1. Present perfect
De present perfect is wat wij in het Nederlands de v.t.t. noemen.
In het Engels moet je deze tijd gebruiken als:
1. Iets in het verleden is gebeurd, maar er niet bij staat
wanneer het was.
2. Iets in het verleden is begonnen en nu nog steeds zo is. In dit
geval kun je dat vaak zien omdat een van de volgende
woorden in de zin staat: for, since, always, never, ever, how
long?
I have lived here for three years now.
She has worked here since 2004.
Peter has always liked Sheila.
Kelly has never played the guitar
Have you ever heard of James Bond?
(For) How long have you been married?
2. Hoe maak je een present perfect?
De present perfect bestaat uit 2 delen
1. De juiste vorm van het werkwoord to have
I have
you have
shit has
we have
they have
2. Een voltooid deelwoord.
Een voltooid deelwoord kun je in het Engels op 2
manieren maken:
* -ed achter het werkwoord (net als bij de verleden tijd)
* derde rijtje van de onregelmatige werkwoorden
DE ONREGELMATIGE WERKWOORDEN DIE JE VOOR DIT
HOOFDSTUK MOET KENNEN STAAN OP DE PORTAL
3. SHOW THAT YOU KNOW
Eerst een oefening om te kijken of je nog weet hoe het zit met
have en has.
Vul in: have of has
1. We have / has 12 cousins in our family.
2. John have / has a new DVD player in his room.
3. You have / has four brothers, haven’t you?
4. My mother have / has red hair.
5. My grandparents have / has 15 grandchildren.
6. I have / has blond hair and blue eyes.
4. Vul nu de present perfect in bij de volgende zinnen
Let op: alleen antwoorden met HAVE of HAS + VOLT DW zijn goed!
1. I _________ to your stories long enough! (listen)
2. Jane _______ always ______ she wanted a career in music. (know)
3. _____ you ever _____ my cousin Sam?
4. Bill ____ never _____ that man before. (see)
5. We _______ together since we were kids. (play)
6. I _______ this song too many times. (hear)
7. Russ ______ problems with his eyes for years. (have)
8. The students ______ their English homework. (do)