SlideShare a Scribd company logo
1 of 9
Ice-broker
Hello, I am Victor from Brazilian Polyglot club, I am 55 years old and retired. I worked as doctor, with speciality
in clinical laboratory, but I love to learn languages. I am now retired, and dedicate to medical translation and
language learning I was born at Minas Gerais, lived for two years in Brasília and for 27 years in Salvador. I
enjoy speaking English, Spanish, French, German and Dutch, I am trying to learn Russian and Italian. I speak
intermediate Dutch. I enjoy reading books: I have read some classics but I prefer Fantasy, Science book and
thrillers. I also enjoy watching films on Netflix.
Hello, I am Leticia from Brazilian Polyglot club, I…
And you?
1. Where are you from?
2. Where do you live?
3. What languages do you speak?
4. What books do you like?
5. What films do you enjoy?
6. What are your hobbies?
Intro
We would like to make the group enjoyable for everyone, so we need to have some information. This is not a
compulsory questioning, so feel free to answer what you wish.
1. Dutch level:
2. Other languages:
3. Personal interests:
4. Education:
5. Why do you want to practice Dutch?
6. Interests – films, books, themes etc:
7. Have you been to the Netherlands?
8. Do you have any suggestion?
IJsbraker
Hallo, ik ben Victor, van de Braziliaanse Polyglot-club. Ik ben 55 jaar oud en met pensioen. Ik werkte als dokter,
met specialiteit in het klinisch laboratorium, maar ik leer graag talen. Nu ben ik met pensioen, en ik zet me in
voor medische vertaling, en ook talen leeren Ik ben in Minas Gerais geboren. Ik woonde twee jaar in Brasília
en 27 jaar in Salvador. Ik spreek graag Engels, Spaans, Frans, Duits en Nederlands; en ik probeer Russisch
en Italiaans te leren. Ik spreek gemiddeld Nederlands. Ik lees graag boeken, ik heb wat klassiekers gelezen,
maar ik geef de voorkeur [= ik mag heel graag] aan Fantasy, Sciencefiction en thrillers. Ik kijk ook graag naar
films op Netflix.
Hallo, ik ben Leticia van Brazilain Polyglot club, Ik……….
En jij?
1. Waar kom je vandaan?
2. Waar woon je?
3. Welke talen spreek je?
4. Welke boeken lees je graag?
5. Van welke films geniet je?
6. Wat zijn je hobby's?
Intro
We willen de groep voor iedereen leuk maken, so hebben we sommige informatie nodig. We willen de groep
voor iedereen leuk maken, dus we hebben wat informatie nodig. Dit is geen verplichte vraag, dus voel je vrij
om te beantwoorden wat je wilt
1. Nederlands niveau
2. Andere talen
3. Persoonlijke interesses
4. Onderwijs
5. Waarom wil je Nederlands leren??
6. Interesses - films, boeken, thema's etc
7. Ben je in Nederland geweest?
8. Heeft u een suggestie?
To know who someone is
Dutch English
Wie ben jij? Who are you?
Ik ben Tom. I am Tom.
Hoe heet jij? What is your name?
Ik heet Tom. My name is Tom.
Wat is jouw naam? What is your name?
Mijn naam is Tom [Sawier]. My name is Tom [Sawyer].
To know where somebody is from or lives
Dutch English
Waar kom jij vandaan? Where are you from?
Ik kom uit Amsterdam. I am from Amsterdam.
Waar woon jij? Where do you live?
Ik woon in Eindhoven. I live in Eindhoven.
To know how old someone is* Have a look at the numbers below
Dutch English
Hoe oud ben jij? How old are you?
Ik ben 20 jaar oud. I am 20 years old.
Wanneer ben je jarig? When is your birthday?
Ik ben op 5 april jarig. My birthday is on the 5th of April.
To know which languages someone speaks
Dutch English
Welke talen spreek jij? Which languages do you speak?
Ik spreek Nederlands, Engels, Duits en Frans. I speak Dutch, English, German and French.*
Spreekt u Nederlands? Do you speak Dutch?
Ja, ik spreek (een beetje) Nederlands. Yes, I speak (a little) Dutch.
Nee, ik spreek geen Nederlands. No, I do not speak Dutch.
* Some Languages/Sommige talen
Portuguese, French, Dutch, German, English, Russian, Italian, Spanish, Hungarian, Chinese, Japanese,
