SlideShare a Scribd company logo
HUB VOORUIT!SLIM NETWERK: CLICK TO CONNECT
MAGAZINE IN HET KADER VAN DE WINNENDE EO WIJERS 2015 INZENDING
december 2015
ruimte-energie.nl
hubvooruit.nl
DE MARS ZUTPHEN
ICOON VAN CLEANTECH
STEDENDRIEHOEK
WARMTENETWERK
REALISATIE VAN ALTERNATIEF
ENERGIENET
HUB VOORUIT!
EEN TOELICHTING OP DE WINNENDE
INZENDING
HUB VOORUIT MAGAZINE2
COLOFON
Rho adviseurs voor leefruimte
Guido van Loenen
Stefan la Grand
Jos Leijten
Kruit Kok Landschapsarchitecten
Mariëlle Kok
Esther Kruit
Dominic Tegelbeckers
Stedenbouw en Architectuur
Dominic Tegelbeckers
Jelle Rijpma Advies
Mariska Louman
Bestwerk
Timo Bralts
Fiona Sterling
met medewerking van
Otto Hettinga (Energierijk Voorst)
Jolanda Hoeflak (Bril van Jane)
Jelle Rijpma (JRA)
Adriaan Weerheim, Rob van
Leeuwen, Derk-Jan Verhaak, Eric van
der Aa, Frits Dinkla
(Rho adviseurs)
contact
ruimte-energie.nl
hubvooruit.nl
© december 2015 Team Hub Vooruit!
Dit magazine is een uitgave van
Team Hub Vooruit! Niets uit deze
uitgave mag worden gebruikt zonder
voorafgaande toestemming van Team
Hub Vooruit!
HUB VOORUIT MAGAZINE 3
INHOUD
1. HUB VOORUIT!
EEN TOELICHTING OP DE
WINNENDE INZENDING
06
24
40
52
3. DRAAGVLAK VOOR
ENERGIETRANSITIE
6. DE MARS ZUTPHEN
EEN UITWERKING
7. ENERGIEHUB EN
WARMTENET
1.	 HUB VOORUIT! HET CONCEPT
2.	 HUB! AANPAK
3. ENERGIEHUB EN WARMTENET
4. LANDSCHAPPELIJKE WATEROPBOUW
5.	 DE A1 CORRIDOR
6.	 DE MARS ZUTPHEN
7.	 DRAAGVLAK VOOR ENERGIETRANSITIE	
06
22
24
30
34
42
54
RWZI biomassa / biogas / slib
Energierijk Voorst
RWZI biomassa / biogas / slib
Kerschoten Energieneutrale wijk GEN/KEN
Zwitsalterrein energieneutraal
Ecofactorij / DEA corporatie / windmolens
EBEM Groene energ
ZET Gro
Voorst
Brummen
Apeldoorn
Epe
HUB VOORUIT MAGAZINE4
HUB VOORUIT!
SLIM NETWERK: CLICK TO CONNECT
LEGENDA
energie
water
routes
landbouw
hoogspanningsnet
stroomgebied IJssel
waterbatterij
kanaal
beken en sprengen
nieuwe watermolen
lokale waterberging
rijksweg
provinciale / regionale weg
spoorweg
recreatief routenetwerk
fiets fast e-lane
extensieve (pluim)veehouderij
met biomassateelt en
watergberging
warmtenet
energiehub
initiatieven
windmolenpark
warmteleverancier
130 geothermische pompen
bestaand warmtenet
energiehub als
stedelijke aanjager bij te (her -
ontwikkelen bedrijventerrein
RWZI biomassa / biogas / slib
Ecopremie energiebesparing Revelhorst
gie corporatie
Zonnepanelen
oene Energie corporatie
Lochem Stad windenergie
Lochem Energie zonneparken
Deventer
Zutphen
Lochem
HUB VOORUIT MAGAZINE 5
HUB VOORUIT MAGAZINE6
WE HEBBEN HET GOED! TOCH?
We hebben het over een rijke regio, trots en
mooi. Het leven is er goed en er zijn voldoende
kansen. De regio heeft alleen nog geen gedeelde
band of identiteit, geen gezamenlijke waarde. Wel
is er een gezamenlijke ambitie: energie neutraal
in 2030. Een kansrijke ambitie, een mooie
horizon, een leidmotief, één die de regio zal (ver)
binden!
Energie is van alle tijden. Wat het makkelijkst
voor handen is, het snelst op. Wat eeuwig voor
handen is, nu pas klaar voor gebruik.
Op grote schaal gebruik maken van duurzame
bronnen blijkt moeilijk. Het is vooral een grote
verzameling van kleine initiatieven. Tot nu dan.
Wie goed kijkt ziet het al: de revolutie aan
ideeën, de nieuwe technieken, de kanteling naar
groter denken is aanstaande! Wat is er hier en
op dit moment nodig? Het duwtje in de rug:
Hub-Vooruit.
Hub-Vooruit zet in op stromen en verbindingen
vanuit de kansen en kwaliteiten van de
regio. Zichtbaar en herkenbaar in lokale
hubs die energiestromen koppelen aan
belangrijke plekken, recreatieve routes en
gebiedsontwikkeling. Het doel: een betrokken
gemeenschap, een slim netwerk, klaar voor
gebruik: de techniek plugt in, click to
connect.
Hub-Vooruit is een
herkenbaar energieneutrale
regio met duurzame bronnen
geworteld in het DNA van
landschap en ondergrond,
nieuwe en gerevitaliseerde
kringlopen, coöperatief
samenwerken van bewoners
en ondernemers uitmondend
in schoonheid, van binnen en
van buiten.
1450 1750 1850 1970 2000 2015 2050
wind wind
zon
geotechniek
nanotechnologie
energievraag
wko
biomassa
op ‘t erf
bosteelt
water
water
stoom
kolen
kernenergie
olie en gas
biomassa
Industriëlerevolutie
WOI
WOII
Ontwikkelingslijn energielandschap
HUB VOORUIT!
SLIM NETWERK: CLICK TO CONNECT
HUB VOORUIT MAGAZINE 7
Burgerprofessional
Energieschap
BATTERIJ / ACCU
PLUGIN / HUB
STROOM
WARMTE
SMARTGRID
KABELGOOT
SOFTWARE - HARDWARE
INITIATIEF - COLLECTIEF
CLICK TO CONNECT
Energieschap
bestaat uit
ENERGIE
COÖPERA TIES
BEDRIJFS-
LEVEN &
ONDERWIJS
SAMENWERKENDE
OVERHEID
Energieschap
helpt bij
JURIDISCHE EN
GEMEENSCHAP-
PELIJKE KADERS FINANCIERING
KENNIS EN
TECHNIEK ORGANISATIE
HUB VOORUIT MAGAZINE8
Hub Vooruit bestaat uit een nieuw slim netwerk van warmte,
stroom en data, waarop overal ingeplugd kan worden voor invoer
en afname van energie, en waarin ‘hubs’ zorgen voor transformatie
en opslag van energie. Lokale hubs koppelen energiestromen aan
belangrijke plekken, recreatieve routes en gebiedsontwikkeling.
Zo ontstaan bijzondere plekken. De mensen in de regio, techniek
en landschapskenmerken bepalen de ontwerpopgave: een nieuwe
vormende kracht in het landschap. Kansen genereren initiatieven en
samenwerkingsverbanden, het Energieschap coördineert.
WE HEBBEN HET GOED! TOCH?
De driehoek is een rijke regio, trots en mooi - maar heeft geen
gedeelde band of identiteit, geen gezamenlijke waarde. Wel is er
een gezamenlijke ambitie: energieneutraal in 2030, één die de regio
zal (ver)binden!
Omschakeling is het devies. Fossiele energie raakt op (en wordt
duurder). Grootschalige duurzame energie winnen lijkt moeilijk; wat
is begonnen bij kleine initiatieven, groeit naar een steeds grotere
verzameling. Een revolutie aan ideeën, nieuwe technieken, een
kanteling naar groter denken in energietransitie is aanstaande!
Hub-Vooruit geeft het duwtje in de rug.
DE LIJNEN UITZETTEN
De vernieuwing van de energieopwekking is gaande en maakt elke
dag nieuwe stappen. Dit is de software, elk jaar een nieuwe versie.
Hier ligt de uitdaging voor de Stedendriehoek niet: dit gaat vanzelf.
De uitdaging is de hardware: het netwerk. Grote investeringen,
één versie, te verbeteren en uit te breiden, maar niet eenvoudig te
vervangen. Het netwerk moet centraal worden aangestuurd: warmte,
stroom en data.
HEAT IS ON
Gaswinning is eindig en maakt ons afhankelijk. Een warmtenet
is het alternatief. Niet aangevoerd van ver, maar lokaal
aangemaakt en gebruikt. Kleine netwerken bestaan al, daar
gaan we mee door en die verbinden we (waar nodig), voor
flexibiliteit en uitwisselingsmogelijkheden. De realisatie van de
grote biomassacentrale in Zutphen is een prachtig begin om het
warmtenet verder uit te bouwen.
POWER TO THE PEOPLE
Het bestaande elektriciteitsnetwerk voldoet om stroom van de
centrale naar de gebruiker te brengen, maar niet als iedereen gaat
opwekken en terugleveren. Als de toestroom te groot wordt, slaat
het netwerk op hol. Aanpassen kan, maar is duur en traag. Dus:
wat lokaal wordt ‘gewonnen’, zal lokaal moeten worden gebruikt en
soms tijdelijk opgevangen.
KABELGOOT
Het nieuwe netwerk - warmte en stroom - wordt ingericht als een
regionale kabelgoot, zowel digitaal als analoog, soms zichtbaar,
soms niet. Het warmtenet wordt gekoppeld aan bestaande lijnen en
legt de basis voor nieuwe verbindingen: snelle fietspaden, glasvezel.
Kanaaloevers, bermen van spoor en weg krijgen een nieuwe functie
en betekenis. De digitale verbinding ligt in de controlekamer waar
de aansturing van het slimme datanetwerk plaatsvindt.
‘‘OMSCHAKELING IS HET
DEVIES. FOSSIELE ENERGIE
RAAKT OP (EN WORDT
DUURDER). HUB-VOORUIT
GEEFT HET DUWTJE IN DE
RUG’’
HUB VOORUIT MAGAZINE 9
DE BRONNEN
ANNO 2030
Windmolens gaan onderdeel worden van het stadsgezicht en als
we lang genoeg wachten van het historisch stadsgezicht. De grote
verandering die lijkt te komen en op veel plekken ook al aanwezig
is, gaat doorzetten en is over enkele jaren vanzelfsprekend, net als
de windmolens van toen en de elektriciteitsmasten van nu. Zodra
iedereen hier van mee profiteert is de verwachting dat de weerstand
verdampt. De grote windmolens (68 in onze strategie) zijn nodig
want renderen het beste, zowel qua efficiënte stroomopwekking als
qua grondopbrengsten. De keuze voor plaatsing ervan is natuurlijk
wel essentieel: stadsentree Deventer, hoge ruggen van de Veluwe,
hoefijzer Zutphen en Twentekanaal. Meer niet. Dit is passend in het
gebied, zowel in omvang maar ook wat betreft de ruimtelijke en
landschappelijke kwaliteit
ZONVLOED
Het realiseren van zonnepanelen neemt op dit moment een vlucht:
Fort de Pol, vuilstort Eerbeek, vliegveld Teuge. Het zullen over het
algemeen tijdelijke locaties zijn, die op termijn ook weer vrij komen.
Op langere termijn zal het door de toepassing van folies makkelijker
zijn om een grote ambitie op daken in bestaand stedelijk gebied
te realiseren. Later zal nanotechnologie ervoor zorgen dat zonne-
energie in zijn geheel geen issue meer is voor ruimtelijke kwaliteit.
(NOOIT TE) HEET ONDER DE VOETEN
Onder Epe en voor een deel Zutphen liggen de potenties voor
warmtewinning. We gaan uit van duurzaam gebruik: dus niet in
30 jaar leeghalen wat pas in 300 jaar terugkomt, maar verspreid
benutten via het slimme netwerk.
BIOMASSA
Hakhout, ooi- en broekbossen. Het kleinschalige landschap uit de
19de eeuw keert terug en maakt het buitengebied aantrekkelijker.
Er is nu veel hout over. Later kan hakhoutbos worden geteeld.
Rooien gebeurt door de boer, met gebruik van slimme logistiek
en centraal verzamelen, bijvoorbeeld door het vervoer via de
biomassaboot. Ook mest- en rioolvergisting dragen bij aan de
productie, zo wordt warmte geleverd, methaangas en fosfaten.
WATERKRACHT
Waterkracht is op zichzelf niet heel efficiënt, maar wel een wervend
en aantrekkelijk beeld voor energieopwekking. Het sprengenstelsel,
de IJssel en het steilere verloop in de kanalen zullen worden benut.
Daarnaast worden op grotere schaal waterbatterijen gemaakt: bij
overschot opzetten van waterbekkens en via dynamo’s uit laten
lopen naar energiebehoefte.
OVERZICHT BEWAREN, HET ENERGIESCHAP
Het energieschap is hèt nieuwe samenwerkingsverband in een
publiek-private combinatie: burger en overheid behartigen de
publieke belangen en waarden zonder winstoogmerk.
De samenwerkende gemeenten in de regio verenigen zich in het
Energieschap Stedendriehoek met een mandaat om procedures
en vergunningen te begeleiden en barrières te slechten tussen
verschillende overheden (waaronder de twee provincies). Zij vormen
een derde deel van het Energieschap.
Ook de vijf samenwerkende energiecoöperaties participeren voor een
derde in het Energieschap. Op basis hiervan organiseren ze ook hun
nodige professionalisering.
Tenslotte participeren Alliander en andere marktpartijen voor een
derde deel vanuit een gezamenlijk belang bij de ontwikkeling van de
netwerken.
Het Energieschap beheert en ontwikkelt een netwerk dat het doet
en veilig is, en is daarmee de spil in het functioneren van de hubs
en het netwerk.
Initiatiefnemers kunnen er terecht om kennis te halen en
financiering te regelen voor investeringen. Het energieschap brengt
mensen bij elkaar.
HUB VOORUIT MAGAZINE10
Energie
Totaal energieverbruik Stedendriehoek
Zonnepanelen op daken
Windmolens, 68 stuks, XL
Waterkracht
Zonnepanelen door innovatie
4613 TJ
1500 TJ
Zonneakkers 650 TJ
20 TJ
3000 TJ
Innovatieve nieuwe energiebronnen 1500 TJ
Elektriciteit particulieren
Elektriciteit zakelijk
Extra warmtepompen
Synergie besparingen
1655 TJ
6202 TJ
2672 TJ
-1500 TJ
Technologische besparingen -2400 TJ
Power to gas 3000 TJ
TOTALE VRAAG 11239 TJ TOTALE PRODUCTIE 11283 TJ
ELEKTRICITEIT 11.239 TJ
WARMTE 16.907 TJ
Vraag
Vraag
Productie
ELEKTRICITEIT
WARMTE
Stedendriehoek
Dit betekent
Zonne-energie (thermisch)
Restwarmte
Warmtepomp
Biomassa mest
2582 TJ
508 TJ
10397 TJ
670 TJ
Biomassa planten 350 TJ
Power to gas (CH4) 1848 TJ
Geothermie rond Epe 60 TJ
Type
Laagwaardig
Hoogwaardig
Verdeling
14249 TJ
1848 TJ
Warmte particulieren 6856 TJ
Warmte zakelijk 9241 TJ
TOTALE VRAAG 16097 TJ Totale vraag 16405 TJ
Productie
Elektrische mobiliteit 1610 TJ
HUB VOORUIT MAGAZINE 11
Het energieschap richt zich ook op regelgeving (onder andere
verbod op warmtelozing en op CO2 lozing) en werkt energievisies uit
(structuurplan wind, strategische aanpak geothermie).
Vanuit het energieschap is opschaling mogelijk naar bijvoorbeeld
een bredere gebiedscoöperatie om andere urgente vraagstukken als
zorg en maatschappelijk vastgoed op te pakken.
 
