1. Design for mobile Les 2: enkelebasisbegrippen

2. Draadlozetechnologieen Personal Area Network (PAN) Voorbeelden: IRDA, Bluetooth Overdrachtbestanden over korteafstand (<10m) Draadlozeverbinding hardware extenties (headset) Lagebandbreedte

3. Draadlozetechnologieen Local Area Network (LAN) Voorbeelden: 802.11 n/g/b Uitbreiding van bedraadnetwerk Binnen de context van gebouw of beperkteruimte(bijv. perron), eentiental meters Hogebandbreedte (>54 Mbps)

4. Draadlozetechnologieen Wide Area Network (WAN) Voorbeelden: GPRS, 3G Overal in de publiekeruimteen (meestal) ookbinnen, dekkingafhankelijk van provider Mogelijkerwijshogekosten (dataroaming), afhankelijk van abonnement Beperktebandbreedte

5. Ontwerpenvoor context Het draaitbij het mobiele platform allemaalom de context

6. Ontwerpenvoor context Het gaatdaarbijom de omstandinghedenwaaronder je mobiele app wordtgebruikt Omgeving ‘Mindset’ Doelen

7. Ontwerpenvoor context Maarook de context die de informatie of functionaliteittoevoegtaan het moment

8. Ontwerpenvoor context Eengoedontworpenmobiele app is dus op twee manieren met de context verbonden: Het houdtrekening met de omstandigheden Het voegtwaarde toe aan het moment

9. Postures Dit is de ‘basishouding’ van je interface Intensieveinteractie, geconcentreerdeaandachtvraagteenander interface danvluchtige, gedeeldeaandacht

10. Postures Dit is de ‘basishouding’ van je interface Intensieveinteractie, geconcentreerdeaandachtvraagteenander interface danvluchtige, gedeeldeaandacht Bepalend is dus het gebruiksscenario!

11. Postures Sovereign

12. Posture Transient

13. Posture Veel interfaces zijnmengvormen van transient en sovereign

14. Posture Hoe zit dat met mobiele apps?

15. Posture Hoe zit dat met mobiele apps? Omdatmobielegebruikersveelalookietsandersaan het doenzijn, zijnmobiele apps zonderuitzonderingtransient