiemarkt
Anoniem (2014) 'Hype cycle'
http://nj.wikipedia.org/wiki/Hype_cycle
Anoniem (2014) ‘Innovatie’
http://nl.wikipedia.org/wiki/Innovatie#Geschiedenis
Anoniem (2014) ‘Nederlandse elektriciteitsmarkt’
http://nl.wikipedia.org/wiki/Nederlandse_elektriciteitsmarkt
Anoniem (2005) ‘Sociale Innovatie, de Andere Dimensie’
http://euparl.net/9353000/1/j4nvgs5kjg27kof_j9vvhskmycle0vf/vi3ao0v54iyj/f=/blg5736.pdf
Anoniem (2014) 'Taxi (vervoer)'
http://nl.wikipedia.org/wiki/Taxi_%28vervoer%29
Anoniem (2014) 'Wet personenvervoer 2000'
http://nl.wikipedia.org/wiki/Wet_personenvervoer_2000
Arts, M (2010) 'Silicon Valley: 10 voorwaarden voor succesvol ondernemen'
http://www.frankwatching.com/archive/2010/07/07/silicon-valley-10-voorwaarden-voor-succesvol-
ondernemen/
Bansal, R. (2014) 'Difference between Flexible and Rigid Constitutions – Essay'
http://www.shareyouressays.com/88292/difference-between-flexible-and-rigid-constitutions-essay
Benson, S. (2013) 'Co-creation: the pathway to innovation'
http://www.visioncritical.com/blog/cocreation-101
De Bijbel: Rechters 7:1
De Bijbel: 1 Samuel 17
Blotenburg, S (2014) 'Silicon Valley is een geoliede machine'
http://www.nu.nl/ondernemen/3883250/silicon-valley-geoliede-machine.html
Buys, J. A. (1984) ‘Innovatie en interventie. Proefschrift TU Delft, Kluwer’
Christensen, C. ‘Disruptive Innovation’
http://www.claytonchristensen.com/key-concepts/
Damveld, J (2013) 'Co-creatie: 5 succesverhalen van retailers'
http://www.frankwatching.com/archive/2013/09/24/co-creatie-vijf-succesverhalen-van-retailers/
Gouillart, F (2010) 'What the heck is co-creation'
http://francisgouillart.com/wordpress/?p=720
Hoeven, van der M. J. A. (2007) ‘Inwerkingtredingsbesluit groepsverbod Wet onafhankelijk netbeheer’
Kamerstuk 2000-2001, 27250, nr 38, Tweede Kamer
http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-
publicaties/kamerstukken/2007/07/16/inwerkingtredingsbesluit-groepsverbod-wet-onafhankelijk-
netbeheer-ek-en-tk.html
Inaday merken&patenten (2014)
20
http://inaday1-
px.rtrk.nl/nl/octrooirecht?utm_source=Google&utm_medium=CPC&utm_campaign=ReachLocal-
Patent
Kalshoven, F. (2012) ‘Het spel en de knikkers Frank Kalshoven’
http://www.volkskrant.nl/dossier-archief/het-spel-en-de-knikkers-frank-kalshoven~a3227134/
Koenen, M. J. Drewes, J. B. (1992) uit Wolters' handwoordenboek
Leeuwen, van N. (2014) 'De klant is blij met Uber, nu de overheid nog'
uit 'De Volkskrant'
MEMO Malmberg (2011) ‘MEMO, geschiedenis voor de bovenbouw’
Nationale bibliotheek van Nederland (2015)
http://www.bibliopolis.nl/
@NeelieKroesEU
https://www.twitter.com
NU.nl/ANP (2013) 'Nederland daalt op concurrentieranglijst'
http://www.nu.nl/economie/3566542/nederland-daalt-concurrentieranglijst.html
NUZakelijk (2014) 'Crisis dwingt ondernemer tot creatief kiezen'
http://www.nu.nl/mkb/3395268/crisis-dwingt-ondernemer-creatief-kiezen.html
Osta, van J. (2014)
Panteia (2013) ‘Technologische en Sociale Innovatie in een concurrerende markt’
http://www.scienceguide.nl/media/1665145/volledig_rapport_innovatie_en_concurrentiemonitor_topse
ctoren_panteia-rsm.pdf
Poelman, Y. ‘Ynnovator
http://www.ynnovator.nl/?page_id=303
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (2010) ‘Elektriciteitswet’
http://www.rvo.nl/onderwerpen/duurzaam-ondernemen/duurzame-energie-opwekken/windenergie-op-
land/wetten-en-regels/elektriciteitswet
Roelofs, S. (2012) 'Aanbestedingswet remt innovatie'
http://www.nederlandict.nl/?id=11760
Roemer, E. (2013) 'Nederland daalt op concurrentieranglijst'
http://www.nu.nl/economie/3566542/nederland-daalt-concurrentieranglijst.html
TTIP advisory group (2014) 'What is the Transatlantic Trade and Investment Partnership?'
Soete, L. (2010) ‘Innovatie kan ook destructief zijn’
http://www.soete.nl/trends/trends_20100422.pdf
Sommer, M. (2014) ‘De technologische ravage’
http://www.volkskrant.nl/dossier-archief/de-technologische-ravage~a3587918/
Uber 'about'
https://www.uber.com/about
Valk, de M. (2004) 'De mentaliteit in Finland is anders dan hier'
http://www.ser.nl/nl/publicaties/overzicht%20ser%20bulletin/2004/januari%202004/06.aspx
21
Vandebron (2013) ‘Vandebron’
https://vandebron.nl/?gclid=COCB5O6d68MCFS7MtAod8g4ASQ#!/
Verhagen, M. J. M. (2011) ‘Energierapport, brief van de minister van economische zaken, landbouw
en innovatie’
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31510-47.html
Volberda, H. (2013) 'Nederland daalt op concurrentieranglijst'
http://www.nu.nl/economie/3566542/nederland-daalt-concurrentieranglijst.html
‘Wet Elektriciteitswet 1998’
http://wetten.overheid.nl/BWBR0009755/volledig/geldigheidsdatum_14-01-2015#Opschrift
‘Wet Gaswet 2000’
http://wetten.overheid.nl/BWBR0011440/volledig/geldigheidsdatum_14-01-2015#Opschrift
'Wet personenvervoer 2000'
http://wetten.overheid.nl/BWBR0011470/geldigheidsdatum_30-09-2014#HoofdstukV
Woudt, J. (2014) 'Uber: club voor snorders of ridders van de taxi-innovatie?'
http://fd.nl/economie-politiek/903673/uber-club-voor-snorders-of-ridders-van-de-taxi-innovatie
Zeggen, A (2014) 'Economisch nieuws met Amba Zeggen'
bij Eenvandaag.
Zwitsers economisch onderzoeksinstituut IMD
22
9. Werkwijze
Bij het zoeken naar een onderwerp vonden wij het belangrijk om economische en
maatschappelijke aspecten met elkaar te verbinden. Centraal stond het vinden van een
origineel onderwerp dat we allebei interessant vonden. Het zoeken naar een onderwerp ging
iets minder gemakkelijk dan verwacht, alle onderwerpen die we op internet en dergelijke
konden vinden vonden wij al te uitgekauwd. Tot op het moment dat Laura op de
documentaire ´Kleine bedrijven grijpen de macht´ bij Nieuwsuur stuitte hadden wij geen idee.
Hierin kwam voornamelijk het bedrijf Uber naar voren. Over Uber hadden wij in het nieuws al
weleens gehoord en gelezen. We hebben ons wat meer verdiept in dit onderwerp en het
besproken met onze begeleiders. Conclusie: we hebben ons onderwerp! We kwamen er al
vrij snel achter dat het een heel breed onderwerp was en we hiermee veel kanten op konden
gaan. We moesten het onderwerp dus inperken. In eerste instantie wilden we ons vooral
richten op de destructieve gevolgen die innovatie met zich meebrengt. Dit komt dan ook in
de buurt van onze definitieve hoofdvraag: “Wat moet onze samenleving doen, innovatie
bevorderen of bestaande bedrijven hiertegen beschermen?” Gedurende ons onderzoek
hebben we onze hoofdvraag meerdere malen veranderd omdat we steeds weer meerdere
kanten ontdekten en die verder onderzochten. Wat ons uiteindelijk het meest interesseerde
was de discussie rondom het taxibedrijf Uber. Deze discussie bracht ons op het onderwerp
destructieve innovatie omdat je dit probleem in alle sectoren terug ziet komen. We begonnen
aan dit onderzoek met een positieve mening over innovatie en we vonden beiden dat de
wetgeving soepeler moest worden met betrekking tot innovatie. Uiteindelijk zat het
destructieve dilemma veel ingewikkelder in elkaar dan we verwacht hadden. Er zaten zoveel
verschillende kanten aan dit verhaal dat je per stakeholder wel een nieuwe mening kon
vormen. Het was daarom ook lastig voor ons om dit te verwerken in ons onderzoek. Hierbij
speelde ook mee dat we voornamelijk artikelen vonden waarin meningen werden gegeven
over het probleem. Hierom hebben wij ervoor gekozen de discussie te verduidelijken met ons
onderzoek en onze eigen meningen te vormen en toe te lichten. Ten eerste hebben we
verschillende onderdelen feitelijk onderzocht en omschreven waarna wij beter in staat waren
om de subjectieve zaken, dus de meningen uit artikelen, objectief te bestuderen. Dit was dan
ook de volgende stap die wij hebben gezet. Ten slotte hebben wij een discussie geschreven
waarin het destructieve dilemma uitgebreid omschreven wordt en wij onze eigen meningen
toelichten. De samenwerking is goed verlopen, de taakverdeling verliep soepel. Wanneer wij
vastliepen bij ons onderzoek hadden we altijd de mogelijkheid om naar een van onze
begeleiders te stappen en om hulp te vragen. Wij zijn onze begeleiders, Guus Geertman en
Paul de Boer, hier erg dankbaar voor.

More Related Content

Similar to Komt het 'nieuwe Nederland' uit haar comfortzone?

