3. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 3 van 40
ATTENTIE!
Elektronische componenten en modules kunnen beschadigd raken door statische elektriciteit. Bij
het behandelen van zulke componenten dient derhalve altijd een antistatische armband of een
andere voorziening gedragen te worden.
Houdt de veiligheidsmaatregelen in acht voor het hanteren van componenten welke gevoelig zijn
voor statische elektriciteit.
ATTENTIE!
Waarschuwing voor elektrostatische ontladingen (ESD). Het aanraken van een printplaat of
component is alleen toegestaan in een elektrostatisch veilige omgeving.
BIJ HET VERWERKEN VAN ELEKTRONISCHE COMPONENTEN OF MODULES IS HET
ESSENTIEEL DAT VOORZORGSMAATREGELEN GETROFFEN WORDEN TEGEN
STATISCHE ONTLADINGEN, DAAR DEZE DELEN ANDERS MOGELIJK BESCHADIGD
RAKEN.
De volgende maatregelen reduceren de kans op antistatische ontladingen.
1. Gebruik altijd geleidende of antistatische verpakkingsmaterialen wanneer delen verstuurd
of opgeslagen worden.
2. Draag altijd een juist geaarde armband tijdens het verwerken van apparatuur.
3. Plaats een deel dat gevoelig is voor statische elektriciteit nooit op een niet geaard
oppervlak. Vermijd, indien mogelijk, het aanraken van de aansluitpunten en pennen.
4. Plaats delen die gevoelig zijn voor statische elektriciteit nooit op plastic oppervlakken.
5. Vermijd het oppakken van printplaten en andere delen die gevoelig zijn voor statische
elektriciteit.
VEILIGHEIDSMAATREGELEN IN VERBAND MET
STATISCHE ELEKTRICITEIT IN ACHT NEMEN
4. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 4 van 40
1 Systeembeschrijving
• Lineaire temperatuurdetectie
• Combinatie van maximaal en differentiaaltemperatuurdetectie
• Instelbare gevoeligheid conform klasse A1, A2, B, C en vrij instelbare
gevoeligheid
• Sensorkabellengte tot 300 m
• Constante gevoeligheid over de gehele kabellengte
• Bestand tegen mechanische en chemische invloeden, corrosie, vocht en stof
• Eenvoudig te installeren, economisch
• Simpele inbedrijfstelling
• Toepasbaar in Ex-zones (zone 1 en 2 of zone 21 en 22)
• VdS certificaat: G 205066
Het KIDDE Alarmline LWM-1 Lineaire temperatuurdetectiesysteem biedt een vroegtijdige
melding in het geval van een brand of een oververhitting. Het systeem is uitermate geschikt
voor afgesloten ruimtes of omgevingen waar de toepassing van andere detectiesystemen
niet mogelijk is door de aanwezigheid van extreme invloeden.
Het systeem bestaat uit twee hoofdcomponenten: de sensorkabel en de Alarmline LWM-1
controller.
Materiaallijst
Item Art.nr Omschrijving
001 T82017 Hoge-impedantie temperatuursensorkabel (blauw)
De Alarmline sensorkabel bestaat uit vier koperen aders
welke voorzien zijn van een kleur gecodeerd materiaal met
een negatieve temperatuurcoëfficiënt. De aders zijn getwist
en geïsoleerd door een buitenmantel van
temperatuurbestendig, vlamdovend kunststof. Aan het ene
uiteinde van de kabel worden de vier aders aangesloten op
de stuureenheid of een lasdoos. Aan het andere uiteinde
worden de aders in paren verbonden en hermetisch
afgesloten om zo twee lussen te vormen. Beide lussen
worden continu gemonitord. Een kabelbreuk of kortsluiting
van één van beide lussen leidt tot een storingsmelding in de
stuureenheid.
Een temperatuurverandering zorgt voor een bijbehorende
verandering van de weerstand tussen beide lussen; bij een
stijgende temperatuur zal de weerstand afnemen.
002 T82021 Hoge-impedantie temperatuursensorkabel voorzien
van een zwarte nylon mantel (zie 001)
5. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 5 van 40
Item Art.nr. Omschrijving
003 T82078 Hoge-impedantie temperatuursensorkabel voorzien
van een bronzen aardscherm (zie 001)
004 T98166 Hoge-impedantie temperatuursensorkabel voorzien
van een nylon mantel en roestvast stalen aardscherm
(zie 001)
005 T36248 LWM-1 controller
Voorzien van alarm- en storingsrelaisuitgangen (2 A, 30 VDC)
Afmetingen H x B x D: 120 mm x 200 mm x 80 mm
De controller rapporteert temperatuurverschillen door middel
van het permanent bewaken van de weerstand van de
sensorkabel.
De maximaaltemperatuurmelding kan ingesteld worden met
behulp van een 16-voudige DIP-switch. Het maximaalalarm
wordt geactiveerd als de statische alarmtemperatuur van de
sensorkabel is bereikt of overschreden. Twee 16-voudige
DIP-switches zijn beschikbaar voor het instellen van het
differentiaalalarm: Diff-tijd en Diff-alarm. Diff-tijd wijzigt de
integratietijd van de omgevingstemperatuur; hoe korter de
tijdsinterval, hoe ongevoeliger het system zal reageren. Diff-
alarm wijzigt de temperatuurinstelling, en daarmee de
temperatuurmetingscorrelatie. Hoe hoger de Diff-
alarmwaarde, hoe hoger de mogelijke alarmtemperatuur.
Individuele LED’s voor “Power”, “Max-alarm”, “Diff-alarm” en
“Storing” tonen de status van het systeem. Twee testknoppen
in de behuizing van de controller bieden de mogelijkheid om
de alarm- en storingscontacten te activeren. Alle alarm- en
storingsmeldingen worden gelatched in de controller. Een
reset kan gegeven worden door het onderbreken van de
voedingsspanning of het activeren van een extern
resetsignaal. De controller heeft een kunststof behuizing van
ABS met een beschermingsklasse IP65. De verbinding met
een aangesloten brandmeldsysteem kan gemaakt worden
middels potentiaalvrije contacten (2 A, 30 V) voor alarm- en
storingsmeldingen.
006 T82023 Afsluitset voor Alarmline sensorkabel
Per LWM-1 controller is één afsluitset benodigd.
007 T82024 Kabelverbindingsset voor Alarmline sensorkabel
Benodigd om twee Alarmline kabelstukken te kunnen
koppelen.
6. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 6 van 40
2 Controller
2.1 Omschrijving
De controller rapporteert temperatuurverschillen door middel van het permanent
bewaken van de weerstand van de sensorkabel. De maximaaltemperatuurmelding
kan ingesteld worden met behulp van een 16-voudige DIP-switch. De instelling '0'
is de fabrieksinstelling en genereert een storingsmelding. De installateur dient het
system conform de richtlijnen in deze handleiding in te stellen.
Het maximaalalarm wordt geactiveerd als de statische alarmtemperatuur van de
sensorkabel is bereikt of overschreden. Twee 16-voudige DIP-switches zijn
beschikbaar voor het instellen van het differentiaalalarm: Diff-tijd en Diff-alarm.
Diff-tijd wijzigt de integratietijd van de omgevingstemperatuur; hoe korter de
tijdsinterval, hoe ongevoeliger het system zal reageren. Diff-alarm wijzigt de
temperatuurinstelling, en daarmee de temperatuurmetingscorrelatie. Hoe hoger de
Diff-alarmwaarde, hoe hoger de mogelijke alarmtemperatuur.
Individuele LED’s voor “Power”, “Max-alarm”, “Diff-alarm” en “Storing” tonen de
status van het systeem. Twee testknoppen in de behuizing van de controller
bieden de mogelijkheid om de alarm- en storingscontacten te activeren. Alle alarm-
en storingsmeldingen worden gelatched in de controller. Een reset kan gegeven
worden door het onderbreken van de voedingsspanning of het activeren van een
extern resetsignaal.
De controller heeft een kunststof behuizing van ABS met een beschermingsklasse
IP65. De verbinding met een aangesloten brandmeldsysteem kan gemaakt worden
middels potentiaalvrije contacten (2 A, 30 V) voor alarm- en storingsmeldingen.
7. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 7 van 40
2.2 Technische gegevens Alarmline LWM-1 controller
Algemeen
Materiaal ABS
Afmetingen 120 mm x 200 mm x 80 mm ( H x B x D )
Gewicht Circa. 550 g
Beschermingsklasse IP 65
Kleur Grijs, overeenkomstig RAL 7035
Temperatuurbereik -20 °C tot +50 °C
Voedingsspanning
Spanning 10-30 VDC
Ruststroom Max. 25 mA (@ 24 V)
Alarmstroom bij
Diff-alarm of Max-alarm
Max. 25 mA (@ 24 V)
Alarmstroom bij
storingsmelding
Max. 15 mA (@ 24 V)
Opstartstroom < 100 mA (@ 24 V)
Indicators
LED groen: Power, constant
LED rood: Alarm Diff, constant, latched
LED rood: Alarm Max, constant, latched
LED geel: Fault, knipperend, latched
Testknoppen
2 x, voor de simulatie van alarm en storing en een LED test
Klembezetting
Klem Omschrijving
1 onder 0 V
2 onder 10 -30 V DC
3 en 4 onder Aardaansluitingen
5 onder Sensorkabel 1 (oranje)
6 onder Sensorkabel 2 (wit)
7 onder Sensorkabel 3 (blauw)
8 onder Sensorkabel 4 (rood)
9 onder Reset aansluiting
10 onder Reset aansluiting
1 boven Diff-alarm relais NO
2 boven Diff-alarm relais COMMON
3 boven Diff-alarm relais NC
4 boven Max-alarm relais NO
5 boven Max-alarm relais COMMON
6 boven Max-alarm relais NC
7 boven Storingsrelais NO
8 boven Storingsrelais COMMON
9 boven Storingsrelais NC
8. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 8 van 40
Fig. 2.1: Aansluitingen van de LWM-1 controller
CM = Common
NC = Normally Closed
NO = Normally Open
Storing
Max-alarm
Diff-alarm
Voedingsspanning
Sensorkabelaansluitingen
OR = Oranje
WH = Wit
BL = Blauw
RO = Rood
Externe resetingang
Testknoppen
Relaisuitgangen
Configuratie
DIP-switches
9. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 9 van 40
Fig. 2.2: Configuratie DIP-switches
Off On Functie
Niet gebruikt
Niet gebruikt
DIFF + MAX-alarm gecombineerd
Isolate
DIFF-tijd
(Differentiaalalarm-raamwerk)
DIFF-alarm
(Differentiaalalarm-
kalibratieschakelaar)
MAX-Alarm
(Maximaalalarm-
kalibratieschakelaar)
10. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 10 van 40
2.3 LWM-1 instellen.
De LWM-1 controller kan als volgt via DIP-switches ingesteld worden:
- 4- bit kalibratieschakelaar voor maximaal 16 Max-alarm temperatuurinstellingen
- 4- bit kalibratieschakelaar voor maximaal 16 differentiaal (temperatuurstijgingscoëfficiënt)
temperatuurinstellingen
- 4- bit kalibratie DIP-switch voor 16 differentiaaltijdraamwerken
- 1 bit schakelaar voor “Isolate”, (Op stand “ON” zullen beide alarmrelais gedeactiveerd
worden, in het geval van een alarmmelding zal alleen de bijbehorende LED oplichten, het
storingsrelais zal niet geactiveerd zijn (toont storingsmelding), storings-LED brand
permanent). Isolate “OFF” zet het storingsrelais terug in normale bekrachtigde status.
- 1 bit schakelaar voor “Max+ Diff”. Deze schakelaar combineert de beide alarmen als volgt:
MAX + DIFF = OFF
1. ON Max alarm : LED Max-alarm en relais Max-alarm worden normaal geactiveerd
2. ON Diff alarm: LED Diff-alarm en relais Diff-alarm worden normaal geactiveerd
MAX + DIFF = ON
Indien een Max- of Diff-alarm optreedt, dan zullen beide alarmrelais geactiveerd worden.
De bij het betreffende alarm behorende alarm-LED zal geactiveerd worden.
Standaardconfiguratie (fabrieksinstelling):
schakelaars:
- Max + Diff = ON
- Isolate = OFF
- Max alarm = OFF
- Diff alarm = meest ongevoelige instelling ( 15 )
- Diff tijd = Kortste tijdsinterval ( 0 )
2.3.1 Aanpassen van de kalibratieschakelaar Max-alarm
De Max-alarm kalibratieschakelaar staat in fabrieksinstelling in de positie 0
(zie configuratieschakelaar hoofdstuk 2.2). Dit genereert een
storingsmelding in de controller. Zie tabel 2 voor de correcte instelling.
