Het rapport 'Benchmark facilitaire organisaties' laat u zien hoe de facilitaire organisaties - per sector - zijn ingericht en welke keuzes daarbij zijn gemaakt. Het geeft u inzicht in waar uw facilitaire organisatie staat ten opzichte van de markt. En het biedt u inspiratie voor verdere professionalisering.
Het 7S-model is een hulpmiddel om het begrip organisatie te benaderen. Het doet recht aan de complexiteit van organisaties. Het 7S-model kent hardwareaspecten (rationeel, hard), maar doet ook recht aan de softwareaspecten (zacht, emotioneel) die aan een organisatie zitten.
Hardware: strategie, structuur en systemen.
Software: cultuur, stijl, sleutelvaardigheden en personeel.
The document provides information about Aquaduct, a company that supplies and installs linear drain covers. It describes their product lines which include square, round, and designer drain covers made from materials like stainless steel, bronze, and brass. The document also details fitting specifications, technical specifications, customization options, an exclusive designer range, and illumination kits. Contact information is provided to learn more.
Het rapport 'Benchmark facilitaire organisaties' laat u zien hoe de facilitaire organisaties - per sector - zijn ingericht en welke keuzes daarbij zijn gemaakt. Het geeft u inzicht in waar uw facilitaire organisatie staat ten opzichte van de markt. En het biedt u inspiratie voor verdere professionalisering.
Het 7S-model is een hulpmiddel om het begrip organisatie te benaderen. Het doet recht aan de complexiteit van organisaties. Het 7S-model kent hardwareaspecten (rationeel, hard), maar doet ook recht aan de softwareaspecten (zacht, emotioneel) die aan een organisatie zitten.
Hardware: strategie, structuur en systemen.
Software: cultuur, stijl, sleutelvaardigheden en personeel.
The document provides information about Aquaduct, a company that supplies and installs linear drain covers. It describes their product lines which include square, round, and designer drain covers made from materials like stainless steel, bronze, and brass. The document also details fitting specifications, technical specifications, customization options, an exclusive designer range, and illumination kits. Contact information is provided to learn more.
FEX - 141124 - Van alignment naar ongewoon samenwerken final - bron boudewijn...Flevum
Digitale Omgeving | Van Business ICT Alignment naar (on)gewoon samenwerken
Spreker: Boudewijn de Boe | Service Delivery Manager, Corporate ICT | Royal HaskoningDHV
Het doel van ICT (Informatie- en Communicatie Technologie) zou moeten zijn het ondersteunen van en bijdragen aan het primaire proces van de organisatie, oftewel de business, op een manier die meerwaarde oplevert.
Dit denken in termen van meerwaarde, is opgekomen vanaf de jaren 1990. Nieuwe technologische ontwikkelingen zouden organisaties succesvoller dan ooit moeten kunnen maken. Tegelijk leken ICT-projecten teveel intern gericht en technisch gedreven te zijn in plaats van dat ze gekoppeld werden aan de strategische doelen van de organisatie. Hoge investeringen in ICT leken zich niet terug te verdienen. Hiermee ontstond het vraagstuk van de strategische alignment tussen business en ICT. Een gebrek aan strategische Business ICT Alignment (BICTA) zou namelijk de oorzaak zijn van de uitblijvende return on investment. In deze context was het probleem niet zozeer de verfijning van de techniek zelf, deze was tenslotte door iedere organisatie te kopiëren. Het probleem werd het organiseren van de technische toepassingen om onderscheidend vermogen ten opzichte van de concurrentie te verkrijgen.
Henderson & Venkatraman ontwikkelden het veelvuldig geciteerde Strategic Alignment Model (SAM) als hulpmiddel voor het organiseren van ICT. Het onderwerp alignment is echter tot op de dag van vandaag een probleem voor ICT-managers en er bestaan in de praktijk nog vele problemen in de samenwerking tussen business en ICT. De vraag kan daarom gesteld worden of het SAM wel voldoet als model. Er zijn verschillende problemen te vinden die de doelstellingen van dit model in de weg staan. Mede op basis van die problemen heeft Maes het zogenaamde negenvlaksmodel ontwikkeld, dat gezien kan worden als een uitbreiding op het SAM. Het lost echter niet alle problemen van het SAM op en kent ook enkele specifiek eigen problemen, hetgeen aanleiding geeft verder te zoeken naar een beter model. Het Viable System Model (VSM) van Beer lijkt de gezochte oplossingsrichting te bieden.
