4. Opzet
1. Introductie
2. Een maritiem incident en dan?
3. Opsporing versus controle
4. Het strafrecht en zeeschepen
5. Het strafrecht en de kapitein
6. Praktische tips & trics
5. Een maritiem incident en dan?
1. Politie/Officier van Justitie
2. Inspectie Leefomgeving en Transport (IL&T)
3. Arbeidsinspectie
4. Onderzoeksraad voor Veiligheid
5. Tuchtcollege voor de Scheepvaart
6. ….
5
8. Opsporing versus controle
8
• Ministerie vs. Openbaar Ministerie
• Bijzondere wetten vs. Wetboek van Strafvordering.
• Verplichting tot medewerking?
• Naleving vs. Sanctie
• Onderscheid niet zo duidelijk/controle wordt soms opsporing
9. Het Nederlands (straf)recht en zeeschepen
Wanneer is NL recht van toepassing?
Grondgebied NL – De NL strafwet is van toepassing op ieder die
zich in Nederland aan enig strafbaar feit schuldig maakt.
Het vlaggenstaatbeginsel
• Artikel 3 Wetboek van Strafrecht (WvSr):
De Nederlandse strafwet is toepasselijk op ieder die zich buiten
Nederland aan boord van een Nederlands vaartuig of luchtvaartuig
aan enig strafbaar feit schuldig maakt.
• Artikel 86 WvSr: NL schip = zeeschip dat NL vlag mag voeren
(Zeebrievenwet)
9
10. Het Nederlands (straf)recht en zeeschepen
Maar ook:
Art. 5 WvSr: misdrijf tegen een NL vaartuig mits > 8 jaar,
strafbaar in buitenland
Art. 8a WvSr: schipper en opvarenden NL schip, ook buiten
boord, specifieke strafbare feiten
10
11. Het strafrecht en de kapitein
11
Wat mag de kapitein en wat moet de kapitein?
Uitgangspunt is dat opsporingsbevoegdheden zijn voorbehouden
aan opsporingsambtenaren (politie, hulpofficier van justitie,
officier van justitie) of zelfs de rechter en dat daarvoor een
wettelijke basis moet zijn in de wet (Wetboek van Strafvordering,
Wet Wapens en Munitie, Opiumwet).
12. 12
Het strafrecht en de kapitein
Artikel 539b WvSv: uitoefenen opsporingsbevoegdheden door
kapitein op aanwijzing van officier van justitie tenzij zodanige
aanwijzingen niet kunnen worden afgewacht, maar dan z.s.m. in
kennis stellen officier van justitie.
13. 13
Het strafrecht en de kapitein
Artikel 539c WvSv:
Commandant en schipper kunnen in geval van een strafbaar feit
inlichtingen en bewijzen verzamelen die tot opheldering van de
zaak kunnen dienen.
Horen van getuigen, maar geen dwangmiddelen.
14. 14
Het strafrecht en de kapitein
Staande houden: artikel 539g WvSv
Aanhouden: artikel 539h WvSv
Iedereen: misdrijf, op heterdaad
De kapitein/schipper:
• op heterdaad: ook overtreding
• buiten heterdaad: misdrijf en opgave valse naam
15. 15
Het strafrecht en de kapitein
Toegang tot/betreden van alle plaatsen door commandant/
schipper ter aanhouding van de verdachte of ter inbeslagneming
voor zover redelijkerwijs nodig voor vervulling taak: artikel 539s
WvSv.
Geen machtiging of dringende noodzaak vereist of toestemming
bewoner
16. 16
Het strafrecht en de kapitein
Verplichtingen van de kapitein/schipper: artikel 539u WvSv
De schipper geeft onverwijld en op de snelst mogelijke wijze kennis
aan de officier van justitie van elk misdrijf, aan boord begaan,
waardoor de veiligheid van het vaartuig of van de opvarenden in
gevaar is gebracht of waardoor iemands dood of zwaar lichamelijk
letsel is veroorzaakt.
Bijhouden register: artikel 539c WvSv
17. Praktische tips & trics
17
• De politie – hoe te bejegenen
• Verdachte of getuige
• Het verhoor en het proces verbaal
• Bijstand van advocaat
• ….
