SlideShare a Scribd company logo
1 of 52
Download to read offline
Het gebruik van superfoods in de voeding
van het nationale Ladies Sevens rugbyteam
Een kwantitatief observationeel onderzoek naar de inname van micro- en macronutriënten van het elite
en development team
Manon te Linde
Anouk Snelders
Amsterdam, januari 2015
Projectnummer: 2015111
Bacheloropleiding Voeding en Diëtetiek
1
Het gebruik van superfoods in de voeding van het nationale Ladies Sevens rugbyteam
Hogeschool van Amsterdam
Opleiding Voeding en Diëtetiek
Dokter Meurerlaan 8
1067 SM Amsterdam
Tel. 020-595 3400
Projectnummer: 2015111
Auteurs: Manon te Linde
Schaatsenrijder 1
1562 LG, Krommenie
06-36340684
manontelinde@hotmail.com
Studentnummer: 500636906
Anouk Snelders
Zonderland 8
1541 ME, Koog aan de Zaan
06-18368689
anouk.snelders@hotmail.com
Studentnummer: 500631403
Opdrachtgever: NOC*NSF / Hogeschool van Amsterdam lectoraat gewichtsmanagement
Praktijkbegeleidster: Janine Reitsema
Sportdiëtiste NOC*NSF/Hogeschool van Amsterdam
Docentbegeleidster: Janine Reitsema
Sportdiëtiste NOC*NSF/Hogeschool van Amsterdam
2
Voorwoord/dankwoord
Deze scriptie betreft een onderzoek naar de voedingsinname van het nationale Ladies Sevens rugbyteam
en de invloed van het gebruik van superfoods op het behalen van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid
voedingsstoffen.
Dit onderzoek is uitgevoerd als onderdeel van de afronding van de bachelor Voeding en Diëtetiek aan de
Hogeschool van Amsterdam in opdracht van Janine Reitsema, de sportdiëtiste vanuit het Nederlands
Olympisch Comité * Nederlandse Sport Federatie (NOC*NSF) van het elite Ladies Sevens rugbyteam. De
onderzoeksperiode was van september 2014 tot januari 2015. Onduidelijkheid over een eventuele
meerwaarde van de toevoeging van superfoods aan de voeding voor het behalen van de aanbevolen
dagelijkse hoeveelheid voedingsstoffen van het nationale Ladies Sevens rugbyteam heeft geleid tot het
onderwerp van onze scriptie.
Graag willen we het nationale Ladies Sevens elite en development rugbyteam bedanken voor hun
medewerking in het aanleveren van de meetgegevens.
Ook willen we Floris Wardenaar, Bo van Rooij en Naomi Brinkmans van het Dutch Sport Nutrition and
Supplement Study (DSSS) bedanken voor hun support, het meedenken en aandragen van oplossingen en
het feit dat we met behulp van hun onderzoeksmethode onze gegevens hebben kunnen verzamelen.
Tot slot willen we Janine Reitsema bedanken voor haar hulp, feedback, betrokkenheid en inzet om onze
scriptie tot een goed einde te brengen.
De scriptieperiode is voor ons zeer leerzaam geweest en we hebben met veel enthousiasme en motivatie
aan het product gewerkt.
Amsterdam, Januari 2015.
Manon te Linde
Anouk Snelders
3
Samenvatting
Doel: Het hoofddoel van dit onderzoek was om inzicht te krijgen in het aandeel dat superfoods leveren
aan de micro- en macronutriënten inname van het nationale Ladies Sevens rugbyteam ten opzichte van
de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid voedingsstoffen voor deze doelgroep. Met de verkregen data is
een advies voor de sportdiëtiste en een samenvattende adviesfolder voor het begeleidingsteam van het
nationale Ladies Sevens rugbyteam opgesteld.
Methode: Met behulp van drie 24-uurs recalls en een aanvullende vragenlijst over de supplementen
inname en sportactiviteit is het gebruik van superfoods, de voedingsinname en supplement gebruik van
de doelgroep in kaart gebracht. Vervolgens zijn van de gebruikte superfoods de voedingswaarde
opgezocht om hun aandeel te bepalen. De doelgroep werd ingedeeld in een groep die structureel
superfoods gebruikt en een controlegroep. Vervolgens zijn de data geanalyseerd op verschillen in micro-
en macronutriënten inname tussen de twee groepen. Ook is onderzocht of beide groepen de aanbevolen
dagelijkse hoeveelheid voor atleten behaalden.
Resultaten: De onderzoekspopulatie bestond uit 29 vrouwelijke Sevens rugbyspelers, waarvan 8 in de
superfoods groep en 21 in de controlegroep. De superfoods groep consumeerde gemiddeld 2038 kcal
per dag, de controlegroep 1998 kcal. Binnen de onderzoekspopulatie gebruikten 19 rugbyspelers
supplementen naast hun basisvoeding. De aanbeveling van de belangrijkste micro- en macronutriënten
voor atleten was vastgesteld.
Inclusief en exclusief supplementen consumeerde de superfoods groep significant minder dan de
aanbeveling voor koolhydraten. De overige nutriënten leverden geen significante verschillen met de
aanbeveling. De controlegroep had exclusief supplementen een significant lagere inname dan de
aanbeveling voor koolhydraten, eiwit, folaat en ijzer. De overige nutriënten leverden geen significante
verschillen met de aanbeveling. Inclusief supplementen had de controlegroep een significant lagere
inname van eiwit en ijzer, maar de aanbeveling voor folaat leverde geen significant verschil. Een
vergelijking van de inname van micro- macronutriënten tussen de superfoods groep en controlegroep
gaf aan dat er een significant verschil was bij de inname van ijzer en magnesium. De overige micro- en
macronutriënten verschilden niet significant tussen de groepen.
Als gekeken werd naar het procentuele aandeel dat de superfoods leverden in de dagvoeding viel dit,
afhankelijk van het micro- of macronutriënt, binnen een range van 0 tot 12%.
Discussie: Naast het gebruik van superfoods konden verschillen in de inname van basisvoeding en/of
gebruik van supplementen een reden zijn van een verschil in inname tussen de groepen. Er kon niet met
zekerheid gezegd worden dat een hogere nutriëntenwaarde in de basisvoeding door het gebruik van
superfoods kwam. De samenstelling van superfoods was in sommige gevallen niet wetenschappelijk
onderzocht. Dit zorgde voor een onvolledig beeld van de exacte samenstelling van superfoods. Om een
beter beeld te kunnen vormen van de exacte bijdrage die superfoods leverden binnen de voeding is er
meer onderzoek naar de samenstelling van superfoods nodig.
Conclusie: De superfoods groep consumeerde gemiddeld meer micro- en macronutriënten in vergelijking
met de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid dan de controlegroep. De inname van micro- en
macronutriënten tussen de superfoods groep en de controlegroep verschilde echter niet significant van
elkaar, behalve bij ijzer en magnesium. Een voeding inclusief superfoods zou daarom volwaardiger
kunnen zijn.
Trefwoorden: superfoods, Ladies Sevens rugby, micro- en macronutriënten, 24-uur recall , NOC*NSF
4
Inhoud
1. Inleiding .....................................................................................................................................5
2. Methode.....................................................................................................................................7
2.1 Literatuuronderzoek...........................................................................................................................7
2.1.1 Gebruikte literaire databases ......................................................................................................7
2.1.2 Gebruikte zoektermen en methoden ..........................................................................................7
2.1.3 Selectiecriteria.............................................................................................................................8
2.2 Praktijkonderzoek...............................................................................................................................8
2.2.1 Doelgroepbeschrijving.................................................................................................................8
2.2.2 Dataverzameling..........................................................................................................................9
2.2.3 De dataverwerking en analyse ..................................................................................................10
3. Resultaten ................................................................................................................................13
3.1 Onderzoekspopulatie .......................................................................................................................13
3.2 Sevens rugby ....................................................................................................................................13
3.3 Aanbeveling micro- en macronutriënten..........................................................................................14
3.4 Voedingswaarde superfoods ............................................................................................................14
3.5 Vergelijking groepen met aanbevolen dagelijkse hoeveelheid.........................................................15
3.6 Verschil inname micro- en macronutriënten tussen de superfoods groep en controlegroep..........18
3.7 Procentuele aandeel van superfoods op de inname van micro- en macronutriënten .....................18
3.8 Probability of inadequacy.................................................................................................................20
4. Discussie...................................................................................................................................21
5. Conclusie ..................................................................................................................................23
5.1 Aanbevelingen..................................................................................................................................23
Verklarende woordenlijst .................................................................................................................24
Literatuurlijst ...................................................................................................................................25
Bijlagen............................................................................................................................................28
1) PowerPoint voorlichting.................................................................................................................28
2) Formulier informed consent...........................................................................................................32
3) Vragenlijst superfoods inventarisatie.............................................................................................33
4) GANTT-Chart ..................................................................................................................................34
5) Welkomst e-mail ............................................................................................................................35
6) Compl-eat e-mail............................................................................................................................37
7) Compl-eat.......................................................................................................................................39
8) Vitaliteitsportaal vragenlijst ...........................................................................................................40
9) Qualtrics e-mail ..............................................................................................................................42
10) Achtergrond aanbevolen dagelijkse hoeveelheid micro- en macronutriënten ..............................43
11) Eindtotalen file 9 ............................................................................................................................46
12) Adviesfolder begeleidingsteam Ladies Sevens ...............................................................................49
5
1. Inleiding
In 2008 stonden ‘superfoods’ op nummer 2 in de top 10 van ‘Food Trends’ in Amerika. (1) Ondertussen
zijn superfoods uitgegroeid tot een vast begrip in de wereld van gezonde voeding.
Volgens het Voedingscentrum zijn superfoods te categoriseren in twee groepen, namelijk speciale
superfoods en gewone superfoods. In de categorie speciale superfoods vallen onder andere chiazaad,
gojibessen, hennepzaad, moerbeien, zeewier, cacaobonen en kokosvet. In de categorie gewone
superfoods vallen verschillende soorten groenten en fruit zoals broccoli, tomaten, bessen en druiven,
vette vis, bepaalde noten en groene thee. (2)
Superfoods worden door de Oxford Dictionary uit 2009 omschreven als “Een natuurlijk voedingsproduct
dat vooral heilzaam is door zijn nutriëntenstatus of zijn gezondheidsbeschermende kwaliteiten.” De
gesuggereerde werking van superfoods is echter tot op heden niet wetenschappelijk onderbouwd.
Aan superfoods worden veel positieve eigenschappen toegeschreven, zoals het verhogen van het libido,
het voorkomen van hart- en vaatziekten, het voorkomen of verminderen van depressies en
huidveroudering en het helpen met afvallen. Ze zouden een hoog gehalte aan voedingstoffen bevatten
zoals vitamines, mineralen en antioxidanten. (2) Mede door deze claims wordt er momenteel veel
onderzoek gedaan naar de exacte werking en samenstelling van superfoods. Er is echter nog weinig
onderzoek beschikbaar over de daadwerkelijke werking van superfoods.
Het Agricultural Research Service United States Department of Agriculture heeft de samenstelling van
een aantal speciale superfoods in kaart kunnen brengen. Dit zijn onder andere chiazaad, spirulina,
kokosolie, cacaoboter, lijnzaad, spelt en quinoa. (3)
Meerdere doelgroepen zouden, indien superfoods daadwerkelijk de gesuggereerde
gezondheidsbeschermende kwaliteiten bevatten, baat hebben bij het gebruik van superfoods als
aanvulling op hun dagelijkse voedselconsumptie. Denk hierbij aan doelgroepen die door ziekte een
hogere behoefte hebben aan macronutriënten zoals eiwitten, maar ook doelgroepen die door een
verhoogde lichaamsinspanning een hogere behoefte hebben aan bepaalde micro- en macronutriënten
zoals atleten. (4, 5)
Sinds augustus 2013 is vanuit het NOC*NSF een sportdiëtiste bij het nationale elite Ladies Sevens
rugbyteam aangesteld. Deze sportdiëtiste gaat te werk met wetenschappelijk aangetoonde
voedingsrichtlijnen. Gedurende twee jaar voorafgaande het aanstellen van de sportdiëtiste heeft het
nationale elite Ladies Sevens rugbyteam voedingsadviezen gekregen welke onder andere gebaseerd zijn
op het nuttigen van superfoods en het volgen van een koolhydraat beperkt dieet. Deze adviezen werden
gegeven door een trainer/voedingsadviseur zonder erkende voedingsopleiding.
Veel leden van het elite team zijn van mening dat superfoods een toegevoegde waarde leveren binnen
hun voedingspatroon en vullen de voeding aan met superfoods zoals gojibessen, chiazaad, moerbeien,
lijnzaad, spelt, quinoa e.a.
Om te voorzien in de gezamenlijke lunch op de trainingslocatie van de Nederlandse Rugby Bond heeft
het team een budget wat zij kunnen besteden bij de biologische winkel Ekoplaza. Aangezien dit budget
beperkt is en superfoods hoge kosten met zich meebrengen, is het van belang om uit te zoeken of de
superfoods daadwerkelijk bijdragen aan het behalen van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid (ADH)
voedingsstoffen voor een rugbyspeler.
De sportdiëtiste van het team wil graag duidelijkheid over de voordelen van het wel- of niet gebruiken
van superfoods. Indien er voordelen zijn, wil de sportdiëtiste de superfoods graag meenemen in haar
standaard voedingsadvies. Indien het gebruik van superfoods geen voordelen biedt, kan het team het
budget besteden aan andere producten.
6
De probleemstelling zal in het onderzoek centraal staan. Met behulp van het onderzoek zal in de vorm
van een scriptie antwoord gegeven worden op deze probleemstelling.
De opgestelde probleemstelling luidt:
‘Hoe verhoudt de huidige voedingsinname van het nationale Ladies Sevens rugbyteam zich tot de
aanbevolen dagelijkse hoeveelheid voedingsstoffen voor deze groep sporters, waarbij onderscheid
gemaakt wordt tussen een voedingspatroon met- en zonder superfoods?’
Onze verwachting op basis van de beschikbare literatuur is dat het consumeren van superfoods geen
verschil maakt in het behalen van de ADH voedingsstoffen van het nationale Ladies Sevens rugbyteam.
Met behulp van het onderzoek stellen we een advies op voor de sportdiëtiste in de vorm van een
scriptie. Ook zal een samenvattende adviesfolder opgesteld worden gericht aan het begeleidingsteam
met daarin resultaten van het onderzoek. Het doel van dit onderzoek is om de inname van micro- en
macronutriënten van het elite en development Ladies Sevens rugbyteam in kaart te brengen. Daarbij
wordt onderscheid gemaakt tussen een voeding met- en zonder superfoods.
In hoofdstuk 2 wordt de methode van zowel het literatuuronderzoek als het praktijkonderzoek
beschreven. In dit hoofdstuk komen ook de deelvragen naar voren. Hoofdstuk 3 beschrijft de resultaten
van het onderzoek. De discussie van het onderzoek wordt beschreven in hoofdstuk 4, waarin zowel een
terugblik op het onderzoek en een vooruitblik zal plaatsvinden. In hoofdstuk 5 wordt in de conclusie een
antwoord op de probleemstelling gegeven en aanbeveling gedaan.
7
2. Methode
2.1 Literatuuronderzoek
Door middel van het literatuuronderzoek zijn de volgende deelvragen behandeld:
1. Welke voedingsmiddelen vallen onder de term superfoods?
2. Wat voor soort sport is Ladies Sevens rugby?
3. Wat zijn de aanbevolen dagelijkse hoeveelheden micro- en macronutriënten voor een Ladies Sevens
rugbyspeler?
4. Welke micro- en macronutriënten bezitten de superfoods die het nationale Ladies Sevens rugbyteam
gebruikt?
2.1.1 Gebruikte literaire databases
Bij het verkrijgen van informatie voor de scriptie is gebruik gemaakt van wetenschappelijke artikelen en
boeken vanuit de bibliotheek van de Hogeschool van Amsterdam (zie bronnenlijst).
De artikelen zijn met behulp van databanken gezocht. Dit waren onder andere Pubmed, the Cochrane
Library, ScienceDirect en Google Scholar.
De voedingswaarde van enkele superfoods was terug te vinden in NEVO-online 2013. (8) Meerdere
superfoods zijn door het United States Department of Agriculture (USDA) onderzocht. Deze informatie
staat in het National Nutrient Database for Standard Reference en hier is aan gerefereerd voor het
onderzoek. (3) De superfoods waarvan de voedingswaarde niet beschikbaar was in NEVO-online en het
UDSA zijn zo veel mogelijk opgezocht in literaire databanken. Als hier uiteindelijk geen betrouwbare
voedingswaarde naar voren kwam, zijn verschillende consumenten websites gebruikt. Binnen webshops
werd gezocht naar de voedingswaarde die bedrijven die superfoods verkopen hanteren (o.a. Mattison,
Nutrition Data en Goodness Direct). Vervolgens werd een e-mail gestuurd naar deze bedrijven om te
achterhalen wat de bron is van hun voedingswaarde, dit heeft geen betrouwbare resultaten opgeleverd.
De ADH voedingsstoffen voor een atleet, specifiek gericht op het Ladies Sevens rugbyteam, is opgesteld
aan de hand van verschillende literatuurbronnen. Deze literatuur werd gevonden middels
wetenschappelijke databanken en boeken van de Hogeschool van Amsterdam en de Hogeschool van
Arnhem en Nijmegen (zie bronnenlijst). Het advies werd gericht op de micro- en macronutriënten die
voor een atleet van belang zijn. Hiervoor werd onder andere gekeken naar het huidige advies wat de
sportdiëtiste hanteert, aangevuld met literatuur over sportvoeding.
2.1.2 Gebruikte zoektermen en methoden
Binnen Pubmed, the Cochrane Library, ScienceDirect en Google Scholar is gezocht op de individuele
soorten superfood met zoektermen als ‘goji berry AND sport’, ‘mulberry AND sport’, ‘cocos AND sport’,
‘flaxseeds AND sport’, ‘spelt AND sport’ en ‘quinoa AND sport’, hier kwamen 0 relevante resultaten naar
voren. Zo ook met de zoekterm ‘superfoods AND athletes’. Hier is uit geconcludeerd dat er momenteel
zeer weinig tot geen onderzoek beschikbaar is over het effect van superfoods op de sportprestaties.
De zoekterm ‘chia seeds AND sport’ gaf op Pubmed het artikel ‘Omega 3 Chia Seed Loading as a Means
of Carbohydrate Loading’. (6) Dit artikel stond in ‘The Journal of Strength and Conditioning research’.
Een zoekopdracht in de HVA databank op ‘rugby Sevens’ en ‘rugby Sevens nutrition’ resulteerde in
meerdere nuttige artikelen over de soort sport wat rugby Sevens is en een artikel over de
voedingsbehoefte tijdens wedstrijddagen van rugby Sevens.
Voor de voedingswaarde van de superfoods die niet in de NEVO-2013 en USDA beschikbaar waren, is
gezocht binnen SpringerLink, ScienceDirect, PubMed en GoogleScholar. De volgende zoektermen zijn
gebruikt: ‘Cacao nibs nutrient’, ‘Goji Berry nutrient’, ‘Hempseed nutrient’, ‘Incaberry nutrient’, ‘Maca
8
powder nutrient’, ‘Mulberry nutrient’. Een wetenschappelijk bepaalde voedingswaarde van hennepzaad
en incabessen zijn op deze manier gevonden. De overige zoekacties leverden 0 relevante artikelen.
2.1.3 Selectiecriteria
De artikelen zijn beoordeeld met behulp van de impact factor(IF). De IF laat het relatieve aanzien van een
wetenschappelijk tijdschrift zien. Wanneer de gepubliceerde artikelen vaak worden geciteerd in
tijdschriften krijgt het artikel een hoge IF. Echter betekent een lage IF niet per definitie dat het artikel
niet goed is. Het kan ook betekenen dat het artikel geschreven is voor een klein en specifiek vakgebied.
2.2 Praktijkonderzoek
Met behulp van een kwantitatief observationeel retrospectief onderzoek is de inname van micro- en
macronutriënten van het elite en development Ladies Sevens rugbyteam beschreven. Er is gekozen voor
dit soort onderzoek omdat er binnen een redelijk kleine doelgroep een onderzoek heeft plaatsgevonden
naar bestaand gedrag. De doelgroep is voorafgaand aan het onderzoek opgesteld door de sportdiëtiste
van het NOC*NSF. De onderzoekspopulatie werd ingedeeld in 2 groepen. Een groep die structureel
superfoods gebruikt (de experimentele groep) en een groep die dit niet doet (de controlegroep)*. De
meetgegevens zijn verzameld in de meetperiode van 3 tot en met 30 november 2014.
* Vanaf dit punt wordt aan de groep die structureel superfoods gebruikt gerefereerd als ‘de superfoods groep’. De
groep die niet structureel superfoods gebruikt is ‘de controlegroep’
De volgende deelvragen zijn beantwoord met het praktijkonderzoek:
1. Beschrijving van de onderzoekspopulatie ‘het nationale Ladies Sevens rugbyteam’.
2. Hoe ziet de gemiddelde dagvoeding van de dames van het nationale Ladies Sevens rugbyteam er
momenteel uit?
3. Welke superfoods worden momenteel gebruikt in het nationale Ladies Sevens rugbyteam?
2.2.1 Doelgroepbeschrijving
De doelgroep van het onderzoek was het nationale Ladies Sevens rugbyteam. Het nationale Ladies
Sevens rugbyteam is volgens het Centrum voor Topsport en Onderwijs (CTO) Amsterdam in twee
verschillende programma’s opgedeeld.
Het elite team bestaat uit 18 dames. De rugbyspelers representeren Nederland op internationale
toernooien. Momenteel trainen ze voor de Olympische spelen in Rio de Janeiro in 2016. Het elite team
heeft een fulltime trainingsprogramma op 5 tot 6 dagen per week. Afhankelijk van het seizoen duurt de
training 2 tot 4 uur per dag. Een deel van het elite team maakt veelvuldig gebruik van superfoods en ze
hebben intensieve begeleiding van een eigen sportdiëtiste.
Het development team speelt op hoog niveau en bestaat uit 18 dames. Ze trainen op 6 dagen per week 3
tot 5 uur per dag naast de studie of het werk en spelen daarnaast wedstrijden bij hun eigen rugby club.
De training op het Nationale Rugby Centrum omvat gemiddeld 20 uur per week. Met deze trainingen
proberen de dames van het development team aansluiting te vinden bij het elite team.
Het development team wordt begeleid door een sportdiëtiste vanuit het CTO. Deze sportdiëtiste
begeleidt meerdere teams. In het development team worden minder superfoods gebruikt dan in het
elite team.
De dames van zowel het elite team als het development team* vallen in de leeftijdscategorie van 16 tot
en met 33 jaar.
*Vanaf dit punt wordt aan het development team en het elite team gezamenlijk gerefereerd als: het team.
9
2.2.2 Dataverzameling
De meetgegevens van het onderzoek zijn verkregen met behulp van het Dutch Sport Nutrition and
Supplement Study (DSSS). Dit is het promotieonderzoek van ir. F.Wardenaar,
Hoofddocent/Onderzoeker/Sportdiëtist Sports & Exercise Nutrition. Binnen het DSSS wordt de dagelijkse
voedingsinname van Nederlandse topsporters in kaart gebracht door middel van een cross-sectionele
studie.
Het verzamelen van meetgegevens en het verwerken van data heeft plaatsgevonden met behulp van
Compl-eat, het Vitaliteitsportaal, Qualtrics, Microsoft Office Excel 2007 en IBM SPSS Statistics 20. (Voor
uitleg programma´s zie verklarende woordenlijst)
Elke rugbyspeler heeft in de meetperiode van 3 weken op 3 dagen de geconsumeerde voeding van de
voorgaande dag, met behulp van een 24-uurs recall, ingevuld in Compl-eat (45-60 minuten).
Op dezelfde 3 dagen heeft de rugbyspeler een aanvullende vragenlijst ingevuld in het Vitaliteitsportaal
aan de hand van een telefoongesprek met een van de onderzoekers (5-15 minuten).
Aan het eind van de meetperiode werd eenmaal een online aanvullende vragenlijst ingevuld in Qualtrics
(15-60 minuten).
Direct achtereenvolgens de meetperiode was er een reserve meetweek ingepland. In deze week kon een
ontbrekende 24-uurs recall of vragenlijst alsnog ingevuld worden door de rugbyspeler om van elke
proefpersoon een complete dataset van 3x een 24-uurs recall, 3x een aanvullende vragenlijst in het
Vitaliteitsportaal en 1x een vragenlijst van Qualtrics te realiseren. Echter als een rugbyspeler aan het eind
van de periode 2x een 24-uurs recall, 2x een aanvullende vragenlijst in het Vitaliteitsportaal en 1x een
vragenlijst van Qualtrics had ingevuld, kon deze data alsnog meegenomen worden in het onderzoek.
Binnen het onderzoek werd gebruik gemaakt van 3x een 24-uurs recall, omdat op die manier de dag-tot-
dag variatie in de voeding meegenomen werd in de metingen. Een eenmalige meting geeft hier
onvoldoende inzicht in. (7) Bij twee metingen wordt deze variatie ook meegenomen, en konden deze
gegevens alsnog gebruikt worden.
Het verzamelen van de gegevens heeft als volgt plaatsgevonden:
Om het team voor te bereiden op het onderzoek is een korte voorlichting (bijlage 1) ontwikkeld. Deze
voorlichting had als doel om het onderzoek en het gebruik van de verschillende online programma’s te
verduidelijken. Ook is er toestemming gevraagd voor het gebruiken van de meetgegevens door middel
van een Informed Consent formulier (bijlage 2) en is door middel van een korte vragenlijst het gebruik
van superfoods binnen het team geïnventariseerd (bijlage 3). Aan de hand van deze gegevens kon het
team ingedeeld worden in de twee onderzoeksgroepen. De rugbyspelers die niet bij de voorlichting
aanwezig waren hebben de informatie via een e-mail ontvangen.
Na afloop van de voorlichting zijn alle gegevens van het team geregistreerd in Excel. Aan de hand van de
gegevens kon een gerandomiseerd schema (Gantt-chart)(bijlage 4) opgesteld worden voor de afname
van de 24-uurs recall. Meetdagen waren vastgesteld door het DSSS onderzoek, namelijk: ma–wo–vr , di-
do en za-zo. Op basis van deze indeling kreeg iedere rugbyspeler 3 meetdagen. Bij voorkeur werd van
elke rugbyspeler een 24-uurs recall afgenomen op 1 wedstrijddag, 1 trainingsdag en 1 rustdag. Tussen
elke meting zaten minimaal 4 dagen om zoveel mogelijk verwarring over de meetdagen te voorkomen en
om te voorkomen dat de voeding aangepast werd voor de 24-uurs recall.
Met de gegevens vanuit de Gantt-chart werden de meetdagen van de rugbyspelers in Compl-eat en het
Vitaliteitsportaal geüpload. Toen dit compleet was, werd een welkomst e-mail gestuurd naar de
rugbyspelers. (bijlage 5)
10
Op de dag van de 24-uurs recall, werd vóór 07:00 uur een e-mail (bijlage 6) naar de rugbyspeler gestuurd
dat vóór 12:00 uur de volgende dag de 24-uurs recall ingevuld diende te worden in Compl-eat (bijlage 7).
De e-mail bevatte de inloggegevens naar hun persoonlijke 24-uurs recall. Indien de rugbyspeler binnen
24 uur de dagvoeding nog niet in Compl-eat had ingevoerd, werd er de volgende dag een e-mail
gestuurd ter herinnering (bijlage 6) dat Compl-eat nog ingevuld kon worden tot 12:00 uur.
Op de dag van de 24-uurs recall werd er rond 08:00 uur een sms-bericht naar de desbetreffende
rugbyspeler gestuurd met een verwijzing naar de uitnodiging om Compl-eat in te vullen en om een
afspraak voor het telefoongesprek te maken.
Na ontvangst van de ingevulde 24-uurs recall, werd deze door de onderzoeker gecontroleerd op
onduidelijkheden of producten die wellicht in de ingevulde dagvoeding ontbraken. Van deze bevindingen
werd een notitie gemaakt in het Compl-eat logboek in Excel. Vervolgens werd de rugbyspeler op de
afgesproken tijd gebeld om de onduidelijkheden te bespreken en de aanvullende vragenlijst voor het
Vitaliteitsportaal (bijlage 8) af te nemen.
Na afloop van het telefoongesprek werden alle gegevens ingevoerd. Als er vervolgens een akkoord was
van het DSSS team voor het logboek, dan konden de aanpassingen doorgevoerd worden in Compl-eat.
(Zie afbeelding 1)
Afbeelding 1. Stappenplan van het verzamelen van de onderzoeksgegevens
De stappen voor de dataverzameling zijn per rugbyspeler 3-maal herhaald binnen de meetperiode.
Aan het eind van de meetperiode werd er een e-mail verstuurd (bijlage 9) naar alle leden van het team
voor het invullen van de aanvullende vragenlijst in Qualtrics. Hiervoor kreeg de rugbyspeler 3 dagen de
tijd. Indien er geen reactie ontvangen was, werd er nog een e-mail ter herinnering gestuurd.
2.2.3 De dataverwerking en analyse
Aan de hand van de vragenlijst in het Vitaliteitsportaal werden er twee datasets verkregen. Één dataset
met de gegevens van de desbetreffende rugbyspeler en de antwoorden op de vragen, en één
gecodeerde dataset met de gebruikte supplementen per rugbyspeler.
De twee datasets werden aan elkaar gekoppeld, gedecodeerd, de voedingswaarde van de gebruikte
supplementen per rugbyspeler werd handmatig ingevoerd en het dagtotaal per rugbyspeler werd
berekend. Vervolgens zijn de supplementen geclassificeerd. De supplementen konden in verschillende
Controleren
voeding van
Sporter
Onduidelijkheden
navragen
Antwoorden
noteren in het
logboek
Bedenken van
oplossingen
Controle van
logboek door
het DSSS team
Doorvoeren
aanpassingen in
compl-eat
11
categorieën vallen op basis van bewezen effect. Echter wordt hier niet verder op ingegaan omdat dit niet
van belang is voor dit onderzoek.
Toen alle gegevens in Compl-eat compleet waren, zijn de data van de 24-uurs recalls vanuit Compl-eat
geëxporteerd. Compl-eat gaf met behulp van NEVO-online 2010 (8) een Excel bestand als uitdraai met
hierin de berekening van elke 24-uurs recall die er afgenomen is, dit waren er 85 in totaal. Op de dagen
dat er superfoods zijn gebruikt moest de voedingswaarde van de gegeten hoeveelheid superfoods met
de hand worden toegevoegd aan de uitdraai van Compl-eat. Vervolgens zijn de dagtotalen berekend.
Omdat er geen concrete definitie is van het woord superfoods, was het lastig te bepalen welke
producten vanuit de voeding van de rugbyspelers binnen deze groep vallen. Zoals in de inleiding staat
beschreven, heeft het Voedingscentrum de superfoods gecategoriseerd als gewone en speciale
superfoods. In het onderzoek zijn de producten uit de voeding van het team onderzocht die volgens het
Voedingscentrum in de categorie speciale superfoods vallen. (2)
Het bestand met de dagtotalen vanuit het Vitaliteitsportaal werd vervolgens gekoppeld aan de uitdraai
van Compl-eat inclusief de superfoods. Dit bestand omvatte alle data van het onderzoek en was het
uiteindelijke File 9 (bijlage 11) waar alle analyses mee uitgevoerd konden worden. Dit bestand werd
ingelezen in SPSS. Aan deze data is een extra waarde toegevoegd zodat duidelijk was welke rugbyspeler
in de superfoods groep valt en welke in de controlegroep.
Als een rugbyspeler 1 of meer soorten speciale superfoods consumeerde op ten minste 2 van de 24-uurs
recall dagen, dan behoorde deze in de superfoods groep. Als een rugbyspeler minder superfoods
consumeerde, behoorde deze in de controlegroep.
Vervolgens is de onderzoeksgroep met behulp van ‘split file’ in SPSS opgedeeld in de superfoods groep,
en de controlegroep. De twee groepen zijn beschreven met behulp van beschrijvende statistiek.
De data is vervolgens opnieuw gestructureerd en apart opgeslagen zodat van elke rugbyspeler alle
gegevens in 1 rij in SPSS stonden. Aan de hand van deze indeling is per sporter het gemiddelde berekend
van het gewicht, de inspanningsduur, de inname van basisvoeding, de inname van basisvoeding +
supplementen en de inname per nutriënt. Aan de hand van de berekende waarden in SPSS is per groep
het gemiddelde, de standaarddeviatie, mean, percentielen, skewness en kurtosis berekend.
Met behulp van de skewness en kurtosis werd bepaald of de waarden normaal verdeeld zijn. De
waarden zijn normaal verdeeld indien de skewness en kurtosis zich beiden tussen de -1,96 en +1,96 SD
bevinden, want 95% van de waarden van normaal verdeelde data vallen 1,96 SD links en rechts van de
mean. (9) Dit was het geval bij de waarden die nodig waren voor het onderzoek. Er was geen LOG-
transformatie nodig om de waarden te normaliseren.
Vervolgens is de one way ANOVA uitgevoerd om de mean square te berekenen van de between groups
en within groups. Vanuit deze waarden zijn de standaarddeviatie (σ), de between (σb) en de within (σw)
standaarddeviaties berekend. Dit was nodig om de gecorrigeerde standaarddeviatie te berekenen met
behulp van de onderstaande formule:
12