Gedurende de installatie van het Alarmlinesysteem dient de juiste stand van de Max-
alarm kalibratieschakelaar geverifieerd te worden. Dit is noodzakelijk om de juiste
gevoeligheid bij brandmelding en ongevoeligheid voor ongewenste meldingen te
bewerkstelligen. De juiste instelling van de kalibratieschakelaars is afhankelijk van de
lengte van de sensorkabel en de maximale omgevingstemperatuur in het te bewaken
gebied.
11. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 11 van 40
Typische toepassingen met bijbehorende maximale omgevingstemperaturen worden
getoond in tabel 1.
Tabel 1 voor toepassings-specifieke instellingen
Toepassing Max. omgevings-
temperatuur
[°C]
Ondergrondse installaties
( geen verkeerstunnels ) 40
Installaties met betonnen plafonds en
andere niet-temperatuur geleidende
materialen boven het maaiveld,
zonder invloeden van direct zonlicht
45
Installaties onder geïsoleerde metalen
daken of metalen containers, zonder
invloeden van direct zonlicht
50
Installaties onder ongeïsoleerde
metalen daken of welke beïnvloed
worden door direct zonlicht
60
Verkeerstunnels 50
Deze aanbevelingen zijn niet van toepassing op omgevingen waarin extreme
temperaturen gegenereerd worden. Voor het juist instellen van systemen in
dergelijke omgevingen kunt u contact opnemen met SenseTek B.V.
12. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 12 van 40
Tabel 2: Kalibratie-instelling afhankelijk van de sensorkabellengte en maximale
omgevingstemperatuur
Kalibratie
schakelaar
Max. omgevings-
temperatuur
[° Celsius]
Sensorkabel-
lengte
[m]
4 30 100
6 35 100
8 40 100
9 45 100
11 50 100
12 55 100
13 60 100
6 30 150
7 35 150
9 40 150
10 45 150
12 50 150
13 55 150
14 60 150
6 30 200
9 35 200
10 40 200
11 45 200
12 50 200
13 55 200
7 30 250
9 35 250
10 40 250
12 45 250
13 50 250
14 55 250
8 30 300
9 35 300
11 40 300
12 45 300
13 50 300
14 55 300
De alarmtemperatuur ligt 10 °C tot 12 °C boven de maximale omgevingstemperatuur (details
te vinden in het nomogram).
13. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 13 van 40
De numerieke instelling van de kalibratieschakelaar is gebaseerd op binaire codering.
De onderstaande tabel toont de betreffende instellingen:
Kalibratieschakelaar: Max-alarm gevoeligheid
1 2 3 4 Schakelaarpositie
Off Off Off Off 0 (fabrieksinstelling)
On Off Off Off 1
Off On Off Off 2
On On Off Off 3
Off Off On Off 4
On Off On Off 5
Off On On Off 6
On On On Off 7
Off Off Off On 8
On Off Off On 9
Off On Off On 10
On On Off On 11
Off Off On On 12
On Off On On 13
Off On On On 14
On On On On 15
Om de juiste instelling te vinden, wanneer die afwijkt van de standaards in tabel 2,
dient het “Alarmline“ nomogram (fig. 2.3) geraadpleegd te worden. Dit werkt als volgt:
a) Markeer de kabellengte op de schaal "D"
b) Markeer de maximale omgevingstemperatuur op de schaal "B"
c) Trek een lijn door de twee markeringen tot aan de markeringen op schaal "A"
(kalibratieschakelaar).
d) De aanpassing van schakelaar kan afgelezen worden op het punt waar de lijn
de schaal "A" kruist. Hierbij dient de waarde in principe naar boven afgerond
te worden (bijv. 3.3 wordt 4).
14. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 14 van 40
Fig. 2.3: "Alarmline LWM-1" nomogram
A DCB
Op een controller mag maximaal 300 meter sensorkabel aangesloten te worden in een
gecertificeerde installatie.
Kalibratie-
schakelaar
instelling
Max. omgevings-
temperatuur [°C],
waarbij geen
alarmmelding zal
volgen
Gespecifieerde
alarmtemperatuur
[°C], waarbij een
alarmmelding zal
volgen
Lengte [m]
15. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 15 van 40
2.3.2 Aanpassing van de kalibratieschakelaar Diff-alarm
Om de optimale, toepassingsafhankelijke instelling voor het Diff-alarm te vinden, zal een
compromis gevonden moeten worden tussen de gevoeligheid voor alarmmeldingen en de
ongevoeligheid voor ongewenste meldingen. Er zijn twee verschillende instellingen voor het
Diff-alarm, welke beide individueel ingesteld kunnen worden:
Diff-tijd
Diff-alarm gevoeligheid
De instelling van de schakelaars voor de DIFF-tijd en DIFF-alarm gevoeligheid worden in
de volgende tabellen weergegeven.
Kalibratieschakelaar: Diff-tijd (tijdsraamwerk voor Diff-alarm)
1 2 3 4 Schakelaarpositie
Off Off Off Off 0 (fabrieksinstelling)
On Off Off Off 1
Off On Off Off 2
On On Off Off 3
Off Off On Off 4
On Off On Off 5
Off On On Off 6
On On On Off 7
Off Off Off On 8
On Off Off On 9
Off On Off On 10
On On Off On 11
Off Off On On 12
On Off On On 13
Off On On On 14
On On On On 15
16. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 16 van 40
Kalibratieschakelaar: Diff-alarm gevoeligheid
1 2 3 4 Schakelaarpositie
Off Off Off Off 0
On Off Off Off 1
Off On Off Off 2
On On Off Off 3
Off Off On Off 4
On Off On Off 5
Off On On Off 6
On On On Off 7
Off Off Off On 8
On Off Off On 9
Off On Off On 10
On On Off On 11
Off Off On On 12
On Off On On 13
Off On On On 14
On On On On 15 (fabrieksinstelling)
Het LWM-1-systeem kan gebruikt worden als temperatuurdetectiesysteem in de klassen
A1, A2, B en C. De in de tabellen 3.1 en 3.2 getoonde instellingen zijn afhankelijk van de
gevoeligheidsklasse en de lengte van de geïnstalleerde sensorkabel.
