Terugblik en synposis van de cursus over het klassieke ideaal in de kunst. Daarnaast ook aandacht voor de verspreiding van het ideaal door de kunstacademies in zestiende, zeventiende en achttiende eeuw in Rome, Parijs, Londen en Berlijn.
Syntra west brugge opleiding restauratie van schilderijen op andere dan gewev...bvba kerat
SYNTRA-WEST, BRUGGE
OPLEIDING RESTAURATIE VAN SCHILDERIJEN OP ANDERE DAN GEWEVEN DRAGERS
Voorbeeld van schriftelijk eindexamen
1. Beschrijf drager en schildertechniek van de Fayoem portretten.
2. Onder welke vorm worden Christus en Maria (als alleenstaande beeltenis) voorgesteld in de Iconen kunst? Geef de verschillende benamingen.
3. Is er beïnvloeding van de iconen kunst op de vroeg Italiaanse schilderkunst? Beschrijf en geef, zo mogelijk, voorbeelden.
4. 4. Welke “ontdekking” deed Brunelleschi in 1413? Welke invloed had deze op de schilderkunst? Geef en omschrijf één kenmerkend voorbeeld uit zowel Italië als uit de Zuidelijke Nederlanden.
5. Vergelijk opbouw en schildertechniek in Italië en in de Zuidelijke Nederlanden in de 15de eeuw.
6. Een klant brengt een schilderij binnen voor oppervlaktereiniging. Hij beweert dat het een “Vlaamse primitief” is uit de 15de eeuw. Onderzoek het schilderij en trek op basis van dit onderzoek uw conclusies.
7. Duidt de kenmerkende verschillen aan tussen werken geschilderd in ei-tempera en in olieverf.
8. Wat is: Een mandorla; typologie ; een antependium ; een trompe l’oeil
een sacra conversatione ; een sfumato ; een allegorie ; een vanitas
symboliek; églomisé ;
geef, zo mogelijk, telkens hiervan een voorbeeld.
9. Aan welke kenmerken, resp. Attributen herkennen wij volgende heiligen:
Johannes de Doper; Johannes de apostel; Judocus; Joris; Michaël; Barbara; Ursula; Catharina; Elisabeth; Margaretha; de Apostelen (algemeen kenmerk)
10. Van een paneelschilderij zijn de planken gekromd en van mekaar los gekomen; onderzoek dit schilderij en stel oplossingen voor met beschrijving van de techniek met daarbij de vermelding welke methodes u niet zou toepassen (en waarom).
11. U stelt vast dat een werk op paneel is aangetast door houtworm. Stel een behandelingsmethode voor en vermeldt ook de methodes die, volgens u, niet geschikt zijn (en waarom).
12. Maak een voorstel van restauratie van een paneelschilderij op, met vermelding van de verschillende onderzoeksmethodes en de voorgestelde oplossingen.
SYNTRA-WEST, BRUGGE
OPLEIDING RESTAURATIE VAN SCHILDERIJEN OP ANDERE DAN GEWEVEN DRAGERS
Voorbeeld vragen voor het schriftelijk eindexamen theoretische kennis
1. Beschrijf drager en schildertechniek van de Fayoemportretten
2. Is er beïnvloeding van de ikonenkunst op de vroeg Italiaanse schilderkunst? Beschrijf en geef, zo mogelijk, voorbeelden.
3. Welke “ontdekking” deed Bruneleschi in 1413? Welke invloed had deze op de schilderkunst? Geef en omschrijf één kenmerkend voorbeeld uit zowel Italië als uit de Zuidelijke Nederlanden.
4. Vergelijk opbouw en schildertechniek in Italië en in de Zuidelijke Nederlanden in de 15de eeuw.
5. Een klant brengt een schilderij binnen voor oppervlaktereiniging. Hij beweert dat het een “Vlaamse primitief” is uit de 15de eeuw. Onderzoek het schilderij en trek op basis van dit onderzoek uw
Deel van cursus restauratie van schilderijen op andere dan geweven dragers sy...bvba kerat
Schilderijenrestauratie kan een heel avontuur zijn. Een schilderij wordt best van aan alle kanten bekeken.
Want een restauratie van een kunstwerk is net als de verbouwing van een oud huis: je hebt een bepaald plan voor ogen en je begint er welgemoed aan, maar je weet nooit wat je zoal tegenkomt.
Een behandeling is nodig om het schilderij weer in een goede staat te krijgen.
het blijft altijd spannend, ook voor een ervaren restaurator.
Wat mankeert er zoal aan het schilderij?
Het eerste wat in het oog springt is de gelige kleur van de voorstelling, veroorzaakt door de verkleurde vernis. Olieverfschilderijen worden altijd van een beschermende vernislaag voorzien. Die zorgt ervoor dat de verf niet beschadigt en dat de voorstelling glans krijgt. Maar vernis vergeelt op den duur en het resultaat daarvan zien we hier. De blauwe en grijze tinten die in de lucht zitten worden door de gele vernis afgedekt, waardoor het schilderij er een beetje duf uitziet. Een vernisafname zorgt altijd voor een mooi effect, waarbij het net is alsof er een vitrage voor het schilderij wordt weggetrokken.