19. Opzet
1. Het wettelijk kader
2. Tot voor kort leek alles ‘koek en ei’
3. Het Uniper-rapport
4. Denkbare gronden
5. De dreiging van hoge boetes
6. Ter overweging waard
20. Alcohol- en drugsbeleid incl. ad random testen
Met het oog op de veiligheid is het heel gebruikelijk binnen de
zeescheepvaart, dat zee-werkgevers een alcohol- en drugspolicy
hanteren, waarbij de zeevarenden ad random worden getest op
alcohol- of druggebruik (denk aan blaastesten, urinetesten, bloedtesten
en speekseltesten).
20
21. Wettelijk kader
21
Het recht op privacy wordt onder meer gewaarborgd
door:
Artikel 8 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens
(EVRM);
Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp)
• artikel 8 Wbp bevat gronden voor toelaatbare
gegevensverwerking
22. Het leek allemaal ‘koek en ei’…
22
Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) d.d. 7
november 2002 in de zaak Madsen/Denmark:
• Madsen was van 25 april 1998 tot 23 mei 2000 in dienst aan
boord van een veerboot van DFDS als ‘passenger assistant’.
• Madsen was niet verantwoordelijk voor de primaire operatie
van het schip, maar in zijn hoedanigheid van bemanningslid
wel verantwoordelijk voor de veiligheid aan boord.
• Volgens het A&D-beleid van DFDS waren werknemers aan
boord verplicht om minstens eenmaal per jaar mee te
werken aan onaangekondigde urinetesten op drugs-&
alcoholsporen.
23. Het leek allemaal ‘koek en ei’…
23
• Madsen beklaagt zich hierover bij (uiteindelijk) het EHRM, omdat
deze ad random testen in strijd zouden zijn met zijn recht op
privacy zoals gewaardborgd in artikel 8 lid 1 EVRM.
Oordeel EHRM:
De ad random testen zijn toegestaan op grond van de uitzondering
in artikel 8 lid 2 EVRM, want de inbreuk:
• is voorzien bij ‘wet’ (‘wet’ wordt door het EHRM gelezen als
‘recht’);
• voldoet aan toegankelijkheids- en voorzienbaarheidscriterium;
• dient een legitiem doel (de publieke veiligheid en de bescherming
van rechten en vrijheden van derden, te weten het overige
personeel en de passagiers);
24. Het leek allemaal ‘koek en ei’…
24
• is noodzakelijk in een democratische samenleving want deze
voldoet aan een dringende maatschappelijke behoefte (het EHRM
verwijst daarbij naar ILO-regelgeving) en is evenredig aan het
doel.
25. Het leek allemaal ‘koek en ei’…
25
Artikel 8 Wbp leek ook voldoende mogelijkheden te bieden:
‘Persoonsgegevens mogen slechts worden verwerkt indien:
(…)
f. de gegevensverwerking noodzakelijk is voor de behartiging van het
gerechtvaardigde belang van de verantwoordelijke of van een derde
aan wie de gegevens worden verstrekt, tenzij het belang of de
fundamentele rechten en vrijheden van de betrokkene, in het bijzonder
het recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer, prevaleert.)’
Daarnaast golden tevens de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit.
26. Het Uniper-rapport
26
Echter, begin 2017 werd het Uniper-rapport gepubliceerd door
de Autoriteit Persoonsgegevens (AP). Belangrijkste conclusies:
• het verrichten van de testen en het registeren van de uitslag
daarvan in de persoonsdossiers is het verwerken van gegevens
met betrekking tot de gezondheid van de werknemers;
• de verwerking van medische gegevens is in beginsel verboden op
grond van artikel 16 Wbp, tenzij zich een uitzondering voordoet in
artikel 21 of 23 Wbp;
• Uniper beriep zich onder meer op artikel 23 lid 1 sub f Wbp.
27. Het Uniper-rapport
27
Artikel 23 lid 1 aanhef en sub f Wbp: Het verbod uit artikel 16
Wbp geldt niet indien:
‘f. dit noodzakelijk is met het oog op een zwaarwegend algemeen
belang, passende waarborgen worden geboden ter bescherming van
de persoonlijke levenssfeer en dit bij wet wordt bepaald dan wel het
College ontheffing heeft verleend.’