Tabel 3.1:
Schakelaarposities aan te passen voor verschillende gevoeligheidsklassen
Aanpassing voor klasse
A1 (Diff-tijd/Diff-alarm
schakelaarinstelling)
Aanpassing voor klasse
A2 (Diff-tijd/Diff-alarm
schakelaarinstelling)
Aanpassing voor klasse
B (Diff-tijd/Diff-alarm
schakelaarinstelling)
Aanpassing voor klasse
C (Diff-tijd/Diff-alarm
schakelaarinstelling)
5/5
(alleen blauwe
kabel )
5/8 5/9 6/13
5/4
(alleen zwarte
kabel)
Wanneer een gevoeligheidsklasse gekozen wordt dient een aanvaardbaar niveau van
immuniteit voor ongewenste meldingen bereikt te worden. Het heeft bijvoorbeeld geen zin
om een systeem met een A1 klasse te installeren onder een ongeïsoleerd metalen dak
daar de kans groot is dat zonlicht het dak dusdanig kan verwarmen dat dit ongewenste
alarmen tot gevolg zal hebben.
17. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 17 van 40
Aanbevelingen voor toepassings-specifieke aanpassingen zijn te vinden in de volgende
tabel.
Tabel 3.2 voor toepassings-specifieke instellingen van het Diff-alarm
Toepassing Diff-tijd Diff-alarm Gevoeligheidsklasse
Ondergrondse
installaties
( geen verkeerstunnels )
5
5
5
5
4
8
A1 (alleen blauwe kabel)
A1 (alleen zwarte kabel)
A2
Installaties met
betonnen plafonds en
andere niet-temperatuur
geleidende materialen
boven het maaiveld,
zonder invloeden van
direct zonlicht
5
5
5
5
6
5
4
8
9
13
A1 (alleen blauwe kabel)
A1 (alleen zwarte kabel)
A2
B
C
Installaties onder
geïsoleerde metalen
daken of metalen
containers, zonder
invloeden van direct
zonlicht
5
5
5
5
6
5
4
8
9
13
A1 (alleen blauwe kabel)
A1 (alleen zwarte kabel)
A2
B
C
Installaties onder
ongeïsoleerde metalen
daken of welke
beïnvloed worden door
direct zonlicht
5
6
9
13
B
C
Verkeerstunnels
5
5
5
5
6
5
4
8
9
13
A1 (alleen blauwe kabel)
A1 (alleen zwarte kabel)
A2
B
C
Deze aanbevelingen zijn niet van toepassing op omgevingen waarin extreme temperaturen
gegenereerd worden. Voor het juist instellen van systemen in dergelijke omgevingen kunt u
contact opnemen met SenseTek B.V.
Om de kans op ongewenste meldingen te verkleinen kunnen de
volgende punten overwogen worden:
- Reductie van de sensorkabellengte per controller
- Toepassen van een lagere gevoeligheidsklasse (bijv. A2 in plaats
van A1, B in plaats van A2 etc.)
18. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 18 van 40
2.4 Typetests
Het Alarmlinesysteem is conform EN 54-5:2000 in de volgende configuraties getest (zie
tabel). De instelling van Diff- en Max-alarm die in de voorgaande hoofdstukken besproken
zijn, zijn voortgekomen uit de resultaten van deze typetest.
Kabeltype Verwarmde
sensor-
lengte
Overblijvende
lengte
bij Kt
Diff-tijd Diff-alarm Max-alarm Klasse
T82017 10 m 290 m 5 5 5 A1
5 8 6 A2
5 9 9 B
T82021 10 m 290 m 5 4 5 A1
5 8 6 A2
5 9 9 B
6 13 12 C
T98166 10 m 290 m 5 9 8 B
Kt = Kamertemperatuur (standaard 25°C).
2.5 Functies / tests
2.5.1 Status-LED’s
Status-LED’s zijn beschikbaar voor:
Normaal bedrijf (POWER), groen, continu aan
Max Alarm (MAX), rood, continu aan
Diff Alarm (DIFF), rood continu aan
Storingsmeldingen, geel flitsend (2 Hz)
Storingsmelding (Isolate), geel permanent
2.5.2 LED-test
De LWM-1 voert een LED-test uit wanneer de fault en alarm knoppen op het moederbord
minimaal 2 seconden lang gelijktijdig ingedrukt worden. Alle 4 LED’s zullen vervolgens 5
seconden lang oplichten en daarna automatisch weer doven.
2.5.3 Alarmtest
De LWM-1 voert een alarm-zelftest uit wanneer de alarm testknop op het moederbord
minimaal 2 seconden lang ingedrukt wordt.
2.5.4 Storingstest (kortsluittest)
De LWM-1 voert een storing-zelftest uit wanneer de fault testknop op het moederbord
minimaal 2 seconden lang ingedrukt wordt.
19. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 19 van 40
2.5.5 Interne reset
De LWM-1 voert een storings-softreset uit wanneer de reset knop op het moederbord
minimaal 2 seconden lang ingedrukt wordt.
2.5.6 Externe reset
De LWM-1 voert een externe reset uit wanneer een 3,6 kΩ weerstand in serie geschakeld
wordt met een externe resetknop. Tijdens normaal bedrijf wordt de ingang gecontroleerd
door een 8,2 kΩ eindelijnsweerstand. Zie figuur 4.1
3 Sensorkabel
3.1 Omschrijving
De Alarmline sensorkabel bestaat uit vier koperen aders welke voorzien zijn van een
kleur gecodeerd materiaal met een negatieve temperatuurcoëfficiënt. De aders zijn
getwist en geïsoleerd door een buitenmantel van temperatuurbestendig, vlamdovend
kunststof. Aan het ene uiteinde van de kabel worden de vier aders aangesloten op de
stuureenheid of een lasdoos. Aan het andere uiteinde worden de aders in paren
verbonden en hermetisch afgesloten om zo twee lussen te vormen. Beide lussen
worden continu gemonitord. Een kabelbreuk of kortsluiting van één van beide lussen
leidt tot een storingsmelding in de stuureenheid.
Een temperatuurverandering zorgt voor een bijbehorende verandering van de
weerstand tussen beide lussen; bij een stijgende temperatuur zal de weerstand
afnemen.
Wanneer de sensorkabel tot maximaal 100°C verwarmd wordt, dan zal het systeem
terugkeren in normaal bedrijf, zelfs nadat er een alarmmelding geweest is (zie
technische gegevens). Indien de sensorkabel onherstelbaar beschadigd is, zal een
storingsmelding gegeven worden.
20. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 20 van 40
Naam Basiskabel
(blauw)
+ nylon mantel
(zwart)
+ roestvast stalen
aardscherm
Artikelnummer T82017 T82021 T98166
Buitendiameter (nominaal) 3.15 mm 4.8 mm 5.8 mm
Gewicht (200 m) 3.2 kg 4.7 kg 9.7 kg
Minimale trekkracht (N) 100 100+ 1000
Aderdiameter 0.46 mm
Isolatiedikte 0.34 mm
Dikte van de buitenmantel 0.25 mm
Adermateriaal Ader 2+4: Koper, ader 1+3: koper met polyester coating
Isolatie Ader 2+4: speciaal NTC-polymeer,
Ader 1+3: niet-geleidend polymeer
Aderkleuren - oranje - wit - blauw - rood
Inzettemperatuur < 100°C, ongelimiteerd, < 150 °C - 350 uur,
< 175°C - 25 uur
>- 5°C voor blauwe en bronzen kabel - ongelimiteerd
>- 60°C voor zwarte en roestvast stalen kabel - ongelimiteerd
Zorg dat de polyester afscherming van geleider 1 (oranje) en geleider 4
(rood) voldoende verwijderd is.
De blauwe basiskabel wordt gebruikt in omgevingen waar stof en vochtinvloeden
verwacht worden. Voor buitentoepassingen wordt dit type niet aangeraden, daar de UV-
bestendigheid van dit type beperkt is.
De zwarte sensorkabel met nylon buitenmantel biedt een verhoogde weerstand
tegen chemische en biologische invloeden en is derhalve ideaal voor toepassing in
omgevingen waarin basen, zuren en dampen van oplosmiddelen aanwezig kunnen
zijn. Verder is deze kabel UV bestendig en daarmee toepasbaar in buitensituaties.
De zwarte sensorkabel met roestvast stalen aardscherm beschermd tegen
mechanische beschadigingen (bijv. bewaking van transportbanden) en tegen
chemische en biologische vervuiling.
21. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 21 van 40
3.2 Toepassingen
Voor het toepassen van het Alarmlinesysteem bestaan twee basisuitgangspunten:
lineaire installaties (objectbewaking) en ruimtebewaking
3.2.1 Lineaire installaties
Dit type installatie is benodigd wanneer lange lineaire objecten zoals kabelgoten etc.
bewaakt moeten worden. Bij het bewaken van dergelijke installaties dient goed
rekening gehouden te worden met de omgevingscondities. De volgende meest
voorkomende toepassingen worden besproken:
Kabelgoten
Afb. 3.1: Sensorkabelmontage in kabelgoten
Afbeelding 3.1 toont de installatie van de Alarmline sensorkabel bij kabelgoot. De
sensorkabel wordt vlak boven de kabelgoten gemonteerd. Deze montagewijze zorgt voor
een eenvoudige installatie en een snel opwarmende sensorkabel die de onderliggende
kabel bewaakt.
22. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 22 van 40
Transportbanden
Afb. 3.2: Installatie van de Alarmline sensorkabel bij transportbanden
Voor het bewaken van transportbanden wordt de toepassing van roestvast stalen kabel
aangeraden daar deze een betere bescherming tegen mechanische beschadigingen biedt. Afb. 3.2
toont Alarmline sensorkabel die de gelagerde rollen beveiligd. Onafhankelijke onderzoeken
hebben aangetoond dat dit het grootste risico is - een oververhitting van de lagers die zorgt voor
de ontbranding van materiaal dat van de band valt. Alarmline sensorkabel kan direct boven de
transportband gemonteerd worden om een brand/oververhitting op de stilstaande band te
detecteren. De montageafstand tot de band mag maximaal 2 meter bedragen of direct onder het
plafond indien dat er is. Montagebeugels dienen iedere 0.5 m ingezet te worden en er dient een
minimale afstand van 1 cm tussen de sensorkabel en de omgeving aangehouden te worden. De
Alarmline sensorkabel dient aan beide zijden van de transportband gemonteerd te worden. Om
een betere beveiliging tegen de ontbranding van opgebouwd materiaal onder de transportband te
bereiken, kan tevens een Alarmline sensorkabel onder de transportband gemonteerd worden.
23. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 23 van 40
Floating roof tank
De installatie van de “Alarmline” sensorkabel langs de rand van de afdichting van het
drijvende dak van een tank garandeert een snelle respons door permanente bewaking van
temperatuurfluctuaties over de complete lengte en niet slechts op bepaalde punten. De
installatie van de sensorkabel dient uitgevoerd te worden boven de afdichting en de
sensorkabel dient op vaste afstanden gemonteerd worden (max. 0,5 - 1 m) met speciale
beugels. Deze beugels
worden op de
scheidingswand van het
floating roof geplaatst.
Deze wand heeft als
functie om het bij een
blussing vrijgekomen
schuim boven de
afdichting te houden.
Afb. 3.3: Montage boven de afdichting
Een op het dak gemonteerde Ex(i) lasdoos
vormt het verbindingspunt voor beide
kabeleinden en voor de voedingskabel
welke voldoende lengte dient te hebben om
de bewegingen van het dak te kunnen
volgen. Het gebruik van een intrekbare
voedingskabel wordt aangeraden.
Afb. 3.4: Installatie op het drijvende dak
24. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 24 van 40
Een tweede Ex(i) lasdoos dient geplaatst te worden op de rand van de tank om de intrekbare
kabel te verbinden met de bedrading die via een gemarkeerde route richting de controleruimte, in
een veilig gebied, naar het brandmeldsysteem geleid wordt. Daar wordt de bedrading via
Zenerbarrières (bijv. type MTL 7761 AC van Measurement Technology, zie hoofdstuk 3.3.1) op de
Alarmline controller LWM-1 aangesloten. De lengte van de verbindingskabel tussen de
sensorkabel en de controller mag maximaal 500 meter bedragen.
De bedrading van het systeem dient overeenkomstig de afbeelding uitgevoerd te worden.
De temperatuurinstelling van de Alarmline controller (kalibratieschakelaar) dient overeenkomstig
de richtlijnen van het type installatie uitgevoerd te worden. Voor een floating roof tank installatie in
centraal Europa is een maximale omgevingstemperatuur op de tank van 65°C te verwachten.
