2. Geboren in Kraj Stavropol
Groeide op in een boerenfamilie en werkte
aanvankelijk als een oogstmedewerker in
verschillende collectieve boerderijen.
Studeerde in 1955 rechten af in Moskou
3. Toen hij aan de macht kwam was er grote
malaise in SU
Voerde economische en politieke
veranderingen in met respectievelijk glasnost
en perestrojka
Hernieuwde internationale contacten
4. 15 oktober 1990: nobelprijs voor de vrede
Drager van het ereteken van de SU
5. Zijn vrouw heette Gorbatsjova
Hij heeft een grote wijnvlek op zijn hoofd
Hij was de laatste president van de SU
Hij is atheïst
Hij heeft een eigen postzegel
6. 11 maart 1985 Gorbatsjov volgt de overleden Konstantin Tsjernenko op als partijleider.
15 oktober 1985 Gorbatsjov lanceert de perestrojka, een programma voor economische hervormingen.
6 maart 1986 Grote zuivering binnen de partij tijdens het 27e congres.
18 mei 1988 Begin terugtrekking van de Sovjettroepen uit Afghanistan.
1 oktober 1988 Gorbatsjov blijft partijleider en wordt bovendien voorzitter van de Opperste Sovjet (staatshoofd als
opvolger van Gromyko). De kaders werden verder gezuiverd.
25 april 1989 110 kaders van het Centraal Comité worden uit hun functie gezet.
25 mei 1989 Het Congres kiest Gorbatsjov tot staatshoofd met heel uitgebreide bevoegdheden.
1990
20 januari Gorbatsjov verkondigt een noodtoestand in Bakoe en zet het leger in om de Azerbeidzjaanse
onafhankelijkheidsbeweging te onderdrukken. Echter loopt dit uit de hand, de troepen richten een bloedbad aan (Zwarte
Januari).
15 maart Gorbatsjov verkozen tot president. De CPSU verliest haar machtsmonopolie.
10 juliHet 28ste partijcongres herkiest Gorbatsjov als secretaris-generaal.
15 oktober Nobelprijs voor de Vrede voor Gorbatsjov.
19 oktober De Opperste Sovjet keurt Gorbatsjovs plan goed voor een geleidelijke overgang van een geleide
planeconomie naar een vrije markteconomie.
1991
17 april Massale stakingen in Georgië en Wit-Rusland voor loonsverhoging en het ontslag van Gorbatsjov.
12 juni Boris Jeltsin wordt in vrije verkiezingen tot president van de Sovjet-republiek Rusland gekozen.
17 juliDe leiders van de G7 weigeren de door Gorbatsjov gevraagde miljardensteun.
26 juliHet Centraal Comité steunt Gorbatsjovs voorstel om de CPSU om te vormen tot een sociaaldemocratische partij.
19 augustus Gorbatsjov wordt door een Comité voor de Noodtoestand aan de kant gezet. Belangrijkste spelers in dit
comité: Gennadi Janajev (vicepresident), Dimitri Jazov (minister van Defensie), Vladimir Krjoetsjkov (hoofd van de KGB),
Valentin Pavlov (premier) en Boris Pugo (minister van Binnenlandse Zaken). Tot 22 augustus heeft Gorbatsjov huisarrest in zijn
vakantiehuis op de Krim.
22 augustus Onder zware druk, waarin Jeltsin die het leger achter zich weet te krijgen de hoofdrol speelt, treedt het
Comité af. Gorbatsjov keert terug maar zijn populariteit en invloed is tanende. Jeltsin heeft hem van het eerste plan verdrongen
en breidt zijn invloed uit. Verschillende Sovjetrepublieken verklaren zich, in de dagen en maanden volgend op de coup,
onafhankelijk of willen niet meer onderhandelen over een nieuw Unieverdrag.
8 december Achter Gorbatsjovs rug wordt het Akkoord van Minsk gesloten. Dit houdt de oprichting van het GOS in
door de onafhankelijke republieken Rusland, Oekraïne en Wit-Rusland. De Sovjet-Unie is hierdoor de facto een lege huls
geworden.
26 december Gorbatsjov treedt af. De Sovjet-Unie houdt de jure op te bestaan.