Maar met alleen het weghalen van de oude vernislaag zijn we er niet. Onder die laag kun je pas echt zien wat er met het schilderij aan de hand is. En daar beginnen dan ook de problemen. Zo is de verflaag tamelijk dun, bijvoorbeeld in de hemel, waar het linnen van het schildersdoek doorheen is te zien. Dat is op zich niet zo erg, ware het niet dat het schilderij in de eerste helft van de twintigste eeuw al eens een keer is gerestaureerd. Daarbij is de oorspronkelijke vernislaag verwijderd, waardoor de verflaag op een aantal plaatsen is aangetast. De restaurator van destijds heeft geprobeerd daar wat aan te doen, door gedeeltelijke overschilderingen of retouches aan te brengen.
Op de lange duur gaan die retouches verkleuren en dat levert storende vlekken in de voorstelling op, die het kijkplezier niet bepaald verhogen.
Hoe erg de dunne verflaag is aangetast door de eerdere restauratie, is pas te zien als alle retouches zijn verwijderd. Alweer de analogie met een verbouwing: als het behang en het pleisterwerk is verwijderd, kun je pas goed zien hoe de muren er aan toe zijn.
Ook de tuigage van de schepen kan door de eerdere restauratie zijn aangetast en gedeeltelijk zijn weggepoetst. Dat hebben we meer aan de hand gehad. In het ergste geval roept de restauratrice dan de hulp van onze modelrestaurator in, om aanwijzingen te krijgen hoe de tuigage moet hebben gelopen zodat ze die kan reconstrueren.
Bij de restauratie worden de beschadigde delen in de voorstelling opnieuw geretoucheerd. Maar voordat dat gebeurt, wordt er eerst een beschermende vernislaag aangebracht over de oorspronkelijke voorstelling. Het wachtwoord hierbij is reversibiliteit: een mooi woord voor het uitgangspunt dat een restauratie altijd ongedaan moet kunnen worden gemaakt. Want ook een nieuwe vernislaag vergeelt op den duur weer en over een goede eeuw moet het schilderij ook een nieuwe
Manufactum nl fr cnockaert frederik art restorateur conservator expert of artsbvba kerat
Kunst En Restauratie ATelier (Kerat), sinds 2002.
Frederik Cnockaert
De kunst van het restaureren van kunst. In Wervik, verscholen in het groen, ligt het atelier waar Frederik Cnockaert kunstwerken restaureert. Het is een ruim pand met volop licht en plaats om uiteenlopende kunstwerken op te frissen, te restaureren of te conserveren. Cnockaert leerde het vak aan gespecialiseerde scholen en bouwde in belangrijke musea in Vlaamse kunststeden een indrukwekkende ervaring op. Het mooiste werk dat hij voor restauratie in handen kreeg is een schilderij van Theodoor van Loon, een tijdgenoot van Rubens.
Kunstwerken restaureren vereist kennis van alle schildertechnieken en materialen en ervaring om schade feilloos te herstellen. Frederik Cnockaert beschikt over beide. Aan het Hoger Instituut voor Beeldende Kunsten Sint-Lucas in Gent volgde hij de opleiding Monumentale Beeldende Kunsten. En aansluitend het postgraduaat conservator en restaurateur van kunstvoorwerpen aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten, eveneens in Gent. Aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen vervolmaakte hij zich dan weer in bladgoudtechnieken en in de restauratie van polychromie op beelden.
Dankzij zijn vorming zou Cnockaert natuurlijk ook kunstschilder kunnen zijn. Maar dat trekt hem niet aan, het is niet zijn roeping. Restaureren is dat des te meer. Na zijn opleiding restaureerde hij schilderijen voor het Museum van Schone Kunsten en het Museum voor Industriële Archeologie en Textiel (MIAT) in Gent. Hij ging ook in Antwerpse musea aan de slag en in Brugge was hij acht jaar lang conservator-restaurator voor de historische stedelijke musea, zoals het Groeninge Museum, het Gruuthuse Museum en andere.
De tijd was rijp.
In 2002 vestigde hij zich in Wervik als zelfstandig restaurateur, vanuit zijn bedrijf Kunst En Restauratie ATelier, kortweg Kerat. De tijd was er rijp voor en de opdrachten lieten niet lang op zich wachten. Sindsdien werkt hij aan oude en moderne kunstobjecten: schilderijen op doek, koper, papier of hout en hun lijsten; al dan niet gepolychromeerde beelden in steen, gips of hout; en diverse papieren dragers. Hij reinigt, retoucheert, vervangt vernis, haalt oude herstellingen weg, behandelt tegen houtworm en schimmels, brengt een beschermlaag aan, herstelt, bedoekt …
Zijn opdrachtgevers voor restauratie of advies zijn bijzonder divers. Zowel professionelen (galeriehouders, antiquairs, architecten, erfgoedconsulenten) als privéverzamelaars vinden hun weg naar Kerat. In de loop van de jaren nam ook het aantal overheidsopdrachten toe (openbare besturen, musea en kerkfabrieken). Verzekeringsbedrijven kloppen bij hem aan voor expertises van beschadigde kunst die het voorwerp van een polis is. Of voor de herstelling of de restauratie ervan.
