Profilers Louis Crocq en Jean-Pierre Bouchard bestudeerden het dossier. Volgens die profilers beging justitie een fout door zich jarenlang te concentreren op sporen naar politieke terreur, chantage via 'roze balletten' of geheimen diensten zoals de CIA of de KGB. Volgens de experts waren alle aanslagen tussen 1982 en 1985 integendeel het werk van één enkele groep van niet meer dan vier of vijf daders, die geen enkele connectie hadden met de georganiseerde misdaad, terrorisme of extreem-rechts.
Aanstellingsformulier Frank Vandenbrouck bij Policy Network
Insteek profilers in dossier Bende van Nijvel nuttig
1. Insteek profilers in dossier Bende van Nijvel nuttig
Thierry Debels
@thierryd
6/12/17
Wie de plaatsen bekijkt waar de Bende actief was, kan
niet om de concentratie net onder Brussel heen.
Volgens auteur Guy Bouten liggen de overvallen van de
Bende in een geografische driehoek, begrensd door N5,
N6 en N90. ‘Een driehoek die bijzonder geschikt is om te
opereren zoals militairen dat zouden doen.’
Temse en Aalst vallen wel buiten de driehoek. In Temse
werden de prototypes aan kogelvrije vesten gestolen en
Aalst werd gekozen omdat er nauwelijks bewaking was.
1
2. Canadese ‘geographical profilers’ hebben het dossier ook
bekeken. De Canadezen berekenden op basis van de
plaatsen waar de 28 feiten gebeurden en de vluchtauto’s
gestolen of achtergelaten werden op de kaart een
ellipsvormig gebied van 17 kilometer breed op 9
kilometer hoog waar de Bende vandaan zou kunnen
komen of waar ze een schuiloord zou kunnen gehad
hebben.
‘Ze duidden een gebied ten zuiden van Brussel aan
tussen Sint-Pieters-Leeuw, Lembeek, Eigenbrakel en
Waterloo’, vertelde speurder Eddy Vos.
Wie deze ellips op een kaart tekent, ziet dat het rustige
Dworp in het midden van de figuur ligt.
Opvallend: het bos van La Houssière bij Kasteelbrakel,
vaak omschreven als de comfort zone van de bendeleden,
valt helemaal buiten die zone. Naast het bos ligt
2
3. Ronquières en daarnaast Nijvel. Je kan deze 3 punten
met een horizontale lijn verbinden. Dat is opvallend.
Naast ‘geografische profilers’ gingen ook gewone
profilers aan de slag. Het toont aan dat de speurders niet
te beroerd zijn om alle mogelijkheden te proberen.
Danièle Zucker werd gevraagd om de eerste golf van
aanslagen, in '82 en '83, te bestuderen. ‘Mijn conclusie
ging uiteindelijk niet in de richting van terreur of
destabilisering van de staat. Mijn piste was dat het ging
om groot banditisme. Ik had zelfs 2 namen van
verdachten voorgesteld, maar daar wil ik liever niet over
uitweiden. Die verdachten zijn in ieder geval verhoord.’
Een verslag omschrijft de profielen van de verdachten.
als psychopaten die er niet voor terugdeinzen om te
doden.
Ook profilers Louis Crocq en Jean-Pierre Bouchard
bestudeerden het dossier. Volgens die profilers beging
justitie een fout door zich jarenlang te concentreren op
sporen naar politieke terreur, chantage via 'roze balletten'
of geheimen diensten zoals de CIA of de KGB. Volgens
de experts waren alle aanslagen tussen 1982 en 1985
integendeel het werk van één enkele groep van niet meer
dan vier of vijf daders, die geen enkele connectie hadden
met de georganiseerde misdaad, terroristisme of extreem-
rechts. Volgens de analisten waren het marginale
individuen, paria's in de rand van de samenleving:
keiharde, doortrapte en brutale doders die niet berekend
te werk gingen. Een zootje ongeregeld, kortom. Hun
manier van werken zou bovendien niet wijzen op een
3
4. poging om terreur te zaaien en de maatschappelijke
spanningen te vergroten. Ze hadden slechts twee
motieven: de buit - hoe beperkt die ook was - en het
verlangen naar avontuur en geweld.
4