Wanneer tanks in een dergelijke omgeving een grotere omtrek hebben dan 140 meter, dan dienen
sub-zones gevormd te worden daar de maximale kabellengte bij een dergelijke
omgevingstemperatuur 140 meter bedraagt (zie nomogram). De sensorkabels van de individuele
segmenten dienen minimaal 1 meter te overlappen.
Safety-Barrier
Compartment
Afb. 3.5: Alarmline-Installatie op een floating roof tank
25. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 25 van 40
Afb. 3.6: Alarmline LWM-1 bedrading voor toepassingen in Ex-geclassificeerde omgevingen
26. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 26 van 40
S S S S/2S/2
S/2
S/2
0,7S
0,7S
0,7S
0,7S
Sensorkabel
3.2.2 Ruimte-/gebiedsbewaking
Voor ruimtebewaking geldt de gebiedsbewaking lay-out. Voorbeelden van dergelijke
ruimtes zijn:
• Parkeergarages
• Compostfabrieken
• Afvalverwerkingsinstallaties
• Andere toepassingen waar puntmelders niet toegepast kunnen worden wegens
klimatologische invloeden (bijv. hoge vochtigheid).
Afb. 3.7: Installatie van de “Alarmline“ sensorkabel als ruimtebewaking
De montageafstand voor ruimtebewaking wordt getoond in figuur 3.7, waarbij voor de
afstand "S" een maximale waarde van 6 meter toegestaan is. De minimale afstand
van de kabel tot muren bedraagt 1,5 meter.
De beugelafstand voor de sensorkabel bedraagt maximaal 0,5 meter waarbij tevens
geldt dat de minimale afstand van de sensorkabel tot het plafond 1 cm dient te
bedragen.
27. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 27 van 40
De te bewaken ruimte mag een maximale hoogte van 7,5 meter hebben. Een
speciale toestemming voor het toepassen op grotere hoogtes kan aangevraagd
worden.
Met de aanwezigheid van verlagingen en installaties van minder dan 20 cm hoeft
geen rekening gehouden te worden. Wel dient een minimale afstand van 0,5 meter
aangehouden te worden wanneer de sensorkabel parallel aan dergelijke obstructies
gevoerd wordt.
Verlagingen in het plafond die groter zijn dan 20 cm dienen beschouwd te worden als
wand. Dit houdt in dat de afstand van de sensorkabel tot de betreffende verlaging (parallel
aan de verlaging) minimaal 1,5 meter en maximaal 3 meter dient te zijn. Wanneer de
afstand tussen verlagingen te klein is, dan dient de sensorkabel midden tussen de
betreffende verlagingen aangebracht te worden.
Een minimale kabellengte van 10 meter dient aangehouden te worden bij installaties in een
plafonddeel dat door verlagingen van de tussen de 20 en 80 cm hoog omsloten wordt als
die ruimte >18m2
is. Indien de ruimte ≤18m2
is, dan mag de 10 meter sensorkabellengte
verdeeld worden over verschillende plafonddelen, maar mag het totale oppervlak van die
delen niet groter zijn dan 36 m2
.
Een minimale lengte van 10 meter sensorkabel dient aangehouden te worden in ruimtes
welke voorzien zijn van wanden of verlagingen van meer dan 80 cm hoogte.
Voor ondersteuning bij het projecteren van dergelijke installaties kunt u contact opnemen
met SenseTek B.V.
3.3 Installatie
De installatie van de "Alarmline" sensorkabel moet uitgevoerd worden bij een temperatuur
boven 0°C om breuk van de kabel tijdens het buigen te vermijden. Tijdens de installatie
dient altijd een minimale buigradius van 2,5 cm aangehouden te worden.
3.3.1 Ex-geclassificeerde zones
In explosiegevaarlijke gebieden (zone 1 en zone 2 of zone 21 en 22)
dienen Zenerbarrières (bijvoorbeeld de MTL 7761 AC van Measurement
Technology) toegepast te worden om een intrinsiek veilige installatie te
bewerkstelligen (zie afb. 3.6, pagina 25). Per sensorkabel zijn twee
Zenerbarrières benodigd. De Zenerbarrières dienen buiten het
explosiegevaarlijke gebied in een aparte behuizing in de directe
omgeving van de controller geplaatst te worden.
28. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 28 van 40
3.3.2 Montagebeugels
De „Alarmline“ sensorkabel dient iedere 0,5 m bevestigd te worden. Passende
montagebeugels worden door diverse fabrikanten aangeboden. Vanwege de
constructie van de sensorkabel gelden er geen speciale regels voor de montage,
behalve dat de beugels de kabel niet beschadigen. De montagebeugels dienen niet
te vast aangedraaid te worden. Verder dienen de montagebeugels niet minder
robuust te zijn dan de sensorkabel en dient er een minimale afstand van de
sensorkabel tot het plafond van 10 mm aangehouden te worden.
De minimale buigradius van de sensorkabel bedraagt 10 mm en dient verruimd te
worden naar minimaal 25 mm bij montagepunten.
Een aanbevolen montagebeugel voor plafonds is de T-clip T82004 in combinatie met
de bundelband T82121. Houdt rekening met de beperkte bestendigheid tegen zuren
en oplosmiddelen.
Afb. 3.8: T-clip (type T82004)
Met de boorkolom zoals getoond in
afbeelding 3.9 is het mogelijk om de
montagegaten snel en effectief aan te
brengen. Hierbij dient er voor gezorgd te
worden dat de lengte van de balken iets
korter dan de hoogte van de ruimte is
(meestal 2-2,5 m voor ondergrondse
parkeergarages).
Afb. 3.9: Boorkolom voor eenvoudig en snel aanbrengen van montagebeugels
Geleider
Balken
Metalen
buis
AAN/UIT
schakelaar
Houder
Plastic
kabelbinder
Afstandhouder
Boormachine
Stalen plaat met
sleufgat voor
hoogte-instelling
SenseTek is niet aansprakelijk
voor mogelijke schade die
voortkomt uit het gebruik van
deze boorkolom!
Boorkolom
29. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 29 van 40
3.3.3 Afsluitset
OPGELET: Snij niet in de isolatie van de binnenste aders
a) Verwijder de buitenisolatie over een lengte van 15 mm
b) Verwijder de isolatie van de vier aders (kleuren: oranje, wit, rood en blauw) over
een lengte van 10 mm en verwijder de coating van de oranje en rode aders.
c) Twist de vrijgekomen witte en oranje aders samen en soldeer deze.
