1. Variatie in de kuil
Suzan Nicolasen, onderzoeker Diervoeding
2. Variatie in de kuil
● Doel :
● Variatie in kuil vaststellen
● Proefopzet:
● 2 homogene graskuilen intensief bemonsteren
● 1 heterogene graskuil intensief bemonsteren
● 1 maïskuil intensief bemonsteren
● Bemonsteren door gehele verticale profiel
● Monsters splitsen boven en onder
3. Materiaal & methode
● 3 graskuilen en 1 maïskuil intensief bemonsterd
● Horizontale variatie bepaald d.m.v. het nemen
van 11-13 submonsters
● Verticale variatie bepaald d.m.v. het analyseren
van het boven en onder monster
29
4. Materiaal & methode
Monstername punten
Silage Wijk Silage Bunnik
snijvlak snijvlak
X X X = monstername punt
volgens protocol
X X X X X XX
X = extra monsters
X X
ong. 25 m
ong. 25 m
X X
X X X X X X X X
X X
X
ong. 7 m ong. 6 m
5. Materiaal & methode
● Monsters geanalyseerd met NIRS
● ds
● pH
● ammoniak
● RE
● RC
● RAS (niet met nirs)
● VCOS
● suiker
● vet
● Cl
● NDF
● ADF
● ADL
31
6. Materiaal & methode
● Verschillen berekend met de Z-score
● Z-score = variatie t.o.v. de “onvermijdelijke”
variatie bepaald door:
● meetfout
● “werkelijke” verschil tussen aangrenzende monsters
32
7. Resultaten
Grote verschillen tussen boven en onder
Variatie in DS, bovenzijde van de kuil Variatie in DS, onderzijde van de kuil
405
405
390 390
375 375
DS DS
360 360
7B 345 7O 345
5B 5O
3B 330 Lengterichting 3O 330
Lengterichting
1B R1 R2 R1
R3 R2 1O C R3
L3 C L3
L1 L2 L1 L2
Breedte richting Breedte richting
Kuil Wijk
33
8. Resultaten
Variatie in RE, bovenzijde van de kuil Variatie in RE, onderzijde van de kuil
190 190
182.5 182.5
RE RE
175 175
167.5 7O 167.5
7B
5B 5O
3B 160 Lengterichting 3O 160
Lengterichting R1 R1
1B R3 R2 1O R3 R2
L3 C L3 C
L1 L2 L1 L2
Breedte richting Breedte richting
Kuil Wijk
9. Resultaten
Variatie in pH, bovenzijde van de kuil Variatie in pH, onderzijde van de kuil
4.5 4.5
4.4 4.4
4.3 4.3
pH pH
4.2 4.2
7B 4.1 7O 4.1
5B 5O
3B 4 Lengterichting 3O 4
Lengterichting R1 R1
1B R3 R2 1O R3 R2
L3 C L3 C
L1 L2 L1 L2
Breedte richting Breedte richting
Kuil Wijk
11. Conclusie
● Verticale variatie >> horizontale variatie
● Bemonsteren door het hele verticale profiel is
cruciaal. Dit is volgens huidige monstername
protocol.
● 2 of 3 submonsters per kuil leidt tot Z-scores <1
37