The 8-year Monitoring Urban Species (MUS) project in the Netherlands found that the House Sparrow population, after decades of decline, has now stabilized at a low level. Highest House Sparrow numbers were found in newer residential areas built after World War 2, offering hope that the species may recover if suitable habitat is provided. However, populations still vary between cities and regions, with higher numbers in the sandy soils of the southern Netherlands. The MUS survey engaged over 750 volunteers to monitor bird populations in urban areas and will continue to assess population trends and habitat preferences.
Op de landelijke vogelaarsdag van SOVON in Nijmegen van zaterdag 26 nov. jl. werd voor de vierde keer de SOVON-Vrijwilliger van het Jaar verkozen. Deze prestigieuze prijs wordt ieder jaar uitgereikt aan die ene ‘supervrijwilliger’ die –meestal al vele jaren- zeer actief is voor SOVON. Dit jaar viel de eer te beurt aan Henk Castelijns van Natuurberschermingsvereniging de Steltkluut uit Zeeland.
Geolocators onthullen trekwegen en overwinteringsgebieden Nederlandse boerenz...Sovon Vogelonderzoek
In het kader van ‘het jaar van’ zijn er in het broedseizoen van 2011 Boerenzwaluwen uitgerust met
zogenaamde geolocators, lichtgevoelige chips waarmee trekwegen van zangvogels in kaart gebracht
kunnen worden. In dit verhaal presenteer ik de eerste resultaten van dit onderzoek aan de hand van 8
Boerenzwaluwen die dit voorjaar met werkende chip terugkeerden. Ik zal onder andere onthullen waar
deze vogels overwinterd hebben, en wat hun trekwegen in herfst en voorjaar zijn. Daarnaast zal ik
ingaan op de timing van de trek, en onthullen waarom de aankomst van Boerenzwaluwen in 2012 deels
verlaat was.
The 8-year Monitoring Urban Species (MUS) project in the Netherlands found that the House Sparrow population, after decades of decline, has now stabilized at a low level. Highest House Sparrow numbers were found in newer residential areas built after World War 2, offering hope that the species may recover if suitable habitat is provided. However, populations still vary between cities and regions, with higher numbers in the sandy soils of the southern Netherlands. The MUS survey engaged over 750 volunteers to monitor bird populations in urban areas and will continue to assess population trends and habitat preferences.
Op de landelijke vogelaarsdag van SOVON in Nijmegen van zaterdag 26 nov. jl. werd voor de vierde keer de SOVON-Vrijwilliger van het Jaar verkozen. Deze prestigieuze prijs wordt ieder jaar uitgereikt aan die ene ‘supervrijwilliger’ die –meestal al vele jaren- zeer actief is voor SOVON. Dit jaar viel de eer te beurt aan Henk Castelijns van Natuurberschermingsvereniging de Steltkluut uit Zeeland.
Geolocators onthullen trekwegen en overwinteringsgebieden Nederlandse boerenz...Sovon Vogelonderzoek
In het kader van ‘het jaar van’ zijn er in het broedseizoen van 2011 Boerenzwaluwen uitgerust met
zogenaamde geolocators, lichtgevoelige chips waarmee trekwegen van zangvogels in kaart gebracht
kunnen worden. In dit verhaal presenteer ik de eerste resultaten van dit onderzoek aan de hand van 8
Boerenzwaluwen die dit voorjaar met werkende chip terugkeerden. Ik zal onder andere onthullen waar
deze vogels overwinterd hebben, en wat hun trekwegen in herfst en voorjaar zijn. Daarnaast zal ik
ingaan op de timing van de trek, en onthullen waarom de aankomst van Boerenzwaluwen in 2012 deels
verlaat was.
Natura_1_2014_lr_Amsterdam_thema ecologische verbindingen_artikel Natuur in de grote stad
1.
1
2
3
4
5
Natuur in de grote stad
Het KNNV-jaarthema van 2014 is ’Natuur in je omgeving’. Natura belicht de komende
nummers een aantal steden en dorpen, waar veel is gebeurd voor de natuur in de
stad. We beginnen met Amsterdam.
Amsterdam heeft een bijzondere ruimtelijke
structuur. Een stad aan het water, het IJ, met
vingers van groen, de scheggen, die diep het
stedelijke weefsel binnendringen. Vanuit
het westen (de Bretten, Spaarndam), het
zuiden (Amstelland, Amsterdamse Bos), het
oosten (de Diemer-scheg met Amsterdam-
Rijnkanaal, Diemerpark/Flevopark) en het
noorden (Noorderpark-Waterland) is de stad
zo verbonden met het ommeland.
Stadsecoloog Geert Timmermans van de
Dienst Ruimtelijke Ordening licht toe: “De
stad is natuurlijk in eerste instantie een
mensenbiotoop. Toch komen er in stede
lijke gebieden heel veel soorten dieren en
planten voor. In Amsterdam leven bijvoor
beeld wel 10.000 verschillende diersoorten.
