SlideShare a Scribd company logo
Handboog Schieten
spieren Trapezius. 				Schouderspier. deltoideus.				Schouderspier Fasciaanterior Pars media Fasciaposterior Bisepbrachii				bovenarmspieren Caputlongum				bovenop Cauptbrevis Trisepbrachii				bovenarmspieren Caput medialis				onderop Caputlongum Bachiali Latissimusdorsi 				Rug spier
botten
Botten in het grieks Botten de arm: ,[object Object]
11.humerus (opperarmbeen) (2)
12.ulna (ellepijp) (2)
13. radius (spaakbeen) (2)
25. Clavicula (Sleutelbeen)(2)
29. Scapula (Schouderblad) (2),[object Object]
Gewrichten scharniergewricht bijvoorbeeld het ellebooggewricht en het kniegewricht  kogelgewricht bijvoorbeeld het schoudergewricht en het heupgewricht  draaigewricht bijvoorbeeld de twee bovenste nekwervels: de atlas en de draaier  Rolgewricht Het gewricht waarmee het spaakbeen en de ellepijp om elkaar heen kunnen draaien  Ellipsvormig gewricht bijvoorbeeld het bovenste polsgewricht zadelgewricht bijvoorbeeld het gewricht tussen handpalm en duim
Begin stand
1e Beweging Beweging:  ,[object Object],Spieren: -Musculus flexor digitorum superficialis  (oppervlakkige vingerbuiger) Onder op je arm gezien
2e Beweging Beweging: -Flexie in de ellenboog -elevatie van de schouder Spieren: Trapezius. 				Schouderspier. deltoideus.				(Schouderspier) Fasciaanterior Pars media Fasciaposterior Bisepbrachii			(bovenarmspieren) Caputlongum			(bovenop) Cauptbrevis Trisepbrachii				bovenarmspieren Caput medialis				onderop Caputlongum Bachiali m. Brachioradialis
3de Beweging  Beweging. Extensie in de vinger  laat de pees los. Spieren : Musculusextensordigitorum (Gemeenschappelijke vingerstrekker)

More Related Content

Similar to Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

Spieren en pezen
Spieren en pezenSpieren en pezen
Spieren en pezen
Jasper Vreugdenhil
 
Vlinderslag
VlinderslagVlinderslag
Vlinderslag
SwimCare
 
Het skelet
Het skeletHet skelet
Het skelet
Thomas Soetewey
 
Schoolslag
SchoolslagSchoolslag
Schoolslag
SwimCare
 
Gewrichten
GewrichtenGewrichten
Gewrichten
Thomas Soetewey
 
Een ongewone schouderklacht
Een ongewone schouderklachtEen ongewone schouderklacht
Een ongewone schouderklachtDani van Riesen
 

Similar to Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen] (7)

Alles over gewrichten
Alles over gewrichtenAlles over gewrichten
Alles over gewrichten
 
Spieren en pezen
Spieren en pezenSpieren en pezen
Spieren en pezen
 
Vlinderslag
VlinderslagVlinderslag
Vlinderslag
 
Het skelet
Het skeletHet skelet
Het skelet
 
Schoolslag
SchoolslagSchoolslag
Schoolslag
 
Gewrichten
GewrichtenGewrichten
Gewrichten
 
Een ongewone schouderklacht
Een ongewone schouderklachtEen ongewone schouderklacht
Een ongewone schouderklacht
 

Handboog schieten stefan blekkenhorst [automatisch opgeslagen]