Restauratie hoeft niet altijd duur te zijn. Vaak geeft alleen al de vervanging van doffe of verkleurde vernis het werk een heel andere, frissere u
Gouden eeuw college 4 gary schwartz - grenzen van goudVeenMedia
De grenzen van goud: kunst in de Nederlandse Gouden Eeuw
De onvergelijkbare prestaties van Nederlandse kunstenaars in de Gouden Eeuw zijn legendarisch. Maar hoe onvergelijkbaar zijn ze eigenlijk? De bronnen waaruit Nederlandse kunstenaars inspiratie en voorbeelden putten liggen buiten de landsgrenzen. De kunst in de eregalerij van het Rijksmuseum is zichtbaar verwant aan, en soms niet te onderscheiden van, werk van kunstenaars in andere landen. Nederlandse kunstenaars werkten in alle landen van Europa en erbuiten. Toen de zeventiende eeuw voorbij was, ging de productie van hoogwaardige kunst op hoog niveau door. De spreker verkent geografische en chronologische grenzen om de Nederlandse kunst uit de Gouden Eeuw des te scherper in beeld te krijgen.
Gary Schwartz is in Brooklyn, New York geboren in 1940. Tussen 1956 en 1965 studeerde hij kunstgeschiedenis aan New York University en Johns Hopkins University in Baltimore. In 1965 kwam hij als Kress Fellow naar Nederland, waar hij gebleven is. Onder zijn publicaties zijn, naast tien andere boeken, standaardwerken over Rembrandt en Pieter Saenredam. Honderden artikelen en wetenschappelijke publicaties verschenen van zijn hand en ook op zijn website: de Schwartzlist. Schwartz is drager van de Prins Bernhard Cultuurfonds Prijs voor de Geesteswetenschappen.
Cisco Best Practices Webinar: How To Effictively Engage Your Customers on Fac...Josh Gibbs
This document discusses how businesses can effectively engage customers on Facebook. It notes that Facebook has over 350 million users who spend 55 minutes per day on the site. The document provides guidelines for businesses to follow like sharing relevant content, communicating throughout the customer's buying cycle, and integrating other social media. It also gives examples of business Facebook pages and concludes that businesses should join conversations, produce relevant content, and stay up-to-date on Facebook to engage customers.
James A. Connors Associates is an independent insurance brokerage firm that specializes in providing customized insurance and risk management programs for professional athletes. The firm was established in 1925 and takes a consultative approach to understand clients' unique needs and exposures in order to design cost-effective insurance solutions. The firm prides itself on offering superior client service and representing the interests of clients over insurance companies.
Spoken word poetry emerged in the late 1980s and early 1990s through poetry slams, where poets would compete against each other by battling with their words, similar to rap battles happening in the hip hop community at the time. The Nuyorican Poets Café was one of the first venues to hold spoken word in New York. HBO's Def Poetry then helped expose spoken word artists to a mainstream audience, leading to more open mic events across the US featuring spoken word and singing.
The document discusses the history and development of the Capitoline Hill in Rome, including its sculptural decoration over time. It covers the hill's use in Roman times, its development in the medieval and Renaissance periods under figures like Michelangelo and Pope Paul III, and the shifting emphases of sculptural works placed there over time, from a retribution by Sixtus IV to glorifications of Roman emperors and republic. It notes Piranesi's depictions of the hill in the 18th century built upon this appropriation of Roman power and artistry.
The document is a collection of photos from the author Grace Cornett's life organized into sections from infancy through middle childhood. In infancy she shares photos of herself around 6 months and 8 months old, including one in a backyard bathtub. As a toddler she walked at 9 months and wore a bikini at 18 months. During preschool she lived with her grandparents and had a close relationship with her grandfather. Ages 3 to 5 were happy as she was advanced and photos include her with a dog, first day of kindergarten, and birthday celebrations. She began 1st grade eager to learn and has always been curious. Her relationship with her mother has always been close.
Terugblik en synposis van de cursus over het klassieke ideaal in de kunst. Daarnaast ook aandacht voor de verspreiding van het ideaal door de kunstacademies in zestiende, zeventiende en achttiende eeuw in Rome, Parijs, Londen en Berlijn.
Syntra west brugge opleiding restauratie van schilderijen op andere dan gewev...bvba kerat
SYNTRA-WEST, BRUGGE
OPLEIDING RESTAURATIE VAN SCHILDERIJEN OP ANDERE DAN GEWEVEN DRAGERS
Voorbeeld van schriftelijk eindexamen
1. Beschrijf drager en schildertechniek van de Fayoem portretten.
2. Onder welke vorm worden Christus en Maria (als alleenstaande beeltenis) voorgesteld in de Iconen kunst? Geef de verschillende benamingen.
3. Is er beïnvloeding van de iconen kunst op de vroeg Italiaanse schilderkunst? Beschrijf en geef, zo mogelijk, voorbeelden.
4. 4. Welke “ontdekking” deed Brunelleschi in 1413? Welke invloed had deze op de schilderkunst? Geef en omschrijf één kenmerkend voorbeeld uit zowel Italië als uit de Zuidelijke Nederlanden.
5. Vergelijk opbouw en schildertechniek in Italië en in de Zuidelijke Nederlanden in de 15de eeuw.
6. Een klant brengt een schilderij binnen voor oppervlaktereiniging. Hij beweert dat het een “Vlaamse primitief” is uit de 15de eeuw. Onderzoek het schilderij en trek op basis van dit onderzoek uw conclusies.
