Presentatie bij Academie voor Overheidscommunicatie over mijn boek Stop met communiceren! Over het land Contingentia met zijn al te menselijke bewoners: Oblomovs, Veranderhaters, Wij-mensen en Verhalenvertellers.
4. Briljant filosoferend over het leven liet ik de aardappels verbranden. Een onmiskenbaar bewijs van emancipatie. Hanny Michaelis
5.
6. Automatisch systeem (systeem 1)
Focus op korte termijn
Reageert automatisch en snel
Weinig cognitieve capaciteit vereist
Snelle, associatieve verbanden
Voorspelbaar
Intuitief
Te snelle conclusies, verkeerde verbanden
Reflectief systeem (systeem 2)
Focus op lange termijn
Baseert keuzes op feiten en waarden
Veel cognitieve capaciteit vereist
Tijd nodig om te reageren
Nauwkeurig en kritisch
Flexibeler
Chagrijnig, lui
Laat zo veel mogelijk over aan de olifant
Automatische systeem ouder en vaak sterker dan reflectieve systeem
7. In het land Prudentia leest Edgar in de krant over sombere prognoses over pensioenen. Hij maakt zich zorgen, informeert zich door een aantal websites te raadplegen, praat er met collega’s over en plant een afspraak met een pensioenadviseur. Enkele weken later beschikt hij over een afgewogen pensioenplan. Weer enkele weken later is alles geregeld en slaapt Edgar weer heerlijk.
16. Studenten laten miljoenen liggen
Amsterdam - Studenten laten miljoenen euro's liggen. Zo heeft ruim 10% van de studenten in het hoger onderwijs geen zorgtoeslag aangevraagd, terwijl zij daar mogelijk wel recht op hebben. Dat blijkt uit onderzoek van StudentenZorgverzekering.nl.
19. “Ik weet dat er discussie is ontstaan over de uitdrukking ‘het werk staat centraal, niet de mens’. Zoiets moet je wel in de juiste context zien. We hebben een klus te klaren, er wordt resultaat van ons verwacht door de samenleving en de politiek. Het resultaat van ons werk staat voorop. En daar heb je goede professionals voor nodig.”
20. 14 september 2011
Ik weet dat er discussie is ontstaan over de uitdrukking ‘het werk staat centraal, niet de mens’.
Jullie doen er niet toe! (relatedness, certainty)
Zoiets moet je wel in de juiste context zien.
Jullie begrijpen het niet. Ik leg nogmaals uit hoe je ernaar moet kijken. (status, autonomy)
Het resultaat van ons werk staat voorop.
En nu is het resultaat slecht. (status)
En daar heb je goede professionals voor nodig.
Dat zijn jullie dus niet. (status, certainty)
21.
22. Leidmotief: consistentie
Kenmerken: de werkelijkheid moet passen bij je verhaal, verhalen belangrijker dan feiten, informatie blijft plakken als deze verhalend is.
Interventies: zorg voor verhaallijnen en bijzonderheden, verwacht weinig van argumenten.
23. Linda is 31 jaar oud, alleenstaand, zeer uitgesproken en intelligent. Ze is afgestudeerd in de filosofie. Als studente hield ze zich bezig met vraagstukken over discriminatie en sociale rechtvaardigheid. Ze deed ook mee aan anti-nucleaire demonstraties.
24. a.Linda is een bankmedewerkster.
b.Linda is een bankmedewerkster en actief in de feministische beweging.
25.
26. Leidmotief: identificatie
Kenmerken: doen wat anderen doen, vinden wat anderen vinden, gewoontes en meningen doorgeven.
Interventies: kijk naar gespreksgemeenschappen, laat zien dat anderen het óók doen, vermijd uitvergroting van negatieve excessen.
27. “Alleen al het feit dat ‘pijn in je rug’ wordt geïllustreerd met een ingezwachteld been zegt mij al genoeg over de medische kennis van ons management”
28. Bel nu! Onze telefonistes zitten klaar om u te helpen. Bel nu! Als de lijnen bezet zijn, probeer het dan over tien minuten opnieuw.
29.
30. Vraag je af wíe er iets moet doen en waarom
Omschrijf het gedragsdoel specifiek en eenvoudig
Gebruik positieve woorden
Vraag jezelf af of je er een foto van kunt maken
31. Hoe organiseer je de ruimte om als communicatieprofessional met gedragskennis aan de slag te kunnen?
Wie moet er iets doen?
Hoe ziet dat eruit als je de ruimte krijgt?
Welke gedragingen zijn cruciaal?
Kun je daar een foto van maken?