Aanpak
De modellen zullen kort en bondig en in begrijpelijke taal toegelicht worden. De geschetste problemen moeten gezien worden in het licht van het eerder gestelde doel van ICT. Wat zijn de problemen, waarom zijn het problemen en hoe komen we stap voor stap tot een beter model? Conclusie: Modellen zijn altijd simpele weergaven van een weerbarstige werkelijkheid, wat kunnen we ermee in de praktijk? Kunnen we niet “gewoon” samenwerken? Het voorgestelde model sluit dit zeker niet uit, maar geeft nieuwe denkkaders om beter te begrijpen wat een organisatie nu eigenlijk is een hoe ze kan blijven bestaan. Zogenaamde “viable” organisaties zijn in staat zich aan te passen aan een veranderende omgeving maar kunnen ook de uitdagingen van het “hier-en-nu” aan.
FEX - 141124 - Van alignment naar ongewoon samenwerken final - bron boudewijn...Flevum
Digitale Omgeving | Van Business ICT Alignment naar (on)gewoon samenwerken
Spreker: Boudewijn de Boe | Service Delivery Manager, Corporate ICT | Royal HaskoningDHV
Het doel van ICT (Informatie- en Communicatie Technologie) zou moeten zijn het ondersteunen van en bijdragen aan het primaire proces van de organisatie, oftewel de business, op een manier die meerwaarde oplevert.
Dit denken in termen van meerwaarde, is opgekomen vanaf de jaren 1990. Nieuwe technologische ontwikkelingen zouden organisaties succesvoller dan ooit moeten kunnen maken. Tegelijk leken ICT-projecten teveel intern gericht en technisch gedreven te zijn in plaats van dat ze gekoppeld werden aan de strategische doelen van de organisatie. Hoge investeringen in ICT leken zich niet terug te verdienen. Hiermee ontstond het vraagstuk van de strategische alignment tussen business en ICT. Een gebrek aan strategische Business ICT Alignment (BICTA) zou namelijk de oorzaak zijn van de uitblijvende return on investment. In deze context was het probleem niet zozeer de verfijning van de techniek zelf, deze was tenslotte door iedere organisatie te kopiëren. Het probleem werd het organiseren van de technische toepassingen om onderscheidend vermogen ten opzichte van de concurrentie te verkrijgen.
Henderson & Venkatraman ontwikkelden het veelvuldig geciteerde Strategic Alignment Model (SAM) als hulpmiddel voor het organiseren van ICT. Het onderwerp alignment is echter tot op de dag van vandaag een probleem voor ICT-managers en er bestaan in de praktijk nog vele problemen in de samenwerking tussen business en ICT. De vraag kan daarom gesteld worden of het SAM wel voldoet als model. Er zijn verschillende problemen te vinden die de doelstellingen van dit model in de weg staan. Mede op basis van die problemen heeft Maes het zogenaamde negenvlaksmodel ontwikkeld, dat gezien kan worden als een uitbreiding op het SAM. Het lost echter niet alle problemen van het SAM op en kent ook enkele specifiek eigen problemen, hetgeen aanleiding geeft verder te zoeken naar een beter model. Het Viable System Model (VSM) van Beer lijkt de gezochte oplossingsrichting te bieden.
Aanpak
De modellen zullen kort en bondig en in begrijpelijke taal toegelicht worden. De geschetste problemen moeten gezien worden in het licht van het eerder gestelde doel van ICT. Wat zijn de problemen, waarom zijn het problemen en hoe komen we stap voor stap tot een beter model? Conclusie: Modellen zijn altijd simpele weergaven van een weerbarstige werkelijkheid, wat kunnen we ermee in de praktijk? Kunnen we niet “gewoon” samenwerken? Het voorgestelde model sluit dit zeker niet uit, maar geeft nieuwe denkkaders om beter te begrijpen wat een organisatie nu eigenlijk is een hoe ze kan blijven bestaan. Zogenaamde “viable” organisaties zijn in staat zich aan te passen aan een veranderende omgeving maar kunnen ook de uitdagingen van het “hier-en-nu” aan.