7. Duidt de kenmerkende verschillen aan tussen werken geschilderd in ei-tempera en in olieverf.
8. Wat is: Een mandorla; typologie ; een antependium ; een trompe l’oeil
een sacra conversatione ; een sfumato ; een allegorie ; een vanitas
symboliek; églomisé ;
geef, zo mogelijk, telkens hiervan een voorbeeld.
9. Aan welke kenmerken, resp. Attributen herkennen wij volgende heiligen:
Johannes de Doper; Johannes de apostel; Judocus; Joris; Michaël; Barbara; Ursula; Catharina; Elisabeth; Margaretha; de Apostelen (algemeen kenmerk)
10. Van een paneelschilderij zijn de planken gekromd en van mekaar los gekomen; onderzoek dit schilderij en stel oplossingen voor met beschrijving van de techniek met daarbij de vermelding welke methodes u niet zou toepassen (en waarom).
11. U stelt vast dat een werk op paneel is aangetast door houtworm. Stel een behandelingsmethode voor en vermeldt ook de methodes die, volgens u, niet geschikt zijn (en waarom).
12. Maak een voorstel van restauratie van een paneelschilderij op, met vermelding van de verschillende onderzoeksmethodes en de voorgestelde oplossingen.
SYNTRA-WEST, BRUGGE
OPLEIDING RESTAURATIE VAN SCHILDERIJEN OP ANDERE DAN GEWEVEN DRAGERS
Voorbeeld vragen voor het schriftelijk eindexamen theoretische kennis
1. Beschrijf drager en schildertechniek van de Fayoemportretten
2. Is er beïnvloeding van de ikonenkunst op de vroeg Italiaanse schilderkunst? Beschrijf en geef, zo mogelijk, voorbeelden.
3. Welke “ontdekking” deed Bruneleschi in 1413? Welke invloed had deze op de schilderkunst? Geef en omschrijf één kenmerkend voorbeeld uit zowel Italië als uit de Zuidelijke Nederlanden.
4. Vergelijk opbouw en schildertechniek in Italië en in de Zuidelijke Nederlanden in de 15de eeuw.
5. Een klant brengt een schilderij binnen voor oppervlaktereiniging. Hij beweert dat het een “Vlaamse primitief” is uit de 15de eeuw. Onderzoek het schilderij en trek op basis van dit onderzoek uw
Deel van cursus restauratie van schilderijen op andere dan geweven dragers sy...bvba kerat
Schilderijenrestauratie kan een heel avontuur zijn. Een schilderij wordt best van aan alle kanten bekeken.
Want een restauratie van een kunstwerk is net als de verbouwing van een oud huis: je hebt een bepaald plan voor ogen en je begint er welgemoed aan, maar je weet nooit wat je zoal tegenkomt.
Een behandeling is nodig om het schilderij weer in een goede staat te krijgen.
het blijft altijd spannend, ook voor een ervaren restaurator.
Wat mankeert er zoal aan het schilderij?
Het eerste wat in het oog springt is de gelige kleur van de voorstelling, veroorzaakt door de verkleurde vernis. Olieverfschilderijen worden altijd van een beschermende vernislaag voorzien. Die zorgt ervoor dat de verf niet beschadigt en dat de voorstelling glans krijgt. Maar vernis vergeelt op den duur en het resultaat daarvan zien we hier. De blauwe en grijze tinten die in de lucht zitten worden door de gele vernis afgedekt, waardoor het schilderij er een beetje duf uitziet. Een vernisafname zorgt altijd voor een mooi effect, waarbij het net is alsof er een vitrage voor het schilderij wordt weggetrokken.
Maar met alleen het weghalen van de oude vernislaag zijn we er niet. Onder die laag kun je pas echt zien wat er met het schilderij aan de hand is. En daar beginnen dan ook de problemen. Zo is de verflaag tamelijk dun, bijvoorbeeld in de hemel, waar het linnen van het schildersdoek doorheen is te zien. Dat is op zich niet zo erg, ware het niet dat het schilderij in de eerste helft van de twintigste eeuw al eens een keer is gerestaureerd. Daarbij is de oorspronkelijke vernislaag verwijderd, waardoor de verflaag op een aantal plaatsen is aangetast. De restaurator van destijds heeft geprobeerd daar wat aan te doen, door gedeeltelijke overschilderingen of retouches aan te brengen.
Op de lange duur gaan die retouches verkleuren en dat levert storende vlekken in de voorstelling op, die het kijkplezier niet bepaald verhogen.
Hoe erg de dunne verflaag is aangetast door de eerdere restauratie, is pas te zien als alle retouches zijn verwijderd. Alweer de analogie met een verbouwing: als het behang en het pleisterwerk is verwijderd, kun je pas goed zien hoe de muren er aan toe zijn.
Ook de tuigage van de schepen kan door de eerdere restauratie zijn aangetast en gedeeltelijk zijn weggepoetst. Dat hebben we meer aan de hand gehad. In het ergste geval roept de restauratrice dan de hulp van onze modelrestaurator in, om aanwijzingen te krijgen hoe de tuigage moet hebben gelopen zodat ze die kan reconstrueren.