Isolatie Ader
30. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 30 van 40
d) Twist de vrijgekomen rode en blauwe aders samen en soldeer deze.
e) Isoleer beide gesoldeerde draden met de kleine krimpsokken van de afsluitset
door het toevoeren van een temperatuur tussen 120 en 150°C (bij voorkeur via
het industrieel heteluchtpistool P00641 of gelijkaardig).
f) Plaats de grote transparante krimpkous en daarna de zwarte einddop over alle
vier de aders en krimp deze goed vast door het toevoeren van dezelfde
temperatuur als bij de voorgaande stap (e).
Kleine krimpdop
Zwarte einddop
Grote transparante krimpkous
31. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 31 van 40
3.3.4 Kabelverbindingsset
OPGELET: Snij niet in de isolatie van de binnenste aders.
a) Verwijder de buitenisolatie van beide kabels A en B over een lengte van 50 mm.
b) Bij kabel A, knip de rode en blauwe aders tot een lengte van 15 mm.
c) Bij kabel B, knip de oranje en witte aders tot een lengte van 15 mm.
d) Verwijder de aderisolatie (kleuren: oranje, wit, rood en blauw) van alle aders van
beide kabels over een lengte van 8 mm.
OPGELET:
De polyester coating van ader 1 (ORANJE) en ader 3 (ROOD) dient verwijderd te worden
voordat doorgegaan wordt met de montage.
e) Schuif de WITTE krimpkous over kabel A.
f) Schuif de ZWARTE krimpkous over kabel B.
32. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 32 van 40
g) Schuif een RODE krimpkous over de ORANJE en WITTE aders van kabel A, en
over de RODE en BLAUWE aders van kabel B.
h) Twist en soldeer de individuele aders van kabel A aan die van kabel B. Verwittig
u ervan dat de kabelkleuren overeenkomen.
.
i) Schuif alle RODE krimpkousen over de gesoldeerde verbindingen en krimp deze
in positie met een temperatuur van 120 tot 150°C.
j) Schuif de witte krimpkous over de vier einden en krimp deze in positie met
dezelfde temperatuur als in de vorige stap (i).
k) Schuif de zwarte krimpkous geheel over de witte krimpkous en krimp deze in
positie met dezelfde temperatuur als in de vorige stap (j).
Kleine rode krimpkous
Zwarte krimpkousWitte krimpkous
Overlap
33. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 33 van 40
4 Bedrading
4.1 Controller en brandmeldcentrale
Voor de bedrading van de alarm- en storingscontacten naar de BMC (brandmeldcentrale)
dienen de potentiaalvrije contacten van de LWM-1 controller gebruikt te worden. Hierbij
dient er rekening gehouden te worden dat het storingscontact actief is in normaal bedrijf
(NC, bekrachtigd) en dat de contacten 8 en 9 ‘boven’ verbonden zijn.
Als slechts één alarmcontact verbonden wordt met de BMC, dan
dient de configuratie DIP-switch „MAX+DIFF“ (zie hoofdstuk 2.2,
pag. 9 in deze handleiding) ingesteld worden op “ON”. Dit zorgt
ervoor dat beide alarmrelais schakelen wanneer een alarmstatus
optreedt (Max- of Diff-alarm).
Het resetten van de controller kan op de volgende manieren:
- onderbreking van de voedingsspanning voor minimaal 6 seconden
- indrukken van de interne RESET knop
- gebruik van een resetrelais, welke als volgt geconfigureerd is
Fig. 4.1: Configuratie van het resetrelais
34. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 34 van 40
4.2 Sensorkabel en controller
De vier aders van de sensorkabel worden aangesloten op de klemmen 5-8 onderin
de controller (zie hoofdstuk 2.2). De juiste kleurvolgorde dient in acht genomen te
worden (oranje, wit, blauw, rood).
Voor sommige toepassingen kan het ongewenst of onmogelijk zijn om de
sensorkabel rechtstreeks op de LWM-1 controller aan te sluiten. In dergelijke gevallen
kan de sensorkabel aangesloten worden op een standard brandmeldkabel (2 x 2 x
0.8), welke dan de verbinding vormt tussen de LWM-1 controller en de kabel bij het
gebruik met een lasdoos (beschermingsklasse minimaal IP65). Het is tevens mogelijk
om de sensorkabel in verschillende secties te verdelen met behulp van lasdozen en
vier-aderige verbindingskabel (de totale lengte van alle verbindingskabel mag
maximaal 500 m bedragen).
LWM-1 controller
Brandmeldkabel (2x2x0.8)
Lasdoos
Alarmline sensorkabel
Max. 500 m Max. 300 m
Vier aders
beschermingsklasse:
minimaal IP65
Afb. 4.2: Alarmline LWM-1 met verbindingskabel
35. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 35 van 40
5 Onderhoud en inbedrijfstelling
Het reguliere onderhoud aan het “Alarmline“ systeem omvat een visuele inspectie van
de sensorkabel en de activatie van de testknoppen in de controller.
Het creëren van een alarmmelding door het verwarmen van de sensorkabel is niet
noodzakelijk daar de thermische geleidingseigenschappen over de gehele lengte van
de kabel gelijk zijn. Het verliezen van deze functie kan slechts bereikt worden
wanneer de kabel beschadigd is of wanneer de kabel blootgesteld is aan een
temperatuur die buiten het inzetbereik van de kabel ligt. In dergelijke gevallen zal de
controller een storingsmelding aangeven.
De controller bevat twee testknoppen, één voor storing en één voor alarm. Om de
functies te activeren dienen de knoppen minimaal 2 seconden ingedrukt te worden
om het corresponderende signaal te geven. Indien beide knoppen gelijktijdig
minimaal 2 seconden ingedrukt worden, dan zal een LED-test uitgevoerd worden. Het
kan maximaal 15 seconden duren voordat een storingsmelding na het indrukken van
de knop gegeven wordt, daar de controller eerst de huidige meetcyclus afmaakt
alvorens de test gestart wordt.
Door de configuratieschakelaar 'Isolate' op 'on' te zetten (zie hoofdstuk 2.2, pagina 9)
wordt de activering van de alarmrelais welke aangesloten zijn op de BMC onderdrukt.
Door het activeren van de isolate-functie wordt direct een storingsmelding
gegenereerd.