De z-waarde is vervolgens berekend om de probability of inadequacy (POI) vast te stellen. De POI is de
kans op een inadequate inname van het team ten opzichte van de ADH van de doelgroep.
Waarbij:
x = aanbevolen dagelijkse hoeveelheid van een voedingsstof
u = mean
σ = gecorrigeerde standaarddeviatie
Ten slotte is de POI berekend in Excel met behulp van de volgende formule:
Met behulp van de originele data is de totale inname van micro- en macronutriënten van de superfoods
groep en de controlegroep met de ADH voor deze doelgroep vergeleken. Hier zijn binnen elke groep ook
de waarden inclusief supplementgebruik meegenomen. Dit is uitgevoerd met behulp van de one-sample
t-test in SPSS om vast te stellen of de voeding voldoet aan of significant afwijkt van de ADH.
One-sample t-test waarbij (10):
x = steekproefgemiddelde van variabele x
a = getal waarmee het gemiddelde wordt vergeleken
n = omvang van de steekproef
s = standaarddeviatie van de variabele x in de steekproef
In SPSS is er met behulp van de independent samples t-test onderzocht of er een significant verschil is in
de totale micro- en macronutriëntenstatus in de voeding tussen de superfoods groep en controlegroep.
In deze vergelijking is de micro- en macronutriëntenstatus inclusief supplementen gebruikt.
Independent samples t-test waarbij (10):
x = steekproefgemiddelde van variabele x
N = omvang van de steekproef
s = standaarddeviatie van de variabele x in de steekproef
Binnen het onderzoek zijn enkel de micro- en macronutriënten waar een verhoogde behoefte aan is voor
de beoefening van Sevens rugby meegenomen in de analyses.
Ten slotte is, met behulp van de gemiddelde voedingswaarde van de superfoods die gebruikt zijn binnen
de superfoods groep, het procentuele aandeel van de superfoods op de gemiddelde inname van een
bepaald micro- of macronutriënt in de voeding berekend.
13
3. Resultaten
3.1 Onderzoekspopulatie
Het elite en development team bevatten gezamenlijk 36 dames. Van 3 rugbyspelers is er geen respons
ontvangen, 4 rugbyspelers hebben aangegeven geblesseerd of ziek te zijn. Deze zijn niet meegenomen in
het onderzoek, omdat dit een vertekend beeld zou geven van de inname van een actieve Ladies Sevens
speler. Dit heeft er toe geleid dat de onderzoekspopulatie bestond uit 29 personen, waaronder 17 van
het elite team en 12 van het development team.
Van 27 rugbyspelers is er een complete dataset afgenomen. Van 2 rugbyspelers is er 2 keer een 24-uurs
recall afgenomen en 2 keer de vragenlijst in het Vitaliteitsportaal. In tabel 1 is de beschrijving van de
twee onderzoeksgroepen te zien.
Tabel 1. Beschrijving van de onderzoekspopulatie
Superfoods groep (N=8) Controlegroep (N=21)
Leeftijd (jaren) 26 (4,8) 22,4 (4,2)
Gewicht (kg) 66,3 (6,2) 66,9 (6,1)
Lengte (cm) 169 (6,2) 169,1 (5,1)
BMI (gewicht/lengte2
) 23,2 (1,4) 23,4 (2,1)
Energie inname (kcal) 2038,3 (472,0) 1997,8 (645,9)
Aantal personen dat supplementen gebruikt 6 13
Aantal elite rugbyspelers 6 11
Aantal development rugbyspelers 2 10
3.2 Sevens rugby
Sevens rugby is een verkorte versie van een originele rugby wedstrijd. Officieel was Sevens rugby een
manier om jonge spelers op te leiden tot de professionele rugby sport. Ondertussen is Sevens rugby
uitgegroeid tot een sport op zich.
Tijdens een wedstrijd spelen 2 teams van 7 spelers tegen elkaar in 2 helften van 7 minuten op een
officieel rugbyveld. Tussen de helften zit 2 minuten pauze. (11, 13)
Sevens rugby is een explosieve teamsport waarbij veel korte sprints van hoge intensiteit en abrupte
wendingen plaatsvinden. Dit zorgt er voor dat een rugby Sevens wedstrijd een combinatie is van een
teamsport en krachtsport.
Bij een onafgebroken inspanning van langer dan 2 minuten op 60-95% van de maximale intensiteit wordt
het anaerobe verbrandingssysteem in het lichaam aangesproken. Een afbraakproduct van het anaerobe
verbrandingssysteem is o.a. melkzuur. (13) Tijdens een Sevens rugbywedstrijd wordt er 7 minuten
achtereenvolgens inspanning geleverd op 60-95% van de maximale intensiteit. Dit zorgt er voor dat er
een hoge mate van verzuring is opgetreden aan het einde van een Sevens rugbywedstrijd.
Tijdens wedstrijddagen of competities van 2-3 dagen worden er tot wel 3 wedstrijden per dag gespeeld.
Dit vraagt veel van de individuele rugbyspeler. (11, 12) Onderzoek van D. Higham et al. in 2012 over het
bewegingspatroon tijdens Sevens rugby wedstrijden heeft aangetoond dat Sevens rugby om en nabij de
dubbele inspanning per minuut vereist van de spelers in vergelijking met traditionele rugby. (12)
14
3.3 Aanbeveling micro- en macronutriënten
De onderstaande micro- en macronutriënten worden in meerdere bronnen (4, 5, 6, 14, 15, 16, 17, 18, 19,
20, 21, 22, 23, 24, 25, 26, 27, 28, 29, 30, 31, 32, 33, 47) genoemd als nutriënten waar bij de beoefening
van topsport, en sporten die vergelijkbaar zijn met Sevens Rugby, een verhoogde behoefte aan is. De
ADH uit deze bronnen wordt hieronder verder beschreven. De ADH is een waarde die is opgesteld door 2
standaarddeviaties boven de gemiddelde behoefte van een populatie te zitten. Deze ADH geeft een
waarde die voldoet aan de behoefte van 97,5% van de personen van de desbetreffende populatie. (4) Er
is gekozen voor overzichtelijke weergave van alle gekozen micro- en macronutriënten, te zien in tabel 4.
Een uitgebreide verantwoording van de gekozen aanbevelingen is te vinden in bijlage 10.
Tabel 4. De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid nutriënten voor een vrouwelijk Sevens rugbyspeler per nutriënt.
Nutriënt Aanbeveling voor Ladies Sevens Bron
Koolhydraten 1-3 uur sport/dag: 5-10 g/kg AIS, 2011
Eiwit 1,5-1,8 g/kg AIS, 2009; Burke, 2007, Maughan & Burke, 2004
Vet 20-30 en% ADA et al ,2009, Maughan & Burke, 2002
Vitamine B1 0,5 mg/1000kcal Maughan & Burke, 2004
Vitamine B2 0,6 mg/1000kcal Maughan & Burke, 2004
Vitamine B3 6,7 mg/1000kcal Maughan & Burke, 2004
Vitamine B6 1,6-2 mg Maughan & Burke, 2004
Vitamine B11 300 µg Gezondheidsraad, 2000
Vitamine B12 2,8 µg Gezondheidsraad, 2000
IJzer 15 mg Gezondheidsraad, 2000
Calcium 1000 mg Gezondheidsraad, 2000
Magnesium 300-350 mg Dunford & ADA Sports, 2006
Zink 9 mg Gezondheidsraad, 2000
3.4 Voedingswaarde superfoods
In tabel 5 is de voedingswaarde van de superfoods die gebruikt worden in de voeding van de
rugbyspelers terug te lezen. In de tabel zijn enkel de micro- en macronutriënten opgenomen waar een
verhoogde behoefte aan is bij Sevens rugby.
Doordat niet alle hoeveelheden micronutriënten bekend zijn van superfoods, zijn de uiteindelijke
waarden in Compl-eat waar de superfoods bij berekend zijn een minimumwaarde. Hierdoor kan het zijn
dat het gehalte aan een bepaald micronutriënt in werkelijkheid hoger is dan beschreven in de tabellen.
Tabel 5. De voedingswaarde van de gebruikte superfoods per 100 gram.
Per 100 gram Energie
Kcal
Kh
g
Eiwit
g
Vet
g
B1
+
mg
B2
+
mg
B6
+
mg
B11
+
µg
B12
+
µg
Fe
mg
Ca
mg
Mg
mg
Zn
mg
Cacao nibs* (37) 642,6 28,6 14,3 50 ~ ~ ~ ~ ~ 3,9 71,4 18 7
Cacaopoeder (38) 379 10,5 18,5 21,7 0 0,1 0,1 38 0 10,5 150 525 7
Chiazaad (39) 486 42,1 16,5 30,7 0,6 0,2 ~ 49 0 7,7 631 335 4,6
Gojibessen* (40) 357 75 10,7 0 0,3 0,4 ~ ~ ~ 6,4 71,4 ~ 1,1
Hennepzaad (41) 525,1 27,6 24,8 35,5 0,4 0,1 0,1 ~ ~ 14 145 483 7
Incabessen (42) 291,2 49 6,4 3,4 ~ ~ ~ ~ ~ 3,1 24 ~ ~
Kokosolie (43) 862 0 0 100 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Kokosrasp (44) 660 23,7 6,9 64,5 0,1 0,1 0,3 9 0 3,3 26 90 2
Lijnzaad (45) 477 13 19 31 0,4 1,0 0 87 0 0 260 181 7,8
Maca Poeder* (46) 325 71 14 4 ~ 0,4 1,1 ~ ~ 14,8 250 ~ ~
Moerbeien* (47) 480 80 10,7 0,4 ~ ~ ~ ~ ~ 1,9 39 18 ~
Quinoa (48) 114 18,5 4,4 1,9 0,1 0,1 0,1 42 0 1,5 17 64 1,1
+ Vitamine, ~ Onbekende waarde, * Geen wetenschappelijke bron beschikbaar
15
3.5 Vergelijking groepen met aanbevolen dagelijkse hoeveelheid.
In tabel 6 is te zien of het gemiddelde van de geconsumeerde voeding die ingevoerd is in Compl-eat door
de rugbyspelers voldoet aan de ADH voor deze doelgroep. Er is gekeken naar de voeding exclusief en
inclusief supplementen voor beide onderzoeksgroepen.
In het geval van koolhydraten, eiwitten, vetten, vitamine B6 en magnesium worden er twee waarden
onderzocht aangezien deze micro- en macronutriënten een range hebben voor de ADH. Er wordt per
micro- en macronutriënt geanalyseerd of de geconsumeerde hoeveelheid voldoet aan de ondergrens
en/of de bovengrens van de behoefte.
In het geval van vitamine B1 en B2 wordt er uit gegaan van een aantal mg per 1000 kcal. Hier is voor de
superfoods groep en de controlegroep eerst apart de behoefte berekend aan de hand van de
gemiddelde hoeveelheid energie (kcal) dat geconsumeerd is. Met behulp van deze waarde is de
geconsumeerde hoeveelheid van de vitamine getoetst aan de ADH.
Koolhydraten. De waarden van de superfoods groep en de controlegroep zijn beiden significant lager
dan de ADH van 5-10g/kg koolhydraten. Ook inclusief het gebruik van supplementen is de
geconsumeerde waarde significant lager dan de ADH.
Eiwit. De superfoods groep heeft met- en zonder supplementen geen significant verschil met de
ondergrens van 1,5 g/kg eiwit. De bovengrens van 1,8 g/kg eiwit is significant hoger dan de
geconsumeerde hoeveelheid. Voor de controlegroep is de geconsumeerde hoeveelheid eiwit significant
lager dan de boven- en ondergrens van de ADH, ook inclusief supplementen.
Vet. De inname van vet is voor de superfoods groep en de controlegroep significant hoger dan de
ondergrens van de ADH van 20en%, ook bij supplementgebruik is dit verschil significant. Beide groepen
hebben geen significant verschil met de bovengrens van de ADH voor vet van 30en%, ook niet indien er
supplementen gebruikt worden.
Vitamine B1. De superfoods groep en de controlegroep hebben beiden geen significant verschil met de
ADH voor vitamine B1 van 0,5 mg/1000 kcal. Indien het supplementgebruik van de groepen
meegenomen wordt, is de geconsumeerde hoeveelheid vitamine B1 van beide groepen significant hoger
dan de ADH.
Vitamine B2. De geconsumeerde waarde van vitamine B2 is van beide groepen significant hoger dan de
ADH van 0,6 mg/1000 kcal, dit is ook het geval indien er supplementen gebruikt worden.
Vitamine B6. Beide groepen hebben geen significant verschil met de ondergrens van de ADH van
vitamine B6 van 1,6 mg. Indien er supplementen geconsumeerd worden, is de geconsumeerde waarde
van beide groepen significant hoger dan de ondergrens van de ADH.
Beide groepen consumeren significant minder dan de bovengrens van de ADH van 2 mg van vitamine B6.
Indien er supplementen worden gebruikt, is er in de superfoods groep geen significant verschil met de
ADH. In de controlegroep is de geconsumeerde waarde inclusief supplementen significant hoger dan de
ADH.
Vitamine B11. De superfoods groep heeft geen significant verschil met de ADH van 300 µg van vitamine
B11. Indien deze groep supplementen gebruikt, wordt er significant meer vitamine B11 geconsumeerd
dan de ADH . De controlegroep consumeert significant minder vitamine B11 dan de ADH. Indien deze
groep supplementen gebruikt, is er geen significant verschil tussen de consumptie en de ADH.
16
Vitamine B12. Beide groepen consumeren significant meer vitamine B12 dan de ADH van 2,8 µg. Dit is
ook het geval indien er supplementen gebruikt worden.
IJzer. De superfoods groep heeft geen significante verschillen tussen de geconsumeerde waarde en de
ADH van 15 mg van ijzer, ook niet indien er supplementen gebruikt worden. De controlegroep heeft een
waarde die significant lager is dan de ADH, dit is ook het geval indien er supplementen worden gebruikt.
Calcium. Beide groepen hebben geen significante verschillen tussen de geconsumeerde waarde van
calcium en de ADH van 1000 mg, ook niet indien er supplementen worden gebruikt.
Magnesium. Beide groepen consumeren significant meer magnesium dan de ondergrens van de ADH
van 300 mg. Dit is ook het geval indien er supplementen gebruikt worden.
De superfoods groep consumeert significant meer magnesium dan de bovenwaarde van de ADH van 350
mg. Dit is ook het geval indien er supplementen gebruikt worden.
De controlegroep heeft geen significante verschillen met de geconsumeerde waarde en de bovengrens
van de ADH, ook niet indien er supplementen gebruikt worden.
Zink. Beide groepen consumeren significant meer zink dan de ADH van 9 mg. Dit is ook het geval indien
er supplementen gebruikt worden.
17
Tabel 6. Vergelijking superfoods groep en controlegroep met de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid
Nutriënt ADH Superfoods excl.
supplementen
Superfoods incl.
supplementen
Controle excl.
supplementen
Controle incl.
supplementen
N=8 N=8 N=21 N=21
Koolhydraten 5 g/kg 3,5 (1)* 3,5 (1)* 3,6 (1,5)* 3,9 (2,7)*
Koolhydraten 5 g/kg 3,5 (1)* 3,5 (1)* 3,6 (1,5)* 3,9 (2,7)*
Eiwit 1,5 g/kg 1,5 (0,7) 1,5 (0,7) 1,4 (0,5)* 1,4 (0,5)*
Eiwit 1,8 g/kg 1,5 (0,7)* 1,5 (0,7)* 1,4 (0,5)* 1,4 (0,5)*
Vet 20 en% 30,6 (8,8)* 33,4 (9,1)* 31,2 (9,4)* 32 (9,5)*
Vet 30 en% 30,6 (8,8) 33,4 (9,1) 31,2 (9,4) 32 (9,5)
Vitamine B1 0,5 mg/ 1000 kcal 1,1 (0,3) 1,9 (2)* 1 (0,6) 1,8 (1,8)*
Vitamine B2 0,6 mg/1000 kcal 1,7 (0,7)* 2,7 (2,3)* 1,8 (0,8)* 2,8 (2,1)*
Vitamine B6 1,6 mg 1,8 (0,5) 2,7 (2,3)* 1,7 (0,9) 2,6 (2,1)*
Vitamine B6 2 mg 1,8 (0,5)* 2,7 (2,3) 1,7 (0,9)* 2,6 (2,1)*
Vitamine B11 300 µg 286,9 (96) 425 (271,1)* 245,3 (92)* 349,4 (232,9)
Vitamine B12 2,8 µg 4,7 (2,3)* 6,7 (4,5)* 5,5 (4)* 7,7 (6,9)*
IJzer 15 mg 13,4 (4,1) 15,1 (5,5) 10,6 (4,3)* 12 (5,4)*
Calcium 1000 mg 1077 (413,5) 1091 (399,1) 1082,2 (526,8) 1094,3 (548,4)
Magnesium 300 mg 410,1 (120,6)* 412,6 (118,7)* 346,1 (124,2)* 350,2 (129,3)*
Magnesium 350 mg 410,1 (120,6)* 412,6 (118,7)* 346,1 (124,2) 350,2 (129,3)
Zink 9 mg 12,7 (5,8)* 15 (7,1)* 10,5 (4)* 12,3 (5,7)*
*P-waarde<0,05
Tabel 7. Verschil superfoods groep en controlegroep
Kcal Kh
g/kg
Eiwit
g/kg
Vet
en%
B1
+
mg
B2
+
mg
B6
+
mg
B11
+
µg
B12
+
µg
Fe
mg
Ca
mg
Mg
mg
Zn
mg
Superfoods 1901,3
(449,2)
3,5
(1)
1,5
(0,7)
33,4
(9,1)
1,9
(2)
2,7
(2,3)
2,7
(2,3)
425
(271,1)
6,7
(4,5)
15,1
(5,5)*
1091
(399,1)
412,6
(118,7)*
15
(7,1)
Controle 2011,5
(658,4)
3,9
(2,7)
1,4
(0,5)
32
(9,5)
1,8
(1,8)
2,8
(2,1)
2,6
(2,1)
349,4
(232,9)
7,7
(6,9)
12
(5,4)*
1094,3
(548,4)
350,2
(129,3)*
12,3
(5,7)
*P-waarde<0,05, + Vitamine
18
3.6 Verschil inname micro- en macronutriënten tussen de superfoods groep en controlegroep
In tabel 7 is het verschil tussen de totale inname per nutriënt per groep te zien. Deze gemiddelde
waarden zijn inclusief supplementen. In de tabel is te zien dat de verschillen tussen de groepen over het
algemeen niet significant van aard zijn, met uitzondering van ijzer en magnesium. De gemiddelde
inname van ijzer bij de superfoods groep is 15,1 mg per dag, waarbij de controlegroep een inname heeft
van 12 mg per dag. De superfoods groep consumeert significant meer ijzer dan de controlegroep.
De gemiddelde inname van magnesium bij de superfoods groep is 412,6 mg per dag. De controlegroep
consumeert gemiddeld 350,2 mg per dag. Ook hier consumeert de superfoods groep significant meer
magnesium dan de controlegroep.
Er is in het geval van vitamine B11 gekozen om te focussen op folaatequivalenten in plaats van folaat,
omdat de biobeschikbaarheid van folaat in de supplementen hoger is dan folaat uit voeding. (20) Bij de
folaatequivalenten wordt dit verschil meegenomen, op deze manier wordt een waarde gebruikt die
dichter bij de daadwerkelijke waarde in het lichaam ligt.
3.7 Procentuele aandeel van superfoods op de inname van micro- en macronutriënten
In grafiek 1 is het procentuele aandeel van de voeding en van superfoods te zien op de totale inname
van micro- en macronutriënten van de superfoods groep. Dit is inclusief supplementen.
De gemiddelde bijdrage van superfoods op de dagelijkse inname van micro- en macronutriënten is 162
kcal, 5 g eiwit, 18,9 g koolhydraten, 7,8 g vet, 0,1 mg vitamine B1, 0,1 mg vitamine B2, 0,0 mg vitamine
B6, 7,5 µg vitamine B11(folaat), 0,0 µg vitamine B12, 0,4 mg calcium, 1,6 mg ijzer, 49,9 mg magnesium
en 1,1 mg zink. Deze waarden zijn op 1 decimaal afgerond.
Van de macronutriënten leveren superfoods bij vet het grootste aandeel, namelijk van 10,8%.
Superfoods leveren bij de totale eiwit inname het kleinste aandeel, namelijk 5,2%. De basisvoeding
levert 91,9% van de totaal ingenomen koolhydraten.
Van de micronutriënten leveren superfoods bij magnesium het grootste aandeel, namelijk 12,1% van de
totale inname. De superfoods leveren de kleinste bijdrage, namelijk 0%, bij de totale inname van
vitamine B12 en calcium. De basisvoeding levert 95,6% van vitamine B1, 95,3% van vitamine B2, 98,9%
van vitamine B6 en 96,3% van vitamine B11. De bijdrage van superfoods op de totale ijzerinname is
10,4% en van zink is dit 7,2%. De totale inname van micro- en macronutriënten is inclusief
supplementen berekend.
Grafiek 1. Procentuele aandeel van superfoods op de inname micro- en macronutriënten van de superfoods groep
91,5 94,8 91,9 89,2 95,6 95,3 98,9 96,3 100 100
89,6 87,9 92,8
8,5 5,2 8,1 10,8 4,4 4,7 1,1 3,7 0 0
10,4 12,1 7,2
Procentuele aandeel van superfoods op de inname van micro- en
macronutriënten van de superfood groep
Superfoods
Voeding
19
Tabel 7. Probability of Inadequacy (POI) van het team
Exclusief supplementen Inclusief Supplementen
Nutriënt Norm Mean Corrected
SD
Median 0,25 0,75 POI % Mean Corrected
SD
Median 0,25 0,75 POI%
Energie(kcal) 2038,3 (186,9) 147,5 2055,8 1879,2 2207,4 1901,3 (195,7) 713,1 1902,1 1741,8 2096,2
Kh(g/kg) 5 3,5 (0,7) 0,6 3,5 3,0 4,1 99,1 3,5 (0,7) 0,5 3,5 3,0 4,1 99,8
Kh(g/kg) 10 3,5 (0,7) 0,6 3,5 3,0 4,1 100,0 3,5 (0,7) 0,5 3,5 3,0 4,1 100,0
Eiwit(g/kg) 1,5 1,5 (0,5) 0,1 1,4 1,1 1,6 58,0 1,5 (0,5) 0,2 1,4 1,1 1,6 6,0
Eiwit(g/kg) 1,8 1,5 (0,5) 0,1 1,4 1,1 1,6 99,8 1,5 (0,5) 0,2 1,4 1,1 1,6 95,9
Vet(en%) 20 30,6 (7,0) 4,3 31,7 24,6 35,1 0,6 33,4 (7,0) 6,1 34,8 27,3 38,5 1,4
Vet(en%) 30 30,6 (7,0) 4,3 31,7 24,6 35,1 44,1 33,4 (7,0) 6,1 34,8 27,3 38,5 28,9
Vit. B1(mg) 1 1,1 (0,1) 0,1 1,1 1,0 1,2 14,1 1,9 (1,2) 1,1 1,2 1,1 2,7 15,7
Vit. B2(mg) 1,1 1,7 (0,6) 0,4 1,8 1,2 2,2 3,8 2,7 (1,4) 0,9 2,3 1,4 4,1 4,7
Vit. B6(mg) 1,6 1,8 (0,3) 0,3 1,9 1,5 2,0 26,2 2,7 (1,2) 2,1 2,1 1,8 4,1 22,0
Vit. B11(µg) 300 286,4 (76,8) 36,3 272,9 216,7 355,9 64,6 286,4 (76,8) 58,5 272,9 216,7 355,9 7,0
Vit. B12(µg) 2,8 4,7 (1,8) 1,2 4,8 3,5 6,2 5,6 6,7 (3,5) 0,4 6,9 3,6 9,7 0,0
Calcium(mg) 1000 1077,0 (292,9) 209,8 1094,8 803,8 1964,4 35,7 1091,0 (278,1) 112,8 1094,8 887,6 1343,5 21,0
IJzer(mg) 15 13,4 (2,4) 1,2 13,3 10,9 15,5 91,4 15,0 (4,4) 5,5 13,3 12,0 20,1 10,2
Magnesium(mg) 300 410,1 (76,5) 50,2 416,3 365,6 473,4 1,4 412,6 (71,5) 299,9 416,3 365,6 473,4 35,4
Zink(mg) 9 12,7 (3,9) 1,0 11,3 10,0 16,1 0,0 15,0 (6,2) 3,8 12,4 10,2 20,4 1,7
20
3.8 Probability of inadequacy.
In tabel 7 is de POI van het hele team (dus het elite en development team samen) te zien. Gemiddeld
krijgt het team 2038 kcal binnen met hun basisvoeding. De mediaan is 2056 kcal per dag. Er is voor kcal
geen POI% beschikbaar, omdat voor kcal geen vaste norm is opgesteld.
De inname van koolhydraten is gemiddeld 3,5 g/kg per dag. Van de populatie consumeert 99,1% onder
de ADH van 5,0 g/kg per dag. Van de populatie consumeert 100% onder de ADH van 10,0 g/kg per dag.
Het team consumeert dus gemiddeld onder de aanbeveling van 5-10 g/kg koolhydraten per dag.
Van de populatie consumeert 58,0% onder de ADH van eiwit, wat minimaal 1,5 g/kg is. Indien gekeken
wordt naar een hogere behoefte voor atleten, van 1,8 g/kg eiwit per dag, dan consumeert 99,8% van de
populatie onder deze waarde. Gemiddeld consumeert het team 1,5 g/kg eiwit per dag, wat aan de
ondergrens van de dagelijkse behoefte voor deze doelgroep ligt. De mediaan is 1,4 g/kg eiwit per dag.
Het team consumeert dagelijks gemiddeld 30,6 en% vet. Wanneer gekeken wordt naar de ondergrens
van de norm van 20en% per dag, dan consumeert 0,6% van de populatie onder deze norm. Wanneer
gekeken wordt naar de bovengrens van de norm van 30en% per dag voor een atleet, dan haalt 44,1%
van de populatie deze waarde niet. De gemiddelde consumptie vet zit net boven de bovengrens van de
aanbeveling voor vet.
Indien gekeken wordt naar de micronutriënten is te zien dat, volgens de POI, de populatie met
uitzondering van zink onder de aanbeveling scoort.
Van de populatie consumeert 14,1% onder de ADH van gemiddeld 1,0 mg per dag voor vitamine B1.
Voor vitamine B2 consumeert 3,8% van de populatie onder de gemiddelde ADH van 1,1mg per dag. De
gemiddelde inname van vitamine B6 is 1,8 mg per dag, de mediaan is 1,9 mg per dag, dit geeft een POI
van 26,2%. De ADH voor vitamine B11 is 300 mg per dag voor een vrouwelijke atleet, het team
consumeert gemiddeld 286,4 mg per dag. De mediaan is 272,9 mg. Dit resulteert in een POI van 64,6%.
Van de populatie consumeert 5,6% onder de ADH van vitamine B12 van 2,8 mg per dag met een
gemiddelde inname is 4,7 mg per dag. De mediaan is 4,8 mg.
De gemiddelde inname van calcium is 1077 mg per dag, met een mediaan van 1094,8 mg per dag. 35,7%
van de populatie consumeert onder de ADH. De aanbeveling van ijzer is 15,0 mg per dag, de
gemiddelde inname van ijzer door het team is 13,4 mg per dag. De mediaan is 13,3 mg per dag. Dit
resulteert in een POI van 91,4%. De aanbeveling voor magnesium is 300 mg per dag. Het team
consumeert gemiddeld 410,1 mg per dag. De mediaan is 416,3 mg. Dit geeft een POI van 1,4%. Het team
consumeert gemiddeld boven de aanbeveling van 9,0 mg zink per dag, namelijk 12,7 mg. De mediaan is
11,3 mg. 0,0% van de populatie consumeert onder de aanbeveling van zink.
Een compleet beeld van de inname van het team volgt na het includeren van de supplementen.
Inclusief supplementen consumeert het team gemiddeld 1901 kcal per dag. Dit gemiddelde is lager dan
het gemiddelde zonder supplementen, omdat de waarden van de groep inclusief supplementen groter
verspreid zijn dan die zonder supplementen. Dit is ook te zien aan de corrected SD die bij de groep
inclusief supplementen groter, namelijk 713,1, is dan de groep exclusief supplementen, namelijk 147,5.
De gehele populatie behaalt inclusief supplementen, met een POI van 0,0%, de aanbeveling voor
vitamine B12 van 2,8 µg. Inclusief supplementen wordt de ADH voor ijzer behaald, met een gemiddelde
van 15,0 mg per dag. Inclusief supplementen wordt een hoger gemiddelde van micro- en
macronutriënten behaald. Dit is te verklaren door koolhydraatpreparaten, multivitaminen en
eiwitshakes die gebruikt zijn tijdens recall dagen. De mediaan en het POI percentage is echter niet in
alle gevallen hoger dan die van de groep exclusief supplementen. Dit is te verklaren doordat er
uitschieters zijn van rugbyspelers die extreme hoeveelheden van enkele micro- en macronutriënten
geconsumeerd hebben op een dag, bijvoorbeeld door grote hoeveelheden sportdrank te consumeren.
Deze dames zorgen ervoor dat de rest van de populatie de norm minder snel zal halen.
21
4. Discussie
In dit hoofdstuk wordt er ingegaan op het verloop van het onderzoek, met daarbij de punten die deze
scriptie sterk maken en verbeterpunten. De resultaten van dit onderzoek geven inzicht in de inname van
micro- en macronutriënten van een specifieke groep sporters. Bij de voedingsinname zijn de gebruikte
superfoods geïncludeerd.
Inclusief en exclusief supplementen behaalt de superfoods groep de ADH met uitzondering van
koolhydraten. De controlegroep behaalt exclusief supplementen de ADH met uitzondering van
koolhydraten, eiwit, folaat en ijzer. Ook inclusief supplementen behaalt de controlegroep de ADH voor
eiwit en ijzer niet, maar wel de ADH voor folaat. Echter kan dit verschil ook toe te schrijven zijn aan
bijvoorbeeld verschillen in inname van basisvoeding en/of gebruik van supplementen. Gemiddeld
leveren de superfoods namelijk een bijdrage van ongeveer 6% van de totale inname van micro- en
macronutriënten. Het kan dus niet met zekerheid gezegd worden dat een hogere nutriëntenwaarde van
de voeding door het gebruik van superfoods komt. De samenstelling van superfoods zijn in sommige
gevallen niet wetenschappelijk onderzocht. Dit zorgt voor een onvolledig beeld van de exacte waarden
van nutriënten in superfoods. Om een beter beeld te krijgen van de exacte bijdrage die superfoods
leveren binnen de voeding, is meer onderzoek naar de nutriënten samenstelling van superfoods nodig.
Op basis van behaalde resultaten is onze verwachting dat het gebruik van superfoods geen verschil
maakt in het behalen van de ADH voedingsstoffen van het nationale Ladies Sevens rugbyteam, niet
waar.
De gemiddelde inname van koolhydraten onder sporters uit een onderzoek uit 2004 ligt op 4,5 g/kg. De
gemiddelde inname van koolhydraten binnen de superfoods groep is 3,5 g/kg en de gemiddelde inname
binnen de controlegroep is 3,9 g/kg. Dit is redelijk overeenkomstig met elkaar en ligt onder de norm van
5 g/kg per dag voor atleten. (48)
In een studie naar de voedingsinname van 17 professionele volleybalspeelsters van het AZS Bialystok
team in Polen is geconcludeerd dat de dames geen volwaardige voeding consumeren. Het AZS Bialystok
volleybal team consumeert gemiddeld 1910 kcal en het nationale Ladies Sevens rugbyteam consumeert
gemiddeld 1956 kcal. De koolhydraatinname is onder de speelsters van AZS Bialystok te laag, net als
voor het nationale Ladies Sevens rugbyteam. Echter behaalt het AZS Bialystok team de norm voor ijzer,
calcium en andere vitaminen en mineralen niet. De superfoods groep van het nationale Ladies Sevens
rugbyteam behaalt de norm voor ijzer en calcium wel, in contrast met de controlegroep van het
rugbyteam en het AZS Bialystok volleybal team. Een dieet inclusief superfoods zou kunnen bijdragen aan
het behalen van een meer volwaardige voeding aan de hand van de ADH voor het AZS Bialystok
volleybal team. (49)
Volgens een studie van het Voedingscentrum in 2014 naar de consumptie van superfoods in Nederland,
consumeren Nederlanders gemiddeld het meest de bessensoorten, zoals gojibessen, incabessen en
moerbeien (11%). Daarna consumeren zij het meest de zaden, zoals chiazaad, hennepzaad en lijnzaad
(8%). Dit komt ongeveer overeen met de gemiddelde consumptie van superfoods binnen het nationale
Ladies Sevens rugbyteam. Zij consumeren het meest de kokosrasp, goji bessen, moerbeien, lijnzaad en
chiazaad. (50)
Voor het schrijven van de literaire achtergrond van superfoods (2,3) is geen wetenschappelijke literatuur
gevonden met een IF van >1,5. Voor de micro- en macronutriënten in de superfoods is gebruik gemaakt
van verschillende nationale- en internationale databanken zoals de Nederlandse NEVO-online en de
22
Amerikaanse USDA. (3, 34, 35, 39, 40, 41, 44) Voor de micro- en macronutriënten van de superfoods die
in deze databanken niet aanwezig waren, is gebruik gemaakt van consumentenwebsites die geen
bronnen vrij gaven. (33, 36, 37, 38, 42, 43). Ook zijn niet alle nutriëntenwaarden van de superfoods
compleet, wat van invloed kan zijn op de uitkomst van het onderzoek.
De micro- en macronutriënten inname is gemeten met behulp van de 24-uurs recall methode. De 24-
uurs recall methode is betrouwbaar om de voedingsinname van een grote groep te meten. (7) Bij 27 van
de 29 sporters is het gelukt om drie 24-uurs recalls af te nemen. Dit zorgt ervoor dat er een lagere dag-
tot- dag variatie is dan bij een enkele 24-uurs recall. (7, 51) Ook zijn de sporters na het invullen van de
dagvoeding gebeld om eventuele onduidelijkheden te bespreken. Echter kan er sprake zijn van
onderrapportage, omdat Compl-eat ingevuld wordt vanuit het geheugen. Dit kan ervoor zorgen dat
dingen die geconsumeerd zijn, vergeten worden.
De insteek was om 36 rugbyspelers te includeren. Sporters die tijdens de gehele meetperiode
geblesseerd waren, zijn niet meegenomen in het onderzoek. Van enkele sporters is een non-respons
ontvangen. Uiteindelijk bestond de onderzoekspopulatie uit 29 vrouwelijke rugbyspelers (meer dan 80%
van de doelgroep) waarvan 8 rugbyspelers in de superfoods groep en 21 rugbyspelers in de andere
groep. De groepen hebben geen gelijke grootte en dit kan leiden tot een vertekend beeld. Ook is de
onderzoeksgroep niet generaliseerbaar voor de totale Sevens Rugby populatie, omdat dit onderzoek
enkel vrouwelijke rugbyspelers omvatte.
Aan de hand van een vragenlijst voorafgaande aan het onderzoek was het team ingedeeld in de
superfoods groep en controlegroep. De indeling was gemaakt op basis van het criterium dat er op
minimaal 5 dagen in de week 1 of meer superfoods gebruikt wordt. In de loop van het onderzoek kwam
het naar voren dat deze indeling geen beeld zou kunnen geven over de voeding met superfoods. Er
waren uiteindelijk 8 rugbyspelers die superfoods hebben ingevoerd in Compl-eat, terwijl er verwacht
werd dat dit 18 rugbyspelers zouden zijn. Als er doorgegaan was met dit criterium, waren de superfoods
weggevallen in de groep. Vanwege dit feit is in overleg met de docentbegeleider en praktijkbegeleider
het criterium in de loop van het onderzoek aangepast.
Met betrekking tot verschillen in inname van micro- en macronutriënten tussen de groepen moet
meegenomen worden dat de superfoods groep mogelijk een andere relatie met voeding heeft dan de
controlegroep. Wellicht is de superfoods groep bewuster bezig met voeding. Dit zou van invloed kunnen
zijn op de verschillen tussen de twee groepen.
Voorafgaande aan het onderzoek was met de arts van het team afgesproken dat er tijdens de
meetperiode een bloedonderzoek afgenomen zou worden bij de rugbyspelers. Echter is dit niet tijdig
gelukt, en daarom niet meegenomen in het onderzoek.
Ten slotte wordt in meerdere bronnen vitamine B3 genoemd als belangrijke vitamine voor sporters. Er is
besloten om deze vitamine niet mee te nemen in het onderzoek, omdat Compl-eat geen
nutriëntenwaarde geeft van vitamine B3. Er kon daarom geen analyse op uitgevoerd worden.
23
5. Conclusie
Superfoods zouden wel eens meer dan een hype kunnen zijn. De superfoods leveren wel degelijk micro-
en macronutriënten waar een atleet een verhoogde behoefte aan heeft. De superfoods groep
consumeert gemiddeld meer micro- en macronutriënten (met uitzondering van koolhydraten) in
vergelijking met de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid dan de controlegroep. De inname van micro- en
macronutriënten tussen de superfoods groep en de controlegroep verschilt echter niet significant van
elkaar, behalve bij ijzer en magnesium. Een voeding inclusief superfoods zou volwaardiger kunnen zijn
dan een voeding zonder superfoods. Hoewel er niet met zekerheid is te zeggen dat het verschil in
inname door superfoods komt, kan het verschil niet over het hoofd worden gezien.
Het procentuele aandeel dat superfoods leveren is echter niet groot genoeg om superfoods aan te
bevelen voor atleten. Superfoods kunnen worden gezien als een smaakvolle variatie op de basisvoeding,
maar kunnen niet als een substantiële aanvulling op het bereiken van de aanbevolen dagelijkse
hoeveelheid voor een atleet.
5.1 Aanbevelingen
De sportdiëtisten binnen het elite en het development hebben door middel van dit onderzoek een beter
beeld gekregen van de bijdrage die superfoods leveren binnen de inname van micro- en
macronutriënten van het nationale Ladies Sevens rugbyteam. Ook is er inzicht verschaft in de dagelijkse
inname van micro- en macronutriënten, inclusief- en exclusief supplementen van het team. Met behulp
van de gegevens die dit onderzoek biedt kunnen de sportdiëtisten de voeding van het team
optimaliseren aan de hand van de opgestelde behoefte voor atleten.
Het team kan met behulp van de data van dit onderzoek hun sportprestaties verbeteren door de
voedingsinname aan te passen aan de norm voor atleten. Een optimale voedingstoestand zou kunnen
leiden tot verbeterde sportprestaties en het verhogen van de algemene weerstand.
Het onderzoek geeft informatie met betrekking tot een voedingsinname met- en zonder superfoods. De
data geeft een uitgebreid overzicht van verschillen binnen de superfoods groep en de controlegroep. De
samenstelling van 12 verschillende superfoods zijn geanalyseerd en het onderzoek geeft een algemeen
beeld van de bijdrage van superfoods binnen de basisvoeding. Dit geeft de (sport)diëtist een beter beeld
van de bijdrage van superfoods. De (sport)diëtist kan op deze manier een mening vormen over het wel
of niet aanbevelen van superfoods voor een cliënt.
24
Verklarende woordenlijst
Begrip Uitleg
24-uurs recall Het navragen van de voeding van de voorgaande dag van een persoon.
ADH Aanbevolen dagelijkse hoeveelheid
AIS Australian Institute of Sport
Compl-eat Online voedsel berekening programma van Wageningen University. Binnen dit
programma wordt met behulp van NEVO-2010 (8) van het Rijksinstituut van
Volksgezondheid en Milieu de voeding berekend aan de hand van een 24-uurs recall.
CTO Centrum voor Topsport en Onderwijs
DSSS Dutch Sport and Supplement Study
En% Energieprocent
Excel Microsoft Office Excel 2007
Het team Het nationale Ladies Sevens rugbyteam
Kcal Kilocalorieën
Kh Koolhydraten
NOC*NSF Nederlands Olympisch Comité * Nederlandse Sport Federatie.
POI Probability of Inadequacy
SPSS IBM SPSS Statistics 20
USDA National Nutrient Database for Standard Reference van het Agricultural Research
Service van het United States Department of Agriculture
Vitaliteitsportaal Online programma waar vragenlijsten in kunnen worden ontwikkeld en afgenomen.
Binnen dit programma worden de trainingen op de dag van de 24-uurs recall
nagevraagd en wordt het gebruik van sportvoeding en supplementen in kaart
gebracht.
Qualtrics Online programma waar vragenlijsten in kunnen worden ontwikkeld en afgenomen.
Dit is een vragenlijst over het gebruik voedingssupplementen in het algemeen en de
kennis over de werking hiervan.
25
Literatuurlijst
1. Sloan A. Top Ten Food Trends. Food Technology. 2011;65(4):29-30