Bij de restauratie worden de beschadigde delen in de voorstelling opnieuw geretoucheerd. Maar voordat dat gebeurt, wordt er eerst een beschermende vernislaag aangebracht over de oorspronkelijke voorstelling. Het wachtwoord hierbij is reversibiliteit: een mooi woord voor het uitgangspunt dat een restauratie altijd ongedaan moet kunnen worden gemaakt. Want ook een nieuwe vernislaag vergeelt op den duur weer en over een goede eeuw moet het schilderij ook een nieuwe
Manufactum nl fr cnockaert frederik art restorateur conservator expert of artsbvba kerat
Kunst En Restauratie ATelier (Kerat), sinds 2002.
Frederik Cnockaert
De kunst van het restaureren van kunst. In Wervik, verscholen in het groen, ligt het atelier waar Frederik Cnockaert kunstwerken restaureert. Het is een ruim pand met volop licht en plaats om uiteenlopende kunstwerken op te frissen, te restaureren of te conserveren. Cnockaert leerde het vak aan gespecialiseerde scholen en bouwde in belangrijke musea in Vlaamse kunststeden een indrukwekkende ervaring op. Het mooiste werk dat hij voor restauratie in handen kreeg is een schilderij van Theodoor van Loon, een tijdgenoot van Rubens.
Kunstwerken restaureren vereist kennis van alle schildertechnieken en materialen en ervaring om schade feilloos te herstellen. Frederik Cnockaert beschikt over beide. Aan het Hoger Instituut voor Beeldende Kunsten Sint-Lucas in Gent volgde hij de opleiding Monumentale Beeldende Kunsten. En aansluitend het postgraduaat conservator en restaurateur van kunstvoorwerpen aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten, eveneens in Gent. Aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen vervolmaakte hij zich dan weer in bladgoudtechnieken en in de restauratie van polychromie op beelden.
Dankzij zijn vorming zou Cnockaert natuurlijk ook kunstschilder kunnen zijn. Maar dat trekt hem niet aan, het is niet zijn roeping. Restaureren is dat des te meer. Na zijn opleiding restaureerde hij schilderijen voor het Museum van Schone Kunsten en het Museum voor Industriële Archeologie en Textiel (MIAT) in Gent. Hij ging ook in Antwerpse musea aan de slag en in Brugge was hij acht jaar lang conservator-restaurator voor de historische stedelijke musea, zoals het Groeninge Museum, het Gruuthuse Museum en andere.
De tijd was rijp.
In 2002 vestigde hij zich in Wervik als zelfstandig restaurateur, vanuit zijn bedrijf Kunst En Restauratie ATelier, kortweg Kerat. De tijd was er rijp voor en de opdrachten lieten niet lang op zich wachten. Sindsdien werkt hij aan oude en moderne kunstobjecten: schilderijen op doek, koper, papier of hout en hun lijsten; al dan niet gepolychromeerde beelden in steen, gips of hout; en diverse papieren dragers. Hij reinigt, retoucheert, vervangt vernis, haalt oude herstellingen weg, behandelt tegen houtworm en schimmels, brengt een beschermlaag aan, herstelt, bedoekt …
Zijn opdrachtgevers voor restauratie of advies zijn bijzonder divers. Zowel professionelen (galeriehouders, antiquairs, architecten, erfgoedconsulenten) als privéverzamelaars vinden hun weg naar Kerat. In de loop van de jaren nam ook het aantal overheidsopdrachten toe (openbare besturen, musea en kerkfabrieken). Verzekeringsbedrijven kloppen bij hem aan voor expertises van beschadigde kunst die het voorwerp van een polis is. Of voor de herstelling of de restauratie ervan.
Restauratie hoeft niet altijd duur te zijn. Vaak geeft alleen al de vervanging van doffe of verkleurde vernis het werk een heel andere, frissere u
Gouden eeuw college 4 gary schwartz - grenzen van goudVeenMedia
De grenzen van goud: kunst in de Nederlandse Gouden Eeuw
De onvergelijkbare prestaties van Nederlandse kunstenaars in de Gouden Eeuw zijn legendarisch. Maar hoe onvergelijkbaar zijn ze eigenlijk? De bronnen waaruit Nederlandse kunstenaars inspiratie en voorbeelden putten liggen buiten de landsgrenzen. De kunst in de eregalerij van het Rijksmuseum is zichtbaar verwant aan, en soms niet te onderscheiden van, werk van kunstenaars in andere landen. Nederlandse kunstenaars werkten in alle landen van Europa en erbuiten. Toen de zeventiende eeuw voorbij was, ging de productie van hoogwaardige kunst op hoog niveau door. De spreker verkent geografische en chronologische grenzen om de Nederlandse kunst uit de Gouden Eeuw des te scherper in beeld te krijgen.
Gary Schwartz is in Brooklyn, New York geboren in 1940. Tussen 1956 en 1965 studeerde hij kunstgeschiedenis aan New York University en Johns Hopkins University in Baltimore. In 1965 kwam hij als Kress Fellow naar Nederland, waar hij gebleven is. Onder zijn publicaties zijn, naast tien andere boeken, standaardwerken over Rembrandt en Pieter Saenredam. Honderden artikelen en wetenschappelijke publicaties verschenen van zijn hand en ook op zijn website: de Schwartzlist. Schwartz is drager van de Prins Bernhard Cultuurfonds Prijs voor de Geesteswetenschappen.
