SlideShare a Scribd company logo
1 of 3
BEWEGINGSONDERWIJS
Karakteristiek
Kinderen bewegen veel en graag. Dat zien we bijvoorbeeld op het schoolplein tijdens het
buitenspelen van de kleuters. Het behouden van die actieve leefstijl is een belangrijke
doelstelling van dit leergebied. Om dat doel te bereiken leren kinderen in het
bewegingsonderwijs deelnemen aan een breed scala van bewegingsactiviteiten, zodat ze
een ruim ‘bewegingsrepertoire’ opbouwen. Dat repertoire bevat motorische aspecten, maar
ook sociale vaardigheden.Leerlingen ervaren de hoofdbeginselen van de belangrijkste
bewegings- en spelvormen in aansprekende bewegingssituaties. Het gaat daarbij om be-
wegingsvormen als balanceren, springen, klimmen, schommelen, duikelen, hardlopen en
bewegen op muziek. En om spelvormen als tikspelen, doelspelen, spelactiviteiten waarbij het
gaat om mikken, jongleren en stoeispelen. Vanuit dit aanbod zullen kinderen zich ook
kunnen oriënteren op de buitenschoolse bewegings- en sportcultuur en de meer
seizoengebonden bewegingsactiviteiten. De meeste bewegings- en sportactiviteiten worden
gezamenlijk ondernomen en dus is het nodig om te leren afspreken wat de regels zijn, hoe
die na te leven en wie welke rol speelt. Verder hoort daarbij elkaar helpen, op veiligheid
letten, elkaars mogelijkheden respecteren en eigen mogelijkheden verkennen. Het is eigen
aan ‘bewegen’ dat er plezier aan te beleven valt. Dat plezier is van groot belang voor een
blijvende deelname aan bewegingsactiviteiten.
KERNDOELEN BEWEGINGSONDERWIJS
57 De leerlingen leren op een verantwoorde manier deelnemen aan de omringende
bewegingscultuur en leren de hoofdbeginselen van de belangrijkste bewegings- en
spelvormen ervaren en uitvoeren.
58 De leerlingen leren samen met anderen op een respectvolle manier aan
bewegingsactiviteiten deelnemen, afspraken maken over het reguleren daarvan, de
eigen bewegingsmogelijkheden inschatten en daarmee bij activiteiten rekening
houden.
Algemeen overzicht leerlijnen basisdocument
In het Basisdocument bewegingsonderwijs1,een gezamenlijke publicatie van SLO en KVLO,
zijn dekerndoelen verder uitwerkt in leerlijnen en tussendoelen voor alle leeftijdsgroepen
(van 1/2 tot enmet 7/8).Een leerlijn moet worden gezien als een opeenvolging van na te
streven (tussen)leerdoelen binnenvergelijkbare bewegingssituaties. De tussendoelen worden
opgesplitst in verschillende niveaus vandeelnemen, van elementair naar complex. De mate
van gevorderdheid van (een groep van)leerlingen wordt uitgedrukt in het niveau waarop aan
een bepaald type bewegingssituatie kanworden deelgenomen.
Uit de doelstellingen van bewegingsonderwijs vloeit voort dat leerlingen ook eenvoudige
reguleringstaken vervullen. Bewegen doe je immers niet alleen en het is dan ook van belang
datkinderen een bewegingssituatie gezamenlijk op gang kunnen brengen en, vervolgens,
diebewegingssituatie ook enige tijd op gang kunnen houden. Er zijn negen reguleringsdoelen
en dezedoelstellingen gelden voor alle bewegingsthema’s binnen de verschillende leerlijnen.
De reguleringsdoelen zijn de volgende:
Ten aanzien van het arrangement:
1 (onder leiding) een veilig bewegingsarrangement helpen inrichten
2 herstellen en aanpassen van het arrangement
Ten aanzien van regelingen:
3 handelen volgens afgesproken regels
4 afspraken maken over team- en groepsindeling
5 verdelen en wisselen van taken en functies
6 hulpverlenen bij een activiteit
Ten aanzien van reflecteren:
7 reflecteren op het eigen (bewegings)handelen en reflecteren op de activiteit
8 een inschatting maken van eigen bewegingsmogelijkheden
9 stimuleren en coachen van anderen (op basis van eenvoudige beoordelingsprincipes)