2. Voedingscentrum. Encyclopedie. Superfoods. Ontleend aan:
http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/superfoods.aspx
3. United States Department of Agriculture. National Nutrient Database for Standard Reference.
Augustus 2014. Ontleend aan: http://ndb.nal.usda.gov/ndb
4. F. Wardenaar, T. Maas, S. Pannekoek, S. Danen , E. van Leijen, J. van Dijk.
Dieetbehandelingsrichtlijnen; Richtlijn 36: wedstrijdsport. 15-04-2014
http://www.dieetbehandelingsrichtlijnen.nl/richtlijnen/36ZK_bijlage_1_checklist_dieetbehandelings
richtlijn.html
5. Loon van L, Erp-Baart van A, Saris W. Informatorium voor voeding en diëtetiek. Voeding bij
intensieve sportbeoefening. Bohn Stafleu van Loghum. 2013. P547-67
6. Illian, Travis G; Casey, Jason C; Bishop, Phillip A. Omega 3 Chia Seed Loading as a Means of
Carbohydrate Loading. The Journal of Strength and Conditioning research. 2011;25(1):61-5
7. Sempos CT, Johnson NE, Smith EL, Gilligan C. Effects of intraindividual and interindividual variation in
repeated dietary records. American Journal of Epidemiology. 1985;12(1):120-30
8. Rijksinstituut voor volksgezondheid en milieu. NEVO-online. 2013. Ontleend aan: http://nevo-
online.rivm.nl/ProductenZoeken.aspx
9. Hazard Munro B. Statistical Methods for Health Care Research. Fifth Edition. Philadelphia: Lippincott
Williams & Wilkins; 2005. p. 47
10. Brinkman J. Cijfers spreken. Overtuigen met onderzoek en statistiek. Vijfde druk. Groningen.
Noordhoff Uitgevers. 2011. 320-3
11. Dziedzic C, Higham D. Performance Nutrition Guidelines for International Rugby Sevens
Tournaments. International Journal of Sport Nutrition and Exercise Metabolism 2014;24:305-14
12. Higham D, Pyne D, Ansond J, Eddy A. Movement patterns in rugby Sevens: Effects of tournament
level, fatigue and substitute players. Journal of Science and Medicine in Sport 2012;15:277–82
13. Winckel van J. Voetbalconditie. Een praktische en wetenschappelijke benadering. Acco uitgeverij.
2006. P 292-3
14. Bean A, Wellington P. Sportvoeding voor vrouwen. 1e druk. Deltas. 2004. P82-84
15. Dunford M. Sports nutrition. A practice manual for professionals. 4e editie. United states of
America: American Dietetic Association; 2006. P16 - 63
16. Voedingscentrum. Encyclopedie. Eiwitten. Ontleend aan:
http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/eiwitten.aspx
17. Burke L, Deadkin V. Clinical sports nutrition. 4e druk. Australia: McGraw Hill. 2010. P67
18. Voedingscentrum. Encyclopedie. Vetten. Ontleend aan:
http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/vetten.aspx
19. Voedingscentrum. Encyclopedie. IJzer Ontleend aan:
http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/ijzer.asp
20. Gezondheidsraad. Voedingsnormen: vitamine B6, foliumzuur en vitamine B12. Den Haag:
Gezondheidsraad, 2003. P30, 86, 119.
21. Thomas B, Bishop J. Manual of dietetic practice. Fourth edition. Oxford: Blackwell Publishing; 2007.
P193-196
22. Gezondheidsraad. Voedingsnormen: calcium, vitamine D, thiamine, riboflavine, niacine,
pantotheenzuur en biotine. Den Haag: Gezondheidsraad, 2000. P109, 127, 141.
http://www.gezondheidsraad.nl/sites/default/files/00@12Nr2.pdf
23. Rolfes S., Pinna K., Whitney E. Understanding normal and clinical nutrition. 8th edition. Canada:
Wadsworth; 2009. P100-127, 329-345
26
24. Jong de F. Ons Voedsel: over wat erin zit, hoe het wordt gemaakt & wat het met ons doet. Tweede
druk. ‘s Graveland: Fontaine Uitgevers; 2009. P 56-65.
25. Berg van den H., Nijhof A., Severs A. Informatorium voor voeding en diëtetiek. Vitamines. Bohn
Stafleu van Loghum. 2002. P364
26. Claassen E, Pronker E. Informatorium voor voeding en diëtetiek. Voeding en immunologie. Bohn
Stafleu van Loghum. 2009. P1219
27. F. Baarveld, Backx F, Voorn T. Sportgeneeskunde, 2009. Bohn Stafleu van Loghum. P381-5
28. The Nutrition Working Group of the International Olympic Committee. Nutrition for Athletes. A
practical guide to eating for health and performance. Athletes medical information. April 2012. P14-
30
29. Clarkson PM, Haymes EM. Exercise and mineral status of athletes: calcium, magnesium, phosphorus,
and iron. Europe Pubmed Central. 1995. P 831-843
30. Voedingscentrum. Encyclopedie. Calcium. Ontleend aan:
http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/calcium.aspx
31. Voedingscentrum. Encyclopedie. Magnesium. Ontleend aan:
http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/magnesium.aspx
32. Voedingscentrum. Encyclopedie. Zink. Ontleend aan:
http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/zink.aspx
33. Oostrom van R.F., Kuipers van H. Hoe groot is de kans dat duursporters een ijzergebreksanemie
krijgen? Vademecum, Nascholing voor Huisartsen. 2001. P510-512. Ontleend aan:
http://link.springer.com/chapter/10.1007/978-90-313-8808-0_265
34. Maughan JR, Burke ML. Sportvoeding. Eerste druk. Maarssen: Elsevier gezondheidszorg; 2004. P 72-
3, 75-81, 201-18.
35. Sunfood. Cacao Nibs 2,5lb Nutrition Facts.
http://www.sunfood.com/catalog/product/gallery/id/240/image/2762/
36. Rijksinstituut voor volksgezondheid en milieu. NEVO-online. Selecteer voedingsmiddel.
Cacaopoeder. 2013. Ontleend aan: http://nevo-online.rivm.nl/ProductDetails.aspx
37. United States Department of Agriculture. National Nutrient Database for Standard Reference. Full
Report (All Nutrients): 12006, Seeds, chia seeds, dried. Augustus 2014. Ontleend aan:
http://ndb.nal.usda.gov/ndb
38. Sunfood. Goji Berries. 2,5 lb Nutrition Facts. Organic http://www.sunfood.com/food/goji-
berries/goji-berries-8oz-organic-raw.html
39. Callaway J.C. Hempseed as a nutritional resource: An overview. Euphytica 2004, 140:65-72
40. Australian Government. National Measurement Institute. Report of analysis. Dried Incaberry
samples. Melbourne. 09-07-2009
41. United States Department of Agriculture. National Nutrient Database for Standard Reference. Full
Report (All Nutrients): 04047, Oil, coconut. Augustus 2014. Ontleend aan:
http://ndb.nal.usda.gov/ndb
42. United States Department of Agriculture. National Nutrient Database for Standard Reference. Full
Report (All Nutrients): 12108,Nuts, coconut meat, dried (desiccated), not sweetened. Augustus
2014. Ontleend aan: http://ndb.nal.usda.gov/ndb
43. Rijksinstituut voor volksgezondheid en milieu. NEVO-online. Selecteer voedingsmiddel. Lijnzaad.
2013. Ontleend aan: http://nevo-online.rivm.nl/ProductDetails.aspx
44. Nutritiondata. Maca Powder. 2014. Ontleend aan:
http://nutritiondata.self.com/facts/custom/2193874/0?print=true
45. Goodnessdirect.co.uk. The Raw Chocolate Company Organic White Mulberries 200g. Ontleend aan:
http://www.goodnessdirect.co.uk/cgilocal/frameset/detail/669697_The_Raw_Chocolate_Company
_Organic_White_Mulberries_200g.html
27
46. Rijksinstituut voor volksgezondheid en milieu. NEVO-online. Selecteer voedingsmiddel. Quinoa
gekookt. 2013. Ontleend aan: http://nevo-online.rivm.nl/ProductDetails.aspx
47. Gezondheidsraad. Voedingsnormen - energie, eiwitten, vetten en verteerbare koolhydraten. Den
Haag: Gezondheidsraad; 2001: publicatie nr. 2001/19. Ontleend aan:
http://www.gezondheidsraad.nl/sites/default/files/01@19nR2.pdf
48. Erp-Baart van AMJ, Saris WHM, Binkhorst RA et al. Nationwide survey on nutritional habits in elite
athletes. Part I. Energy, carbohydrate, protein and fat intake. International journal of sports
medicine 1989 May;10 Suppl 1:S3-10. http://arno.unimaas.nl/show.cgi?fid=1567
49. Zapolska J, Witczak K, Manczuk A et al. Assessment of nutrition, supplementation and body
composition parameters on the example of professional volleyball players. Roczniki Panstwowego
Zadkladu Higieny. 2014; 65(3): 235-242
50. Temminghoff M, Oirschot van J, Santegoets S. Quickscan superfoods. Voedingscentrum en GFK.
2014.
51. Karvetti RL, Knuts LR. Validity of the 24-hour dietary recall. J AM Diet Association. 1985. Nov;
85(11):1437-42. http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/4056262
28
Bijlagen
1) PowerPoint voorlichting
29
30
31
32
2) Formulier informed consent
TOESTEMMINGSFORMULIER (INFORMED CONSENT)
Voedings- en Voedingssupplementinname van Nederlandse Sporters
(Dutch Sports Nutrition and Supplement Study)
Ik heb de informatiebrief voor de deelnemer gelezen. Ik kon aanvullende vragen stellen. Mijn vragen zijn genoeg
beantwoord. Ik had genoeg tijd om te beslissen of ik meedoe.
Ik weet dat meedoen helemaal vrijwillig is. Ik weet dat ik op ieder moment kan beslissen om toch niet mee te doen.
Daarvoor hoef ik geen reden te geven.
Ik weet dat sommige mensen mijn gegevens kunnen zien. Die mensen staan vermeld in de Algemene brochure.
Ik geef toestemming om mijn gegevens te gebruiken, voor de doelen die in de informatiebrief staan.
Ik vind het goed om aan dit onderzoek mee te doen.
Ik geef wel/niet1
toestemming om gegevens te delen met de sportdiëtist verbonden aan mijn sportteam.
Ik geef wel/niet1
toestemming om gegevens te delen met mijn trainer/coach.
Naam deelnemer:
Handtekening: Datum : __ / __ / __
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Ik verklaar hierbij dat ik deze deelnemer volledig heb geïnformeerd over het genoemde onderzoek.
Als er tijdens het onderzoek informatie bekend wordt die de toestemming van de deelnemer zou kunnen
beïnvloeden, dan breng ik hem/haar daarvan tijdig op de hoogte.
Naam onderzoeker (of diens vertegenwoordiger):
Handtekening: Datum: __ / __ / __
1
doorhalen wat niet van toepassing is
33
3) Vragenlijst superfoods inventarisatie
Beste Ladies Sevens Rugbyers,
Graag willen wij jullie vragen om de onderstaande vragenlijst zo compleet mogelijk in te vullen. Op basis van de
gegevens van deze vragenlijst, zullen wij 2 groepen maken voor het onderzoek over het gebruik van superfoods.
Hier geven wij binnenkort meer informatie over.
Alvast bedankt voor jullie medewerking!
Met vriendelijke groet,
Manon te Linde en Anouk Snelders
Studenten Voeding en Diëtetiek op de Hogeschool van Amsterdam.
Naam:
Leeftijd:
Lengte:
Gewicht:
Hoe veel dagen per week eet je superfoods?
o 0 dagen per week
o 1 dag per week
o 2 dagen per week
o 3 dagen per week
o 4 dagen per week
o 5 dagen per week
o 6 dagen per week
o 7 dagen per week
Kruis in de onderstaande tabel aan welke superfoods je wel eens gebruikt:
Superfood Superfood
Acai poeder Lijnzaad
Baobab poeder Lucuma poeder
Braziliaans ginseng poeder Maca poeder
Cacao boter Passiefruit poeder
Cacao chocoladereep 92% Quinoa
Cacao nibs Roze Himalaya zout
Cacao poeder Spelt
Camu camu poeder Spirulina poeder
Chia zaden Tarwegras poeder
Goji bessen Witte moerbeien
Gerstegras poeder (barley) Anders namelijk:
Havermout
Hennep eiwit poeder
Hennepzaad (gepeld)
Inca bessen
Kokosolie
Kokosrasp
(Als je nooit superfoods gebruikt, kan je hem leeg laten)
34
4) GANTT-Chart
35
5) Welkomst e-mail
Beste Sporter,
Hartelijk dank voor jouw deelname in de studie van DSSS! Wij zien dit als een samenwerking tussen jullie, Ladies
Sevens Rugby, en het onderzoeksteam van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) Sport en Bewegen.
Jullie zorgen voor de toelevering van jullie gegevens waarop wij een op maat gemaakt voedingsadvies zullen
geven. Het verloop gaat als volgt. Voor het verzamelen van voedingsgegevens maken we gebruik van een
combinatie van een drie daagse 24-uurs recall (24hR) en een aantal vragenlijsten. Een 24hR is een zeer goede
methode om de voedingsinname te schatten. De vragenlijsten geven inzicht in uw supplement- en
sportvoedingspreparaatinname.
De HAN heeft sinds 2011 een onderzoekstraject waarbinnen gegevens van sporters worden verzameld. Binnen de
Dutch Sports Nutrition and Supplement Study (DSSS) wordt gekeken hoe groepen sporters eten om daar de juiste
aanbevelingen aan te koppelen. Jouw deelname aan dit traject is direct gekoppeld aan DSSS zodat je gelijk
bijdraagt aan het verzamelen van deze gegevens. Daarvoor heb je van ons een toestemmingsformulier (informed
consent) ontvangen waar in je toestemming geeft voor het bewaren en anoniem publiceren van jouw
voedingsgegevens als onderdeel van een groep.
Alvorens het verzamelen van de gegevens start willen wij je vragen onderstaande informatie goed door te nemen:
Vanaf maandag 3 november kunt u gedurende een periode van 3 weken drie keer een verzoek verwachten om uw
voeding- en voedingssupplementinname van de voorgaande dag te registreren met een zogenaamde 24-uurs
recall.
Houd rekening met het volgende:
- Je wordt gevraagd om de 24-uurs recall in te vullen over de voorgaande dag via een link die je in een e-
mail ontvangt. De email ontvang je van een HAN medewerker (Naam, te herkennen aan …..@gmail.com
Hierbij een voorbeeld: Als je de e-mail ontvangt op woensdag dan dien je de voeding te registreren van dinsdag.
De link naar de recall is slechts voor 36 uur geldig; het verzoek is dan ook om op de dag dat je de e-mail met het
verzoek ontvangt deze in te vullen. Dit heeft te maken met hoe goed iemand in staat is om aan te geven wat hij/zij
gisteren gegeten/gedronken heeft. Dat wordt uiteraard minder nauwkeurig als daar een langere tijd tussen zit.
Mocht het onverhoopt niet lukken het tijdig in te vullen, dan kan het zo zijn dat we je alsnog een 4e dag toe wijzen
- Ook ontvang je een sms/Whatsapp om voor later op die dag een telefonische afspraak te maken met
(Naam) voor het afnemen van de aanvullende vragenlijst.
- De dagen waarop wordt nagevraagd zijn random ingedeeld, deze dagen liggen wel vast. Je kunt dus niet
van dag wisselen. De drie dagen zijn willekeurig verdeeld over de periode van 3 weken.
- Wij hebben geprobeerd het onderzoek zo op te zetten dat je er zo weinig mogelijk last van hebt. Echter,
het invullen kost tijd: 45-60 min per keer. Zorg ervoor dat je de tijd neemt om een goede registratie te
maken. Als er onduidelijkheden zijn, worden deze nagevraagd in het telefoongesprek, en zal deze langer
duren.
- Tijdens het invullen van de eerste 24-uurs recall adviseren wij je om de korte instructie filmpjes te
bekijken. De tweede en derde recall zullen sneller ingevuld zijn.
- Voor het onderzoek is het van belang dat wij 3 complete 24-uurs recall registraties en 3 telefonische
dagvragenlijsten ontvangen. Zonder deze volledige gegevens kunnen wij jouw resultaten niet meenemen
in het onderzoek.
- Mocht je niet alle gegevens aanleveren dan kunnen wij jou/Janine niet voorzien van een individueel
rapport over uw basisvoedingsinname.
- Aan het eind van de 3 weken word je nog eenmaal benaderd om een algemene vragenlijst over uw
voedingssupplementgebruik in te vullen.
Indien je vragen hebt, kan je contact zoeken met …Voornaam + achternaam.., zij is vanaf nu op dit e-mailadres
bereikbaar (……@gmail.com). Je kunt haar ook telefonisch benaderen op 06.
36
We willen jullie nog vragen om, als er dagen zijn in de periode van 3 november tot en met 23 november dat je niet
beschikbaar bent voor het onderzoek, deze dan vóór woensdag 29 oktober aan ons door te geven. Mocht je dit al
gedaan hebben tijdens de voorlichting, dan hoeft dit niet nogmaals.
Met vriendelijke groet,
namens Manon te Linde, Anouk Snelders en het onderzoeksteam van Floris Wardenaar
37
6) Compl-eat e-mail
Beste Voornaam,
We vragen je om vandaag in te vullen wat je gisteren (datum dd-mm-jjjj) hebt gegeten. Dit kun je doen door
middel van het web-based programma Compl-eat. Je hebt hiervoor tot morgenmiddag 12.00u de tijd. Daarnaast
vragen wij ook (middels een afzonderlijke vragenlijst) je sportactiviteit en voedingssupplement- en
sportvoedingspreparaatinname na, hiervoor sturen we je een sms bericht om een afspraak te maken voor een
telefoongesprek.
Neem ongeveer 45-60 minuten de tijd om het programma in te vullen. Ook als het een andere dag dan normaal
was vragen we je toch om je voeding in te vullen. Wij houden rekening met de datum en het soort dag dat je
bijhoudt (trainingsdag, wedstrijddag, rustdag). Omdat we de gegevens verwerken op groepsniveau hebben ook
afwijkende dagen een meerwaarde voor het onderzoek.
Kijk goed naar de 2 instructiefilmpjes, in deze filmpjes wordt uitgelegd hoe het programma werkt.
Voor het onderzoek hebben wij drie voedingsregistraties van je nodig. Mocht het echt niet lukken om voor de
gestelde deadline je voeding in te vullen stuur dan een e-mail naar <eigen e-mailadres>.
Je kunt inloggen via http://www.compleat.nl
Inlognaam: 24h1169-VoornaamAchternaam
Wachtwoord: VoornaamAchternaam
Het kan zijn dat een bepaald product of superfood niet in de database van Compl-eat staat.
Vergeet niet om, als je superfoods gebruikt en deze niet in de lijst staat, deze in te vullen als notitie op het tijdstip
dat je deze gegeten hebt.
Ook producten tijdens de trainingen en sportvoeding en supplementen hoeven niet in Compl-eat ingevuld te
worden. Deze komen in het telefoongesprek aan bod.
Vriendelijke groeten,
Manon te Linde, Anouk Snelders en het DSSS onderzoeksteam.
38
Herinnerings e-mail.
Beste Voornaam,
Je ontvangt deze email omdat je vandaag nog tot 12 uur hebt om gegevens voor deze vragenlijst in te vullen. We
vragen je om vandaag in te vullen wat je eergisteren (datum dd-mm-jjjj) hebt gegeten. Dit kun je doen door
middel van het web-based programma Compl-eat. Daarnaast vragen wij ook (middels een afzonderlijke
vragenlijst) je sportactiviteit en voedingssupplement- en sportvoedingspreparaatinname na, hiervoor sturen we
je een sms bericht om een afspraak te maken voor een telefoongesprek.
Neem ongeveer 45-60 minuten de tijd om het programma in te vullen. Ook als het een andere dag dan normaal
was vragen we je toch om je voeding in te vullen. Wij houden rekening met de datum en het soort dag dat je
bijhoudt (trainingsdag, wedstrijddag, rustdag). Omdat we de gegevens verwerken op groepsniveau hebben ook
afwijkende dagen een meerwaarde voor het onderzoek.
Kijk goed naar de 2 instructiefilmpjes, in deze filmpjes wordt uitgelegd hoe het programma werkt.
Voor het onderzoek hebben wij drie voedingsregistraties van je nodig. Mocht het echt niet lukken om voor de
gestelde deadline je voeding in te vullen stuur dan een e-mail naar <g-mail adres>
Je kan inloggen via http://www.compleat.nl
Inlognaam: 24h1169-VoornaamAchternaam
Wachtwoord: VoornaamAchternaam
Het kan zijn dat een bepaald product of superfood niet in de database van Compl-eat staat.
Vergeet niet om, als je superfoods gebruikt en deze niet in de lijst staat, deze in te vullen als notitie op het tijdstip
dat je deze gegeten hebt.
Ook producten tijdens de trainingen en sportvoeding en supplementen hoeven niet in Compl-eat ingevuld te
worden. Deze komen in het telefoongesprek aan bod.
Vriendelijke groeten,
Manon te Linde, Anouk Snelders en het DSSS onderzoeksteam.
39
7) Compl-eat
40
8) Vitaliteitsportaal vragenlijst
41
42
9) Qualtrics e-mail
Beste deelnemer aan DSSS,
Hierbij ontvang je een uitnodiging voor het laatste onderdeel van de Dutch Sports Nutrition and Supplement
Study. Wij willen je alvast hartelijk danken voor je inzet.
We vragen je om vanaf vandaag tussen 24-11-2014 tot en 26-11-2014 deze algemene vragenlijst in te vullen over
voedingssupplementen in het algemeen.
Het invullen van deze vragenlijst neemt ongeveer 10-45 minuten van je tijd in beslag afhankelijk van de
supplementen en sportvoedingsproducten die je in het verleden heeft gebruikt.
Mocht het je echt niet lukken om voor 26-11 de vragenlijst in te vullen dan kun je een email sturen
naar <dsss….@gmail.com>. In overleg kun je de vragenlijst op een ander moment invullen.
Je kunt deelnemen aan deze vragenlijst door middel van onderstaande link: <kopieer de link>
Indien je vragen hebt over het invullen neem dan contact op met <Voornaam + Achternaam contactpersoon
(telefoonnummer) >
Actuele ontwikkelingen met betrekking tot de studie kun je volgen via:www.twitter.com/floriswardenaar. Mocht
je zelf tweeten over het onderzoek vermeld dan #DSSS.
Met vriendelijke groet,
Manon te Linde, Anouk Snelders en het DSSS onderzoeksteam.
43
10) Achtergrond aanbevolen dagelijkse hoeveelheid micro- en macronutriënten
Onderstaand worden de micro- en macronutriënten behandeld waar sporters een verhoogde behoefte
aan hebben. Binnen het onderzoek wordt gewerkt met de ADH van de voedingsstoffen.
Koolhydraten zijn een zeer belangrijke bron van energie. Koolhydraten komen voor in allerlei
graanproducten zoals pasta en brood, maar zijn ook te vinden in aardappelen en peulvruchten. Vooral
de hersenen en rode bloedcellen hebben koolhydraten nodig. Glucose speelt een rol als snel
beschikbare energiebron voor korte inspanningen met een hoge intensiteit. Dit is omdat glucose ook
zonder zuurstof verbrand kan worden (anaeroob). Een koolhydraatrijke voeding (60-70%) zorgt voor een
optimale glycogeenvoorraad in de lever en de spieren. (23)
De aanbevolen hoeveelheid koolhydraten volgens Bean en Wellington (2004) voor een vrouwelijke
teamsporter is 6 g/kg bij een consumptie van minder dan 45 kcal/kg. (14) Bij een energieopname van
meer dan 45 kcal/kg per dag, dient minimaal 55% te komen uit koolhydraten. (Tabel 2 en Tabel 3)
Volgens Dunford is de norm voor een atleet 5-10 g/kg per dag. (15)
In de dieetbehandelingsrichtlijnen wordt onderscheid gemaakt tussen verschillende inspanningen, waar
de koolhydraat aanbeveling op wordt gebaseerd:
inname van 3 – 5 g/kg actueel lichaamsgewicht/dag bij lage of technische inspanning;
inname van 5 – 7 g/kg actueel lichaamsgewicht/dag bij lage tot gemiddeld intensieve inspanning;
inname van 6 – 10 g/kg actueel lichaamsgewicht/dag bij matig tot zeer intensieve inspanning, met
een duur van 1 – 3 uur;
inname van 8 – 12 g/kg actueel lichaamsgewicht/dag bij het uitvoeren van een zeer intensieve
inspanning, met een duur van meer dan 4 uur.
Een overige aanbeveling voor koolhydraten voor de meeste team- en spelsporten is 55-60
energieprocent (en%) koolhydraten. Dit heeft te maken de koolhydraatomzetting bij deze sporten. (27)
Tabel 2. Koolhydraat aanbeveling voor vrouwelijke teamsporters aan de hand van lichaamsgewicht (14)
Gewicht (kg) Koolhydraten (g)
50 300
60 360
70 420
80 480
Tabel 3. Koolhydraat aanbeveling voor vrouwelijke teamsporters aan de hand van kcal per dag (14)
Energie (kcal) 55% van de energie (kcal) Koolhydraten (g)
2000 1100 275
2500 1375 345
3000 1650 415
3500 1925 480
4000 2200 550
Eiwit is een belangrijke leverancier van energie en aminozuren. Aminozuren worden ook wel de
bouwstenen voor het eiwit in lichaamscellen genoemd. Aminozuren die het lichaam niet zelf kan maken,
zijn essentiële aminozuren. Onder eiwitten vallen dierlijke- en plantaardige eiwitten. Dierlijke eiwitten
zitten vooral in vlees, melk, vis, kaas en eieren. Brood, graanproducten, noten, peulvruchten en
paddenstoelen zijn een bron van plantaardige eiwitten. (33) Volgens de Voedingsnormen opgesteld
door de Gezondheidsraad is de aanbeveling eiwit voor atleten 10-15 en% per dag. Dit komt neer op 0,6-
1,8 g/kg per dag. (20) De hoeveelheid eiwit in gram die een atleet per dag zou moeten consumeren
heeft te maken met de tijd van herstel die hij of zij nodig heeft. Ook heeft de behoefte in gram eiwit te
maken met het soort sport dat beoefent wordt, bijvoorbeeld of het een kracht- of duursport is. Volgens
44
Burke (2010) heeft een atleet 1,4-1,7 g/kg per dag nodig. (5) In de dieetbehandelingsrichtlijnen voor de
wedstrijdsport wordt gesproken over 1,5-2,0 g/kg eiwit per dag, waarbij ook onderscheid gemaakt
wordt tussen kracht- en duursport. (22) De dieetbehandelingsrichtlijnen maken ook onderscheid in het
gebruik van eiwit voor- tijdens en na de training. Voor de training zou er matig gebruik van eiwit moeten
worden gemaakt in verband met eventuele maagdarmproblemen. Dit zou komen door een hoge
verzadigingswaarde. Tijdens de training, indien gewenst, zou maximaal 1% eiwitoplossing als onderdeel
van de sportdrank geconsumeerd mogen worden. Na de training zou 20 tot 25 gram eiwit in de eerste
maaltijd na inspanning of als hersteldrank moeten worden genomen.
De bovenstaande adviezen zijn meer gericht op spierbehoud dan op spieropbouw. (4) Duidelijk moet
zijn dat specifiek voor spieropbouw een advies van 1,5 tot 2,0 g/kg eiwit per dag wordt gehanteerd.
Door de verhoogde eiwitbehoefte bij topsporters kan ook de behoefte aan vitamine B1, B2 en B6
verhoogd zijn (zie uitleg vitamine B1, B2 en B6). (23)
Vet is een bron van vetoplosbare vitaminen (vitamine A, D, E en K) en zorgt voor energie. Vet levert
daarnaast ook essentiële vetzuren, namelijk α-linoleenzuur en linolzuur. Het lichaam kan deze vetten
niet zelf maken, daarom moeten deze met de voeding worden binnen gekregen. Het essentiële vetzuur
eicosanoïde is betrokken bij bijvoorbeeld bloedstolling en de regulatie van de bloeddruk maar ook bij de
spierwerking. (18) In de wedstrijdsport zou 20 tot 35en% van de dagelijkse inname van voeding uit vet
mogen bestaan. Voor de training zou er matig vet moeten worden gebruikt in verband met
maagdarmproblemen vanwege de hoge verzadigingswaarde die vet heeft. Tijdens de training is er geen
aparte aanbeveling. (4) Een overige aanbeveling voor vet is 20 tot 30 en% per dag voor een atleet. (27)
De ondergrens van de aanbeveling voor vet komt overeen met die van de aanbeveling van de
Voedingsnormen (2001), waarbij de aanbeveling voor vet 20 tot 40 en% per dag is. (47)
Vitamine B1, ook wel thiamine, speelt een rol bij het vrijmaken van energie uit voeding en bij de
spiercontractie. (17, 20, 21) Ook speelt het een rol in ruim 20 enzymsystemen van het
koolhydraatmetabolisme. (22) Voor een atleet is het belangrijk dat energie effectief vrijgemaakt kan
worden uit de voeding, een adequate inname van vitamine B1 kan dit bereiken. Vitamine B1 komt voor
in volkoren graanproducten, sojabonen, pinda’s, melkproducten, eieren en varkensvlees. (23, 24)
Vitamine B2, ook wel riboflavine, heeft een rol als co-enzym in vele reacties, de meest bekende functie
is dat het in alle lichaamscellen helpt bij het vrijmaken van energie vanuit eiwitten en koolhydraten. (23,
24) Ook speelt het een rol bij de afbraak van aminozuren tot ketonzuren en heeft een functie in de
citroenzuurcyclus. (22) De behoefte aan vitamine B2 hangt samen met de hoeveelheid eiwit in de
voeding. Hoe hoger de eiwitinname, hoe hoger de behoefte aan vitamine B2. De verhoogde behoefte en
inname van eiwit door een atleet resulteert dus in een verhoogde behoefte aan vitamine B2. Vitamine
B2 komt voor in melkproducten, volkorenproducten, orgaanvlees, amandelen, paddenstoelen,
sojabonen en groene bladgroente. (23, 24)
Vitamine B6, ook wel pyridoxine, speelt een essentiële rol bij het aminozuur- en eiwitmetabolisme. (21,
23, 25) Ook heeft het een functie bij de koolhydraatstofwisseling en bij de spiercontractie. (21, 24) Voor
een sporter is vitamine B6 belangrijk om nutriënten uit de voeding te halen en de spieren hun werk te
kunnen laten doen. Het heeft ook een functie bij de aanmaak van rode bloedlichaampjes en is nodig
voor de productie van antilichamen waardoor het een rol speelt bij de immuunfunctie. (24, 26) Tot slot
is vitamine B6 nodig voor de afbraak van tryptofaan (dit komt vrij bij de afbraak van eiwit), dus hoe meer
eiwit er geconsumeerd wordt, hoe meer vitamine B6 er nodig is. (6) De verhoogde behoefte en
consumptie van eiwit door een topsporter resulteert in een verhoogde behoefte aan vitamine B6.
45
Vitamine B6 komt voor in vlees, vis, gevogelte, ei, lever, zaden, noten, aardappelen, peulvruchten,
sojaproducten en fruit (niet in citrusfruit). (23, 24)
Vitamine B11, ook wel foliumzuur, is essentieel bij de vorming van DNA en RNA, speelt een cruciale rol
bij de celdeling en speelt een belangrijke rol bij de aminozuurstofwisseling. Er is een verhoogde
behoefte aan foliumzuur in situaties waar een verhoogde celdeling plaatsvindt. (20, 21, 23, 24) Vitamine
B11 komt voor in groene bladgroenten, noten, peulvruchten, zaden en lever. (23, 24)
Vitamine B12 is nodig voor de activering van vitamine B11, en vice versa. Vitamine B12 speelt een
belangrijke rol bij de vorming van DNA, RNA en nieuwe bloedcellen. (20, 23, 24) Ook is het nodig voor
het aminozuurmetabolisme. (21) Vitamine B12 komt voor in dierlijke producten zoals lever, nieren,
vlees, vis, ei, gevogelte, melk en kaas. (23, 24)
IJzer (Fe) is onder andere belangrijk voor de vorming van hemoglobine. Hemoglobine is nodig in het
lichaam voor het transporteren van zuurstof in het bloed. Ook is het verantwoordelijk voor een goede
stofwisseling. IJzer zit onder andere in rund- en lamsvlees, broccoli, sperziebonen en volkorenbrood.
(19) De inname van ijzer vraagt bij duursporters extra aandacht. Specifiek bij vrouwen met een lage
energie-inname in combinatie met een vegetarisch voedingspatroon bestaat er een hogere kans op het
ontstaan van een ijzertekort uit de voeding. Bij vrouwelijke (duur)sporters is het daarom belangrijk om
extra toe te zien op een volledige inname van ijzer en vitamine C. (27) Door het verliezen van bloed
tijdens de menstruatie bij vrouwelijke atleten treedt ijzerdeficiëntie vaker op bij vrouwelijke atleten dan
bij mannelijke atleten. (33)
Calcium (Ca) is, voornamelijk bij vrouwelijke atleten, belangrijk voor opbouw en onderhoud van gezonde
botten. (28) Calcium gaat daarnaast botontkalking op latere leeftijd tegen. Ook is calcium nodig voor
een optimale werking van spieren en zenuwen, de stolling van bloed en het transport van mineralen in
het lichaam. Met behulp van vitamine D wordt calcium beter opgenomen door het lichaam. (30) Het
behalen van de ADH is vooral voor vrouwelijke atleten van belang omdat zij in hun adolescentie hun
piek botmassa moeten halen. Het niet behalen van de ADH van calcium staat daarnaast in verband met
het krijgen van botfracturen. (29) Calcium zit onder andere in melk, melkproducten, kaas, noten,
peulvruchten en groente. (30)
Magnesium (Mg) is een mineraal dat nodig is voor de opbouw van lichaamseiwit en botten en de
overdracht van prikkels in spieren en zenuwbanen. Ook is magnesium van belang voor het correct
functioneren (samentrekken en strekken) van spieren. Bij de aanbeveling voor magnesium voor atleten
moet er rekening gehouden worden met verlies van magnesium door zweten. Dit verlies dient
aangevuld te worden door het consumeren van brood en andere graanproducten, groente, melk,
melkproducten en vlees. (17, 31) Er is geen aparte aanbeveling voor atleten, aangezien er geen
aanwijzingen zijn dat zij gemakkelijk magnesium deficiënties zouden krijgen. (31)
Zink (Zn) is betrokken bij de stofwisseling in het lichaam. Het is onder andere nodig voor de opbouw van
eiwitten, ontwikkeling en groei van weefsels en een optimale werking van het immuunsysteem. (33) Een
hoge inspanning leidt tot een verhoogde excretie van zink in de urine. Daarnaast wordt verlies van zink
via zweet ook mogelijk geacht. (5) Zink komt voor in vlees, kaas, noten, graanproducten en schaal- en
schelpdieren. (32, 33)
46
11) Eindtotalen file 9
Pers
nr. Dag Gram
Energie
kcal
Eiwit
g/kg
Vet
en%
Kh
g/kg
Ca
mg
Fe
mg
Mg
mg
Zn
mg
Vit B1
mg
Vit B2
mg
Vit B6
mg
Vit B12
µg
Folaat eq.
µg
1 6-11-2014 4453,0 2402,1 1,8 38,2 4,8 1765,0 14,1 610,5 16,4 1,4 2,4 1,8 4,7 493,0
1 16-11-2014 2897,2 2076,2 1,4 44,4 3,3 1221,0 14,6 515,5 14,6 1,2 1,5 1,6 5,1 462,3
1 21-11-2014 3243,7 1838,0 1,5 33,8 2,9 1005,0 12,0 437,5 9,9 1,2 1,8 2,0 4,8 296,4
2 5-11-2014 2980,0 1715,8 0,9 27,6 3,3 891,0 10,8 288,0 9,0 0,6 1,2 1,7 2,3 141,6
2 11-11-2014 3404,0 1614,3 1,1 31,6 2,6 879,0 12,3 279,0 9,7 0,9 1,4 1,9 4,0 222,8
2 16-11-2014 3192,0 2056,0 1,5 29,1 3,3 1013,0 11,2 304,0 11,1 0,7 1,9 1,6 5,2 306,4
3 5-11-2014 2998,8 835,6 0,8 30,6 1,4 848,7 10,8 352,0 9,1 10,5 11,3 11,7 15,7 523,3
3 11-11-2014 3515,0 1966,4 1,5 52,3 2,8 601,0 17,4 305,7 15,5 1,8 1,6 1,5 5,6 251,0
3 16-11-2014 2249,0 2044,5 0,8 27,5 4,5 1176,0 7,5 224,0 5,9 0,7 0,7 0,8 1,4 173,1
4 6-11-2014 2503,0 2812,1 1,5 19,5 7,7 1254,0 16,8 419,0 17,0 4,7 6,9 6,4 8,4 439,3
4 16-11-2014 4133,0 2084,8 1,4 28,9 4,4 1527,0 6,1 321,0 10,8 1,7 1,8 1,3 4,1 124,8
4 21-11-2014 3260,0 3228,0 2,4 33,3 6,0 2599,0 13,4 634,0 21,6 1,2 2,9 1,9 10,4 249,0
6 5-11-2014 3143,6 1552,4 0,8 30,6 3,0 887,9 15,4 402,2 10,4 1,1 1,1 1,5 2,8 200,4
6 11-11-2014 3525,7 1828,5 0,9 19,3 3,8 1178,7 19,4 488,4 10,6 1,3 1,6 1,5 2,8 293,9
6 23-11-2014 3269,2 1808,0 0,9 18,3 3,7 957,8 12,5 369,0 9,6 0,9 1,2 1,8 4,1 275,0
7 5-11-2014 2471,5 2056,0 0,9 33,6 3,9 641,0 6,4 277,0 6,8 0,4 1,1 1,8 23,9 149,2
7 13-11-2014 3042,7 2548,6 1,5 35,7 4,3 1032,0 11,7 329,0 9,5 1,8 1,9 3,2 3,3 288,8
7 23-11-2014 2382,0 2434,5 1,5 30,5 4,4 985,0 15,6 325,0 8,6 1,0 2,4 3,3 13,9 241,8
8 9-11-2014 4995,0 3067,9 2,1 36,8 5,7 2058,0 24,6 526,0 29,9 3,7 5,3 4,6 12,8 1018,9
8 14-11-2014 3825,5 2553,4 1,8 32,9 5,0 1161,0 20,5 584,0 22,8 3,5 4,2 5,0 11,9 905,3
9 4-11-2014 4806,2 3637,9 1,9 31,4 6,8 1623,0 19,8 441,0 25,6 3,5 5,3 4,7 14,6 823,1
9 15-11-2014 3203,0 1373,7 0,5 22,9 3,1 706,0 17,2 209,0 16,5 7,0 9,2 9,2 7,6 596,7
9 21-11-2014 4492,3 3570,5 2,5 31,5 6,2 2121,8 18,8 613,6 24,6 1,3 3,8 2,9 13,2 415,0
11 8-11-2014 3884,0 1980,5 1,7 34,3 2,9 903,0 18,1 402,0 22,6 2,7 4,3 5,4 18,3 560,4
11 13-11-2014 3834,0 2078,1 1,3 38,0 3,1 1430,0 16,2 427,0 14,8 3,1 4,1 5,1 8,5 765,5
11 21-11-2014 3642,1 2958,0 1,7 43,5 20,8 2626,0 18,4 511,5 20,3 3,0 5,5 4,3 10,1 589,6
12 8-11-2014 2936,0 1401,4 0,8 42,8 1,6 561,0 10,7 272,0 6,8 0,7 1,5 1,9 2,9 230,1
12 14-11-2014 2725,5 1871,1 1,1 50,3 2,1 801,0 11,0 245,0 10,4 0,8 2,1 2,0 5,6 276,3
12 20-11-2014 4648,1 4169,8 2,4 23,2 6,7 1011,0 20,1 711,0 19,9 2,2 2,2 5,3 5,8 569,2
13 7-11-2014 2954,8 2388,0 1,4 36,9 5,1 775,6 13,9 456,5 12,4 1,2 1,2 1,8 2,8 261,0
13 15-11-2014 2176,0 1686,0 1,1 27,3 3,7 745,0 9,3 278,0 7,1 0,8 0,8 1,4 1,2 147,0
2015111_M.te.Linde_A.Snelders
2015111_M.te.Linde_A.Snelders
2015111_M.te.Linde_A.Snelders
2015111_M.te.Linde_A.Snelders
2015111_M.te.Linde_A.Snelders