3. Wat gaan we doen deze periode?
(voorstellen)
6 gecombineerde hoor- en werkcolleges
Afsluiting met een tentamen in de
tentamenperiode
Management van de facilitaire organisatie 3
4. Inhoud van de 6 colleges:
1. Organisatiestructuur en FMIS
2. Verdeling van taken en bevoegdheden
3. Business Proces Redesign / FMIS
4. Mensen in organisaties: motivatie
5. Leidinggeven
6. Planning en controle
Management van de facilitaire organisatie 4
5. Dit college
Keuning hoofdstuk 5:
organisatiestructuur
Maas en Pleunis hoofdstuk 5
Besturing van een facilitaire organisatie
Management van de facilitaire organisatie 5
8. Een organisatiestructuur:
Geeft het volgende weer:
-Arbeidsverdeling
-Beslissingsbevoegdheden en relaties
-Verantwoordelijkheden
-Formele communicatie
Management van de facilitaire organisatie 8
9. Een organisatiestructuur:
Wordt beinvloedt door:
-Mate van (in)stabiliteit in de omgeving
-Diversiteit van activiteiten
-Strategie
-Fase van levenscyclus
Management van de facilitaire organisatie 9
10. Een voorbeeld
Figuur 5.1 Organisatieschema
Management van de facilitaire organisatie 10
11. Nog een voorbeeld: Groningen Airport Eelde
Management van de facilitaire organisatie 11
13. Formele organisatie versus informele organisatie
Bestudeer in tweetallen paragraaf 5.1.4
Wat zijn de
- Verschillen
- Voordelen
- Nadelen
Management van de facilitaire organisatie 13
14. Interne differentiatie vs Interne specialisatie
Interne differentiatie
- Indeling naar aard bewerkingsfasen of
aard handeling (Type F)
Interne specialisatie
- Indeling op basis van het doel van
handelingen of functies (Type PGM)
Management van de facilitaire organisatie 14
15. Functionele Organisatiestructuur (type F)
Interne differentiatie: opeenvolgende
stappen in een proces, bijvoorbeeld
inkoop - produktie - verkoop
Centraal
Coordinatie is belangrijk
Management van de facilitaire organisatie 15
16. Voorbeeld van een functionele structuur:
Figuur 5.15 Functionele structuur
Management van de facilitaire organisatie 16
17. Product of Markt of Geografische structuur
Interne specialisatie
Samenhang blijft zoveel mogelijk behouden
Decentraal wordt mogelijk
Coordinatie tussen afdelingen relatief
minder noodzakelijk
Management van de facilitaire organisatie 17
18. Voorbeeld van een productgerelateerde
structuur:
Management van de facilitaire organisatie 18
19. Waar heb je het dus over bij een
organisatiestructuur?
o.a. over:
Gespecialiseerd versus gedifferentieerd
P/G/M versus F
Centraal versus decentraal
Stafdiensten/ hulpdiensten
Management van de facilitaire organisatie 19
20. Analyseer in tweetallen de volgende
organisatiestructuur: BCFD (zie casus)
Management van de facilitaire organisatie les 1 20
21. Ontwerpen van een organisatiestructuur:
Wat moet er gebeuren:
- Werkzaamheden verspreiden over functies
- Beslissingsbevoegdheden en relaties vaststellen
- Communicatiekanalen creëren
- Processen ontwerpen
Management van de facilitaire organisatie les 1 21
23. Kijk nu nog eens naar de BCFD Steil/vlak?
Management van de facilitaire organisatie 23
24. Divisie structuur
Specialisatie (produkt, marktsegment,
geografisch)
Decentralisatie, gedelegeerde
bevoegdheden
Functies in de divisies
Management van de facilitaire organisatie 24
25. Business Unit =
Een afdeling in een organisatie die een specifieke
markt bedient
Is min of meer een zelfstandige organisatie in de
organisatie
Business units hebben de eigen
verantwoordelijkheid en sterk gedelegeerde
bevoegdheden, eigen strategie en eigen
serviceafdelingen
Management van de facilitaire organisatie 25
26. Voorbeeld van een divisiestructuur (type ?)
Figuur 5.16 Divisiestructuur
Management van de facilitaire organisatie 26
27. Andere organisatiestructuren
Project organisatie
Projectleider heeft alle bevoegdheden om
activiteiten te beheersen (gelijk aan
afdelingschef)
Matrix organisatie
Een vorm tussen een afdelingsgewijze
organisatiestructuur en projectorganisatie
(MoJo)
Management van de facilitaire organisatie 27
28. Keuze van het organisatieontwerp:
De verschillende structuren hebben voor- en
nadelen
30. Divisie structuur
Nadeel: concernmanagement heeft minder
feeling met de markt en minder direkte
invloed
Voordeel: samenhang tussen bij elkaar
horende activiteiten
Geschikt voor: turbulente markten
Management van de facilitaire organisatie 30
34. Huiswerk
Huiswerk voor het volgende college (eind
van deze week)
Korte presentatie over de rollen en
besturingsvormen
Management van de facilitaire organisatie 34
35. Volgende college
Presentaties &
Keuning hoofdstuk 6
Hoe kan je taken en bevoegdheden verdelen
Maas en Pleunis hoofdstuk 6
Hoe kan je dit goed doen in een facilitaire
organisatie
Management van de facilitaire organisatie 35