2. Het weekend is veel te snel voorbij gegaan en Cleo trapt die maandagmorgen flink door op weg naar school. Ze fietst altijd alleen. Hoewel er toch zeker een aantal kinderen uit de klas bij haar in de buurt wonen. Eigenlijk is ze altijd alleen. Vrienden had ze niet en een vriendje zou ze al helemaal nooit krijgen.
3. Na vijfentwintig minuten flink doorgetrapt te hebben komt ze op school aan. Ze loopt het gebouw binnen en hangt haar jas aan de dichtstbijzijnde kapstok. Ze laat zich zakken op éen van de banken in de aula en trekt haar rugzak naar zich toe. Ze haalt éen van haar geleende boeken eruit en ritst haar tas dan weer dicht. Ze slaat het boek open en begint te lezen.
4. Opeens hoort ze gelach en kijkt op. Een stel jongens uit haar klas zijn op de banken tegenover haar gaan zitten. Ze zitten duidelijk over haar te praten.
5. Geïrriteert richt ze haar aandacht weer op haar boek en hoopt dat ze hun koppen houden. Ze blijft zo zitten tot het tijd is om naar de eerste les te gaan.
6. De laatste twee lesuren staat gym op het rooster. Zuchtend kleed Cleo zich om en loopt vervolgens de gymzaal in. Gym is éen van de dingen waarvan ze het nut niet inziet. Hoewel make-up nog altijd op nummer één staat.
7. De gymdocent legt een spel uit en blijkbaar moeten er teams gemaakt worden want hij wijst vier kinderen aan die gaan staan. Iedereen word op den duur gekozen tot zij met een paar andere kinderen over is.
8. ‘Cleo.’ Hoort ze dan. Ze kijkt op van de stem en ziet Pim, éen van de jongens van vanmorgen naar haar kijken. De andere teamleden lijken niet zo blij met zijn keus en kijken afkeurend hoe ze naar hen toe strompelt.
9. De laatste kinderen worden gekozen en Cleo en haar groepje moeten als eerste basketballen.Zodra ze bij de korf staan kijkt Cleo afwachtend naar haar groepje.
10. ‘Ik heb eigenlijk niet zo’n zin in een partijtje.’ Zegt Pim als ze 2 minuten staan te zwijgen. ‘Laten we gewoon omstebeurt proberen te scoren.’ Stelt hij voor.
11. Cleo zucht. Fijn, dan kan iedereen weer op haar staan wachten met haar zielige pogingen die bal in de korf te krijgen. Ze gaat achteraan in de rij staan en wacht op haar beurt. De anderen krijgen de bal zo in de korf.
12. Dan krijgt ze de bal in haar handen gedrukt en gaat ze op de lijn staan om te gooien. De eerste twee keer mislukken en ze hoort haar klasgenoten geïrriteert roepen.
13. Dan hoort ze opeens dat er iemand naast haar komt staan. Pim houdt ook een bal in zijn handen en kijkt haar aan. ‘Kijk, als je zo gooit gaat het veel makkelijker.’ Hij gooit de bal, die net niet in de basket terecht komt.
14. Cleo houdt de bal zo vast als Pim en gooit ook. De bal beland netjes in de korf en stuitert daarna weg. Pim stoot haar tegen haar arm.
15. ‘Goedzo!’ Zegt hij lachend voor hij achter de bal aangaat. Cleo lacht onzeker en gaat weer achteraan in de rij staan.