More Related Content

Similar to 2015111_M.te.Linde_A.Snelders

Bouwen aan voeding en bewegen ziekenhuis Gelderse Vallei
Bouwen aan voeding en bewegen ziekenhuis Gelderse ValleiBouwen aan voeding en bewegen ziekenhuis Gelderse Vallei
Bouwen aan voeding en bewegen ziekenhuis Gelderse Vallei
tcnn
 
Healthy steps presentation-nl_june12
Healthy steps presentation-nl_june12Healthy steps presentation-nl_june12
Healthy steps presentation-nl_june12
Ad Elsinger
 
FND Deltawerken - Obesitas en Overgewicht
FND Deltawerken - Obesitas en OvergewichtFND Deltawerken - Obesitas en Overgewicht
FND Deltawerken - Obesitas en Overgewicht
Wouter de Heij
 
Verslag Live Sessie - Sport & Voeding- Carlien Harms
Verslag Live Sessie - Sport & Voeding- Carlien HarmsVerslag Live Sessie - Sport & Voeding- Carlien Harms
Verslag Live Sessie - Sport & Voeding- Carlien Harms
ArkoSportsMedia
 

Similar to 2015111_M.te.Linde_A.Snelders (17)

Cathy van beek - Eten is Chefsache
Cathy van beek - Eten is ChefsacheCathy van beek - Eten is Chefsache
Cathy van beek - Eten is Chefsache
 
Een nieuw maaltijdconcept: waarde en waardering - Siebe geerdsema
Een nieuw maaltijdconcept: waarde en waardering - Siebe geerdsemaEen nieuw maaltijdconcept: waarde en waardering - Siebe geerdsema
Een nieuw maaltijdconcept: waarde en waardering - Siebe geerdsema
 
De voedingsassistent: een essentiële schakel in goede voedingszorg - Hinke kr...
De voedingsassistent: een essentiële schakel in goede voedingszorg - Hinke kr...De voedingsassistent: een essentiële schakel in goede voedingszorg - Hinke kr...
De voedingsassistent: een essentiële schakel in goede voedingszorg - Hinke kr...
 