Een nieuw tijdperk vereist anders denken
Een nieuw tijdperk vereist anders denkenEen nieuw tijdperk vereist anders denken
Een nieuw tijdperk vereist anders denkenJan Lindeboom
 
ELLLA presentatie Jan Bommerez 21 maart 2011
ELLLA presentatie Jan Bommerez 21 maart 2011ELLLA presentatie Jan Bommerez 21 maart 2011
ELLLA presentatie Jan Bommerez 21 maart 2011ELLLA
 
RL Voor Flevoland 20090422
RL Voor Flevoland 20090422RL Voor Flevoland 20090422
RL Voor Flevoland 20090422kirstenwind
 
ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009
ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009
ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009ABN AMRO
 
Dilemma's voor onze tijd - Rotary Uden
Dilemma's voor onze tijd - Rotary Uden Dilemma's voor onze tijd - Rotary Uden
Dilemma's voor onze tijd - Rotary Uden Hans van Duijnhoven
 
Innoveer Augustus 2010
Innoveer Augustus 2010Innoveer Augustus 2010
Innoveer Augustus 2010Houk Nolten
 
Hoe belangrijk zijn ondernemers voor Vlaanderen
Hoe belangrijk zijn ondernemers voor VlaanderenHoe belangrijk zijn ondernemers voor Vlaanderen
Hoe belangrijk zijn ondernemers voor VlaanderenUNIZO
 
Innoveer! April 2010
Innoveer! April 2010Innoveer! April 2010
Innoveer! April 2010Houk Nolten
 
Innoveer! April 2010
Innoveer! April 2010Innoveer! April 2010
Innoveer! April 2010Houk Nolten
 
Trendvizier editie 2018 door paul blok
Trendvizier editie 2018   door paul blokTrendvizier editie 2018   door paul blok
Trendvizier editie 2018 door paul blokPaul Blok
 
Trendboek 2014: RevÁlutie
Trendboek 2014: RevÁlutieTrendboek 2014: RevÁlutie
Trendboek 2014: RevÁlutieBob van Leeuwen
 
Ecosysteem.pdf: Hoe versnel je innovatie door het bouwen van een ecosysteem? ...
Ecosysteem.pdf: Hoe versnel je innovatie door het bouwen van een ecosysteem? ...Ecosysteem.pdf: Hoe versnel je innovatie door het bouwen van een ecosysteem? ...
Ecosysteem.pdf: Hoe versnel je innovatie door het bouwen van een ecosysteem? ...Rabobank
 
Marketing over datum - Een verhaal over innovatie en inspiratie
Marketing over datum - Een verhaal over innovatie en inspiratieMarketing over datum - Een verhaal over innovatie en inspiratie
Marketing over datum - Een verhaal over innovatie en inspiratieMichiel Gerbranda
 
Presentatie op Provada 2010 over Social Media mogelijkheden, door Remco van B...
Presentatie op Provada 2010 over Social Media mogelijkheden, door Remco van B...Presentatie op Provada 2010 over Social Media mogelijkheden, door Remco van B...
Presentatie op Provada 2010 over Social Media mogelijkheden, door Remco van B...Kittyhawk
 
CLICKNL | CREATE HEALTH - verslag 23 juni 2014
CLICKNL | CREATE HEALTH - verslag 23 juni 2014CLICKNL | CREATE HEALTH - verslag 23 juni 2014
CLICKNL | CREATE HEALTH - verslag 23 juni 2014CLICKNL
 
Het Held in Geld Project
Het Held in Geld ProjectHet Held in Geld Project
Het Held in Geld ProjectPeter de Kuster
 
SGS INTRON BULLETIN – NUMMER 28
SGS INTRON BULLETIN – NUMMER 28SGS INTRON BULLETIN – NUMMER 28
SGS INTRON BULLETIN – NUMMER 28SGS
 

Similar to Komt het 'nieuwe Nederland' uit haar comfortzone? (20)

Een nieuw tijdperk vereist anders denken
Een nieuw tijdperk vereist anders denkenEen nieuw tijdperk vereist anders denken
Een nieuw tijdperk vereist anders denken
 
Disruptief
DisruptiefDisruptief
Disruptief
 
ELLLA presentatie Jan Bommerez 21 maart 2011
ELLLA presentatie Jan Bommerez 21 maart 2011ELLLA presentatie Jan Bommerez 21 maart 2011
ELLLA presentatie Jan Bommerez 21 maart 2011
 
RL Voor Flevoland 20090422
RL Voor Flevoland 20090422RL Voor Flevoland 20090422
RL Voor Flevoland 20090422
 
ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009
ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009
ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009
 
Dilemma's voor onze tijd - Rotary Uden
Dilemma's voor onze tijd - Rotary Uden Dilemma's voor onze tijd - Rotary Uden
Dilemma's voor onze tijd - Rotary Uden
 
Innoveer Augustus 2010
Innoveer Augustus 2010Innoveer Augustus 2010
Innoveer Augustus 2010
 
Hoe belangrijk zijn ondernemers voor Vlaanderen
Hoe belangrijk zijn ondernemers voor VlaanderenHoe belangrijk zijn ondernemers voor Vlaanderen
Hoe belangrijk zijn ondernemers voor Vlaanderen
 
Innoveer! April 2010
Innoveer! April 2010Innoveer! April 2010
Innoveer! April 2010
 
Innoveer! April 2010
Innoveer! April 2010Innoveer! April 2010
Innoveer! April 2010
 
Dilemma's voor onze tijd
Dilemma's voor onze tijdDilemma's voor onze tijd
Dilemma's voor onze tijd
 
Toekomstvisie 2030
Toekomstvisie 2030 Toekomstvisie 2030
Toekomstvisie 2030
 
Trendvizier editie 2018 door paul blok
Trendvizier editie 2018   door paul blokTrendvizier editie 2018   door paul blok
Trendvizier editie 2018 door paul blok
 
Trendboek 2014: RevÁlutie
Trendboek 2014: RevÁlutieTrendboek 2014: RevÁlutie
Trendboek 2014: RevÁlutie
 
Ecosysteem.pdf: Hoe versnel je innovatie door het bouwen van een ecosysteem? ...
Ecosysteem.pdf: Hoe versnel je innovatie door het bouwen van een ecosysteem? ...Ecosysteem.pdf: Hoe versnel je innovatie door het bouwen van een ecosysteem? ...
Ecosysteem.pdf: Hoe versnel je innovatie door het bouwen van een ecosysteem? ...
 
Marketing over datum - Een verhaal over innovatie en inspiratie
Marketing over datum - Een verhaal over innovatie en inspiratieMarketing over datum - Een verhaal over innovatie en inspiratie
Marketing over datum - Een verhaal over innovatie en inspiratie
 
Presentatie op Provada 2010 over Social Media mogelijkheden, door Remco van B...
Presentatie op Provada 2010 over Social Media mogelijkheden, door Remco van B...Presentatie op Provada 2010 over Social Media mogelijkheden, door Remco van B...
Presentatie op Provada 2010 over Social Media mogelijkheden, door Remco van B...
 
CLICKNL | CREATE HEALTH - verslag 23 juni 2014
CLICKNL | CREATE HEALTH - verslag 23 juni 2014CLICKNL | CREATE HEALTH - verslag 23 juni 2014
CLICKNL | CREATE HEALTH - verslag 23 juni 2014
 
Het Held in Geld Project
Het Held in Geld ProjectHet Held in Geld Project
Het Held in Geld Project
 
SGS INTRON BULLETIN – NUMMER 28
SGS INTRON BULLETIN – NUMMER 28SGS INTRON BULLETIN – NUMMER 28
SGS INTRON BULLETIN – NUMMER 28
 

Komt het 'nieuwe Nederland' uit haar comfortzone?