In het Basisdocument bewegingsonderwijs worden de methodisch/didactische aspecten
uitgewerkt voor alle 31 bewegingsthema’s met veel aandacht voor leerhulp voor alle
bewegers, zowel de zwakkere als de betere. Per les worden gemiddeld vier (kern)activiteiten
gelijktijdig georganiseerd, werken de kinderen in groepjes en rouleren.
Leerlijn bewegingsthema Bewegingsprobleem
Balanceren Balanceren Handhaven van evenwicht en herstellen van
evenwichtsverstoringen bij het verplaatsen op
een (in)stabiel vlak
Rijden Vaart maken op een rijtuig om in balans vaart te
behouden
Glijden Vaart maken op een glijvlak om in balans vaart
te behouden
Acrobatiek In balans uitvoeren van een beweging of pose in
samenwerking met een ander(en)
Klimmen Klauteren Creëren en handhaven van voldoende grip of
steun om te kunnen verplaatsen over
klautervlakken
Klimmen Creëren van steunpunten in touwen om te
verplaatsen in (een) touw(en)
Zwaaien Schommelen Meebewegen in zit of stand op een
schommeltoestel om de zwaai te vergroten of te
onderhouden
Hangend zwaaien Meebewegen aan een zwaaiend toestel om de
zwaai te vergroten of te onderhouden
Steunend zwaaien Komen tot steun op een zwaaiend toestel om de
zwaai te vergroten of te onderhouden
Over de kop gaan Over de kop gaan Inzetten van rotatie tot over de kop gaan en tijdig
deze rotatie weer afremmen
Springen Vrije sprongen Afzetten om lang in de lucht te zweven
Steunspringen (incl. rollen) Afzetten om lang te zweven voor en/of na de
handenplaatsing op een steunvlak
Loopspringen Passeren van een hindernis en gelijkmatig door
kunnen lopen of springen na de hindernis
Touwtje springen Afzetten om in herhaling in/over een
ronddraaiend touw te springen
Ver- en hoog springen Afzetten om een zo groot mogelijke afstand of
hoogte te overbruggen
Hardlopen Hardlopen Lopen om zo snel mogelijk ergens te komen
Mikken Wegspelen Wegspelen van een speelvoorwerp om dit zo
hard en/of ver mogelijk weg te krijgen
Mikken Wegspelen van een speelvoorwerp om dit zo
precies mogelijk in of tegen een mikdoel te
krijgen
Jongleren Werpen en vangen Wegspelen van een speelvoorwerp zodat dit
gevangen kan worden
Soleren Een speelvoorwerp tikkend in beweging houden
Retourneren Heen en weer tikken (slaan) van een
speelvoorwerp samen met een medespeler
Doelspelen Keeperspelen Passeren van een tegenspeler om een doel te
raken terwijl de tegenspeler probeert de bal te
onderscheppen om het doel te verdedigen
Lummelspelen Passeren van de lummel om de bal naar een
medespeler over te spelen terwijl de tegenspeler
probeert de bal te onderscheppen om zelf in
balbezit te komen
Aangepaste sportspelen Komen tot een doelpoging door het openen van
aan- en afspeellijnen terwijl de tegenspelers
proberen de bal te onderscheppen en een
doelpoging proberen te voorkomen
Tikspelen Tikspelen Bedreigen van (een) loper(s) om deze te tikken
terwijl de loper(s) proberen het tikken te
voorkomen
Afgooispelen Lopers proberen af te gooien die het afgooien
proberen te voorkomen
Honkloopspelen Bedreigen van loper(s) tussen de honken om uit
te tikken of uit te branden terwijl de loper(s)
proberen het uittikken of –branden te
voorkomen
Stoeispelen Stoeispelen Duwen of trekken aan een tegenstander om
deze uit balans te
brengen terwijl deze probeert deze
balansverstoringen te voorkomen
Bewegen op
muziek
Bewegen n.a.v. het tempo
van de muziek
Aanpassen van het tempo en ritme van het
bewegen aan het tempo en ritme van de muziek
Bewegen n.a.v. de vorm van
de muziek
Aanpassen van het moment van inzetten en
stoppen en veranderen van bewegen aan de
vorm van de muziek
Een dans uitvoeren op
muziek
Uitvoeren van verschillende bewegingspatronen
op de muziek