Bouwen aan voeding en bewegen ziekenhuis Gelderse Vallei
Bouwen aan voeding en bewegen ziekenhuis Gelderse ValleiBouwen aan voeding en bewegen ziekenhuis Gelderse Vallei
Bouwen aan voeding en bewegen ziekenhuis Gelderse Vallei
 
Het effect van eiwitrijke producten nicole de roos
Het effect van eiwitrijke producten   nicole de roosHet effect van eiwitrijke producten   nicole de roos
Het effect van eiwitrijke producten nicole de roos
 
Diabetes type 2 reset intensief leefstijl programma
Diabetes type 2 reset intensief leefstijl programmaDiabetes type 2 reset intensief leefstijl programma
Diabetes type 2 reset intensief leefstijl programma
 
Dutch Diet BEWEGING | LEEFSTIJL | VOEDING
Dutch Diet         BEWEGING | LEEFSTIJL | VOEDINGDutch Diet         BEWEGING | LEEFSTIJL | VOEDING
Dutch Diet BEWEGING | LEEFSTIJL | VOEDING
 
Supereters
SuperetersSupereters
Supereters
 
Voedigsnormen
VoedigsnormenVoedigsnormen
Voedigsnormen
 
Healthy steps presentation-nl_june12
Healthy steps presentation-nl_june12Healthy steps presentation-nl_june12
Healthy steps presentation-nl_june12
 
Mtc junior Orion
Mtc junior OrionMtc junior Orion
Mtc junior Orion
 
FND Deltawerken - Obesitas & Overgewicht
FND Deltawerken - Obesitas & OvergewichtFND Deltawerken - Obesitas & Overgewicht
FND Deltawerken - Obesitas & Overgewicht
 
FND Deltawerken - Obesitas en Overgewicht
FND Deltawerken - Obesitas en OvergewichtFND Deltawerken - Obesitas en Overgewicht
FND Deltawerken - Obesitas en Overgewicht
 
Joke Huitinck
Joke HuitinckJoke Huitinck
Joke Huitinck
 
Aanpak overgewicht bij kinderen. Gemeente Amsterdam maakt gebruik van nudging...
Aanpak overgewicht bij kinderen. Gemeente Amsterdam maakt gebruik van nudging...Aanpak overgewicht bij kinderen. Gemeente Amsterdam maakt gebruik van nudging...
Aanpak overgewicht bij kinderen. Gemeente Amsterdam maakt gebruik van nudging...
 
Verslag Live Sessie - Sport & Voeding- Carlien Harms
Verslag Live Sessie - Sport & Voeding- Carlien HarmsVerslag Live Sessie - Sport & Voeding- Carlien Harms
Verslag Live Sessie - Sport & Voeding- Carlien Harms
 
Martijn Katan - Hoe wordt voeding weer een wetenschap?
Martijn Katan - Hoe wordt voeding weer een wetenschap?Martijn Katan - Hoe wordt voeding weer een wetenschap?
Martijn Katan - Hoe wordt voeding weer een wetenschap?
 