  • 1. KOMT HET ‘NIEUWE NEDERLAND’ UIT HAAR COMFORTZONE? TOEGEPAST OP UBER EN VANDEBRON LAURA UYTERLINDE EN ROMY MANS GERRIT RIETVELD COLLEGE Profielwerkstuk 2015 'Elk probleem heeft zijn eigen oplossing, je moet alleen creatief genoeg zijn om deze te bedenken'. - Travis Kalanick
  • 2. 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding………………………………………………………………………………. 2. Wat is innovatie? ………………………….………………………….…………….. 2.1 Wat is het begrip innovatie? ………………………….…………………. 2.2 Hoe ontstaat innovatie? ………………………….………………………. 2.3 Wat zijn de gevolgen van innovatie? ………………………….………... 2.4 Wanneer is innovatie destructief? ………………………….…………… 3. Hoe speelt innovatie een rol in verschillende groepen van onze samenleving? ……………….……………………………….………………… 3.1 Hoe speelt innovatie een rol bij wet- en regelgeving? ………………... 3.2 Hoe speelt innovatie een rol in de maatschappij? …………………….. 3.3 Hoe speelt innovatie een rol bij bedrijven? ………………………….…. 3.4 Hoe speelt innovatie een rol met betrekking tot het buitenland?......... 4. Hoe inflexibel is onze samenleving ten overstaande van innovatie?................ 4.1 Hoe inflexibel is onze wet- en regelgeving ten overstaande van innovatie?……………………….……………………………….……………... 4.2 Hoe inflexibel is onze maatschappij ten overstaande van innovatie?.. 5. Hoe zit het destructieve innovatie dilemma in elkaar? …………………………. 5.1 Hoe zit het destructieve innovatie dilemma in elkaar toegepast op Uber?………………….……………………………….……………………….. 5.2 Hoe zit het destructieve innovatie dilemma in elkaar toegepast op Vandebron? ..……………….……………………………….………………… 6. Discussie………………………….……………………………….……..………….. 7. Summary………………………….……………………………….….……………… 8. Bronnenlijst………………………….……………………………….………………. 9. Werkwijze………………………….……………………………….………………… …………..1 …………..2 …………..2 …………..3 …………..3 …………..4 …………..5 …………..5 …………..5 …………..7 …………..8 …………..9 …………..9 …………10 …………11 …………11 …………14 …………16 …………18 …………19 …………22
  • 3. 1 1. Inleiding In het jaar 907 v. Chr. won David het duel van Goliath, zo wonnen de Israëlieten de strijd om de Vallei van Elah van de Filistijnen. Goliath was een Filistijnse reus en daarmee de sterkste strijder van het leger van de Filistijnen. Niemand durfde tegen Goliath te vechten tot op een dag David, een kleine herdersjongen, de uitdaging aanging. David leek gedoemd te verliezen, maar tot ieders verbazing won hij de strijd. Niemand had verwacht dat de drie meter lange reus het gevecht zou verliezen, maar de steen die David in één keer recht tussen de ogen van Goliath gooide werd hem fataal.1 Ook werd deze tactiek, van een onverwachte aanval van de zwakke partij, eerder toegepast in de geschiedenis. Ca. 1100 voor Christus versloeg Gideon met zijn leger van 300 man het leger van de Midianieten bestaande uit 135.000 man. Gideon veroorzaakt met zijn leger op een onverwacht moment chaos, waardoor brute kracht niet meer nodig was. Door de chaos die ontstond, bood het leger geen weerstand.2 De geschiedenis blijft zich herhalen, maar natuurlijk niet letterlijk. Bestaande bedrijven zien zich steeds vaker geconfronteerd worden met kleine innovatieve bedrijven. Op het eerste oog lijken deze niet gevaarlijk, waardoor de grote bedrijven zich hier niet op voorbereiden. Net zoals dat Goliath zich niet voorbereidde op de steen die hem fataal werd, of de Midianieten die de verassingsaanval van Gideon niet aan zagen komen. Een belangrijke vorm van innovatie is de boekdrukkunst die haar bloei kende rond het jaar 1500. De boekdrukkunst is niet alleen een innovatie op zich, maar bevorderde ook verder innovatie. Kennis kon immers opgeschreven worden.3 Een ander voorbeeld zal op het eerste gezicht niet zo zeer gezien worden als innovatie, maar heeft er wel alles mee te maken. Namelijk oorlog, oorlog is een motor voor innovatie. Landen willen in staat zijn elkaar te verslaan en daarom moeten zij ervoor zorgen steeds ‘de beste’ te zijn. Hierdoor ontstaat de wapenwedloop, waarbij landen elkaar proberen te overtreffen op het gebied van wapentechnologie of simpelweg het aantal wapens. Door deze wapenwedloop ontstond een allesvernietigend wapen, de atoombom. De atoombom was niet alleen letterlijk destructief voor gebieden, maar ook destructief voor de oorlog zelf. De dreiging van de atoombom was zo groot, dat de oorlog eigenlijk stil kwam te liggen.4 De boekdrukkunst en de atoombom zijn technologische innovaties waarvan de gevolgen nu nog zichtbaar zijn. In de Bijbelverhalen was God de helpende hand, vandaag de dag zijn het de innovatieve ideeën die, op dezelfde manier als bij de boekdrukkunst en de atoombom, zorgen voor een ontwrichtende werking op de markt. Als een innovatie zo een ontwrichtende werking heeft op de markt noemt men dit een destructieve innovatie (synoniem: disruptief). De deeleconomie speelt hierbij een grote rol. De deeleconomie wordt gezien als het niet meer nodig hebben van traditionele bedrijven/ instanties, maar vooral geld verdienen met wat je zelf hebt. Er wordt verdiend waar oorspronkelijk niet verdiend werd. Denk hierbij aan Airbnb, op deze site kun je een slaapplek aanbieden tegen betaling, deze zou anders gewoon leegstaan. Steeds meer bedrijven gaan proberen zo in te spelen op de behoefte van de consument. Het begrip deeleconomie klinkt positief, maar dat is niet altijd het geval. De centrale vraag die wij daarom met ons onderzoek willen beantwoorden is: Wat moet onze samenleving doen, innovatie bevorderen of bestaande bedrijven hiertegen beschermen? Om deze vraag goed te kunnen beantwoorden moeten we ten eerste het begrip innovatie toelichten. Ten tweede gaan we kijken welke rol innovatie speelt in onze huidige samenleving. Ten derde onderzoeken we de inflexibiliteit van onze samenleving ten overstaande van innovatie. Vervolgens gaan we kijken naar het destructieve dilemma wat innovatie veroorzaakt. Ten slotte zullen wij in een discussie alle punten die bij ons onderzoek naar voren zijn gekomen tegen elkaar afwegen. 1 De Bijbel: Rechters 7:1 2 De Bijbel: 1 Samuel 17 3 Nationale bibliotheek van Nederland (2015) 4 MEMO Malmberg (2011) ‘MEMO, geschiedenis voor de bovenbouw’
  • 4. 2 2. Wat is innovatie? 2.1 Wat is innovatie? Innovatie: de ontwikkeling van nieuwe ideeën en dingen, een eerste commerciële toepassing van iets nieuws, het vernieuwen of sterk verbeteren van producten, diensten of processen (een uitvinding is niet per definitie een innovatie). Innovatie komt van het Latijnse woord ‘Innovationem’.5 Oorspronkelijk werd bij innovatie alleen aan technologische innovatie gedacht maar met de overgang van de industrieel georiënteerde maatschappij naar de kennis en diensten georiënteerde maatschappij kwam de opkomst van de sociale innovatie. Door de decennia heen werd innovatie steeds breder geïnterpreteerd. Innovatie heeft altijd met verandering te maken en betrekking op vernieuwing. Maar innovatie is niet hetzelfde als vernieuwing of een uitvinding. Zoals Buys zei “Innovatie is een sprongsgewijze verandering in Product-markt-technologie-combinaties van bestaande (industriële) bedrijven.”6 Er kan onderscheid gemaakt worden tussen sociale en technologische innovatie (zie figuur 1) - Technologische innovatie; gericht op vernieuwing of sterke verbetering door middel van technologische kennis, R&D- en ICT-investeringen, onderzoek en ontwikkeling en kenniscreatie. - Sociale (niet-technologische) innovatie; het aanbrengen van veranderingen in de manier van organiseren, managen en inrichten van de arbeid welke nieuw is voor de organisatie en/of bedrijfstak. 7 Op het niveau van verandering kan ook nog onderscheid gemaakt worden; - Radicale innovatie: een hele andere wijze van werken of productie, het hele proces veranderd drastisch. - Incrementele innovatie: het proces zo aanpassen dat het op dezelfde manier gaat maar dan beter. Het gaat hierbij om kwantitatief (arbeidsproductiviteit) of kwaliteit (verbetering producten). 5 Anoniem (2014) ‘Innovatie’ 6 Buys, J.A. (1984) Innovatie en interventie. Proefschrift TU Delft, Kluwer 7 Panteia (2013) ‘Technologische en Sociale Innovatie in een concurrerende markt’
  • 5. 3 2.2 Hoe ontstaat innovatie? Innovatie is een noodzakelijke voorwaarde voor een gezonde en succesvolle organisatie, op korte en lange termijn. 8 ‘Survival of the fittest’ geldt niet alleen in de natuur, ook in het bedrijfsleven is hier sprake van. Er moet constant vernieuwd en verbeterd worden of een bedrijf overleeft het niet. Het draait allemaal om het verbeteren van de concurrentiepositie. Het vernieuwingsproces wordt steeds complexer. Technologische ontwikkelingen en economische turbulentie stellen eisen aan het aanpassings- en vernieuwingsvermogen van bedrijven.9 Innovatie kan op allerlei verschillende schaalniveaus toegepast worden. 2.3 Wat zijn de gevolgen van innovatie? Innovaties hebben invloed op de economie van een land, de ontwikkelingen of veranderingen die hierbij tot stand komen kunnen negatieve en positieve gevolgen hebben. De gevolgen van innovaties raken alles en iedereen; de overheid (en haar wetten), de maatschappij (consumenten), de bedrijven (producenten) en het buitenland (concurrentiepositie). Snelle technologische verandering, toenemende internationale concurrentie en veranderende markten en marktomstandigheden maken innovatie een steeds belangrijker onderdeel van de bedrijfsvoering. “Innovatie heeft zich door de jaren heen ontwikkeld als een begrip dat staat voor economische dynamiek, voor noodzakelijke vernieuwing, voor zogenaamde ‘creative destruction’, dynamiek mogelijk ten koste van sommige belangen maar ten goede van de maatschappij. Het begrip innovatie heeft dan ook een positieve connotatie: het succesvol invoeren van nieuwe producten of processen. Voor zover er sprake is van mogelijke negatieve maatschappelijke aspecten zijn die vooral van morele of ethische aard, en vallen onder de rubriek ‘technology assessment’ waarbij de overheid in het extreme geval overgaat tot regulering om technologische ontwikkelingen af te remmen. Veranderingsprocessen zijn in sommige sectoren echter veel complexer. Als de technologische ontwikkeling sneller gaat dan de regulering hiervan ontstaat het fenomeen ‘destructieve creatie’. De regulering kan het moeilijk bijbenen omdat dit voornamelijk de taak is van de overheid en deze dan moet zorgen voor gedetailleerde en continu opgewaardeerde expertise over het opereren van het netwerksysteem en kennis en wetenschappelijke inzichten over nieuwe vormen van dienstverlening en hun maatschappelijke implicaties.”10 De aankomende vergrijzing van Nederland gaat een krimpende beroepsbevolking als gevolg hebben. Een banenvernietigingsplan, meer produceren met minder mensen, zal misschien de oplossing zijn in plaats van een banenplan. Dan moet er wel verandering komen in het beleid van de overheid, welke nu extreem rigide is. Een voorbeeld is de werkloosheid onder de jongeren. Deze werkloosheid is er niet omdat jongeren, als outsiders, te weinig rechten hebben maar omdat ouderen, als insiders, teveel rechten hebben. De arbeidsmarkt is in dit geval extreem rigide.11 8 Poelman, Y. ‘Ynnovator 9 Anoniem (2005) ‘Sociale Innovatie, de Andere Dimensie’ 10 Soete, L. (2010) ‘Innovatie kan ook destructief zijn’ 11 Kalshoven, F. (2012) ‘Het spel en de knikkers Frank Kalshoven’