More Related Content

Similar to Bewegingsonderwijs kerndoelen en leerlijnen (7)

2014 sporten en bewegen met een verstandelijke beperking
2014 sporten en bewegen met een verstandelijke beperking2014 sporten en bewegen met een verstandelijke beperking
2014 sporten en bewegen met een verstandelijke beperking
 
Bewegingstussendoortjes op school
Bewegingstussendoortjes op schoolBewegingstussendoortjes op school
Bewegingstussendoortjes op school
 
Begeleiden van kinderen met autisme 2014
Begeleiden van kinderen met autisme 2014Begeleiden van kinderen met autisme 2014
Begeleiden van kinderen met autisme 2014
 
Studiedag escalda spelend leren en sociaal ontwikkelen -
Studiedag escalda   spelend leren en sociaal ontwikkelen - Studiedag escalda   spelend leren en sociaal ontwikkelen -
Studiedag escalda spelend leren en sociaal ontwikkelen -
 
Ontwikkelingsdyspraxie
OntwikkelingsdyspraxieOntwikkelingsdyspraxie
Ontwikkelingsdyspraxie
 
Workshop LTAD ALO Groningen
Workshop LTAD ALO GroningenWorkshop LTAD ALO Groningen
Workshop LTAD ALO Groningen
 
Dongeschool
DongeschoolDongeschool
Dongeschool
 

More from BSdeHaren (8)

Project zorg en techniek groep 6
Project zorg en techniek groep 6Project zorg en techniek groep 6
Project zorg en techniek groep 6
 
Debatlessen Samenvatting blok 3
Debatlessen Samenvatting blok 3Debatlessen Samenvatting blok 3
Debatlessen Samenvatting blok 3
 
Debatlessen Samenvatting blok 2
Debatlessen Samenvatting blok 2Debatlessen Samenvatting blok 2
Debatlessen Samenvatting blok 2
 
Debatlessen blok 1
Debatlessen blok 1Debatlessen blok 1
Debatlessen blok 1
 
PP OGW/ Groene opbrengsten BS de Haren
PP OGW/ Groene opbrengsten BS de HarenPP OGW/ Groene opbrengsten BS de Haren
PP OGW/ Groene opbrengsten BS de Haren
 
Omt invulformulieren 22 februari 2012
Omt invulformulieren 22 februari 2012Omt invulformulieren 22 februari 2012
Omt invulformulieren 22 februari 2012
 
Bijlage 5.1 overzichtformulier 4 vaardigheden
Bijlage 5.1 overzichtformulier 4 vaardighedenBijlage 5.1 overzichtformulier 4 vaardigheden
Bijlage 5.1 overzichtformulier 4 vaardigheden
 