Hindi,
Portugees, Frans, Nederlands, Duits, Engels, Russisch, Italiaans, Spaans, Hongaars, Chinees, Japans,
Hindi,
To know about someone's family
Dutch English
Ben je getrouwd? Are you married?
Ja, ik ben getrouwd. Mijn man/vrouw heet ... Yes, I am married. My husband's / wife's name is …
I am divorced Ik ben gescheiden
I have a boyfriend/girfriend Ik heb een vriend / vriendin
Nee, ik ben vrijgezel. No, I am single.
Heb je kinderen? Do you have children?
Ja, ik heb een zoon/dochter. Yes, I have a son/daughter.
Ja, ik heb 2 kinderen. Yes, I have 2 children.
Nee, ik heb (nog) geen kinderen. No, I do not have any children (yet).
Heb je broers of zussen? Do you have any siblings?
Ja, ik heb een broer/zus. Yes, I have a brother/sister.
Nee, ik ben enig kind. No, I am an only child.
1To know what someone's hobbies are or job is
Dutch English
Wat zijn je hobby's? What are your hobbies?
Heb je hobby's? Do you have hobbies?
Mijn hobby is tennissen. My hobby is playing tennis.
Mijn hobby's zijn voetballen en lezen. My hobbies are playing football and reading.
Waar werk jij? Where do you work? [at what place or enterprise]
Wat voor werk doe jij? What is your job? [What do you work as]
Ik werk bij Philips. I work at Philips.
Ik ben dokter. I am a doctor.
Ik werk als boekhouder. I work as an accountant.
Some exercices
You can do some exercises at that link:
https://www.colanguage.com/introducing-yourself-dutch
Conversation
Hallo, leuk je te ontmoeten. Hello, it’s nice to meet you.
My name is Kevin. Mijn naam is Kevin.
Ik kom uit Nederland. I’m from Netherlands.
Ik woon in Amsterdam. I live in Amsterdam.
Ik ben al een jaar Nederlands aan het leren. I’ve been learning Dutch for a year.
Ik ben 27 jaar oud. I’m 27 years old.
Ik ben leraar. I’m a teacher.
Een van mijn hobby’s is lezen. One of my hobbies is reading.
Ik lees graag boeken I like to read books
Ik hou van stopmuziek I like Pop musik
Ik ga graag naar de bioscoop I love to go to the movies [cinema]
Days of the week
Monday — maandag (ma.)
Tuesday — dinsdag (di.)
Wednesday — woensdag (wo.)
Thursday — donderdag (do.)
Friday — vrijdag (vr.)
Saturday — zaterdag (za.)
Sunday — zondag (zo.)
Months
January — januari (jan.)
February — februari (febr.)
March — maart (mrt.)
April — april (apr)
May — mei.
June — juni.
July — juli.
August — augustus (aug.)
Présent – être et avoir / Present – to be and to have
Dutch Fr (En) Dutch Fr (en)
IK ben je suis (am) heb j'ai (have)
JE bent tu es (are) hebt tu as (have)
U (forme polie) bent vous êtes (are) hebt vous avez (have)
HIJ / ZE / HET is il / elle / c'est (is) heeft il / elle / … a (has)
WE zijn nous sommes (are) nous hebben avons (have)
JULLIE zijn vous êtes (are) vous hebben avez (have)
ZE zijn ils sont (are) hebben ils ont (have)
The Numbers
0 nul
1 een 1st eerste
2 twee 2nd tweede
3 drie 3rd drede
4 vier 4th vierde
5 vijf 5th vijfde
6 zes 6th zesde
7 zeven 7th zevende
8 acht 8th achtste
9 negen 9th negende
10 tien 10th tiende
11 elf 11th elfde
12 twaalf 12th twaalfde
13 dertien 13th dertiende
14 veertien 14th veertiende
15 vijftien 15th vijftiende
16 zestien 16th zestiende
17 zeventien 17th zeventiende
18 achttien 18th achttiende
19 negentien 19th negentiende
20 twintig 20th twintigste
21 eenentwintig 21st eenentwintigste
22 tweeëntwintig 22nd tweeëntwintigste
23 drieëntwintig 23rd drieentwintigste
30 dertig 30th dertigste
40 veertig 40th veertigste
50 vijftig 50th vijftigste
60 zestig 60th zestigste
70 zeventig 70th zeventigste
80 tachtig 80th tachtigste
90 negentig 90th negentigste
100 honderd 100th honderdste
101 honderd en een 101st honderd en eerste
110 honderd tien 110th honderd tiende
200 tweehonderd 200th tweehonderdste
1,000 duizend 1,000th duizendste
1,001 duizend en een 1,001st duizend en eerste
million een miljoen millionth miljoenste
billion een miljard billionth miljardste