Uniper: Aan al deze voorwaarden wordt voldaan:
wees op het belang van de veiligheid en op artikel 3 en 18 van de
Arbeidsomstandighedenwet.
en op artikel 7:611 (goedwerknemerschap) en 660
(instructiebevoegdheid werkgever) BW
28. Het Uniper-rapport
28
De AP oordeelt dat dit onvoldoende is, omdat:
• een bepaling is vereist in een wet in formele zin, waarin staat de
testen mogen of moeten worden uitgevoerd;
• de door Uniper aangevoerde wettelijke bepalingen dus te
algemeen zijn geformuleerd;
• het werkgevers bij het voldoen aan wettelijke verplichtingen niet
vrijstaat daarbij een werkwijze te kiezen die in strijd is met de
Wbp.
30. Denkbare gronden….
30
Wellicht biedt artikel 59b Wet zeevarenden de oplossing?
Artikel 59b lid 1 luidt als volgt:
Het is een kapitein, een scheepsofficier of een andere zeevarende,
die op een schip buiten de Nederlandse territoriale zee
veiligheidstaken, beveiligingstaken of taken die verband houden met
het mariene milieu uitvoert, verboden dit te doen terwijl hij verkeert
onder zodanige invloed van een stof waarvan hij weet of
redelijkerwijze moet weten dat het gebruik daarvan – al dan niet in
combinatie met het gebruik van een andere stof – de vaardigheid
voor die taak kan verminderen, dat hij niet in staat moet worden
geacht die taak naar behoren te kunnen uitvoeren.
31. Denkbare gronden….
31
Artikel 59b lid 2 Wet zeevarenden luidt voorts:
Het is een kapitein, een scheepsofficier of een andere zeevarende op
een schip buiten de Nederlandse territoriale zee veiligheidstaken,
beveiligingstaken of taken die verband houden met het mariene
milieu uit te voeren, verboden dit te doen na zodanig gebruik van
alcoholhoudende drank, dat:
a. het alcoholgehalte van zijn adem bij een onderzoek hoger blijkt te
zijn dan tweehonderdtwintig microgram (220 μg) alcohol per liter
uitgeademde lucht, dan wel
b. het alcoholgehalte van zijn bloed bij een onderzoek hoger blijkt te
zijn dan 0,5 milligram (0,5 mg) alcohol per milliliter bloed.
32. Denkbare gronden….
32
Artikel 69e lid 1 Wet zeevarenden luidt voorts:
De scheepsbeheerder draagt zorg voor een schriftelijk beleid ten aanzien van de
voorkoming van alcoholmisbruik door zeevarenden die veiligheidstaken,
beveiligingstaken of taken die verband houden met het mariene milieu uitvoeren.
Hierbij wordt aandacht geschonken aan voorlichting omtrent de gevolgen van het
gebruik van alcohol en aan het gebruik van alcohol tijdens het werk.
Helaas staat hier niet letterlijk dat er ook getest mag worden op
alcohol- en drugsgebruik en al helemaal niet dat dit ad random mag
gebeuren, dus deze bepaling helpt niet echt.
Volgt dit echter wellicht reeds impliciet uit artikel 59b Wet
zeevarenden? Is dit artikel voldoende???
33. Denkbare gronden….
33
Een denkbaar alternatief zou kunnen bestaan uit artikel 23 lid
1 sub e Wbp:
Het verbod om medische gegevens te verwerken is niet van
toepassing indien:
‘e. dit noodzakelijk is ter voldoening aan een volkenrechtelijke
verplichting.’
34. Denkbare gronden….
34
Gedacht zou bijvoorbeeld kunnen worden aan een
combinatie van:
• Verordening VIII/1 lid 2 jo. Sectie B-VIII/1 (Deel 5: Guidance on
the prevention of drug and alcohol abuse) van de STCW-Code;
• de IMO ISM Code;
• de resolutie inzake drugs and alcohol in the maritieme industrie
aangenomen door de ILO in 1991 en het daarop gebaseerde
handboek van de ILO inzake programma’s ter voorkoming van
alcohol- en drugsmisbruik in de maritieme sector.
Maar of dit voldoende is?!?!