Presentatie snappet
Presentatie snappetPresentatie snappet
Presentatie snappet
 

Bewegingsonderwijs kerndoelen en leerlijnen

  • 1. BEWEGINGSONDERWIJS Karakteristiek Kinderen bewegen veel en graag. Dat zien we bijvoorbeeld op het schoolplein tijdens het buitenspelen van de kleuters. Het behouden van die actieve leefstijl is een belangrijke doelstelling van dit leergebied. Om dat doel te bereiken leren kinderen in het bewegingsonderwijs deelnemen aan een breed scala van bewegingsactiviteiten, zodat ze een ruim ‘bewegingsrepertoire’ opbouwen. Dat repertoire bevat motorische aspecten, maar ook sociale vaardigheden.Leerlingen ervaren de hoofdbeginselen van de belangrijkste bewegings- en spelvormen in aansprekende bewegingssituaties. Het gaat daarbij om be- wegingsvormen als balanceren, springen, klimmen, schommelen, duikelen, hardlopen en bewegen op muziek. En om spelvormen als tikspelen, doelspelen, spelactiviteiten waarbij het gaat om mikken, jongleren en stoeispelen. Vanuit dit aanbod zullen kinderen zich ook kunnen oriënteren op de buitenschoolse bewegings- en sportcultuur en de meer seizoengebonden bewegingsactiviteiten. De meeste bewegings- en sportactiviteiten worden gezamenlijk ondernomen en dus is het nodig om te leren afspreken wat de regels zijn, hoe die na te leven en wie welke rol speelt. Verder hoort daarbij elkaar helpen, op veiligheid letten, elkaars mogelijkheden respecteren en eigen mogelijkheden verkennen. Het is eigen aan ‘bewegen’ dat er plezier aan te beleven valt. Dat plezier is van groot belang voor een blijvende deelname aan bewegingsactiviteiten. KERNDOELEN BEWEGINGSONDERWIJS 57 De leerlingen leren op een verantwoorde manier deelnemen aan de omringende bewegingscultuur en leren de hoofdbeginselen van de belangrijkste bewegings- en spelvormen ervaren en uitvoeren. 58 De leerlingen leren samen met anderen op een respectvolle manier aan bewegingsactiviteiten deelnemen, afspraken maken over het reguleren daarvan, de eigen bewegingsmogelijkheden inschatten en daarmee bij activiteiten rekening houden. Algemeen overzicht leerlijnen basisdocument In het Basisdocument bewegingsonderwijs1,een gezamenlijke publicatie van SLO en KVLO, zijn dekerndoelen verder uitwerkt in leerlijnen en tussendoelen voor alle leeftijdsgroepen (van 1/2 tot enmet 7/8).Een leerlijn moet worden gezien als een opeenvolging van na te streven (tussen)leerdoelen binnenvergelijkbare bewegingssituaties. De tussendoelen worden opgesplitst in verschillende niveaus vandeelnemen, van elementair naar complex. De mate van gevorderdheid van (een groep van)leerlingen wordt uitgedrukt in het niveau waarop aan een bepaald type bewegingssituatie kanworden deelgenomen. Uit de doelstellingen van bewegingsonderwijs vloeit voort dat leerlingen ook eenvoudige reguleringstaken vervullen. Bewegen doe je immers niet alleen en het is dan ook van belang datkinderen een bewegingssituatie gezamenlijk op gang kunnen brengen en, vervolgens, diebewegingssituatie ook enige tijd op gang kunnen houden. Er zijn negen reguleringsdoelen en dezedoelstellingen gelden voor alle bewegingsthema’s binnen de verschillende leerlijnen. De reguleringsdoelen zijn de volgende:
  • 2. Ten aanzien van het arrangement: 1 (onder leiding) een veilig bewegingsarrangement helpen inrichten 2 herstellen en aanpassen van het arrangement Ten aanzien van regelingen: 3 handelen volgens afgesproken regels 4 afspraken maken over team- en groepsindeling 5 verdelen en wisselen van taken en functies 6 hulpverlenen bij een activiteit Ten aanzien van reflecteren: 7 reflecteren op het eigen (bewegings)handelen en reflecteren op de activiteit 8 een inschatting maken van eigen bewegingsmogelijkheden 9 stimuleren en coachen van anderen (op basis van eenvoudige beoordelingsprincipes) In het Basisdocument bewegingsonderwijs worden de methodisch/didactische aspecten uitgewerkt voor alle 31 bewegingsthema’s met veel aandacht voor leerhulp voor alle bewegers, zowel de zwakkere als de betere. Per les worden gemiddeld vier (kern)activiteiten gelijktijdig georganiseerd, werken de kinderen in groepjes en rouleren. Leerlijn bewegingsthema Bewegingsprobleem Balanceren Balanceren Handhaven van evenwicht en herstellen van evenwichtsverstoringen bij het verplaatsen op een (in)stabiel vlak Rijden Vaart maken op een rijtuig om in balans vaart te behouden Glijden Vaart maken op een glijvlak om in balans vaart te behouden Acrobatiek In balans uitvoeren van een beweging of pose in samenwerking met een ander(en) Klimmen Klauteren Creëren en handhaven van voldoende grip of steun om te kunnen verplaatsen over klautervlakken Klimmen Creëren van steunpunten in touwen om te verplaatsen in (een) touw(en) Zwaaien Schommelen Meebewegen in zit of stand op een schommeltoestel om de zwaai te vergroten of te onderhouden Hangend zwaaien Meebewegen aan een zwaaiend toestel om de zwaai te vergroten of te onderhouden Steunend zwaaien Komen tot steun op een zwaaiend toestel om de zwaai te vergroten of te onderhouden Over de kop gaan Over de kop gaan Inzetten van rotatie tot over de kop gaan en tijdig deze rotatie weer afremmen Springen Vrije sprongen Afzetten om lang in de lucht te zweven Steunspringen (incl. rollen) Afzetten om lang te zweven voor en/of na de handenplaatsing op een steunvlak Loopspringen Passeren van een hindernis en gelijkmatig door kunnen lopen of springen na de hindernis Touwtje springen Afzetten om in herhaling in/over een ronddraaiend touw te springen Ver- en hoog springen Afzetten om een zo groot mogelijke afstand of hoogte te overbruggen Hardlopen Hardlopen Lopen om zo snel mogelijk ergens te komen Mikken Wegspelen Wegspelen van een speelvoorwerp om dit zo hard en/of ver mogelijk weg te krijgen Mikken Wegspelen van een speelvoorwerp om dit zo precies mogelijk in of tegen een mikdoel te krijgen Jongleren Werpen en vangen Wegspelen van een speelvoorwerp zodat dit
  • 3. gevangen kan worden Soleren Een speelvoorwerp tikkend in beweging houden Retourneren Heen en weer tikken (slaan) van een speelvoorwerp samen met een medespeler Doelspelen Keeperspelen Passeren van een tegenspeler om een doel te raken terwijl de tegenspeler probeert de bal te onderscheppen om het doel te verdedigen Lummelspelen Passeren van de lummel om de bal naar een medespeler over te spelen terwijl de tegenspeler probeert de bal te onderscheppen om zelf in balbezit te komen Aangepaste sportspelen Komen tot een doelpoging door het openen van aan- en afspeellijnen terwijl de tegenspelers proberen de bal te onderscheppen en een doelpoging proberen te voorkomen Tikspelen Tikspelen Bedreigen van (een) loper(s) om deze te tikken terwijl de loper(s) proberen het tikken te voorkomen Afgooispelen Lopers proberen af te gooien die het afgooien proberen te voorkomen Honkloopspelen Bedreigen van loper(s) tussen de honken om uit te tikken of uit te branden terwijl de loper(s) proberen het uittikken of –branden te voorkomen Stoeispelen Stoeispelen Duwen of trekken aan een tegenstander om deze uit balans te brengen terwijl deze probeert deze balansverstoringen te voorkomen Bewegen op muziek Bewegen n.a.v. het tempo van de muziek Aanpassen van het tempo en ritme van het bewegen aan het tempo en ritme van de muziek Bewegen n.a.v. de vorm van de muziek Aanpassen van het moment van inzetten en stoppen en veranderen van bewegen aan de vorm van de muziek Een dans uitvoeren op muziek Uitvoeren van verschillende bewegingspatronen op de muziek