2. Lied voor de Dienst:
ELB 346: 1, 2 en 4
Ik wil zingen van mijn Heiland
3. Ik wil zingen van mijn Heiland,
van zijn liefde, wondergroot,
die Zichzelve gaf aan ‘t kruishout
en mij redde van de dood.
Zing, o zing van mijn Verlosser,
met zijn bloed kocht Hij ook mij.
Aan het kruis schonk Hij genade,
droeg mijn schuld en ik was vrij.
4. ‘k Wil het wonder gaan verhalen,
hoe Hij op Zich nam mijn straf.
Hoe in liefde en genade,
Hij ‘t rantsoen gewillig gaf.
Zing, o zing van mijn Verlosser,
met zijn bloed kocht Hij ook mij.
Aan het kruis schonk Hij genade,
droeg mijn schuld en ik was vrij.
5. Ik wil zingen van mijn Heiland,
hoe Hij smarten leed en pijn,
om mij ‘t leven weer te geven,
eeuwig eens bij Hem te zijn.
Zing, o zing van mijn Verlosser,
met zijn bloed kocht Hij ook mij.
Aan het kruis schonk Hij genade,
droeg mijn schuld en ik was vrij.
10. (1) Dit is de dag
(2) Dit is de dag
(1) Die de Heer ons geeft
(2) Die de Heer ons geeft
(1) Weest daarom blij
(2) Weest daarom blij
(1) En zingt verheugd
(2) En zingt verheugd
(1+2) Dit is de dag die de Heer ons geeft
(1+2) Weest daarom blij en zingt verheugd
(1) Dit is de dag
(2) Dit is de dag
(1+2) Die de Heer ons geeft
17. Als je geen liefde hebt voor elkaar,
vallen de dromen in duigen.
Dromen van vrede worden niet waar,
kwaad is niet om te buigen.
Als je geen liefde hebt voor elkaar,
leef je buiten Gods gloria.
Als je geen liefde hebt voor elkaar,
leef je buiten Gods gloria.
18. Als je geen antwoord geeft op verdriet,
zullen de tranen niet drogen.
Als je het leed in de wereld niet ziet,
worden Gods woorden verbogen.
Als je geen liefde hebt voor elkaar,
leef je buiten Gods gloria.
Als je geen liefde hebt voor elkaar,
leef je buiten Gods gloria.
19. Als je geen oog hebt voor het gemis,
als je geen brood weet te delen,
denk dan aan Jezus die brood en die vis,
uit liefde deelde met velen.
Als je geen liefde hebt voor elkaar,
leef je buiten Gods gloria.
Als je geen liefde hebt voor elkaar,
leef je buiten Gods gloria.
20. Als je geen liefde hebt voor elkaar,
Is er geen hoop meer op zegen.
Kinderen, maak de liefde toch waar;
schrijf het op alle wegen
Als je geen liefde hebt voor elkaar,
leef je buiten Gods gloria.
Als je geen liefde hebt voor elkaar,
leef je buiten Gods gloria.
22. 1 Een psalm van David, voor de koorleider.
HEERE, U doorgrondt en kent mij.
2 Ú kent mijn zitten en mijn opstaan,
U begrijpt van verre mijn gedachten.
3 U onderzoekt mijn gaan en mijn liggen,
U bent met al mijn wegen vertrouwd.
4 Al is er nog geen woord op mijn tong,
zie, HEERE, U weet het alles.
5 U sluit mij in van achter en van voren,
U legt Uw hand op mij.
6 Dit kennen – het is mij te wonderlijk,
te hoog, ik kan er niet bij.
7 Waar kan ik Uw Geest ontgaan,
waar Uw aangezicht ontvluchten?
8 Al steeg ik op naar de hemel, U bent daar;
of legde ik mij neer in de hel, zie, U bent daar.
23. 9 Nam ik vleugels van de dageraad,
woonde ik aan het einde van de zee,
10 ook daar zou Uw hand mij leiden
en Uw rechterhand mij vasthouden.
11 Zei ik: Ja, duisternis zal mij opslokken! –
dan is de nacht een licht om mij heen.
12 Zelfs de duisternis maakt het voor U niet duister,
maar de nacht licht op als de dag,
de duisternis is als het licht.
13 Want Ú hebt mijn nieren geschapen,
mij in de schoot van mijn moeder geweven.
14 Ik loof U omdat ik ontzagwekkend
wonderlijk gemaakt ben;
wonderlijk zijn Uw werken,
mijn ziel weet dat zeer goed.
25. Heer, U doorgrondt en kent mij; mijn zitten en mijn staan
en U kent mijn gedachten, mijn liggen en mijn gaan.
De woorden van mijn mond, o Heer, die zijn voor U bekend
en waar ik ook naar toe zou gaan, ik weet dat U daar bent.
Heer, U bent altijd bij mij, U legt uw handen op mij
en U bent voor mij en naast mij en om mij heen.
Heer, U bent altijd bij mij, U legt uw handen op mij
en U bent voor mij en naast mij
en om mij heen,
elke dag.
26. Heer, U doorgrondt en kent mij, want in de moederschoot
ben ik door U geweven; U bent oneindig groot.
Ik dank U voor dit wonder, Heer, dat U mijn leven kent
en wat er ook gebeuren zal, dat U steeds bij mij bent.
Heer, U bent altijd bij mij, U legt uw handen op mij
en U bent voor mij en naast mij en om mij heen.
Heer, U bent altijd bij mij, U legt uw handen op mij
en U bent voor mij en naast mij
en om mij heen,
elke dag.
29. Omdat Hij leeft
ben ik niet bang voor morgen
Omdat Hij leeft
mijn angst is weg
Omdat Hij leeft
is er een toekomst
En het leven is
het leven waard
omdat Hij leeft
31. ELB 356: 1, 2 en 3
Van U wil ik zingen
Collecten
32. Van U wil ik zingen,
wie d’ eng’len omringen,
al juichend getuigend,
Uw goedheid, o Heer.
'k Wil loven en danken,
met woorden en klanken
en prijzen Uw goedheid
en liefde steeds meer.
33. Mag immer mijn harte,
in vreugd en in smarte,
zich leren te keren,
o God, tot Uw troon.
Verhoor mijn verlangen,
wil leiden mijn zangen,
tot ‘k, Vader, benader,
der engelen toon.
34. Mag hier dan mijn zingen,
Uw heem’len doordringen
en juub’lend zich mengen,
met hemelse toon,
tot ‘k eenmaal hierboven,
U eeuwig mag loven,
als ‘k juichend zal staan,
bij Uw stralende troon.
36. QR-code voor uw gift:
2/3 van de gift is
voor de 1ste collecte,
1/3 van de gift is
voor de 2de collecte.
Gezegende week gewenst
Vanavond Spokeplas dienst om 19:00