  • 6. 4 2.4 Wanneer is innovatie destructief? ‘Disruptive innovation, a term of art coined by Clayton Christensen, describes a process by which a product or service takes root initially in simple applications at the bottom of a market and then relentlessly moves up market, eventually displacing established competitors’12 Oftewel, destructieve innovatie is het proces waarbij een bedrijf met een product of dienst onder aan de ladder begint en doormiddel van kleine veranderingen de ladder opklimt en de bestaande concurrentie vervangt. Het is een proces van voortdurende innovatie, waarbij succesvolle toepassingen van nieuwe technieken de oude vernietigen. Destructieve innovatie wordt ook wel creatieve destructie (creative destruction) genoemd. Deze term komt van Sombart, een marxistisch econoom. Een creatieve oplossing, innovatie kan zelfs destructief zijn voor een hele sector. Deze destructieve werking die innovatie kan hebben heeft ervoor gezorgd dat er kritiek is op innovatie. Innovatie is voornamelijk destructief voor de arbeidsgelegenheid. Er wordt een patroon herkend in de innovatieve ontwikkelingen. Eerst is vrijwel alle industriële arbeid verdwenen door technologische innovatie. Nu is de middenklasse van de dienstensector aan de beurt. 13 Bij bedrijven als Uber en VandeBron zie je dat ook een heel bedrijf innovatief opgezet kan zijn en destructief kan zijn voor andere bedrijven. Bij Uber neemt de app. de taken van de taxicentrale over, hier verdwijnen banen en deze banen komen niet bij Uber terug want hiervoor is de app. Bij dit voorbeeld is technologische innovatie destructief voor de werkgelegenheid. Bij VandeBron komt een klein energiebedrijf met een andere manier van organisatie waardoor ze de taken van de ouderwetse energiemaatschappijen overnemen. Hier is sociale innovatie destructief voor de grote energiemaatschappijen en de werkgelegenheid daar. 12 Christensen, C. ‘Disruptive Innovation’ 13 Sommer, M. (2014) ‘De technologische ravage’
  • 7. 5 3. Hoe speelt innovatie een rol in verschillende groepen van onze samenleving? 3.1 Hoe speelt innovatie een rol bij wet- en regelgeving? Innovatie is van groot belang voor onze welvaart, echter loopt Nederland achter ten overstaande van andere Europese landen. Het probleem ligt bij al bestaande bedrijven, die geen noodzaak zien in innoveren. Zij worden niet gedwongen om te innoveren, puur omdat de concurrentie er niet is. Daarnaast worden veel bedrijven beschermd door de wet, door octrooien, monopolies, maar bovendien de wetgeving zelf. Tegenwoordig kan een octrooi aanvragen slechts met een paar drukken op de knop, een afspraak en klaar. De slogan schreeuwt: 'Bescherm uw idee'14 . Daarnaast zijn er meerdere instanties die gaan over octrooiaanvragen. Op het moment dat een octrooi wordt aangevraagd moet deze aan de volgende eisen voldoen: nieuwheid, inventiviteit en industriële toepasbaarheid. Daarna krijg je bescherming van je uitvinding tot een maximum van 20 jaar. Dus ongeacht die innovatieve(re) ideeën die in de tussentijd op de markt komen. Daarnaast zijn er ook wetgevingen die (onbedoeld) innovatie belemmeren. Met als voorbeeld de nieuwe aanbestedingswet. De nieuwe aanbestedingswet moet het 'onderhands gunnen' van grote opdrachten van overheid tot bedrijf doen voorkomen. Deze wet heeft een vrij strak karakter en houdt geen rekening met het uiteenlopende aanbod van de verschillende bedrijven. Zo vragen de ICT-projecten vaker om een uniekere en innovatievere aanpak en dit wordt belemmerd door de rigiditeit van deze wet (überhaupt elke wet).15 Zoals al eerder is gezegd is innovatie essentieel voor een gezonde en toenemende welvaart. Moet onze wet dan niet meedoen met innoveren? Tegenwoordig is alles wat niet in de wet staat, maar wel gebeurt, illegaal. Terwijl de definitie van illegaal is, 'in strijd met wettelijke voorschriften'.16 Wanneer iets niet in de wet staat, is het dus in feite legaal. Dit spreekt voor zich aangezien veel wetten gebaseerd zijn op problemen waar de maatschappij mee te kampen kreeg. Destructieve innovators omzeilen dus de wet, wat in de ogen van de maatschappij de stempel 'illegaal' krijgt. In feite is dit alleen maar het gevolg van een wetgeving die niet mee-innoveert. 3.2 Hoe speelt innovatie een rol in de maatschappij? De maatschappij is waarvoor men innoveert. De maatschappij als gemeenschap, samenleving en als wereld. Concurrentie tussen bedrijven, wat leidt tot innovatie is gunstig voor de maatschappij. Het zorgt voor een goede verhouding tussen prijs en kwaliteit en een ruimer aanbod. De rol van de maatschappij is dus groot. Onbedoeld geef je bedrijven feedback, wanneer je een aankoop (niet) doet. Het is dan ook de maatschappij die ervoor zorgt dat een innovatie destructief wordt. Zolang een innovatie geen gevolgen heeft is er geen haan die er naar kraait. Als de maatschappij erop reageert dan is er pas echt een 'probleem'. De nieuwste hypes worden trends en vervolgens blijvend. De rol van de media hierbij is groot. De media is de schakel tussen wereld en thuis. Krijgt iets aandacht in de media, 'dan moet het wel goed zijn'. Niet alleen positieve aandacht zorgt ervoor dat de innovatie opgemerkt wordt door de massa, maar ook negatieve aandacht kan hiervoor zorgen. Bijvoorbeeld de taxi-app Uber (zie blz. 13). Deze kwam vooral negatief in de aandacht, wat vervolgens heeft gezorgd voor alleen maar meer bekendheid. Wat mensen er vervolgens mee doen is aan hen. De jongere generatie is vatbaarder voor dit soort 'gemoderniseerde' trends. De oudere generatie houdt het voornamelijk bij dat wat ze kennen. Het duurt wel even voordat een innovatie door de maatschappij omarmd wordt en als blijvend wordt beschouwd. Daarnaast is de aard van de innovatie ook zeer van belang. Wordt er ingespeeld op een 14 Inaday merken&patenten (2014) 15 Roelofs, S. (2012) 'Aanbestedingswet remt innovatie' 16 Koenen, M. J. Drewes, J. B. (1992) uit Wolters' handwoordenboek
  • 8. 6 primaire- of een luxe levensbehoefte? Een innovatie gericht op de primaire levensbehoefte zal een grotere acceptatiegraad kennen. Niet alleen, omdat deze toegankelijk is voor een grotere groep mensen, maar bovenal zal de impact van zo'n innovatie op het dagelijks leven veel groter zijn. In 2000 doet het begrip 'co-creation' haar intrede. Nieuwe ideeën en innovaties ontstaan vanuit een ander standpunt. Samenwerking tussen alle betrokken partijen staat hier centraal. Eerst innoveerden bedrijven voor de maatschappij, nu innoveren bedrijven met de maatschappij. Co-creation kent 5 verschillende modellen: 'de developer, de mass-customiser, de idea- collector, de integrator en de facilitator'. Bij de 'developer' wordt de consument minimaal betrokken, bij de 'facilitator' wordt de consument optimaal betrokken. Een voorbeeld van de 'idea-collector': 'Maak de smaak' van Lays. Consumenten kunnen smaken indienen bij Lays en via een 'battle' op het internet kiest de consument het winnende product. Lays betrekt hierbij de consument in 2 stadia: het verzamelen van ideeën en de uiteindelijke keuze maken. Op deze manier krijgt Lays een goed beeld van wat de consument nou precies wil. De kans dat het product verkoopt neemt toe, door de aandacht die campagne krijgt, maar bovenal door het feit dat het product is samengesteld en gekozen door een meerderheid van de massa. 17 In afbeelding 1 is te zien hoe nieuwe innovaties (of trends) zich ontwikkelen in de maatschappij. Toelichting18 : Technology Trigger: een technologische breuk. Dit wekt de interesse van de media waardoor het bij het publiek komt. Producten die eerst niet bestonden, bestaan en worden bereikbaar. Peak of Inflated Expectations: de eerste successen van de innovatie worden bekend. Sommige al bestaande bedrijven reageren op deze concurrentie, maar de meeste niet. Trough of Disillusionment: de interesse neemt af. De overlevenden overleven doordat het product wordt vernieuwd en weer in de smaak valt. Slope of Enlightenment: de innovatie wordt 'begrepen' door de buitenwereld en overgenomen door andere bedrijven. Plateau of Productivity: Het product wordt opgenomen in de maatschappij. Afb 1. Hype Cycle by Gartner 19 17 Damveld, J (2013) 'Co-creatie: 5 succesverhalen van retailers' 18 Anoniem (2014) ‘Hype Cycle’ 19 Anoniem (2014) ‘Hype Cycle’
  • 9. 7 3.3 Hoe speelt innovatie een rol bij bedrijven? Bedrijven innoveren, of niet. Bedrijven zijn producenten van goederen of diensten en daarmee afhankelijk van de vraag van de consumenten en gebonden aan de wetgeving. Bedrijven zijn bijzonder vatbaar voor concurrerende ondernemingen en moeten dus ook te alle tijde op de hoede zijn voor deze concurrenten. Daarnaast moeten bedrijven op de hoogte zijn van de laatste trends en elke toe- of afname in de vraag van de consument is een reden voor 'zorgen'. Ook zullen bedrijven gedwongen worden om te innoveren, door natuurlijke factoren. Het maatschappelijke probleem 'milieu' roept om innovaties. Het is ook niet voor niets dat de overheid investeert in innovaties. Ook investeren in tijden van crisis is erg belangrijk voor bedrijven. In tijden van crisis wordt gestreefd naar hoge efficiëntie. Met zo min mogelijk, zoveel mogelijk. 'In eerste instantie raak je verstard', reageert ondernemer en eigenaar van een mediabedrijf Jeroen Veldkamp, een van de 10.000 bezoekers donderdag van de ondernemersweek in Utrecht. 'Maar op een gegeven moment moet je toch in beweging komen en boven het maaiveld uit. Dat vind ik het goede aan de crisis.' 20 Dit geldt natuurlijk niet voor ieder bedrijf, veel bedrijven zijn alleen maar bezig met hun hoofd boven water houden, slechts een klein deel kan innoveren. Veel bedrijven gaan niet zo zeer innoveren, maar 'nieuwe paden bewandelen'. Ze zoeken oplossingen in andere landen, of in andere al bestaande manieren. Stil zitten in een crisis is sowieso geen optie. Een algemeen kenmerk is dat er verandering plaatsvindt, om geld te besparen en meer winst te maken. Vaak gaan innovaties ten koste van de werkgelegenheid, zogeheten diepte- investeringen zorgen ervoor dat arbeid wordt vervangen door kapitaalgoederen. Bedrijven innoveren op allerlei verschillende manieren. Allereerst kunnen bedrijven innovaties toepassen in het aanbod, nieuwe producten of diensten op de markt brengen. Daarnaast kan een bedrijf ook innoveren in de bedrijfsuitoefening, manier van werken, organisatie etc. Steeds meer bedrijven gebruiken dus 'co-creation' om hun innovaties te plannen en uit te voeren. Het idee is dat alle belanghebbenden op gelijke manier worden behandeld, gehoord en vertrouwd. De consument heeft op deze manier het gevoel wat toe te voegen. De bedrijven komen er op deze manier achter of de ideeën die ze al hadden in de smaak vallen bij de kopers. Daarnaast wordt hun beleid vanuit een ander oogpunt bekeken.21 Je behaalt op verschillende fronten voordeel met het introduceren van 'co-creation' in een onderneming. Allereerst maak je gebruik van de capaciteit van mensen buiten de onderneming, zonder een heel nieuw team in te moeten schakelen. Ook neemt de snelheid van het innoveren toe. Iets wat eerst maanden duurde om te onderzoeken, kan in dagen klaar zijn. Doordat je alle stakeholders bij het proces betrekt, vermijd je dat je extra onderzoeken hoeft te doen. Hierdoor kun je ook grotendeels voorkomen dat een innovatie faalt. Ten slotte zorg je voor een aanbod waarbij de prijs-kwaliteitverhouding door de klant geaccepteerd wordt. Je aanbod wordt gefilterd en zo houd je over wat de consument prefereert.22 20 NUZakelijk (2014) ‘Crisis dwingt ondernemer tot creatief kiezen’ 21 Gouillart, F (2010) 'What the heck is co-creation' 22 Benson, S. (2013) 'Co-creation: the pathway to innovation'
