1. 8
BOERDERIJ 102 — no. 2 (11 oktober 2016)
o n d e r n e m e n
mag de sloot niet gemaaid worden. Huijbers: “Ook
hier mis ik flexibiliteit. Hoofdbeken hoeven echt
niet strakgeveegd te zijn, maar nu is er praktisch
geen beheer. Waarom kan ecologie niet samengaan
met beheer en een goede waterafvoer? Zeker als de
gevolgen zo groot kunnen zijn.”
Code oranje
Waterschap Peel en Maasvallei ging na de extreme
zomer aan de slag met een ‘aanvalsplan’: Code
oranje. Het doel is met alle betrokken partijen een
watersysteem met ruimte creëren dat breed – ook
door boeren – gedragen wordt. Het plan, dat in no-
vember definitief wordt vastgesteld, moet idealiter
een landelijk koploperproject met Rijkssteun wor-
den. Het past binnen de €50 miljoen die het schap
komende jaren in klimaatadaptatie gaat steken.
Het waterschap ziet ook dat het niet eenvoudig is
om een robuust watersysteem op te tuigen dat zo-
wel natuur als landbouw tevreden stelt en tegelijk
extreem weer aankan. “Meandering, maairegime,
natte en droge natuur. Het zijn allemaal gevoelige
thema’s en er zit ook spanning in het systeem”, zegt
Driessen. Toch ligt er nu een concept waar boeren in
de regel positief op reageren.
Dit plan moet meer ruimte voor beken en waterlo-
pen creëren. Bijvoorbeeld door bredere beekdalen
te maken bij wateroverlast. Vooral door slim land
om te wisselen, wil het waterschap winst behalen.
Driessen: “Boerenland krijgt deels een andere func-
tie: natuur. Die grond wordt dan 85% afgewaar-
FOTO:FREDLIBOCHANT
Jan Verhoeven is be-
stuurslid van Verenigde
Telers Akkerbouw (VTA)
en akkerbouwer in het
waterschadegebied.
In het Brabantse Erp
heeft hij 500 hectare land
– grotendeels huur –
waarvan de helft uit
aardappelteelt bestaat.
“De eerste 80 hectare
die ik rooide, had een
gemiddelde hectare-
opbrengst van onder
25 ton. Daarna bleef het
belabberd.”
Hoe groot is de water-
schade?
“Die loopt in de tonnen
en ik had geen brede
weersverzekering. Als
die al geholpen had.
Daarom heb ik de verant-
woordelijkheid bij water-
schappen Aa en Maas en
De Dommel gelegd.”
Waarom daar?
“De schappen beroepen
zich op overmacht. Dát
geloof ik wel, maar ik
vind ook dat ze onvol-
doende rekening hebben
gehouden met extreme
omstandigheden, terwijl
ze zelf roepen dat het
klimaat verandert. De re-
kenmodellen waren ver-
keerd en de waterafvoer
is gewoon niet goed be-
rekend bij calamiteiten.
Het toegenomen natuur-
beleid van meanderende
waterlopen en extra be-
groeiing – zeker door de
zachte winters – heeft
zich natuurlijk ook ge-
wroken in zo’n extreme
maand als juni. Het water
kon niet weg.”
Wat moet er anders?
“De regel dat water-
schappen niet voor 1 juni
mogen maaien, moet van
tafel. Boeren willen echt
rekening houden met de
natuur. Maar als vogeltjes
voor het behoud van ge-
wassen gaan en bedrij-
ven bijna kapot gaan ...
De waterschappen wis-
ten medio mei al dat er
veel water aan zat te ko-
men. Misschien niet in
deze mate, maar het ex-
treme weer diende zich
in alle voorspellingen
aan. De schappen had-
den moeten anticiperen
en met regionale partijen
om tafel moeten gaan.
Maar aan zo’n oplossing
is nooit gewerkt. Er
kwam geen maatwerk.”
En waterberging en me-
andering?
“Daar ben ik op zich niet
op tegen. Beide zaken
zijn belangrijk, maar er
moeten gewoon meer
mogelijkheden komen
om extra water af te voe-
ren. Het watersysteem
bewijst zich nu vooral als
alles goed gaat. De ko-
mende winter moeten we
samen goed evalueren
hoe we kunnen voorko-
men dat het nog eens zo
uit de hand loopt.”
Wat moet de boer an-
ders doen?
“De boerenmacht binnen
waterschappen wordt
kleiner, maar ik merk dat
de buitendienstmensen
van de schappen echt
wel naar boeren willen
luisteren. Maar in de
landbouw is de gedachte
vaak: ze luisteren toch
niet naar ons. Dat is on-
terecht. Boeren moet
zich de schappen aan-
trekken en zelf ook beter
communiceren.
Daarnaast vind ik dat
akkerbouwers voor een
paar procent van het
areaal soms nog te vaak
voor laagliggende perce-
len kiezen. Dat is een risi-
co. En dat wordt door de
klimaatverandering al-
leen maar groter. Daar
zullen we scherper op
moeten zijn.”
‘Waterschappen hebben zich vergist in waterafvoer’
FOTO:BERTJANSEN
Naam: Jan Verhoeven
(66). Organisatie: VTA.
Functie: bestuurslid.
P R O F I E L
deerd, maar blijft in eigendom van de boer. Daar-
tegenover staat dat nieuwe natuur van de kaart gaat
verdwijnen. Ook zal droge natuur vaker weer land-
bouw worden. Op die manier zou het landbouw-
areaal zelfs kunnen toenemen.”
Boeren en waterschappen staan nog te vaak te-