DE HUB IS EEN SLIMME VERBINDING….
Pieken en dalen, transformeren, opladen, bewaren en verdelen. We
gebruiken drie middelen om via de hubs de pieken te beperken en
de overcapaciteit te bufferen:
1.	 Slim netwerk: het smartgrid meet vraag en aanbod van energie
en stemt flexibel het gebruik af.
2.	 Opslag: in retentiebekkens, accu’s van elektrische voertuigen
en benutten van overcapaciteit door bedrijven en bij WKO-
pompen.
3.	 Energie omzetting: door ‘power to gas’. Overproductie in
elektriciteit wordt benut om chemische energie te produceren:
water en CO2 wordt waterstof en methaangas. Over 20 jaar
kan ook lage temperatuur restwarmte om worden gezet in
elektriciteit.
….EN EEN KNAPPE VERSCHIJNING
De hubs zijn de knopen in het netwerk, maar het is niet alleen
techniek. Het ontwerp laat zien hoe het systeem en de zwerm van
inpluggers en energetische samenscholers in deze regio kan worden
ingebed in de topografie: wateraanwezigheid, groenstructuren,
reliëf, schaal, bijvoorbeeld in relatie tot de landbouw of
bebouwingspatronen.
Dit brengt een verandering teweeg in het spel van ruimtelijke
krachten. Er ontstaat door bijzondere toevoegingen een zichtbaar en
herkenbaar patroon van aansprekende hubs.
=IDENTITEIT
De regio wordt ‘meegenomen’ door een aantal projecten die
de ontwikkeling aanjagen. Het uitdragen van een gezamenlijke
identiteit staat hierbij voorop. De hubs worden de nieuwe iconen van
de regio: markeringen in het landschap en van de energie-ambitie.
Door eenheid van beeld en vormgeving gaan ze deel uitmaken van
een ruimtelijke familie (Duurzaamheidsbiënnale en de Pop-hup-
store).
=INNOVATIE
Deze hubs zijn innovatief en aansprekend en bieden vanuit de
transitieopgave ruimte voor bijzondere andersoortige gebieden, zoals
bijvoorbeeld de Clean-Hub, Greenpower-hub en Grow-hub.
=INITIATIEF
De hubs worden zeker niet allemaal ‘van boven’ bedacht, de
ontwikkelingskracht van mensen in de regio is net zo belangrijk. De
coöperaties en early adapters vinden ze zelf uit. Het Energieschap
stuurt op een verdere doorzetting en opschaling van lokale
initiatieven - vooral op de koppeling met duurzame bronnen en
kringlopen binnen de regio. Voorbeelden zijn de Brew-hub en de
Hot(t)hub (Thermen Bussloo).
ENERGIENEUTRAAL, DE WEG ERNAAR TOE!
De energieneutrale regio is haalbaar en betaalbaar. Dat is schaken
op meerdere borden tegelijk en het overzicht houden. Wij gaan
uit van een sluitende energieboekhouding voor 2030 en hebben
daarvoor een zorgvuldige berekening gemaakt (zie de tabel en
energielagen).
Groot en kle¬¬in groeien zullen naar elkaar toegroeien. Het
netwerk wordt in stappen aangelegd en ontwikkeld, eerst kleine
afzonderlijk netwerken, op termijn koppelingen waar nodig, met
als doel het toenemende aantal initiatieven in te kunnen pluggen.
De ontwikkelingskracht van de mensen in de regio levert een
belangrijke bijdrage: de burgerprofessional, de coöperaties gaan
door met ontwikkelen en worden geholpen door het energieschap.
De hubs worden ontwikkeld waar netwerk en initiatieven
HUB VOORUIT MAGAZINE12
samenkomen. Soms door burgers en ondernemers, soms door
een overheid, soms door het energieschap zelf. Het resultaat: een
zelfvoorzienende regio, een betrokken gemeenschap, een slim
netwerk om direct op in te pluggen, click to connect.
‘‘DE HUBS WORDEN ZEKER
NIET ALLEMAAL ‘VAN
BOVEN’ BEDACHT, DE
ONTWIKKELINGSKRACHT
VAN MENSEN IN DE REGIO
IS NET ZO BELANGRIJK. DE
COÖPERATIES EN EARLY
ADAPTERS VINDEN ZE ZELF
UIT.’’
MAAR ER IS MEER
Zo efficiënt mogelijk gebruik maken van fossiele brandstoffen
bijvoorbeeld en ook het bewuster organiseren van kringlopen. Van
en voor, in en door de regio, landbouw, cleantech, infra, recreatie,
het minimaliseren van CO2-uitstoot.
FASTLANE
Dure benzine? Wij zetten in op het fietsnetwerk: voor de elektrische
fiets met een grotere actieradius. Via nieuwe snelle verbindingen,
fastlanes, gekoppeld aan het nieuwe netwerk, biedt deze voorziening
een alternatief voor de auto. De schaal van de Driehoek maakt
de fastlanes aantrekkelijk: zij sluiten aan op de stations, voor
een snelle overstap op interregionaal en internationaal elektrisch
vervoer.
CLEANTECH BEDRIJFSLOCATIES
AKZO, Auping, De Mars, uitstekende locaties om de koppeling
met de energiestrategie te maken: de eerste hubs, gekenmerkt
door voortzetting van de cleantech-benadering, (oude en nieuwe)
kringlopen, hergebruik, verbranding en technologische innovatie.
Maar ook door gerichtheid op productie en ontwikkeling van het
slimme netwerk: maak in de regio wat in de regio kan worden
gemaakt. En benut de warmte die in de productie-eenheden
vrijkomt. Hier is vele malen meer winst te halen dan in de
huishoudens.
WATER IN DE KRINGLOOP
Zoet water wordt schaars; we moeten water zolang mogelijk
vasthouden (ook buffering) en infiltreren. Water wordt ook
onvoorspelbaar: grote buien, langdurige droogte. Het water wordt
opgevangen en ingezet voor waterkracht: Beekbergerwoud, de
nieuwe Grift, broekbossen ten noorden van Apeldoorn, bij Lochem,
het kanalenstelsel in Deventer en opvang van water van verhard
oppervlak en piekbelastingen in de IJssel en het achterland via de
Schipbeek.
SCHOON VAN BINNEN EN VAN BUITEN
De bodem moet schoner - bodemwater kan zuiver bronwater zijn.
Dat maakt afname van mestgift nodig, voor een schone balans
betekent dat halvering van de veestapel voor de stedendriehoek.
Dit kan als dit wordt gekoppeld aan nieuwe kansen voor het
boerenbedrijf. Het kleinere milieuvriendelijker boerenbedrijf
maakt verbinding (grow-hub) met de regionale markt, de boer
krijgt een gezicht, het streekproduct wordt mainstream. Lokaal
geproduceerd, lokaal eigendom: voedsel, zuivel, recreatie, biomassa,
landschapsbeheer, zorg(wonen). Een schoner boerenbedrijf, een
HUB VOORUIT MAGAZINE 13
schonere bodem, schoner water en een schoner landschap.
Terug leveren aan de maatschappij
Collectieve energievoorzieningen, zowel wind als zon, leveren een
rendement op waar vanuit de coöperaties een maatschappelijke
bijdrage van €100,- tot €300,-/jr per deelnemend huishouden wordt
gegenereerd.
Als van de circa 140.000 huishoudens in de stedendriehoek de helft
deelneemt (70.000) aan een collectief project wordt een opbrengst
van €7 mln tot €21 mln per jaar gegeneerd dat direct voor
maatschappelijke voorzieningen kan worden ingezet.
TERUG LEVEREN AAN DE MAATSCHAPPIJ
Collectieve energievoorzieningen, zowel wind als zon, leveren een
rendement op waar vanuit de coöperaties een maatschappelijke
bijdrage van €100,- tot €300,-/jr per deelnemend huishouden wordt
gegenereerd.
Als van de circa 140.000 huishoudens in de stedendriehoek de helft
deelneemt (70.000) aan een collectief project wordt een opbrengst
van €7 mln tot €21 mln per jaar gegeneerd dat direct voor
maatschappelijke voorzieningen kan worden ingezet.
DE INVESTERING
Voor de initiële aanlegkosten van de eerste hubs, installaties en een
compact warmtenet hebben we 5 miljard euro nodig. Daarna worden
in de loop van de tijd hubs toegevoegd en met elkaar verbonden (op
de plekken waar dit rendabel is). Voor het uitrollen van dit netwerk
wordt jaarlijks 200 miljoen gereserveerd. Als we uit gaan van een
rente van 3% hebben we een terugverdientijd van 34 jaar.
OPRICHTING SUBSIDIEFONDS
Om huiseigenaren te helpen onafhankelijk te worden van
fossiele brandstoffen (zelfvoorzienend) richten we een fonds op.
Deze verstrekt leningen voor de aanleg van de systemen. De
huiseigenaren betalen maandelijks het bedrag ter hoogte van hun
huidige energielasten en hiermee lost het fonds in de loop van de
tijd de lening af.
We gaan er van uit dat jaarlijks 5% van 170.000 huizenbezitters van
de regeling gebruik maakt. Een woning zal 25.000 euro kosten om
aan te pakken. Hiermee wordt per woning een jaarlijkse besparing
van €1500,- gerealiseerd.
Het fonds heeft een vermogen nodig van 3 miljard euro om
de periode te overbruggen waarmee de inkomsten (door de
energiebesparingen) de kosten van de leningen dekken (uitgaande
van een rente van 2 % gebeurt dit na 12 jaar).
“DE BODEM MOET SCHONER
DAT MAAKT AFNAME VAN
MESTGIFT NODIG, VOOR
EEN SCHONE BALANS
BETEKENT DAT HALVERING
VAN DE VEESTAPEL VOOR DE
STEDENDRIEHOEK. “
Afschrijvingskosten installaties en netwerk (30 jaar)
Onderhoudskosten
Rente + aflossing (op 5 miljard)
Totaal kosten
Gem. jaarlijkse besparing door niet de energie te hoeven
importeren (50% bij aanvang, 100 in eindsituatie), en 25%
energieprijsstijging
Saldo
HUB VOORUIT MAGAZINE14
CLEAN-HUB
Het Akzoterrein wordt een innovatief woon-,
recreatie en werkgebied, gebruik makend van de
strategische ligging aan de IJssel en de A1. In de
oksel van de A1, op de grens tussen binnen- en
buitendijks, komt een modaliteiten transferium
(e-auto, e-bike, parkeren, overslag). Van hieruit
is de omgeving bereikbaar, de natuur van de
ooibossen, rivierbegeleidende moerassen, grazende
konikspaarden en heckrunderen. Deventer is hier
startpunt van een avontuurlijke wereld. Maar ook het
nieuwe waterrijke woon- en werkgebied, waar clean
tech business het motto is.
Dit waterrijke stadsdeel heeft verschillende peilen, want
het is ook waterbatterij en bergingsgebied. Dat levert
bijzonder architectuur op, gebouwen met de voeten in
het water, en bijzondere plattegronden in relatie tot de
verschillende waterpeilen. Het water wordt gebruikt als
een transportmiddel, een buffer en ruimtelijk geeft het
letterlijk lucht aan het bedrijventerrein.
Bijzonder wordt het Akzoterrein, gelegen tussen natuur
en een nieuw compact 21ste eeuws stadsdeel op een
hoge dijk. We stellen hier een evenemententerrein voor,
waar als aanjager van activiteiten een Duurzaamheid
Biënnale (tweejaarlijks vanaf zomer 2018) wordt
opgezet. Bestaande gebouwen worden omgevormd naar
tentoonstellingsgebouwen, tijdelijke gebouwen worden
toegevoegd met het doel duurzame bronnen, hergebruik
en cleantech te presenteren.
2
4 5
3
1
HUB VOORUIT MAGAZINE 15
1
6
7
HUB VOORUIT MAGAZINE16
GREEN POWER-HUB
De Beekbergsebroek is een
energiebelevingslandschap dat wordt gecreëerd oor
de plaatselijke boeren en ondernemers. Uitgangsput
is het bestaande landschap. Het Beekbergsewoud
(waar tot 1870 een oerbos heeft gestaan) wordt door
natuurmonumenten geleidelijk omgevormd tot een
nieuw moerasbos.
In het open deel van het gebied wordt de openheid en
rechtlijnigheid van het landschap in beeld gebracht.
Vanaf de snelweg A1 blijft uitzicht op Zutphen bestaan.
De smalle kavels worden geleidelijk door de boeren
omgevormd tot natte graslanden, rietvelden en
wilgenplantages waartussen zonneakkers, recreatieve
paden en verblijfsplekken in de vorm van minicampings
gecreëerd kunnen worden. De sloten worden verbreed
zodat er met kano’s kan worden gevaren.
Het oostelijke deel is het natst. Daar wordt tegen de
snelweg aan een recreatieplas gecreëerd met een energie-
en recreatietoren. Dit icoon markeert de ambitie van de
stedendriehoek ten aanzien van energie, cleantech en het
gunstige vestigingsklimaat.
De energielaag bestaat uit:
1.	 Op de A1 worden over de gehele lengte van het
dijklichaam zonnepanelen geplaatst.
2.	 De boerenenergiecoöperatie mag zonneakkers
aanleggen als ze ook natte graslanden,
wilgenplantages, en recreatieve paden aanleggen.
3.	 De recreatieplas wordt ingezet als
waterretentiegebied. De plas kan als warmte-koude
wisselaar dienen. Hiervoor wordt een hub aangelegd
in de toren. Een drijvend openluchtzwembad wordt
verwarmd met thermische zonne-energie uit de
energietoren.
4.	 Twee recreatie eilanden in het gebied zijn de
uitvalbasis voor het survival- en belevingslandschap.
De e-kite’s kunnen hier een energiebron en
inspiratiebron zijn.
5.	 De wilgenoogst, het rioolwater en ander afval worden
hergebruikt, vergast in de energiefabriek RWZI net ten
zuiden van het Apeldoorn kanaal.
2
HUB VOORUIT MAGAZINE 17
FASTN’HUB
De hub bij de Fastlane krijgt zijn energie van
solarsterren in de wanden van de Fastlane. In het
donker stralen deze sterren, het fietsen wordt een
belevenis. De wand is doorzichtig en biedt volop
zicht op het landschap, maar zorgt wel voor luwte,
houdt wind en regen tegen. De Fastlane bestaat
uit vier lanes naast elkaar, elk met een andere
snelheid. Het asfalt van de snelle lane is paars om
het onderscheid met de langzame rode route, aan
te geven. De route is comfortabel, de hellingen zijn
flauw. De Fastlane is kruisingsvrij, bij kruisingen
met het recreatieve netwerk zijn op- en afritten.
Op deze plekken zijn Fastn’hubs, bestaande uit
recreatieve voorzieningen, maar ook een servicepunt
voor de fietser en de e-biker. Je leent hier opgeladen
batterijen, na inlevering van de lege. Daarnaast is
het een plek voor verkoop van lokale producten of
een pick-uppoint.
De Fastn’hub aan de IJsseldijk heeft een terras,
met zicht op de oude IJsselarm. Natuurlijk heeft de
hub zijn karakteristieke oranje kleur, waardoor de
herkenbaarheid als uitwisselingspunt duidelijk is. De
IJsseldijk is onderdeel van het recreatieve netwerk.
De Fastlane ligt boven op het warmtenet. De
pijlers van de brug van de Fastlane bestaan uit
stromingsrotoren, die bij hoog water extra energie
leveren.
3
biomassa
mest
akker
vrije
uitloop
vrije
uitloop
wilgenstruweel
voer
biomassa output:
- energie
- mineralen
HUB VOORUIT MAGAZINE18
starten: kleinschalig (zorg) wonen, een paardenhotel, bed
& broodje.
De opbrengsten zijn duidelijk, het is vooral een politieke
keuze deze te incasseren en maatschappelijk aan te
wenden:
•	 Stijgende huizenprijzen (OZB) en recreatie-inkomsten
als economische opbrengsten;
•	 Gezondheidswinst, een meer toegankelijk (meer
lichaamsbeweging) en uitnodigend landschap leidt
op langere termijn ook tot forse besparingen voor
gezondsheidszorg.
•	 Oplossen van stikstofprobleem in de regio verbetert
het vestigingsklimaat voor het niet-veehouderijdeel
van onze economie (99 %).
•	 Voorkomen boetes: Brussel staat op het punt
boetes van honderden miljoenen euro’s uit te delen
vanwege het niet voldoen aan de Kaderrichtlijn Water,
Nitraatrichtlijn en Habitatrichtlijn.
GROW-HUB
De business case is simpel: van korte-termijn-
rendement naar lange termijn verantwoord boeren.
Voor grootschalige landbouw is de Driehoek
ongeschikt. Wanneer de overzeese transportkosten
geëlimineerd worden, vervalt de grootschalige
mestproductie. Om überhaupt aan de bestaande
milieuwetgeving te voldoen is een halvering van de
veestapel in de regio noodzakelijk.
Dit maakt de regio, het landschap en de bodem schoner,
mooier en gezonder en leidt tot grote energiebesparingen.
De blijvende landbouw zal naast voedselproducent voor
de regio ook een rol spelen in het beheer van natuur en
landschap. Nieuwe houtwallandschappen, geënt op het
historische landschap zullen biomassa voortbrengen die
gekoppeld aan het warmtenet wordt omgezet in energie.
Ook worden er kansen geboden om nevenactiviteiten te
4
HUB VOORUIT MAGAZINE 19
WATER-HUB VELUWERAND
Waterhub – zelfvoorzienend op waterkracht –
schakel in recreatief netwerk – MTB-route - zzp-
werkplekken
5
HUB VOORUIT MAGAZINE20
POP-HUB-STORE LOCHEM
Kennishub – energetisch kenniscentrum –
ontmoeting en inspiratie – aansluiting op het grid
– click to connect!
6
HUB VOORUIT MAGAZINE 21
BREW-HUB VOORST
Streek brouwerij IJsselbocht in leegstaande hoeve
langs recreatief netwerk - warmtehub van de
brouwketels - eigen biologische hopvelden - bier
van zuiver kwelwater – afvalproduct als veevoer
7
HUB VOORUIT MAGAZINE22
ZOEK NAAR DE RUIMTELIJKE SOCIALE EN MAATSCHAPPELIJKE
MEERWAARDE IN HET PROCES VAN DE ENERGIETRANSITIE
HUB! AANPAK
HUB VOORUIT MAGAZINE 23
BRONNEN INVENTARISATIE
Windkracht
Zonkracht
Warmte en koude
Waterkracht
Biomassa
Afval
OPGAVE FORMULERING
Opslag
Conversie
Afstemming
vraag en aanbod
NOODZAKELIJKE STAPPEN
fysiek netwerk
smart- netwerk
sociaal netwerk of samenwerking
finianciering
juridische ruimte
inspirerende voorbeelden
EEN ENERGIENEUTRAAL GEBIED CREEREN = TECHNISCHE OPGAVE
RUIMTELIJK
ruimtelijke kwaliteit:
openbare ruimte
gebouwde omgeving
natuur en water
verkeer en vervoer
SOCIAAL
sociale cohesie
maatschappelijk gevoeld belang
het van ons gevoel
MAATSCHAPPELIJK
duurzaamheid en milieu
plezierige woon- en werkomgeving
verdienmogelijkheden
DE ENERGIEOPGAVE:
OOK EEN STEDENBOUWKUNDIGE, MAATSCHAPPELIJKE EN SOCIALE OPGAVE
1.
2.
3.
RUIMTELIJK
ruimtelijke kwaliteit:
openbare ruimte
gebouwde omgeving
natuur en water
verkeer en vervoer
SOCIAAL
sociale cohesie
maatschappelijk gevoeld
belang
het van ons gevoel
MAATSCHAPPELIJK
duurzaamheid en milieu
plezierige woon- en
werkomgeving
verdienmogelijkheden
EEN HUB IS TECHNISCHE OPLOSSING VOOR DE ENERGIETRANSITIE GECOMBINEERD MET
AANSPREKENDE RUIMTELIJKE, SOCIALE EN MAATSCHAPPELIJKE MEERWAARDE
ENERGIEOPGAVE
bronnen
opslag en conversie
afstemmen vraag en
aanbod netwerk
DE HUB
HUB VOORUIT MAGAZINE24
beeld: © yourcaptainluchtfotografie
HUB VOORUIT MAGAZINE 25
ENERGIEHUB EN WARMTENET
door Dominic Tegelbeckers (Dominic Tegelbeckers Stedenbouw en Architectuur)
EEN GROOT DEEL VAN DE REGIONALE ENERGIEVRAAG BESTAAT UIT EEN BEHOEFTE
AAN WARMTE. VOOR DE VERSPREIDING VAN WARMTE UIT DUURZAME BRONNEN EN
EEN VERDELING VAN RESTWARMTE IS ER BEHOEFTE AAN HUB’S (VERDEELSTATIONS)
EN EEN WARMTENET WAARMEE EEN ROBUUST ALTERNATIEF KAN WORDEN GEBODEN
HUB VOORUIT MAGAZINE26
werken. Dit verlangt een warmtenet dat de geproduceerde
warmte binnen het gebied transporteert naar de
gebruikers.
Een dergelijk warmtenet dient robuust te zijn. Er moeten
voldoende bronnen zijn om een bepaald aanbod te
garanderen. Net zoals je ervan op aan kunt dat je steeds
over elektriciteit beschikt, wil je niet koud douchen omdat
de zon niet schijnt. Duurzaamheid mag niet leiden tot
comfortverlies.
Vervolgens is er een lokale verdeler van de warmte
nodig. Deze stemt vraag en aanbod op elkaar af. Hiervoor
introduceren wij de HUB.
DE HUB
De hub is de spil in het energienetwerk. Hij neemt de
energie af van de verschillende bronnen en verdeelt
deze over de directe omgeving. Dit kan in de vorm van
elektriciteit, warmte of juist koude.
Verschillende gebruikers hebben een verschillende
warmte-energievraag. Bedrijven hebben vaak hogere
temperaturen voor hun bedrijfsprocessen nodig. Woningen
kunnen met lagere temperaturen al verwarmen. Zeker
bij nieuwere woningen, die beter zijn geïsoleerd en
beschikken over lage temperatuur verwarmingssystemen,
is een temperatuur van 30 tot 40 °C voldoende.
Er is bijna overal restwarmte beschikbaar uit industriële
Wanneer men kijkt naar de energievraag van een gebied,
zien we dat het merendeel van de behoefte binnen
woningen en bedrijven bestaat uit een vraag naar warmte
(of koude). Elektriciteit komt op een tweede plaats. Om
grote stappen te zetten naar zelfvoorziening in energie is
het daarom noodzakelijk om een duurzame opwekking en
distributie van warmte te organiseren.
Op dit moment maken we in Nederland nog gebruik van de
grootschalige gasinfrastructuur om warmte bij woningen
en bedrijven te producen. Om over te stappen naar nieuwe
duurzame energiebronnen hebben we een parallel warmte
distributienetwerk nodig.
WARMTENET
In een ideale situatie wordt alle warmte op een duurzame
manier direct bij de gebruiker gecreëerd; elk huis of
bedrijf wekt zijn eigen warmte op. Sommige gebieden
lenen zich echter beter voor het produceren van warmte
dan andere.
Dit kan zijn vanwege de veiligheidseisen (er mag in een
woonwijk geen industriële installatie worden geplaats) of
vanwege de beschikbaarheid van duurzame bronnen zoals
biomassa of geschikte bodemlagen voor aardwarmte.
Daarnaast is het goedkoper om niet overal dure
installaties zoals vergisters en bodem-warmtewisselaars
te bouwen. Het loont zich om dat slechts op een aantal
plaatsen te doen en deze voor een groter gebied te laten
EEN SCHEMATISCHE WEERGAVE VAN DE HUB EN HET WARMTENET
HUB VOORUIT MAGAZINE 27
processen. In de papier- en metaalindustrie wordt tijdens
de productie veel warmte geproduceerd. Deze warmte kan
worden ‘gerecycled’ en via de hub worden gedistribueerd.
Daarnaast hebben sommige bedrijven geen warmtevraag,
maar juist een koeltevraag. Kantoren met veel ramen
willen van hun warmte af. Bedrijven met veel koeling zoals
data-centra of voedselopslag hebben ook een overschot
aan warmte. De hub verdeelt het aanbod van koude en
warmte tussen alle gebruikers.
Vanuit de HUB wordt water over een leidingnet
rondgepompt. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een
leiding met heet water en een leiding met relatief koud
water. Hierdoor is een gebruiker in staat om warmte
van het net op te nemen en koude af te geven. Het
omgekeerde is ook mogelijk; een gebruiker neemt
koude af en levert warmte aan het net. De precieze
watertemperatuur in deze leidingen hangt af van vraag en
aanbod van de gebruikers.
Nader onderzoek moet uitwijzen of een derde leiding met
een tussentemperatuur nodig is om het geheel rendabel
te krijgen. Daarmee wordt het voor huiseigenaren mogelijk
om warmte te salderen.
De warmte-energie wordt het liefst zo dicht mogelijk bij
de bron gebruikt. Dan zijn de warmtetransport afstanden
het kleinst. Dit reduceert de kosten van de infrastructuur
en minimaliseert de warmteverliezen.
CASCADERING BINNEN EEN WARMTENET
Hoogwaardig gas wordt met een temperatuur van 800
graden verbrand om uiteindelijk een huiskamer naar 20
graden te verwarmen. Het is verspilling: vergelijkbaar met
wanneer je uit goud stuivers gaat maken.
In bedrijfsprocessen is vaak een hoge temperatuur nodig.
Bijvoorbeeld voor het smelten van metaal. Daarna is de
resterende warmte een afvalproduct. Deze warmte is nog
van voldoende temperatuur voor een ander gebruik en
kan uitstekend worden hergebruikt. Met 100 °C kun je
een ei koken, met 60 °C kun je de was doen, en met 40
°C kun je uitstekend een modern huis verwarmen. Door
deze gebruikers in serie te schakelen wordt restwarmte
met een steeds lagere temperatuur maximaal gebruikt. Dit
heet cascaderen. Door dit principe binnen ons warmtenet
toe te passen vergroten we onze efficiëntie.
‘‘HET IS VERSPILLING:
VERGELIJKBAAR MET
WANNEER JE UIT GOUD
STUIVERS GAAT MAKEN.’’
BUFFERFUNCTIE
Omdat het aanbod van warmte meestal afwijkt van de
onmiddellijke vraag heeft de Hub ook een bufferfunctie.
Wanneer we warmte van de zon of uit
bedrijfsproductieprocessen als bron gebruiken, dan
hebben we overdag veel warmteaanbod. In de avond
zijn deze bronnen niet meer aanwezig, maar zal er zeker
bij huishoudens nog steeds veel vraag zijn. De hub kan
het aanbod verschil van dag- en nacht overbruggen.
En daarnaast ook het verschil tussen de week- en
weekenddagen.
Maar de echte verschillen zitten vooral tussen de
seizoenen. In de winter zal de vraag naar warmte veel
hoger zijn, terwijl het aanbod juist in de zomer veel groter
is.
AANBOD VAN WARMTE T.O.V. DE WARMTEVRAAG GEDURENDE EEN JAARPRINCIPE VAN CASCADERING
HUB VOORUIT MAGAZINE28
aanbod over een groter gebied vereffend.
Er kan worden gestart met de aanleg van hubs die op
zichzelf al rendabel zijn. De nieuwe infrastructuur voor
de koppeling van de hubs wordt pas uitgerold wanneer
dit economisch interessant is. Door langzaam de
verschillende hubs aan elkaar te koppelen ontstaat er op
een organische manier een robuust nieuw energienetwerk.
‘‘ER WORDT EEN
SCHAALVERGROTING
MOGELIJK DIE DE
DUURZAAMHEIDSTRANSITIE
VERSNELT.’’
PLUG&PLAY
Om de energietransitie zo gemakkelijk mogelijk te maken
willen wij naar een plug&play systeem. Iedereen wordt in
staat gesteld om gebruik te maken van duurzame energie.
Ook degene die in de eerste instantie niet zo veel met
duurzaamheid heeft kan zo worden meegenomen.
Een overschot aan warmte kan in de bodem worden
opgeslagen door middel van een warmte-koude opslag
(WKO). Indien het een grote hub betreft kan het zelfs
in een Hoge Temperatuur Bodemopslag. Verschillende
bodemlagen hebben dan de capaciteit om een
verschillende temperatuur op te slaan. Deze reserves
zijn het hele jaar door beschikbaar en kunnen tijdens
piekvragen worden aangewend.
ENERGIECONVERSIE
De Hub kan ook worden gebruikt om de ene vorm van
energie om te zetten in een andere. Zo kan een overschot
aan elektriciteit worden gebruikt om gas, waterstof
of warmte te producen. Op deze manier kan energie
worden opgeslagen en getransporteerd. De aanwezige
energiebronnen en directe omgeving van de hub bepalen
of energieconversie zinvol is.
Koppelen van hubs
Het loont zich om energie zoveel mogelijk lokaal te
produceren en te gebruiken. Indien er sprake is van
een structureel over- of onder aanbod van energie, kan
de hub door middel van een warmteleiding met andere
hubs worden verbonden. Zo worden de pieken in vraag en
SCHETS ENERGIEHUB
PRINCIPE VAN HOE EEN GEBRUIKER WARMTE OF
KOUDE KAN OPNEMEN VAN EEN DUBBEL LEIDINGNET
HUB VOORUIT MAGAZINE 29
Dit betekent een integrale gebiedsaanpak, waarbij
de grote installaties in het systeem en niet bij de
eindgebruiker worden geplaatst. Dit bespaart hem kosten
en maakt het voor hem een stuk eenvoudiger.
Er wordt een schaalvergroting mogelijk die de
duurzaamheidstransitie versnelt. Tegelijkertijd ontstaat
er een robuuster systeem met grotere en betere
opslagcapaciteit.
Door een warmtenet met een koude en warmteleiding uit
te voeren wordt het voor individuele gebruikers mogelijk
hun warmte te salderen. Het salderen van elektriciteit was
een belangrijke factor in het succes van zonnepanelen.
Wij zetten in op een dergelijk vliegwieleffect bij warmte.
WANNEER AAN TE LEGGEN
De aanleg van de energie hub en een warmtenet is een
ingrijpende gebeurtenis. Er moeten leidingen de grond in,
er zullen graafwerkzaamheden nodig zijn. Dit is kostbaar
en veroorzaakt overlast.
Daarom heeft het de voorkeur om deze aanleg te
combineren met andere (geplande) werkzaamheden.
Wanneer er groot onderhoud plaats vindt op het huidige
gas- of rioolnetwerk is dit een mooi moment om het
warmtenet aan te leggen (en het gasnet te vervangen).
Ook wanneer de bestrating wordt onderhouden of er een
nieuwe internetkabel wordt gelegd.
In de komende 5 tot 10 jaar zijn veel van de bestaande
gasleidingen aan onderhoud toe. Een uitgelezen kans voor
de start van een warmtenet!
‘‘WANNEER ER GROOT
ONDERHOUD PLAATS VINDT
OP HET HUIDIGE GAS- OF
RIOOLNETWERK IS DIT
EEN MOOI MOMENT OM
HET WARMTENET AAN TE
LEGGEN.”
HUB VOORUIT MAGAZINE30
DE LANDSCHAPPELIJKE OPBOUW VAN DE STEDEN DRIEHOEK IS OP
KORTE AFSTAND ZEER GEVARIEERD. HET STUWWALLENLANDSCHAP, DE
DEKZANDLANDSCHAPPEN AAN BEIDE ZIJDEN VAN DE IJSSEL EN HET
RIVIERENLANDSCHAP VAN DE IJSSEL. DE ONTSTAANSGESCHIEDENIS VAN
HET NEDERLANDSE LANDSCHAP IS HIER MET EEN FIETSRONDE VAN 60-
KILOMETER TE DOORGRONDEN
LANDSCHAPPELIJKE
WATEROPBOUW
door Mariëlle Kok (Kruit Kok Landschapsarchitecten)
HUB VOORUIT MAGAZINE 31
STUWWALLENLANDSCHAP
Het stuwwallenlandschap bestaat uit hoge zandgronden
op de stuwwal of fluvioglaciaal. He is een hoog gelegen
gebied variërend van 50 tot 60 meter boven Nap, en veel
verschillen in het reliëf, de nederzettingen ontstonden
op de flanken van de stuwwal, bijvoorbeeld Apeldoorn.
De bebouwing werd vaak begrensd aan de ene zijde door
hoge bouwgronden (enken) en andere andere zijde met
lagergelegen graslanden. Onder aan de flanken van de
stuwwal trad kwelwater uit. De vruchtbaarheid van de
hogere zandgronden kon alleen in stand gehouden worden
dankzij een areaal van woeste gronden, waar men het
benodigde strooisel voor de potstallen kon winnen en
waar men koeien en schapen kon wieden. Op de rand
van de stuwwal werd het grondwater aangesneden door
middel van sprengen, Deze waterkracht werd gebruikt
in watermolens. De papierindustrie ontstond. De hoge
zandgronden zijn in de 19e en 20ste eeuw op grote schaal
ingeplant met naaldhout, onder ander voor de mijnbouw,
nu een Nationaal Landschap. Vanuit de IJssel vallei is
de stuwwal een dominante rand door zijn hoogte en zijn
bebossing, De sprengen als energiebronnen hebben hun
functie verloren.
DEKZANDLANDSCHAPPEN
De dekzandlandschappen bestaan uit een aantal min
of meer evenwijdige lopende langgerekte laagtes van
bekendalen waartussen hoger gelegen dekzandruggen en
– plateaus voorkomen. De beekdalen (beekeerdgronden)
zijn vrijwel uitsluitend in gebruik als grasland. Langs
de vele sloten komt hout begroeiing voor, hoofdzakelijk
wilgen en elzenhout. Men vestigden zich op de hogere
delen waar esdorpen ontstonden. De engen zijn nu
duidelijk waarneembaar in het landschap door hun hogere
ligging en het voorkomen van eikenhakhoutwallen, de
bebouwing staat aan de rand van de engen, Op de grotere
dekzandplateau waren de worst gronden waar schapen
geweid werden, deze zijn aan het eind van de 19e eeuw
ontgonnen tot de zogenaamde jonge ontginningen.
Uitputting van de grond, bevorderd door de eenzijdige
roggeteelt in dit gebied en de hoge veeprijzen leiden er toe
dat veel akkerbouwbedrijven zich op de veeteelt gingen
toeleggen. Bovendien maakte een doorgaande verbetering
van de waterhuishouding het mogelijk om gronden
die voorheen te nat waren, te gebruiken als grasland
en zelfs bouwland. De huidige agrarische sector in de
stedendriehoek is vooral verbonden aan deze gronden.
Ondanks de zelfde (a)biotische uitgangssituatie hebben
de dekzandgebieden ten noorden van Deventer zich
anders ontwikkeld dan de gronden ten zuiden van de lijn
Zutphen en Vorden. Ten noorden van Deventer ontstond
een afwisselend landschap met kleinere landgoederen,
bestaande uit afwisselend weides, akkerland en loofbos.
Ten zuiden van de lijn Vorden -Zutphen waren het
grootgrondbezitters die heide en bos in grotere eenheden
grasland lieten omzetten.
RIVIERENLANDSCHAP VAN DE IJSSEL
Het rivierenlandschap van de IJssel is opgebouwd
uit stroomruggen, kommen en uiterwaarden, De
stroomruggen liggen meestal als een brede strook langs
de winterdijken van de IJssel hierop bevinden zich ook
de dorpen. De kommen liggen achter de stroomruggen,
dus verder van de rivier af. Ze vormen een vlak en open
landschap met een strakke verkaveling. De wegen
zijn recht, de verkaveling rationeel. Vanwege de natte
omstandigheden ligt er een netwerk aan watergangen.
Vooral ten noorden van de lijn Apeldoorn- Deventer aan
de west zijde van de IJssel zijn ruime kommen aanwezig,
met veel weides, verspreid liggende agrarische bedrijven
en grienden. De uiterwaarden zijn een gevolg van het
samenspel van de dynamiek van de rivier en menselijk
handelen. De IJssel is gereguleerd, maar mag binnen de
winterdijken een dynamische rivier zijn. Door de kribben
wordt de rivier op een zekere diepte gehouden en ligt de
stroomdraad van de rivier vast, De belangrijkste functie
van de uiterwaard is het bergen van water, in de huidige
situatie zijn de uiterwaarden met de rivier Natura 2000
gebieden en onder deel van het natuurnetwerk van Europa.
 