Op de website van de gemeente1
kun je via
interactieve kaarten bekijken waar de bio
diversiteit hoog is, en hoe de ecologische
structuur van de stad er uitziet. Die hebben
we helemaal in kaart gebracht.”
In Amsterdam leven diersoorten die op
grond van de Europese of Nederlandse wet
geving zijn beschermd. Alle vleermuizen, de
rugstreeppad en de Noordse woelmuis zijn
Europees beschermd. Geert: “De speciale
ondersoort van de Noordse woelmuis komt
alleen in Nederland voor, het is onze panda
beer. Ook broedvogels als gierzwaluw, boom
valk en slechtvalk zijn beschermde soorten,
evenals de ringslang, de rugstreeppad en
de rivierdonderpad (een visje). We zetten
ons natuurlijk ook in voor de meer alge
mene soorten, maar de beschermde soorten
hebben een streepje voor.”
Ecologische verbindingszone
Net als de mens gebruiken dieren in de stad
allerlei routes om zich te verplaatsen, bij
voorbeeld om voedsel te zoeken, of om een
partner te vinden. Dieren kunnen zich langs
ecologische zones in de stad verplaatsen,
maar in de stad is de kans op een barrière wel
veel groter dan in de vrije natuur. Het gevaar
van barrières is dat er geïsoleerde popula
ties ontstaan die minder levensvatbaar zijn.
Voor de biodiversiteit is dat een slechte zaak.
Geert: “In het ecologische structuurplan zijn
zo’n 180 knelpunten opgenomen die we
voor 2020 willen hebben weggewerkt.”
Onlangs is één zo’n knelpunt opgelost langs
de Diemerzeedijk via de nieuwe ecologische
verbindingszone Bovendiep, vlakbij IJburg
(zie kaart). Het project is uitgevoerd samen
met Provincie Noord-Holland, Natuurmonu
menten en stadsdeel Amsterdam-Oost. Voor
de Diemerzeedijk zijn kleine rieteilandjes
aangelegd. Tussen de dijk en de eilandjes
is een ondiepte ontstaan. Tussen de stort
stenen rond de eilandjes ontstaan geschikte
biotopen voor de rivierdonderpad. Ook voor
de winde, de rietvoorn en de snoek zijn het
aantrekkelijke biotopen; ze kunnen daar
in de ondiepte paaien. Water- en rietvogels
zullen er zeker ook van profiteren evenals de
ringslang en meervleermuis. De eilandjes en
ondiepten vormen een laatste schakel in de
ecologische verbindingszone langs de oevers
van de IJsselmeerdijk tussen het Gooi en
Waterland.
Tunnels, bruggen en opstapjes
Ook is een kleine tunnel onder het wegdek
van de Diemerzeedijk aangelegd. Geert: “Er
werden hier veel ringslangen doodgereden,
maar nu kruipen ze via de tunnel onder de
weg door van IJburg naar de Amsterdam-
Rijnkanaal zone (de ARK-zone.) en vice
versa. Via sporenonderzoek weten we dat
ook verschillende kleine zoogdieren van de
tunnel gebruik maken.”
Een ander probleem is de beschoeiing van
het Amsterdam-Rijnkanaal. Die is zo steil en
hoog dat dieren de kant niet op kunnen klim
men. Regelmatig verdrinken daardoor reeën
en andere dieren als ze het kanaal willen
oversteken. Op een aantal plekken is daarom
een fauna-uittreedplaats (FUP) gemaakt,
zodat de dieren het water kunnen verlaten.
Geert: “Er worden veel minder verdronken
dieren gevonden, dus we nemen aan dat de
dieren deze FUPs weten te vinden.”
Uniek zijn de eekhoornbruggen in stadsdeel
Zuid. Geert: “Zowel in het Amstelpark als in
het Amsterdamse Bos leven veel eekhoorns,
en die willen elkaar ontmoeten om te paren.
Maar er liggen een aantal drukke, brede
wegen tussen beide parken. Om die te over
bruggen hebben we hangbruggen tussen
de bomen gemaakt, van drie touwen met
Tekst Goos van der Sijde
Beeld Goos van der Sijde en
Geert Timmermans / DRO Amsterdam.
Overzicht met de plannen voor faunapassages in en rond Amsterdam. Groen en donkergroen geven resp. de hoofdgroen-
structuur en ecologische structuur aan. Vijf typen faunapassages komen aan bod. 1: vooroever met rieteilandjes, van de
Ecologische Verbindingszone (EVZ) Bovendiep; 2: faunapassages onder het wegdek van de Diemerzeedijk; 3: een fauna-
uittreedplaats (FUP) in de oever van het Amsterdam-Rijnkanaal; 4: faunapassages (eekhoornbruggen); 5: vispassage bij
gemaal Amerikahaven bij Halfweg.
16
Natura_nr1.indd 16 07-03-14 10:22
2. een hangmatje ertussen.” Sinds de brug
is gebouwd zijn er geen eekhoorns meer
doodgereden, en buurtbewoners hebben
eekhoorns op de brug gezien. “Maar ik heb
graag het ultieme bewijs, een foto”, vertelt
Geert enthousiast.” Daarom is er een prijs
vraag uitgeschreven: degene die de eerste
foto maakt van een eekhoorn op de brug,
mag een dag met mij meelopen!”