Verwarm de kabel voor het beproeven niet met een heteluchtpistool!
36. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 36 van 40
6 Chemische bestendigheid van de nylon Alarmline sensorkabel (zwart)
De nylon geëxtrudeerde sensorkabel heeft een goede bestendigheid tegen basen en
zoutoplossingen, tegen zout water en maritieme omgevingen, tegen oliën, vetten en
brandstoffen. De bestendigheid tegen minerale en organische zuren varieert per chemische
groep. Bij invloeden van fenolen en chlooroplossingen dient terughoudendheid betracht te
worden.
De onderstaande tabel toont de bestendigheid van de sensorkabel in vloeistoffen bij 20°C.
In de praktijk zal de sensorkabel tegen het plafond gemonteerd worden. Hierdoor zal de
kabel alleen beschadigd worden wanneer de stoomdruk van de vloeistof hoog is waardoor
een aanzienlijke hoeveelheid condens op de kabel neerslaat. Dergelijke omstandigheden
zullen over het algemeen niet voorkomen in ruimtes waar personen aanwezig zijn.
Minerale basen Concentratie Bestendigheid
Natrium tot 50 % goed
Kalium tot 50 % goed
Ammonia geconcentreerd goed
Ammoniak vloeistof/gas goed
Niet-organische zuren Concentratie Bestendigheid
Zoutzuur tot 10 % goed
Zwavelzuur tot 10 % goed
Fosforzuur tot 50 % goed
Salpeterzuur alle concentraties slecht
Chroomzuur 10 % slecht
Zwafeltrioxide 10 % beperkt
37. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 37 van 40
Andere niet-organische stoffen Concentratie Bestendigheid
Water goed
Zeewater goed
Bleekoplossing beperkt
Waterstofperoxide tot 20 % goed
Zuurstof goed
Waterstof goed
Ozon tot 10 % beperkt
Fluor slecht
Chloor slecht
Broom slecht
Landbouwbestrijdingsmiddelen goed
Kaliumpermanganaat 5 % slecht
Geconcentreerde zoutoplossingen goed
Organische basen Concentratie Bestendigheid
Aniline puur beperkt
Pyridine puur beperkt
Ureum goed
Di-ethanolamine 20 % goed
Koolwaterstoffen Concentratie Bestendigheid
Methaan goed
Propaan goed
Butaan goed
Acetyleen goed
Benzeen goed
Tolueen goed
Xyleen goed
Styreen goed
Cyclohexaan goed
Nafthaleen goed
Freon 12 goed
Freon 22 goed
Hexaan goed
Alcoholen Concentratie Bestendigheid
Methanol goed
Ethanol goed
Butanol goed
Glycerine goed
Glycol goed
Benzyl alcohol beperkt
38. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 38 van 40
Aldehydes en Ketonen Concentratie Bestendigheid
Aceton goed
Aceetaldehyde goed
Cyclohexanon goed
Butanon goed
Methyl-iso-butylketon goed
Benzaldehyde goed
Gehalogeneerde oplossingen Concentratie Bestendigheid
Broommethaan goed
Chloormethaan goed
Trichlooretheen goed
Tetrachlooretheen goed
Tetrachloormethaan slecht
Trichloorethaan beperkt
Diverse organische verbindingen Concentratie Bestendigheid
Fenol slecht
Zout goed
Ester goed
Ether goed
Tetrahydrofuraan goed
2-Chloorethanol slecht
Etheenoxide goed
Koolstofdisulfide goed
Furfurylalcohol goed
Diacetonalcohol goed
Glucose goed
Dimethylformamide goed
39. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 39 van 40
Diverse stoffen Concentratie Bestendigheid
Lichtgas goed
Olie goed
Vet goed
Bier goed
Wijn goed
Vruchtensap goed
Normale benzeen goed
Benzine met hoog octaangetal goed
Kerosine goed
Ruwe olie goed
Melk goed
Mosterd goed
Zeepoplossing goed
Azijn goed
Pindaolie goed
40. Fire & Security Solutions
Installatie- & inbedrijfstelhandleiding "Alarmline LWM-1" systeem
___________________________________________________________________________________
SenseTek B.V. • Abberdaan 162 • 1046 AB • Amsterdam • T: +31 (0)20 6131611 • F: +31 (0)20 6132212
W: www.sensetek.nl • E: info@sensetek.nl
Handboek Alarmline LWM-1/Rev 9 Pagina 40 van 40
7 Foutopsporing
Foutindicatie Reden Actie
De gele storings-
LED knippert
Sensorkabel defect Meet de weerstand van de
sensorkabel tussen rood en
blauw respectievelijk wit en
oranje = onder 100 Ω,
weerstand tussen blauw en
wit = normaliter in het bereik
van MΩ bij 20 °C. Als de
meting afwijkt, controleer de
volgende twee oorzaken.
Beschermende coating van de
rode en oranje-gekleurde
sensorkabel niet verwijderd
Verwijder de coating van de
aders
De afsluitset-verbindingen zijn niet
juist gemonteerd
Soldeer opnieuw
Kalibratieschakelaar MAX op "0" Stel de kalibratieschakelaars
correct in voor Max- en Diff-
alarm volgens de richtlijnen in
deze handleiding.
Isolate "ON" Zet DIP-switch voor ‘Isolate’
op “off” (zie afb. 2.2, pag. 9).
Ext. Reset-aansluiting niet juist
afgesloten
Sluit de ext. reset aansluiting
(zie afb. 4.1, pagina 33) af
met een 8.2 kΩ weerstand.
Groene LED
'normaal bedrijf' licht
niet op
Voedingsspanning te laag of + en
– zijn verwisseld
Controleer met een
multimeter of de spanning
tussen pin 1 = - en pin 2 = +
tussen 10 en 30 V ligt.
BMC geeft storing en
de LWM-1 niet of
omgekeerd
Bedradingsfout Het storingsrelais van de
LWM-1 controller is actief
tijdens normaal bedrijf. De
afsluitweerstand van de BMC
aansluiting moet tussen de
klemmen CM en NO van het
storingscontact geplaatst
worden.
LWM-1 controller
geeft een alarm,
maar de BMC niet
Isolate DIP-switch "ON" Zet de Isolate DIP-switch op
”off”.
Bedradingsfout Zet de DIP-switch 'MAX+DIFF
alarm gecombineerd' op “on”
en verbind de BMC alarm-
aansluiting op een
alarmrelais.