HET WATERPATROON IN DE STEDEN DRIEHOEK.
Het waterpatroon in de stedendriehoek is verbluffend
divers, maar ook zo helder van opzet.
Er zijn twee belangrijke waterstromen, die het geheel
beïnvloeden de IJsel en de kweldruk vanaf de stuwwal. De
rivier de IJssel stagneerde bij hoog water al de afwatering
van de aanliggende gebieden compleet. De grote
waterdruk vanaf de stuwwal zorgde voor een constante
aanvoer van grote hoeveelheid schoon kwelwater in de
lagere delen aan de voet van de stuwwal.
STUWWALLEN
IJSSELVALLEI DEVENTER
VOORSTONDEN
VOORSTONDEN
HUB VOORUIT MAGAZINE32
Men had geen gebrek aan water, maar eerder teveel. Men
zette op allerlei manieren de watersituatie naar zijn eigen
hand. Water en de energie van water waren essentieel
voor de conformistische ontwikkeling van dit gebied, de
agrarische ontwikkeling, de ontwikkeling van de steden
van de Hanze en de industrialisatie vanaf de 18 e eeuw.
Water werd ingezet om energie op te wekken in de vele
watermolens aan de sprengen, water werd geborgen
door de vloedboeren in de beekdalen van de Berkel en
de Schipbeek, en in het uitgebreide moeras gebied in de
kom ten noorden van Apeldoorn. Hier waren uitgestrekte
elzenbroekbossen en grienden aanwezig, wat grondstof en
brandstof opleverden.
Langzamerhand werd het water meer gereguleerd. De
Schipbeek, het Twente kanaal, het kanaal Deventer-
Raalte en de Berkel zijn geheel in peil gereguleerd door
middel van stuwen en sluizen.
Het Apeldoorns kanaal werd gegraven in 1869 voor de
scheepvaart, omdat de IJssel vaak niet een betrouwbare
waterweg was. Het kanaal werd gevoed met het kwelwater
van de sprengen en door ondergrondse grondwaterstromen
vanaf de stuwwal. De Grift beschermde de laag gelegen
komgronden van het kwelwater. Dit gebied kon pas tot
agrarische ontwikkeling komen door de aanleg van de
weteringen, onder andere de Grote en de Nieuwe Wetering.
De beken ten zuiden van de lijn Apeldoorn en Zutphen
loosden en lozen nu rechtstreeks op de IJssel .
Op kleinere schaal is een verfijnd waternetwerk aanwezig,
langs de oeverwallen en de dijken zijn allerlei kwelsloten,
poelen en dijkdoorbraken aanwezig. In de Uiterwaarden
zelf liggen oude armen van de IJssel.
De hedendaagse opgave van water vasthouden, is voor dit
gebied heel goed te doen. Op de stuwwallen en de hogere
delen van de dekzandgronden zijn voldoende gebieden
waar het water direct infiltreert. Op de lagere delen
kan men oppervlakkig veel water bergen in de vorm van
moerassen en rabatten.
WATER IN HUB VOORUIT
In “ HUB vooruit” koppelen we de energie opgave
duidelijk aan de belangrijke plekken van het water in dit
gebied. Water kan energie opwekken, maar water kan ook
verplaatst worden om te infiltreren bij een surplus van
energie.
We zien water als energie motor en als energie batterij.
REGIONAAL WATERSYSTEEM
HUB VOORUIT MAGAZINE 33
WATER ALS ENERGIE MOTOR
We bouwen letterlijk weer op de plekken van de
vroegere watermolens, de nieuwe watermolens van deze
tijd. Peilverschillen in de Berkel, de Schipbeek en het
Apeldoorns kanaal zijn geen probleem maar een kans om
energie te winnen. We denken aan verschillende soorten
watermolens, die maatwerk per locatie geven, boven- en
onderslag molens en horizontale molens.
We geven de sprengen hun oorspronkelijke functie
van waterkracht weer terug, zowel in de bovenloop van
de strengen, waar de kracht hoog is maar het debiet
nog gering, maar ook in de benedenloop, waardoor
kwelwater gebufferd wordt om daarna omgezet worden
in waterkracht. Hier snijdt het mes aan twee kanten,
we gaan hiermee ook de verdroging van de teen van de
stuwwal tegen.
De Grift en de weteringen in het noorden zijn de verdeel
sleutel van het water uit het stedelijk gebied, we bufferen
dit water in deze bedijkte waterlopen, waardoor de
waterlopen een batterijen zijn voor eventueel energie
opwekking in luwe tijden. Vanuit de weteringen kan het
water verder de moerasgebieden in stromen, waar het de
plantages van wilgen en elzen voedt. Deze plantages zijn
voor de levering van biomassa, een nieuw verdienmodel
voor de aanwezige boeren. Dit hebben we uitgebreid
beschreven in de agrohub.
‘‘WE BOUWEN LETTERLIJK
WEER OP DE PLEKKEN
VAN DE VROEGERE
WATERMOLENS, DE NIEUWE
WATERMOLENS VAN DEZE
TIJD.’’
De IJssel is een grillige rivier, maar kan constant energie
opleveren. De stromingen rond de kribben zijn berucht,
maar die kunnen we gebruiken om de horizontale
watermolens in de kop van de kribben aan te drijven.
In de stedendriehoek heeft de rivier talloze kribben. We
willen water uit de IJssel bufferen in waterbatterijen,
hier wordt water opgezet met overtollige energie en
wanneer de energie nodig is, vloeit het water weer
terug in het riviersysteem. Het systeem van buffering
kan landschappelijk een interessant en uniek gebied
opleveren, met een hoge dynamiek, zoals in slikken en
schorren langs de kust, maar dan binnendijks. Daarnaast
zijn lokale waterbuffers van zoet water voor tijden van
droogte goed om achter de hand te hebben. De buffers
kunnen ook gebruikt worden om extreme regenbuien in
het stedelijk gebied op te vangen, die ons daarna weer
energie gaan leveren.
Maar water en energie leveren vooral bijzonder plekken op,
die een impuls kunnen geven aan gebiedsontwikkeling,
aan bijzonder woonlocaties en recreatieve knooppunten.
Water is een essentieel onderdeel van onze hubs!!!
HUB VOORUIT MAGAZINE34
DE A1 CORRIDOR
HUB VOORUIT MAGAZINE 35
DE A1 CORRIDOR TEN DIENSTE VAN DE ENERGIENEUTRALE
CLEAN TECH REGIO STEDENDRIEHOEK
HUB VOORUIT MAGAZINE36
De Stedendriehoek is om. Clean Tech en energieneutraal
zijn eigenschappen die de regio graag wil laten landen. De
kunst is om hierbij het DNA van de streek en de mores van
haar burgers en ondernemers in te zetten. De regio ademt
energie in alle opzichten. Ze is al begonnen, maar popelt
om te versnellen.
De A1, als belangrijke transport corridor tussen
Amsterdam en Berlijn, biedt de regio momenteel lasten
en lusten. Hoofdinzet van Rijkswaterstaat is op de kortere
termijn meer capaciteit creëren door de aanleg van meer
rijstroken. Ook ziet Rijkswaterstaat met de regio kansen
om de transformatie van de A1 als versnelling naar
een Clean Tech en energieneutrale regio in te zetten:
Energiewinning en besparing, CO2 reductie en duurzame
gebiedsontwikkeling en uitvoering. De A1 moet worden
verbreed vanuit een breder toekomstperspectief.
EEN PERSPECTIEF OP MOBILITEIT IN DE TOEKOMST
ALL ELECTRIC, SHARING, USER BASED, ON DEMAND
Naar schone mobiliteit, onafhankelijk van olie, gaan we
zeker toe. Maar ook de mobiliteit kan in de toekomst niet
los worden gezien van ‚smart’. Persoonlijk comfort, de
wenselijke snelheid om ergens te komen, het effect op
het milieu en het prijskaartje wat je voor je wenselijke rit
moet betalen, worden bepalende factoren voor het gebruik
van ons mobiliteitsnetwerk.
Ons particulier en collectief vervoer zal steeds meer
worden afgestemd op onze eigen behoefte. We willen
de snelste routes zonder, of mét een gemakkelijke
overstap, we willen de mooiste routes met tijd voor
ontspanning, of we willen zekere routes waarop we
onderwijl nog een beetje kunnen werken of ontspannen.
We willen onafhankelijk zijn van een dienstregeling, files
HUB VOORUIT MAGAZINE 37
en calamiteiten en de mogelijkheid hebben om te gaan
en staan waar en wanneer het ons het beste uitkomt.
Traditionele dagindelingen kunnen we loslaten. Midden op
de werkdag een stukje op de e-bike door het passerend
IJssellandschap? Het moet kunnen. Dat is pas kwaliteit
van leven!
Ook het daadwerkelijk eigen bezit van mobiliteitsmiddelen
veranderd. De data en informatiesystemen waarmee
we ons omgeven, voorzien ons straks van het gewenste
voertuig waar en wanneer wij dat willen. Niet langer
hoeven we over drukke verkeersaders stedelijke centra
in om een parkeerplek zo dicht mogelijk bij bestemming
te vinden. En we hoeven niet altijd meer terug naar onze
eigen’ auto. Het van A naar B reizen, zoals we dat nu
kennen, raakt uit de gratie. Reizen wordt een op en top
comfortabele beleving, waarin we privé en werkdoeleinden
slim combineren en dat is veel méér dan reizen van A naar
B.
‘‘HET VAN A NAAR B REIZEN,
ZOALS WE DAT NU KENNEN,
RAAKT UIT DE GRATIE.’’
DE TOEKOMSTWERELD VAN LOGISTIEK
Ook qua economisch vervoer doet ‘smart’ haar intrede. De
logistiek gaat toe naar een steeds meer vraaggestuurde
supply chain met zelfrijdende, schone voertuigen. Hoewel
de verwachting is dat het aantal vrachtbewegingen blijft
toenemen, kunnen logistieke stromen straks minutieus
op elkaar worden afgestemd met behulp van data en
informatiesystemen.
HUB VOORUIT MAGAZINE38
En met slim gebruik van data, ontstaan er ook kansen
voor de regio om zélf een betere kwaliteit van leven
te organiseren. Denk eens aan vrachtvrije tijden
reguleren op vrachtvrije wegen, of nieuw ontwikkelde
transportvoertuigen door de Clean Tech Regio op
biobrandstof die zich als opdeelbare treinwagons
zelfsturend in de landschappelijke regio spreiden. Bij
grote drukte of calamiteiten op de A1 is de capaciteit van
de weg zodanig gedimensioneerd dat met dynamische
wegmarkering het aantal rijstroken is aan te passen aan
de omstandigheden. Alternatieve routes worden voor
iedere weggebruiker persoonlijk, via apps met persoonlijke
presets, als opties gepresenteerd. Het wegennet slipt
zelden nog dicht, voor te laat komen is geen excuus meer
- het verkeer levert geen stress meer op. En de levering
van grondstoffen, producten en pakketjes frustreren,
door smart planningen, niet langer productieprocessen of
persoonlijke urgenties.
MOBILITEIT MODERNISEERT, DE A1 ANTICIPEERT
De laag van schone en vraaggestuurde mobiliteit,
plaatst de A1 en haar verzorgingsplaatsen in een nieuw
perspectief. Anticiperend op dit onomkeerbare transitie
proces kunnen we nu kijken hoe de A1 een bijdrage
kan leveren aan de Stedendriehoek. De lusten van deze
transportader door de landschappelijke regio kunnen
voorop komen te staan. De A1 kan veel meer zijn dan
transportroute van A naar B.
EEN NIEUWE RELATIE TUSSEN DE A1 EN DE REGIO
A1, VENSTER OP HET RIJKE IJSELLANDSCHAP
De Tijd dat ook de A1 onbeschaamd en onbezorgd door het
IJssellandschap raast, zijn we voorbij. Met de opkomst
van schone mobiliteit, kan de relatie tussen de A1 en
de omgeving weer innig worden. Geluidsmaatregelen
zijn nog niet direct geheel van de baan, maar de lucht
wordt schoner en het wegverkeerslawaai vermindert. We
kunnen straks weer ademhalen langs de snelweg. En
door de zelfrijdende voertuigen en onze keuzevrijheid in
snelheid, kunnen we zelfs vanaf de weg, weer rustig om
ons heen kijken. Het landschap wordt weer onderdeel van
beleving van de weggebruiker en de nu vaak gedwongen
achterkanten, kunnen weer een front worden. Een visie op
kwalitatieve fronten aan de snelweg en de beleving vanaf
en naar de snelweg toe worden opnieuw relevant.
A1, ENERGIEPRODUCENT VOOR DE REGIO
De regio wil onafhankelijk worden van fossiele
brandstoffen. In de koers naar alternatieve en decentrale
manieren van energieopwekking, kan de Stedendriehoek
nu al prachtige initiatieven omarmen die hun eigen
broek op houden. Voor het duurzame bedrijvenpark
Ecofactorij is een privaat elektriciteitsnetwerk aangelegd
en afvalverwerker Attero organiseert haar afval tot
(energie) producten. En zo kan ook de A1 haar eigen broek
HUB VOORUIT MAGAZINE 39
ophouden. Sterker nog, Rijkswaterstaat kan voor de A1
inzetten op de rol van energieproducent voor de regio.
Met de kilometers asfalt en flanken, kan de A1 -met
onder andere zonnecellen, warmte koude systemen en de
inzet van bermen en taluds voor energieakkers-, service
creëren, onderhoudskosten verlagen en energieboer
worden voor aangrenzende verzorgingsgebieden. Ieder
segment van de A1 kan nabije dorpen, agrarische
doeleinden of ruimtelijke ontwikkelingen met de
organisatie van aanbod, vraag en opslag van energie
faciliteren.
DATA LANDSCHAP STEDENDRIEHOEK VOOR NIEUWE
VERDIENMODELLEN
Het goed bedienen van de logistieke doelgroep is een
essentiële voorwaarde voor een succesvol corridortraject
door de Stedendriehoek. Door als A1 en regio te
anticiperen op het delen van data en de ontwikkeling
van datanetwerken, krijgen ICT- en app-ontwikkelaars de
mogelijkheid om de behoefte van de regio vraaggestuurd
af te stemmen op de organisatie van stromen,
grondstoffen en producten. En dit biedt weer kansen,
voor bijvoorbeeld boeren, om hun bedrijf met ICT tools te
organiseren naar de nieuwe wereld met een haalbaar en
duurzaam bedrijfsmodel. Dat brengt de Clean Tech Regio
ambitie op meerdere vlakken dichtbij.
‘‘DE A1 KAN VEEL MEER ZIJN
DAN EEN TRANSPORTROUTE
VAN A NAAR B.’’
EEN FRISSE BLIK OP VERZORGINGSPLAATSEN
DIFFERENTIATIE EN EEN RESHUFFLE IN
VERZORGINGSPLEKKEN
Het capaciteitstekort aan rustplaatsen en de verouderde
inrichting van verzorgingsplaatsen langs de A1 is een
kans om de rol van verzorgingsplaatsen in het nieuwe
perspectief van de regio te bekijken. Maar vooral ook om,
vanuit de grote kwaliteit van het open IJssellandschap
als asset voor de regio, de juiste plekken, anticiperend
op de toekomst te kiezen. We zien meer logica voor
logistieke verzorgingsplaatsen op plekken waar
combinaties gemaakt kunnen worden met overslag,
thematisch gerelateerde bedrijvigheid en gerelateerde
issues als veiligheid en beveiliging. Het belang voor alle
(ook niet logistieke) reizigers om op de A1 een regelmatig
stopgelegenheid te vinden, is een blijvende. Naar de wc
gaan zullen we blijven doen. Maar de inpassing van deze
plekken verdient een energieke boost.
CLEAN LEAN HUBS GEKOPPELD AAN KANSLOCATIES
Zelfrijdende vrachtwagens in treinclusters doen straks
hun intrede op de A1. Chauffeurs hebben een steeds
kleinere rol in het besturen van de vracht en kunnen
onderweg allerlei andere werkzaamheden verrichten. Ze
zijn altijd op tijd en hebben plek voor een stop of overslag
aan de Clean & Lean hubs door continue uitwisseling
van data. Deze hubs, specifiek voor de logistieke sector,
verzorgen overslag en distributie naar onderliggend
wegen- of waternet, naar de stads- en dorpskernen,
naar de ondernemers en particulieren. Op de schoonste
manier, en via de meest efficiënte route, in de juiste
doseringen, op de gewenste tijden. Volledig on demand.
De Clean en Lean Hubs manifesteren zich door Clean &
Lean in alle facetten: een duurzame inrichting van het
terrein, schone en slimme mobiliteit, vernieuwend in
HUB VOORUIT MAGAZINE40
architectuur en materiaalgebruik, zelf-organisatie van
afval-water-energie- en voedselstromen en een service
gerichte instelling. Innovatie viert hier hoogtij. Het zijn de
showcase area’s voor de Clean Tech Stedendriehoek.
‘‘CLEAN & LEAN HUBS
ZIJN VOOR NU EN STRAKS
DE LOGISTIEKE RUST- EN
OVERSLAGPUNTEN WAAR,
DOOR DE INZET VAN SMART
DATA, TIJDIG RUIMTE,
BRANDSTOF EN RUST VOOR
HANDEN IS.’’
AMBASSADEURS EN PARADEPAARDJES VAN DE CLEAN
TECH REGIO ALS LOGISTIEKE HOSTS
De paradepaardjes en ambassadeurs van de Clean
Tech Regio hebben de potentie om excellente gastheer
te zijn voor de logistieke sector: als verzorgingsplek
en als overslagpunt naar elektrische distributie op
het lokale wegennet. Zo kunnen de bedrijven met
een focus op mobiliteit, transport en logistiek op
bedrijvenpark ECOFACTORIJ, hun kennis, inspiratie en
eigen vraagstukken inzetten om mee te ontwikkelen en
experimenteren aan innovaties in mobiliteit. Ook het
A1 Business Park Deventer kan met de combinatie van
logistiek huisvaderschap een extra impuls krijgen voor
ontwikkeling.
Deze Clean & Lean Hubs zijn voor nu en straks de
logistieke rust- en overslagpunten, waar door de inzet van
smart data tijdig ruimte, brandstof en rust hebben, nooit
een issue zal zijn.
STREEKEIGEN HUBS AIRES
Op de plekken waar de A1 contact legt met het
onderliggende lokaal en regionaal mobiliteitsnetwerk,
zien we kansen voor Hubs Aires. Deze knopen in
het netwerk zijn de plekken waar de uitwisseling in
modaliteiten, energie en producten op gebiedseigen
wijze kan plaatsvinden, ondersteund door vernuftige,
gepersonifiseerde apps.
Hier kan men de share auto’s achterlaten en de reis
vervolgen op de e-bike, een passagier met dezelfde
bestemmingswens oppikken, overstappen op de zorgbus
of gewoon even ontspannen of werken. Ondernemers
in de directe omgeving kunnen hier de kersen, appels,
of asperges van het seizoen aanbieden, of zich als
kleinschalige horeca presenteren in pop-up stores.
Deze Hubs Aires zijn daarnaast een technische knoop.
Het energieaanbod en de vraag van de A1 op de
aangekoppelde verzorgingsgebieden wordt hier afgestemd
in de ‘meterkast’. De invulling van energie en bijbehorend
energiesysteem is gebiedsspecifiek en wordt afgestemd
op de landschappelijke onderlegger en de identiteit van de
verzorgingsgebieden. Daarmee wordt het beeld van deze
HUB VOORUIT MAGAZINE 41
Hubs Aires een landschappelijk gegeven. De meterkasten
zijn een herkenbare familie van beeldmerken aan de A1 en
in het landschap, waar de regio haar trots aan ontleent.
EEN STIP OP DE HORIZON, OM NU OP TE ANTICIPEREN
Met dit stuk, leggen we een lange termijn perspectief
neer, terwijl de rijdende trein van de ombouw van de A1
op volle snelheid is. Maar de toekomst en wat nu moet,
hoeven elkaar niet te bijten. Gezien de wil en drive van de
Clean Tech Regio Stedendriehoek, zou deze geschetste
toekomst de regio nog wel eens sneller dan we denken,
eigen kunnen maken.
‘‘DE INVULLING VAN
ENERGIE EN BIJBEHOREND
ENERGIESYSTEEM IS
GEBIEDSSPECIFIEK EN
WORDT AFGESTEMD OP
DE LANDSCHAPPELIJKE
ONDERLEGGER EN DE
IDENTITEIT VAN DE
VERZORGINGSGEBIEDEN.’’
beeld: © yourcaptainluchtfotografie
HUB VOORUIT MAGAZINE42
DE MARS ZUTPHEN
HUB VOORUIT MAGAZINE 43
ICOON VAN CLEANTECH STEDENDRIEHOEK
door Esther Kruit (Kruit Kok Landschapsarchitecten)
HUB VOORUIT MAGAZINE44
FORT de Mol
CleanTech icoon
IJSSEL
wandelpadenslowlaneopddijk
Centraal Park
kabelbrug met warmtenet
Groen ‘waar het kan’
Duurzaam & robuust
Schipholstrategie
Fort de Pol
Energieheuvel
recreatief en informatief
CLEANTECH icoon
Zonnedaken
43 waterturbines op kribben
HUB VOORUIT MAGAZINE 45
fastlane
spoorzoneenergiepark
info
Vestingwerken
Groenstructuur Zutphen
T
spoor
fastlane (deels op hoogte)
Centraal Park De Mars
Het Coeners Park
Groenblauw netwerk
ecologische structuur
Entreepark
warmteproducent
mobiliteits transferium
windenergie langs kanaal
HUB VOORUIT MAGAZINE46
HET INDUSTRIEEL VERLEDEN VAN DE MARS
De begrenzing van de Mars zoals we dat nu kennen is niet
altijd zo geweest. De spoorweg is in 1865 aangelegd en
het Twentekanaal is tussen 1930-1938 gegraven. Ook de
loop van de IJssel is telkens aan verandering onderhevig
geweest. Waarschijnlijk heeft er ook een IJsselarm over
de Mars gelopen getuige de archeologische opgravingen.
Oorspronkelijk heeft de Mars een agrarische functie
gehad. Op de locatie waar nu de vuilstort de Pol ligt, lag
tot 1610 een versterkt huis of burcht (een Havezaete);
Huize De Pol op de plek waar de Berkel in de IJssel
uitmondde. Vanaf de 14de eeuw hebben er oliemolens,
windpapiermolens, korenmolens en houtzaagmolens
op de Mars gestaan. Met de komst van de nieuwe
energietechnieken zoals vanaf 1877 stoomkracht, zijn de
molens geleidelijk weer getransformeerd en afgebroken.
Tussen 1700 en 1795 wordt er op de Mars gebouwd aan
de vestingwerken. Rond 1700 worden ten noorden van het
huidige spoor de vestingwerken aangelegd en tussen 1785
-1795 wordt er ter plekke van de vroegere Havezaete de
Pol het Fort de Pol gebouwd.
Tussen 1861 en 1865 wordt de spoorlijn dwars door
de vestingwerken aangelegd. Gelijktijdig werd het
Coenenspark aangelegd. Het zand dat uit de vijvers
kwam werd gebruikt voor de aanleg van de spoordijk.
Het park in de Engelse landschapsstijl werd gebruikt
door de industriëlen en hun arbeiders. Zo werd het als
proefterrein voor fietsers gebruikt die bij de plaatselijke
fietsfabriek - firma Ter Horst - een fiets kochten. ‘s
Winters werd er geschaatst en zomers werden er feesten
en bloemencorso’s gehouden. De vijver had ook een
commerciële functie namelijk als viskwekerij. Al vanaf
1916 begint het verval van het park. Ter wille van de
opmars van de industrie worden de vijvers geleidelijk
gedempt en het park opgeruimd.
Op kaartbeelden uit 1850 is de lange rechte beplante
laan te zien die vanaf de vestingwerken naar Fort de Pol
loopt. Op deze plek loopt nu ongeveer de Marsweg. De
kaartbeelden vanaf 1950 laten zien dat er verschillende
havens worden gegraven, die later ook weer (gedeeltelijk)
worden gedempt. Opvallend zijn verder in de kaartbeelden
de spoorlijntjes die vanaf de havens via de Industrielaan,
Oostzeelaan en een gedeelte van de Pollaan naar het
rangeerterrein parallel aan het spoor liepen. Langs deze
lijnen lopen nu nog delen van de huidige groenstructuur.
KANSEN VOOR EEN CLEANTECH HUB DE MARS
Er gebeurt veel op de Mars. Het Noorderkwartier is in
ontwikkeling en met de pas geopende nieuwe tunnel
onder het spoor wordt De Mars beter aangesloten op de
binnenstad.
Er liggen veel kansen om de Mars te revitaliseren tot een
energieneutrale ‘Cleantech’ industrieterrein: het icoon voor
de cleantech in Zutphen en de Stedendriehoek.
Maar wat moet daarvoor gebeuren?
Op bedrijfstechnisch niveau is het aan de bedrijven om
hun productie zo ‘clean’ en ‘energieneutraal’ mogelijk te
maken. Dit is een proces waar de bedrijven zelf, wellicht
met aanmoediging en ondersteuning, goed toe in
staat zijn. Het afvalproduct van het ene bedrijf kan een
grondstof zijn voor een andere. Bij het energieneutraal
en ‘clean’ maken van een gebied gaat het om het
koppelen van vraag en aanbod van warmte, energie en
grondstoffen. De noodzakelijke stap in dit proces is het
samenwerken van bedrijven onderling. Ook dit gebeurt al
HUB VOORUIT MAGAZINE 47
‘‘ER LIGGEN VEEL
KANSEN OM DE MARS
TE REVITALISEREN TOT
EEN ENERGIENEUTRAAL
‘CLEANTECH’
INDUSTRIETERREIN: HET
ICOON VOOR DE CLEANTECH
IN ZUTPHEN EN DE
STEDENDRIEHOEK’’
HUB VOORUIT MAGAZINE48
ontwikkelingen in een gebied.
De energietransitie wordt hiermee een nieuwe ‘laag’ in
gebiedsontwikkeling. Een interessante laag want hier valt
geld te verdienen!
De Hub aanpak start met het inventariseren van de
aanwezige energie en grondstoffenbronnen in een gebied.
DE HUB AANPAK VOOR DE MARS
De Hub Vooruit aanpak ontwikkelt een gebiedseigen
energiestrategie en koppelt deze aan de lopende of
toekomstige ruimtelijke, sociale en maatschappelijke
ontwikkelingen in een gebied.
De energietransitie wordt hiermee een nieuwe ‘laag’ in
gebiedsontwikkeling. Een interessante laag want hier valt
geld te verdienen!
De Hub aanpak start met het inventariseren van de
aanwezige energie en grondstoffenbronnen in een gebied.
Daarna wordt gekeken naar de vraag en aanbod kant.
Welke bronnen kunnen via een netwerk aan een vraag
gekoppeld worden. Welke infrastructuur is hiervoor
noodzakelijk en op welke schaal moet die aangelegd
worden.
Het tweede onderzoek is de inventarisering van de
ruimtelijke, sociale en maatschappelijke krachten die in
een gebied spelen. Kan de energietransitie een rol spelen
in die processen. Kunnen zij elkaar versterken? Uit deze
analyse volgen de kansen voor een gebiedspecifieke
energiestrategie.
Wij hebben een eerste quickscan gedaan naar de kansen
voor de Hub De Mars.
op de Mars. Toch stranden deze initiatieven vaak omdat
het economisch toch (nog) niet rendabel te maken is of
omdat er nog teveel hordes te nemen zijn. Ondernemers
zijn meestal wel bereid om te investeren maar het moet
wel efficiënt en rendabel zijn.
Hoe krijgen we het proces van de energietransitie in een
versnelling?
‘‘DE HUB VOORUIT
AANPAK ONTWIKKELT
EEN GEBIEDSEIGEN
ENERGIESTRATEGIE EN
KOPPELT DEZE AAN DE
LOPENDE OF TOEKOMSTIGE
RUIMTELIJKE, SOCIALE
EN MAATSCHAPPELIJKE
ONTWIKKELINGEN IN EEN
GEBIED.’’
DE HUB AANPAK VOOR DE MARS
De Hub Vooruit aanpak ontwikkelt een gebiedseigen
energiestrategie en koppelt deze aan de lopende of
toekomstige ruimtelijke, sociale en maatschappelijke
HUB VOORUIT MAGAZINE 49
QUICKSCAN BRONNEN EN STROMEN
Er zijn al enkele bronnenstudies voor de gemeente
Zutphen en de Mars uitgevoerd. Een degelijke analyse is
noodzakelijk om een goed beeld te krijgen van de vraag en
aanbod. D.m.v. een quickscan kunnen we enkele kansen
omschrijven.
A. Windkracht
Er staan drie windmolens op de Mars, die langs de
IJsseldijk ter hoogte van het Fort de Pol gepositioneerd
zijn. Om de regio energieneutraal te maken is het
plaatsen van windmolens noodzakelijk. In de Hub
Vooruit regiostrategie stellen wij voor om enkele grotere
windmolenclusters te maken. De windmolens worden
gekoppeld aan cleantech bedrijventerrein en versterken
daarmee het cleantech imago.
Op de Mars zien wij kansen om op het noordelijk deel van
het industrieterrein en met name in het gebied langs het
Twentekanaal windmolens te plaatsen. Een zorgvuldig
gepositioneerd cluster van windmolens markeert daarmee
de noordentree van Zutphen.
B. Restwarmte
Binnen de Mars is er een overschot aan warmte,
die vrijkomt bij de rioolwaterzuiveringen en enkele
metaalverwerkingsbedrijven.
Het project Transportsystemen Lochem – Zutphen
transporteert huishoudelijk afvalwater en industrieel
afvalwater afkomstig van de industriële lozer Friesland
Campina (gemaal Kanaalstraat) naar de RWZI te Zutphen.
Het water heeft een temperatuur van rond de 50 graden
celsius.
Daarnaast produceren de bedrijven GMB Bioenergie en
Aurubis veel restwarmte. Het bedrijf DWA heeft in een
onderzoek berekend dat de restwarmte in combinatie
met de energie van bijvoorbeeld 7 windmolens, 15.000
huishoudens van warmte kunnen worden voorzien. Dit is
75% van de warmtebehoefte van heel Zutphen.
Wat nodig is: een warmtenet voor distributie. Er zijn
studies gedaan om een warmtenet aan te leggen maar die
zijn vooralsnog gestrand op haalbaarheid.
C. Zonne-energie
Ieder bedrijf op de Mars zou eigen stroom moeten
opwekken door zonnepanelen op en aan de
bedrijfspanden. Minimaal zou in de eigen behoefte moeten
kunnen worden voorzien maar beter is een overproductie
HUB VOORUIT MAGAZINE50
energiefabrieken die kunnen vergisten, ontwateren,
biologisch drogen en nutriënten terugwinnen. Ze halen uit
slib wat erin zit, of het nu gas, warmte, stroom, water of
nuttige meststoffen zijn. Dit bedrijf is een toonbeeld van
cleantech bedrijfsvoering en zou als cleantech voorbeeld
geëtaleerd kunnen worden. De positionering naast de
gesaneerde vuilstort is hierin kansrijk.
QUICKSCAN ONTWIKKELINGEN BESTAANDE SITUATIE
A. Groen-, water- en recreatieve structuur
Een vergroeningsstrategie voor de Mars is, in het kader
van klimaatbestendigheid zeer aan te bevelen.
te creëren voor de directe omgeving zoals de binnenstad
of grote energievragende industrieën op de Mars zelf.
Een eerste quikscan met behulp van de zonnekaart van
Zutphen laat zien dat er alleen al op de bedrijfspanden
potentieel 28 hectaren geschikt dakoppervlak is. Gesteld
dat van die 28 hectaren ongeveer 50 % bruikbaar is dan
zou 14,5 hectaren dakoppervlak middels zonnepanelen
stroom kunnen opwekken. Uitgaande van de rekensom
dat 1 m2 per jaar ongeveer 120 KWh oplevert betekent dat
17.400.000 kWh per jaar. Omgerekend en afgerond is dat
stroom voor 5.000 huishoudens. Een enorme potentie dus;
zeker wanneer men bedenkt dat de verticale wanden en
eventuele braakliggende terreinen nog niet meegenomen
zijn. De opgewerkte stroom zou in eerste instantie voor de
bedrijven zelf ingezet moeten worden.
In de Noorderhaven worden de komende jaren zo’n 1.000
woningen gebouwd. Deze daken zijn niet meegenomen
in de berekening. Nieuwbouw zou zelfvoorzienend c.q.
energieneutraal gebouwd moeten worden.
‘‘ OMGEREKEND EN
AFGEROND IS DAT STROOM
VOOR 5.000 HUISHOUDENS.
EEN ENORME POTENTIE
DUS.’’
D. Waterenergie
Het is mogelijk om uit langzaam stromend water energie
op te wekken. Te onderzoeken valt of langs de IJssel op
de koppen van de schiereilanden en in het Twentekanaal
voldoende stroming is om een Oryon watermill te
plaatsen. Een idee is om de watermolens met een klein
windmolentje en lichtelement te accentueren; de nieuwe
bakens langs de IJssel.
E. Grondstoffen stromen en biomassa
Een onderzoek naar de mogelijkheid om bioenergie en
grondstoffen uit het gebied en de directe omgeving
te gebruiken is kansrijk. Op de Mars is het bedrijf
GMB Bioenergie al bezig energie en grondstoffen uit
reststromen te halen. De verwerkingslocaties zijn
HUB VOORUIT MAGAZINE 51
De groenstructuur van de Mars is mager. Er zijn met
uitzondering van de randen geen doorgaande structuren
door het terrein. Wel zijn er nog enkele relicten te vinden
van oude structuren en waterlopen. In een interview stelde
de gebiedsbeheerder dat groen lastig te realiseren is in
het gebied omdat de ondergrond bomvol met kabels en
leidingen ligt.
De waterstructuur is zeer versnipperd. De waterlopen
die potentiële ecologische verbindingen kunnen zijn, zijn
nu verstopt achter hekken, kademuren en loodsen. Met
simpele maatregelen aan de oevers is waarschijnlijk grote
ecologische winst te boeken. Dit zal de aantrekkelijkheid
van de Mars versterken en tevens mogelijke wateroverlast
kunnen verhelpen.
Een recreatieve structuur is op dit moment nog nauwelijks
aanwezig op de Mars. Met de bouw van de Noorderhaven
komt daar voor de zuidelijke oevers van de IJssel op de
Mars wel verandering in. Ter hoogte van Fort de Pol is in
het kader van de sanering van de vuilstort een recreatief
fietspad langs het Twentekanaal aangelegd. Dit pad
stopt nu ter hoogte van de Industriehaven. Hier is sprake
van een ‘missing link’ met de recreatieve structuren die
gerealiseerd gaan worden bij de Noorderhaven.
Langs het spoor is er op dit moment geen doorgaande
HUB VOORUIT MAGAZINE52
wandel- en groenstructuur. Hier liggen wel kansen om van
de spoorzone een ecologische en recreatieve verbinding te
maken die tevens energie kan opwekken.
B. Infrastructuur en mobiliteit
Met de nieuwe brug over het Twentekanaal is een nieuwe
entree voor Zutphen gecreëerd. Deze entree kan qua beeld
aantrekkelijker en iconisch gemaakt worden.
In het kader van moderne mobiliteit zou op deze plek een
transferium van grote vrachtauto’s naar kleine elektrische
voertuigen die de binnenstad bedienen kansrijk zijn.
Er bestaat reeds een bedrijf Delta dat stadsdistributie
koppelt aan een sociaal werkvoorzieningbedrijf: een kans
om uit te bouwen.
De fietsverbinding vanuit Deventer naar het station
Zutphen, over de Mars, is momenteel niet erg
aantrekkelijk. In het kader van moderne mobiliteit hebben
wij in onze Hub Vooruit inzending geopteerd voor ‘fast
lanes’; snelle doorgaande fietsverbindingen gekoppeld aan
energieopwekking en het aanleggen van een netwerk.
Wij zien een kans om deze fast lane over de nieuwe
toegangsbrug tot aan het station door te trekken door het
hart van de Mars.
C. Noorderhaven
De Noorderhaven is in ontwikkeling. Een kansrijk gebeid
waar veel ontwikkeling in zit. De energieneutraliteit
ambitie zou idealiter in deze nieuwbouw volledig
geïntegreerd moeten zijn. Wij hebben op dit moment
niet het overzicht of dat het geval is. Een quickscan
om de gemiste kansen te ontdekken en eventueel de
energieneutraliteit ambitie te versterken is aan te bevelen.
D. Vuilstort Fort de Pol
Fort de Pol was onderdeel van de IJssel linie en maakte
deel uit van de Zutphense vesting. Het fort werd kort voor
1800 gebouwd. Het had tot doel de monding van De
Berkel, de Polbeek en de Eefdese Beek, die daar
gezamenlijk uitmondden in de
IJssel, te verdedigen. Nadat het Fort in 1920 buiten
gebruik raakte, werd op dit (destijds) afgelegen
terrein tussen de inmiddels gedempte Polbeek en het
Twentekanaal illegaal vuil gedumpt. Pas veel later is
sprake van enige registratie van de vuilstort.
In 2004 is gestart met het saneren van de vuilstort.
Conform het saneringsplan is het materiaal geherschikt
en vervolgens afgewerkt met een afdeklaag conform
het Landschapsplan Fort de Pol. Dit plan bestaat uit een
drietal terrassen tot een hoogte 24 meter. De sanering is
inmiddels afgerond.
HUB VOORUIT MAGAZINE 53
Hub de Mars, Cleantech icoon; slim netwerk click
to connect
Uit de analyse blijkt dat er veel kansen liggen om
grondstoffen en warmte uit reststromen van bedrijven
in het noorden van de Mars te koppelen aan industriële
energie en warmtevragers.
De Hub de Mars bestaat uit het maken van een slim
netwerk dat tevens het beeldmerk van De Mars gaat
worden. Gezien de fysieke financiële en juridische
beperkingen is een nieuw ondergronds warmtenetwerk
op de Mars lastig aan te leggen. Bij het zoeken naar
oplossingen zijn wij geïnspireerd door efficiënte stromen
en netwerksystemen zoals die op industrieterreinen zoals
het oude Phillips terrein in Eindhoven of het DSM terrein
in Limburg aanwezig zijn.
Onze oplossing is om een warmtenet bovengronds aan
te leggen; een ‘High-line’. Een flexibel systeem dat snel
en relatief eenvoudig is aan te leggen. Een netwerk van
stalen dragers die buizen kunnen dragen om bijvoorbeeld
warmte op een snelle goedkope en efficiënte manier van A
naar B te krijgen.
Het hoofdnetwerk wordt (gefaseerd) aangelegd en volgt
in grote lijnen de hoofdinfrastructuur. De leidingen vanuit
de bedrijven worden door de bedrijven zelf aan elkaar
gekoppeld al naar gelang de gewenste stofstromen.
Aan het netwerk kunnen andere maatschappelijke
functies gekoppeld worden zoals bruggen, voetpaden
en groenstructuren. Daar waar een missing link is in
het padensysteem op de begane grond kunnen groene
paden op hoogte aangelegd worden. Voorbeelden hiervan
zijn de High Line New York en de nieuwe parkbrug in Den
Bosch. Zo’n missing link op de Mars is een brug over de
industriehaven.
Aan de High-Line kunnen zich ook pop-up stores vestigen.
Immers de stroom-, water- en warmtevoorziening is
eenvoudig en flexibel aan te leggen.
In het hart van de Mars stellen wij voor om een fast lane
over een gedeelte van de High-line te laten lopen. Deze
fietsroute gaat over de drukke verkeersknooppunten heen
en daalt over het oude spoordijkje langzaam naar het
stationsplein; een super snelle fietsroute naar het station
en de nieuwe tunnel naar het centrum en de IJsselbrug.
De groenstrucuur wordt versterkt door in het centrale
hart het Coenenspark in ere te herstellen. De bestaande
centrumfuncties kunnen in een groen, representatief en
klimaatbestendig park gesetteld worden. Een vijver kan
overtollig regenwater infiltreren. Op deze plek kunnen
tevens warmtekabels de grond in duiken.
Als groenstructuurstrategie stellen wij voor om “groene
parels” te maken daar waar het fysiek mogelijk is. Liever
een paar mooie solitairen die honderd jaar oud kunnen
worden als vele sprietjes die geen groeiruimte krijgen.
Een uitgekiende beplantingsstrategie kan de kwaliteit
en herkenbaarheid van de Mars vergroten. Alle groene
parels worden maximaal ingericht om duurzaam te kunnen
ontwikkelen.
Fort de Pol wordt een educatieve energieheuvel. De drie
terrassen worden optimaal ingezet als proeftuin voor
opwekking van energie. De nieuwste technieken worden
hier uitgeprobeerd. Bij een informatiecentrum aan de voet
van de heuvel en de brug kan kennis gedeeld worden. Het
4 meter hoge uitkijkpunt is te voet te bereiken en op de
top staat een iconisch zonnedak dat zonne-energie omzet
in warmte.
Kortom, er liggen zeer veel kansen om van De Mars een
iconisch cleantech industrieterrein te maken. Het is een
kwestie van beginnen: Hub Vooruit!
‘‘UIT DE ANALYSE BLIJKT DAT
ER VEEL KANSEN LIGGEN OM
GRONDSTOFFEN EN WARMTE
UIT RESTSTROMEN VAN
BEDRIJVEN IN HET NOORDEN
VAN DE MARS TE KOPPELEN
AAN INDUSTRIËLE ENERGIE
EN WARMTEVRAGERS.’’
HUB VOORUIT MAGAZINE54
ER WORDT AAN ALLE KANTEN MET AGENDA’S, PROGRAMMA’S EN WETTEN
GEPUSHT OM TE WERKEN AAN ENERGIENEUTRALITEIT. ER IS HAAST EN
NOODZAAK OM SCHONE, DUURZAME ENERGIEBRONNEN EN BEWUST-
WORDING VOOR DUURZAAM GEBRUIK VAN ONZE GRONDSTOFFEN TE
IMPLEMENTEREN IN ONZE LEEFOMGEVING. MAAR HOE KRIJGEN WE DE
URGENTIE AAN DE MAN ÉN IN DE WORTELS VAN ONZE SAMENLEVING?
DRAAGVLAK VOOR
ENERGIETRANSITIE
FOCUS VOOR HET ORGANISEREN VAN DE ENERGIENEUTRALE REGIO
door Mariska Louman (Jelle Rijpma Advies)
HUB VOORUIT MAGAZINE 55
HET ONTOEGANKELIJKE VOCABULAIRE VAN ENERGIE
We hebben er allemaal wat jaren over gedaan om gevoel
te krijgen bij kilobytes, megabytes, megabits en inmiddels
Terabytes. Maar de eenheden GigaJoule, kilowattuur, Watt
piek? Het verschil tussen warmte of elektra? Energie
behoort vooral nog tot het (onaantrekkelijke?) domein
van techneuten. En wanneer we de techneuten pas aan
de achterkant van het proces aanschakelen, missen
we een boel kansen. Waarom kan de bouwdoos voor
energieneutraliteit niet leuker, makkelijker, prikkelender,
visueel attractiever en voor iedereen toegankelijker
worden?
VAN TECHNISCH VOCABULAIRE NAAR EEN ATTRACTIEVE
BELEVING
Bij het woord energie doemen bij veel regio-spelers in
gedachte veelal windmolens op, of grote oppervlakken
blauwe zonnepanelen, of modderige gronden met
pijpleidingen en armoedige installatie kasten. Maar
energie is zoveel meer, kan zoveel meer zijn. Energie
is óok een recreatieplas als waterbatterij, een fietspad
wat energie opwekt, openbare verlichting die met je
meefietst langs de weg wanneer je het nodig hebt. Veel
partijen ontbreekt het nog aan voorstellingsvermogen
van wat een ingreep met energie voor attractief beeld
of uitnodigende plek kan opleveren. Discussies over
wat energie ingrepen doen voor de ruimtelijke kwaliteit,
kunnen wel eens een heel andere uitkomst krijgen,
wanneer iedereen discussieert met eenzelfde wervend
perspectief en visueel beeld in handen, niet geteisterd
door de persoonsgebonden nachtmerrie.
REFEREER AAN KWALITEIT VAN LEVEN
Goed, het is een brug te ver om te verwachten dat
iedereen zich direct een beeld kan vormen bij de energie
tools die we in onze leefomgeving kunnen implementeren.
Wat wel kan, is aansluiting zoeken bij de belevingswereld
en de problemen van de mensen met de voeten in de
aarde. Ik kan me zomaar voorstellen dat een boer tijdens
het werken op zijn land met een leeg mobieltje in zijn
handen komt te staan. Een overal met geïntegreerde
zonnecellen zou dan toch maar mooi uitkomst kunnen
bieden. En een tractor als wifi-hotspot is ook best
een aardig idee. De kennismaking met energie en
innovatiekansen komt zo, vanuit de invalshoek van
kwaliteit van leven, dichtbij.
Wil je energieneutraliteit laten landen in het DNA van
je regio-spelers, dan moet energieneutraliteit dus geen
doel op zich zijn. De echte opgave die aanspreekt, is
kwaliteit van leven op peil houden in de regio. En dat
behelst het integraal oplossen van ruimtelijke, sociale
en technologische vraagstukken. Energie kan hierin
een prachtige, waarde scheppende prikkel zijn richting
oplossingen.
SOLOZEILERS IN EEN ZEE AAN KEUZES
Vaak is het beeld van wat een dorp, stad of regio moet
doen aan energiemaatregelen, wil deze onafhankelijk
kunnen functioneren van fossiele brandstoffen, troebel.
Zowel bij de burgers, ondernemers en overheden die
de stromen van energie moeten organiseren, is het een
worsteling van jewelste in de zee aan energieneutrale
tools. ‘Welke energie tool pakt nu het slimst uit?’, vragen
gemeenten en regio’s zich af.
Wanneer gemeenten een eigen accent kiezen binnen de
range energie tools, die past bij hun identiteit en waar
draagvlak voor is onder de mensen, is dat toe te juichen.
Maar de inzet op één duurzame energiebron, zoals
bijvoorbeeld zonnepanelen, blijkt uiteindelijk vaak niet
voldoende om de gemeentelijke energiebalans op 0 te
krijgen. Het vervelende is, dat wanneer het proces naar
een gemeente op zonnepanelen volledig op stoom is, en
een grote groep burgers en ondernemers gemobiliseerd is
en overstag wil gaan, de buurgemeenten niét in het proces
betrokken zijn. Deze blijken onmisbaar om het areaal aan
windmolens dat nog extra nodig is, te kunnen neerzetten.
Of de biomassa van de boeren op het achterland blijkt
essentieel om het stedelijk wamtenet draaiende te
houden. En wanneer deze partijen zich niet betrokken
voelen, zullen zij niet geneigd zijn om de gemeente te
ondersteunen bij deze opgave.
De spelers in de regio moeten zich dus realiseren dat
energieneutraliteit niet alleen lukt. En om te voorkomen
dat de rekening voor energieneutraliteit op het bord komt
van de minder mondige of minder gefortuneerde spelers
of ten koste gaat van de ruimtelijke kwaliteit van het
landschap, is een nieuwe verhouding tussen spelers nodig.
HUB VOORUIT MAGAZINE56
COLLECTIEVE KEUZES VOOR EEN ENERGIE LANDSCHAP ALS
COLLECTIEF GOED VAN DE REGIO
De optelsom van initiatieven in de regio maakt dus
geen neutrale energiebalans, zonder een paar stevige
keuzes in het collectieve landschap. Er moet door de
regionale spelers gezamenlijk gekozen worden, waar de
grootschalige energie ingrepen, of de energie tools die
niemand graag in zijn gemeente ziet verrijzen (windmolens
bijvoorbeeld), het regio landschap ten goede kan komen.
Waar wil de regio iets wel, en waar niet? Die keuzes
moeten niet ingeboezemd worden door angst, maar door
kansen voor een regionaal energielandschap als ‚Brand’:
Een windmolen neerzetten, zodat er verder niets omheen
kan gebeuren en dus de natuur zijn vrije gang kan gaan,
is ook een vorm van natuurontwikkeling die een uniek en
onderscheidend landschap ten goede kan komen. En dat
is onderdeel van je attractiviteit als regio. Regio, durf te
kiezen!
ORGANISEER GELIJKWAARDIG PARTNERSCHAP
We beseffen ons dat we af moeten van de bureaucratische
context voor initiatieven en de nog vaak hiërarchische
benadering van initiatiefnemers, waardoor goede ideeën
onbedoeld in de kiem worden gesmoord. Alle spelers
hebben elkaar keihard nodig om tot nieuwe allianties,
organisatie- en verdienmodellen te komen om de energie
neutrale regio haalbaar te maken. Dit betekent dat de
verhoudingen veranderen en het niet perse meer zo is,
dat wie betaalt, bepaalt. Een boer is in het spel van
energieneutraliteit plotseling een belangrijke speler
als het gaat om energieproductie met zonneakkers.
Gelijkwaardig partnerschap wordt een absolute
voorwaarde voor het slagen.
Een organisatiemethode zoals sociocratie kan voor
het vormgeven aan deze nieuwe partnerschappen
een inspiratiebron zijn. Met deze methodiek kunnen
ongelijkwaardige partijen (door verschil in grondbezit,
schema: Het speelveld van energieneutraliteit in de regio, Mariska Louman, Jelle Rijpma Advies
‘‘WE BESEFFEN ONS DAT
WE AF MOETEN VAN DE
BUREAUCRATISCHE CONTEXT
VOOR INITIATIEVEN EN DE
NOG VAAK HIËRARCHISCHE
BENADERING VAN
INITIATIEFNEMERS,
WAARDOOR GOEDE IDEEËN
ONBEDOELD IN DE KIEM
WORDEN GESMOORD.’’
HUB VOORUIT MAGAZINE 57
bestuurskracht of financiële positie) met een collectief
doel (kwaliteit van leven, energie neutrale regio, Clean
Tech Regio) op een gelijkwaardige wijze besluiten nemen*.
TOP DOWN ÉN BOTTOM UP
Bottom up initiatieven moeten doorgang vinden. Dat is je
vliegende start én groot aandeel van je innovatiekracht en
draagvlak op weg naar energieneutraliteit.
Maar logischerwijs beginnen de meeste burgers en
ondernemers vooral bij de eigen sores en portemonnee.
En wanneer zij bijdragen aan de energieneutrale regio,
is daar vaak al behoorlijk wat tijd, geld en energie aan
vooraf gegaan. Het opschalen van hun individuele energie-
initiatief met meerwaarde voor de regio, zien zij niet als
hun roeping.
Zo is de eigenaar van een bedrijfspand gefocust op het
betaalbaar houden van zijn vastgoed.
De rol van energie organisator voor zijn buurtgenoten
naast zijn dagelijkse bezigheden, is niet zijn core
business. Of het ontbreekt hem kortweg aan kennis-,
organisatiekracht, of middelen om energie bedrijfsmatig
uit te baten. Win-win situaties gaan verloren.
Daarmee blijft het ook top down acteren. Om vervolgens,
wanneer een groep mensen voldoende gemotiveerd,
geactiveerd en gecoacht is, dit terug over te laten aan
de mensen zelf. En dan uiteraard wel inclusief een
organisatie- en verdienmodel wat recht doet aan de
inspanning van deze groep koplopers, zodat zij zichzelf en
de regio duurzaam kunnen bedruipen.
* (https://nl.wikipedia.org/wiki/Consentbeginsel, http://www.
jradvies.com/op-naar-gelijkwaardige-besluitvorming/)
HUB VOORUIT!SLIM NETWERK: CLICK TO CONNECT
MAGAZINE IN HET KADER VAN DE WINNENDE EO WIJERS 2015 INZENDING
december 2015
ruimte-energie.nl
hubvooruit.nl