Cisco Best Practices Webinar: How To Effictively Engage Your Customers on Fac...Josh Gibbs
This document discusses how businesses can effectively engage customers on Facebook. It notes that Facebook has over 350 million users who spend 55 minutes per day on the site. The document provides guidelines for businesses to follow like sharing relevant content, communicating throughout the customer's buying cycle, and integrating other social media. It also gives examples of business Facebook pages and concludes that businesses should join conversations, produce relevant content, and stay up-to-date on Facebook to engage customers.
James A. Connors Associates is an independent insurance brokerage firm that specializes in providing customized insurance and risk management programs for professional athletes. The firm was established in 1925 and takes a consultative approach to understand clients' unique needs and exposures in order to design cost-effective insurance solutions. The firm prides itself on offering superior client service and representing the interests of clients over insurance companies.
Spoken word poetry emerged in the late 1980s and early 1990s through poetry slams, where poets would compete against each other by battling with their words, similar to rap battles happening in the hip hop community at the time. The Nuyorican Poets Café was one of the first venues to hold spoken word in New York. HBO's Def Poetry then helped expose spoken word artists to a mainstream audience, leading to more open mic events across the US featuring spoken word and singing.
The document discusses the history and development of the Capitoline Hill in Rome, including its sculptural decoration over time. It covers the hill's use in Roman times, its development in the medieval and Renaissance periods under figures like Michelangelo and Pope Paul III, and the shifting emphases of sculptural works placed there over time, from a retribution by Sixtus IV to glorifications of Roman emperors and republic. It notes Piranesi's depictions of the hill in the 18th century built upon this appropriation of Roman power and artistry.
The document is a collection of photos from the author Grace Cornett's life organized into sections from infancy through middle childhood. In infancy she shares photos of herself around 6 months and 8 months old, including one in a backyard bathtub. As a toddler she walked at 9 months and wore a bikini at 18 months. During preschool she lived with her grandparents and had a close relationship with her grandfather. Ages 3 to 5 were happy as she was advanced and photos include her with a dog, first day of kindergarten, and birthday celebrations. She began 1st grade eager to learn and has always been curious. Her relationship with her mother has always been close.
James Ensor. De intrede van Christus in Brussel in 1889
De Omweg Naar Pisa
1. De omweg van Rome naar Pisa
De Franse gotiek als conditio sine qua non voor de
wedergeboorte van de klassieke beeldhouwkunst in Italië
Martin Lok
12 februari 2010
2. Stelling:
Zonder de opleving van de klassieke
beeldtaal in de gotische kathedralen van
Frankrijk (Chartres, Parijs, Reims) zou de
wedergeboorte van de klassieke
beeldhouwkunst in Italië niet mogelijk
zijn geweest.
Vrij naar:
Erwin Panofsky, Renaissance and
Renascences in Western Art, 1960.
3. Enkele relevante punten van Erwin Panofsky in
relatie tot beeldhouwkunst
• Klassieke beeldhouwers benaderden het
menselijk lichaam als zelfstandig
fenomeen
• Romaanse beeldhouwers mistten deze
essentie van de klassieke
beeldhouwkunst
• De toegenomen axialiteit van de
gotische architectuur en de opkomst van
de statue-colonne gaf het menselijk
lichaam in de beeldhouwkunst zijn
zelfstandigheid terug
• Daardoor kon het ‘oppervlakkige
classicisme’ van de vroege gotiek later
‘intrinsiek’ worden
4. Panofsky: De opleving van de klassieke
beeldhouwkunst begint in Italië in de dertiende
eeuw in Sicilië (aan het hof van Frederick II),
dankzij invloeden van de Franse gotiek.
“Here a new intimacy with the Antique was achieved, not in spite
but because of this influence, and while there is nothing in the
Portail Royal or its derivates that would account for the classical
vocabulary of the Monreale capitals, including nude putti, only the
experience of a style that had revived the concept of axiality could
have enabled their makers to understand classical syntax. It is, I
believe, thanks to the continuance and intensification of this
contact with France … that a classicism compatible to that of
Reims came into being in Italy.”
(Panofsky, 1960, Renaissance and Renascences in Western Art, pagina 65)
5. Kortom, volgens Panofsky zou de klassieke
beeldhouwkunst uit Rome in de dertiende eeuw Toscane
weer bereiken langs een omweg via Reims en Palermo.
6. Hoe verdedigbaar is Panofsky’s stelling?
een verkenning langs vier Toscaanse kansels
7. Centrale vragen voor mijn
werkstuk en referaat
• Wat zijn in termen van techniek, stijl, iconografie en
toepassing de klassieke en gotische ingrediënten van de
kansels?
• Wat kan je zeggen over herkomst en ontwikkeling
hiervan?
• Is de gotische invloed uit Frankrijk een conditio sine qua
non geweest voor de de ontwikkeling van de
beeldhouwkunst van de kansels?
