Philippians kenosis of Christ

1. F25
De (ont)lediging van Christus
(Filippenzen 2:5-8) - III
de aflegging van Zijn heerlijkheid en het vervolg
Filippenzen, studie 25

2. roof: weggrissing (harpagmos)
F25Die, in de vorm van God, die Hem eigen is, het aan
God gelijk zijn geen roof acht Filippenzen 2:6

3. roof: weggrissing (harpagmos)
= wegnemen van de spullen/geld van
de ander door gewelddadige of
onrechtvaardige methodes
F25
VB: banken beroven mensen door renteheffing
mensen beroven banken door geld met geweld weg te halen
autodief steelt een auto om niet te hoeven betalen
dief steelt sieraden om rijk te worden

4. Die, in de vorm van God, die Hem eigen is, het aan
God gelijk zijn geen roof acht….. Filippenzen 2:6
F25
2 partijen, de een ontbreekt wat de ander heeft

5. F25
2 partijen, de een ontbreekt wat de ander heeft:
bij Christus ontbrak: het aan God gelijk zijn
 Hij was in de vorm van God, nam dit aan God
gelijk zijn aan, en nam God daarmee niets af.
Hij achtte dit geen beroving van God!

6. het aan God gelijk zijn geen roof acht….. Filippenzen 2:6 F25
Hebreeën 1:1-3a
In veel delen en op veel manieren, vanouds, spreekt
de God tot de vaderen in de profeten; op het laatst
van deze dagen spreekt Hij tot ons in een Zoon, die
Hij plaatst (als) lotgenieter van alles, door Wie Hij
ook de eonen maakt;
die de afstraling van Zijn .heerlijkheid is
en de afdruk van Zijn aanneming

7. F25
Vader Zoon
• Zender
• Bron
• Geest/oorsprong
• Onzichtbaar
• Gever
• Onhoorbaar
• God (absoluut)
• Mijn wil
• Gezondene
• Kanaal
• Beeld
• Zichtbaar
• Ontvanger
• Woord – hoorbaar
• God (relatief)
• Niet Mijn wil

8. afstraling van Zijn heerlijkheid
F25
Zon - stralen

9. afdruk van Zijn aanname/aanneming
F24
Aannames:
God is Richter – alles de Zoon gegeven Johannes 5:22
God is Levendmaker – de Zoon ook Johannes 5:21
God is Trooster – de Zoon evenzo Johannes 14:16
God is Licht (1 Joh.1:5) – de Zoon ook Johannes 8:12;9:5

10. F25
Die, in de vorm van God, die Hem eigen is, het aan God gelijk zijn
geen roof acht, niettemin maakt Hij Zichzelf leeg Filippenzen 2:6, 7a
niettemin (Grieks: alla = maar)
– inleiding tot verder bewijs van Zijn diepe ootmoedigheid

11. F25
Die, in de vorm van God, die Hem eigen is, het aan God gelijk zijn
geen roof acht, niettemin maakt Hij Zichzelf leeg Filippenzen 2:6, 7a
Zichzelf – leeg maken
 waarvan?
(‘ontledigen’)
“de kenosis van Christus”

12. F25
Die, in de vorm van God, die Hem eigen is, het aan God gelijk zijn
geen roof acht, niettemin maakt Hij Zichzelf leeg Filippenzen 2:6, 7a
leeg maken van:
de vorm van God
het aan God gelijk zijn

13. F25buiten alle twijfel, groot is het geheimenis van de godsvrucht: God is
geopenbaard in het vlees, is gerechtvaardigd in de geest, is verschenen
aan de engelen…. 1 Timotheüs 3:16
God – door latere kopiist toegevoegde letter gaf deze lezing,
de grote handschriften (bv sinaiticus) hadden die niet
groot is het geheimenis van de godsvrucht;
die is geopenbaard in (het) vlees,
gerechtvaardigd in (de) geest,
gezien door (de) boodschappers,
Hebreeën 10:20

14. F25
Ik en de Vader zijn één
Johannes 10:30
Johannes 10:38
Johannes 14:11
Johannes 17:21

15. F25
De Vader heeft de Zoon lief en heeft alles in Zijn hand
gegeven – Johannes 3:35
Mijn Vader werkt tot nu toe en Ik werk ook –
Johannes 5:17
De Zoon totaal afhankelijk van de Vader 1:

16. F25
De Zoon kan niets van Zichzelf doen, als Hij dat niet de
Vader ziet doen, want al wat Deze doet,
dat doet ook de Zoon op dezelfde manier.
Ik kan van Mijzelf niets doen. Zoals Ik hoor, richt Ik en mijn
gericht is rechtvaardig, want Ik zoek niet Mijn wil, maar de
wil van Hem, Die Mij zendt
Johannes 5:19,30
De Zoon totaal afhankelijk van de Vader – 2:

17. F25
Alles wat de Vader Mij geeft, zal tot Mij komen – Johannes 6:37
Niemand kan tot Mij komen, indien de Vader, die Mij gezonden
heeft, hem niet zou trekken – Johannes 6:44, 65
De Vader is groter dan Ik – Johannes 14:28
De Zoon totaal afhankelijk van de Vader -3:

18. F25
Christus, want in Hem woont het hele complement van de
godheid lichamelijk – Kolossenzen 2:9
De Zoon het complement van de Godheid:
Kolossenzen 2:8; Christus in plaats van
Religie Filosofie