More Related Content

What's hot

Energetische en ruimtelijke kwaliteiten centraal in de bongerd, duurzaam gebo...
Energetische en ruimtelijke kwaliteiten centraal in de bongerd, duurzaam gebo...Energetische en ruimtelijke kwaliteiten centraal in de bongerd, duurzaam gebo...
Energetische en ruimtelijke kwaliteiten centraal in de bongerd, duurzaam gebo...
DWA
 
Natuurstroom
NatuurstroomNatuurstroom
Natuurstroom
toland
 
beeldverslag werkatelier 'groene meters maken'
beeldverslag werkatelier 'groene meters maken' beeldverslag werkatelier 'groene meters maken'
beeldverslag werkatelier 'groene meters maken'
ewelinadg
 
PHP_009_Symposiumboekje_2016_014_WEB_SPREADS
PHP_009_Symposiumboekje_2016_014_WEB_SPREADSPHP_009_Symposiumboekje_2016_014_WEB_SPREADS
PHP_009_Symposiumboekje_2016_014_WEB_SPREADSDebby Burssens
 
Movares Duurzaamheid
Movares DuurzaamheidMovares Duurzaamheid
Movares Duurzaamheid
Movares
 
Rethinking sustainability campfire 4 4-19
Rethinking sustainability campfire 4 4-19Rethinking sustainability campfire 4 4-19
Rethinking sustainability campfire 4 4-19
sanne smeets
 
6 misvattingen over energie els jonckheere
6 misvattingen over energie   els jonckheere6 misvattingen over energie   els jonckheere
6 misvattingen over energie els jonckheere
Maarten Vandendriessche
 
PNH presentatie 10 juni 2013
PNH presentatie 10 juni 2013PNH presentatie 10 juni 2013
PNH presentatie 10 juni 2013
Jelle Drijver MBA
 
Basispresentatie EnergieSprong_OPGAVE_CREATIEVECOALITIES
Basispresentatie EnergieSprong_OPGAVE_CREATIEVECOALITIESBasispresentatie EnergieSprong_OPGAVE_CREATIEVECOALITIES
Basispresentatie EnergieSprong_OPGAVE_CREATIEVECOALITIES
janwillemvandegroep
 
2010 eerste nieuwsbrief Adel
2010 eerste nieuwsbrief Adel2010 eerste nieuwsbrief Adel
2010 eerste nieuwsbrief Adel
boekelman
 
Mechelen klimaatneutrale stad
Mechelen klimaatneutrale stadMechelen klimaatneutrale stad
Mechelen klimaatneutrale stad
Marina De Bie
 
Pres PNH 10 juni 2013 voorb
Pres PNH 10 juni 2013 voorbPres PNH 10 juni 2013 voorb
Pres PNH 10 juni 2013 voorbRené Dronkers
 
Programma Masterclasses Energietransie (Tiel)
Programma Masterclasses Energietransie (Tiel)Programma Masterclasses Energietransie (Tiel)
Programma Masterclasses Energietransie (Tiel)
Klimaatverbond Nederland
 
Programma Masterclasses Energietransie (Hengelo gld)
Programma Masterclasses Energietransie (Hengelo gld)Programma Masterclasses Energietransie (Hengelo gld)
Programma Masterclasses Energietransie (Hengelo gld)
Klimaatverbond Nederland
 
Alternatieve Energie
Alternatieve EnergieAlternatieve Energie
Alternatieve EnergieFrederikVO
 
Groen loont met TEEB-stad
Groen loont met TEEB-stadGroen loont met TEEB-stad
Groen loont met TEEB-stad
Geert Elemans
 
Peter Fraanje Woning uit de Fabriek
Peter Fraanje Woning uit de FabriekPeter Fraanje Woning uit de Fabriek
Peter Fraanje Woning uit de Fabriek
Peter Fraanje
 
FokusModerneStad_April2016
FokusModerneStad_April2016FokusModerneStad_April2016
FokusModerneStad_April2016Yannick Depr
 
Partijstandpunten ruimtelijke ordening_Luuk Boelens
Partijstandpunten ruimtelijke ordening_Luuk BoelensPartijstandpunten ruimtelijke ordening_Luuk Boelens
Partijstandpunten ruimtelijke ordening_Luuk Boelens
Els Brouwers
 
virtual tour Nederland Energie(k)
virtual tour Nederland Energie(k)virtual tour Nederland Energie(k)
virtual tour Nederland Energie(k)wentventures
 

What's hot (20)

Energetische en ruimtelijke kwaliteiten centraal in de bongerd, duurzaam gebo...
Energetische en ruimtelijke kwaliteiten centraal in de bongerd, duurzaam gebo...Energetische en ruimtelijke kwaliteiten centraal in de bongerd, duurzaam gebo...
Energetische en ruimtelijke kwaliteiten centraal in de bongerd, duurzaam gebo...
 