  • 10. 8 3.4 Hoe speelt innovatie een rol met betrekking tot het buitenland? Toenemende innovatie verbetert de concurrentiepositie van een land. Op dit moment staat Nederland op de 14e plaats van meest competitieve landen.23 Dit lijkt wel oké, totdat duidelijk wordt dat de concurrentiepositie van Nederland alleen maar is gedaald de afgelopen jaren. In 2000 stond Nederland nog in de top 5.Redenen voor deze daling is het financieringstekort, het slecht functioneren van de financiële- en de arbeidsmarkt en oplopende zorgen over de stabiliteit van Nederlandse banken. Daarnaast is de daling te wijten aan afnemende bedrijfsuitgaven en het uitstellen van investeringen in onderzoek.24 SP-leider Emile Roemer oefent druk uit op het kabinet met de volgende uitspraak: 'Rutte II maakt consequent de verkeerde keuzes. Succesvolle landen investeren in innovatie en onderwijs.' 25 Ook academici ondersteunen deze uitspraken. Professor Henk Volberda van de Erasmus Universiteit in Rotterdam stelt: 'Nederland moet een 'ondubbelzinnige focus' leggen op excellent onderwijs en superieure innovatie'. Daarnaast vindt hij dat Nederland op economisch gebied faalt en het bedrijfsleven te weinig investeert in onderzoek en ontwikkeling.26 De top 3, Zwitserland, Singapore en Finland, hebben hun koppositie te danken aan het blijven investeren in onderzoek en innovatie. Daarnaast is Duitsland door haar innovatiebeleid met twee plaatsen gestegen.27 Wat is de kracht van deze landen? Zo'n 20 jaar geleden gooit Finland het roer om, om uit de economische depressie te klimmen. De situatie verergerde in Finland nadat de Sovjet-Unie ineenstortte, een van de belangrijkste handelspartners van Finland. Finland koos voor economische vernieuwing, dit zou bereikt moeten worden via investeringen in onderwijs, technologische ontwikkeling en onderzoek. Het onderwijs in Finland is dan ook een van de beste ter wereld. Niet alleen geld speelt hierbij een rol, maar ook de Finse mentaliteit. Zo is leraar of lerares ook een van de meest gewaardeerde beroepen. Ook staan Finnen er om bekend, meer ruimdenkend te zijn op het gebied van nieuwe dingen en innovaties. 'In Finland staat de technologie op nummer één. Nederland wil op te veel gebieden tegelijk wat doen. Het wil van alles een beetje: distributieland, landbouwexporteur en kennisland. Maar je kunt niet alles tegelijk goed doen. Daar is geld en aandacht voor nodig.'28 Net als Finland is ook de Verenigde Staten met haar 'Silicon Valley' hoog aangeschreven als innovatieland. De 'geoliede' machine Silicon Valley is waar de toekomst wordt gemaakt. Silicon Valley is het 'walhalla' van startups innovatie. Het is daarom ook de plek waar alle grote bedrijven zoals, Google, Whatsapp en Facebook zich vestigen.29 Martijn Arts schreef op basis van onderzoek een artikel: 'Silicon Valley: 10 voorwaarden voor succesvol ondernemen'. De belangrijkste voorwaarden van deze 10 zijn: hard, Venture Capital, naïeve passie en focus. Allereerst 'hard', 'You need less money, fewer people and a very tight deadline to innovate and make a success', zei BJ Fogg, CEO van het Persuasive Technology Lab at Stanford. Oftewel hard werken staat centraal, maar niet alleen hard werken ook de hardheid van de innovatiewereld. Wie niet presteert, verliest. Hierdoor wordt men gefocust. Vervolgens 'Venture Capital', wat niet verward moet worden met subsidie. Dit zijn particuliere investeerders die je als innovator voor je moet winnen. Jij hebt een idee, zij geven jou de brandstof. Dan de 'naïeve passie' die de innovators in Silicon Valley bezitten. Falen is niet negatief, maar positief. Zo heeft iedere innovator in Silicon Valley meerdere startups lopen waar vaak alles van mislukt, maar soms is er een schot in de roos. Tot slot de 'focus', 'Find something really simple, build it and get it out there' een uitspraak van Hiten Shah. Shah zijn eerste 20 startups faalden, de 21e was een doorslaand succes. Het voorbeeld van een Silicon Valley bewoner: ondernemend, nerd, gefocust, slim en doorzettend.30 23 Zwitsers economisch onderzoeksinstituut IMD 24 NU.nl/ANP (2013) ‘Nederland daalt op concurrentieranglijst’ 25 Roemer, E. (2013) ‘Nederland daalt op concurrentieranglijst’ 26 Volberda, H. (2013) ‘Nederland daalt op concurrentieranglijst’ 27 NU.nl/ANP (2013) ‘Nederland daalt op concurrentieranglijst’ 28 De Valk, M (2004) 'De mentaliteit in Finland is anders dan hier' 29 Blotenburg, S (2014) 'Silicon Valley is een geoliede machine' 30 Arts, M (2010) 'Silicon Valley: 10 voorwaarden voor succesvol ondernemen'
  • 11. 9 4. Hoe inflexibel is onze samenleving ten overstaande van innovatie? 4.1 Hoe inflexibel is onze wet- en regelgeving ten overstaande van innovatie? De wortels van de Nederlandse Wetgeving stammen uit 1800. Waarmee in 1848 de belangrijkste grondwetsherziening van de Nederlandse geschiedenis. En zo kennen wij ons stelsel nog steeds (grotendeels). De Trias Politica, een stelsel waarbij de politieke macht gescheiden is in drie takken, de wetgevende-, de rechterlijke- en de uitvoerende macht. Dit met de bedoeling om de kwaliteit van het regeren te verbeteren. In eerste instantie is het de bedoeling dat de verschillende machten elkaar tegenwerken. Daarentegen kunnen de wetgevende- en de uitvoerende macht wetten doorvoeren. Dit is nogal omstreden als de twee machten er zijn om elkaar tegen te werken. Het ontstaan van een wet in grote lijnen: De minister geeft ambtenaren de opdracht voor het maken van een wetsontwerp. Is dit ontwerp klaar, dan wordt het in de ministerraad besproken. Vervolgens wordt het ontwerp naar de Raad van State gestuurd. Deze voegen hun advies bij de wet. Dan wordt de wet naar de Tweede Kamer gestuurd. Deze zullen een voorlopig verslag maken voor de minister, de minister stelt een memorie van antwoord op. Dan maakt de Tweede Kamer een verslag en gaat over tot openbare behandeling. Elke artikel wordt individueel behandeld en er worden eventueel amendementen toegevoegd. Vervolgens gaat de Tweede Kamer over tot stemming. Als het wetsvoorstel is goedgekeurd door de Tweede Kamer gaat het voorstel naar de Eerste Kamer. Deze behandelen de wet net als de Tweede Kamer en stellen vervolgens ook een verslag op voor de minister. Ook hierop geeft de minister antwoord. Dan maakt ook de Eerste Kamer een verslag en gaat over tot openbare behandeling. De Eerste Kamer behandelt ook alle artikelen, alleen kunnen zij geen wijzigingen brengen. Vervolgens gaan zij over tot de stemming. Als een wet ook wordt goedgekeurd in de Eerste Kamer, wordt de wet ondertekend door de Koning(in). Daarna zullen alle betrokken ministers hun handtekening zetten. Als laatste ondertekent de minister van Justitie het wetsvoorstel. Als laatste wordt de wet gepubliceerd in het Staatsblad en treedt de wet in werking.31 Hieruit kun je dus wel concluderen dat een wet doorvoeren en/of aanpassen niet zo makkelijk gaat. Dit zorgt er dus voor dat onze wetgeving jaar in, jaar uit zo goed als hetzelfde blijft. Nederland kent daarom ook een rigide grondwet (ook wel: 'Rigid Constitution'), voor normale wetsherzieningen is de meerderheid van beide Kamers nodig, voor grondwetsherzieningen is een tweederdemeerderheid nodig. Aangezien de fracties binnen deze Kamers er vaak ook nog een handje van hebben om elkaar tegen te werken, kan dit leiden tot een klimaat waarin niet het belang voorop staat, maar het 'haantjes' gedrag tussen de partijen. Het tegenovergestelde van 'Rigid Constitution' is 'Flexible Constitution'. Bij de 'Flexible Constitution' staan grondwet en 'normale' wet gelijk aan elkaar. Dit betekent dat bij het wijzigen van de grondwet ook maar een meerderheid nodig is en niet een tweederdemeerderheid. 'Fundamentelere' wetten kunnen zo makkelijker gewijzigd worden.32 De wet- en regelgeving zorgt er dus (onbedoeld) voor dat wordt vastgehouden aan 'oude' of 'traditionele' regels. Ook zorgt de complexiteit van de wet ervoor dat deze vrij snel omstreden kan worden. Steeds vaker vinden bedrijven een 'gat' in de wet. Hierdoor werken bedrijven niet volgens wettelijke voorschriften, maar ook niet, niet volgens wettelijke voorschriften. Uiteraard biedt de wet bescherming en zorgt het ook voor het beter en sneller functioneren van een land. Wetgeving kan op bepaalde fronten ook het handelen tussen landen vergemakkelijken. 'Een voorbeeld hiervan is de TTIP, 'Transatlantic Trade and Investment Partnership'. Een handelsovereenkomst tussen Europa en de Verenigde Staten. Een overeenkomst die ervoor zorgt dat er niet rekening gehouden hoeft te worden met bepaalde struikelblokken die het handelen tussen Europa en de Verenigde Staten bemoeilijkt. Denk hierbij aan het goedkeuren van goederen die nieuw op de markt verschijnen. Als een goed goedgekeurd is in de Verenigde Staten hoeft deze niet nog eens gekeurd te worden in 31 Osta, van J. (2014) 32 Bansal, R. (2014) 'Difference between Flexible and Rigid Constitutions – Essay'
  • 12. 10 Europa en andersom. Dit scheelt tijd en geld, maar bovenal zorgt het ervoor dat nieuwe innovaties sneller en gemakkelijker opgenomen kunnen worden in verschillende landen.33 4.2 Hoe inflexibel is onze maatschappij ten overstaande van innovatie? Onze maatschappij houdt onvoorwaardelijk vast aan normen en waarden. Kinderen leren lezen, schrijven en rekenen. Je wacht tot iedereen is uitgestapt voordat je de trein of bus in stapt en vervolgens sta je je plaats af aan oudere mannen of vrouwen. Normen en waarden zijn zo vastgeroest in onze maatschappij dat (bijna) niemand beter weet. 'Het is gewoon zo'. Er wordt daarom ook vrij sceptisch gekeken naar alles wat nieuw is. Vaker nog wordt 'het nieuwe' meteen afgedaan, meestal door oudere generaties. Het is daarom ook vaak zo dat normen en waarden verschillen binnen generaties. Je hebt niet door dat normen en waarden verlegd worden, maar het gebeurt (zo goed als vanzelf.). Dit is goed zichtbaar in het telefoongebruik. De jongere generatie heeft hele gesprekken op 'Whatsapp' elke minuut van de dag met hun vrienden en vriendinnen. Oudere generaties geven toch liever de voorkeur aan een belletje op zondagavond, om zo de week te evalueren. Normen en waarden zorgen er dan ook vaak voor dat nieuwe ideeën, meteen veel kritiek krijgen. Eerst moeten ideeën uitgebreid gescreend worden, voordat men het überhaupt vertrouwt. Hetzelfde is het jarenlange gegeven dat de basis van het onderwijs lezen, rekenen en schrijven is. In een wereld waarin programmeren centraal staat is het nog maar de vraag of de prioriteiten echt liggen bij d's en t's. 33 TTIP advisory group (2014) 'What is the Transatlantic Trade and Investment Partnership?'