8. Intermezzo I: kansels in Italië
• Kansels waren al vroeg
belangrijke kerkelijke
meubelstukken
• In Toscane meestal rechthoekig,
met eenvoudige sculpturale
reliëfs (elders wel rond/
meerhoekig, maar dan minder
sculpturaal)
• Voorbeeld van Guido da Como
(1250, San Bartolome, Pistoia)
9. Intermezzo II: vader & zoon Pisano
• Nicola Pisano • Giovanni Pisano
1220/25-1284 1248-1319
• De Apulia • De Pisa
• Zuidelijke invloeden (hof • Opleiding bij zijn vader
van Frederick II) (met Arnolfo di Cambio)
• Vasari: Nicola Pisano was • Zou op reis zijn geweest
onder de indruk van naar Frankrijk (met zijn
klassieke sculptuur vader?)
(Meleager-sarcofaag)
• Veel gotische dan zijn vader
10. Inspiratie voor Nicola: Sarcofaag Meleager en de jacht op
het wild zwijn (derde eeuw nChr, Pisa, Campo Santo)
12. Erwin Panofsky:
“The style of Nicolo Pisano is rooted … in the “proto-
Renaissance of the twelfth century” as modified by the
developments in the Ile-de-France and Champagne.
And unlike Cimabue neither Arnolfo nor Nicolo had, if
one may say, his Giotto. … The influence of Nicolo
Pisano was neutralized … by that of his own son,
Giovanni, who, while foreshadowing Donatello and
Michelangelo in the spirit, was certainly more “Gothic”
than his father in the flesh.”
Renaissance and Renascences in Western art, 1960, pagina 117
13. Terug naar de kansels
• Wat zijn in termen van techniek, stijl, iconografie en toepassing de klassieke
en gotische ingrediënten van de kansels?
• Wat kan je zeggen over herkomst en ontwikkeling hiervan?
• Is de gotische invloed uit Frankrijk een conditio sine qua non geweest voor
de de ontwikkeling van de beeldhouwkunst van de kansels?
14. Belangrijkste geraadpleegde
(nog te raadplegen) literatuur
• Eloise M. Angiola, “Nicola Pisano, Federigo Visconti, and the Classical Style in Pisa”,
The Art Bulletin, vol. 59, no. 1 (March 1977), pp. 1-27
• Enzo Carli, 1943, Il Pulpito di Siena, Bergamo
• G.H. Crichton, 1938, Nicola Pisano and the revival of sculpture in Italy, Cambridge
• Anita Fiderer Moskowitz, 2001, Italian Gothic Sculpture c.1250-c.1400, Cambridge
• Antje Middeldorf-Kosegarten, “Nicola und Giovanni Pisano 1268-1278”, Jahrbuch
der Berliner Museen, Bd. 11 (1969), pp. 36-80
• John Pope-Hennessy, 1952, Italian Gothic Sculpture in the V&A Museum, London
• John Pope-Hennessy, 1996, An introduction to Italian sculpture,Volume I, Italian
sculpture, London
• Giorgio Vasari, Leven van Nicola en Giovanni Pisano
15. Pisa - Baptistero
Nicola Pisano, 1260
• Vernieuwend: vrijstaande zeshoekige vorm
(vanwege plaatsing in een rond Baptistero?)
• Hij verlaat het pad van de gestileerde
reliëfs van zijn voorgangers en zoekt zijn
inspiratie bij de klassieken en de gotiek
• Architecturale kader heeft gotische trekjes
(onderbouw en drievoudige zuiltjes)
• Reliëfs doen denken aan sarcofagen, maar
het narratief heeft een Franse tongval
• Nicola ontpopt zich als een echte
verhalenverteller (“Het woord is steen
geworden”)
16.
17.
18.
19.
20.
21. Angiola: “bewuste terugkeer
naar de klassieken?”
• Opdrachtgever van de kansel was
waarschijnlijk aartsbisschop
Federigo Visconti (1254-1277)
• Context van de contemporaine
monumenten (en de kansel): de
identiteit van de zelfbewuste
Commune van Pisa
• Daarbij keek men terug naar ‘Rome’
en niet vooruit naar de Renaissance
• Terugkeer naar klassieken: geen
kwestie van persoonlijke smaak,
maar opdracht
22. Siena - Duomo
Nicola Pisano c.s., 1265-1268
• Opdracht is bewaard gebleven; benoemd
Arnolfo di Cambio en Giovanni als
medewerkers
• Qua vorm voortbordurend op Pisa; nu
achthoekig; de beeldhouwkunst bedekt
een groter deel van de architectuur
• De relatief zware klassieke stijl in de reliëfs
wordt vervangen door meer elegantie en
zachtere plooival (het gotische ideaal)
• Emotionaliteit en naturalisme neemt
verder toe
23.
24.
25.
26.
27. Pistoia - Sant’Andrea
Giovanni Pisano, 1301
• Giovanni was bijna 50 toen hij de
opdracht kreeg
• Rivaliteit met zijn vader: Giovanni
zet zichzelf in een inscriptie neer als
grootste beeldhouwer ooit
• Vergelijkbare vorm als Pisa, enige
echt nieuwe is de gotische spitsboog
(gevoel van verheffing)
• Ook hier verovert het
beeldhouwwerk het geheel
• Nieuw is de communicatie tussen de
figuren
28.