Natuurstroom
NatuurstroomNatuurstroom
Natuurstroom
 
beeldverslag werkatelier 'groene meters maken'
beeldverslag werkatelier 'groene meters maken' beeldverslag werkatelier 'groene meters maken'
beeldverslag werkatelier 'groene meters maken'
 
PHP_009_Symposiumboekje_2016_014_WEB_SPREADS
PHP_009_Symposiumboekje_2016_014_WEB_SPREADSPHP_009_Symposiumboekje_2016_014_WEB_SPREADS
PHP_009_Symposiumboekje_2016_014_WEB_SPREADS
 
Movares Duurzaamheid
Movares DuurzaamheidMovares Duurzaamheid
Movares Duurzaamheid
 
Rethinking sustainability campfire 4 4-19
Rethinking sustainability campfire 4 4-19Rethinking sustainability campfire 4 4-19
Rethinking sustainability campfire 4 4-19
 
6 misvattingen over energie els jonckheere
6 misvattingen over energie   els jonckheere6 misvattingen over energie   els jonckheere
6 misvattingen over energie els jonckheere
 
PNH presentatie 10 juni 2013
PNH presentatie 10 juni 2013PNH presentatie 10 juni 2013
PNH presentatie 10 juni 2013
 
Basispresentatie EnergieSprong_OPGAVE_CREATIEVECOALITIES
Basispresentatie EnergieSprong_OPGAVE_CREATIEVECOALITIESBasispresentatie EnergieSprong_OPGAVE_CREATIEVECOALITIES
Basispresentatie EnergieSprong_OPGAVE_CREATIEVECOALITIES
 
2010 eerste nieuwsbrief Adel
2010 eerste nieuwsbrief Adel2010 eerste nieuwsbrief Adel
2010 eerste nieuwsbrief Adel
 
Mechelen klimaatneutrale stad
Mechelen klimaatneutrale stadMechelen klimaatneutrale stad
Mechelen klimaatneutrale stad
 
Pres PNH 10 juni 2013 voorb
Pres PNH 10 juni 2013 voorbPres PNH 10 juni 2013 voorb
Pres PNH 10 juni 2013 voorb
 
Programma Masterclasses Energietransie (Tiel)
Programma Masterclasses Energietransie (Tiel)Programma Masterclasses Energietransie (Tiel)
Programma Masterclasses Energietransie (Tiel)
 
Programma Masterclasses Energietransie (Hengelo gld)
Programma Masterclasses Energietransie (Hengelo gld)Programma Masterclasses Energietransie (Hengelo gld)
Programma Masterclasses Energietransie (Hengelo gld)
 
Alternatieve Energie
Alternatieve EnergieAlternatieve Energie
Alternatieve Energie
 
Groen loont met TEEB-stad
Groen loont met TEEB-stadGroen loont met TEEB-stad
Groen loont met TEEB-stad
 
Peter Fraanje Woning uit de Fabriek
Peter Fraanje Woning uit de FabriekPeter Fraanje Woning uit de Fabriek
Peter Fraanje Woning uit de Fabriek
 
FokusModerneStad_April2016
FokusModerneStad_April2016FokusModerneStad_April2016
FokusModerneStad_April2016
 
Partijstandpunten ruimtelijke ordening_Luuk Boelens
Partijstandpunten ruimtelijke ordening_Luuk BoelensPartijstandpunten ruimtelijke ordening_Luuk Boelens
Partijstandpunten ruimtelijke ordening_Luuk Boelens
 
virtual tour Nederland Energie(k)
virtual tour Nederland Energie(k)virtual tour Nederland Energie(k)
virtual tour Nederland Energie(k)
 

Similar to Hub Vooruit Magazine_Concept3 .compressed

20190709 Openbare Les HU - bestuurslid Mieke Oostra
20190709 Openbare Les HU - bestuurslid Mieke Oostra20190709 Openbare Les HU - bestuurslid Mieke Oostra
20190709 Openbare Les HU - bestuurslid Mieke Oostra
Booosting platform voor koplopers in bouwinnovatie
 
Energietransitie Gelderland 'Werk met eigen energie'
Energietransitie Gelderland 'Werk met eigen energie'Energietransitie Gelderland 'Werk met eigen energie'
Energietransitie Gelderland 'Werk met eigen energie'
Klimaatverbond Nederland
 
Energietransitie Gelderland, presentatie tijdens masterclass 26 juni 2014
Energietransitie Gelderland, presentatie tijdens masterclass 26 juni 2014Energietransitie Gelderland, presentatie tijdens masterclass 26 juni 2014
Energietransitie Gelderland, presentatie tijdens masterclass 26 juni 2014
Klimaatverbond Nederland
 
Publicatie Movares Nederland Groene Schouwpad
Publicatie Movares Nederland Groene SchouwpadPublicatie Movares Nederland Groene Schouwpad
Publicatie Movares Nederland Groene SchouwpadRien Veldsink
 
De achterhoek duurzaam door Nando Klein Gunnewiek, Bilan en Achterhoeknieuws
De achterhoek duurzaam door Nando Klein Gunnewiek, Bilan en AchterhoeknieuwsDe achterhoek duurzaam door Nando Klein Gunnewiek, Bilan en Achterhoeknieuws
De achterhoek duurzaam door Nando Klein Gunnewiek, Bilan en Achterhoeknieuws
Nando Klein Gunnewiek
 
Louis Dietvors, Enexis - Energiek verbonden met het Spoor
Louis Dietvors, Enexis - Energiek verbonden met het SpoorLouis Dietvors, Enexis - Energiek verbonden met het Spoor
Louis Dietvors, Enexis - Energiek verbonden met het Spoor
Dutch Power
 
Snelle vervangende nieuwbouw - Peter Fraanje - Innovatiecatalogus 2017
Snelle vervangende nieuwbouw - Peter Fraanje - Innovatiecatalogus 2017Snelle vervangende nieuwbouw - Peter Fraanje - Innovatiecatalogus 2017
Snelle vervangende nieuwbouw - Peter Fraanje - Innovatiecatalogus 2017
Booosting platform voor koplopers in bouwinnovatie
 
Freek van 't Ooster (CLICKNL) over Create Energy @ KvK Mix&Match
Freek van 't Ooster (CLICKNL) over Create Energy @ KvK Mix&MatchFreek van 't Ooster (CLICKNL) over Create Energy @ KvK Mix&Match
Freek van 't Ooster (CLICKNL) over Create Energy @ KvK Mix&Match
CLICKNL
 
DeCooperatie nr 606 Onbetaalbare energie heeft (geen) toekomst d scheepers
DeCooperatie nr 606 Onbetaalbare energie heeft (geen) toekomst  d  scheepersDeCooperatie nr 606 Onbetaalbare energie heeft (geen) toekomst  d  scheepers
DeCooperatie nr 606 Onbetaalbare energie heeft (geen) toekomst d scheepersDirsch1
 
Bart Rootliep - Groendus
Bart Rootliep - GroendusBart Rootliep - Groendus
Bart Rootliep - Groendus
Dutch Power
 
Verslag Workshop D2 - Klimaatneutraal bouwen in de praktijk
Verslag Workshop D2 - Klimaatneutraal bouwen in de praktijkVerslag Workshop D2 - Klimaatneutraal bouwen in de praktijk
Verslag Workshop D2 - Klimaatneutraal bouwen in de praktijkHogeschool Utrecht
 
Verslag Workshop D2- Klimaatneutraal bouwen in de praktijk
Verslag Workshop D2- Klimaatneutraal bouwen in de praktijkVerslag Workshop D2- Klimaatneutraal bouwen in de praktijk
Verslag Workshop D2- Klimaatneutraal bouwen in de praktijkHogeschool Utrecht
 
20100401 lt corporate - philosophie
20100401 lt corporate - philosophie20100401 lt corporate - philosophie
20100401 lt corporate - philosophie
Linea Trovata
 
Trends en ontwikkelingen in duurzame warmte
Trends en ontwikkelingen in duurzame warmte Trends en ontwikkelingen in duurzame warmte
Trends en ontwikkelingen in duurzame warmte
Sjoerd Laarhoven
 
Oost-Vlaanderen? Een Energielandschap!
Oost-Vlaanderen? Een Energielandschap!Oost-Vlaanderen? Een Energielandschap!
Oost-Vlaanderen? Een Energielandschap!
beweging.net
 
Joop Oude Lohuis - Gemeente Utrecht
Joop Oude Lohuis - Gemeente UtrechtJoop Oude Lohuis - Gemeente Utrecht
Joop Oude Lohuis - Gemeente Utrecht
Dutch Power
 
Ontwerp ‘het energiesysteem van de toekomst’
Ontwerp ‘het energiesysteem van de toekomst’Ontwerp ‘het energiesysteem van de toekomst’
Ontwerp ‘het energiesysteem van de toekomst’
Tanja Nolten
 
Workshop Gasunie
Workshop GasunieWorkshop Gasunie
Workshop Gasunie
Laura Calot
 
Workshop Provincie Flevoland & Gemeente Almere
Workshop Provincie Flevoland & Gemeente AlmereWorkshop Provincie Flevoland & Gemeente Almere
Workshop Provincie Flevoland & Gemeente Almere
Laura Calot
 

Similar to Hub Vooruit Magazine_Concept3 .compressed (20)

20190709 Openbare Les HU - bestuurslid Mieke Oostra
20190709 Openbare Les HU - bestuurslid Mieke Oostra20190709 Openbare Les HU - bestuurslid Mieke Oostra
20190709 Openbare Les HU - bestuurslid Mieke Oostra
 
Energietransitie Gelderland 'Werk met eigen energie'
Energietransitie Gelderland 'Werk met eigen energie'Energietransitie Gelderland 'Werk met eigen energie'
Energietransitie Gelderland 'Werk met eigen energie'
 
Energietransitie Gelderland, presentatie tijdens masterclass 26 juni 2014
Energietransitie Gelderland, presentatie tijdens masterclass 26 juni 2014Energietransitie Gelderland, presentatie tijdens masterclass 26 juni 2014
Energietransitie Gelderland, presentatie tijdens masterclass 26 juni 2014
 
Publicatie Movares Nederland Groene Schouwpad
Publicatie Movares Nederland Groene SchouwpadPublicatie Movares Nederland Groene Schouwpad
Publicatie Movares Nederland Groene Schouwpad
 
De achterhoek duurzaam door Nando Klein Gunnewiek, Bilan en Achterhoeknieuws
De achterhoek duurzaam door Nando Klein Gunnewiek, Bilan en AchterhoeknieuwsDe achterhoek duurzaam door Nando Klein Gunnewiek, Bilan en Achterhoeknieuws
De achterhoek duurzaam door Nando Klein Gunnewiek, Bilan en Achterhoeknieuws
 
Louis Dietvors, Enexis - Energiek verbonden met het Spoor
Louis Dietvors, Enexis - Energiek verbonden met het SpoorLouis Dietvors, Enexis - Energiek verbonden met het Spoor
Louis Dietvors, Enexis - Energiek verbonden met het Spoor
 
Snelle vervangende nieuwbouw - Peter Fraanje - Innovatiecatalogus 2017
Snelle vervangende nieuwbouw - Peter Fraanje - Innovatiecatalogus 2017Snelle vervangende nieuwbouw - Peter Fraanje - Innovatiecatalogus 2017
Snelle vervangende nieuwbouw - Peter Fraanje - Innovatiecatalogus 2017
 
Bouw Levert DE
Bouw Levert DEBouw Levert DE
Bouw Levert DE
 
Freek van 't Ooster (CLICKNL) over Create Energy @ KvK Mix&Match
Freek van 't Ooster (CLICKNL) over Create Energy @ KvK Mix&MatchFreek van 't Ooster (CLICKNL) over Create Energy @ KvK Mix&Match
Freek van 't Ooster (CLICKNL) over Create Energy @ KvK Mix&Match
 
DeCooperatie nr 606 Onbetaalbare energie heeft (geen) toekomst d scheepers
DeCooperatie nr 606 Onbetaalbare energie heeft (geen) toekomst  d  scheepersDeCooperatie nr 606 Onbetaalbare energie heeft (geen) toekomst  d  scheepers
DeCooperatie nr 606 Onbetaalbare energie heeft (geen) toekomst d scheepers
 
Bart Rootliep - Groendus
Bart Rootliep - GroendusBart Rootliep - Groendus
Bart Rootliep - Groendus
 
Verslag Workshop D2 - Klimaatneutraal bouwen in de praktijk
Verslag Workshop D2 - Klimaatneutraal bouwen in de praktijkVerslag Workshop D2 - Klimaatneutraal bouwen in de praktijk
Verslag Workshop D2 - Klimaatneutraal bouwen in de praktijk
 
Verslag Workshop D2- Klimaatneutraal bouwen in de praktijk
Verslag Workshop D2- Klimaatneutraal bouwen in de praktijkVerslag Workshop D2- Klimaatneutraal bouwen in de praktijk
Verslag Workshop D2- Klimaatneutraal bouwen in de praktijk
 
20100401 lt corporate - philosophie
20100401 lt corporate - philosophie20100401 lt corporate - philosophie
20100401 lt corporate - philosophie
 
Trends en ontwikkelingen in duurzame warmte
Trends en ontwikkelingen in duurzame warmte Trends en ontwikkelingen in duurzame warmte
Trends en ontwikkelingen in duurzame warmte
 
Oost-Vlaanderen? Een Energielandschap!
Oost-Vlaanderen? Een Energielandschap!Oost-Vlaanderen? Een Energielandschap!
Oost-Vlaanderen? Een Energielandschap!
 
Joop Oude Lohuis - Gemeente Utrecht
Joop Oude Lohuis - Gemeente UtrechtJoop Oude Lohuis - Gemeente Utrecht
Joop Oude Lohuis - Gemeente Utrecht
 
Ontwerp ‘het energiesysteem van de toekomst’
Ontwerp ‘het energiesysteem van de toekomst’Ontwerp ‘het energiesysteem van de toekomst’
Ontwerp ‘het energiesysteem van de toekomst’
 
Workshop Gasunie
Workshop GasunieWorkshop Gasunie
Workshop Gasunie
 
Workshop Provincie Flevoland & Gemeente Almere
Workshop Provincie Flevoland & Gemeente AlmereWorkshop Provincie Flevoland & Gemeente Almere
Workshop Provincie Flevoland & Gemeente Almere
 