  • 13. 11 5. Hoe zit het destructieve dilemma in elkaar? Zoals wij eerder al hebben vermeld kunnen innovaties zorgen voor een ontwrichtende werking op de maatschappij. In deelvraag 2.4 (zie blz. 5) hebben wij vermeld wanneer zo’n innovatie destructief is. Deze innovaties zorgen voor veel kritiek. Voor de concurrentiepositie van een land is het belangrijk dat er veel geïnnoveerd wordt, omdat dit de economie bevordert, maar waar ligt de grens? Wanneer zijn de destructieve gevolgen zo groot, dat er ingegrepen moet worden? 5.1 Het destructieve innovatie dilemma toegepast op de taxibranche In 1905 reed er in Amsterdam de eerste taxi. In 1909 wordt de eerste taxivergunning vergeven door het bedrijf ATAX. Sindsdien is het taxivervoer zich alleen maar gaan ontwikkelen. Nu kennen we verschillende taxiservices waarvan de bekendste uiteraard het 'straattaxivervoer' is. 34 Op 1 januari 2000 gaat de Wet op personenvervoer in (Wp2000), hierin zijn alle wettelijke verplichtingen van stads- en streekvervoer in vastgelegd. De wet is opgezet met het doel om de efficiëntie en de kwaliteit van het openbaar vervoer te verbeteren. Ook was de bedoeling dat mensen onder minimale voorwaarden als taxichauffeur aan de slag kon. Echter pakte dit wat minder positief uit en dit leidde onder andere tot 'Taxioorlogen'. 35 Dit betekent dat de taxicentrales en haar chauffeurs nogal agressief reageren op elke vorm van ander openbaar vervoer. Bijvoorbeeld bij de invoering van de treintaxi. De taxichauffeurs zagen dit gesubsidieerd vervoer als broodroof. Ook zorgde de wet ervoor dat het aantal taxichauffeurs massaal toenam. In de periode 2000 tot 2002 steeg het aantal taxi's van 16.000 naar 23.000. Je zou denken dat deze toename zou zorgen voor een verbetering van de prijs en kwaliteit van het taxivervoer, maar niets is minder waar. De prijzen van het taxivervoer stegen met 25 procent. Daarnaast nam de vraag naar taxiritten sterk af, omdat die taxibranche inmiddels niet meer zo'n goed imago had. Kortom, de wet deed niet goed haar werk. In 2007 werden enkele aanpassingen gedaan in de wet, zo werd bijvoorbeeld de tariefopbouw aangepast. Echter bleef de onrust. In 2009 probeert de regering meer vat te krijgen op de hele situatie, door gemeenten hun eigen taxivervoer te laten regelen. Zo kunnen zij kiezen uit een strak beleid, waarbij alle chauffeurs aangesloten zijn bij één centrale of voor een wat losser beleid wat particulieren chauffeurs de kans geeft om zelfstandig te blijven. De negativiteit rondom de taxibranche blijft, maar tevens ook over de Wp2000 zelf. 'Minder zorgvuldige wetgevingen (aangevuld met het gebruiken van gaten in wetgevingen door ondernemers) zorgen dat het niet altijd geheel duidelijk is of bijvoorbeeld 'chauffeursservices' en/of bijvoorbeeld 'personenvervoer in afwijkende voertuigen' (zoals bijvoorbeeld een Tuk Tuk) ook gerekend dienen te worden als onderhevig aan de Wet personenvervoer 2000, zoals vervoer met een reguliere taxi(bus). Mede dit zorgt er regelmatig voor dat de legitieme (reguliere) taxibranche enige oneerlijke concurrentie meent te ervaren.'36 En dan is daar het veelbesproken 'Uber'. 'Uber brengt vooruitgang in de wereld. Door gebruikers via onze apps naadloos in contact te brengen met chauffeurs, maken we steden toegankelijker, creëren we mogelijkheden voor gebruikers en meer werk voor chauffeurs. Vanaf onze oprichting in 2009 tot de lancering van 70 steden vandaag de dag, brengt Uber's groeiende aanwezigheid mensen en steden over de hele wereld dichter bij elkaar.' 37 Co-founder Travis Kalanick is Uber gestart met de visie: 'Elk probleem heeft zijn eigen oplossing, je moet alleen creatief genoeg zijn om deze te bedenken'. Uber is een onderneming die personenvervoer aanbiedt in 42 verschillende landen, waaronder Nederland. Via de mobiele app wordt de klant rechtstreeks verbonden met taxi - 34 Anoniem (2014) 'Taxi (vervoer)' 35 Anoniem (2014) 'Wet personenvervoer 2000' 36 Anoniem (2014) 'Taxi (vervoer)' 37 Uber ‘About’
  • 14. 12 en privéchauffeurs. Met één druk op de knop verbindt de app je aan de dichtstbijzijnde chauffeur via de GPS van je telefoon. Ook kun je de tarieven checken voor jouw stad en rit in de app. Daarnaast kun je je rit beoordelen en de prijs delen met je vrienden. Uber lanceerde de app voor het eerst in 2009, in San Francisco. Al snel breidde Uber haar diensten uit, zo kon men al snel kiezen uit een assortiment aan auto's: UberX (alledaagse auto), UberTaxi, UberBlack (luxe auto met privéchauffeur), UberSUV (stijlvolle 6- persoonswagen) en de UberLux (ultieme luxe). Later werd UberPop geïntroduceerd. Deze laatste dienst zorgde voor veel ophef in het nieuws. UberPop wordt door de Inspectie Leefomgeving en Transport verboden, het zou zorgen voor oneerlijke concurrentie en daarnaast is de dienst in strijd met de Wet op Personenvervoer (Wp2000). UberPop wordt verboden in Brussel, Hamburg en Berlijn. Onze Europese Commissaris Neelie Kroes noemt de Brusselse minister van Vervoer, Brigitte Gouwels, 'minister van antimobiliteit'.38 De huidige taxibranche valt niet meer in de smaak bij de consument, maar Uber valt niet in de smaak bij de taxibranche. Voor de rest zijn de meningen verdeeld over Uber. Het komt er vooral op neer dat Uber een concept neerzet met UberPop wat erg aantrekkelijk is, maar ook erg fraudegevoelig. UberPop is een dienst waarbij je mee kunt rijden met particuliere chauffeurs, dus geen geregistreerde taxichauffeurs. Van deze ritten krijgt Uber ook nog eens 20 procent. Uber zelf presenteert UberPop als georganiseerd meeliften. Het zou dus ook om een reis moeten gaan die in eerste instantie gemaakt zal worden, ongeacht of er iemand met je meerijdt of niet. Dit lijkt niet helemaal het geval. Een bestuurder erkende dat hij was gezakt voor zijn taxichauffeursexamen en dus nu via UberPop alsnog zijn professie kon uitoefenen. Een ander kon niet melden of hij een inzittendenverzekering had. Ook komen de meeste chauffeurs speciaal voor de ritjes en waren zij dus niet van plan om deze al te maken. 39 In hoeverre is Uber een 'oneerlijke' concurrent? Uber presenteert zichzelf als een technologiebedrijf, geen taxibedrijf. 'Wij zijn geen vervoerder, wij brengen vraag en aanbod bij elkaar'. Uber omzeilt hiermee de Nederlandse Wet op Personenvervoer (Wp2000) Hoofdstuk V Taxivervoer 40 Ten eerste Artikel 75: het is verboden taxivervoer te verrichten zonder een daartoe door Onze Minister verleende vergunning. Deze vergunning is voor onbepaalde tijd en moet zichtbaar zijn voor de inzittende. De vergunning wordt verleend op basis betrouwbaarheid en vakbekwaamheid. De vergunning kan te alle tijden worden geweigerd, gewijzigd, geschorst of ingetrokken. UberPop zou hierbij dus al de wet overtreden, UberPop werkt met particuliere chauffeurs en geen taxichauffeurs. Ten tweede Artikel 81: met het oog op de inzichtelijkheid voor de consument worden bij ministeriële regeling regels gesteld over tarieven voor taxivervoer. Deze regels kunnen betrekking hebben op: de wijze waarop het tarief is opgebouwd, de verplichting om de tariefopbouw toe te passen en een toe te passen maximumtarief. Uber werkt zonder een maximumtarief, weliswaar wel met een tariefopbouw. In de tijd dat deze wet werd geïntroduceerd, kende Nederland niet of nauwelijks innovatie. Het succes van Uber bewijst dan ook dat de consument toe is aan iets nieuws. 'Aangezien het aantal taxi's verdubbelde, de prijzen stegen, maar de vraag naar taxi's daalde met 25 procent. Daarnaast is meer dan 80 procent van de Uber-gebruikers enthousiast over de kosten, de reistijd en het gebruiksgemak.'41 Ook zou UberPop als alternatief dienen voor het eigen autogebruik. 'Taxivervoer al prominente rol in het vervoersbeleid.' De uitspraak die Uber verbindt met de visie achter de Wet op Personenvervoer (Wp2000). Nu lijkt het Uber te zijn die de Wp2000 dan eindelijk, na 15 jaar uitvoert. Toch staat Uber bij veel mensen toch echt bekend als een achterbaks bedrijf. Zo wil Uber journalisten die slecht over hen spreken 'aanpakken'. Ook wil Uber doormiddel van 'Gods 38 @NeelieKroesEU 39 Woudt, J. (2014) ‘Uber: club voor snorders of ridders van de taxi-innovatie?’ 40 ‘Wet personenvervoer 2000’ 41 Leeuwen, van N. (2014) 'De klant is blij met Uber, nu de overheid nog' uit 'De Volkskrant'
  • 15. 13 View' klanten en journalisten volgen. Hiermee sjoemelt Uber met normen en waarden. 42 Kortom, Uber is een bedrijf waar iedereen zijn eigen mening over vormt. Hetzelfde geldt voor de huidige taxibranche. Eén aspect wordt door beide discussies benadrukt: de consument is toe aan verandering. Doordat de consument toe is aan verandering, is de wetgeving gedwongen om mee te veranderen. De wetgeving is immers wat ons bescherming biedt. 42 Zeggen, A (2014) 'Economisch nieuws met Amba Zeggen' bij Eenvandaag.
  • 16. 14 5.2 Het destructieve innovatie dilemma toegepast op de energiemarkt Je bent je er waarschijnlijk niet eens bewust van maar op elk moment van de dag maak je gebruik van energie. Het licht dat aan is zodat je dit stuk kan lezen, je mobieltje in je zak die constant trilt bij elk Whatsapp-je dat binnenkomt en de verwarming waardoor je nu niet met jas aan hoeft te zitten. Deze energie komt niet zomaar uit de lucht vallen. Voordat de stroom uit het stopcontact komt is het al langs allerlei instanties gekomen beginnend bij de bron. De energiemarkt is de markt van het verhandelen van energie en de grondstoffen daarvoor.43 Onder de energiemarkt vallen de markt voor gas en elektriciteit. Energiebedrijven zijn nutsbedrijven die energie leveren. Nutsbedrijf komt van ‘nut’, energiebedrijven leveren een product dat van algemeen belang (nut) is. Vaak heeft een nutsbedrijf een monopoliepositie, dit houdt in dat slechts één bedrijf een bepaald product mag aanbieden en zo zelf de prijs van het product kan bepalen. Bij energiebedrijven zit het echter iets ingewikkelder in elkaar. De netbeheerder is monopolist en heeft als taak een door de overheid gereguleerd tarief regionaal hanteren, het capaciteitstarief.44 Naast de netbeheerder zijn er verschillende andere partijen actief op de Nederlandse elektriciteitsmarkt. De producenten van elektriciteit, de bedrijven die de stroom opwekken uit verschillende bronnen. TenneT; de beheerder van het hoogspanningsnet, meetbedrijven, PV-partij die aan de leverancier leveren en ten slotte de leveranciers. De grootste en bekendste van de producenten in Nederland zijn NUON, Essent, Electrabel, Intergen, Delta, Eneco