35. Let op: de AP kan hoge boetes opleggen!
Huidig regime onder de Wbp (tot 25 mei 2018):
• De AP kan een boete opleggen van maximaal €820.000,- of – indien
dit niet hoog genoeg is – 10% van de (netto) omzet over het vorige
boekjaar.
• Echter, normaal gesproken geeft de AP eerst een waarschuwing de
AP geeft dan tevens aan wat van de organisatie verwacht wordt.
• Niet tijdig voldoen aan eisen AP? Dan alsnog een boete.
• Echter, geen waarschuwing nodig als er sprake is van opzet of
ernstige verwijtbaarheid wanneer eenzelfde type overtreding
meerdere malen heeft plaatsgevonden wordt nalatigheid sneller
aangenomen bedrijven lopen vanwege het verschijnen van het
Uniper-rapport dus het risico direct met een boete geconfronteerd te
worden.
35
36. Nieuw boeteregime AVG vanaf 25 mei 2018
• de boete kan €20 miljoen of 4% van de wereldwijde jaaromzet
bedragen;
• de in de Wbp vastgelegde verplichting voor de AP om vooraf te
waarschuwen vervalt (de AP mag het nog wel doen, maar het is niet
langer verplicht);
• ook de op 9 december 2016 ter consultatie aangeboden
Uitvoeringswet AVG, bevat niet de verplichting voor de AP om eerst
een waarschuwing te geven alvorens een boete op te leggen.
36
Let op: de AP kan hoge boetes opleggen!
37. Gezien de boetedreiging is het het overwegen waard om duidelijkheid
te vragen en desnoods een ontheffing voor zover vereist aan de AP.
Gezien de ontwerptekst van Uitvoeringswet AVG die in 2016 ter
consultatie is gepubliceerd op internet, is dat per 25 mei 2018
bovendien de enige optie die resteert, omdat een expliciete wettelijke
bevoegdheid dan blijkens artikel 28 lid 1 sub c UAVG niet meer
voldoende is (een volkenrechtelijke verplichting overigens nog wel op
grond van artikel 28 lid 1 sub a UAVG).
De tekst van het wetsvoorstel UAVG is echter nog niet bekend, laat
staan de definitieve tekst.
37
Wellicht het overwegen waard:
38. What shall we do with the drunken sailor?
Door: Vincent Bergwerf
E-mail: vbergwerf@akd.nl
39. Inhoud
1. Einde zee-arbeidsovereenkomst
2. Ontslagroutes (WWZ)
3. Ontslag op staande voet
4. Vaststellingsovereenkomst
5. Opzegverbod bij ziekte
6. Transitievergoeding
7. Voorbeeld rechtspraak (I)
8. Voorbeeld rechtspraak (II)
9. Voorbeeld rechtspraak (III)
10.Voorbeeld rechtspraak (IV)
40. 1. Einde zee-arbeidsovereenkomst
• BW kent aparte regeling over de zee-arbeidsovereenkomst (Boek 7, titel 7.12 BW)
• Ontslagrecht gewone werknemer van overeenkomstige toepassing
• Wel enkele uitzonderingen/bijzonderheden, zoals:
geen proeftijdontslag tijdens dienst aan boord van een schip
(7:721 BW)
opzegtermijn werkgever: minimaal 7 dagen (7:724 BW)
bevoegde rechter: Kantonrechter Rotterdam, tenzij ontbinding (7:728 BW)
repatriëring (7:718 BW)
41. 41
2. Ontslagroutes (WWZ)
• Opzegging arbeidsovereenkomst
na toestemming UWV
• Langdurige arbeidsongeschiktheid
en bedrijfseconomische reden
(A- en B-grond)
• Ontbinding arbeidsovereenkomst
door kantonrechter
• o.a. disfunctioneren, verstoorde
arbeidsverhouding en verwijtbaar
handelen (C- t/m H-gronden)
42. 3. Ontslag op staande voet
•Onverwijld opzeggen op grond van een dringende reden
•Dringende reden
niet-limitatieve opsomming in de wet (7:678 BW)
specificieke, aanvullende opsomming voor de zee-
arbeidsovereenkomst (7:726 BW)
•Ontslag op staande voet is de ‘arbeidsrechtelijke doodstraf’