Hub Vooruit Magazine_Concept3 .compressed

  • 1. HUB VOORUIT!SLIM NETWERK: CLICK TO CONNECT MAGAZINE IN HET KADER VAN DE WINNENDE EO WIJERS 2015 INZENDING december 2015 ruimte-energie.nl hubvooruit.nl DE MARS ZUTPHEN ICOON VAN CLEANTECH STEDENDRIEHOEK WARMTENETWERK REALISATIE VAN ALTERNATIEF ENERGIENET HUB VOORUIT! EEN TOELICHTING OP DE WINNENDE INZENDING
  • 2. HUB VOORUIT MAGAZINE2 COLOFON Rho adviseurs voor leefruimte Guido van Loenen Stefan la Grand Jos Leijten Kruit Kok Landschapsarchitecten Mariëlle Kok Esther Kruit Dominic Tegelbeckers Stedenbouw en Architectuur Dominic Tegelbeckers Jelle Rijpma Advies Mariska Louman Bestwerk Timo Bralts Fiona Sterling met medewerking van Otto Hettinga (Energierijk Voorst) Jolanda Hoeflak (Bril van Jane) Jelle Rijpma (JRA) Adriaan Weerheim, Rob van Leeuwen, Derk-Jan Verhaak, Eric van der Aa, Frits Dinkla (Rho adviseurs) contact ruimte-energie.nl hubvooruit.nl © december 2015 Team Hub Vooruit! Dit magazine is een uitgave van Team Hub Vooruit! Niets uit deze uitgave mag worden gebruikt zonder voorafgaande toestemming van Team Hub Vooruit!
  • 3. HUB VOORUIT MAGAZINE 3 INHOUD 1. HUB VOORUIT! EEN TOELICHTING OP DE WINNENDE INZENDING 06 24 40 52 3. DRAAGVLAK VOOR ENERGIETRANSITIE 6. DE MARS ZUTPHEN EEN UITWERKING 7. ENERGIEHUB EN WARMTENET 1. HUB VOORUIT! HET CONCEPT 2. HUB! AANPAK 3. ENERGIEHUB EN WARMTENET 4. LANDSCHAPPELIJKE WATEROPBOUW 5. DE A1 CORRIDOR 6. DE MARS ZUTPHEN 7. DRAAGVLAK VOOR ENERGIETRANSITIE 06 22 24 30 34 42 54
  • 4. RWZI biomassa / biogas / slib Energierijk Voorst RWZI biomassa / biogas / slib Kerschoten Energieneutrale wijk GEN/KEN Zwitsalterrein energieneutraal Ecofactorij / DEA corporatie / windmolens EBEM Groene energ ZET Gro Voorst Brummen Apeldoorn Epe HUB VOORUIT MAGAZINE4 HUB VOORUIT! SLIM NETWERK: CLICK TO CONNECT
  • 5. LEGENDA energie water routes landbouw hoogspanningsnet stroomgebied IJssel waterbatterij kanaal beken en sprengen nieuwe watermolen lokale waterberging rijksweg provinciale / regionale weg spoorweg recreatief routenetwerk fiets fast e-lane extensieve (pluim)veehouderij met biomassateelt en watergberging warmtenet energiehub initiatieven windmolenpark warmteleverancier 130 geothermische pompen bestaand warmtenet energiehub als stedelijke aanjager bij te (her - ontwikkelen bedrijventerrein RWZI biomassa / biogas / slib Ecopremie energiebesparing Revelhorst gie corporatie Zonnepanelen oene Energie corporatie Lochem Stad windenergie Lochem Energie zonneparken Deventer Zutphen Lochem HUB VOORUIT MAGAZINE 5
  • 6. HUB VOORUIT MAGAZINE6 WE HEBBEN HET GOED! TOCH? We hebben het over een rijke regio, trots en mooi. Het leven is er goed en er zijn voldoende kansen. De regio heeft alleen nog geen gedeelde band of identiteit, geen gezamenlijke waarde. Wel is er een gezamenlijke ambitie: energie neutraal in 2030. Een kansrijke ambitie, een mooie horizon, een leidmotief, één die de regio zal (ver) binden! Energie is van alle tijden. Wat het makkelijkst voor handen is, het snelst op. Wat eeuwig voor handen is, nu pas klaar voor gebruik. Op grote schaal gebruik maken van duurzame bronnen blijkt moeilijk. Het is vooral een grote verzameling van kleine initiatieven. Tot nu dan. Wie goed kijkt ziet het al: de revolutie aan ideeën, de nieuwe technieken, de kanteling naar groter denken is aanstaande! Wat is er hier en op dit moment nodig? Het duwtje in de rug: Hub-Vooruit. Hub-Vooruit zet in op stromen en verbindingen vanuit de kansen en kwaliteiten van de regio. Zichtbaar en herkenbaar in lokale hubs die energiestromen koppelen aan belangrijke plekken, recreatieve routes en gebiedsontwikkeling. Het doel: een betrokken gemeenschap, een slim netwerk, klaar voor gebruik: de techniek plugt in, click to connect. Hub-Vooruit is een herkenbaar energieneutrale regio met duurzame bronnen geworteld in het DNA van landschap en ondergrond, nieuwe en gerevitaliseerde kringlopen, coöperatief samenwerken van bewoners en ondernemers uitmondend in schoonheid, van binnen en van buiten. 1450 1750 1850 1970 2000 2015 2050 wind wind zon geotechniek nanotechnologie energievraag wko biomassa op ‘t erf bosteelt water water stoom kolen kernenergie olie en gas biomassa Industriëlerevolutie WOI WOII Ontwikkelingslijn energielandschap HUB VOORUIT! SLIM NETWERK: CLICK TO CONNECT
  • 7. HUB VOORUIT MAGAZINE 7 Burgerprofessional Energieschap BATTERIJ / ACCU PLUGIN / HUB STROOM WARMTE SMARTGRID KABELGOOT SOFTWARE - HARDWARE INITIATIEF - COLLECTIEF CLICK TO CONNECT Energieschap bestaat uit ENERGIE COÖPERA TIES BEDRIJFS- LEVEN & ONDERWIJS SAMENWERKENDE OVERHEID Energieschap helpt bij JURIDISCHE EN GEMEENSCHAP- PELIJKE KADERS FINANCIERING KENNIS EN TECHNIEK ORGANISATIE
  • 8. HUB VOORUIT MAGAZINE8 Hub Vooruit bestaat uit een nieuw slim netwerk van warmte, stroom en data, waarop overal ingeplugd kan worden voor invoer en afname van energie, en waarin ‘hubs’ zorgen voor transformatie en opslag van energie. Lokale hubs koppelen energiestromen aan belangrijke plekken, recreatieve routes en gebiedsontwikkeling. Zo ontstaan bijzondere plekken. De mensen in de regio, techniek en landschapskenmerken bepalen de ontwerpopgave: een nieuwe vormende kracht in het landschap. Kansen genereren initiatieven en samenwerkingsverbanden, het Energieschap coördineert. WE HEBBEN HET GOED! TOCH? De driehoek is een rijke regio, trots en mooi - maar heeft geen gedeelde band of identiteit, geen gezamenlijke waarde. Wel is er een gezamenlijke ambitie: energieneutraal in 2030, één die de regio zal (ver)binden! Omschakeling is het devies. Fossiele energie raakt op (en wordt duurder). Grootschalige duurzame energie winnen lijkt moeilijk; wat is begonnen bij kleine initiatieven, groeit naar een steeds grotere verzameling. Een revolutie aan ideeën, nieuwe technieken, een kanteling naar groter denken in energietransitie is aanstaande! Hub-Vooruit geeft het duwtje in de rug. DE LIJNEN UITZETTEN De vernieuwing van de energieopwekking is gaande en maakt elke dag nieuwe stappen. Dit is de software, elk jaar een nieuwe versie. Hier ligt de uitdaging voor de Stedendriehoek niet: dit gaat vanzelf. De uitdaging is de hardware: het netwerk. Grote investeringen, één versie, te verbeteren en uit te breiden, maar niet eenvoudig te vervangen. Het netwerk moet centraal worden aangestuurd: warmte, stroom en data. HEAT IS ON Gaswinning is eindig en maakt ons afhankelijk. Een warmtenet is het alternatief. Niet aangevoerd van ver, maar lokaal aangemaakt en gebruikt. Kleine netwerken bestaan al, daar gaan we mee door en die verbinden we (waar nodig), voor flexibiliteit en uitwisselingsmogelijkheden. De realisatie van de grote biomassacentrale in Zutphen is een prachtig begin om het warmtenet verder uit te bouwen. POWER TO THE PEOPLE Het bestaande elektriciteitsnetwerk voldoet om stroom van de centrale naar de gebruiker te brengen, maar niet als iedereen gaat opwekken en terugleveren. Als de toestroom te groot wordt, slaat het netwerk op hol. Aanpassen kan, maar is duur en traag. Dus: wat lokaal wordt ‘gewonnen’, zal lokaal moeten worden gebruikt en soms tijdelijk opgevangen. KABELGOOT Het nieuwe netwerk - warmte en stroom - wordt ingericht als een regionale kabelgoot, zowel digitaal als analoog, soms zichtbaar, soms niet. Het warmtenet wordt gekoppeld aan bestaande lijnen en legt de basis voor nieuwe verbindingen: snelle fietspaden, glasvezel. Kanaaloevers, bermen van spoor en weg krijgen een nieuwe functie en betekenis. De digitale verbinding ligt in de controlekamer waar de aansturing van het slimme datanetwerk plaatsvindt. ‘‘OMSCHAKELING IS HET DEVIES. FOSSIELE ENERGIE RAAKT OP (EN WORDT DUURDER). HUB-VOORUIT GEEFT HET DUWTJE IN DE RUG’’
  • 9. HUB VOORUIT MAGAZINE 9 DE BRONNEN ANNO 2030 Windmolens gaan onderdeel worden van het stadsgezicht en als we lang genoeg wachten van het historisch stadsgezicht. De grote verandering die lijkt te komen en op veel plekken ook al aanwezig is, gaat doorzetten en is over enkele jaren vanzelfsprekend, net als de windmolens van toen en de elektriciteitsmasten van nu. Zodra iedereen hier van mee profiteert is de verwachting dat de weerstand verdampt. De grote windmolens (68 in onze strategie) zijn nodig want renderen het beste, zowel qua efficiënte stroomopwekking als qua grondopbrengsten. De keuze voor plaatsing ervan is natuurlijk wel essentieel: stadsentree Deventer, hoge ruggen van de Veluwe, hoefijzer Zutphen en Twentekanaal. Meer niet. Dit is passend in het gebied, zowel in omvang maar ook wat betreft de ruimtelijke en landschappelijke kwaliteit ZONVLOED Het realiseren van zonnepanelen neemt op dit moment een vlucht: Fort de Pol, vuilstort Eerbeek, vliegveld Teuge. Het zullen over het algemeen tijdelijke locaties zijn, die op termijn ook weer vrij komen. Op langere termijn zal het door de toepassing van folies makkelijker zijn om een grote ambitie op daken in bestaand stedelijk gebied te realiseren. Later zal nanotechnologie ervoor zorgen dat zonne- energie in zijn geheel geen issue meer is voor ruimtelijke kwaliteit. (NOOIT TE) HEET ONDER DE VOETEN Onder Epe en voor een deel Zutphen liggen de potenties voor warmtewinning. We gaan uit van duurzaam gebruik: dus niet in 30 jaar leeghalen wat pas in 300 jaar terugkomt, maar verspreid benutten via het slimme netwerk. BIOMASSA Hakhout, ooi- en broekbossen. Het kleinschalige landschap uit de 19de eeuw keert terug en maakt het buitengebied aantrekkelijker. Er is nu veel hout over. Later kan hakhoutbos worden geteeld. Rooien gebeurt door de boer, met gebruik van slimme logistiek en centraal verzamelen, bijvoorbeeld door het vervoer via de biomassaboot. Ook mest- en rioolvergisting dragen bij aan de productie, zo wordt warmte geleverd, methaangas en fosfaten. WATERKRACHT Waterkracht is op zichzelf niet heel efficiënt, maar wel een wervend en aantrekkelijk beeld voor energieopwekking. Het sprengenstelsel, de IJssel en het steilere verloop in de kanalen zullen worden benut. Daarnaast worden op grotere schaal waterbatterijen gemaakt: bij overschot opzetten van waterbekkens en via dynamo’s uit laten lopen naar energiebehoefte. OVERZICHT BEWAREN, HET ENERGIESCHAP Het energieschap is hèt nieuwe samenwerkingsverband in een publiek-private combinatie: burger en overheid behartigen de publieke belangen en waarden zonder winstoogmerk. De samenwerkende gemeenten in de regio verenigen zich in het Energieschap Stedendriehoek met een mandaat om procedures en vergunningen te begeleiden en barrières te slechten tussen verschillende overheden (waaronder de twee provincies). Zij vormen een derde deel van het Energieschap. Ook de vijf samenwerkende energiecoöperaties participeren voor een derde in het Energieschap. Op basis hiervan organiseren ze ook hun nodige professionalisering. Tenslotte participeren Alliander en andere marktpartijen voor een derde deel vanuit een gezamenlijk belang bij de ontwikkeling van de netwerken. Het Energieschap beheert en ontwikkelt een netwerk dat het doet en veilig is, en is daarmee de spil in het functioneren van de hubs en het netwerk. Initiatiefnemers kunnen er terecht om kennis te halen en financiering te regelen voor investeringen. Het energieschap brengt mensen bij elkaar.
  • 10. HUB VOORUIT MAGAZINE10 Energie Totaal energieverbruik Stedendriehoek Zonnepanelen op daken Windmolens, 68 stuks, XL Waterkracht Zonnepanelen door innovatie 4613 TJ 1500 TJ Zonneakkers 650 TJ 20 TJ 3000 TJ Innovatieve nieuwe energiebronnen 1500 TJ Elektriciteit particulieren Elektriciteit zakelijk Extra warmtepompen Synergie besparingen 1655 TJ 6202 TJ 2672 TJ -1500 TJ Technologische besparingen -2400 TJ Power to gas 3000 TJ TOTALE VRAAG 11239 TJ TOTALE PRODUCTIE 11283 TJ ELEKTRICITEIT 11.239 TJ WARMTE 16.907 TJ Vraag Vraag Productie ELEKTRICITEIT WARMTE Stedendriehoek Dit betekent Zonne-energie (thermisch) Restwarmte Warmtepomp Biomassa mest 2582 TJ 508 TJ 10397 TJ 670 TJ Biomassa planten 350 TJ Power to gas (CH4) 1848 TJ Geothermie rond Epe 60 TJ Type Laagwaardig Hoogwaardig Verdeling 14249 TJ 1848 TJ Warmte particulieren 6856 TJ Warmte zakelijk 9241 TJ TOTALE VRAAG 16097 TJ Totale vraag 16405 TJ Productie Elektrische mobiliteit 1610 TJ
  • 11. HUB VOORUIT MAGAZINE 11 Het energieschap richt zich ook op regelgeving (onder andere verbod op warmtelozing en op CO2 lozing) en werkt energievisies uit (structuurplan wind, strategische aanpak geothermie). Vanuit het energieschap is opschaling mogelijk naar bijvoorbeeld een bredere gebiedscoöperatie om andere urgente vraagstukken als zorg en maatschappelijk vastgoed op te pakken.   DE HUB IS EEN SLIMME VERBINDING…. Pieken en dalen, transformeren, opladen, bewaren en verdelen. We gebruiken drie middelen om via de hubs de pieken te beperken en de overcapaciteit te bufferen: 1. Slim netwerk: het smartgrid meet vraag en aanbod van energie en stemt flexibel het gebruik af. 2. Opslag: in retentiebekkens, accu’s van elektrische voertuigen en benutten van overcapaciteit door bedrijven en bij WKO- pompen. 3. Energie omzetting: door ‘power to gas’. Overproductie in elektriciteit wordt benut om chemische energie te produceren: water en CO2 wordt waterstof en methaangas. Over 20 jaar kan ook lage temperatuur restwarmte om worden gezet in elektriciteit. ….EN EEN KNAPPE VERSCHIJNING De hubs zijn de knopen in het netwerk, maar het is niet alleen techniek. Het ontwerp laat zien hoe het systeem en de zwerm van inpluggers en energetische samenscholers in deze regio kan worden ingebed in de topografie: wateraanwezigheid, groenstructuren, reliëf, schaal, bijvoorbeeld in relatie tot de landbouw of bebouwingspatronen. Dit brengt een verandering teweeg in het spel van ruimtelijke krachten. Er ontstaat door bijzondere toevoegingen een zichtbaar en herkenbaar patroon van aansprekende hubs. =IDENTITEIT De regio wordt ‘meegenomen’ door een aantal projecten die de ontwikkeling aanjagen. Het uitdragen van een gezamenlijke identiteit staat hierbij voorop. De hubs worden de nieuwe iconen van de regio: markeringen in het landschap en van de energie-ambitie. Door eenheid van beeld en vormgeving gaan ze deel uitmaken van een ruimtelijke familie (Duurzaamheidsbiënnale en de Pop-hup- store). =INNOVATIE Deze hubs zijn innovatief en aansprekend en bieden vanuit de transitieopgave ruimte voor bijzondere andersoortige gebieden, zoals bijvoorbeeld de Clean-Hub, Greenpower-hub en Grow-hub. =INITIATIEF De hubs worden zeker niet allemaal ‘van boven’ bedacht, de ontwikkelingskracht van mensen in de regio is net zo belangrijk. De coöperaties en early adapters vinden ze zelf uit. Het Energieschap stuurt op een verdere doorzetting en opschaling van lokale initiatieven - vooral op de koppeling met duurzame bronnen en kringlopen binnen de regio. Voorbeelden zijn de Brew-hub en de Hot(t)hub (Thermen Bussloo). ENERGIENEUTRAAL, DE WEG ERNAAR TOE! De energieneutrale regio is haalbaar en betaalbaar. Dat is schaken op meerdere borden tegelijk en het overzicht houden. Wij gaan uit van een sluitende energieboekhouding voor 2030 en hebben daarvoor een zorgvuldige berekening gemaakt (zie de tabel en energielagen). Groot en kle¬¬in groeien zullen naar elkaar toegroeien. Het netwerk wordt in stappen aangelegd en ontwikkeld, eerst kleine afzonderlijk netwerken, op termijn koppelingen waar nodig, met als doel het toenemende aantal initiatieven in te kunnen pluggen. De ontwikkelingskracht van de mensen in de regio levert een belangrijke bijdrage: de burgerprofessional, de coöperaties gaan door met ontwikkelen en worden geholpen door het energieschap. De hubs worden ontwikkeld waar netwerk en initiatieven
  • 12. HUB VOORUIT MAGAZINE12 samenkomen. Soms door burgers en ondernemers, soms door een overheid, soms door het energieschap zelf. Het resultaat: een zelfvoorzienende regio, een betrokken gemeenschap, een slim netwerk om direct op in te pluggen, click to connect. ‘‘DE HUBS WORDEN ZEKER NIET ALLEMAAL ‘VAN BOVEN’ BEDACHT, DE ONTWIKKELINGSKRACHT VAN MENSEN IN DE REGIO IS NET ZO BELANGRIJK. DE COÖPERATIES EN EARLY ADAPTERS VINDEN ZE ZELF UIT.’’ MAAR ER IS MEER Zo efficiënt mogelijk gebruik maken van fossiele brandstoffen bijvoorbeeld en ook het bewuster organiseren van kringlopen. Van en voor, in en door de regio, landbouw, cleantech, infra, recreatie, het minimaliseren van CO2-uitstoot. FASTLANE Dure benzine? Wij zetten in op het fietsnetwerk: voor de elektrische fiets met een grotere actieradius. Via nieuwe snelle verbindingen, fastlanes, gekoppeld aan het nieuwe netwerk, biedt deze voorziening een alternatief voor de auto. De schaal van de Driehoek maakt de fastlanes aantrekkelijk: zij sluiten aan op de stations, voor een snelle overstap op interregionaal en internationaal elektrisch vervoer. CLEANTECH BEDRIJFSLOCATIES AKZO, Auping, De Mars, uitstekende locaties om de koppeling met de energiestrategie te maken: de eerste hubs, gekenmerkt door voortzetting van de cleantech-benadering, (oude en nieuwe) kringlopen, hergebruik, verbranding en technologische innovatie. Maar ook door gerichtheid op productie en ontwikkeling van het slimme netwerk: maak in de regio wat in de regio kan worden gemaakt. En benut de warmte die in de productie-eenheden vrijkomt. Hier is vele malen meer winst te halen dan in de huishoudens. WATER IN DE KRINGLOOP Zoet water wordt schaars; we moeten water zolang mogelijk vasthouden (ook buffering) en infiltreren. Water wordt ook onvoorspelbaar: grote buien, langdurige droogte. Het water wordt opgevangen en ingezet voor waterkracht: Beekbergerwoud, de nieuwe Grift, broekbossen ten noorden van Apeldoorn, bij Lochem, het kanalenstelsel in Deventer en opvang van water van verhard oppervlak en piekbelastingen in de IJssel en het achterland via de Schipbeek. SCHOON VAN BINNEN EN VAN BUITEN De bodem moet schoner - bodemwater kan zuiver bronwater zijn. Dat maakt afname van mestgift nodig, voor een schone balans betekent dat halvering van de veestapel voor de stedendriehoek. Dit kan als dit wordt gekoppeld aan nieuwe kansen voor het boerenbedrijf. Het kleinere milieuvriendelijker boerenbedrijf maakt verbinding (grow-hub) met de regionale markt, de boer krijgt een gezicht, het streekproduct wordt mainstream. Lokaal geproduceerd, lokaal eigendom: voedsel, zuivel, recreatie, biomassa, landschapsbeheer, zorg(wonen). Een schoner boerenbedrijf, een
  • 13. HUB VOORUIT MAGAZINE 13 schonere bodem, schoner water en een schoner landschap. Terug leveren aan de maatschappij Collectieve energievoorzieningen, zowel wind als zon, leveren een rendement op waar vanuit de coöperaties een maatschappelijke bijdrage van €100,- tot €300,-/jr per deelnemend huishouden wordt gegenereerd. Als van de circa 140.000 huishoudens in de stedendriehoek de helft deelneemt (70.000) aan een collectief project wordt een opbrengst van €7 mln tot €21 mln per jaar gegeneerd dat direct voor maatschappelijke voorzieningen kan worden ingezet. TERUG LEVEREN AAN DE MAATSCHAPPIJ Collectieve energievoorzieningen, zowel wind als zon, leveren een rendement op waar vanuit de coöperaties een maatschappelijke bijdrage van €100,- tot €300,-/jr per deelnemend huishouden wordt gegenereerd. Als van de circa 140.000 huishoudens in de stedendriehoek de helft deelneemt (70.000) aan een collectief project wordt een opbrengst van €7 mln tot €21 mln per jaar gegeneerd dat direct voor maatschappelijke voorzieningen kan worden ingezet. DE INVESTERING Voor de initiële aanlegkosten van de eerste hubs, installaties en een compact warmtenet hebben we 5 miljard euro nodig. Daarna worden in de loop van de tijd hubs toegevoegd en met elkaar verbonden (op de plekken waar dit rendabel is). Voor het uitrollen van dit netwerk wordt jaarlijks 200 miljoen gereserveerd. Als we uit gaan van een rente van 3% hebben we een terugverdientijd van 34 jaar. OPRICHTING SUBSIDIEFONDS Om huiseigenaren te helpen onafhankelijk te worden van fossiele brandstoffen (zelfvoorzienend) richten we een fonds op. Deze verstrekt leningen voor de aanleg van de systemen. De huiseigenaren betalen maandelijks het bedrag ter hoogte van hun huidige energielasten en hiermee lost het fonds in de loop van de tijd de lening af. We gaan er van uit dat jaarlijks 5% van 170.000 huizenbezitters van de regeling gebruik maakt. Een woning zal 25.000 euro kosten om aan te pakken. Hiermee wordt per woning een jaarlijkse besparing van €1500,- gerealiseerd. Het fonds heeft een vermogen nodig van 3 miljard euro om de periode te overbruggen waarmee de inkomsten (door de energiebesparingen) de kosten van de leningen dekken (uitgaande van een rente van 2 % gebeurt dit na 12 jaar). “DE BODEM MOET SCHONER DAT MAAKT AFNAME VAN MESTGIFT NODIG, VOOR EEN SCHONE BALANS BETEKENT DAT HALVERING VAN DE VEESTAPEL VOOR DE STEDENDRIEHOEK. “ Afschrijvingskosten installaties en netwerk (30 jaar) Onderhoudskosten Rente + aflossing (op 5 miljard) Totaal kosten Gem. jaarlijkse besparing door niet de energie te hoeven importeren (50% bij aanvang, 100 in eindsituatie), en 25% energieprijsstijging Saldo
  • 14. HUB VOORUIT MAGAZINE14 CLEAN-HUB Het Akzoterrein wordt een innovatief woon-, recreatie en werkgebied, gebruik makend van de strategische ligging aan de IJssel en de A1. In de oksel van de A1, op de grens tussen binnen- en buitendijks, komt een modaliteiten transferium (e-auto, e-bike, parkeren, overslag). Van hieruit is de omgeving bereikbaar, de natuur van de ooibossen, rivierbegeleidende moerassen, grazende konikspaarden en heckrunderen. Deventer is hier startpunt van een avontuurlijke wereld. Maar ook het nieuwe waterrijke woon- en werkgebied, waar clean tech business het motto is. Dit waterrijke stadsdeel heeft verschillende peilen, want het is ook waterbatterij en bergingsgebied. Dat levert bijzonder architectuur op, gebouwen met de voeten in het water, en bijzondere plattegronden in relatie tot de verschillende waterpeilen. Het water wordt gebruikt als een transportmiddel, een buffer en ruimtelijk geeft het letterlijk lucht aan het bedrijventerrein. Bijzonder wordt het Akzoterrein, gelegen tussen natuur en een nieuw compact 21ste eeuws stadsdeel op een hoge dijk. We stellen hier een evenemententerrein voor, waar als aanjager van activiteiten een Duurzaamheid Biënnale (tweejaarlijks vanaf zomer 2018) wordt opgezet. Bestaande gebouwen worden omgevormd naar tentoonstellingsgebouwen, tijdelijke gebouwen worden toegevoegd met het doel duurzame bronnen, hergebruik en cleantech te presenteren. 2 4 5 3 1
  • 16. HUB VOORUIT MAGAZINE16 GREEN POWER-HUB De Beekbergsebroek is een energiebelevingslandschap dat wordt gecreëerd oor de plaatselijke boeren en ondernemers. Uitgangsput is het bestaande landschap. Het Beekbergsewoud (waar tot 1870 een oerbos heeft gestaan) wordt door natuurmonumenten geleidelijk omgevormd tot een nieuw moerasbos. In het open deel van het gebied wordt de openheid en rechtlijnigheid van het landschap in beeld gebracht. Vanaf de snelweg A1 blijft uitzicht op Zutphen bestaan. De smalle kavels worden geleidelijk door de boeren omgevormd tot natte graslanden, rietvelden en wilgenplantages waartussen zonneakkers, recreatieve paden en verblijfsplekken in de vorm van minicampings gecreëerd kunnen worden. De sloten worden verbreed zodat er met kano’s kan worden gevaren. Het oostelijke deel is het natst. Daar wordt tegen de snelweg aan een recreatieplas gecreëerd met een energie- en recreatietoren. Dit icoon markeert de ambitie van de stedendriehoek ten aanzien van energie, cleantech en het gunstige vestigingsklimaat. De energielaag bestaat uit: 1. Op de A1 worden over de gehele lengte van het dijklichaam zonnepanelen geplaatst. 2. De boerenenergiecoöperatie mag zonneakkers aanleggen als ze ook natte graslanden, wilgenplantages, en recreatieve paden aanleggen. 3. De recreatieplas wordt ingezet als waterretentiegebied. De plas kan als warmte-koude wisselaar dienen. Hiervoor wordt een hub aangelegd in de toren. Een drijvend openluchtzwembad wordt verwarmd met thermische zonne-energie uit de energietoren. 4. Twee recreatie eilanden in het gebied zijn de uitvalbasis voor het survival- en belevingslandschap. De e-kite’s kunnen hier een energiebron en inspiratiebron zijn. 5. De wilgenoogst, het rioolwater en ander afval worden hergebruikt, vergast in de energiefabriek RWZI net ten zuiden van het Apeldoorn kanaal. 2
  • 17. HUB VOORUIT MAGAZINE 17 FASTN’HUB De hub bij de Fastlane krijgt zijn energie van solarsterren in de wanden van de Fastlane. In het donker stralen deze sterren, het fietsen wordt een belevenis. De wand is doorzichtig en biedt volop zicht op het landschap, maar zorgt wel voor luwte, houdt wind en regen tegen. De Fastlane bestaat uit vier lanes naast elkaar, elk met een andere snelheid. Het asfalt van de snelle lane is paars om het onderscheid met de langzame rode route, aan te geven. De route is comfortabel, de hellingen zijn flauw. De Fastlane is kruisingsvrij, bij kruisingen met het recreatieve netwerk zijn op- en afritten. Op deze plekken zijn Fastn’hubs, bestaande uit recreatieve voorzieningen, maar ook een servicepunt voor de fietser en de e-biker. Je leent hier opgeladen batterijen, na inlevering van de lege. Daarnaast is het een plek voor verkoop van lokale producten of een pick-uppoint. De Fastn’hub aan de IJsseldijk heeft een terras, met zicht op de oude IJsselarm. Natuurlijk heeft de hub zijn karakteristieke oranje kleur, waardoor de herkenbaarheid als uitwisselingspunt duidelijk is. De IJsseldijk is onderdeel van het recreatieve netwerk. De Fastlane ligt boven op het warmtenet. De pijlers van de brug van de Fastlane bestaan uit stromingsrotoren, die bij hoog water extra energie leveren. 3
  • 18. biomassa mest akker vrije uitloop vrije uitloop wilgenstruweel voer biomassa output: - energie - mineralen HUB VOORUIT MAGAZINE18 starten: kleinschalig (zorg) wonen, een paardenhotel, bed & broodje. De opbrengsten zijn duidelijk, het is vooral een politieke keuze deze te incasseren en maatschappelijk aan te wenden: • Stijgende huizenprijzen (OZB) en recreatie-inkomsten als economische opbrengsten; • Gezondheidswinst, een meer toegankelijk (meer lichaamsbeweging) en uitnodigend landschap leidt op langere termijn ook tot forse besparingen voor gezondsheidszorg. • Oplossen van stikstofprobleem in de regio verbetert het vestigingsklimaat voor het niet-veehouderijdeel van onze economie (99 %). • Voorkomen boetes: Brussel staat op het punt boetes van honderden miljoenen euro’s uit te delen vanwege het niet voldoen aan de Kaderrichtlijn Water, Nitraatrichtlijn en Habitatrichtlijn. GROW-HUB De business case is simpel: van korte-termijn- rendement naar lange termijn verantwoord boeren. Voor grootschalige landbouw is de Driehoek ongeschikt. Wanneer de overzeese transportkosten geëlimineerd worden, vervalt de grootschalige mestproductie. Om überhaupt aan de bestaande milieuwetgeving te voldoen is een halvering van de veestapel in de regio noodzakelijk. Dit maakt de regio, het landschap en de bodem schoner, mooier en gezonder en leidt tot grote energiebesparingen. De blijvende landbouw zal naast voedselproducent voor de regio ook een rol spelen in het beheer van natuur en landschap. Nieuwe houtwallandschappen, geënt op het historische landschap zullen biomassa voortbrengen die gekoppeld aan het warmtenet wordt omgezet in energie. Ook worden er kansen geboden om nevenactiviteiten te 4
  • 19. HUB VOORUIT MAGAZINE 19 WATER-HUB VELUWERAND Waterhub – zelfvoorzienend op waterkracht – schakel in recreatief netwerk – MTB-route - zzp- werkplekken 5
  • 20. HUB VOORUIT MAGAZINE20 POP-HUB-STORE LOCHEM Kennishub – energetisch kenniscentrum – ontmoeting en inspiratie – aansluiting op het grid – click to connect! 6
  • 21. HUB VOORUIT MAGAZINE 21 BREW-HUB VOORST Streek brouwerij IJsselbocht in leegstaande hoeve langs recreatief netwerk - warmtehub van de brouwketels - eigen biologische hopvelden - bier van zuiver kwelwater – afvalproduct als veevoer 7
  • 22. HUB VOORUIT MAGAZINE22 ZOEK NAAR DE RUIMTELIJKE SOCIALE EN MAATSCHAPPELIJKE MEERWAARDE IN HET PROCES VAN DE ENERGIETRANSITIE HUB! AANPAK
  • 23. HUB VOORUIT MAGAZINE 23 BRONNEN INVENTARISATIE Windkracht Zonkracht Warmte en koude Waterkracht Biomassa Afval OPGAVE FORMULERING Opslag Conversie Afstemming vraag en aanbod NOODZAKELIJKE STAPPEN fysiek netwerk smart- netwerk sociaal netwerk of samenwerking finianciering juridische ruimte inspirerende voorbeelden EEN ENERGIENEUTRAAL GEBIED CREEREN = TECHNISCHE OPGAVE RUIMTELIJK ruimtelijke kwaliteit: openbare ruimte gebouwde omgeving natuur en water verkeer en vervoer SOCIAAL sociale cohesie maatschappelijk gevoeld belang het van ons gevoel MAATSCHAPPELIJK duurzaamheid en milieu plezierige woon- en werkomgeving verdienmogelijkheden DE ENERGIEOPGAVE: OOK EEN STEDENBOUWKUNDIGE, MAATSCHAPPELIJKE EN SOCIALE OPGAVE 1. 2. 3. RUIMTELIJK ruimtelijke kwaliteit: openbare ruimte gebouwde omgeving natuur en water verkeer en vervoer SOCIAAL sociale cohesie maatschappelijk gevoeld belang het van ons gevoel MAATSCHAPPELIJK duurzaamheid en milieu plezierige woon- en werkomgeving verdienmogelijkheden EEN HUB IS TECHNISCHE OPLOSSING VOOR DE ENERGIETRANSITIE GECOMBINEERD MET AANSPREKENDE RUIMTELIJKE, SOCIALE EN MAATSCHAPPELIJKE MEERWAARDE ENERGIEOPGAVE bronnen opslag en conversie afstemmen vraag en aanbod netwerk DE HUB