en E.ON. Deze bedrijven brengen vraag en aanbod bij elkaar ofwel zorgen ervoor dat de energie bij de gezinnen komt. Men is zich er steeds meer van bewust dat ons energiegebruik schadelijke gevolgen heeft voor het milieu; het versterkt broeikaseffect. Daarnaast is er het probleem met de fossiele brandstoffen, terwijl landen steeds meer elektriciteit willen produceren raakt de voorraad langzaam op. Er wordt gezocht naar alternatieve, duurzame bronnen. Hier komt het bedrijf Vandebron naar voren die goed ingaat op de wensen van de consument. Vandebron, “Energie rechtstreeks van de boer”. In 2013 ontstond het idee voor Vandebron bij Remco Wilcke, Matthijs Guichelaar, Aart van Veller en Michael Fraats. Zij vroegen zich af waarom ze energie niet gewoon rechtstreeks van een windmoleneigenaar konden kopen in plaats van met de tussenkomst van een energiemaatschappij vooral omdat dit in andere sectoren al heel normaal was; aanbieders komen direct met de vragers in aanraking dankzij innovatieve start-ups. “Dit is Vandebron, een online marktplaats voor duurzame energie waar we vraag en aanbod direct met elkaar verbinden zonder tussenkomst van een ouderwetse energiemaatschappij.” In de toekomst wil Vandebron verder gaan dan puur het verbinden van consument en producent “Wij zien ondernemen als een middel om de transitie naar een duurzame economie te versnellen.” Bij Vandebron begin je met het kiezen van een producent, je kan zoeken op soort energie, prijs en tijd van gebruik.45 Elektriciteit - Biomassa door verbranding van organisch materiaal zoals tuinafval en rioolslib. - Waterenergie met waterkrachtcentrales. - Windenergie met windmolens. - Zonne-energie van zonneboerderijen en zonneparken. Omdat het nog niet mogelijk is om op landelijke schaal biogas te gebruiken biedt Vandebron aardgas aan met CO2 compensatie van Gold Standard. Er is keuze uit drie projecten - Forest Conservation in Kikonda, Uganda ( 0,0125 per m3 gas) - Gebruik van Cookstoves in Mali (0,0062 per m3 gas) - Waterpurificatie project in Vietnam (0,0097 per m3 gas) 43 Anoniem (2014) ‘Energiemarkt’ 44 Anoniem (2014) ‘Nederlandse elektriciteitsmarkt’ 45 Vandebron (2013) ‘Vandebron’
  • 17. 15 In tegenstelling tot andere bedrijven die destructief werken komt Vandebron vrij positief naar voren. Dit is het geval omdat Vandebron op een andere manier werkt dan de bekende energiebedrijven. Het is kleinschalig en persoonlijk en dit vinden mensen aantrekkelijk. Wat maakt Vandebron nu zo anders dan de andere energiebedrijven? Ten eerste is een groot verschil dat Vandebron, naar eigen zeggen, weinig winst heeft aan energieverbruik. Per huishouden verdient Vandebron 5 euro per maand en het grootste deel betaal je aan de energieboer zelf. Dit maakt de instelling van het bedrijf heel anders want in tegenstelling tot bij andere energiebedrijven is het voor hun niet voordelig als je extra veel energie verbruikt. Positief want hoe minder energie er verbruikt wordt hoe beter voor het milieu. Ten tweede komt je energie bij Vandebron zoals de naam al zegt, direct van de bron. Je weet waar je energie vandaan komt. Verder maakt Vandebron alleen gebruik van duurzame bronnen (voor zover mogelijk). Vandebron is (nog) erg kleinschalig en vrij onbekend, dit maakt dat de concurrentie nog niet erg zenuwachtig wordt en dus ook niet tegen het kleine bedrijf ingaat. Toch kan men de manier van werken van Vandebron echt destructief noemen. De wetgeving ten opzichte van energiebedrijven: De Elektriciteitswet 1998 “Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is, mede ter uitvoering van richtlijn nr. 96/92/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 19 december 1996 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit (PbEG 1997, L 27), de mogelijkheden voor opwekking, levering en in- en uitvoer van elektriciteit en voor het gebruik van leidinggebonden elektriciteitswerken te verruimen, en daarvoor met inachtneming van het belang van het betrouwbaar, duurzaam, doelmatig en milieuhygiënisch verantwoord functioneren van de elektriciteitsvoorziening een nieuwe regeling tot stand te brengen met betrekking tot de productie, het transport en de levering van elektriciteit” 46 De Gaswet “Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is, mede ter uitvoering van richtlijn 98/30/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 22 juni 1998 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas (PbEG 1998, L 204), de mogelijkheden voor levering en in- en uitvoer van gas en voor het gebruik van infrastructuur voor gastransport te verruimen en daarvoor met inachtneming van het belang van het betrouwbaar, duurzaam, milieuhygiënisch verantwoord en doelmatig functioneren van de gasvoorziening een regeling tot stand te brengen met betrekking tot het transport en de levering van gas”47 Op 21 november 2006 werd de Wet Onafhankelijk Netbeheer (WON) aangenomen ter aanvulling op de Elektriciteitswet (1998) en de Gaswet. Onder de Wet van Onafhankelijk Netbeheer valt onder andere het hoofdelement ‘Groepsverbod’. De invoering van het groepsverbod verbiedt energiebedrijven alle onderdelen (productie, handel en levering) zelf te verzorgen. 48 Energiebedrijven moeten zich dus op één onderdeel richten. “Het groepsverbod zal met ingang van 1 juli 2008 in werking treden, waarna de huidige geïntegreerde energiebedrijven twee en een half jaar de tijd hebben om aan het groepsverbod te voldoen. Eén en ander betekent dat netbeheerders enerzijds en producenten, handelaren en leveranciers van elektriciteit of gas anderzijds dan niet meer deel mogen uitmaken van één en dezelfde groep. Ook het over en weer houden van aandelen in elkaar is dan niet meer toegestaan.” 49 Het lijkt alsof Vandebron de Wet van Groepsverbod overtreedt maar omdat de boeren die leveren officieel geen onderdeel van Vandebron maar eigen baas zijn wordt deze wet niet overgetreden. In 2011 is er opnieuw sprake van wijziging van de Elektriciteitswet van 1998 en de Gaswet. Dit met zicht op de toekomst, er wordt steeds meer gebruikgemaakt van duurzame energie en dit moet ook in de wetgeving zichtbaar zijn. 50 Om dit mogelijk te maken wordt er gebruik gemaakt van congestiemanagement waarbij duurzame energie voorrang zal krijgen op het net.51 46 ‘Wet Elektriciteitswet 1998’ 47 ‘Wet Gaswet 2000’ 48 Hoeven, van der M. J. A. (2007) ‘Inwerkingtredingsbesluit groepsverbod Wet onafhankelijk netbeheer’ Kamerstuk 2000-2001, 27250, nr 38, Tweede Kamer 49 Hoeven, van der M. J. A. (2007) ‘Inwerkingtredingsbesluit groepsverbod Wet onafhankelijk netbeheer’ Kamerstuk 2000-2001, 27250, nr 38, Tweede Kamer 50 Verhagen, M. J. M. (2011) ‘Energierapport, brief van de minister van economische zaken, landbouw en innovatie’ 51 Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (2010) ‘Elektriciteitswet’
  • 18. 16 6. Discussie Het onderwerp innovatie en dan met name destructieve innovatie heeft voor grote discussie gezorgd. Er zitten voor- en nadelen aan innovatie en de vraag is dan ook of je bedrijven vrij hun gang moet laten gaan als het gaat om innovatie of dat er hier een beperking moet zijn. Technologische ontwikkelingen hebben mogelijk gemaakt dat innovatie steeds sneller gaat en zich steeds sneller verspreidt. Technologische ontwikkeling valt niet meer te negeren en we zouden hier op een positieve manier gebruik van moeten maken. De groepen betrokken bij dit dilemma verschillen erg qua mening over deze discussie. Met het dilemma bedoelen wij uiteraard onze hoofdvraag: Wat moet onze samenleving doen, innovatie bevorderen of bestaande bedrijven hiertegen beschermen? Kort samengevat; bedrijven willen zo veel mogelijk innovatie voor zover het positief uit pakt voor hun persoonlijke concurrentiepositie en de winst hiermee vergroot wordt. Het maakt de bedrijven niet echt uit dat werknemers vaak de dupe zijn van deze innovatieve veranderingen. De samenleving heeft hier echter wel problemen mee, want voor de mensen staan de werkomstandigheden en de arbeidsvoorwaarden boven de winst en productiviteit. Innovatie kan ook positief uitpakken in ogen van de maatschappij omdat de prijzen vaak dalen. De overheid zal uiteindelijk de knoop door moeten hakken, maar toch is ook voor de overheid niet helemaal duidelijk of de voordelen zwaarder wegen dan de nadelen of andersom. De belangrijkste taak van de wet- en regelgeving is bescherming bieden aan de maatschappij. Dit betekent dat werknemers, werkgevers, maar ook bedrijven beschermd moeten worden tegen gevaren van buitenaf. Het verschilt dan ook per wet of het innovatie bevordert of tegenwerkt. Het is de wetgeving die, soms onbedoeld, bepaalt of innovatie is toegestaan of niet. Ook kan wetgeving ervoor zorgen dat bedrijven geen druk voelen om te innoveren. Zo wordt het steeds makkelijker om monopolies en octrooien aan te vragen, waarbij een innovatie jaren beschermt kan worden. Ook kan het beschermen van de werknemer ervoor zorgen dat de werkgelegenheid afneemt. Dit geldt voornamelijk voor de (vaak jonge) werkzoekenden. De oudere medewerkers worden beschermt door gunstige arbeidsovereenkomsten waardoor er weinig ruimte is voor nieuwe medewerkers. De meeste wetten zijn gemaakt vanuit problemen die zich voordeden in de maatschappij. De problemen van vandaag, zijn dan weer anders dan de problemen waarop de wetgeving gebaseerd is. Dit maakt de wetgeving vaak inflexibel. De vraag is dan ook moet hier iets aan gedaan worden? Hierbij komt de maatschappij om de hoek kijken. De wetgeving is er immers voor de maatschappij. Innovatie lijkt op het eerste gezicht gunstig voor de maatschappij. Innovatie bevordert de prijs- en kwaliteitverhouding van producten en/of diensten, wat erg gunstig is voor de consument. Daarnaast vergroot innovatie het aanbod. Alleen zorgen deze innovaties ook vaak voor een daling van de werkgelegenheid. Ook lijken werknemers steeds vaker de dupe te worden van de competitie tussen bedrijven. Bedrijven worden gedwongen hun diensten of producten tegen dezelfde, vaak lage, prijs aan te bieden als hun concurrent. Zij moeten gaan snijden in de productiekosten om toch een behoorlijke winst te behalen. Daarnaast is de reactie van de maatschappij van groot belang voor bedrijven. De maatschappij wordt daarom ook steeds vaker betrokken bij het innoveren, door middel van ‘co-creation’. Normen en waarden worden constant verandert door innovatie. Nieuwe ‘dingen’ die op de markt komen zorgen ervoor dat je steeds sneller het nieuwe normaal gaat vinden. Dit geldt al helemaal als de innovatie impact heeft op je alledaagse leven. Voor het bedrijf zelf is innovatie nog wel het belangrijkste. Bedrijven moeten continu concurreren om de beste te blijven, dit kun je vergelijken met de wapenwedloop die wij in de inleiding hebben besproken (zie blz. 2). Innovatie binnen bedrijven lijdt vaak tot hogere arbeidsproductiviteit en schaalvoordelen. De continue druk voor bedrijven om te innoveren