Vispassage
Heel trots is Geert Timmermans op de
vispassage die in 2013 is gemaakt bij het
gemaal in de Amerikahaven ter hoogte van
Halfweg. “We gaan actief op zoek naar part
ners om projecten te realiseren, want het
zijn vaak dure aanpassingen. Amsterdam
heeft niet het geld om alles zelf te bekosti
gen. Bij deze vispassage waren Rijkswater
staat en het Hoogheemraadschap Rijnland
de uitvoerders.” Uiteraard wordt ook beke
ken of de oplossingen in de praktijk werken.
Geert: “Op een avond eind mei 2013 zagen
we dat de glasaal massaal gebruikmaakt van
de vispassage. We berekenden dat zeker een
kwartmiljoen glasaaltjes tussen april en sep
tember langs het gemaal zwemmen. Visjes
die zesduizend kilometer hier vandaan in de
Sargasso-zee zijn geboren en na een zwem
tocht van twee jaar Nederland bereiken, en
nu eindelijk via de vispassage in zoet water
verder op kunnen groeien. Toen ik al die
glasaaltjes zag, werd ik er bijna emotioneel
van.”
Volg Geert Timmermans op Twitter:
@Stadsecoloog020
Literatuur
1. http://www.amsterdam.nl/toerisme-vrije-
tijd/groen-natuur/ecologie/biodiversiteit/
2. Het Grote Groenonderzoek
Het Grote Groenonderzoek dat in Amsterdam
werd gehouden in 1996, 2008, 2013 omvat
een enquête onder het publiek en laat de
waarde van het groen zien voor de bewo-
ners en voor de stad. Het groen wordt niet
alleen gezien als recreatieve maar ook als een
belangrijke economische factor.
http://www.amsterdam.nl/toerisme-vrije-
tijd/groen-natuur/nieuws/groennieuws/
groen-dichtbij-huis/
De rivierdonderpad is een van de soorten die profiteert
van de EVZ.
Aanleg van eilandjes voor de Ecologische Verbindingszone
langs de Diemerzeedijk.
Stadsnatuur op de agenda
In Amsterdam zorgde de publicatie van het boek ‘Haring in ’t IJ’ (1991, auteurs Martin Melchers
en Geert Timmermans) ervoor dat ‘natuur in de stad’ op de agenda kwam. Het boek opende
de ogen van publiek, media, beleidsmakers en bestuurders. Daarnaast bleek uit onderzoek en
publieksenquêtes (het Grote Groen Onderzoek2
) dat investeren in groen loont: het vergroot
de aantrekkingskracht van de stad om er te wonen en te werken. Het Bureau Stadsecologie
werd opgericht, maar aanvankelijk keken planologen en landschapsarchitecten toch wat vreemd
aan tegen hun nieuwe collega’s. Planologen en biologen stonden in visie en uitwerking vaak
lijnrecht tegenover elkaar. Dat veranderde rond het jaar 2000 toen stadsecologen met planolo-
gen en landschapsarchitecten gingen samenwerken in het ‘planteam ruimte’ binnen de Dienst
Ruimtelijke Ordening. Planologen en landschapsarchitecten profiteerden van de kennis van eco-
logen, en andersom. Achtereenvolgende bestuurders hebben groen en ecologie een belangrijke
plek op de agenda gegeven.
Een resultaat van deze samenwerking is de in 2011 door de gemeenteraad vastgestelde
Structuurvisie 2040 van de stad Amsterdam. Daarin spelen biodiversiteit en de ecologische
structuur voor het eerst een wezenlijke rol. De ecologische structuur is planologisch vastgelegd,
knelpunten zijn geïnventariseerd en er zijn plannen gemaakt om ze op te lossen. Dat biodiver-
siteit nu een plek heeft gekregen in het belangrijkste ruimtelijke beleidsdocument van de stad,
tekent de mentaliteitsverandering die in de afgelopen jaren heeft plaatsgevonden.
Een faunauittreedplaats maakt het voor dieren mogelijk de
oever van het Amsterdam-Rijnkanaal op te komen.
De ringslangtunnel onder de weg wordt ook door kleine
zoogdieren en amfibieën gebruikt.
Een panorama van de Ecologische
Verbindingszone (EVZ) Bovendiep aan de
oostzijde van Amsterdam. Linksboven
zie je IJburg en een stuk van de rond-
weg, in het midden camping Zeeburg,
onderaan de Amsterdamse brug en
rechts het Amsterdam-Rijnkanaal.
De gele eilandjes met riet zijn nieuw
gemaakt. Ze vormen een soort voor
oever met ondieptes en zijn interessant
voor allerlei diersoorten. Ze maken de
ecologische verbinding tussen Gooi en
Waterland compleet.
2014 jaargang 111 Natura nr. 1 17
Natura_nr1.indd 17 07-03-14 10:22