  • 24. HUB VOORUIT MAGAZINE24 beeld: © yourcaptainluchtfotografie
  • 25. HUB VOORUIT MAGAZINE 25 ENERGIEHUB EN WARMTENET door Dominic Tegelbeckers (Dominic Tegelbeckers Stedenbouw en Architectuur) EEN GROOT DEEL VAN DE REGIONALE ENERGIEVRAAG BESTAAT UIT EEN BEHOEFTE AAN WARMTE. VOOR DE VERSPREIDING VAN WARMTE UIT DUURZAME BRONNEN EN EEN VERDELING VAN RESTWARMTE IS ER BEHOEFTE AAN HUB’S (VERDEELSTATIONS) EN EEN WARMTENET WAARMEE EEN ROBUUST ALTERNATIEF KAN WORDEN GEBODEN
  • 26. HUB VOORUIT MAGAZINE26 werken. Dit verlangt een warmtenet dat de geproduceerde warmte binnen het gebied transporteert naar de gebruikers. Een dergelijk warmtenet dient robuust te zijn. Er moeten voldoende bronnen zijn om een bepaald aanbod te garanderen. Net zoals je ervan op aan kunt dat je steeds over elektriciteit beschikt, wil je niet koud douchen omdat de zon niet schijnt. Duurzaamheid mag niet leiden tot comfortverlies. Vervolgens is er een lokale verdeler van de warmte nodig. Deze stemt vraag en aanbod op elkaar af. Hiervoor introduceren wij de HUB. DE HUB De hub is de spil in het energienetwerk. Hij neemt de energie af van de verschillende bronnen en verdeelt deze over de directe omgeving. Dit kan in de vorm van elektriciteit, warmte of juist koude. Verschillende gebruikers hebben een verschillende warmte-energievraag. Bedrijven hebben vaak hogere temperaturen voor hun bedrijfsprocessen nodig. Woningen kunnen met lagere temperaturen al verwarmen. Zeker bij nieuwere woningen, die beter zijn geïsoleerd en beschikken over lage temperatuur verwarmingssystemen, is een temperatuur van 30 tot 40 °C voldoende. Er is bijna overal restwarmte beschikbaar uit industriële Wanneer men kijkt naar de energievraag van een gebied, zien we dat het merendeel van de behoefte binnen woningen en bedrijven bestaat uit een vraag naar warmte (of koude). Elektriciteit komt op een tweede plaats. Om grote stappen te zetten naar zelfvoorziening in energie is het daarom noodzakelijk om een duurzame opwekking en distributie van warmte te organiseren. Op dit moment maken we in Nederland nog gebruik van de grootschalige gasinfrastructuur om warmte bij woningen en bedrijven te producen. Om over te stappen naar nieuwe duurzame energiebronnen hebben we een parallel warmte distributienetwerk nodig. WARMTENET In een ideale situatie wordt alle warmte op een duurzame manier direct bij de gebruiker gecreëerd; elk huis of bedrijf wekt zijn eigen warmte op. Sommige gebieden lenen zich echter beter voor het produceren van warmte dan andere. Dit kan zijn vanwege de veiligheidseisen (er mag in een woonwijk geen industriële installatie worden geplaats) of vanwege de beschikbaarheid van duurzame bronnen zoals biomassa of geschikte bodemlagen voor aardwarmte. Daarnaast is het goedkoper om niet overal dure installaties zoals vergisters en bodem-warmtewisselaars te bouwen. Het loont zich om dat slechts op een aantal plaatsen te doen en deze voor een groter gebied te laten EEN SCHEMATISCHE WEERGAVE VAN DE HUB EN HET WARMTENET
  • 27. HUB VOORUIT MAGAZINE 27 processen. In de papier- en metaalindustrie wordt tijdens de productie veel warmte geproduceerd. Deze warmte kan worden ‘gerecycled’ en via de hub worden gedistribueerd. Daarnaast hebben sommige bedrijven geen warmtevraag, maar juist een koeltevraag. Kantoren met veel ramen willen van hun warmte af. Bedrijven met veel koeling zoals data-centra of voedselopslag hebben ook een overschot aan warmte. De hub verdeelt het aanbod van koude en warmte tussen alle gebruikers. Vanuit de HUB wordt water over een leidingnet rondgepompt. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een leiding met heet water en een leiding met relatief koud water. Hierdoor is een gebruiker in staat om warmte van het net op te nemen en koude af te geven. Het omgekeerde is ook mogelijk; een gebruiker neemt koude af en levert warmte aan het net. De precieze watertemperatuur in deze leidingen hangt af van vraag en aanbod van de gebruikers. Nader onderzoek moet uitwijzen of een derde leiding met een tussentemperatuur nodig is om het geheel rendabel te krijgen. Daarmee wordt het voor huiseigenaren mogelijk om warmte te salderen. De warmte-energie wordt het liefst zo dicht mogelijk bij de bron gebruikt. Dan zijn de warmtetransport afstanden het kleinst. Dit reduceert de kosten van de infrastructuur en minimaliseert de warmteverliezen. CASCADERING BINNEN EEN WARMTENET Hoogwaardig gas wordt met een temperatuur van 800 graden verbrand om uiteindelijk een huiskamer naar 20 graden te verwarmen. Het is verspilling: vergelijkbaar met wanneer je uit goud stuivers gaat maken. In bedrijfsprocessen is vaak een hoge temperatuur nodig. Bijvoorbeeld voor het smelten van metaal. Daarna is de resterende warmte een afvalproduct. Deze warmte is nog van voldoende temperatuur voor een ander gebruik en kan uitstekend worden hergebruikt. Met 100 °C kun je een ei koken, met 60 °C kun je de was doen, en met 40 °C kun je uitstekend een modern huis verwarmen. Door deze gebruikers in serie te schakelen wordt restwarmte met een steeds lagere temperatuur maximaal gebruikt. Dit heet cascaderen. Door dit principe binnen ons warmtenet toe te passen vergroten we onze efficiëntie. ‘‘HET IS VERSPILLING: VERGELIJKBAAR MET WANNEER JE UIT GOUD STUIVERS GAAT MAKEN.’’ BUFFERFUNCTIE Omdat het aanbod van warmte meestal afwijkt van de onmiddellijke vraag heeft de Hub ook een bufferfunctie. Wanneer we warmte van de zon of uit bedrijfsproductieprocessen als bron gebruiken, dan hebben we overdag veel warmteaanbod. In de avond zijn deze bronnen niet meer aanwezig, maar zal er zeker bij huishoudens nog steeds veel vraag zijn. De hub kan het aanbod verschil van dag- en nacht overbruggen. En daarnaast ook het verschil tussen de week- en weekenddagen. Maar de echte verschillen zitten vooral tussen de seizoenen. In de winter zal de vraag naar warmte veel hoger zijn, terwijl het aanbod juist in de zomer veel groter is. AANBOD VAN WARMTE T.O.V. DE WARMTEVRAAG GEDURENDE EEN JAARPRINCIPE VAN CASCADERING
  • 28. HUB VOORUIT MAGAZINE28 aanbod over een groter gebied vereffend. Er kan worden gestart met de aanleg van hubs die op zichzelf al rendabel zijn. De nieuwe infrastructuur voor de koppeling van de hubs wordt pas uitgerold wanneer dit economisch interessant is. Door langzaam de verschillende hubs aan elkaar te koppelen ontstaat er op een organische manier een robuust nieuw energienetwerk. ‘‘ER WORDT EEN SCHAALVERGROTING MOGELIJK DIE DE DUURZAAMHEIDSTRANSITIE VERSNELT.’’ PLUG&PLAY Om de energietransitie zo gemakkelijk mogelijk te maken willen wij naar een plug&play systeem. Iedereen wordt in staat gesteld om gebruik te maken van duurzame energie. Ook degene die in de eerste instantie niet zo veel met duurzaamheid heeft kan zo worden meegenomen. Een overschot aan warmte kan in de bodem worden opgeslagen door middel van een warmte-koude opslag (WKO). Indien het een grote hub betreft kan het zelfs in een Hoge Temperatuur Bodemopslag. Verschillende bodemlagen hebben dan de capaciteit om een verschillende temperatuur op te slaan. Deze reserves zijn het hele jaar door beschikbaar en kunnen tijdens piekvragen worden aangewend. ENERGIECONVERSIE De Hub kan ook worden gebruikt om de ene vorm van energie om te zetten in een andere. Zo kan een overschot aan elektriciteit worden gebruikt om gas, waterstof of warmte te producen. Op deze manier kan energie worden opgeslagen en getransporteerd. De aanwezige energiebronnen en directe omgeving van de hub bepalen of energieconversie zinvol is. Koppelen van hubs Het loont zich om energie zoveel mogelijk lokaal te produceren en te gebruiken. Indien er sprake is van een structureel over- of onder aanbod van energie, kan de hub door middel van een warmteleiding met andere hubs worden verbonden. Zo worden de pieken in vraag en SCHETS ENERGIEHUB PRINCIPE VAN HOE EEN GEBRUIKER WARMTE OF KOUDE KAN OPNEMEN VAN EEN DUBBEL LEIDINGNET
  • 29. HUB VOORUIT MAGAZINE 29 Dit betekent een integrale gebiedsaanpak, waarbij de grote installaties in het systeem en niet bij de eindgebruiker worden geplaatst. Dit bespaart hem kosten en maakt het voor hem een stuk eenvoudiger. Er wordt een schaalvergroting mogelijk die de duurzaamheidstransitie versnelt. Tegelijkertijd ontstaat er een robuuster systeem met grotere en betere opslagcapaciteit. Door een warmtenet met een koude en warmteleiding uit te voeren wordt het voor individuele gebruikers mogelijk hun warmte te salderen. Het salderen van elektriciteit was een belangrijke factor in het succes van zonnepanelen. Wij zetten in op een dergelijk vliegwieleffect bij warmte. WANNEER AAN TE LEGGEN De aanleg van de energie hub en een warmtenet is een ingrijpende gebeurtenis. Er moeten leidingen de grond in, er zullen graafwerkzaamheden nodig zijn. Dit is kostbaar en veroorzaakt overlast. Daarom heeft het de voorkeur om deze aanleg te combineren met andere (geplande) werkzaamheden. Wanneer er groot onderhoud plaats vindt op het huidige gas- of rioolnetwerk is dit een mooi moment om het warmtenet aan te leggen (en het gasnet te vervangen). Ook wanneer de bestrating wordt onderhouden of er een nieuwe internetkabel wordt gelegd. In de komende 5 tot 10 jaar zijn veel van de bestaande gasleidingen aan onderhoud toe. Een uitgelezen kans voor de start van een warmtenet! ‘‘WANNEER ER GROOT ONDERHOUD PLAATS VINDT OP HET HUIDIGE GAS- OF RIOOLNETWERK IS DIT EEN MOOI MOMENT OM HET WARMTENET AAN TE LEGGEN.”
  • 30. HUB VOORUIT MAGAZINE30 DE LANDSCHAPPELIJKE OPBOUW VAN DE STEDEN DRIEHOEK IS OP KORTE AFSTAND ZEER GEVARIEERD. HET STUWWALLENLANDSCHAP, DE DEKZANDLANDSCHAPPEN AAN BEIDE ZIJDEN VAN DE IJSSEL EN HET RIVIERENLANDSCHAP VAN DE IJSSEL. DE ONTSTAANSGESCHIEDENIS VAN HET NEDERLANDSE LANDSCHAP IS HIER MET EEN FIETSRONDE VAN 60- KILOMETER TE DOORGRONDEN LANDSCHAPPELIJKE WATEROPBOUW door Mariëlle Kok (Kruit Kok Landschapsarchitecten)
  • 31. HUB VOORUIT MAGAZINE 31 STUWWALLENLANDSCHAP Het stuwwallenlandschap bestaat uit hoge zandgronden op de stuwwal of fluvioglaciaal. He is een hoog gelegen gebied variërend van 50 tot 60 meter boven Nap, en veel verschillen in het reliëf, de nederzettingen ontstonden op de flanken van de stuwwal, bijvoorbeeld Apeldoorn. De bebouwing werd vaak begrensd aan de ene zijde door hoge bouwgronden (enken) en andere andere zijde met lagergelegen graslanden. Onder aan de flanken van de stuwwal trad kwelwater uit. De vruchtbaarheid van de hogere zandgronden kon alleen in stand gehouden worden dankzij een areaal van woeste gronden, waar men het benodigde strooisel voor de potstallen kon winnen en waar men koeien en schapen kon wieden. Op de rand van de stuwwal werd het grondwater aangesneden door middel van sprengen, Deze waterkracht werd gebruikt in watermolens. De papierindustrie ontstond. De hoge zandgronden zijn in de 19e en 20ste eeuw op grote schaal ingeplant met naaldhout, onder ander voor de mijnbouw, nu een Nationaal Landschap. Vanuit de IJssel vallei is de stuwwal een dominante rand door zijn hoogte en zijn bebossing, De sprengen als energiebronnen hebben hun functie verloren. DEKZANDLANDSCHAPPEN De dekzandlandschappen bestaan uit een aantal min of meer evenwijdige lopende langgerekte laagtes van bekendalen waartussen hoger gelegen dekzandruggen en – plateaus voorkomen. De beekdalen (beekeerdgronden) zijn vrijwel uitsluitend in gebruik als grasland. Langs de vele sloten komt hout begroeiing voor, hoofdzakelijk wilgen en elzenhout. Men vestigden zich op de hogere delen waar esdorpen ontstonden. De engen zijn nu duidelijk waarneembaar in het landschap door hun hogere ligging en het voorkomen van eikenhakhoutwallen, de bebouwing staat aan de rand van de engen, Op de grotere dekzandplateau waren de worst gronden waar schapen geweid werden, deze zijn aan het eind van de 19e eeuw ontgonnen tot de zogenaamde jonge ontginningen. Uitputting van de grond, bevorderd door de eenzijdige roggeteelt in dit gebied en de hoge veeprijzen leiden er toe dat veel akkerbouwbedrijven zich op de veeteelt gingen toeleggen. Bovendien maakte een doorgaande verbetering van de waterhuishouding het mogelijk om gronden die voorheen te nat waren, te gebruiken als grasland en zelfs bouwland. De huidige agrarische sector in de stedendriehoek is vooral verbonden aan deze gronden. Ondanks de zelfde (a)biotische uitgangssituatie hebben de dekzandgebieden ten noorden van Deventer zich anders ontwikkeld dan de gronden ten zuiden van de lijn Zutphen en Vorden. Ten noorden van Deventer ontstond een afwisselend landschap met kleinere landgoederen, bestaande uit afwisselend weides, akkerland en loofbos. Ten zuiden van de lijn Vorden -Zutphen waren het grootgrondbezitters die heide en bos in grotere eenheden grasland lieten omzetten. RIVIERENLANDSCHAP VAN DE IJSSEL Het rivierenlandschap van de IJssel is opgebouwd uit stroomruggen, kommen en uiterwaarden, De stroomruggen liggen meestal als een brede strook langs de winterdijken van de IJssel hierop bevinden zich ook de dorpen. De kommen liggen achter de stroomruggen, dus verder van de rivier af. Ze vormen een vlak en open landschap met een strakke verkaveling. De wegen zijn recht, de verkaveling rationeel. Vanwege de natte omstandigheden ligt er een netwerk aan watergangen. Vooral ten noorden van de lijn Apeldoorn- Deventer aan de west zijde van de IJssel zijn ruime kommen aanwezig, met veel weides, verspreid liggende agrarische bedrijven en grienden. De uiterwaarden zijn een gevolg van het samenspel van de dynamiek van de rivier en menselijk handelen. De IJssel is gereguleerd, maar mag binnen de winterdijken een dynamische rivier zijn. Door de kribben wordt de rivier op een zekere diepte gehouden en ligt de stroomdraad van de rivier vast, De belangrijkste functie van de uiterwaard is het bergen van water, in de huidige situatie zijn de uiterwaarden met de rivier Natura 2000 gebieden en onder deel van het natuurnetwerk van Europa.   HET WATERPATROON IN DE STEDEN DRIEHOEK. Het waterpatroon in de stedendriehoek is verbluffend divers, maar ook zo helder van opzet. Er zijn twee belangrijke waterstromen, die het geheel beïnvloeden de IJsel en de kweldruk vanaf de stuwwal. De rivier de IJssel stagneerde bij hoog water al de afwatering van de aanliggende gebieden compleet. De grote waterdruk vanaf de stuwwal zorgde voor een constante aanvoer van grote hoeveelheid schoon kwelwater in de lagere delen aan de voet van de stuwwal.
  • 32. STUWWALLEN IJSSELVALLEI DEVENTER VOORSTONDEN VOORSTONDEN HUB VOORUIT MAGAZINE32 Men had geen gebrek aan water, maar eerder teveel. Men zette op allerlei manieren de watersituatie naar zijn eigen hand. Water en de energie van water waren essentieel voor de conformistische ontwikkeling van dit gebied, de agrarische ontwikkeling, de ontwikkeling van de steden van de Hanze en de industrialisatie vanaf de 18 e eeuw. Water werd ingezet om energie op te wekken in de vele watermolens aan de sprengen, water werd geborgen door de vloedboeren in de beekdalen van de Berkel en de Schipbeek, en in het uitgebreide moeras gebied in de kom ten noorden van Apeldoorn. Hier waren uitgestrekte elzenbroekbossen en grienden aanwezig, wat grondstof en brandstof opleverden. Langzamerhand werd het water meer gereguleerd. De Schipbeek, het Twente kanaal, het kanaal Deventer- Raalte en de Berkel zijn geheel in peil gereguleerd door middel van stuwen en sluizen. Het Apeldoorns kanaal werd gegraven in 1869 voor de scheepvaart, omdat de IJssel vaak niet een betrouwbare waterweg was. Het kanaal werd gevoed met het kwelwater van de sprengen en door ondergrondse grondwaterstromen vanaf de stuwwal. De Grift beschermde de laag gelegen komgronden van het kwelwater. Dit gebied kon pas tot agrarische ontwikkeling komen door de aanleg van de weteringen, onder andere de Grote en de Nieuwe Wetering. De beken ten zuiden van de lijn Apeldoorn en Zutphen loosden en lozen nu rechtstreeks op de IJssel . Op kleinere schaal is een verfijnd waternetwerk aanwezig, langs de oeverwallen en de dijken zijn allerlei kwelsloten, poelen en dijkdoorbraken aanwezig. In de Uiterwaarden zelf liggen oude armen van de IJssel. De hedendaagse opgave van water vasthouden, is voor dit gebied heel goed te doen. Op de stuwwallen en de hogere delen van de dekzandgronden zijn voldoende gebieden waar het water direct infiltreert. Op de lagere delen kan men oppervlakkig veel water bergen in de vorm van moerassen en rabatten. WATER IN HUB VOORUIT In “ HUB vooruit” koppelen we de energie opgave duidelijk aan de belangrijke plekken van het water in dit gebied. Water kan energie opwekken, maar water kan ook verplaatst worden om te infiltreren bij een surplus van energie. We zien water als energie motor en als energie batterij.
  • 33. REGIONAAL WATERSYSTEEM HUB VOORUIT MAGAZINE 33 WATER ALS ENERGIE MOTOR We bouwen letterlijk weer op de plekken van de vroegere watermolens, de nieuwe watermolens van deze tijd. Peilverschillen in de Berkel, de Schipbeek en het Apeldoorns kanaal zijn geen probleem maar een kans om energie te winnen. We denken aan verschillende soorten watermolens, die maatwerk per locatie geven, boven- en onderslag molens en horizontale molens. We geven de sprengen hun oorspronkelijke functie van waterkracht weer terug, zowel in de bovenloop van de strengen, waar de kracht hoog is maar het debiet nog gering, maar ook in de benedenloop, waardoor kwelwater gebufferd wordt om daarna omgezet worden in waterkracht. Hier snijdt het mes aan twee kanten, we gaan hiermee ook de verdroging van de teen van de stuwwal tegen. De Grift en de weteringen in het noorden zijn de verdeel sleutel van het water uit het stedelijk gebied, we bufferen dit water in deze bedijkte waterlopen, waardoor de waterlopen een batterijen zijn voor eventueel energie opwekking in luwe tijden. Vanuit de weteringen kan het water verder de moerasgebieden in stromen, waar het de plantages van wilgen en elzen voedt. Deze plantages zijn voor de levering van biomassa, een nieuw verdienmodel voor de aanwezige boeren. Dit hebben we uitgebreid beschreven in de agrohub. ‘‘WE BOUWEN LETTERLIJK WEER OP DE PLEKKEN VAN DE VROEGERE WATERMOLENS, DE NIEUWE WATERMOLENS VAN DEZE TIJD.’’ De IJssel is een grillige rivier, maar kan constant energie opleveren. De stromingen rond de kribben zijn berucht, maar die kunnen we gebruiken om de horizontale watermolens in de kop van de kribben aan te drijven. In de stedendriehoek heeft de rivier talloze kribben. We willen water uit de IJssel bufferen in waterbatterijen, hier wordt water opgezet met overtollige energie en wanneer de energie nodig is, vloeit het water weer terug in het riviersysteem. Het systeem van buffering kan landschappelijk een interessant en uniek gebied opleveren, met een hoge dynamiek, zoals in slikken en schorren langs de kust, maar dan binnendijks. Daarnaast zijn lokale waterbuffers van zoet water voor tijden van droogte goed om achter de hand te hebben. De buffers kunnen ook gebruikt worden om extreme regenbuien in het stedelijk gebied op te vangen, die ons daarna weer energie gaan leveren. Maar water en energie leveren vooral bijzonder plekken op, die een impuls kunnen geven aan gebiedsontwikkeling, aan bijzonder woonlocaties en recreatieve knooppunten. Water is een essentieel onderdeel van onze hubs!!!
  • 35. DE A1 CORRIDOR HUB VOORUIT MAGAZINE 35 DE A1 CORRIDOR TEN DIENSTE VAN DE ENERGIENEUTRALE CLEAN TECH REGIO STEDENDRIEHOEK
  • 36. HUB VOORUIT MAGAZINE36 De Stedendriehoek is om. Clean Tech en energieneutraal zijn eigenschappen die de regio graag wil laten landen. De kunst is om hierbij het DNA van de streek en de mores van haar burgers en ondernemers in te zetten. De regio ademt energie in alle opzichten. Ze is al begonnen, maar popelt om te versnellen. De A1, als belangrijke transport corridor tussen Amsterdam en Berlijn, biedt de regio momenteel lasten en lusten. Hoofdinzet van Rijkswaterstaat is op de kortere termijn meer capaciteit creëren door de aanleg van meer rijstroken. Ook ziet Rijkswaterstaat met de regio kansen om de transformatie van de A1 als versnelling naar een Clean Tech en energieneutrale regio in te zetten: Energiewinning en besparing, CO2 reductie en duurzame gebiedsontwikkeling en uitvoering. De A1 moet worden verbreed vanuit een breder toekomstperspectief. EEN PERSPECTIEF OP MOBILITEIT IN DE TOEKOMST ALL ELECTRIC, SHARING, USER BASED, ON DEMAND Naar schone mobiliteit, onafhankelijk van olie, gaan we zeker toe. Maar ook de mobiliteit kan in de toekomst niet los worden gezien van ‚smart’. Persoonlijk comfort, de wenselijke snelheid om ergens te komen, het effect op het milieu en het prijskaartje wat je voor je wenselijke rit moet betalen, worden bepalende factoren voor het gebruik van ons mobiliteitsnetwerk. Ons particulier en collectief vervoer zal steeds meer worden afgestemd op onze eigen behoefte. We willen de snelste routes zonder, of mét een gemakkelijke overstap, we willen de mooiste routes met tijd voor ontspanning, of we willen zekere routes waarop we onderwijl nog een beetje kunnen werken of ontspannen. We willen onafhankelijk zijn van een dienstregeling, files
  • 37. HUB VOORUIT MAGAZINE 37 en calamiteiten en de mogelijkheid hebben om te gaan en staan waar en wanneer het ons het beste uitkomt. Traditionele dagindelingen kunnen we loslaten. Midden op de werkdag een stukje op de e-bike door het passerend IJssellandschap? Het moet kunnen. Dat is pas kwaliteit van leven! Ook het daadwerkelijk eigen bezit van mobiliteitsmiddelen veranderd. De data en informatiesystemen waarmee we ons omgeven, voorzien ons straks van het gewenste voertuig waar en wanneer wij dat willen. Niet langer hoeven we over drukke verkeersaders stedelijke centra in om een parkeerplek zo dicht mogelijk bij bestemming te vinden. En we hoeven niet altijd meer terug naar onze eigen’ auto. Het van A naar B reizen, zoals we dat nu kennen, raakt uit de gratie. Reizen wordt een op en top comfortabele beleving, waarin we privé en werkdoeleinden slim combineren en dat is veel méér dan reizen van A naar B. ‘‘HET VAN A NAAR B REIZEN, ZOALS WE DAT NU KENNEN, RAAKT UIT DE GRATIE.’’ DE TOEKOMSTWERELD VAN LOGISTIEK Ook qua economisch vervoer doet ‘smart’ haar intrede. De logistiek gaat toe naar een steeds meer vraaggestuurde supply chain met zelfrijdende, schone voertuigen. Hoewel de verwachting is dat het aantal vrachtbewegingen blijft toenemen, kunnen logistieke stromen straks minutieus op elkaar worden afgestemd met behulp van data en informatiesystemen.
  • 38. HUB VOORUIT MAGAZINE38 En met slim gebruik van data, ontstaan er ook kansen voor de regio om zélf een betere kwaliteit van leven te organiseren. Denk eens aan vrachtvrije tijden reguleren op vrachtvrije wegen, of nieuw ontwikkelde transportvoertuigen door de Clean Tech Regio op biobrandstof die zich als opdeelbare treinwagons zelfsturend in de landschappelijke regio spreiden. Bij grote drukte of calamiteiten op de A1 is de capaciteit van de weg zodanig gedimensioneerd dat met dynamische wegmarkering het aantal rijstroken is aan te passen aan de omstandigheden. Alternatieve routes worden voor iedere weggebruiker persoonlijk, via apps met persoonlijke presets, als opties gepresenteerd. Het wegennet slipt zelden nog dicht, voor te laat komen is geen excuus meer - het verkeer levert geen stress meer op. En de levering van grondstoffen, producten en pakketjes frustreren, door smart planningen, niet langer productieprocessen of persoonlijke urgenties. MOBILITEIT MODERNISEERT, DE A1 ANTICIPEERT De laag van schone en vraaggestuurde mobiliteit, plaatst de A1 en haar verzorgingsplaatsen in een nieuw perspectief. Anticiperend op dit onomkeerbare transitie proces kunnen we nu kijken hoe de A1 een bijdrage kan leveren aan de Stedendriehoek. De lusten van deze transportader door de landschappelijke regio kunnen voorop komen te staan. De A1 kan veel meer zijn dan transportroute van A naar B. EEN NIEUWE RELATIE TUSSEN DE A1 EN DE REGIO A1, VENSTER OP HET RIJKE IJSELLANDSCHAP De Tijd dat ook de A1 onbeschaamd en onbezorgd door het IJssellandschap raast, zijn we voorbij. Met de opkomst van schone mobiliteit, kan de relatie tussen de A1 en de omgeving weer innig worden. Geluidsmaatregelen zijn nog niet direct geheel van de baan, maar de lucht wordt schoner en het wegverkeerslawaai vermindert. We kunnen straks weer ademhalen langs de snelweg. En door de zelfrijdende voertuigen en onze keuzevrijheid in snelheid, kunnen we zelfs vanaf de weg, weer rustig om ons heen kijken. Het landschap wordt weer onderdeel van beleving van de weggebruiker en de nu vaak gedwongen achterkanten, kunnen weer een front worden. Een visie op kwalitatieve fronten aan de snelweg en de beleving vanaf en naar de snelweg toe worden opnieuw relevant. A1, ENERGIEPRODUCENT VOOR DE REGIO De regio wil onafhankelijk worden van fossiele brandstoffen. In de koers naar alternatieve en decentrale manieren van energieopwekking, kan de Stedendriehoek nu al prachtige initiatieven omarmen die hun eigen broek op houden. Voor het duurzame bedrijvenpark Ecofactorij is een privaat elektriciteitsnetwerk aangelegd en afvalverwerker Attero organiseert haar afval tot (energie) producten. En zo kan ook de A1 haar eigen broek
  • 39. HUB VOORUIT MAGAZINE 39 ophouden. Sterker nog, Rijkswaterstaat kan voor de A1 inzetten op de rol van energieproducent voor de regio. Met de kilometers asfalt en flanken, kan de A1 -met onder andere zonnecellen, warmte koude systemen en de inzet van bermen en taluds voor energieakkers-, service creëren, onderhoudskosten verlagen en energieboer worden voor aangrenzende verzorgingsgebieden. Ieder segment van de A1 kan nabije dorpen, agrarische doeleinden of ruimtelijke ontwikkelingen met de organisatie van aanbod, vraag en opslag van energie faciliteren. DATA LANDSCHAP STEDENDRIEHOEK VOOR NIEUWE VERDIENMODELLEN Het goed bedienen van de logistieke doelgroep is een essentiële voorwaarde voor een succesvol corridortraject door de Stedendriehoek. Door als A1 en regio te anticiperen op het delen van data en de ontwikkeling van datanetwerken, krijgen ICT- en app-ontwikkelaars de mogelijkheid om de behoefte van de regio vraaggestuurd af te stemmen op de organisatie van stromen, grondstoffen en producten. En dit biedt weer kansen, voor bijvoorbeeld boeren, om hun bedrijf met ICT tools te organiseren naar de nieuwe wereld met een haalbaar en duurzaam bedrijfsmodel. Dat brengt de Clean Tech Regio ambitie op meerdere vlakken dichtbij. ‘‘DE A1 KAN VEEL MEER ZIJN DAN EEN TRANSPORTROUTE VAN A NAAR B.’’ EEN FRISSE BLIK OP VERZORGINGSPLAATSEN DIFFERENTIATIE EN EEN RESHUFFLE IN VERZORGINGSPLEKKEN Het capaciteitstekort aan rustplaatsen en de verouderde inrichting van verzorgingsplaatsen langs de A1 is een kans om de rol van verzorgingsplaatsen in het nieuwe perspectief van de regio te bekijken. Maar vooral ook om, vanuit de grote kwaliteit van het open IJssellandschap als asset voor de regio, de juiste plekken, anticiperend op de toekomst te kiezen. We zien meer logica voor logistieke verzorgingsplaatsen op plekken waar combinaties gemaakt kunnen worden met overslag, thematisch gerelateerde bedrijvigheid en gerelateerde issues als veiligheid en beveiliging. Het belang voor alle (ook niet logistieke) reizigers om op de A1 een regelmatig stopgelegenheid te vinden, is een blijvende. Naar de wc gaan zullen we blijven doen. Maar de inpassing van deze plekken verdient een energieke boost. CLEAN LEAN HUBS GEKOPPELD AAN KANSLOCATIES Zelfrijdende vrachtwagens in treinclusters doen straks hun intrede op de A1. Chauffeurs hebben een steeds kleinere rol in het besturen van de vracht en kunnen onderweg allerlei andere werkzaamheden verrichten. Ze zijn altijd op tijd en hebben plek voor een stop of overslag aan de Clean & Lean hubs door continue uitwisseling van data. Deze hubs, specifiek voor de logistieke sector, verzorgen overslag en distributie naar onderliggend wegen- of waternet, naar de stads- en dorpskernen, naar de ondernemers en particulieren. Op de schoonste manier, en via de meest efficiënte route, in de juiste doseringen, op de gewenste tijden. Volledig on demand. De Clean en Lean Hubs manifesteren zich door Clean & Lean in alle facetten: een duurzame inrichting van het terrein, schone en slimme mobiliteit, vernieuwend in