2015111_M.te.Linde_A.Snelders

  • 1. Het gebruik van superfoods in de voeding van het nationale Ladies Sevens rugbyteam Een kwantitatief observationeel onderzoek naar de inname van micro- en macronutriënten van het elite en development team Manon te Linde Anouk Snelders Amsterdam, januari 2015 Projectnummer: 2015111 Bacheloropleiding Voeding en Diëtetiek
  • 2. 1 Het gebruik van superfoods in de voeding van het nationale Ladies Sevens rugbyteam Hogeschool van Amsterdam Opleiding Voeding en Diëtetiek Dokter Meurerlaan 8 1067 SM Amsterdam Tel. 020-595 3400 Projectnummer: 2015111 Auteurs: Manon te Linde Schaatsenrijder 1 1562 LG, Krommenie 06-36340684 manontelinde@hotmail.com Studentnummer: 500636906 Anouk Snelders Zonderland 8 1541 ME, Koog aan de Zaan 06-18368689 anouk.snelders@hotmail.com Studentnummer: 500631403 Opdrachtgever: NOC*NSF / Hogeschool van Amsterdam lectoraat gewichtsmanagement Praktijkbegeleidster: Janine Reitsema Sportdiëtiste NOC*NSF/Hogeschool van Amsterdam Docentbegeleidster: Janine Reitsema Sportdiëtiste NOC*NSF/Hogeschool van Amsterdam
  • 3. 2 Voorwoord/dankwoord Deze scriptie betreft een onderzoek naar de voedingsinname van het nationale Ladies Sevens rugbyteam en de invloed van het gebruik van superfoods op het behalen van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid voedingsstoffen. Dit onderzoek is uitgevoerd als onderdeel van de afronding van de bachelor Voeding en Diëtetiek aan de Hogeschool van Amsterdam in opdracht van Janine Reitsema, de sportdiëtiste vanuit het Nederlands Olympisch Comité * Nederlandse Sport Federatie (NOC*NSF) van het elite Ladies Sevens rugbyteam. De onderzoeksperiode was van september 2014 tot januari 2015. Onduidelijkheid over een eventuele meerwaarde van de toevoeging van superfoods aan de voeding voor het behalen van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid voedingsstoffen van het nationale Ladies Sevens rugbyteam heeft geleid tot het onderwerp van onze scriptie. Graag willen we het nationale Ladies Sevens elite en development rugbyteam bedanken voor hun medewerking in het aanleveren van de meetgegevens. Ook willen we Floris Wardenaar, Bo van Rooij en Naomi Brinkmans van het Dutch Sport Nutrition and Supplement Study (DSSS) bedanken voor hun support, het meedenken en aandragen van oplossingen en het feit dat we met behulp van hun onderzoeksmethode onze gegevens hebben kunnen verzamelen. Tot slot willen we Janine Reitsema bedanken voor haar hulp, feedback, betrokkenheid en inzet om onze scriptie tot een goed einde te brengen. De scriptieperiode is voor ons zeer leerzaam geweest en we hebben met veel enthousiasme en motivatie aan het product gewerkt. Amsterdam, Januari 2015. Manon te Linde Anouk Snelders
  • 4. 3 Samenvatting Doel: Het hoofddoel van dit onderzoek was om inzicht te krijgen in het aandeel dat superfoods leveren aan de micro- en macronutriënten inname van het nationale Ladies Sevens rugbyteam ten opzichte van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid voedingsstoffen voor deze doelgroep. Met de verkregen data is een advies voor de sportdiëtiste en een samenvattende adviesfolder voor het begeleidingsteam van het nationale Ladies Sevens rugbyteam opgesteld. Methode: Met behulp van drie 24-uurs recalls en een aanvullende vragenlijst over de supplementen inname en sportactiviteit is het gebruik van superfoods, de voedingsinname en supplement gebruik van de doelgroep in kaart gebracht. Vervolgens zijn van de gebruikte superfoods de voedingswaarde opgezocht om hun aandeel te bepalen. De doelgroep werd ingedeeld in een groep die structureel superfoods gebruikt en een controlegroep. Vervolgens zijn de data geanalyseerd op verschillen in micro- en macronutriënten inname tussen de twee groepen. Ook is onderzocht of beide groepen de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid voor atleten behaalden. Resultaten: De onderzoekspopulatie bestond uit 29 vrouwelijke Sevens rugbyspelers, waarvan 8 in de superfoods groep en 21 in de controlegroep. De superfoods groep consumeerde gemiddeld 2038 kcal per dag, de controlegroep 1998 kcal. Binnen de onderzoekspopulatie gebruikten 19 rugbyspelers supplementen naast hun basisvoeding. De aanbeveling van de belangrijkste micro- en macronutriënten voor atleten was vastgesteld. Inclusief en exclusief supplementen consumeerde de superfoods groep significant minder dan de aanbeveling voor koolhydraten. De overige nutriënten leverden geen significante verschillen met de aanbeveling. De controlegroep had exclusief supplementen een significant lagere inname dan de aanbeveling voor koolhydraten, eiwit, folaat en ijzer. De overige nutriënten leverden geen significante verschillen met de aanbeveling. Inclusief supplementen had de controlegroep een significant lagere inname van eiwit en ijzer, maar de aanbeveling voor folaat leverde geen significant verschil. Een vergelijking van de inname van micro- macronutriënten tussen de superfoods groep en controlegroep gaf aan dat er een significant verschil was bij de inname van ijzer en magnesium. De overige micro- en macronutriënten verschilden niet significant tussen de groepen. Als gekeken werd naar het procentuele aandeel dat de superfoods leverden in de dagvoeding viel dit, afhankelijk van het micro- of macronutriënt, binnen een range van 0 tot 12%. Discussie: Naast het gebruik van superfoods konden verschillen in de inname van basisvoeding en/of gebruik van supplementen een reden zijn van een verschil in inname tussen de groepen. Er kon niet met zekerheid gezegd worden dat een hogere nutriëntenwaarde in de basisvoeding door het gebruik van superfoods kwam. De samenstelling van superfoods was in sommige gevallen niet wetenschappelijk onderzocht. Dit zorgde voor een onvolledig beeld van de exacte samenstelling van superfoods. Om een beter beeld te kunnen vormen van de exacte bijdrage die superfoods leverden binnen de voeding is er meer onderzoek naar de samenstelling van superfoods nodig. Conclusie: De superfoods groep consumeerde gemiddeld meer micro- en macronutriënten in vergelijking met de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid dan de controlegroep. De inname van micro- en macronutriënten tussen de superfoods groep en de controlegroep verschilde echter niet significant van elkaar, behalve bij ijzer en magnesium. Een voeding inclusief superfoods zou daarom volwaardiger kunnen zijn. Trefwoorden: superfoods, Ladies Sevens rugby, micro- en macronutriënten, 24-uur recall , NOC*NSF
  • 5. 4 Inhoud 1. Inleiding .....................................................................................................................................5 2. Methode.....................................................................................................................................7 2.1 Literatuuronderzoek...........................................................................................................................7 2.1.1 Gebruikte literaire databases ......................................................................................................7 2.1.2 Gebruikte zoektermen en methoden ..........................................................................................7 2.1.3 Selectiecriteria.............................................................................................................................8 2.2 Praktijkonderzoek...............................................................................................................................8 2.2.1 Doelgroepbeschrijving.................................................................................................................8 2.2.2 Dataverzameling..........................................................................................................................9 2.2.3 De dataverwerking en analyse ..................................................................................................10 3. Resultaten ................................................................................................................................13 3.1 Onderzoekspopulatie .......................................................................................................................13 3.2 Sevens rugby ....................................................................................................................................13 3.3 Aanbeveling micro- en macronutriënten..........................................................................................14 3.4 Voedingswaarde superfoods ............................................................................................................14 3.5 Vergelijking groepen met aanbevolen dagelijkse hoeveelheid.........................................................15 3.6 Verschil inname micro- en macronutriënten tussen de superfoods groep en controlegroep..........18 3.7 Procentuele aandeel van superfoods op de inname van micro- en macronutriënten .....................18 3.8 Probability of inadequacy.................................................................................................................20 4. Discussie...................................................................................................................................21 5. Conclusie ..................................................................................................................................23 5.1 Aanbevelingen..................................................................................................................................23 Verklarende woordenlijst .................................................................................................................24 Literatuurlijst ...................................................................................................................................25 Bijlagen............................................................................................................................................28 1) PowerPoint voorlichting.................................................................................................................28 2) Formulier informed consent...........................................................................................................32 3) Vragenlijst superfoods inventarisatie.............................................................................................33 4) GANTT-Chart ..................................................................................................................................34 5) Welkomst e-mail ............................................................................................................................35 6) Compl-eat e-mail............................................................................................................................37 7) Compl-eat.......................................................................................................................................39 8) Vitaliteitsportaal vragenlijst ...........................................................................................................40 9) Qualtrics e-mail ..............................................................................................................................42 10) Achtergrond aanbevolen dagelijkse hoeveelheid micro- en macronutriënten ..............................43 11) Eindtotalen file 9 ............................................................................................................................46 12) Adviesfolder begeleidingsteam Ladies Sevens ...............................................................................49
  • 6. 5 1. Inleiding In 2008 stonden ‘superfoods’ op nummer 2 in de top 10 van ‘Food Trends’ in Amerika. (1) Ondertussen zijn superfoods uitgegroeid tot een vast begrip in de wereld van gezonde voeding. Volgens het Voedingscentrum zijn superfoods te categoriseren in twee groepen, namelijk speciale superfoods en gewone superfoods. In de categorie speciale superfoods vallen onder andere chiazaad, gojibessen, hennepzaad, moerbeien, zeewier, cacaobonen en kokosvet. In de categorie gewone superfoods vallen verschillende soorten groenten en fruit zoals broccoli, tomaten, bessen en druiven, vette vis, bepaalde noten en groene thee. (2) Superfoods worden door de Oxford Dictionary uit 2009 omschreven als “Een natuurlijk voedingsproduct dat vooral heilzaam is door zijn nutriëntenstatus of zijn gezondheidsbeschermende kwaliteiten.” De gesuggereerde werking van superfoods is echter tot op heden niet wetenschappelijk onderbouwd. Aan superfoods worden veel positieve eigenschappen toegeschreven, zoals het verhogen van het libido, het voorkomen van hart- en vaatziekten, het voorkomen of verminderen van depressies en huidveroudering en het helpen met afvallen. Ze zouden een hoog gehalte aan voedingstoffen bevatten zoals vitamines, mineralen en antioxidanten. (2) Mede door deze claims wordt er momenteel veel onderzoek gedaan naar de exacte werking en samenstelling van superfoods. Er is echter nog weinig onderzoek beschikbaar over de daadwerkelijke werking van superfoods. Het Agricultural Research Service United States Department of Agriculture heeft de samenstelling van een aantal speciale superfoods in kaart kunnen brengen. Dit zijn onder andere chiazaad, spirulina, kokosolie, cacaoboter, lijnzaad, spelt en quinoa. (3) Meerdere doelgroepen zouden, indien superfoods daadwerkelijk de gesuggereerde gezondheidsbeschermende kwaliteiten bevatten, baat hebben bij het gebruik van superfoods als aanvulling op hun dagelijkse voedselconsumptie. Denk hierbij aan doelgroepen die door ziekte een hogere behoefte hebben aan macronutriënten zoals eiwitten, maar ook doelgroepen die door een verhoogde lichaamsinspanning een hogere behoefte hebben aan bepaalde micro- en macronutriënten zoals atleten. (4, 5) Sinds augustus 2013 is vanuit het NOC*NSF een sportdiëtiste bij het nationale elite Ladies Sevens rugbyteam aangesteld. Deze sportdiëtiste gaat te werk met wetenschappelijk aangetoonde voedingsrichtlijnen. Gedurende twee jaar voorafgaande het aanstellen van de sportdiëtiste heeft het nationale elite Ladies Sevens rugbyteam voedingsadviezen gekregen welke onder andere gebaseerd zijn op het nuttigen van superfoods en het volgen van een koolhydraat beperkt dieet. Deze adviezen werden gegeven door een trainer/voedingsadviseur zonder erkende voedingsopleiding. Veel leden van het elite team zijn van mening dat superfoods een toegevoegde waarde leveren binnen hun voedingspatroon en vullen de voeding aan met superfoods zoals gojibessen, chiazaad, moerbeien, lijnzaad, spelt, quinoa e.a. Om te voorzien in de gezamenlijke lunch op de trainingslocatie van de Nederlandse Rugby Bond heeft het team een budget wat zij kunnen besteden bij de biologische winkel Ekoplaza. Aangezien dit budget beperkt is en superfoods hoge kosten met zich meebrengen, is het van belang om uit te zoeken of de superfoods daadwerkelijk bijdragen aan het behalen van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid (ADH) voedingsstoffen voor een rugbyspeler. De sportdiëtiste van het team wil graag duidelijkheid over de voordelen van het wel- of niet gebruiken van superfoods. Indien er voordelen zijn, wil de sportdiëtiste de superfoods graag meenemen in haar standaard voedingsadvies. Indien het gebruik van superfoods geen voordelen biedt, kan het team het budget besteden aan andere producten.
  • 7. 6 De probleemstelling zal in het onderzoek centraal staan. Met behulp van het onderzoek zal in de vorm van een scriptie antwoord gegeven worden op deze probleemstelling. De opgestelde probleemstelling luidt: ‘Hoe verhoudt de huidige voedingsinname van het nationale Ladies Sevens rugbyteam zich tot de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid voedingsstoffen voor deze groep sporters, waarbij onderscheid gemaakt wordt tussen een voedingspatroon met- en zonder superfoods?’ Onze verwachting op basis van de beschikbare literatuur is dat het consumeren van superfoods geen verschil maakt in het behalen van de ADH voedingsstoffen van het nationale Ladies Sevens rugbyteam. Met behulp van het onderzoek stellen we een advies op voor de sportdiëtiste in de vorm van een scriptie. Ook zal een samenvattende adviesfolder opgesteld worden gericht aan het begeleidingsteam met daarin resultaten van het onderzoek. Het doel van dit onderzoek is om de inname van micro- en macronutriënten van het elite en development Ladies Sevens rugbyteam in kaart te brengen. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen een voeding met- en zonder superfoods. In hoofdstuk 2 wordt de methode van zowel het literatuuronderzoek als het praktijkonderzoek beschreven. In dit hoofdstuk komen ook de deelvragen naar voren. Hoofdstuk 3 beschrijft de resultaten van het onderzoek. De discussie van het onderzoek wordt beschreven in hoofdstuk 4, waarin zowel een terugblik op het onderzoek en een vooruitblik zal plaatsvinden. In hoofdstuk 5 wordt in de conclusie een antwoord op de probleemstelling gegeven en aanbeveling gedaan.
  • 8. 7 2. Methode 2.1 Literatuuronderzoek Door middel van het literatuuronderzoek zijn de volgende deelvragen behandeld: 1. Welke voedingsmiddelen vallen onder de term superfoods? 2. Wat voor soort sport is Ladies Sevens rugby? 3. Wat zijn de aanbevolen dagelijkse hoeveelheden micro- en macronutriënten voor een Ladies Sevens rugbyspeler? 4. Welke micro- en macronutriënten bezitten de superfoods die het nationale Ladies Sevens rugbyteam gebruikt? 2.1.1 Gebruikte literaire databases Bij het verkrijgen van informatie voor de scriptie is gebruik gemaakt van wetenschappelijke artikelen en boeken vanuit de bibliotheek van de Hogeschool van Amsterdam (zie bronnenlijst). De artikelen zijn met behulp van databanken gezocht. Dit waren onder andere Pubmed, the Cochrane Library, ScienceDirect en Google Scholar. De voedingswaarde van enkele superfoods was terug te vinden in NEVO-online 2013. (8) Meerdere superfoods zijn door het United States Department of Agriculture (USDA) onderzocht. Deze informatie staat in het National Nutrient Database for Standard Reference en hier is aan gerefereerd voor het onderzoek. (3) De superfoods waarvan de voedingswaarde niet beschikbaar was in NEVO-online en het UDSA zijn zo veel mogelijk opgezocht in literaire databanken. Als hier uiteindelijk geen betrouwbare voedingswaarde naar voren kwam, zijn verschillende consumenten websites gebruikt. Binnen webshops werd gezocht naar de voedingswaarde die bedrijven die superfoods verkopen hanteren (o.a. Mattison, Nutrition Data en Goodness Direct). Vervolgens werd een e-mail gestuurd naar deze bedrijven om te achterhalen wat de bron is van hun voedingswaarde, dit heeft geen betrouwbare resultaten opgeleverd. De ADH voedingsstoffen voor een atleet, specifiek gericht op het Ladies Sevens rugbyteam, is opgesteld aan de hand van verschillende literatuurbronnen. Deze literatuur werd gevonden middels wetenschappelijke databanken en boeken van de Hogeschool van Amsterdam en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (zie bronnenlijst). Het advies werd gericht op de micro- en macronutriënten die voor een atleet van belang zijn. Hiervoor werd onder andere gekeken naar het huidige advies wat de sportdiëtiste hanteert, aangevuld met literatuur over sportvoeding. 2.1.2 Gebruikte zoektermen en methoden Binnen Pubmed, the Cochrane Library, ScienceDirect en Google Scholar is gezocht op de individuele soorten superfood met zoektermen als ‘goji berry AND sport’, ‘mulberry AND sport’, ‘cocos AND sport’, ‘flaxseeds AND sport’, ‘spelt AND sport’ en ‘quinoa AND sport’, hier kwamen 0 relevante resultaten naar voren. Zo ook met de zoekterm ‘superfoods AND athletes’. Hier is uit geconcludeerd dat er momenteel zeer weinig tot geen onderzoek beschikbaar is over het effect van superfoods op de sportprestaties. De zoekterm ‘chia seeds AND sport’ gaf op Pubmed het artikel ‘Omega 3 Chia Seed Loading as a Means of Carbohydrate Loading’. (6) Dit artikel stond in ‘The Journal of Strength and Conditioning research’. Een zoekopdracht in de HVA databank op ‘rugby Sevens’ en ‘rugby Sevens nutrition’ resulteerde in meerdere nuttige artikelen over de soort sport wat rugby Sevens is en een artikel over de voedingsbehoefte tijdens wedstrijddagen van rugby Sevens. Voor de voedingswaarde van de superfoods die niet in de NEVO-2013 en USDA beschikbaar waren, is gezocht binnen SpringerLink, ScienceDirect, PubMed en GoogleScholar. De volgende zoektermen zijn gebruikt: ‘Cacao nibs nutrient’, ‘Goji Berry nutrient’, ‘Hempseed nutrient’, ‘Incaberry nutrient’, ‘Maca
  • 9. 8 powder nutrient’, ‘Mulberry nutrient’. Een wetenschappelijk bepaalde voedingswaarde van hennepzaad en incabessen zijn op deze manier gevonden. De overige zoekacties leverden 0 relevante artikelen. 2.1.3 Selectiecriteria De artikelen zijn beoordeeld met behulp van de impact factor(IF). De IF laat het relatieve aanzien van een wetenschappelijk tijdschrift zien. Wanneer de gepubliceerde artikelen vaak worden geciteerd in tijdschriften krijgt het artikel een hoge IF. Echter betekent een lage IF niet per definitie dat het artikel niet goed is. Het kan ook betekenen dat het artikel geschreven is voor een klein en specifiek vakgebied. 2.2 Praktijkonderzoek Met behulp van een kwantitatief observationeel retrospectief onderzoek is de inname van micro- en macronutriënten van het elite en development Ladies Sevens rugbyteam beschreven. Er is gekozen voor dit soort onderzoek omdat er binnen een redelijk kleine doelgroep een onderzoek heeft plaatsgevonden naar bestaand gedrag. De doelgroep is voorafgaand aan het onderzoek opgesteld door de sportdiëtiste van het NOC*NSF. De onderzoekspopulatie werd ingedeeld in 2 groepen. Een groep die structureel superfoods gebruikt (de experimentele groep) en een groep die dit niet doet (de controlegroep)*. De meetgegevens zijn verzameld in de meetperiode van 3 tot en met 30 november 2014. * Vanaf dit punt wordt aan de groep die structureel superfoods gebruikt gerefereerd als ‘de superfoods groep’. De groep die niet structureel superfoods gebruikt is ‘de controlegroep’ De volgende deelvragen zijn beantwoord met het praktijkonderzoek: 1. Beschrijving van de onderzoekspopulatie ‘het nationale Ladies Sevens rugbyteam’. 2. Hoe ziet de gemiddelde dagvoeding van de dames van het nationale Ladies Sevens rugbyteam er momenteel uit? 3. Welke superfoods worden momenteel gebruikt in het nationale Ladies Sevens rugbyteam? 2.2.1 Doelgroepbeschrijving De doelgroep van het onderzoek was het nationale Ladies Sevens rugbyteam. Het nationale Ladies Sevens rugbyteam is volgens het Centrum voor Topsport en Onderwijs (CTO) Amsterdam in twee verschillende programma’s opgedeeld. Het elite team bestaat uit 18 dames. De rugbyspelers representeren Nederland op internationale toernooien. Momenteel trainen ze voor de Olympische spelen in Rio de Janeiro in 2016. Het elite team heeft een fulltime trainingsprogramma op 5 tot 6 dagen per week. Afhankelijk van het seizoen duurt de training 2 tot 4 uur per dag. Een deel van het elite team maakt veelvuldig gebruik van superfoods en ze hebben intensieve begeleiding van een eigen sportdiëtiste. Het development team speelt op hoog niveau en bestaat uit 18 dames. Ze trainen op 6 dagen per week 3 tot 5 uur per dag naast de studie of het werk en spelen daarnaast wedstrijden bij hun eigen rugby club. De training op het Nationale Rugby Centrum omvat gemiddeld 20 uur per week. Met deze trainingen proberen de dames van het development team aansluiting te vinden bij het elite team. Het development team wordt begeleid door een sportdiëtiste vanuit het CTO. Deze sportdiëtiste begeleidt meerdere teams. In het development team worden minder superfoods gebruikt dan in het elite team. De dames van zowel het elite team als het development team* vallen in de leeftijdscategorie van 16 tot en met 33 jaar. *Vanaf dit punt wordt aan het development team en het elite team gezamenlijk gerefereerd als: het team.
  • 10. 9 2.2.2 Dataverzameling De meetgegevens van het onderzoek zijn verkregen met behulp van het Dutch Sport Nutrition and Supplement Study (DSSS). Dit is het promotieonderzoek van ir. F.Wardenaar, Hoofddocent/Onderzoeker/Sportdiëtist Sports & Exercise Nutrition. Binnen het DSSS wordt de dagelijkse voedingsinname van Nederlandse topsporters in kaart gebracht door middel van een cross-sectionele studie. Het verzamelen van meetgegevens en het verwerken van data heeft plaatsgevonden met behulp van Compl-eat, het Vitaliteitsportaal, Qualtrics, Microsoft Office Excel 2007 en IBM SPSS Statistics 20. (Voor uitleg programma´s zie verklarende woordenlijst) Elke rugbyspeler heeft in de meetperiode van 3 weken op 3 dagen de geconsumeerde voeding van de voorgaande dag, met behulp van een 24-uurs recall, ingevuld in Compl-eat (45-60 minuten). Op dezelfde 3 dagen heeft de rugbyspeler een aanvullende vragenlijst ingevuld in het Vitaliteitsportaal aan de hand van een telefoongesprek met een van de onderzoekers (5-15 minuten). Aan het eind van de meetperiode werd eenmaal een online aanvullende vragenlijst ingevuld in Qualtrics (15-60 minuten). Direct achtereenvolgens de meetperiode was er een reserve meetweek ingepland. In deze week kon een ontbrekende 24-uurs recall of vragenlijst alsnog ingevuld worden door de rugbyspeler om van elke proefpersoon een complete dataset van 3x een 24-uurs recall, 3x een aanvullende vragenlijst in het Vitaliteitsportaal en 1x een vragenlijst van Qualtrics te realiseren. Echter als een rugbyspeler aan het eind van de periode 2x een 24-uurs recall, 2x een aanvullende vragenlijst in het Vitaliteitsportaal en 1x een vragenlijst van Qualtrics had ingevuld, kon deze data alsnog meegenomen worden in het onderzoek. Binnen het onderzoek werd gebruik gemaakt van 3x een 24-uurs recall, omdat op die manier de dag-tot- dag variatie in de voeding meegenomen werd in de metingen. Een eenmalige meting geeft hier onvoldoende inzicht in. (7) Bij twee metingen wordt deze variatie ook meegenomen, en konden deze gegevens alsnog gebruikt worden. Het verzamelen van de gegevens heeft als volgt plaatsgevonden: Om het team voor te bereiden op het onderzoek is een korte voorlichting (bijlage 1) ontwikkeld. Deze voorlichting had als doel om het onderzoek en het gebruik van de verschillende online programma’s te verduidelijken. Ook is er toestemming gevraagd voor het gebruiken van de meetgegevens door middel van een Informed Consent formulier (bijlage 2) en is door middel van een korte vragenlijst het gebruik van superfoods binnen het team geïnventariseerd (bijlage 3). Aan de hand van deze gegevens kon het team ingedeeld worden in de twee onderzoeksgroepen. De rugbyspelers die niet bij de voorlichting aanwezig waren hebben de informatie via een e-mail ontvangen. Na afloop van de voorlichting zijn alle gegevens van het team geregistreerd in Excel. Aan de hand van de gegevens kon een gerandomiseerd schema (Gantt-chart)(bijlage 4) opgesteld worden voor de afname van de 24-uurs recall. Meetdagen waren vastgesteld door het DSSS onderzoek, namelijk: ma–wo–vr , di- do en za-zo. Op basis van deze indeling kreeg iedere rugbyspeler 3 meetdagen. Bij voorkeur werd van elke rugbyspeler een 24-uurs recall afgenomen op 1 wedstrijddag, 1 trainingsdag en 1 rustdag. Tussen elke meting zaten minimaal 4 dagen om zoveel mogelijk verwarring over de meetdagen te voorkomen en om te voorkomen dat de voeding aangepast werd voor de 24-uurs recall. Met de gegevens vanuit de Gantt-chart werden de meetdagen van de rugbyspelers in Compl-eat en het Vitaliteitsportaal geüpload. Toen dit compleet was, werd een welkomst e-mail gestuurd naar de rugbyspelers. (bijlage 5)
  • 11. 10 Op de dag van de 24-uurs recall, werd vóór 07:00 uur een e-mail (bijlage 6) naar de rugbyspeler gestuurd dat vóór 12:00 uur de volgende dag de 24-uurs recall ingevuld diende te worden in Compl-eat (bijlage 7). De e-mail bevatte de inloggegevens naar hun persoonlijke 24-uurs recall. Indien de rugbyspeler binnen 24 uur de dagvoeding nog niet in Compl-eat had ingevoerd, werd er de volgende dag een e-mail gestuurd ter herinnering (bijlage 6) dat Compl-eat nog ingevuld kon worden tot 12:00 uur. Op de dag van de 24-uurs recall werd er rond 08:00 uur een sms-bericht naar de desbetreffende rugbyspeler gestuurd met een verwijzing naar de uitnodiging om Compl-eat in te vullen en om een afspraak voor het telefoongesprek te maken. Na ontvangst van de ingevulde 24-uurs recall, werd deze door de onderzoeker gecontroleerd op onduidelijkheden of producten die wellicht in de ingevulde dagvoeding ontbraken. Van deze bevindingen werd een notitie gemaakt in het Compl-eat logboek in Excel. Vervolgens werd de rugbyspeler op de afgesproken tijd gebeld om de onduidelijkheden te bespreken en de aanvullende vragenlijst voor het Vitaliteitsportaal (bijlage 8) af te nemen. Na afloop van het telefoongesprek werden alle gegevens ingevoerd. Als er vervolgens een akkoord was van het DSSS team voor het logboek, dan konden de aanpassingen doorgevoerd worden in Compl-eat. (Zie afbeelding 1) Afbeelding 1. Stappenplan van het verzamelen van de onderzoeksgegevens De stappen voor de dataverzameling zijn per rugbyspeler 3-maal herhaald binnen de meetperiode. Aan het eind van de meetperiode werd er een e-mail verstuurd (bijlage 9) naar alle leden van het team voor het invullen van de aanvullende vragenlijst in Qualtrics. Hiervoor kreeg de rugbyspeler 3 dagen de tijd. Indien er geen reactie ontvangen was, werd er nog een e-mail ter herinnering gestuurd. 2.2.3 De dataverwerking en analyse Aan de hand van de vragenlijst in het Vitaliteitsportaal werden er twee datasets verkregen. Één dataset met de gegevens van de desbetreffende rugbyspeler en de antwoorden op de vragen, en één gecodeerde dataset met de gebruikte supplementen per rugbyspeler. De twee datasets werden aan elkaar gekoppeld, gedecodeerd, de voedingswaarde van de gebruikte supplementen per rugbyspeler werd handmatig ingevoerd en het dagtotaal per rugbyspeler werd berekend. Vervolgens zijn de supplementen geclassificeerd. De supplementen konden in verschillende Controleren voeding van Sporter Onduidelijkheden navragen Antwoorden noteren in het logboek Bedenken van oplossingen Controle van logboek door het DSSS team Doorvoeren aanpassingen in compl-eat
  • 12. 11 categorieën vallen op basis van bewezen effect. Echter wordt hier niet verder op ingegaan omdat dit niet van belang is voor dit onderzoek. Toen alle gegevens in Compl-eat compleet waren, zijn de data van de 24-uurs recalls vanuit Compl-eat geëxporteerd. Compl-eat gaf met behulp van NEVO-online 2010 (8) een Excel bestand als uitdraai met hierin de berekening van elke 24-uurs recall die er afgenomen is, dit waren er 85 in totaal. Op de dagen dat er superfoods zijn gebruikt moest de voedingswaarde van de gegeten hoeveelheid superfoods met de hand worden toegevoegd aan de uitdraai van Compl-eat. Vervolgens zijn de dagtotalen berekend. Omdat er geen concrete definitie is van het woord superfoods, was het lastig te bepalen welke producten vanuit de voeding van de rugbyspelers binnen deze groep vallen. Zoals in de inleiding staat beschreven, heeft het Voedingscentrum de superfoods gecategoriseerd als gewone en speciale superfoods. In het onderzoek zijn de producten uit de voeding van het team onderzocht die volgens het Voedingscentrum in de categorie speciale superfoods vallen. (2) Het bestand met de dagtotalen vanuit het Vitaliteitsportaal werd vervolgens gekoppeld aan de uitdraai van Compl-eat inclusief de superfoods. Dit bestand omvatte alle data van het onderzoek en was het uiteindelijke File 9 (bijlage 11) waar alle analyses mee uitgevoerd konden worden. Dit bestand werd ingelezen in SPSS. Aan deze data is een extra waarde toegevoegd zodat duidelijk was welke rugbyspeler in de superfoods groep valt en welke in de controlegroep. Als een rugbyspeler 1 of meer soorten speciale superfoods consumeerde op ten minste 2 van de 24-uurs recall dagen, dan behoorde deze in de superfoods groep. Als een rugbyspeler minder superfoods consumeerde, behoorde deze in de controlegroep. Vervolgens is de onderzoeksgroep met behulp van ‘split file’ in SPSS opgedeeld in de superfoods groep, en de controlegroep. De twee groepen zijn beschreven met behulp van beschrijvende statistiek. De data is vervolgens opnieuw gestructureerd en apart opgeslagen zodat van elke rugbyspeler alle gegevens in 1 rij in SPSS stonden. Aan de hand van deze indeling is per sporter het gemiddelde berekend van het gewicht, de inspanningsduur, de inname van basisvoeding, de inname van basisvoeding + supplementen en de inname per nutriënt. Aan de hand van de berekende waarden in SPSS is per groep het gemiddelde, de standaarddeviatie, mean, percentielen, skewness en kurtosis berekend. Met behulp van de skewness en kurtosis werd bepaald of de waarden normaal verdeeld zijn. De waarden zijn normaal verdeeld indien de skewness en kurtosis zich beiden tussen de -1,96 en +1,96 SD bevinden, want 95% van de waarden van normaal verdeelde data vallen 1,96 SD links en rechts van de mean. (9) Dit was het geval bij de waarden die nodig waren voor het onderzoek. Er was geen LOG- transformatie nodig om de waarden te normaliseren. Vervolgens is de one way ANOVA uitgevoerd om de mean square te berekenen van de between groups en within groups. Vanuit deze waarden zijn de standaarddeviatie (σ), de between (σb) en de within (σw) standaarddeviaties berekend. Dit was nodig om de gecorrigeerde standaarddeviatie te berekenen met behulp van de onderstaande formule:
  • 13. 12 De z-waarde is vervolgens berekend om de probability of inadequacy (POI) vast te stellen. De POI is de kans op een inadequate inname van het team ten opzichte van de ADH van de doelgroep. Waarbij: x = aanbevolen dagelijkse hoeveelheid van een voedingsstof u = mean σ = gecorrigeerde standaarddeviatie Ten slotte is de POI berekend in Excel met behulp van de volgende formule: Met behulp van de originele data is de totale inname van micro- en macronutriënten van de superfoods groep en de controlegroep met de ADH voor deze doelgroep vergeleken. Hier zijn binnen elke groep ook de waarden inclusief supplementgebruik meegenomen. Dit is uitgevoerd met behulp van de one-sample t-test in SPSS om vast te stellen of de voeding voldoet aan of significant afwijkt van de ADH. One-sample t-test waarbij (10): x = steekproefgemiddelde van variabele x a = getal waarmee het gemiddelde wordt vergeleken n = omvang van de steekproef s = standaarddeviatie van de variabele x in de steekproef In SPSS is er met behulp van de independent samples t-test onderzocht of er een significant verschil is in de totale micro- en macronutriëntenstatus in de voeding tussen de superfoods groep en controlegroep. In deze vergelijking is de micro- en macronutriëntenstatus inclusief supplementen gebruikt. Independent samples t-test waarbij (10): x = steekproefgemiddelde van variabele x N = omvang van de steekproef s = standaarddeviatie van de variabele x in de steekproef Binnen het onderzoek zijn enkel de micro- en macronutriënten waar een verhoogde behoefte aan is voor de beoefening van Sevens rugby meegenomen in de analyses. Ten slotte is, met behulp van de gemiddelde voedingswaarde van de superfoods die gebruikt zijn binnen de superfoods groep, het procentuele aandeel van de superfoods op de gemiddelde inname van een bepaald micro- of macronutriënt in de voeding berekend.
  • 14. 13 3. Resultaten 3.1 Onderzoekspopulatie Het elite en development team bevatten gezamenlijk 36 dames. Van 3 rugbyspelers is er geen respons ontvangen, 4 rugbyspelers hebben aangegeven geblesseerd of ziek te zijn. Deze zijn niet meegenomen in het onderzoek, omdat dit een vertekend beeld zou geven van de inname van een actieve Ladies Sevens speler. Dit heeft er toe geleid dat de onderzoekspopulatie bestond uit 29 personen, waaronder 17 van het elite team en 12 van het development team. Van 27 rugbyspelers is er een complete dataset afgenomen. Van 2 rugbyspelers is er 2 keer een 24-uurs recall afgenomen en 2 keer de vragenlijst in het Vitaliteitsportaal. In tabel 1 is de beschrijving van de twee onderzoeksgroepen te zien. Tabel 1. Beschrijving van de onderzoekspopulatie Superfoods groep (N=8) Controlegroep (N=21) Leeftijd (jaren) 26 (4,8) 22,4 (4,2) Gewicht (kg) 66,3 (6,2) 66,9 (6,1) Lengte (cm) 169 (6,2) 169,1 (5,1) BMI (gewicht/lengte2 ) 23,2 (1,4) 23,4 (2,1) Energie inname (kcal) 2038,3 (472,0) 1997,8 (645,9) Aantal personen dat supplementen gebruikt 6 13 Aantal elite rugbyspelers 6 11 Aantal development rugbyspelers 2 10 3.2 Sevens rugby Sevens rugby is een verkorte versie van een originele rugby wedstrijd. Officieel was Sevens rugby een manier om jonge spelers op te leiden tot de professionele rugby sport. Ondertussen is Sevens rugby uitgegroeid tot een sport op zich. Tijdens een wedstrijd spelen 2 teams van 7 spelers tegen elkaar in 2 helften van 7 minuten op een officieel rugbyveld. Tussen de helften zit 2 minuten pauze. (11, 13) Sevens rugby is een explosieve teamsport waarbij veel korte sprints van hoge intensiteit en abrupte wendingen plaatsvinden. Dit zorgt er voor dat een rugby Sevens wedstrijd een combinatie is van een teamsport en krachtsport. Bij een onafgebroken inspanning van langer dan 2 minuten op 60-95% van de maximale intensiteit wordt het anaerobe verbrandingssysteem in het lichaam aangesproken. Een afbraakproduct van het anaerobe verbrandingssysteem is o.a. melkzuur. (13) Tijdens een Sevens rugbywedstrijd wordt er 7 minuten achtereenvolgens inspanning geleverd op 60-95% van de maximale intensiteit. Dit zorgt er voor dat er een hoge mate van verzuring is opgetreden aan het einde van een Sevens rugbywedstrijd. Tijdens wedstrijddagen of competities van 2-3 dagen worden er tot wel 3 wedstrijden per dag gespeeld. Dit vraagt veel van de individuele rugbyspeler. (11, 12) Onderzoek van D. Higham et al. in 2012 over het bewegingspatroon tijdens Sevens rugby wedstrijden heeft aangetoond dat Sevens rugby om en nabij de dubbele inspanning per minuut vereist van de spelers in vergelijking met traditionele rugby. (12)
  • 15. 14 3.3 Aanbeveling micro- en macronutriënten De onderstaande micro- en macronutriënten worden in meerdere bronnen (4, 5, 6, 14, 15, 16, 17, 18, 19, 20, 21, 22, 23, 24, 25, 26, 27, 28, 29, 30, 31, 32, 33, 47) genoemd als nutriënten waar bij de beoefening van topsport, en sporten die vergelijkbaar zijn met Sevens Rugby, een verhoogde behoefte aan is. De ADH uit deze bronnen wordt hieronder verder beschreven. De ADH is een waarde die is opgesteld door 2 standaarddeviaties boven de gemiddelde behoefte van een populatie te zitten. Deze ADH geeft een waarde die voldoet aan de behoefte van 97,5% van de personen van de desbetreffende populatie. (4) Er is gekozen voor overzichtelijke weergave van alle gekozen micro- en macronutriënten, te zien in tabel 4. Een uitgebreide verantwoording van de gekozen aanbevelingen is te vinden in bijlage 10. Tabel 4. De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid nutriënten voor een vrouwelijk Sevens rugbyspeler per nutriënt. Nutriënt Aanbeveling voor Ladies Sevens Bron Koolhydraten 1-3 uur sport/dag: 5-10 g/kg AIS, 2011 Eiwit 1,5-1,8 g/kg AIS, 2009; Burke, 2007, Maughan & Burke, 2004 Vet 20-30 en% ADA et al ,2009, Maughan & Burke, 2002 Vitamine B1 0,5 mg/1000kcal Maughan & Burke, 2004 Vitamine B2 0,6 mg/1000kcal Maughan & Burke, 2004 Vitamine B3 6,7 mg/1000kcal Maughan & Burke, 2004 Vitamine B6 1,6-2 mg Maughan & Burke, 2004 Vitamine B11 300 µg Gezondheidsraad, 2000 Vitamine B12 2,8 µg Gezondheidsraad, 2000 IJzer 15 mg Gezondheidsraad, 2000 Calcium 1000 mg Gezondheidsraad, 2000 Magnesium 300-350 mg Dunford & ADA Sports, 2006 Zink 9 mg Gezondheidsraad, 2000 3.4 Voedingswaarde superfoods In tabel 5 is de voedingswaarde van de superfoods die gebruikt worden in de voeding van de rugbyspelers terug te lezen. In de tabel zijn enkel de micro- en macronutriënten opgenomen waar een verhoogde behoefte aan is bij Sevens rugby. Doordat niet alle hoeveelheden micronutriënten bekend zijn van superfoods, zijn de uiteindelijke waarden in Compl-eat waar de superfoods bij berekend zijn een minimumwaarde. Hierdoor kan het zijn dat het gehalte aan een bepaald micronutriënt in werkelijkheid hoger is dan beschreven in de tabellen. Tabel 5. De voedingswaarde van de gebruikte superfoods per 100 gram. Per 100 gram Energie Kcal Kh g Eiwit g Vet g B1 + mg B2 + mg B6 + mg B11 + µg B12 + µg Fe mg Ca mg Mg mg Zn mg Cacao nibs* (37) 642,6 28,6 14,3 50 ~ ~ ~ ~ ~ 3,9 71,4 18 7 Cacaopoeder (38) 379 10,5 18,5 21,7 0 0,1 0,1 38 0 10,5 150 525 7 Chiazaad (39) 486 42,1 16,5 30,7 0,6 0,2 ~ 49 0 7,7 631 335 4,6 Gojibessen* (40) 357 75 10,7 0 0,3 0,4 ~ ~ ~ 6,4 71,4 ~ 1,1 Hennepzaad (41) 525,1 27,6 24,8 35,5 0,4 0,1 0,1 ~ ~ 14 145 483 7 Incabessen (42) 291,2 49 6,4 3,4 ~ ~ ~ ~ ~ 3,1 24 ~ ~ Kokosolie (43) 862 0 0 100 0 0 0 0 0 0 0 0 0 Kokosrasp (44) 660 23,7 6,9 64,5 0,1 0,1 0,3 9 0 3,3 26 90 2 Lijnzaad (45) 477 13 19 31 0,4 1,0 0 87 0 0 260 181 7,8 Maca Poeder* (46) 325 71 14 4 ~ 0,4 1,1 ~ ~ 14,8 250 ~ ~ Moerbeien* (47) 480 80 10,7 0,4 ~ ~ ~ ~ ~ 1,9 39 18 ~ Quinoa (48) 114 18,5 4,4 1,9 0,1 0,1 0,1 42 0 1,5 17 64 1,1 + Vitamine, ~ Onbekende waarde, * Geen wetenschappelijke bron beschikbaar
  • 16. 15 3.5 Vergelijking groepen met aanbevolen dagelijkse hoeveelheid. In tabel 6 is te zien of het gemiddelde van de geconsumeerde voeding die ingevoerd is in Compl-eat door de rugbyspelers voldoet aan de ADH voor deze doelgroep. Er is gekeken naar de voeding exclusief en inclusief supplementen voor beide onderzoeksgroepen. In het geval van koolhydraten, eiwitten, vetten, vitamine B6 en magnesium worden er twee waarden onderzocht aangezien deze micro- en macronutriënten een range hebben voor de ADH. Er wordt per micro- en macronutriënt geanalyseerd of de geconsumeerde hoeveelheid voldoet aan de ondergrens en/of de bovengrens van de behoefte. In het geval van vitamine B1 en B2 wordt er uit gegaan van een aantal mg per 1000 kcal. Hier is voor de superfoods groep en de controlegroep eerst apart de behoefte berekend aan de hand van de gemiddelde hoeveelheid energie (kcal) dat geconsumeerd is. Met behulp van deze waarde is de geconsumeerde hoeveelheid van de vitamine getoetst aan de ADH. Koolhydraten. De waarden van de superfoods groep en de controlegroep zijn beiden significant lager dan de ADH van 5-10g/kg koolhydraten. Ook inclusief het gebruik van supplementen is de geconsumeerde waarde significant lager dan de ADH. Eiwit. De superfoods groep heeft met- en zonder supplementen geen significant verschil met de ondergrens van 1,5 g/kg eiwit. De bovengrens van 1,8 g/kg eiwit is significant hoger dan de geconsumeerde hoeveelheid. Voor de controlegroep is de geconsumeerde hoeveelheid eiwit significant lager dan de boven- en ondergrens van de ADH, ook inclusief supplementen. Vet. De inname van vet is voor de superfoods groep en de controlegroep significant hoger dan de ondergrens van de ADH van 20en%, ook bij supplementgebruik is dit verschil significant. Beide groepen hebben geen significant verschil met de bovengrens van de ADH voor vet van 30en%, ook niet indien er supplementen gebruikt worden. Vitamine B1. De superfoods groep en de controlegroep hebben beiden geen significant verschil met de ADH voor vitamine B1 van 0,5 mg/1000 kcal. Indien het supplementgebruik van de groepen meegenomen wordt, is de geconsumeerde hoeveelheid vitamine B1 van beide groepen significant hoger dan de ADH. Vitamine B2. De geconsumeerde waarde van vitamine B2 is van beide groepen significant hoger dan de ADH van 0,6 mg/1000 kcal, dit is ook het geval indien er supplementen gebruikt worden. Vitamine B6. Beide groepen hebben geen significant verschil met de ondergrens van de ADH van vitamine B6 van 1,6 mg. Indien er supplementen geconsumeerd worden, is de geconsumeerde waarde van beide groepen significant hoger dan de ondergrens van de ADH. Beide groepen consumeren significant minder dan de bovengrens van de ADH van 2 mg van vitamine B6. Indien er supplementen worden gebruikt, is er in de superfoods groep geen significant verschil met de ADH. In de controlegroep is de geconsumeerde waarde inclusief supplementen significant hoger dan de ADH. Vitamine B11. De superfoods groep heeft geen significant verschil met de ADH van 300 µg van vitamine B11. Indien deze groep supplementen gebruikt, wordt er significant meer vitamine B11 geconsumeerd dan de ADH . De controlegroep consumeert significant minder vitamine B11 dan de ADH. Indien deze groep supplementen gebruikt, is er geen significant verschil tussen de consumptie en de ADH.
  • 17. 16 Vitamine B12. Beide groepen consumeren significant meer vitamine B12 dan de ADH van 2,8 µg. Dit is ook het geval indien er supplementen gebruikt worden. IJzer. De superfoods groep heeft geen significante verschillen tussen de geconsumeerde waarde en de ADH van 15 mg van ijzer, ook niet indien er supplementen gebruikt worden. De controlegroep heeft een waarde die significant lager is dan de ADH, dit is ook het geval indien er supplementen worden gebruikt. Calcium. Beide groepen hebben geen significante verschillen tussen de geconsumeerde waarde van calcium en de ADH van 1000 mg, ook niet indien er supplementen worden gebruikt. Magnesium. Beide groepen consumeren significant meer magnesium dan de ondergrens van de ADH van 300 mg. Dit is ook het geval indien er supplementen gebruikt worden. De superfoods groep consumeert significant meer magnesium dan de bovenwaarde van de ADH van 350 mg. Dit is ook het geval indien er supplementen gebruikt worden. De controlegroep heeft geen significante verschillen met de geconsumeerde waarde en de bovengrens van de ADH, ook niet indien er supplementen gebruikt worden. Zink. Beide groepen consumeren significant meer zink dan de ADH van 9 mg. Dit is ook het geval indien er supplementen gebruikt worden.
  • 18. 17 Tabel 6. Vergelijking superfoods groep en controlegroep met de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid Nutriënt ADH Superfoods excl. supplementen Superfoods incl. supplementen Controle excl. supplementen Controle incl. supplementen N=8 N=8 N=21 N=21 Koolhydraten 5 g/kg 3,5 (1)* 3,5 (1)* 3,6 (1,5)* 3,9 (2,7)* Koolhydraten 5 g/kg 3,5 (1)* 3,5 (1)* 3,6 (1,5)* 3,9 (2,7)* Eiwit 1,5 g/kg 1,5 (0,7) 1,5 (0,7) 1,4 (0,5)* 1,4 (0,5)* Eiwit 1,8 g/kg 1,5 (0,7)* 1,5 (0,7)* 1,4 (0,5)* 1,4 (0,5)* Vet 20 en% 30,6 (8,8)* 33,4 (9,1)* 31,2 (9,4)* 32 (9,5)* Vet 30 en% 30,6 (8,8) 33,4 (9,1) 31,2 (9,4) 32 (9,5) Vitamine B1 0,5 mg/ 1000 kcal 1,1 (0,3) 1,9 (2)* 1 (0,6) 1,8 (1,8)* Vitamine B2 0,6 mg/1000 kcal 1,7 (0,7)* 2,7 (2,3)* 1,8 (0,8)* 2,8 (2,1)* Vitamine B6 1,6 mg 1,8 (0,5) 2,7 (2,3)* 1,7 (0,9) 2,6 (2,1)* Vitamine B6 2 mg 1,8 (0,5)* 2,7 (2,3) 1,7 (0,9)* 2,6 (2,1)* Vitamine B11 300 µg 286,9 (96) 425 (271,1)* 245,3 (92)* 349,4 (232,9) Vitamine B12 2,8 µg 4,7 (2,3)* 6,7 (4,5)* 5,5 (4)* 7,7 (6,9)* IJzer 15 mg 13,4 (4,1) 15,1 (5,5) 10,6 (4,3)* 12 (5,4)* Calcium 1000 mg 1077 (413,5) 1091 (399,1) 1082,2 (526,8) 1094,3 (548,4) Magnesium 300 mg 410,1 (120,6)* 412,6 (118,7)* 346,1 (124,2)* 350,2 (129,3)* Magnesium 350 mg 410,1 (120,6)* 412,6 (118,7)* 346,1 (124,2) 350,2 (129,3) Zink 9 mg 12,7 (5,8)* 15 (7,1)* 10,5 (4)* 12,3 (5,7)* *P-waarde<0,05 Tabel 7. Verschil superfoods groep en controlegroep Kcal Kh g/kg Eiwit g/kg Vet en% B1 + mg B2 + mg B6 + mg B11 + µg B12 + µg Fe mg Ca mg Mg mg Zn mg Superfoods 1901,3 (449,2) 3,5 (1) 1,5 (0,7) 33,4 (9,1) 1,9 (2) 2,7 (2,3) 2,7 (2,3) 425 (271,1) 6,7 (4,5) 15,1 (5,5)* 1091 (399,1) 412,6 (118,7)* 15 (7,1) Controle 2011,5 (658,4) 3,9 (2,7) 1,4 (0,5) 32 (9,5) 1,8 (1,8) 2,8 (2,1) 2,6 (2,1) 349,4 (232,9) 7,7 (6,9) 12 (5,4)* 1094,3 (548,4) 350,2 (129,3)* 12,3 (5,7) *P-waarde<0,05, + Vitamine
  • 19. 18 3.6 Verschil inname micro- en macronutriënten tussen de superfoods groep en controlegroep In tabel 7 is het verschil tussen de totale inname per nutriënt per groep te zien. Deze gemiddelde waarden zijn inclusief supplementen. In de tabel is te zien dat de verschillen tussen de groepen over het algemeen niet significant van aard zijn, met uitzondering van ijzer en magnesium. De gemiddelde inname van ijzer bij de superfoods groep is 15,1 mg per dag, waarbij de controlegroep een inname heeft van 12 mg per dag. De superfoods groep consumeert significant meer ijzer dan de controlegroep. De gemiddelde inname van magnesium bij de superfoods groep is 412,6 mg per dag. De controlegroep consumeert gemiddeld 350,2 mg per dag. Ook hier consumeert de superfoods groep significant meer magnesium dan de controlegroep. Er is in het geval van vitamine B11 gekozen om te focussen op folaatequivalenten in plaats van folaat, omdat de biobeschikbaarheid van folaat in de supplementen hoger is dan folaat uit voeding. (20) Bij de folaatequivalenten wordt dit verschil meegenomen, op deze manier wordt een waarde gebruikt die dichter bij de daadwerkelijke waarde in het lichaam ligt. 3.7 Procentuele aandeel van superfoods op de inname van micro- en macronutriënten In grafiek 1 is het procentuele aandeel van de voeding en van superfoods te zien op de totale inname van micro- en macronutriënten van de superfoods groep. Dit is inclusief supplementen. De gemiddelde bijdrage van superfoods op de dagelijkse inname van micro- en macronutriënten is 162 kcal, 5 g eiwit, 18,9 g koolhydraten, 7,8 g vet, 0,1 mg vitamine B1, 0,1 mg vitamine B2, 0,0 mg vitamine B6, 7,5 µg vitamine B11(folaat), 0,0 µg vitamine B12, 0,4 mg calcium, 1,6 mg ijzer, 49,9 mg magnesium en 1,1 mg zink. Deze waarden zijn op 1 decimaal afgerond. Van de macronutriënten leveren superfoods bij vet het grootste aandeel, namelijk van 10,8%. Superfoods leveren bij de totale eiwit inname het kleinste aandeel, namelijk 5,2%. De basisvoeding levert 91,9% van de totaal ingenomen koolhydraten. Van de micronutriënten leveren superfoods bij magnesium het grootste aandeel, namelijk 12,1% van de totale inname. De superfoods leveren de kleinste bijdrage, namelijk 0%, bij de totale inname van vitamine B12 en calcium. De basisvoeding levert 95,6% van vitamine B1, 95,3% van vitamine B2, 98,9% van vitamine B6 en 96,3% van vitamine B11. De bijdrage van superfoods op de totale ijzerinname is 10,4% en van zink is dit 7,2%. De totale inname van micro- en macronutriënten is inclusief supplementen berekend. Grafiek 1. Procentuele aandeel van superfoods op de inname micro- en macronutriënten van de superfoods groep 91,5 94,8 91,9 89,2 95,6 95,3 98,9 96,3 100 100 89,6 87,9 92,8 8,5 5,2 8,1 10,8 4,4 4,7 1,1 3,7 0 0 10,4 12,1 7,2 Procentuele aandeel van superfoods op de inname van micro- en macronutriënten van de superfood groep Superfoods Voeding
  • 20. 19 Tabel 7. Probability of Inadequacy (POI) van het team Exclusief supplementen Inclusief Supplementen Nutriënt Norm Mean Corrected SD Median 0,25 0,75 POI % Mean Corrected SD Median 0,25 0,75 POI% Energie(kcal) 2038,3 (186,9) 147,5 2055,8 1879,2 2207,4 1901,3 (195,7) 713,1 1902,1 1741,8 2096,2 Kh(g/kg) 5 3,5 (0,7) 0,6 3,5 3,0 4,1 99,1 3,5 (0,7) 0,5 3,5 3,0 4,1 99,8 Kh(g/kg) 10 3,5 (0,7) 0,6 3,5 3,0 4,1 100,0 3,5 (0,7) 0,5 3,5 3,0 4,1 100,0 Eiwit(g/kg) 1,5 1,5 (0,5) 0,1 1,4 1,1 1,6 58,0 1,5 (0,5) 0,2 1,4 1,1 1,6 6,0 Eiwit(g/kg) 1,8 1,5 (0,5) 0,1 1,4 1,1 1,6 99,8 1,5 (0,5) 0,2 1,4 1,1 1,6 95,9 Vet(en%) 20 30,6 (7,0) 4,3 31,7 24,6 35,1 0,6 33,4 (7,0) 6,1 34,8 27,3 38,5 1,4 Vet(en%) 30 30,6 (7,0) 4,3 31,7 24,6 35,1 44,1 33,4 (7,0) 6,1 34,8 27,3 38,5 28,9 Vit. B1(mg) 1 1,1 (0,1) 0,1 1,1 1,0 1,2 14,1 1,9 (1,2) 1,1 1,2 1,1 2,7 15,7 Vit. B2(mg) 1,1 1,7 (0,6) 0,4 1,8 1,2 2,2 3,8 2,7 (1,4) 0,9 2,3 1,4 4,1 4,7 Vit. B6(mg) 1,6 1,8 (0,3) 0,3 1,9 1,5 2,0 26,2 2,7 (1,2) 2,1 2,1 1,8 4,1 22,0 Vit. B11(µg) 300 286,4 (76,8) 36,3 272,9 216,7 355,9 64,6 286,4 (76,8) 58,5 272,9 216,7 355,9 7,0 Vit. B12(µg) 2,8 4,7 (1,8) 1,2 4,8 3,5 6,2 5,6 6,7 (3,5) 0,4 6,9 3,6 9,7 0,0 Calcium(mg) 1000 1077,0 (292,9) 209,8 1094,8 803,8 1964,4 35,7 1091,0 (278,1) 112,8 1094,8 887,6 1343,5 21,0 IJzer(mg) 15 13,4 (2,4) 1,2 13,3 10,9 15,5 91,4 15,0 (4,4) 5,5 13,3 12,0 20,1 10,2 Magnesium(mg) 300 410,1 (76,5) 50,2 416,3 365,6 473,4 1,4 412,6 (71,5) 299,9 416,3 365,6 473,4 35,4 Zink(mg) 9 12,7 (3,9) 1,0 11,3 10,0 16,1 0,0 15,0 (6,2) 3,8 12,4 10,2 20,4 1,7
  • 21. 20 3.8 Probability of inadequacy. In tabel 7 is de POI van het hele team (dus het elite en development team samen) te zien. Gemiddeld krijgt het team 2038 kcal binnen met hun basisvoeding. De mediaan is 2056 kcal per dag. Er is voor kcal geen POI% beschikbaar, omdat voor kcal geen vaste norm is opgesteld. De inname van koolhydraten is gemiddeld 3,5 g/kg per dag. Van de populatie consumeert 99,1% onder de ADH van 5,0 g/kg per dag. Van de populatie consumeert 100% onder de ADH van 10,0 g/kg per dag. Het team consumeert dus gemiddeld onder de aanbeveling van 5-10 g/kg koolhydraten per dag. Van de populatie consumeert 58,0% onder de ADH van eiwit, wat minimaal 1,5 g/kg is. Indien gekeken wordt naar een hogere behoefte voor atleten, van 1,8 g/kg eiwit per dag, dan consumeert 99,8% van de populatie onder deze waarde. Gemiddeld consumeert het team 1,5 g/kg eiwit per dag, wat aan de ondergrens van de dagelijkse behoefte voor deze doelgroep ligt. De mediaan is 1,4 g/kg eiwit per dag. Het team consumeert dagelijks gemiddeld 30,6 en% vet. Wanneer gekeken wordt naar de ondergrens van de norm van 20en% per dag, dan consumeert 0,6% van de populatie onder deze norm. Wanneer gekeken wordt naar de bovengrens van de norm van 30en% per dag voor een atleet, dan haalt 44,1% van de populatie deze waarde niet. De gemiddelde consumptie vet zit net boven de bovengrens van de aanbeveling voor vet. Indien gekeken wordt naar de micronutriënten is te zien dat, volgens de POI, de populatie met uitzondering van zink onder de aanbeveling scoort. Van de populatie consumeert 14,1% onder de ADH van gemiddeld 1,0 mg per dag voor vitamine B1. Voor vitamine B2 consumeert 3,8% van de populatie onder de gemiddelde ADH van 1,1mg per dag. De gemiddelde inname van vitamine B6 is 1,8 mg per dag, de mediaan is 1,9 mg per dag, dit geeft een POI van 26,2%. De ADH voor vitamine B11 is 300 mg per dag voor een vrouwelijke atleet, het team consumeert gemiddeld 286,4 mg per dag. De mediaan is 272,9 mg. Dit resulteert in een POI van 64,6%. Van de populatie consumeert 5,6% onder de ADH van vitamine B12 van 2,8 mg per dag met een gemiddelde inname is 4,7 mg per dag. De mediaan is 4,8 mg. De gemiddelde inname van calcium is 1077 mg per dag, met een mediaan van 1094,8 mg per dag. 35,7% van de populatie consumeert onder de ADH. De aanbeveling van ijzer is 15,0 mg per dag, de gemiddelde inname van ijzer door het team is 13,4 mg per dag. De mediaan is 13,3 mg per dag. Dit resulteert in een POI van 91,4%. De aanbeveling voor magnesium is 300 mg per dag. Het team consumeert gemiddeld 410,1 mg per dag. De mediaan is 416,3 mg. Dit geeft een POI van 1,4%. Het team consumeert gemiddeld boven de aanbeveling van 9,0 mg zink per dag, namelijk 12,7 mg. De mediaan is 11,3 mg. 0,0% van de populatie consumeert onder de aanbeveling van zink. Een compleet beeld van de inname van het team volgt na het includeren van de supplementen. Inclusief supplementen consumeert het team gemiddeld 1901 kcal per dag. Dit gemiddelde is lager dan het gemiddelde zonder supplementen, omdat de waarden van de groep inclusief supplementen groter verspreid zijn dan die zonder supplementen. Dit is ook te zien aan de corrected SD die bij de groep inclusief supplementen groter, namelijk 713,1, is dan de groep exclusief supplementen, namelijk 147,5. De gehele populatie behaalt inclusief supplementen, met een POI van 0,0%, de aanbeveling voor vitamine B12 van 2,8 µg. Inclusief supplementen wordt de ADH voor ijzer behaald, met een gemiddelde van 15,0 mg per dag. Inclusief supplementen wordt een hoger gemiddelde van micro- en macronutriënten behaald. Dit is te verklaren door koolhydraatpreparaten, multivitaminen en eiwitshakes die gebruikt zijn tijdens recall dagen. De mediaan en het POI percentage is echter niet in alle gevallen hoger dan die van de groep exclusief supplementen. Dit is te verklaren doordat er uitschieters zijn van rugbyspelers die extreme hoeveelheden van enkele micro- en macronutriënten geconsumeerd hebben op een dag, bijvoorbeeld door grote hoeveelheden sportdrank te consumeren. Deze dames zorgen ervoor dat de rest van de populatie de norm minder snel zal halen.
  • 22. 21 4. Discussie In dit hoofdstuk wordt er ingegaan op het verloop van het onderzoek, met daarbij de punten die deze scriptie sterk maken en verbeterpunten. De resultaten van dit onderzoek geven inzicht in de inname van micro- en macronutriënten van een specifieke groep sporters. Bij de voedingsinname zijn de gebruikte superfoods geïncludeerd. Inclusief en exclusief supplementen behaalt de superfoods groep de ADH met uitzondering van koolhydraten. De controlegroep behaalt exclusief supplementen de ADH met uitzondering van koolhydraten, eiwit, folaat en ijzer. Ook inclusief supplementen behaalt de controlegroep de ADH voor eiwit en ijzer niet, maar wel de ADH voor folaat. Echter kan dit verschil ook toe te schrijven zijn aan bijvoorbeeld verschillen in inname van basisvoeding en/of gebruik van supplementen. Gemiddeld leveren de superfoods namelijk een bijdrage van ongeveer 6% van de totale inname van micro- en macronutriënten. Het kan dus niet met zekerheid gezegd worden dat een hogere nutriëntenwaarde van de voeding door het gebruik van superfoods komt. De samenstelling van superfoods zijn in sommige gevallen niet wetenschappelijk onderzocht. Dit zorgt voor een onvolledig beeld van de exacte waarden van nutriënten in superfoods. Om een beter beeld te krijgen van de exacte bijdrage die superfoods leveren binnen de voeding, is meer onderzoek naar de nutriënten samenstelling van superfoods nodig. Op basis van behaalde resultaten is onze verwachting dat het gebruik van superfoods geen verschil maakt in het behalen van de ADH voedingsstoffen van het nationale Ladies Sevens rugbyteam, niet waar. De gemiddelde inname van koolhydraten onder sporters uit een onderzoek uit 2004 ligt op 4,5 g/kg. De gemiddelde inname van koolhydraten binnen de superfoods groep is 3,5 g/kg en de gemiddelde inname binnen de controlegroep is 3,9 g/kg. Dit is redelijk overeenkomstig met elkaar en ligt onder de norm van 5 g/kg per dag voor atleten. (48) In een studie naar de voedingsinname van 17 professionele volleybalspeelsters van het AZS Bialystok team in Polen is geconcludeerd dat de dames geen volwaardige voeding consumeren. Het AZS Bialystok volleybal team consumeert gemiddeld 1910 kcal en het nationale Ladies Sevens rugbyteam consumeert gemiddeld 1956 kcal. De koolhydraatinname is onder de speelsters van AZS Bialystok te laag, net als voor het nationale Ladies Sevens rugbyteam. Echter behaalt het AZS Bialystok team de norm voor ijzer, calcium en andere vitaminen en mineralen niet. De superfoods groep van het nationale Ladies Sevens rugbyteam behaalt de norm voor ijzer en calcium wel, in contrast met de controlegroep van het rugbyteam en het AZS Bialystok volleybal team. Een dieet inclusief superfoods zou kunnen bijdragen aan het behalen van een meer volwaardige voeding aan de hand van de ADH voor het AZS Bialystok volleybal team. (49) Volgens een studie van het Voedingscentrum in 2014 naar de consumptie van superfoods in Nederland, consumeren Nederlanders gemiddeld het meest de bessensoorten, zoals gojibessen, incabessen en moerbeien (11%). Daarna consumeren zij het meest de zaden, zoals chiazaad, hennepzaad en lijnzaad (8%). Dit komt ongeveer overeen met de gemiddelde consumptie van superfoods binnen het nationale Ladies Sevens rugbyteam. Zij consumeren het meest de kokosrasp, goji bessen, moerbeien, lijnzaad en chiazaad. (50) Voor het schrijven van de literaire achtergrond van superfoods (2,3) is geen wetenschappelijke literatuur gevonden met een IF van >1,5. Voor de micro- en macronutriënten in de superfoods is gebruik gemaakt van verschillende nationale- en internationale databanken zoals de Nederlandse NEVO-online en de
  • 23. 22 Amerikaanse USDA. (3, 34, 35, 39, 40, 41, 44) Voor de micro- en macronutriënten van de superfoods die in deze databanken niet aanwezig waren, is gebruik gemaakt van consumentenwebsites die geen bronnen vrij gaven. (33, 36, 37, 38, 42, 43). Ook zijn niet alle nutriëntenwaarden van de superfoods compleet, wat van invloed kan zijn op de uitkomst van het onderzoek. De micro- en macronutriënten inname is gemeten met behulp van de 24-uurs recall methode. De 24- uurs recall methode is betrouwbaar om de voedingsinname van een grote groep te meten. (7) Bij 27 van de 29 sporters is het gelukt om drie 24-uurs recalls af te nemen. Dit zorgt ervoor dat er een lagere dag- tot- dag variatie is dan bij een enkele 24-uurs recall. (7, 51) Ook zijn de sporters na het invullen van de dagvoeding gebeld om eventuele onduidelijkheden te bespreken. Echter kan er sprake zijn van onderrapportage, omdat Compl-eat ingevuld wordt vanuit het geheugen. Dit kan ervoor zorgen dat dingen die geconsumeerd zijn, vergeten worden. De insteek was om 36 rugbyspelers te includeren. Sporters die tijdens de gehele meetperiode geblesseerd waren, zijn niet meegenomen in het onderzoek. Van enkele sporters is een non-respons ontvangen. Uiteindelijk bestond de onderzoekspopulatie uit 29 vrouwelijke rugbyspelers (meer dan 80% van de doelgroep) waarvan 8 rugbyspelers in de superfoods groep en 21 rugbyspelers in de andere groep. De groepen hebben geen gelijke grootte en dit kan leiden tot een vertekend beeld. Ook is de onderzoeksgroep niet generaliseerbaar voor de totale Sevens Rugby populatie, omdat dit onderzoek enkel vrouwelijke rugbyspelers omvatte. Aan de hand van een vragenlijst voorafgaande aan het onderzoek was het team ingedeeld in de superfoods groep en controlegroep. De indeling was gemaakt op basis van het criterium dat er op minimaal 5 dagen in de week 1 of meer superfoods gebruikt wordt. In de loop van het onderzoek kwam het naar voren dat deze indeling geen beeld zou kunnen geven over de voeding met superfoods. Er waren uiteindelijk 8 rugbyspelers die superfoods hebben ingevoerd in Compl-eat, terwijl er verwacht werd dat dit 18 rugbyspelers zouden zijn. Als er doorgegaan was met dit criterium, waren de superfoods weggevallen in de groep. Vanwege dit feit is in overleg met de docentbegeleider en praktijkbegeleider het criterium in de loop van het onderzoek aangepast. Met betrekking tot verschillen in inname van micro- en macronutriënten tussen de groepen moet meegenomen worden dat de superfoods groep mogelijk een andere relatie met voeding heeft dan de controlegroep. Wellicht is de superfoods groep bewuster bezig met voeding. Dit zou van invloed kunnen zijn op de verschillen tussen de twee groepen. Voorafgaande aan het onderzoek was met de arts van het team afgesproken dat er tijdens de meetperiode een bloedonderzoek afgenomen zou worden bij de rugbyspelers. Echter is dit niet tijdig gelukt, en daarom niet meegenomen in het onderzoek. Ten slotte wordt in meerdere bronnen vitamine B3 genoemd als belangrijke vitamine voor sporters. Er is besloten om deze vitamine niet mee te nemen in het onderzoek, omdat Compl-eat geen nutriëntenwaarde geeft van vitamine B3. Er kon daarom geen analyse op uitgevoerd worden.
  • 24. 23 5. Conclusie Superfoods zouden wel eens meer dan een hype kunnen zijn. De superfoods leveren wel degelijk micro- en macronutriënten waar een atleet een verhoogde behoefte aan heeft. De superfoods groep consumeert gemiddeld meer micro- en macronutriënten (met uitzondering van koolhydraten) in vergelijking met de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid dan de controlegroep. De inname van micro- en macronutriënten tussen de superfoods groep en de controlegroep verschilt echter niet significant van elkaar, behalve bij ijzer en magnesium. Een voeding inclusief superfoods zou volwaardiger kunnen zijn dan een voeding zonder superfoods. Hoewel er niet met zekerheid is te zeggen dat het verschil in inname door superfoods komt, kan het verschil niet over het hoofd worden gezien. Het procentuele aandeel dat superfoods leveren is echter niet groot genoeg om superfoods aan te bevelen voor atleten. Superfoods kunnen worden gezien als een smaakvolle variatie op de basisvoeding, maar kunnen niet als een substantiële aanvulling op het bereiken van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid voor een atleet. 5.1 Aanbevelingen De sportdiëtisten binnen het elite en het development hebben door middel van dit onderzoek een beter beeld gekregen van de bijdrage die superfoods leveren binnen de inname van micro- en macronutriënten van het nationale Ladies Sevens rugbyteam. Ook is er inzicht verschaft in de dagelijkse inname van micro- en macronutriënten, inclusief- en exclusief supplementen van het team. Met behulp van de gegevens die dit onderzoek biedt kunnen de sportdiëtisten de voeding van het team optimaliseren aan de hand van de opgestelde behoefte voor atleten. Het team kan met behulp van de data van dit onderzoek hun sportprestaties verbeteren door de voedingsinname aan te passen aan de norm voor atleten. Een optimale voedingstoestand zou kunnen leiden tot verbeterde sportprestaties en het verhogen van de algemene weerstand. Het onderzoek geeft informatie met betrekking tot een voedingsinname met- en zonder superfoods. De data geeft een uitgebreid overzicht van verschillen binnen de superfoods groep en de controlegroep. De samenstelling van 12 verschillende superfoods zijn geanalyseerd en het onderzoek geeft een algemeen beeld van de bijdrage van superfoods binnen de basisvoeding. Dit geeft de (sport)diëtist een beter beeld van de bijdrage van superfoods. De (sport)diëtist kan op deze manier een mening vormen over het wel of niet aanbevelen van superfoods voor een cliënt.
  • 25. 24 Verklarende woordenlijst Begrip Uitleg 24-uurs recall Het navragen van de voeding van de voorgaande dag van een persoon. ADH Aanbevolen dagelijkse hoeveelheid AIS Australian Institute of Sport Compl-eat Online voedsel berekening programma van Wageningen University. Binnen dit programma wordt met behulp van NEVO-2010 (8) van het Rijksinstituut van Volksgezondheid en Milieu de voeding berekend aan de hand van een 24-uurs recall. CTO Centrum voor Topsport en Onderwijs DSSS Dutch Sport and Supplement Study En% Energieprocent Excel Microsoft Office Excel 2007 Het team Het nationale Ladies Sevens rugbyteam Kcal Kilocalorieën Kh Koolhydraten NOC*NSF Nederlands Olympisch Comité * Nederlandse Sport Federatie. POI Probability of Inadequacy SPSS IBM SPSS Statistics 20 USDA National Nutrient Database for Standard Reference van het Agricultural Research Service van het United States Department of Agriculture Vitaliteitsportaal Online programma waar vragenlijsten in kunnen worden ontwikkeld en afgenomen. Binnen dit programma worden de trainingen op de dag van de 24-uurs recall nagevraagd en wordt het gebruik van sportvoeding en supplementen in kaart gebracht. Qualtrics Online programma waar vragenlijsten in kunnen worden ontwikkeld en afgenomen. Dit is een vragenlijst over het gebruik voedingssupplementen in het algemeen en de kennis over de werking hiervan.
