De prioriteiten van Itinera voor de volgende regering

1. De inzet van 25 mei
Gedurfd realisme
2014-2019

2. ENERGIE

3. Naar een strategisch stappenplan voor
13 000 MW nieuwe capaciteit en een
betere benutting van de bestaande
capaciteit

4. Tegen 2025 is een vervanginvestering van meer dan
13 000 MW noodzakelijk. Zo niet kampt België met een problematisch negatieve
reservemarge.

5. Op middellange termijn impliceert de kernuitstap van 6 000
MW dat een dubbele vervangcapaciteit moet uitgelokt
worden.
-200%
-150%
-100%
-50%
0%
50%
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
2029
2030
ReserveMargin(%)
10% CF wind
5% CF wind
RM no Res

6. FISCALITEITFISCALITEIT

7. Belastingshervorming die arbeid bevrijdt

8. Verschuiving sociale lasten op arbeid naar consumptie kan zonder grote
verdelingseffecten
Verlaag de sociale lasten op arbeid met 5,23 miljard gefinancierd met verhoging van
BTW met twee procentpunten
OF
Voer lastenverlagingen door gefinancierd met het reduceren van de uitholling van het
BTW-stelsel (uitzonderingen vervangen door uniform BTW-tarief en met opbrengst
lasten op arbeid verlagen)

9. Fiscaliteit p. 9
De tarieven in de Belgische personenbelasting stijgen snel en
fors bij redelijke beperkte lonen: verschuif barema’s of
verlaag tarieven gefinancierd door BTW

10. p. 10
We stellen het systeem van negatieve inkomstenbelasting
voor. Daarbij genieten de laagste inkomens van een
betaling die maar gradueel vermindert bij
inkomenstoename.

11. WERK

12. Vervang banenplannen door
werkverzekering

13. De Belgische werkloosheidsverzekering is bij de
duurste van Europa, maar bij de slechtste in het
aan de slag krijgen van de werklozen.

14. Publieke uitgaven per werkzoekende
België staat aan de top voor arbeidsmarktuitgaven maar
besteedt die vooral aan directe jobsubsidies, niet aan
persoonlijke investering en dienstverlening voor de loopbaan van
de werkzoekenden.

15. Werkverzekering
De werkverzekering slaat alle vliegen in één klap: meer
bescherming, betere ondersteuning voor werk, iedereen aan
de slag en niemand nog in het zwart.

16. BEDRIJFSFINANCIERING
BEDRIJFSFINANCIERING

17. Betere financiering voor
nieuwe groei

18. Werkverzekering
Sinds de crisis staat bancaire financiering onder druk

19. Onderzoek stelt dat bancaire financiering en durfkapitaal niet
zuiver complementair zijn

20. Publieke uitgaven per werkzoekende
Sowieso moet Europa het te sterk banken gedomineerd model
ontgroeien naar een model met meer plaats voor risicokapitaal

21. OUDERENZORG

22. Een ouderenzorgbeleid
dat de oudere emancipeert

23. Het aantal ouderen met een residentiële zorgbehoefte zal tegen 2025
stijgen met 32%. Om aan de stijgende zorgbehoefte te beantwoorden is een
mentale switch van zorgafhankelijkheid naar emancipatie noodzakelijk.

24. Oudere
als mens
centraal
Inzetten op
zelfredzaamheid en
preventie
Creëren van
leeftijdsvriendelijke
omgeving
Een sterk lokaal
ouderenbeleid en
versterking thuiszorg
Persoonsgerichte
financiering
Open en eerlijk
zorglandschap
Overheid die minder
rechtstreeks
interfereert
Financiering gebaseerd
op slimme solidariteit

25. Leeftijds-
vriendelijke
buurt
Mobiliteit
Maatschappelijke
participatie
Welzijnenzorg
Sociale
participatie
Determinanten voor leeftijdsvriendelijke gemeenten

26. PENSIOEN

27. Herstel de band
tussen pensioen en inspanning

28. Tegenover 30% van de huidige uitbetaalde
pensioenrechten staan geen gewerkte jaren: dit is
onhoudbaar

29. In een duurzaam systeem beschikt elke werknemer over een
persoonlijke “rekening” waarop elk jaar de bijdragen van werknemer
of werkgever worden bijgeschreven

30. Een notioneel of puntenstelsel ontmoedigt het vervroegd met pensioen
gaan enerzijds; anderzijds worden
de uitkeringen gekoppeld aan de levensduur.

31. COMPETITIVITEIT

32. Herstel het verband
tussen loonkost en productiviteit

33. In de Belgische industrie blijkt de evolutie van de loonkost maar voor 30%
gekoppeld te zijn aan de evolutie van de productiviteit.