More Related Content

More from Victor Lage de Araujo MD,IFCAP,MSc (10)

Organoiden
OrganoidenOrganoiden
Organoiden
 
003 glossar
003 glossar003 glossar
003 glossar
 
002 text01
002 text01002 text01
002 text01
 
002 text01 (1)
002 text01 (1)002 text01 (1)
002 text01 (1)
 
001.intro
001.intro001.intro
001.intro
 
Caligrafia russa 1
Caligrafia russa 1Caligrafia russa 1
Caligrafia russa 1
 
Adjetivos (7)
Adjetivos (7)Adjetivos (7)
Adjetivos (7)
 
002.time
002.time002.time
002.time
 
002.time
002.time002.time
002.time
 
001.introducao
001.introducao001.introducao
001.introducao
 

001.intro

  • 1. Ice-broker Hello, I am Victor from Brazilian Polyglot club, I am 55 years old and retired. I worked as doctor, with speciality in clinical laboratory, but I love to learn languages. I am now retired, and dedicate to medical translation and language learning I was born at Minas Gerais, lived for two years in Brasília and for 27 years in Salvador. I enjoy speaking English, Spanish, French, German and Dutch, I am trying to learn Russian and Italian. I speak intermediate Dutch. I enjoy reading books: I have read some classics but I prefer Fantasy, Science book and thrillers. I also enjoy watching films on Netflix. Hello, I am Leticia from Brazilian Polyglot club, I… And you? 1. Where are you from? 2. Where do you live? 3. What languages do you speak? 4. What books do you like? 5. What films do you enjoy? 6. What are your hobbies?
  • 2. Intro We would like to make the group enjoyable for everyone, so we need to have some information. This is not a compulsory questioning, so feel free to answer what you wish. 1. Dutch level: 2. Other languages: 3. Personal interests: 4. Education: 5. Why do you want to practice Dutch? 6. Interests – films, books, themes etc: 7. Have you been to the Netherlands? 8. Do you have any suggestion?
  • 3. IJsbraker Hallo, ik ben Victor, van de Braziliaanse Polyglot-club. Ik ben 55 jaar oud en met pensioen. Ik werkte als dokter, met specialiteit in het klinisch laboratorium, maar ik leer graag talen. Nu ben ik met pensioen, en ik zet me in voor medische vertaling, en ook talen leeren Ik ben in Minas Gerais geboren. Ik woonde twee jaar in Brasília en 27 jaar in Salvador. Ik spreek graag Engels, Spaans, Frans, Duits en Nederlands; en ik probeer Russisch en Italiaans te leren. Ik spreek gemiddeld Nederlands. Ik lees graag boeken, ik heb wat klassiekers gelezen, maar ik geef de voorkeur [= ik mag heel graag] aan Fantasy, Sciencefiction en thrillers. Ik kijk ook graag naar films op Netflix. Hallo, ik ben Leticia van Brazilain Polyglot club, Ik………. En jij? 1. Waar kom je vandaan? 2. Waar woon je? 3. Welke talen spreek je? 4. Welke boeken lees je graag? 5. Van welke films geniet je? 6. Wat zijn je hobby's?
  • 4. Intro We willen de groep voor iedereen leuk maken, so hebben we sommige informatie nodig. We willen de groep voor iedereen leuk maken, dus we hebben wat informatie nodig. Dit is geen verplichte vraag, dus voel je vrij om te beantwoorden wat je wilt 1. Nederlands niveau 2. Andere talen 3. Persoonlijke interesses 4. Onderwijs 5. Waarom wil je Nederlands leren?? 6. Interesses - films, boeken, thema's etc 7. Ben je in Nederland geweest? 8. Heeft u een suggestie?
  • 5. To know who someone is Dutch English Wie ben jij? Who are you? Ik ben Tom. I am Tom. Hoe heet jij? What is your name? Ik heet Tom. My name is Tom. Wat is jouw naam? What is your name? Mijn naam is Tom [Sawier]. My name is Tom [Sawyer]. To know where somebody is from or lives Dutch English Waar kom jij vandaan? Where are you from? Ik kom uit Amsterdam. I am from Amsterdam. Waar woon jij? Where do you live? Ik woon in Eindhoven. I live in Eindhoven. To know how old someone is* Have a look at the numbers below Dutch English Hoe oud ben jij? How old are you? Ik ben 20 jaar oud. I am 20 years old. Wanneer ben je jarig? When is your birthday? Ik ben op 5 april jarig. My birthday is on the 5th of April.