  • 40. HUB VOORUIT MAGAZINE40 architectuur en materiaalgebruik, zelf-organisatie van afval-water-energie- en voedselstromen en een service gerichte instelling. Innovatie viert hier hoogtij. Het zijn de showcase area’s voor de Clean Tech Stedendriehoek. ‘‘CLEAN & LEAN HUBS ZIJN VOOR NU EN STRAKS DE LOGISTIEKE RUST- EN OVERSLAGPUNTEN WAAR, DOOR DE INZET VAN SMART DATA, TIJDIG RUIMTE, BRANDSTOF EN RUST VOOR HANDEN IS.’’ AMBASSADEURS EN PARADEPAARDJES VAN DE CLEAN TECH REGIO ALS LOGISTIEKE HOSTS De paradepaardjes en ambassadeurs van de Clean Tech Regio hebben de potentie om excellente gastheer te zijn voor de logistieke sector: als verzorgingsplek en als overslagpunt naar elektrische distributie op het lokale wegennet. Zo kunnen de bedrijven met een focus op mobiliteit, transport en logistiek op bedrijvenpark ECOFACTORIJ, hun kennis, inspiratie en eigen vraagstukken inzetten om mee te ontwikkelen en experimenteren aan innovaties in mobiliteit. Ook het A1 Business Park Deventer kan met de combinatie van logistiek huisvaderschap een extra impuls krijgen voor ontwikkeling. Deze Clean & Lean Hubs zijn voor nu en straks de logistieke rust- en overslagpunten, waar door de inzet van smart data tijdig ruimte, brandstof en rust hebben, nooit een issue zal zijn. STREEKEIGEN HUBS AIRES Op de plekken waar de A1 contact legt met het onderliggende lokaal en regionaal mobiliteitsnetwerk, zien we kansen voor Hubs Aires. Deze knopen in het netwerk zijn de plekken waar de uitwisseling in modaliteiten, energie en producten op gebiedseigen wijze kan plaatsvinden, ondersteund door vernuftige, gepersonifiseerde apps. Hier kan men de share auto’s achterlaten en de reis vervolgen op de e-bike, een passagier met dezelfde bestemmingswens oppikken, overstappen op de zorgbus of gewoon even ontspannen of werken. Ondernemers in de directe omgeving kunnen hier de kersen, appels, of asperges van het seizoen aanbieden, of zich als kleinschalige horeca presenteren in pop-up stores. Deze Hubs Aires zijn daarnaast een technische knoop. Het energieaanbod en de vraag van de A1 op de aangekoppelde verzorgingsgebieden wordt hier afgestemd in de ‘meterkast’. De invulling van energie en bijbehorend energiesysteem is gebiedsspecifiek en wordt afgestemd op de landschappelijke onderlegger en de identiteit van de verzorgingsgebieden. Daarmee wordt het beeld van deze
  • 41. HUB VOORUIT MAGAZINE 41 Hubs Aires een landschappelijk gegeven. De meterkasten zijn een herkenbare familie van beeldmerken aan de A1 en in het landschap, waar de regio haar trots aan ontleent. EEN STIP OP DE HORIZON, OM NU OP TE ANTICIPEREN Met dit stuk, leggen we een lange termijn perspectief neer, terwijl de rijdende trein van de ombouw van de A1 op volle snelheid is. Maar de toekomst en wat nu moet, hoeven elkaar niet te bijten. Gezien de wil en drive van de Clean Tech Regio Stedendriehoek, zou deze geschetste toekomst de regio nog wel eens sneller dan we denken, eigen kunnen maken. ‘‘DE INVULLING VAN ENERGIE EN BIJBEHOREND ENERGIESYSTEEM IS GEBIEDSSPECIFIEK EN WORDT AFGESTEMD OP DE LANDSCHAPPELIJKE ONDERLEGGER EN DE IDENTITEIT VAN DE VERZORGINGSGEBIEDEN.’’
  • 43. DE MARS ZUTPHEN HUB VOORUIT MAGAZINE 43 ICOON VAN CLEANTECH STEDENDRIEHOEK door Esther Kruit (Kruit Kok Landschapsarchitecten)
  • 44. HUB VOORUIT MAGAZINE44 FORT de Mol CleanTech icoon IJSSEL wandelpadenslowlaneopddijk Centraal Park kabelbrug met warmtenet Groen ‘waar het kan’ Duurzaam & robuust Schipholstrategie Fort de Pol Energieheuvel recreatief en informatief CLEANTECH icoon Zonnedaken 43 waterturbines op kribben
  • 45. HUB VOORUIT MAGAZINE 45 fastlane spoorzoneenergiepark info Vestingwerken Groenstructuur Zutphen T spoor fastlane (deels op hoogte) Centraal Park De Mars Het Coeners Park Groenblauw netwerk ecologische structuur Entreepark warmteproducent mobiliteits transferium windenergie langs kanaal
  • 46. HUB VOORUIT MAGAZINE46 HET INDUSTRIEEL VERLEDEN VAN DE MARS De begrenzing van de Mars zoals we dat nu kennen is niet altijd zo geweest. De spoorweg is in 1865 aangelegd en het Twentekanaal is tussen 1930-1938 gegraven. Ook de loop van de IJssel is telkens aan verandering onderhevig geweest. Waarschijnlijk heeft er ook een IJsselarm over de Mars gelopen getuige de archeologische opgravingen. Oorspronkelijk heeft de Mars een agrarische functie gehad. Op de locatie waar nu de vuilstort de Pol ligt, lag tot 1610 een versterkt huis of burcht (een Havezaete); Huize De Pol op de plek waar de Berkel in de IJssel uitmondde. Vanaf de 14de eeuw hebben er oliemolens, windpapiermolens, korenmolens en houtzaagmolens op de Mars gestaan. Met de komst van de nieuwe energietechnieken zoals vanaf 1877 stoomkracht, zijn de molens geleidelijk weer getransformeerd en afgebroken. Tussen 1700 en 1795 wordt er op de Mars gebouwd aan de vestingwerken. Rond 1700 worden ten noorden van het huidige spoor de vestingwerken aangelegd en tussen 1785 -1795 wordt er ter plekke van de vroegere Havezaete de Pol het Fort de Pol gebouwd. Tussen 1861 en 1865 wordt de spoorlijn dwars door de vestingwerken aangelegd. Gelijktijdig werd het Coenenspark aangelegd. Het zand dat uit de vijvers kwam werd gebruikt voor de aanleg van de spoordijk. Het park in de Engelse landschapsstijl werd gebruikt door de industriëlen en hun arbeiders. Zo werd het als proefterrein voor fietsers gebruikt die bij de plaatselijke fietsfabriek - firma Ter Horst - een fiets kochten. ‘s Winters werd er geschaatst en zomers werden er feesten en bloemencorso’s gehouden. De vijver had ook een commerciële functie namelijk als viskwekerij. Al vanaf 1916 begint het verval van het park. Ter wille van de opmars van de industrie worden de vijvers geleidelijk gedempt en het park opgeruimd. Op kaartbeelden uit 1850 is de lange rechte beplante laan te zien die vanaf de vestingwerken naar Fort de Pol loopt. Op deze plek loopt nu ongeveer de Marsweg. De kaartbeelden vanaf 1950 laten zien dat er verschillende havens worden gegraven, die later ook weer (gedeeltelijk) worden gedempt. Opvallend zijn verder in de kaartbeelden de spoorlijntjes die vanaf de havens via de Industrielaan, Oostzeelaan en een gedeelte van de Pollaan naar het rangeerterrein parallel aan het spoor liepen. Langs deze lijnen lopen nu nog delen van de huidige groenstructuur. KANSEN VOOR EEN CLEANTECH HUB DE MARS Er gebeurt veel op de Mars. Het Noorderkwartier is in ontwikkeling en met de pas geopende nieuwe tunnel onder het spoor wordt De Mars beter aangesloten op de binnenstad. Er liggen veel kansen om de Mars te revitaliseren tot een energieneutrale ‘Cleantech’ industrieterrein: het icoon voor de cleantech in Zutphen en de Stedendriehoek. Maar wat moet daarvoor gebeuren? Op bedrijfstechnisch niveau is het aan de bedrijven om hun productie zo ‘clean’ en ‘energieneutraal’ mogelijk te maken. Dit is een proces waar de bedrijven zelf, wellicht met aanmoediging en ondersteuning, goed toe in staat zijn. Het afvalproduct van het ene bedrijf kan een grondstof zijn voor een andere. Bij het energieneutraal en ‘clean’ maken van een gebied gaat het om het koppelen van vraag en aanbod van warmte, energie en grondstoffen. De noodzakelijke stap in dit proces is het samenwerken van bedrijven onderling. Ook dit gebeurt al
  • 47. HUB VOORUIT MAGAZINE 47 ‘‘ER LIGGEN VEEL KANSEN OM DE MARS TE REVITALISEREN TOT EEN ENERGIENEUTRAAL ‘CLEANTECH’ INDUSTRIETERREIN: HET ICOON VOOR DE CLEANTECH IN ZUTPHEN EN DE STEDENDRIEHOEK’’
  • 48. HUB VOORUIT MAGAZINE48 ontwikkelingen in een gebied. De energietransitie wordt hiermee een nieuwe ‘laag’ in gebiedsontwikkeling. Een interessante laag want hier valt geld te verdienen! De Hub aanpak start met het inventariseren van de aanwezige energie en grondstoffenbronnen in een gebied. DE HUB AANPAK VOOR DE MARS De Hub Vooruit aanpak ontwikkelt een gebiedseigen energiestrategie en koppelt deze aan de lopende of toekomstige ruimtelijke, sociale en maatschappelijke ontwikkelingen in een gebied. De energietransitie wordt hiermee een nieuwe ‘laag’ in gebiedsontwikkeling. Een interessante laag want hier valt geld te verdienen! De Hub aanpak start met het inventariseren van de aanwezige energie en grondstoffenbronnen in een gebied. Daarna wordt gekeken naar de vraag en aanbod kant. Welke bronnen kunnen via een netwerk aan een vraag gekoppeld worden. Welke infrastructuur is hiervoor noodzakelijk en op welke schaal moet die aangelegd worden. Het tweede onderzoek is de inventarisering van de ruimtelijke, sociale en maatschappelijke krachten die in een gebied spelen. Kan de energietransitie een rol spelen in die processen. Kunnen zij elkaar versterken? Uit deze analyse volgen de kansen voor een gebiedspecifieke energiestrategie. Wij hebben een eerste quickscan gedaan naar de kansen voor de Hub De Mars. op de Mars. Toch stranden deze initiatieven vaak omdat het economisch toch (nog) niet rendabel te maken is of omdat er nog teveel hordes te nemen zijn. Ondernemers zijn meestal wel bereid om te investeren maar het moet wel efficiënt en rendabel zijn. Hoe krijgen we het proces van de energietransitie in een versnelling? ‘‘DE HUB VOORUIT AANPAK ONTWIKKELT EEN GEBIEDSEIGEN ENERGIESTRATEGIE EN KOPPELT DEZE AAN DE LOPENDE OF TOEKOMSTIGE RUIMTELIJKE, SOCIALE EN MAATSCHAPPELIJKE ONTWIKKELINGEN IN EEN GEBIED.’’ DE HUB AANPAK VOOR DE MARS De Hub Vooruit aanpak ontwikkelt een gebiedseigen energiestrategie en koppelt deze aan de lopende of toekomstige ruimtelijke, sociale en maatschappelijke
  • 49. HUB VOORUIT MAGAZINE 49 QUICKSCAN BRONNEN EN STROMEN Er zijn al enkele bronnenstudies voor de gemeente Zutphen en de Mars uitgevoerd. Een degelijke analyse is noodzakelijk om een goed beeld te krijgen van de vraag en aanbod. D.m.v. een quickscan kunnen we enkele kansen omschrijven. A. Windkracht Er staan drie windmolens op de Mars, die langs de IJsseldijk ter hoogte van het Fort de Pol gepositioneerd zijn. Om de regio energieneutraal te maken is het plaatsen van windmolens noodzakelijk. In de Hub Vooruit regiostrategie stellen wij voor om enkele grotere windmolenclusters te maken. De windmolens worden gekoppeld aan cleantech bedrijventerrein en versterken daarmee het cleantech imago. Op de Mars zien wij kansen om op het noordelijk deel van het industrieterrein en met name in het gebied langs het Twentekanaal windmolens te plaatsen. Een zorgvuldig gepositioneerd cluster van windmolens markeert daarmee de noordentree van Zutphen. B. Restwarmte Binnen de Mars is er een overschot aan warmte, die vrijkomt bij de rioolwaterzuiveringen en enkele metaalverwerkingsbedrijven. Het project Transportsystemen Lochem – Zutphen transporteert huishoudelijk afvalwater en industrieel afvalwater afkomstig van de industriële lozer Friesland Campina (gemaal Kanaalstraat) naar de RWZI te Zutphen. Het water heeft een temperatuur van rond de 50 graden celsius. Daarnaast produceren de bedrijven GMB Bioenergie en Aurubis veel restwarmte. Het bedrijf DWA heeft in een onderzoek berekend dat de restwarmte in combinatie met de energie van bijvoorbeeld 7 windmolens, 15.000 huishoudens van warmte kunnen worden voorzien. Dit is 75% van de warmtebehoefte van heel Zutphen. Wat nodig is: een warmtenet voor distributie. Er zijn studies gedaan om een warmtenet aan te leggen maar die zijn vooralsnog gestrand op haalbaarheid. C. Zonne-energie Ieder bedrijf op de Mars zou eigen stroom moeten opwekken door zonnepanelen op en aan de bedrijfspanden. Minimaal zou in de eigen behoefte moeten kunnen worden voorzien maar beter is een overproductie
  • 50. HUB VOORUIT MAGAZINE50 energiefabrieken die kunnen vergisten, ontwateren, biologisch drogen en nutriënten terugwinnen. Ze halen uit slib wat erin zit, of het nu gas, warmte, stroom, water of nuttige meststoffen zijn. Dit bedrijf is een toonbeeld van cleantech bedrijfsvoering en zou als cleantech voorbeeld geëtaleerd kunnen worden. De positionering naast de gesaneerde vuilstort is hierin kansrijk. QUICKSCAN ONTWIKKELINGEN BESTAANDE SITUATIE A. Groen-, water- en recreatieve structuur Een vergroeningsstrategie voor de Mars is, in het kader van klimaatbestendigheid zeer aan te bevelen. te creëren voor de directe omgeving zoals de binnenstad of grote energievragende industrieën op de Mars zelf. Een eerste quikscan met behulp van de zonnekaart van Zutphen laat zien dat er alleen al op de bedrijfspanden potentieel 28 hectaren geschikt dakoppervlak is. Gesteld dat van die 28 hectaren ongeveer 50 % bruikbaar is dan zou 14,5 hectaren dakoppervlak middels zonnepanelen stroom kunnen opwekken. Uitgaande van de rekensom dat 1 m2 per jaar ongeveer 120 KWh oplevert betekent dat 17.400.000 kWh per jaar. Omgerekend en afgerond is dat stroom voor 5.000 huishoudens. Een enorme potentie dus; zeker wanneer men bedenkt dat de verticale wanden en eventuele braakliggende terreinen nog niet meegenomen zijn. De opgewerkte stroom zou in eerste instantie voor de bedrijven zelf ingezet moeten worden. In de Noorderhaven worden de komende jaren zo’n 1.000 woningen gebouwd. Deze daken zijn niet meegenomen in de berekening. Nieuwbouw zou zelfvoorzienend c.q. energieneutraal gebouwd moeten worden. ‘‘ OMGEREKEND EN AFGEROND IS DAT STROOM VOOR 5.000 HUISHOUDENS. EEN ENORME POTENTIE DUS.’’ D. Waterenergie Het is mogelijk om uit langzaam stromend water energie op te wekken. Te onderzoeken valt of langs de IJssel op de koppen van de schiereilanden en in het Twentekanaal voldoende stroming is om een Oryon watermill te plaatsen. Een idee is om de watermolens met een klein windmolentje en lichtelement te accentueren; de nieuwe bakens langs de IJssel. E. Grondstoffen stromen en biomassa Een onderzoek naar de mogelijkheid om bioenergie en grondstoffen uit het gebied en de directe omgeving te gebruiken is kansrijk. Op de Mars is het bedrijf GMB Bioenergie al bezig energie en grondstoffen uit reststromen te halen. De verwerkingslocaties zijn
  • 51. HUB VOORUIT MAGAZINE 51 De groenstructuur van de Mars is mager. Er zijn met uitzondering van de randen geen doorgaande structuren door het terrein. Wel zijn er nog enkele relicten te vinden van oude structuren en waterlopen. In een interview stelde de gebiedsbeheerder dat groen lastig te realiseren is in het gebied omdat de ondergrond bomvol met kabels en leidingen ligt. De waterstructuur is zeer versnipperd. De waterlopen die potentiële ecologische verbindingen kunnen zijn, zijn nu verstopt achter hekken, kademuren en loodsen. Met simpele maatregelen aan de oevers is waarschijnlijk grote ecologische winst te boeken. Dit zal de aantrekkelijkheid van de Mars versterken en tevens mogelijke wateroverlast kunnen verhelpen. Een recreatieve structuur is op dit moment nog nauwelijks aanwezig op de Mars. Met de bouw van de Noorderhaven komt daar voor de zuidelijke oevers van de IJssel op de Mars wel verandering in. Ter hoogte van Fort de Pol is in het kader van de sanering van de vuilstort een recreatief fietspad langs het Twentekanaal aangelegd. Dit pad stopt nu ter hoogte van de Industriehaven. Hier is sprake van een ‘missing link’ met de recreatieve structuren die gerealiseerd gaan worden bij de Noorderhaven. Langs het spoor is er op dit moment geen doorgaande
  • 52. HUB VOORUIT MAGAZINE52 wandel- en groenstructuur. Hier liggen wel kansen om van de spoorzone een ecologische en recreatieve verbinding te maken die tevens energie kan opwekken. B. Infrastructuur en mobiliteit Met de nieuwe brug over het Twentekanaal is een nieuwe entree voor Zutphen gecreëerd. Deze entree kan qua beeld aantrekkelijker en iconisch gemaakt worden. In het kader van moderne mobiliteit zou op deze plek een transferium van grote vrachtauto’s naar kleine elektrische voertuigen die de binnenstad bedienen kansrijk zijn. Er bestaat reeds een bedrijf Delta dat stadsdistributie koppelt aan een sociaal werkvoorzieningbedrijf: een kans om uit te bouwen. De fietsverbinding vanuit Deventer naar het station Zutphen, over de Mars, is momenteel niet erg aantrekkelijk. In het kader van moderne mobiliteit hebben wij in onze Hub Vooruit inzending geopteerd voor ‘fast lanes’; snelle doorgaande fietsverbindingen gekoppeld aan energieopwekking en het aanleggen van een netwerk. Wij zien een kans om deze fast lane over de nieuwe toegangsbrug tot aan het station door te trekken door het hart van de Mars. C. Noorderhaven De Noorderhaven is in ontwikkeling. Een kansrijk gebeid waar veel ontwikkeling in zit. De energieneutraliteit ambitie zou idealiter in deze nieuwbouw volledig geïntegreerd moeten zijn. Wij hebben op dit moment niet het overzicht of dat het geval is. Een quickscan om de gemiste kansen te ontdekken en eventueel de energieneutraliteit ambitie te versterken is aan te bevelen. D. Vuilstort Fort de Pol Fort de Pol was onderdeel van de IJssel linie en maakte deel uit van de Zutphense vesting. Het fort werd kort voor 1800 gebouwd. Het had tot doel de monding van De Berkel, de Polbeek en de Eefdese Beek, die daar gezamenlijk uitmondden in de IJssel, te verdedigen. Nadat het Fort in 1920 buiten gebruik raakte, werd op dit (destijds) afgelegen terrein tussen de inmiddels gedempte Polbeek en het Twentekanaal illegaal vuil gedumpt. Pas veel later is sprake van enige registratie van de vuilstort. In 2004 is gestart met het saneren van de vuilstort. Conform het saneringsplan is het materiaal geherschikt en vervolgens afgewerkt met een afdeklaag conform het Landschapsplan Fort de Pol. Dit plan bestaat uit een drietal terrassen tot een hoogte 24 meter. De sanering is inmiddels afgerond.
  • 53. HUB VOORUIT MAGAZINE 53 Hub de Mars, Cleantech icoon; slim netwerk click to connect Uit de analyse blijkt dat er veel kansen liggen om grondstoffen en warmte uit reststromen van bedrijven in het noorden van de Mars te koppelen aan industriële energie en warmtevragers. De Hub de Mars bestaat uit het maken van een slim netwerk dat tevens het beeldmerk van De Mars gaat worden. Gezien de fysieke financiële en juridische beperkingen is een nieuw ondergronds warmtenetwerk op de Mars lastig aan te leggen. Bij het zoeken naar oplossingen zijn wij geïnspireerd door efficiënte stromen en netwerksystemen zoals die op industrieterreinen zoals het oude Phillips terrein in Eindhoven of het DSM terrein in Limburg aanwezig zijn. Onze oplossing is om een warmtenet bovengronds aan te leggen; een ‘High-line’. Een flexibel systeem dat snel en relatief eenvoudig is aan te leggen. Een netwerk van stalen dragers die buizen kunnen dragen om bijvoorbeeld warmte op een snelle goedkope en efficiënte manier van A naar B te krijgen. Het hoofdnetwerk wordt (gefaseerd) aangelegd en volgt in grote lijnen de hoofdinfrastructuur. De leidingen vanuit de bedrijven worden door de bedrijven zelf aan elkaar gekoppeld al naar gelang de gewenste stofstromen. Aan het netwerk kunnen andere maatschappelijke functies gekoppeld worden zoals bruggen, voetpaden en groenstructuren. Daar waar een missing link is in het padensysteem op de begane grond kunnen groene paden op hoogte aangelegd worden. Voorbeelden hiervan zijn de High Line New York en de nieuwe parkbrug in Den Bosch. Zo’n missing link op de Mars is een brug over de industriehaven. Aan de High-Line kunnen zich ook pop-up stores vestigen. Immers de stroom-, water- en warmtevoorziening is eenvoudig en flexibel aan te leggen. In het hart van de Mars stellen wij voor om een fast lane over een gedeelte van de High-line te laten lopen. Deze fietsroute gaat over de drukke verkeersknooppunten heen en daalt over het oude spoordijkje langzaam naar het stationsplein; een super snelle fietsroute naar het station en de nieuwe tunnel naar het centrum en de IJsselbrug. De groenstrucuur wordt versterkt door in het centrale hart het Coenenspark in ere te herstellen. De bestaande centrumfuncties kunnen in een groen, representatief en klimaatbestendig park gesetteld worden. Een vijver kan overtollig regenwater infiltreren. Op deze plek kunnen tevens warmtekabels de grond in duiken. Als groenstructuurstrategie stellen wij voor om “groene parels” te maken daar waar het fysiek mogelijk is. Liever een paar mooie solitairen die honderd jaar oud kunnen worden als vele sprietjes die geen groeiruimte krijgen. Een uitgekiende beplantingsstrategie kan de kwaliteit en herkenbaarheid van de Mars vergroten. Alle groene parels worden maximaal ingericht om duurzaam te kunnen ontwikkelen. Fort de Pol wordt een educatieve energieheuvel. De drie terrassen worden optimaal ingezet als proeftuin voor opwekking van energie. De nieuwste technieken worden hier uitgeprobeerd. Bij een informatiecentrum aan de voet van de heuvel en de brug kan kennis gedeeld worden. Het 4 meter hoge uitkijkpunt is te voet te bereiken en op de top staat een iconisch zonnedak dat zonne-energie omzet in warmte. Kortom, er liggen zeer veel kansen om van De Mars een iconisch cleantech industrieterrein te maken. Het is een kwestie van beginnen: Hub Vooruit! ‘‘UIT DE ANALYSE BLIJKT DAT ER VEEL KANSEN LIGGEN OM GRONDSTOFFEN EN WARMTE UIT RESTSTROMEN VAN BEDRIJVEN IN HET NOORDEN VAN DE MARS TE KOPPELEN AAN INDUSTRIËLE ENERGIE EN WARMTEVRAGERS.’’
  • 54. HUB VOORUIT MAGAZINE54 ER WORDT AAN ALLE KANTEN MET AGENDA’S, PROGRAMMA’S EN WETTEN GEPUSHT OM TE WERKEN AAN ENERGIENEUTRALITEIT. ER IS HAAST EN NOODZAAK OM SCHONE, DUURZAME ENERGIEBRONNEN EN BEWUST- WORDING VOOR DUURZAAM GEBRUIK VAN ONZE GRONDSTOFFEN TE IMPLEMENTEREN IN ONZE LEEFOMGEVING. MAAR HOE KRIJGEN WE DE URGENTIE AAN DE MAN ÉN IN DE WORTELS VAN ONZE SAMENLEVING? DRAAGVLAK VOOR ENERGIETRANSITIE FOCUS VOOR HET ORGANISEREN VAN DE ENERGIENEUTRALE REGIO door Mariska Louman (Jelle Rijpma Advies)
  • 55. HUB VOORUIT MAGAZINE 55 HET ONTOEGANKELIJKE VOCABULAIRE VAN ENERGIE We hebben er allemaal wat jaren over gedaan om gevoel te krijgen bij kilobytes, megabytes, megabits en inmiddels Terabytes. Maar de eenheden GigaJoule, kilowattuur, Watt piek? Het verschil tussen warmte of elektra? Energie behoort vooral nog tot het (onaantrekkelijke?) domein van techneuten. En wanneer we de techneuten pas aan de achterkant van het proces aanschakelen, missen we een boel kansen. Waarom kan de bouwdoos voor energieneutraliteit niet leuker, makkelijker, prikkelender, visueel attractiever en voor iedereen toegankelijker worden? VAN TECHNISCH VOCABULAIRE NAAR EEN ATTRACTIEVE BELEVING Bij het woord energie doemen bij veel regio-spelers in gedachte veelal windmolens op, of grote oppervlakken blauwe zonnepanelen, of modderige gronden met pijpleidingen en armoedige installatie kasten. Maar energie is zoveel meer, kan zoveel meer zijn. Energie is óok een recreatieplas als waterbatterij, een fietspad wat energie opwekt, openbare verlichting die met je meefietst langs de weg wanneer je het nodig hebt. Veel partijen ontbreekt het nog aan voorstellingsvermogen van wat een ingreep met energie voor attractief beeld of uitnodigende plek kan opleveren. Discussies over wat energie ingrepen doen voor de ruimtelijke kwaliteit, kunnen wel eens een heel andere uitkomst krijgen, wanneer iedereen discussieert met eenzelfde wervend perspectief en visueel beeld in handen, niet geteisterd door de persoonsgebonden nachtmerrie. REFEREER AAN KWALITEIT VAN LEVEN Goed, het is een brug te ver om te verwachten dat iedereen zich direct een beeld kan vormen bij de energie tools die we in onze leefomgeving kunnen implementeren. Wat wel kan, is aansluiting zoeken bij de belevingswereld en de problemen van de mensen met de voeten in de aarde. Ik kan me zomaar voorstellen dat een boer tijdens het werken op zijn land met een leeg mobieltje in zijn handen komt te staan. Een overal met geïntegreerde zonnecellen zou dan toch maar mooi uitkomst kunnen bieden. En een tractor als wifi-hotspot is ook best een aardig idee. De kennismaking met energie en innovatiekansen komt zo, vanuit de invalshoek van kwaliteit van leven, dichtbij. Wil je energieneutraliteit laten landen in het DNA van je regio-spelers, dan moet energieneutraliteit dus geen doel op zich zijn. De echte opgave die aanspreekt, is kwaliteit van leven op peil houden in de regio. En dat behelst het integraal oplossen van ruimtelijke, sociale en technologische vraagstukken. Energie kan hierin een prachtige, waarde scheppende prikkel zijn richting oplossingen. SOLOZEILERS IN EEN ZEE AAN KEUZES Vaak is het beeld van wat een dorp, stad of regio moet doen aan energiemaatregelen, wil deze onafhankelijk kunnen functioneren van fossiele brandstoffen, troebel. Zowel bij de burgers, ondernemers en overheden die de stromen van energie moeten organiseren, is het een worsteling van jewelste in de zee aan energieneutrale tools. ‘Welke energie tool pakt nu het slimst uit?’, vragen gemeenten en regio’s zich af. Wanneer gemeenten een eigen accent kiezen binnen de range energie tools, die past bij hun identiteit en waar draagvlak voor is onder de mensen, is dat toe te juichen. Maar de inzet op één duurzame energiebron, zoals bijvoorbeeld zonnepanelen, blijkt uiteindelijk vaak niet voldoende om de gemeentelijke energiebalans op 0 te krijgen. Het vervelende is, dat wanneer het proces naar een gemeente op zonnepanelen volledig op stoom is, en een grote groep burgers en ondernemers gemobiliseerd is en overstag wil gaan, de buurgemeenten niét in het proces betrokken zijn. Deze blijken onmisbaar om het areaal aan windmolens dat nog extra nodig is, te kunnen neerzetten. Of de biomassa van de boeren op het achterland blijkt essentieel om het stedelijk wamtenet draaiende te houden. En wanneer deze partijen zich niet betrokken voelen, zullen zij niet geneigd zijn om de gemeente te ondersteunen bij deze opgave. De spelers in de regio moeten zich dus realiseren dat energieneutraliteit niet alleen lukt. En om te voorkomen dat de rekening voor energieneutraliteit op het bord komt van de minder mondige of minder gefortuneerde spelers of ten koste gaat van de ruimtelijke kwaliteit van het landschap, is een nieuwe verhouding tussen spelers nodig.
  • 56. HUB VOORUIT MAGAZINE56 COLLECTIEVE KEUZES VOOR EEN ENERGIE LANDSCHAP ALS COLLECTIEF GOED VAN DE REGIO De optelsom van initiatieven in de regio maakt dus geen neutrale energiebalans, zonder een paar stevige keuzes in het collectieve landschap. Er moet door de regionale spelers gezamenlijk gekozen worden, waar de grootschalige energie ingrepen, of de energie tools die niemand graag in zijn gemeente ziet verrijzen (windmolens bijvoorbeeld), het regio landschap ten goede kan komen. Waar wil de regio iets wel, en waar niet? Die keuzes moeten niet ingeboezemd worden door angst, maar door kansen voor een regionaal energielandschap als ‚Brand’: Een windmolen neerzetten, zodat er verder niets omheen kan gebeuren en dus de natuur zijn vrije gang kan gaan, is ook een vorm van natuurontwikkeling die een uniek en onderscheidend landschap ten goede kan komen. En dat is onderdeel van je attractiviteit als regio. Regio, durf te kiezen! ORGANISEER GELIJKWAARDIG PARTNERSCHAP We beseffen ons dat we af moeten van de bureaucratische context voor initiatieven en de nog vaak hiërarchische benadering van initiatiefnemers, waardoor goede ideeën onbedoeld in de kiem worden gesmoord. Alle spelers hebben elkaar keihard nodig om tot nieuwe allianties, organisatie- en verdienmodellen te komen om de energie neutrale regio haalbaar te maken. Dit betekent dat de verhoudingen veranderen en het niet perse meer zo is, dat wie betaalt, bepaalt. Een boer is in het spel van energieneutraliteit plotseling een belangrijke speler als het gaat om energieproductie met zonneakkers. Gelijkwaardig partnerschap wordt een absolute voorwaarde voor het slagen. Een organisatiemethode zoals sociocratie kan voor het vormgeven aan deze nieuwe partnerschappen een inspiratiebron zijn. Met deze methodiek kunnen ongelijkwaardige partijen (door verschil in grondbezit, schema: Het speelveld van energieneutraliteit in de regio, Mariska Louman, Jelle Rijpma Advies
  • 57. ‘‘WE BESEFFEN ONS DAT WE AF MOETEN VAN DE BUREAUCRATISCHE CONTEXT VOOR INITIATIEVEN EN DE NOG VAAK HIËRARCHISCHE BENADERING VAN INITIATIEFNEMERS, WAARDOOR GOEDE IDEEËN ONBEDOELD IN DE KIEM WORDEN GESMOORD.’’ HUB VOORUIT MAGAZINE 57 bestuurskracht of financiële positie) met een collectief doel (kwaliteit van leven, energie neutrale regio, Clean Tech Regio) op een gelijkwaardige wijze besluiten nemen*. TOP DOWN ÉN BOTTOM UP Bottom up initiatieven moeten doorgang vinden. Dat is je vliegende start én groot aandeel van je innovatiekracht en draagvlak op weg naar energieneutraliteit. Maar logischerwijs beginnen de meeste burgers en ondernemers vooral bij de eigen sores en portemonnee. En wanneer zij bijdragen aan de energieneutrale regio, is daar vaak al behoorlijk wat tijd, geld en energie aan vooraf gegaan. Het opschalen van hun individuele energie- initiatief met meerwaarde voor de regio, zien zij niet als hun roeping. Zo is de eigenaar van een bedrijfspand gefocust op het betaalbaar houden van zijn vastgoed. De rol van energie organisator voor zijn buurtgenoten naast zijn dagelijkse bezigheden, is niet zijn core business. Of het ontbreekt hem kortweg aan kennis-, organisatiekracht, of middelen om energie bedrijfsmatig uit te baten. Win-win situaties gaan verloren. Daarmee blijft het ook top down acteren. Om vervolgens, wanneer een groep mensen voldoende gemotiveerd, geactiveerd en gecoacht is, dit terug over te laten aan de mensen zelf. En dan uiteraard wel inclusief een organisatie- en verdienmodel wat recht doet aan de inspanning van deze groep koplopers, zodat zij zichzelf en de regio duurzaam kunnen bedruipen. * (https://nl.wikipedia.org/wiki/Consentbeginsel, http://www. jradvies.com/op-naar-gelijkwaardige-besluitvorming/)
  • 58. HUB VOORUIT!SLIM NETWERK: CLICK TO CONNECT MAGAZINE IN HET KADER VAN DE WINNENDE EO WIJERS 2015 INZENDING december 2015 ruimte-energie.nl hubvooruit.nl