omstandigheden van het geval, inclusief persoonlijke
situatie werknemer
43. 3. Ontslag op staande voet
•Eventueel voorafgaand door schorsing (onderzoek verrichten)
•Vervaltermijn werknemer: 2 maanden
verzoek tot vernietiging of billijke vergoeding (7:681 BW)
mogelijkheid tot hoger beroep en cassatie
•Eventueel voorwaardelijk ontbindingsverzoek werkgever
44. 4. Vaststellingsovereenkomst
• Komt in de praktijk veel voor
• Sinds de WWZ is het aantal vso’s toegenomen
• Enkele voordelen voor de werkgever: afkopen procesrisico, besparing
van tijd en geld van een procedure
• Wettelijke bedenktermijn van 14 dagen
44
45. 5. Opzegverbod ziekte
• Verslaving aan alcohol of drugs is een ziekte
• STECR Werkwijzer Verslaving en Werk
• Wettelijk opzegverbod tijdens ziekte (7:670 lid 1 BW)
• Geldt ook bij verzoek tot ontbinding arbeidsovereenkomst, tenzij
(7:671b lid 5):
a. verzoek geen verband houdt met opzegverbod; of
b. in het belang van de werknemer
45
46. 6. Transitievergoeding
•Bij minimaal 2 dienstjaren en beëindiging door of op initiatief van
werkgever
•De vergoeding is maximaal € 77.000 bruto of één bruto jaarsalaris als
dit meer is
•Bij ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer geen
recht op de transitievergoeding
•Regeerakkoord Rutte III: wijziging ontslagrecht?
47. 7. Voorbeeld rechtspraak (I)
• Buschauffeur RET die op maandagmorgen om 09:45 een alcoholpromilage had van
0,18 in strijd strijd met ‘zero tolerance beleid’
• Bij aanvang dienst om 06:00 een promilage van 0,6 (alcoholcalulator Jellinek)
strijd met artikel 8 Wegenverkeerswet (maximum van 0,5)
• Ontslag op staande voet houdt stand
• Ktr. houdt rekening met o.a. functie werknemer, deelname aan het verkeer en
veiligheid passagiers en andere weggebruikers
• Ktr. Rotterdam 28 mei 2015, AR-updates 2015-0649
48. 8. Voorbeeld rechtspraak (II)
• Stuurman van een havenduwboot rookt één jointje tijdens privétijd
tijdens een test de volgende dag sporen van THC gevonden
• A&D-protocol: ‘Tenzij werkgever een andere maatregel aangewezen acht, ontvangt de
werknemer een schriftelijke waarschuwing’ en ontslag afhankelijk van belangenafweging
• Werkgever schorst werknemer en verzoekt om ontbinding arbeidsovereenkomst
• Ktr: afwijziging ontbindingsverzoek
belangenafweging had moeten leiden tot waarschuwing
• Rb. Rotterdam 19 december 2014, AR-Updates 2015-2015
49. 9. Voorbeeld rechtspraak (III)
• Werknemer meldt zich ziek wegens verslaving aan harddrugs
drie vergeefse afkickpogingen gedaan, o.a. in een kliniek in Zuid-Afrika
• Werkgever verzoekt om ontbinding arbeidsovereenkomst na nieuwe terugval,
onbereikbaarheid werknemer en regelmatig te laat komen
verzoek op basis van E-, G- en H-grond van 7:669 lid 3 BW
• Ktr. wijst ontbindingsverzoek af vanwege opzegverbod bij ziekte
‘uitstelgedrag en niet houden aan afspraken zijn symptomen van zijn ziekte’
• Ktr. Utrecht, 20 september 2016, Prg. 2016/281
50. 10. Voorbeeld rechtspraak (IV)
• Werknemer is Chef Bediening van de SS Rotterdam
A&D-beleid opgenomen in de Crew Standards
• Werknemer snuift cocaïne terugreis van een personeelsuitje
daarnaast o.a. ook eerder drugsgebruik tijdens het werk
• Demotie werknemer (naar Medewerker Bediening) in dit geval rechtsgeldig
mede gelet voorbeeldfunctie in leidinggevende rol
• Ktr. Rotterdam 13 juli 2017, JAR 2017/214