Sinds 2008 participeert de regio Rijnmond met Zadkine, Hogeschool Rotterdam en drie zorginstellingen (verpleeghuis Hannie Dekhuyzen, verpleeghuis de Plantage, en de psychi- atrische instelling Parnassia Bavogroep, locatie Berkel) in het landelijke ‘doorbraakproject Werkplekleren’. Hierop aansluitend zijn ook de opleidingen voor onderwijsassistenten en voor managementassistenten in het project betrokken.
Het landelijke project bestaat uit onderzoek en ontwikkelwerk naar en voor de verschillende vormen van werkplekleren. Het Rijnmondse deelproject spitst dit toe op werkplekleren op leerafdelingen. Bij leerafdelingen in de zorg houdt dit in dat ongeveer tien mbo-deel- nemers helpenden, verzorgenden en verpleegkundigen en hbo-studenten verpleegkunde op één zorgafdeling samen werken en leren. De deelnemers en studenten zijn boventallig op deze afdeling.Deze deelnemers en studenten (verder samen aangeduid als studenten) verrichten alle voorkomende verplegende en verzorgende activiteiten op de leerafdeling. Daarmee werken en leren zij in een authentieke omgeving, namelijk de werkelijke beroeps- situatie waar zij ook na het behalen van het diploma in werkzaam zullen zijn. Zij worden daarbij begeleid door zorgprofessionals, meestal werkbegeleiders en docenten.
In 2009 is in het kader van dit project onderzoek gedaan naar de leerafdelingen in de drie genoemde zorginstellingen. Er zijn interviews gehouden met de leidinggevende van de leerafdeling, de docenten uit mbo en hbo die op de leerafdeling participeren, de werkbege- leiders en de studenten. Een doel van al deze interviews was om een eerste zicht te krijgen op de vormgeving en effecten van de leerafdelingen. Hoe wordt er gewerkt en geleerd, niet alleen door de studenten die er stage lopen, maar ook door de docenten en de praktijk- en werkbegeleiders? En wat zijn de verschillen met individuele stages?
In deze tweede publicatie in de reeks ‘Doorbraakproject Werkplekleren Regio Rijnmond’ wordt verslag gedaan van dit onderzoek in 2009. De publicatie start met een hoofdstuk over de achtergronden en aanpak van het doorbraakproject. Ook wordt kort beschreven hoe de in 2009 gevonden resultaten worden gebruikt in het vervolg van het project in 2010, waarin verbeteringen worden doorgevoerd en verder onderzoek wordt gedaan. Het tweede hoofdstuk beschrijft per leerafdeling de resultaten van het onderzoek. In het derde hoofdstuk worden die leerafdelingen met elkaar vergeleken, waarbij gezocht is naar overeenkomsten en verschillen. In het vierde en laatste hoofdstuk staan de conclusies en een eerste reflectie.

Deze publicatie is de tweede in de reeks ‘Doorbraakproject Werkplekleren Regio Rijnmond’.
Rotterdam, mei 2010 Drs A.J.C.M. de Jongh
Projectleider Doorbraakproject Werkplekleren Regio Rijnmond
Apotek Hjärtat, the second-largest actor on Sweden’s recently deregulated pharmacy market, sought to improve customer service and efficiency in stores to increase customer satisfaction and profitability. They engaged BearingPoint to develop and implement a store operations program for all of its more than 270 pharmacies.
Sinds 2008 participeert de regio Rijnmond met Zadkine, Hogeschool Rotterdam en drie zorginstellingen (verpleeghuis Hannie Dekhuyzen, verpleeghuis de Plantage, en de psychi- atrische instelling Parnassia Bavogroep, locatie Berkel) in het landelijke ‘doorbraakproject Werkplekleren’. Hierop aansluitend zijn ook de opleidingen voor onderwijsassistenten en voor managementassistenten in het project betrokken.
Het landelijke project bestaat uit onderzoek en ontwikkelwerk naar en voor de verschillende vormen van werkplekleren. Het Rijnmondse deelproject spitst dit toe op werkplekleren op leerafdelingen. Bij leerafdelingen in de zorg houdt dit in dat ongeveer tien mbo-deel- nemers helpenden, verzorgenden en verpleegkundigen en hbo-studenten verpleegkunde op één zorgafdeling samen werken en leren. De deelnemers en studenten zijn boventallig op deze afdeling.Deze deelnemers en studenten (verder samen aangeduid als studenten) verrichten alle voorkomende verplegende en verzorgende activiteiten op de leerafdeling. Daarmee werken en leren zij in een authentieke omgeving, namelijk de werkelijke beroeps- situatie waar zij ook na het behalen van het diploma in werkzaam zullen zijn. Zij worden daarbij begeleid door zorgprofessionals, meestal werkbegeleiders en docenten.
In 2009 is in het kader van dit project onderzoek gedaan naar de leerafdelingen in de drie genoemde zorginstellingen. Er zijn interviews gehouden met de leidinggevende van de leerafdeling, de docenten uit mbo en hbo die op de leerafdeling participeren, de werkbege- leiders en de studenten. Een doel van al deze interviews was om een eerste zicht te krijgen op de vormgeving en effecten van de leerafdelingen. Hoe wordt er gewerkt en geleerd, niet alleen door de studenten die er stage lopen, maar ook door de docenten en de praktijk- en werkbegeleiders? En wat zijn de verschillen met individuele stages?
In deze tweede publicatie in de reeks ‘Doorbraakproject Werkplekleren Regio Rijnmond’ wordt verslag gedaan van dit onderzoek in 2009. De publicatie start met een hoofdstuk over de achtergronden en aanpak van het doorbraakproject. Ook wordt kort beschreven hoe de in 2009 gevonden resultaten worden gebruikt in het vervolg van het project in 2010, waarin verbeteringen worden doorgevoerd en verder onderzoek wordt gedaan. Het tweede hoofdstuk beschrijft per leerafdeling de resultaten van het onderzoek. In het derde hoofdstuk worden die leerafdelingen met elkaar vergeleken, waarbij gezocht is naar overeenkomsten en verschillen. In het vierde en laatste hoofdstuk staan de conclusies en een eerste reflectie.

Deze publicatie is de tweede in de reeks ‘Doorbraakproject Werkplekleren Regio Rijnmond’.
Rotterdam, mei 2010 Drs A.J.C.M. de Jongh
Projectleider Doorbraakproject Werkplekleren Regio Rijnmond
Apotek Hjärtat, the second-largest actor on Sweden’s recently deregulated pharmacy market, sought to improve customer service and efficiency in stores to increase customer satisfaction and profitability. They engaged BearingPoint to develop and implement a store operations program for all of its more than 270 pharmacies.