  • 19. 17 kan als nadelig worden beschouwd, maar zonder innovatie kunnen bedrijven überhaupt niet bestaan. Dit geldt voor zowel nationaal als internationaal. Innovatie voor een land als geheel is erg belangrijk, namelijk voor de concurrentiepositie. Als een land weinig innoveert, zal de consument overstappen naar het buitenland, omdat daar de producten goedkoper of beter zijn. De welvaart van het land neemt daardoor af, waardoor ook de werkgelegenheid weer zal dalen. Kortom, innovatie is noodzakelijk. De maatschappij zal dus mee moeten innoveren. Kennis is daarbij macht. Excellent onderwijs moet dus centraal gaan staan, maar ook de Nederlandse mentaliteit waarbij innovatie een prioriteit wordt. De werknemer beschermen tegen innovatie wordt op den duur onhoudbaar. Als een bedrijf wil blijven bestaan, moet zij vrij zijn om te innoveren. Dit kan om sociale en/of technologische innovatie gaan. Bij sociale innovatie is het belangrijk dat werkgevers zo goed als vrij kunnen zijn om veranderingen aan te brengen in het werkproces. Het is daarom van groot belang dat ook de werknemers mee gaan innoveren. Al helemaal met de aankomende vergrijzing in Nederland. Meer produceren met minder mensen wordt steeds noodzakelijker. Zowel voor de bedrijven als voor de werknemers geldt: ‘Survival of the fittest’. Voordelen innovatie Nadelen innovatie Stijging arbeidsproductiviteit Vergroting winst voor bedrijven Goedkoper produceren Stijging van de concurrentiepositie Verbetering prijs/kwaliteitsverhouding Verruiming aanbod goederen en diensten Innovatie is noodzakelijk voor bedrijven Verslechterde arbeidsomstandigheden Afname werkgelegenheid Schade van morele en ethische aard Innovatie is noodzakelijk voor bedrijven
  • 20. 18 7. Summary The main question we want to explore with our research is: what should our society do, promote innovation or protect existing companies against innovation? Innovation is the development of new ideas and things. There are two kinds of innovation, technical innovation and social innovation. Disruptive innovation describes a process by which a product or service takes root initially in simple applications at the bottom of a market and then relentlessly moves up market, eventually displacing established competitors. Innovation plays an important role in different groups of our society. Our society is very inflexible when it comes down to innovation and change. Our legislation is so inflexible that sometimes it even hinders innovation. When does innovation become so disruptive that we should protect our society against it? Our conclusion is that innovation is so important that we cannot live without it so we shouldn’t make laws against it and protect existing companies. The society should also innovate more and more. For employers and employees it is all about ‘Survival of the fittest’.
  • 21. 19 8. Bronnenlijst Anoniem (2014) ‘Creatieve Destructie’ http://nl.wikipedia.org/wiki/Creatieve_destructie Anoniem (2014) ‘Energiemarkt’ http://nl.wikipedia.org/wiki/Energiemarkt Anoniem (2014) 'Hype cycle' http://nj.wikipedia.org/wiki/Hype_cycle Anoniem (2014) ‘Innovatie’ http://nl.wikipedia.org/wiki/Innovatie#Geschiedenis Anoniem (2014) ‘Nederlandse elektriciteitsmarkt’ http://nl.wikipedia.org/wiki/Nederlandse_elektriciteitsmarkt Anoniem (2005) ‘Sociale Innovatie, de Andere Dimensie’ http://euparl.net/9353000/1/j4nvgs5kjg27kof_j9vvhskmycle0vf/vi3ao0v54iyj/f=/blg5736.pdf Anoniem (2014) 'Taxi (vervoer)' http://nl.wikipedia.org/wiki/Taxi_%28vervoer%29 Anoniem (2014) 'Wet personenvervoer 2000' http://nl.wikipedia.org/wiki/Wet_personenvervoer_2000 Arts, M (2010) 'Silicon Valley: 10 voorwaarden voor succesvol ondernemen' http://www.frankwatching.com/archive/2010/07/07/silicon-valley-10-voorwaarden-voor-succesvol- ondernemen/ Bansal, R. (2014) 'Difference between Flexible and Rigid Constitutions – Essay' http://www.shareyouressays.com/88292/difference-between-flexible-and-rigid-constitutions-essay Benson, S. (2013) 'Co-creation: the pathway to innovation' http://www.visioncritical.com/blog/cocreation-101 De Bijbel: Rechters 7:1 De Bijbel: 1 Samuel 17 Blotenburg, S (2014) 'Silicon Valley is een geoliede machine' http://www.nu.nl/ondernemen/3883250/silicon-valley-geoliede-machine.html Buys, J. A. (1984) ‘Innovatie en interventie. Proefschrift TU Delft, Kluwer’ Christensen, C. ‘Disruptive Innovation’ http://www.claytonchristensen.com/key-concepts/ Damveld, J (2013) 'Co-creatie: 5 succesverhalen van retailers' http://www.frankwatching.com/archive/2013/09/24/co-creatie-vijf-succesverhalen-van-retailers/ Gouillart, F (2010) 'What the heck is co-creation' http://francisgouillart.com/wordpress/?p=720 Hoeven, van der M. J. A. (2007) ‘Inwerkingtredingsbesluit groepsverbod Wet onafhankelijk netbeheer’ Kamerstuk 2000-2001, 27250, nr 38, Tweede Kamer http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en- publicaties/kamerstukken/2007/07/16/inwerkingtredingsbesluit-groepsverbod-wet-onafhankelijk- netbeheer-ek-en-tk.html Inaday merken&patenten (2014)
  • 22. 20 http://inaday1- px.rtrk.nl/nl/octrooirecht?utm_source=Google&utm_medium=CPC&utm_campaign=ReachLocal- Patent Kalshoven, F. (2012) ‘Het spel en de knikkers Frank Kalshoven’ http://www.volkskrant.nl/dossier-archief/het-spel-en-de-knikkers-frank-kalshoven~a3227134/ Koenen, M. J. Drewes, J. B. (1992) uit Wolters' handwoordenboek Leeuwen, van N. (2014) 'De klant is blij met Uber, nu de overheid nog' uit 'De Volkskrant' MEMO Malmberg (2011) ‘MEMO, geschiedenis voor de bovenbouw’ Nationale bibliotheek van Nederland (2015) http://www.bibliopolis.nl/ @NeelieKroesEU https://www.twitter.com NU.nl/ANP (2013) 'Nederland daalt op concurrentieranglijst' http://www.nu.nl/economie/3566542/nederland-daalt-concurrentieranglijst.html NUZakelijk (2014) 'Crisis dwingt ondernemer tot creatief kiezen' http://www.nu.nl/mkb/3395268/crisis-dwingt-ondernemer-creatief-kiezen.html Osta, van J. (2014) Panteia (2013) ‘Technologische en Sociale Innovatie in een concurrerende markt’ http://www.scienceguide.nl/media/1665145/volledig_rapport_innovatie_en_concurrentiemonitor_topse ctoren_panteia-rsm.pdf Poelman, Y. ‘Ynnovator http://www.ynnovator.nl/?page_id=303 Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (2010) ‘Elektriciteitswet’ http://www.rvo.nl/onderwerpen/duurzaam-ondernemen/duurzame-energie-opwekken/windenergie-op- land/wetten-en-regels/elektriciteitswet Roelofs, S. (2012) 'Aanbestedingswet remt innovatie' http://www.nederlandict.nl/?id=11760 Roemer, E. (2013) 'Nederland daalt op concurrentieranglijst' http://www.nu.nl/economie/3566542/nederland-daalt-concurrentieranglijst.html TTIP advisory group (2014) 'What is the Transatlantic Trade and Investment Partnership?' Soete, L. (2010) ‘Innovatie kan ook destructief zijn’ http://www.soete.nl/trends/trends_20100422.pdf Sommer, M. (2014) ‘De technologische ravage’ http://www.volkskrant.nl/dossier-archief/de-technologische-ravage~a3587918/ Uber 'about' https://www.uber.com/about Valk, de M. (2004) 'De mentaliteit in Finland is anders dan hier' http://www.ser.nl/nl/publicaties/overzicht%20ser%20bulletin/2004/januari%202004/06.aspx
  • 23. 21 Vandebron (2013) ‘Vandebron’ https://vandebron.nl/?gclid=COCB5O6d68MCFS7MtAod8g4ASQ#!/ Verhagen, M. J. M. (2011) ‘Energierapport, brief van de minister van economische zaken, landbouw en innovatie’ https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31510-47.html Volberda, H. (2013) 'Nederland daalt op concurrentieranglijst' http://www.nu.nl/economie/3566542/nederland-daalt-concurrentieranglijst.html ‘Wet Elektriciteitswet 1998’ http://wetten.overheid.nl/BWBR0009755/volledig/geldigheidsdatum_14-01-2015#Opschrift ‘Wet Gaswet 2000’ http://wetten.overheid.nl/BWBR0011440/volledig/geldigheidsdatum_14-01-2015#Opschrift 'Wet personenvervoer 2000' http://wetten.overheid.nl/BWBR0011470/geldigheidsdatum_30-09-2014#HoofdstukV Woudt, J. (2014) 'Uber: club voor snorders of ridders van de taxi-innovatie?' http://fd.nl/economie-politiek/903673/uber-club-voor-snorders-of-ridders-van-de-taxi-innovatie Zeggen, A (2014) 'Economisch nieuws met Amba Zeggen' bij Eenvandaag. Zwitsers economisch onderzoeksinstituut IMD
  • 24. 22 9. Werkwijze Bij het zoeken naar een onderwerp vonden wij het belangrijk om economische en maatschappelijke aspecten met elkaar te verbinden. Centraal stond het vinden van een origineel onderwerp dat we allebei interessant vonden. Het zoeken naar een onderwerp ging iets minder gemakkelijk dan verwacht, alle onderwerpen die we op internet en dergelijke konden vinden vonden wij al te uitgekauwd. Tot op het moment dat Laura op de documentaire ´Kleine bedrijven grijpen de macht´ bij Nieuwsuur stuitte hadden wij geen idee. Hierin kwam voornamelijk het bedrijf Uber naar voren. Over Uber hadden wij in het nieuws al weleens gehoord en gelezen. We hebben ons wat meer verdiept in dit onderwerp en het besproken met onze begeleiders. Conclusie: we hebben ons onderwerp! We kwamen er al vrij snel achter dat het een heel breed onderwerp was en we hiermee veel kanten op konden gaan. We moesten het onderwerp dus inperken. In eerste instantie wilden we ons vooral richten op de destructieve gevolgen die innovatie met zich meebrengt. Dit komt dan ook in de buurt van onze definitieve hoofdvraag: “Wat moet onze samenleving doen, innovatie bevorderen of bestaande bedrijven hiertegen beschermen?” Gedurende ons onderzoek hebben we onze hoofdvraag meerdere malen veranderd omdat we steeds weer meerdere kanten ontdekten en die verder onderzochten. Wat ons uiteindelijk het meest interesseerde was de discussie rondom het taxibedrijf Uber. Deze discussie bracht ons op het onderwerp destructieve innovatie omdat je dit probleem in alle sectoren terug ziet komen. We begonnen aan dit onderzoek met een positieve mening over innovatie en we vonden beiden dat de wetgeving soepeler moest worden met betrekking tot innovatie. Uiteindelijk zat het destructieve dilemma veel ingewikkelder in elkaar dan we verwacht hadden. Er zaten zoveel verschillende kanten aan dit verhaal dat je per stakeholder wel een nieuwe mening kon vormen. Het was daarom ook lastig voor ons om dit te verwerken in ons onderzoek. Hierbij speelde ook mee dat we voornamelijk artikelen vonden waarin meningen werden gegeven over het probleem. Hierom hebben wij ervoor gekozen de discussie te verduidelijken met ons onderzoek en onze eigen meningen te vormen en toe te lichten. Ten eerste hebben we verschillende onderdelen feitelijk onderzocht en omschreven waarna wij beter in staat waren om de subjectieve zaken, dus de meningen uit artikelen, objectief te bestuderen. Dit was dan ook de volgende stap die wij hebben gezet. Ten slotte hebben wij een discussie geschreven waarin het destructieve dilemma uitgebreid omschreven wordt en wij onze eigen meningen toelichten. De samenwerking is goed verlopen, de taakverdeling verliep soepel. Wanneer wij vastliepen bij ons onderzoek hadden we altijd de mogelijkheid om naar een van onze begeleiders te stappen en om hulp te vragen. Wij zijn onze begeleiders, Guus Geertman en Paul de Boer, hier erg dankbaar voor.