  • 2. spieren Trapezius. Schouderspier. deltoideus. Schouderspier Fasciaanterior Pars media Fasciaposterior Bisepbrachii bovenarmspieren Caputlongum bovenop Cauptbrevis Trisepbrachii bovenarmspieren Caput medialis onderop Caputlongum Bachiali Latissimusdorsi Rug spier
  • 4.
  • 9.
  • 10. Gewrichten scharniergewricht bijvoorbeeld het ellebooggewricht en het kniegewricht kogelgewricht bijvoorbeeld het schoudergewricht en het heupgewricht draaigewricht bijvoorbeeld de twee bovenste nekwervels: de atlas en de draaier Rolgewricht Het gewricht waarmee het spaakbeen en de ellepijp om elkaar heen kunnen draaien Ellipsvormig gewricht bijvoorbeeld het bovenste polsgewricht zadelgewricht bijvoorbeeld het gewricht tussen handpalm en duim
  • 12.
  • 13. 2e Beweging Beweging: -Flexie in de ellenboog -elevatie van de schouder Spieren: Trapezius. Schouderspier. deltoideus. (Schouderspier) Fasciaanterior Pars media Fasciaposterior Bisepbrachii (bovenarmspieren) Caputlongum (bovenop) Cauptbrevis Trisepbrachii bovenarmspieren Caput medialis onderop Caputlongum Bachiali m. Brachioradialis
  • 14. 3de Beweging Beweging. Extensie in de vinger laat de pees los. Spieren : Musculusextensordigitorum (Gemeenschappelijke vingerstrekker)
  • 15.
  • 16. M. Palmarislongus (Lange handpalmspier)
  • 17. Musculus flexor digitorum superficialis (oppervlakkige vingerbuiger)
  • 18. klaar
  • 19. Beweging Bijlage Abductie - Adductie We hebben het over abductiewanneer er vanuit de neutrale nulstand een ledemaat in het frontale vlak van het lichaam af wordt bewogen.Adductieis wanneer er vanuit de neutrale nulstand een ledemaat in het frontale vlak naar het lichaam toe wordt bewogen.Abductie en adductie kunnen plaats vinden in het schoudergewricht en het heupgewricht.Bij abductie en adductie in het polsgewricht worden ook wel eens de termen 'ulnaireabductie' en 'radiale abductie' gebruikt.Lateroflexie De term 'lateroflexie' wordt voornamelijk gebruikt om bewegingen van de schedel en het bovenlichaam aan te duiden, wanneer er vanuit de neutrale nulstand in het frontale vlak wordt bewogen. Deze bewegingen komen vanuit de wervelkolom. Flexie - Extensie Flexie en extensie zijn de algemene benamingen voor buigingen en strekkingen van het lichaam.Flexie betekent buiging.Extensie betekent strekking.Anteflexie - Retroflexie Er is sprake van anteflexiewanneer er vanuit de neutrale nulstand een ledemaat naar voren wordt bewogen.We hebben het over retroflexie wanneer er vanuit de neutrale nulstand een ledemaat naar achteren wordt bewogen.Anteflexie en retroflexie kunnen in het schoudergewricht en het heupgewricht plaatsvinden. Plantairflexie/ Palmairflexie - Dorsaalflexie Bij plantairflexiewordt de voet vanuit het enkelgewricht, vanuit de neutrale nulstand, naar beneden bewogen.Bij palmairflexiewordt de hand vanuit het polsgewricht, vanuit de neutrale nulstand, naar de palmzijde bewogen.Dorsaalflexieis voor zowel het enkelgewricht als het polsgewricht te gebruiken.Wanneer het wordt gebruikt voor het enkelgewricht, dan wordt de voet vanuit het enkelgewricht, vanuit de neutrale nulstand, naar boven bewogen, richting het scheenbeen.Al hebben we het over over het polsgewricht, dan wordt de hand vanuit het polsgewricht, vanuit de neutrale nulstand, richting de rugzijde van de hand bewogen.
  • 20. Endorotatie - Exorotatie Endorotatieis wanneer er vanuit de neutrale nulstand een ledemaat in het transversaal vlak en om de longitudinale as naar binnen wordt gedraaid.exorotatieis wanneer er vanuit de neutrale uitgangshouding een ledemaat in het transversaal vlak en om de longitudinale as naar buiten wordt gedraait.Endorotatie en exoratie kunnen plaatsvinden in het schoudergewricht, het heupgewricht, bij gebogen knie en in het kniegewricht. Protractie - Retractie Bij protractie wordt het schouderblad vanuit de neutrale nulstand naar voren bewogen.Bij retractie wordt het schouderblad vanuit de neutrale nulstand naar achteren bewogen, richting de wervelkolom.Elevatie - Depressie Wanneer er sprake is van elevatie dan wordt vanuit de neutrale nulstand het schouderblad omhoog bewogen.Bij depressie wordt het schouderblad vanuit de neutrale uitgangshouding naar beneden bewogen. Laterorotatie - Mediorotatie Er wordt gesproken over laterorotatiewanneer vanuit de neutrale uitgangshouding het schouderblad met zijn onderste punt naar buiten draait.Bij mediorotatiedraait de onderste punt van het schouderblad vanuit de neutrale nulstand naar binnen, richting de wervelkolom.Pronatie - Supinatie De termen pronatie en supinatiezijn specifiek voor het enkelgewricht en de onderarm.Het enkelgewricht:Bij pronatie in het enkelgewricht wordt de buitenrand van de voet (de kant van de kleine teen) opgetrokken. Dit wordt ook wel eversiegenoemt.Supinatiein het enkelgewricht is wanneer de binnenrand van de voet (de kant van de grote teen) wordt opgetrokken. Dit wordt ook wel inversie genoemt. De onderarm:In de onderarm is er sprake van pronatie wanneer vanuit de neutrale nulstand de hand naar binnen wordt gedraaid.Wanneer de hand vanuit de neutrale nulstand naar buiten wordt gedraaid is er sprake van supinatie.Circumductie Circumductieis een circelbeweging. Het is een meervoudige beweging die tegelijkertijd plaatsvindt om meerdere assen. Dit kan alleen uitgevoerd worden in 2-assige en in 3-assige gewrichten