34. Samenhang variatie reële lonen en variatie arbeidsproductiviteit
in 2002-2009 in de industrie
België Duitsland Spanje Finland Frankrijk VK Italië
30% 60% 57% 38% 49% 42% 44%
In Duitsland is deze koppeling dubbel zo sterk. Door de
lonen sneller te laten stijgen dan de productiviteit toelaat,
dreigen we onszelf uit de markt te prijzen in sectoren die
internationaal moeten concurreren.

35. ONDERWIJS

36. Van schooluitval naar persoonlijke
vooruitgang en economische deelname

37. Schooluitval is een probleem dat bottom-up dient aangepakt te worden:
wanneer de leerling op de school begint en wanneer de leerling op school zit
Aandacht voor de vooruitgang van elke leerling en een vergelijking van de prestaties
tussen de scholen kan het risico verminderen van een ‘intellectuele uitval’ die de
schooluitval bevordert: preventie

38. Het fenomeen van de knelpuntberoepen is welgekend, net als de vaststelling dat heel
wat werkgevers in technische sectoren zelf grote opleidingsinspanningen moeten
doen bij de aanwerving van nieuwe arbeidskrachten.

39. Door strategisch de brugfunctie tussen school en werkvloer te verbeteren zal men
een weg aanbieden die zal renderen voor het verminderen van de schooluitval,
doordat dezelfde groep leerlingen goede en nuttige alternatieven voor de formele
schoolopleiding kan worden geboden: een grote win-win.

40. GEZONDHEIDSZORG

41. Kwaliteit centraal in een ambitieus
gezondheidszorgsysteem

42. Wmean 32.3 12.4 14.0 13.8 12.7 6.7 8.2 6.2
P90/P10 4.5 3.6 2.4 3.6 5.7 3.0 5.4 1.7
95%CI [3.5;5.4] [2.9;4.2] [2.1;2.8] [2.9;4.2] [4.2;7.3] [2.4;3.5] [4.0;6.8] [1.5;1.8]
CGain 15539 3194 3178 4226 5945 1991 3693 2320
Wmean 32.3 12.4 14.0 13.8 12.7 6.7 8.2 6.2
P90/P10 4.5 3.6 2.4 3.6 5.7 3.0 5.4 1.7
95%CI [3.5;5.4] [2.9;4.2] [2.1;2.8] [2.9;4.2] [4.2;7.3] [2.4;3.5] [4.0;6.8] [1.5;1.8]
CGain 15539 3194 3178 4226 5945 1991 3693 2320
Wmean 17.6 12.2 13.5 13.2 5.2 5.3 3.6 3.4 14.7 9.0 7.9
P90/P10 5.1 4.0 3.3 3.0 6.5 2.4 7.9 3.5 4.0 4.7 3.5
95%CI [3.8;6.4] [3.1;4.9] [2.7;3.9] [2.4;3.5] [4.3;8.6] [2.0;2.8] [4.9;11.0] [2.7;4.2] [3.2;4.8] [3.5;5.8] [1.7;2.1]
CGain 5938 1943 5026 3016 1875 1336 1025 828 5983 3404 2786
Wmean 17.6 12.2 13.5 13.2 5.2 5.3 3.6 3.4 14.7 9.0 7.9
P90/P10 5.1 4.0 3.3 3.0 6.5 2.4 7.9 3.5 4.0 4.7 3.5
95%CI [3.8;6.4] [3.1;4.9] [2.7;3.9] [2.4;3.5] [4.3;8.6] [2.0;2.8] [4.9;11.0] [2.7;4.2] [3.2;4.8] [3.5;5.8] [1.7;2.1]
CGain 5938 1943 5026 3016 1875 1336 1025 828 5983 3404 2786
Medische patiënten:
Risico van 7.1%
Chirurgische patiënten :
Risico van 6.3%
De kwaliteit in ziekenhuizen is vaak beneden het gewenste peil. Het ene ziekenhuis doet het
beter dan het andere. Zo varieert het aantal heropnames van 2,4% tot 7,8% en is er
zorggerelateerde schade (infecties, doorligwonden, etc.) bij 1 op 10 tot 1 op 3 patiënten.

43. Kwaliteit
centraal
Publieke
rapportering van
resultaten
Onafhankelijk
orgaan ontsluit big
data
Toegevoegde
waarde in
betalingssysteem
Geen oorlog tegen
artsen en
zorgverleners
Digitalisering en
vereenvoudigen
administratie
Geïntegreerd
kwaliteitsbeleid
Gezonde competitie
tussen ziekenhuizen
Zorgintegratie en
netwerking

44. Een slimme combinatie van betaling per prestatie voor onvoorspelbare zorg
en complexe diagnoses, met voorafgaande financiering voor planbare zorg en
een gebundelde financiering voor chronische zorg, grotendeels via
persoonsgebonden budget. Steeds met een deel kwaliteitsbeloning..