  • 6. To know which languages someone speaks Dutch English Welke talen spreek jij? Which languages do you speak? Ik spreek Nederlands, Engels, Duits en Frans. I speak Dutch, English, German and French.* Spreekt u Nederlands? Do you speak Dutch? Ja, ik spreek (een beetje) Nederlands. Yes, I speak (a little) Dutch. Nee, ik spreek geen Nederlands. No, I do not speak Dutch. * Some Languages/Sommige talen Portuguese, French, Dutch, German, English, Russian, Italian, Spanish, Hungarian, Chinese, Japanese, Hindi, Portugees, Frans, Nederlands, Duits, Engels, Russisch, Italiaans, Spaans, Hongaars, Chinees, Japans, Hindi, To know about someone's family Dutch English Ben je getrouwd? Are you married? Ja, ik ben getrouwd. Mijn man/vrouw heet ... Yes, I am married. My husband's / wife's name is … I am divorced Ik ben gescheiden I have a boyfriend/girfriend Ik heb een vriend / vriendin Nee, ik ben vrijgezel. No, I am single. Heb je kinderen? Do you have children? Ja, ik heb een zoon/dochter. Yes, I have a son/daughter. Ja, ik heb 2 kinderen. Yes, I have 2 children. Nee, ik heb (nog) geen kinderen. No, I do not have any children (yet). Heb je broers of zussen? Do you have any siblings? Ja, ik heb een broer/zus. Yes, I have a brother/sister. Nee, ik ben enig kind. No, I am an only child.
  • 7. 1To know what someone's hobbies are or job is Dutch English Wat zijn je hobby's? What are your hobbies? Heb je hobby's? Do you have hobbies? Mijn hobby is tennissen. My hobby is playing tennis. Mijn hobby's zijn voetballen en lezen. My hobbies are playing football and reading. Waar werk jij? Where do you work? [at what place or enterprise] Wat voor werk doe jij? What is your job? [What do you work as] Ik werk bij Philips. I work at Philips. Ik ben dokter. I am a doctor. Ik werk als boekhouder. I work as an accountant. Some exercices You can do some exercises at that link: https://www.colanguage.com/introducing-yourself-dutch Conversation Hallo, leuk je te ontmoeten. Hello, it’s nice to meet you. My name is Kevin. Mijn naam is Kevin. Ik kom uit Nederland. I’m from Netherlands. Ik woon in Amsterdam. I live in Amsterdam. Ik ben al een jaar Nederlands aan het leren. I’ve been learning Dutch for a year. Ik ben 27 jaar oud. I’m 27 years old. Ik ben leraar. I’m a teacher. Een van mijn hobby’s is lezen. One of my hobbies is reading. Ik lees graag boeken I like to read books Ik hou van stopmuziek I like Pop musik Ik ga graag naar de bioscoop I love to go to the movies [cinema]
  • 8. Days of the week Monday — maandag (ma.) Tuesday — dinsdag (di.) Wednesday — woensdag (wo.) Thursday — donderdag (do.) Friday — vrijdag (vr.) Saturday — zaterdag (za.) Sunday — zondag (zo.) Months January — januari (jan.) February — februari (febr.) March — maart (mrt.) April — april (apr) May — mei. June — juni. July — juli. August — augustus (aug.) Présent – être et avoir / Present – to be and to have Dutch Fr (En) Dutch Fr (en) IK ben je suis (am) heb j'ai (have) JE bent tu es (are) hebt tu as (have) U (forme polie) bent vous êtes (are) hebt vous avez (have) HIJ / ZE / HET is il / elle / c'est (is) heeft il / elle / … a (has) WE zijn nous sommes (are) nous hebben avons (have) JULLIE zijn vous êtes (are) vous hebben avez (have) ZE zijn ils sont (are) hebben ils ont (have)
  • 9. The Numbers 0 nul 1 een 1st eerste 2 twee 2nd tweede 3 drie 3rd drede 4 vier 4th vierde 5 vijf 5th vijfde 6 zes 6th zesde 7 zeven 7th zevende 8 acht 8th achtste 9 negen 9th negende 10 tien 10th tiende 11 elf 11th elfde 12 twaalf 12th twaalfde 13 dertien 13th dertiende 14 veertien 14th veertiende 15 vijftien 15th vijftiende 16 zestien 16th zestiende 17 zeventien 17th zeventiende 18 achttien 18th achttiende 19 negentien 19th negentiende 20 twintig 20th twintigste 21 eenentwintig 21st eenentwintigste 22 tweeëntwintig 22nd tweeëntwintigste 23 drieëntwintig 23rd drieentwintigste 30 dertig 30th dertigste 40 veertig 40th veertigste 50 vijftig 50th vijftigste 60 zestig 60th zestigste 70 zeventig 70th zeventigste 80 tachtig 80th tachtigste 90 negentig 90th negentigste 100 honderd 100th honderdste 101 honderd en een 101st honderd en eerste 110 honderd tien 110th honderd tiende 200 tweehonderd 200th tweehonderdste 1,000 duizend 1,000th duizendste 1,001 duizend en een 1,001st duizend en eerste million een miljoen millionth miljoenste billion een miljard billionth miljardste