  • 26. 25 Literatuurlijst 1. Sloan A. Top Ten Food Trends. Food Technology. 2011;65(4):29-30 2. Voedingscentrum. Encyclopedie. Superfoods. Ontleend aan: http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/superfoods.aspx 3. United States Department of Agriculture. National Nutrient Database for Standard Reference. Augustus 2014. Ontleend aan: http://ndb.nal.usda.gov/ndb 4. F. Wardenaar, T. Maas, S. Pannekoek, S. Danen , E. van Leijen, J. van Dijk. Dieetbehandelingsrichtlijnen; Richtlijn 36: wedstrijdsport. 15-04-2014 http://www.dieetbehandelingsrichtlijnen.nl/richtlijnen/36ZK_bijlage_1_checklist_dieetbehandelings richtlijn.html 5. Loon van L, Erp-Baart van A, Saris W. Informatorium voor voeding en diëtetiek. Voeding bij intensieve sportbeoefening. Bohn Stafleu van Loghum. 2013. P547-67 6. Illian, Travis G; Casey, Jason C; Bishop, Phillip A. Omega 3 Chia Seed Loading as a Means of Carbohydrate Loading. The Journal of Strength and Conditioning research. 2011;25(1):61-5 7. Sempos CT, Johnson NE, Smith EL, Gilligan C. Effects of intraindividual and interindividual variation in repeated dietary records. American Journal of Epidemiology. 1985;12(1):120-30 8. Rijksinstituut voor volksgezondheid en milieu. NEVO-online. 2013. Ontleend aan: http://nevo- online.rivm.nl/ProductenZoeken.aspx 9. Hazard Munro B. Statistical Methods for Health Care Research. Fifth Edition. Philadelphia: Lippincott Williams & Wilkins; 2005. p. 47 10. Brinkman J. Cijfers spreken. Overtuigen met onderzoek en statistiek. Vijfde druk. Groningen. Noordhoff Uitgevers. 2011. 320-3 11. Dziedzic C, Higham D. Performance Nutrition Guidelines for International Rugby Sevens Tournaments. International Journal of Sport Nutrition and Exercise Metabolism 2014;24:305-14 12. Higham D, Pyne D, Ansond J, Eddy A. Movement patterns in rugby Sevens: Effects of tournament level, fatigue and substitute players. Journal of Science and Medicine in Sport 2012;15:277–82 13. Winckel van J. Voetbalconditie. Een praktische en wetenschappelijke benadering. Acco uitgeverij. 2006. P 292-3 14. Bean A, Wellington P. Sportvoeding voor vrouwen. 1e druk. Deltas. 2004. P82-84 15. Dunford M. Sports nutrition. A practice manual for professionals. 4e editie. United states of America: American Dietetic Association; 2006. P16 - 63 16. Voedingscentrum. Encyclopedie. Eiwitten. Ontleend aan: http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/eiwitten.aspx 17. Burke L, Deadkin V. Clinical sports nutrition. 4e druk. Australia: McGraw Hill. 2010. P67 18. Voedingscentrum. Encyclopedie. Vetten. Ontleend aan: http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/vetten.aspx 19. Voedingscentrum. Encyclopedie. IJzer Ontleend aan: http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/ijzer.asp 20. Gezondheidsraad. Voedingsnormen: vitamine B6, foliumzuur en vitamine B12. Den Haag: Gezondheidsraad, 2003. P30, 86, 119. 21. Thomas B, Bishop J. Manual of dietetic practice. Fourth edition. Oxford: Blackwell Publishing; 2007. P193-196 22. Gezondheidsraad. Voedingsnormen: calcium, vitamine D, thiamine, riboflavine, niacine, pantotheenzuur en biotine. Den Haag: Gezondheidsraad, 2000. P109, 127, 141. http://www.gezondheidsraad.nl/sites/default/files/00@12Nr2.pdf 23. Rolfes S., Pinna K., Whitney E. Understanding normal and clinical nutrition. 8th edition. Canada: Wadsworth; 2009. P100-127, 329-345
  • 27. 26 24. Jong de F. Ons Voedsel: over wat erin zit, hoe het wordt gemaakt & wat het met ons doet. Tweede druk. ‘s Graveland: Fontaine Uitgevers; 2009. P 56-65. 25. Berg van den H., Nijhof A., Severs A. Informatorium voor voeding en diëtetiek. Vitamines. Bohn Stafleu van Loghum. 2002. P364 26. Claassen E, Pronker E. Informatorium voor voeding en diëtetiek. Voeding en immunologie. Bohn Stafleu van Loghum. 2009. P1219 27. F. Baarveld, Backx F, Voorn T. Sportgeneeskunde, 2009. Bohn Stafleu van Loghum. P381-5 28. The Nutrition Working Group of the International Olympic Committee. Nutrition for Athletes. A practical guide to eating for health and performance. Athletes medical information. April 2012. P14- 30 29. Clarkson PM, Haymes EM. Exercise and mineral status of athletes: calcium, magnesium, phosphorus, and iron. Europe Pubmed Central. 1995. P 831-843 30. Voedingscentrum. Encyclopedie. Calcium. Ontleend aan: http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/calcium.aspx 31. Voedingscentrum. Encyclopedie. Magnesium. Ontleend aan: http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/magnesium.aspx 32. Voedingscentrum. Encyclopedie. Zink. Ontleend aan: http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/zink.aspx 33. Oostrom van R.F., Kuipers van H. Hoe groot is de kans dat duursporters een ijzergebreksanemie krijgen? Vademecum, Nascholing voor Huisartsen. 2001. P510-512. Ontleend aan: http://link.springer.com/chapter/10.1007/978-90-313-8808-0_265 34. Maughan JR, Burke ML. Sportvoeding. Eerste druk. Maarssen: Elsevier gezondheidszorg; 2004. P 72- 3, 75-81, 201-18. 35. Sunfood. Cacao Nibs 2,5lb Nutrition Facts. http://www.sunfood.com/catalog/product/gallery/id/240/image/2762/ 36. Rijksinstituut voor volksgezondheid en milieu. NEVO-online. Selecteer voedingsmiddel. Cacaopoeder. 2013. Ontleend aan: http://nevo-online.rivm.nl/ProductDetails.aspx 37. United States Department of Agriculture. National Nutrient Database for Standard Reference. Full Report (All Nutrients): 12006, Seeds, chia seeds, dried. Augustus 2014. Ontleend aan: http://ndb.nal.usda.gov/ndb 38. Sunfood. Goji Berries. 2,5 lb Nutrition Facts. Organic http://www.sunfood.com/food/goji- berries/goji-berries-8oz-organic-raw.html 39. Callaway J.C. Hempseed as a nutritional resource: An overview. Euphytica 2004, 140:65-72 40. Australian Government. National Measurement Institute. Report of analysis. Dried Incaberry samples. Melbourne. 09-07-2009 41. United States Department of Agriculture. National Nutrient Database for Standard Reference. Full Report (All Nutrients): 04047, Oil, coconut. Augustus 2014. Ontleend aan: http://ndb.nal.usda.gov/ndb 42. United States Department of Agriculture. National Nutrient Database for Standard Reference. Full Report (All Nutrients): 12108,Nuts, coconut meat, dried (desiccated), not sweetened. Augustus 2014. Ontleend aan: http://ndb.nal.usda.gov/ndb 43. Rijksinstituut voor volksgezondheid en milieu. NEVO-online. Selecteer voedingsmiddel. Lijnzaad. 2013. Ontleend aan: http://nevo-online.rivm.nl/ProductDetails.aspx 44. Nutritiondata. Maca Powder. 2014. Ontleend aan: http://nutritiondata.self.com/facts/custom/2193874/0?print=true 45. Goodnessdirect.co.uk. The Raw Chocolate Company Organic White Mulberries 200g. Ontleend aan: http://www.goodnessdirect.co.uk/cgilocal/frameset/detail/669697_The_Raw_Chocolate_Company _Organic_White_Mulberries_200g.html
  • 28. 27 46. Rijksinstituut voor volksgezondheid en milieu. NEVO-online. Selecteer voedingsmiddel. Quinoa gekookt. 2013. Ontleend aan: http://nevo-online.rivm.nl/ProductDetails.aspx 47. Gezondheidsraad. Voedingsnormen - energie, eiwitten, vetten en verteerbare koolhydraten. Den Haag: Gezondheidsraad; 2001: publicatie nr. 2001/19. Ontleend aan: http://www.gezondheidsraad.nl/sites/default/files/01@19nR2.pdf 48. Erp-Baart van AMJ, Saris WHM, Binkhorst RA et al. Nationwide survey on nutritional habits in elite athletes. Part I. Energy, carbohydrate, protein and fat intake. International journal of sports medicine 1989 May;10 Suppl 1:S3-10. http://arno.unimaas.nl/show.cgi?fid=1567 49. Zapolska J, Witczak K, Manczuk A et al. Assessment of nutrition, supplementation and body composition parameters on the example of professional volleyball players. Roczniki Panstwowego Zadkladu Higieny. 2014; 65(3): 235-242 50. Temminghoff M, Oirschot van J, Santegoets S. Quickscan superfoods. Voedingscentrum en GFK. 2014. 51. Karvetti RL, Knuts LR. Validity of the 24-hour dietary recall. J AM Diet Association. 1985. Nov; 85(11):1437-42. http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/4056262
  • 30. 29
  • 31. 30
  • 32. 31
  • 33. 32 2) Formulier informed consent TOESTEMMINGSFORMULIER (INFORMED CONSENT) Voedings- en Voedingssupplementinname van Nederlandse Sporters (Dutch Sports Nutrition and Supplement Study) Ik heb de informatiebrief voor de deelnemer gelezen. Ik kon aanvullende vragen stellen. Mijn vragen zijn genoeg beantwoord. Ik had genoeg tijd om te beslissen of ik meedoe. Ik weet dat meedoen helemaal vrijwillig is. Ik weet dat ik op ieder moment kan beslissen om toch niet mee te doen. Daarvoor hoef ik geen reden te geven. Ik weet dat sommige mensen mijn gegevens kunnen zien. Die mensen staan vermeld in de Algemene brochure. Ik geef toestemming om mijn gegevens te gebruiken, voor de doelen die in de informatiebrief staan. Ik vind het goed om aan dit onderzoek mee te doen. Ik geef wel/niet1 toestemming om gegevens te delen met de sportdiëtist verbonden aan mijn sportteam. Ik geef wel/niet1 toestemming om gegevens te delen met mijn trainer/coach. Naam deelnemer: Handtekening: Datum : __ / __ / __ ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Ik verklaar hierbij dat ik deze deelnemer volledig heb geïnformeerd over het genoemde onderzoek. Als er tijdens het onderzoek informatie bekend wordt die de toestemming van de deelnemer zou kunnen beïnvloeden, dan breng ik hem/haar daarvan tijdig op de hoogte. Naam onderzoeker (of diens vertegenwoordiger): Handtekening: Datum: __ / __ / __ 1 doorhalen wat niet van toepassing is
  • 34. 33 3) Vragenlijst superfoods inventarisatie Beste Ladies Sevens Rugbyers, Graag willen wij jullie vragen om de onderstaande vragenlijst zo compleet mogelijk in te vullen. Op basis van de gegevens van deze vragenlijst, zullen wij 2 groepen maken voor het onderzoek over het gebruik van superfoods. Hier geven wij binnenkort meer informatie over. Alvast bedankt voor jullie medewerking! Met vriendelijke groet, Manon te Linde en Anouk Snelders Studenten Voeding en Diëtetiek op de Hogeschool van Amsterdam. Naam: Leeftijd: Lengte: Gewicht: Hoe veel dagen per week eet je superfoods? o 0 dagen per week o 1 dag per week o 2 dagen per week o 3 dagen per week o 4 dagen per week o 5 dagen per week o 6 dagen per week o 7 dagen per week Kruis in de onderstaande tabel aan welke superfoods je wel eens gebruikt: Superfood Superfood Acai poeder Lijnzaad Baobab poeder Lucuma poeder Braziliaans ginseng poeder Maca poeder Cacao boter Passiefruit poeder Cacao chocoladereep 92% Quinoa Cacao nibs Roze Himalaya zout Cacao poeder Spelt Camu camu poeder Spirulina poeder Chia zaden Tarwegras poeder Goji bessen Witte moerbeien Gerstegras poeder (barley) Anders namelijk: Havermout Hennep eiwit poeder Hennepzaad (gepeld) Inca bessen Kokosolie Kokosrasp (Als je nooit superfoods gebruikt, kan je hem leeg laten)
  • 36. 35 5) Welkomst e-mail Beste Sporter, Hartelijk dank voor jouw deelname in de studie van DSSS! Wij zien dit als een samenwerking tussen jullie, Ladies Sevens Rugby, en het onderzoeksteam van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) Sport en Bewegen. Jullie zorgen voor de toelevering van jullie gegevens waarop wij een op maat gemaakt voedingsadvies zullen geven. Het verloop gaat als volgt. Voor het verzamelen van voedingsgegevens maken we gebruik van een combinatie van een drie daagse 24-uurs recall (24hR) en een aantal vragenlijsten. Een 24hR is een zeer goede methode om de voedingsinname te schatten. De vragenlijsten geven inzicht in uw supplement- en sportvoedingspreparaatinname. De HAN heeft sinds 2011 een onderzoekstraject waarbinnen gegevens van sporters worden verzameld. Binnen de Dutch Sports Nutrition and Supplement Study (DSSS) wordt gekeken hoe groepen sporters eten om daar de juiste aanbevelingen aan te koppelen. Jouw deelname aan dit traject is direct gekoppeld aan DSSS zodat je gelijk bijdraagt aan het verzamelen van deze gegevens. Daarvoor heb je van ons een toestemmingsformulier (informed consent) ontvangen waar in je toestemming geeft voor het bewaren en anoniem publiceren van jouw voedingsgegevens als onderdeel van een groep. Alvorens het verzamelen van de gegevens start willen wij je vragen onderstaande informatie goed door te nemen: Vanaf maandag 3 november kunt u gedurende een periode van 3 weken drie keer een verzoek verwachten om uw voeding- en voedingssupplementinname van de voorgaande dag te registreren met een zogenaamde 24-uurs recall. Houd rekening met het volgende: - Je wordt gevraagd om de 24-uurs recall in te vullen over de voorgaande dag via een link die je in een e- mail ontvangt. De email ontvang je van een HAN medewerker (Naam, te herkennen aan …..@gmail.com Hierbij een voorbeeld: Als je de e-mail ontvangt op woensdag dan dien je de voeding te registreren van dinsdag. De link naar de recall is slechts voor 36 uur geldig; het verzoek is dan ook om op de dag dat je de e-mail met het verzoek ontvangt deze in te vullen. Dit heeft te maken met hoe goed iemand in staat is om aan te geven wat hij/zij gisteren gegeten/gedronken heeft. Dat wordt uiteraard minder nauwkeurig als daar een langere tijd tussen zit. Mocht het onverhoopt niet lukken het tijdig in te vullen, dan kan het zo zijn dat we je alsnog een 4e dag toe wijzen - Ook ontvang je een sms/Whatsapp om voor later op die dag een telefonische afspraak te maken met (Naam) voor het afnemen van de aanvullende vragenlijst. - De dagen waarop wordt nagevraagd zijn random ingedeeld, deze dagen liggen wel vast. Je kunt dus niet van dag wisselen. De drie dagen zijn willekeurig verdeeld over de periode van 3 weken. - Wij hebben geprobeerd het onderzoek zo op te zetten dat je er zo weinig mogelijk last van hebt. Echter, het invullen kost tijd: 45-60 min per keer. Zorg ervoor dat je de tijd neemt om een goede registratie te maken. Als er onduidelijkheden zijn, worden deze nagevraagd in het telefoongesprek, en zal deze langer duren. - Tijdens het invullen van de eerste 24-uurs recall adviseren wij je om de korte instructie filmpjes te bekijken. De tweede en derde recall zullen sneller ingevuld zijn. - Voor het onderzoek is het van belang dat wij 3 complete 24-uurs recall registraties en 3 telefonische dagvragenlijsten ontvangen. Zonder deze volledige gegevens kunnen wij jouw resultaten niet meenemen in het onderzoek. - Mocht je niet alle gegevens aanleveren dan kunnen wij jou/Janine niet voorzien van een individueel rapport over uw basisvoedingsinname. - Aan het eind van de 3 weken word je nog eenmaal benaderd om een algemene vragenlijst over uw voedingssupplementgebruik in te vullen. Indien je vragen hebt, kan je contact zoeken met …Voornaam + achternaam.., zij is vanaf nu op dit e-mailadres bereikbaar (……@gmail.com). Je kunt haar ook telefonisch benaderen op 06.
  • 37. 36 We willen jullie nog vragen om, als er dagen zijn in de periode van 3 november tot en met 23 november dat je niet beschikbaar bent voor het onderzoek, deze dan vóór woensdag 29 oktober aan ons door te geven. Mocht je dit al gedaan hebben tijdens de voorlichting, dan hoeft dit niet nogmaals. Met vriendelijke groet, namens Manon te Linde, Anouk Snelders en het onderzoeksteam van Floris Wardenaar
  • 38. 37 6) Compl-eat e-mail Beste Voornaam, We vragen je om vandaag in te vullen wat je gisteren (datum dd-mm-jjjj) hebt gegeten. Dit kun je doen door middel van het web-based programma Compl-eat. Je hebt hiervoor tot morgenmiddag 12.00u de tijd. Daarnaast vragen wij ook (middels een afzonderlijke vragenlijst) je sportactiviteit en voedingssupplement- en sportvoedingspreparaatinname na, hiervoor sturen we je een sms bericht om een afspraak te maken voor een telefoongesprek. Neem ongeveer 45-60 minuten de tijd om het programma in te vullen. Ook als het een andere dag dan normaal was vragen we je toch om je voeding in te vullen. Wij houden rekening met de datum en het soort dag dat je bijhoudt (trainingsdag, wedstrijddag, rustdag). Omdat we de gegevens verwerken op groepsniveau hebben ook afwijkende dagen een meerwaarde voor het onderzoek. Kijk goed naar de 2 instructiefilmpjes, in deze filmpjes wordt uitgelegd hoe het programma werkt. Voor het onderzoek hebben wij drie voedingsregistraties van je nodig. Mocht het echt niet lukken om voor de gestelde deadline je voeding in te vullen stuur dan een e-mail naar <eigen e-mailadres>. Je kunt inloggen via http://www.compleat.nl Inlognaam: 24h1169-VoornaamAchternaam Wachtwoord: VoornaamAchternaam Het kan zijn dat een bepaald product of superfood niet in de database van Compl-eat staat. Vergeet niet om, als je superfoods gebruikt en deze niet in de lijst staat, deze in te vullen als notitie op het tijdstip dat je deze gegeten hebt. Ook producten tijdens de trainingen en sportvoeding en supplementen hoeven niet in Compl-eat ingevuld te worden. Deze komen in het telefoongesprek aan bod. Vriendelijke groeten, Manon te Linde, Anouk Snelders en het DSSS onderzoeksteam.
  • 39. 38 Herinnerings e-mail. Beste Voornaam, Je ontvangt deze email omdat je vandaag nog tot 12 uur hebt om gegevens voor deze vragenlijst in te vullen. We vragen je om vandaag in te vullen wat je eergisteren (datum dd-mm-jjjj) hebt gegeten. Dit kun je doen door middel van het web-based programma Compl-eat. Daarnaast vragen wij ook (middels een afzonderlijke vragenlijst) je sportactiviteit en voedingssupplement- en sportvoedingspreparaatinname na, hiervoor sturen we je een sms bericht om een afspraak te maken voor een telefoongesprek. Neem ongeveer 45-60 minuten de tijd om het programma in te vullen. Ook als het een andere dag dan normaal was vragen we je toch om je voeding in te vullen. Wij houden rekening met de datum en het soort dag dat je bijhoudt (trainingsdag, wedstrijddag, rustdag). Omdat we de gegevens verwerken op groepsniveau hebben ook afwijkende dagen een meerwaarde voor het onderzoek. Kijk goed naar de 2 instructiefilmpjes, in deze filmpjes wordt uitgelegd hoe het programma werkt. Voor het onderzoek hebben wij drie voedingsregistraties van je nodig. Mocht het echt niet lukken om voor de gestelde deadline je voeding in te vullen stuur dan een e-mail naar <g-mail adres> Je kan inloggen via http://www.compleat.nl Inlognaam: 24h1169-VoornaamAchternaam Wachtwoord: VoornaamAchternaam Het kan zijn dat een bepaald product of superfood niet in de database van Compl-eat staat. Vergeet niet om, als je superfoods gebruikt en deze niet in de lijst staat, deze in te vullen als notitie op het tijdstip dat je deze gegeten hebt. Ook producten tijdens de trainingen en sportvoeding en supplementen hoeven niet in Compl-eat ingevuld te worden. Deze komen in het telefoongesprek aan bod. Vriendelijke groeten, Manon te Linde, Anouk Snelders en het DSSS onderzoeksteam.
  • 42. 41
  • 43. 42 9) Qualtrics e-mail Beste deelnemer aan DSSS, Hierbij ontvang je een uitnodiging voor het laatste onderdeel van de Dutch Sports Nutrition and Supplement Study. Wij willen je alvast hartelijk danken voor je inzet. We vragen je om vanaf vandaag tussen 24-11-2014 tot en 26-11-2014 deze algemene vragenlijst in te vullen over voedingssupplementen in het algemeen. Het invullen van deze vragenlijst neemt ongeveer 10-45 minuten van je tijd in beslag afhankelijk van de supplementen en sportvoedingsproducten die je in het verleden heeft gebruikt. Mocht het je echt niet lukken om voor 26-11 de vragenlijst in te vullen dan kun je een email sturen naar <dsss….@gmail.com>. In overleg kun je de vragenlijst op een ander moment invullen. Je kunt deelnemen aan deze vragenlijst door middel van onderstaande link: <kopieer de link> Indien je vragen hebt over het invullen neem dan contact op met <Voornaam + Achternaam contactpersoon (telefoonnummer) > Actuele ontwikkelingen met betrekking tot de studie kun je volgen via:www.twitter.com/floriswardenaar. Mocht je zelf tweeten over het onderzoek vermeld dan #DSSS. Met vriendelijke groet, Manon te Linde, Anouk Snelders en het DSSS onderzoeksteam.
  • 44. 43 10) Achtergrond aanbevolen dagelijkse hoeveelheid micro- en macronutriënten Onderstaand worden de micro- en macronutriënten behandeld waar sporters een verhoogde behoefte aan hebben. Binnen het onderzoek wordt gewerkt met de ADH van de voedingsstoffen. Koolhydraten zijn een zeer belangrijke bron van energie. Koolhydraten komen voor in allerlei graanproducten zoals pasta en brood, maar zijn ook te vinden in aardappelen en peulvruchten. Vooral de hersenen en rode bloedcellen hebben koolhydraten nodig. Glucose speelt een rol als snel beschikbare energiebron voor korte inspanningen met een hoge intensiteit. Dit is omdat glucose ook zonder zuurstof verbrand kan worden (anaeroob). Een koolhydraatrijke voeding (60-70%) zorgt voor een optimale glycogeenvoorraad in de lever en de spieren. (23) De aanbevolen hoeveelheid koolhydraten volgens Bean en Wellington (2004) voor een vrouwelijke teamsporter is 6 g/kg bij een consumptie van minder dan 45 kcal/kg. (14) Bij een energieopname van meer dan 45 kcal/kg per dag, dient minimaal 55% te komen uit koolhydraten. (Tabel 2 en Tabel 3) Volgens Dunford is de norm voor een atleet 5-10 g/kg per dag. (15) In de dieetbehandelingsrichtlijnen wordt onderscheid gemaakt tussen verschillende inspanningen, waar de koolhydraat aanbeveling op wordt gebaseerd: inname van 3 – 5 g/kg actueel lichaamsgewicht/dag bij lage of technische inspanning; inname van 5 – 7 g/kg actueel lichaamsgewicht/dag bij lage tot gemiddeld intensieve inspanning; inname van 6 – 10 g/kg actueel lichaamsgewicht/dag bij matig tot zeer intensieve inspanning, met een duur van 1 – 3 uur; inname van 8 – 12 g/kg actueel lichaamsgewicht/dag bij het uitvoeren van een zeer intensieve inspanning, met een duur van meer dan 4 uur. Een overige aanbeveling voor koolhydraten voor de meeste team- en spelsporten is 55-60 energieprocent (en%) koolhydraten. Dit heeft te maken de koolhydraatomzetting bij deze sporten. (27) Tabel 2. Koolhydraat aanbeveling voor vrouwelijke teamsporters aan de hand van lichaamsgewicht (14) Gewicht (kg) Koolhydraten (g) 50 300 60 360 70 420 80 480 Tabel 3. Koolhydraat aanbeveling voor vrouwelijke teamsporters aan de hand van kcal per dag (14) Energie (kcal) 55% van de energie (kcal) Koolhydraten (g) 2000 1100 275 2500 1375 345 3000 1650 415 3500 1925 480 4000 2200 550 Eiwit is een belangrijke leverancier van energie en aminozuren. Aminozuren worden ook wel de bouwstenen voor het eiwit in lichaamscellen genoemd. Aminozuren die het lichaam niet zelf kan maken, zijn essentiële aminozuren. Onder eiwitten vallen dierlijke- en plantaardige eiwitten. Dierlijke eiwitten zitten vooral in vlees, melk, vis, kaas en eieren. Brood, graanproducten, noten, peulvruchten en paddenstoelen zijn een bron van plantaardige eiwitten. (33) Volgens de Voedingsnormen opgesteld door de Gezondheidsraad is de aanbeveling eiwit voor atleten 10-15 en% per dag. Dit komt neer op 0,6- 1,8 g/kg per dag. (20) De hoeveelheid eiwit in gram die een atleet per dag zou moeten consumeren heeft te maken met de tijd van herstel die hij of zij nodig heeft. Ook heeft de behoefte in gram eiwit te maken met het soort sport dat beoefent wordt, bijvoorbeeld of het een kracht- of duursport is. Volgens
  • 45. 44 Burke (2010) heeft een atleet 1,4-1,7 g/kg per dag nodig. (5) In de dieetbehandelingsrichtlijnen voor de wedstrijdsport wordt gesproken over 1,5-2,0 g/kg eiwit per dag, waarbij ook onderscheid gemaakt wordt tussen kracht- en duursport. (22) De dieetbehandelingsrichtlijnen maken ook onderscheid in het gebruik van eiwit voor- tijdens en na de training. Voor de training zou er matig gebruik van eiwit moeten worden gemaakt in verband met eventuele maagdarmproblemen. Dit zou komen door een hoge verzadigingswaarde. Tijdens de training, indien gewenst, zou maximaal 1% eiwitoplossing als onderdeel van de sportdrank geconsumeerd mogen worden. Na de training zou 20 tot 25 gram eiwit in de eerste maaltijd na inspanning of als hersteldrank moeten worden genomen. De bovenstaande adviezen zijn meer gericht op spierbehoud dan op spieropbouw. (4) Duidelijk moet zijn dat specifiek voor spieropbouw een advies van 1,5 tot 2,0 g/kg eiwit per dag wordt gehanteerd. Door de verhoogde eiwitbehoefte bij topsporters kan ook de behoefte aan vitamine B1, B2 en B6 verhoogd zijn (zie uitleg vitamine B1, B2 en B6). (23) Vet is een bron van vetoplosbare vitaminen (vitamine A, D, E en K) en zorgt voor energie. Vet levert daarnaast ook essentiële vetzuren, namelijk α-linoleenzuur en linolzuur. Het lichaam kan deze vetten niet zelf maken, daarom moeten deze met de voeding worden binnen gekregen. Het essentiële vetzuur eicosanoïde is betrokken bij bijvoorbeeld bloedstolling en de regulatie van de bloeddruk maar ook bij de spierwerking. (18) In de wedstrijdsport zou 20 tot 35en% van de dagelijkse inname van voeding uit vet mogen bestaan. Voor de training zou er matig vet moeten worden gebruikt in verband met maagdarmproblemen vanwege de hoge verzadigingswaarde die vet heeft. Tijdens de training is er geen aparte aanbeveling. (4) Een overige aanbeveling voor vet is 20 tot 30 en% per dag voor een atleet. (27) De ondergrens van de aanbeveling voor vet komt overeen met die van de aanbeveling van de Voedingsnormen (2001), waarbij de aanbeveling voor vet 20 tot 40 en% per dag is. (47) Vitamine B1, ook wel thiamine, speelt een rol bij het vrijmaken van energie uit voeding en bij de spiercontractie. (17, 20, 21) Ook speelt het een rol in ruim 20 enzymsystemen van het koolhydraatmetabolisme. (22) Voor een atleet is het belangrijk dat energie effectief vrijgemaakt kan worden uit de voeding, een adequate inname van vitamine B1 kan dit bereiken. Vitamine B1 komt voor in volkoren graanproducten, sojabonen, pinda’s, melkproducten, eieren en varkensvlees. (23, 24) Vitamine B2, ook wel riboflavine, heeft een rol als co-enzym in vele reacties, de meest bekende functie is dat het in alle lichaamscellen helpt bij het vrijmaken van energie vanuit eiwitten en koolhydraten. (23, 24) Ook speelt het een rol bij de afbraak van aminozuren tot ketonzuren en heeft een functie in de citroenzuurcyclus. (22) De behoefte aan vitamine B2 hangt samen met de hoeveelheid eiwit in de voeding. Hoe hoger de eiwitinname, hoe hoger de behoefte aan vitamine B2. De verhoogde behoefte en inname van eiwit door een atleet resulteert dus in een verhoogde behoefte aan vitamine B2. Vitamine B2 komt voor in melkproducten, volkorenproducten, orgaanvlees, amandelen, paddenstoelen, sojabonen en groene bladgroente. (23, 24) Vitamine B6, ook wel pyridoxine, speelt een essentiële rol bij het aminozuur- en eiwitmetabolisme. (21, 23, 25) Ook heeft het een functie bij de koolhydraatstofwisseling en bij de spiercontractie. (21, 24) Voor een sporter is vitamine B6 belangrijk om nutriënten uit de voeding te halen en de spieren hun werk te kunnen laten doen. Het heeft ook een functie bij de aanmaak van rode bloedlichaampjes en is nodig voor de productie van antilichamen waardoor het een rol speelt bij de immuunfunctie. (24, 26) Tot slot is vitamine B6 nodig voor de afbraak van tryptofaan (dit komt vrij bij de afbraak van eiwit), dus hoe meer eiwit er geconsumeerd wordt, hoe meer vitamine B6 er nodig is. (6) De verhoogde behoefte en consumptie van eiwit door een topsporter resulteert in een verhoogde behoefte aan vitamine B6.
  • 46. 45 Vitamine B6 komt voor in vlees, vis, gevogelte, ei, lever, zaden, noten, aardappelen, peulvruchten, sojaproducten en fruit (niet in citrusfruit). (23, 24) Vitamine B11, ook wel foliumzuur, is essentieel bij de vorming van DNA en RNA, speelt een cruciale rol bij de celdeling en speelt een belangrijke rol bij de aminozuurstofwisseling. Er is een verhoogde behoefte aan foliumzuur in situaties waar een verhoogde celdeling plaatsvindt. (20, 21, 23, 24) Vitamine B11 komt voor in groene bladgroenten, noten, peulvruchten, zaden en lever. (23, 24) Vitamine B12 is nodig voor de activering van vitamine B11, en vice versa. Vitamine B12 speelt een belangrijke rol bij de vorming van DNA, RNA en nieuwe bloedcellen. (20, 23, 24) Ook is het nodig voor het aminozuurmetabolisme. (21) Vitamine B12 komt voor in dierlijke producten zoals lever, nieren, vlees, vis, ei, gevogelte, melk en kaas. (23, 24) IJzer (Fe) is onder andere belangrijk voor de vorming van hemoglobine. Hemoglobine is nodig in het lichaam voor het transporteren van zuurstof in het bloed. Ook is het verantwoordelijk voor een goede stofwisseling. IJzer zit onder andere in rund- en lamsvlees, broccoli, sperziebonen en volkorenbrood. (19) De inname van ijzer vraagt bij duursporters extra aandacht. Specifiek bij vrouwen met een lage energie-inname in combinatie met een vegetarisch voedingspatroon bestaat er een hogere kans op het ontstaan van een ijzertekort uit de voeding. Bij vrouwelijke (duur)sporters is het daarom belangrijk om extra toe te zien op een volledige inname van ijzer en vitamine C. (27) Door het verliezen van bloed tijdens de menstruatie bij vrouwelijke atleten treedt ijzerdeficiëntie vaker op bij vrouwelijke atleten dan bij mannelijke atleten. (33) Calcium (Ca) is, voornamelijk bij vrouwelijke atleten, belangrijk voor opbouw en onderhoud van gezonde botten. (28) Calcium gaat daarnaast botontkalking op latere leeftijd tegen. Ook is calcium nodig voor een optimale werking van spieren en zenuwen, de stolling van bloed en het transport van mineralen in het lichaam. Met behulp van vitamine D wordt calcium beter opgenomen door het lichaam. (30) Het behalen van de ADH is vooral voor vrouwelijke atleten van belang omdat zij in hun adolescentie hun piek botmassa moeten halen. Het niet behalen van de ADH van calcium staat daarnaast in verband met het krijgen van botfracturen. (29) Calcium zit onder andere in melk, melkproducten, kaas, noten, peulvruchten en groente. (30) Magnesium (Mg) is een mineraal dat nodig is voor de opbouw van lichaamseiwit en botten en de overdracht van prikkels in spieren en zenuwbanen. Ook is magnesium van belang voor het correct functioneren (samentrekken en strekken) van spieren. Bij de aanbeveling voor magnesium voor atleten moet er rekening gehouden worden met verlies van magnesium door zweten. Dit verlies dient aangevuld te worden door het consumeren van brood en andere graanproducten, groente, melk, melkproducten en vlees. (17, 31) Er is geen aparte aanbeveling voor atleten, aangezien er geen aanwijzingen zijn dat zij gemakkelijk magnesium deficiënties zouden krijgen. (31) Zink (Zn) is betrokken bij de stofwisseling in het lichaam. Het is onder andere nodig voor de opbouw van eiwitten, ontwikkeling en groei van weefsels en een optimale werking van het immuunsysteem. (33) Een hoge inspanning leidt tot een verhoogde excretie van zink in de urine. Daarnaast wordt verlies van zink via zweet ook mogelijk geacht. (5) Zink komt voor in vlees, kaas, noten, graanproducten en schaal- en schelpdieren. (32, 33)
  • 47. 46 11) Eindtotalen file 9 Pers nr. Dag Gram Energie kcal Eiwit g/kg Vet en% Kh g/kg Ca mg Fe mg Mg mg Zn mg Vit B1 mg Vit B2 mg Vit B6 mg Vit B12 µg Folaat eq. µg 1 6-11-2014 4453,0 2402,1 1,8 38,2 4,8 1765,0 14,1 610,5 16,4 1,4 2,4 1,8 4,7 493,0 1 16-11-2014 2897,2 2076,2 1,4 44,4 3,3 1221,0 14,6 515,5 14,6 1,2 1,5 1,6 5,1 462,3 1 21-11-2014 3243,7 1838,0 1,5 33,8 2,9 1005,0 12,0 437,5 9,9 1,2 1,8 2,0 4,8 296,4 2 5-11-2014 2980,0 1715,8 0,9 27,6 3,3 891,0 10,8 288,0 9,0 0,6 1,2 1,7 2,3 141,6 2 11-11-2014 3404,0 1614,3 1,1 31,6 2,6 879,0 12,3 279,0 9,7 0,9 1,4 1,9 4,0 222,8 2 16-11-2014 3192,0 2056,0 1,5 29,1 3,3 1013,0 11,2 304,0 11,1 0,7 1,9 1,6 5,2 306,4 3 5-11-2014 2998,8 835,6 0,8 30,6 1,4 848,7 10,8 352,0 9,1 10,5 11,3 11,7 15,7 523,3 3 11-11-2014 3515,0 1966,4 1,5 52,3 2,8 601,0 17,4 305,7 15,5 1,8 1,6 1,5 5,6 251,0 3 16-11-2014 2249,0 2044,5 0,8 27,5 4,5 1176,0 7,5 224,0 5,9 0,7 0,7 0,8 1,4 173,1 4 6-11-2014 2503,0 2812,1 1,5 19,5 7,7 1254,0 16,8 419,0 17,0 4,7 6,9 6,4 8,4 439,3 4 16-11-2014 4133,0 2084,8 1,4 28,9 4,4 1527,0 6,1 321,0 10,8 1,7 1,8 1,3 4,1 124,8 4 21-11-2014 3260,0 3228,0 2,4 33,3 6,0 2599,0 13,4 634,0 21,6 1,2 2,9 1,9 10,4 249,0 6 5-11-2014 3143,6 1552,4 0,8 30,6 3,0 887,9 15,4 402,2 10,4 1,1 1,1 1,5 2,8 200,4 6 11-11-2014 3525,7 1828,5 0,9 19,3 3,8 1178,7 19,4 488,4 10,6 1,3 1,6 1,5 2,8 293,9 6 23-11-2014 3269,2 1808,0 0,9 18,3 3,7 957,8 12,5 369,0 9,6 0,9 1,2 1,8 4,1 275,0 7 5-11-2014 2471,5 2056,0 0,9 33,6 3,9 641,0 6,4 277,0 6,8 0,4 1,1 1,8 23,9 149,2 7 13-11-2014 3042,7 2548,6 1,5 35,7 4,3 1032,0 11,7 329,0 9,5 1,8 1,9 3,2 3,3 288,8 7 23-11-2014 2382,0 2434,5 1,5 30,5 4,4 985,0 15,6 325,0 8,6 1,0 2,4 3,3 13,9 241,8 8 9-11-2014 4995,0 3067,9 2,1 36,8 5,7 2058,0 24,6 526,0 29,9 3,7 5,3 4,6 12,8 1018,9 8 14-11-2014 3825,5 2553,4 1,8 32,9 5,0 1161,0 20,5 584,0 22,8 3,5 4,2 5,0 11,9 905,3 9 4-11-2014 4806,2 3637,9 1,9 31,4 6,8 1623,0 19,8 441,0 25,6 3,5 5,3 4,7 14,6 823,1 9 15-11-2014 3203,0 1373,7 0,5 22,9 3,1 706,0 17,2 209,0 16,5 7,0 9,2 9,2 7,6 596,7 9 21-11-2014 4492,3 3570,5 2,5 31,5 6,2 2121,8 18,8 613,6 24,6 1,3 3,8 2,9 13,2 415,0 11 8-11-2014 3884,0 1980,5 1,7 34,3 2,9 903,0 18,1 402,0 22,6 2,7 4,3 5,4 18,3 560,4 11 13-11-2014 3834,0 2078,1 1,3 38,0 3,1 1430,0 16,2 427,0 14,8 3,1 4,1 5,1 8,5 765,5 11 21-11-2014 3642,1 2958,0 1,7 43,5 20,8 2626,0 18,4 511,5 20,3 3,0 5,5 4,3 10,1 589,6 12 8-11-2014 2936,0 1401,4 0,8 42,8 1,6 561,0 10,7 272,0 6,8 0,7 1,5 1,9 2,9 230,1 12 14-11-2014 2725,5 1871,1 1,1 50,3 2,1 801,0 11,0 245,0 10,4 0,8 2,1 2,0 5,6 276,3 12 20-11-2014 4648,1 4169,8 2,4 23,2 6,7 1011,0 20,1 711,0 19,9 2,2 2,2 5,3 5,8 569,2 13 7-11-2014 2954,8 2388,0 1,4 36,9 5,1 775,6 13,9 456,5 12,4 1,2 1,2 1,8 2,8 261,0 13 15-11-2014 2176,0 1686,0 1,1 27,3 3,7 745,0 9,3 278,0 7,1 0,8 0,8 1,4 1,2 147,0