29.
30. Pisa - Duomo
Giovanni Pisano c.s., 1301-1312
• Vaak als de mindere van de kansels gezien;
veel ‘assistentenwerk’
• Ook hier is veel gesjouwd; zelfs langere tijd in
opslag geweest (goed gereconstrueerd?)
• Introductie van het vrouwelijk naakt (Venus
Pudica)
• Meest figuratieve van de kansels, vooral ook
aan de onderzijde
• Met name bij de dragers zien we dat Giovanni
weer wat afstand neemt van de gotiek en
vooral bij de klassieken zijn inspiratie zoekt
31.
32.
33. Terug naar het begin:
“Zonder Frankrijk geen opleving
van de klassieken in Italië?”
• Baptistero Pisa: nee, het klassieke was intentioneel en vaak direct
geciteerd
• Maar, de gotiek was drager van de klassieke opleving: zowel letterlijk
(onderbouw) als figuurlijk (beeldhouwkunst als ‘grote verteller’)
• Siena - Pistoia - Duomo Pisa: de gotische invloed neemt verder toe.
Zowel in stijl als iconografie. Net als bij de kathedralen neemt de
beeldhouwkunst de hoofdrol van de architectuur over
• Tegelijkertijd is duidelijk te zien dat de gotische reikwijdte in Italië
geen lang leven beschoren was: een halve eeuw na de eerste kansel
dringt de ‘eigen’ klassieke beeldhouwkunst weer naar voren; zoals
blijkt uit de Venus Pudica
34. Gotiek als conditio sine qua non voor de opleving
van de klassieke beeldhouwkunst?
• Nee, in termen van imitatio en emulatio (de directe citaten waren ‘van om
de hoek’)
• Ja, in termen van het belang van beeldhouwkunst als grote verteller
• Ja, in termen van emotionaliteit, als drager van de boodschap
Editor's Notes
Wat Nicola doet: brengt de vorm uit het zuiden samen met de reliëfs van het noorden (verhalenvertellen)
Geboorte-paneel, met een Aankondiging en een Vlucht naar Egypte.
Nicola wilde zijn verhaal op een aansprekende en geloofwaardige wijze vertellen. Veel naturalistische details(geiten). Alle figuren hebben massa en levensechtheid. Er is ook beweging, al blijft de scène als geheel ook nog wat statisch aandoen.
Kathedraal van Modena, Wiligelmo, ca. 1110, reliëfs op de westfaçade
Fortitude, Hercules, of, volgens Eloise Angiola, Daniël
Voorbeeld van een direct citaat: zittende Maria is afgeleid van Phaedra op de sarcofaag van Hyppolytus en Phaedra op het Campo Santo.
Bouwactiviteiten rondom Piazza del Duomo illustreren de ambities van Pisa, zowel religieus als seculier. Het Baptisterium speelde daarbij een bredere rol dan een louter religieuze, en was ook belangrijk voor het politieke (civic) leven van de Commune. Dit betekent ook dat het Baptisterium veel vaker dan eenmaal per jaar werd gebruikt (in die tijd beperkt aantal doop-ceremonies). Dit frequente gebruik kan ook de behoefte aan de gedecoreerde kansel verklaren. Belangrijk is ook de relatie tussen de doop en het civiele leven in Middeleeuws Pisa. Het baptisterium als symbool voor de civiele eenheid van een samenleving.
Groter en complexer dan Pisa. Veel mee gesjouwd. Staat nu op een verhoging. Door extra panelen Kindermoord erbij en Laatste Oordeel over twee panelen. Ook tussen de panelen figuren; continue panorama. Figuren in de panelen zijn kleiner, voller geheel, dieper ingesneden, compositie versterkt de beweging de diepte in. Toenemend realisme.
Naturalisme neemt verder toe; neger. Het tumutueuze van de processie. Modeleren van het incarnaat, halfopen monden e.d. leidt tot een nieuwe emotionaliteit.
Byzantijnse roots die in Pisa nog zichtbaar zijn verdwijnen; aanpassing aan gotische smaak. Christus blijft prominent, met neerhangende hoofd dat het tot een menselijk drama maakt. Treurende figuren maken het tot een voelbare tragedie waar kijker zich mee kan vereenzelvigen. Flauwvallende Maagd; gekoppeld aan een treurende Johannes. Pope-Hennessy legt hierbij de link met ivoorsnijwerk dat mogelijk als inspiratiebron heeft gediend. Opoffering van Christus wordt zo voelbaar.
Christus heeft hier geen klassiek hoofd en lichaam meer, maar de zachtere trekken van de gotiek; vergelijking met de Beau Dieu.
Zie hier de communicatie tussen de figuren; Gabriël en Maria; de vrouwen die Christus baden. Ook zeer naturalistisch: Volgens Moscowitz het eerste realistische pasgeboren kind uit de kunstgeschiedenis.
Compositionele en expressieve kracht van Giovanni Pisano. Lijkt chaotisch, maar duidelijke diagonaal van koning Herodus naar treurende moeders linksonder. Contrast zachte draperieën en harde lijnen ernaast versterkt de emotionaliteit van het geheel. Figuren boven ook dieper uitgesneden dan figuren onder, om leesbaarheid te vergrotem.