1. It’s the trust, stupid!
De huidige kredietcrisis is onderdeel van een dieper probleem: een fundamenteel gebrek aan
vertrouwen dat een zware wissel trekt op de Nederlandse economie. Banken die elkaar geen
geld durven te lenen omdat ze elkaar niet vertrouwen; bedrijven die geen krediet krijgen door
gebrek aan vertrouwen; burgers en politiek die elkaar over en weer niet vertrouwen, instituten
als woningcorporaties blijken onbetrouwbaar en het consumentenvertrouwen is tot een
dieptepunt is gedaald en waardoor consumptieve bestedingen ernstig teruglopen. We hebben te
maken met een vertrouwenscrisis. Ik zie in vertrouwen niet het probleem, maar de oplossing
voor herstel van groei.
De gevolgen van deze vertrouwenscrisis worden maandelijks groter. Sinds de crisis in 2008 in
alle hevigheid losbarstte, zijn er in Nederland vanaf 1 januari 2009 25.946 bedrijven failliet
gegaan. En die negatieve spiraal zet door: in het eerste kwartaal van 2012 waren er 2.304
bedrijfsfaillissementen, 20% meer vergeleken met het eerste kwartaal van vorig jaar. Deze trend
zal zich voortzetten omdat er een fundamentele basis van vertrouwen ontbreekt bij alle partijen
in het systeem. Gevolgen zijn een gebrek aan krediet, versterkt door een afnemende vraag en
onvoldoende financiële weerbaarheid en innovatiekracht van ondernemers.
Banken moeten over stevige kapitaalbuffers beschikken om financiële klappen op te vangen. Dat
kan niet blijvend op de belastingbetaler worden afgewenteld en dus zal de bank daar als
kapitaalverschaffer zelf voor moeten zorgen. Daarom weegt bij kredietverstrekking de eigen
risicoafwegingen van de bank zwaar mee ten opzichte van bijvoorbeeld de vaak goede credit
ratings van de aanvragende bedrijven. Ook heeft de steun aan sommige banken weinig effect op
de reële economie. Het geld rolt dus niet zo gemakkelijk meer richting bedrijfsleven. Minder
krediet leidt tot minder liquiditeit; minder liquiditeit leidt tot een slechter economisch klimaat;
een slechter economisch klimaat leidt tot strengere eisen tussen leveranciers en afnemers; en dit
leidt tot minder vertrouwen en tot oplopende betalingstermijnen; en dat alles leidt weer tot
negatieve bijstellingen van de kredietwaardigheid en toename van financiële problemen bij
bedrijven en faillissementen. Een bank is misschien too big to fail, maar deze drastische stijging
van faillissementen is inmiddels too many to ingnore! Een vicieuze cirkel.
Het gebrek aan voldoende krediet in het MKB leidt ook tot ontwikkeling van alternatieve
kredietvormen. De bekendste is leverancierskrediet, of te wel crowd-funding avant-la-lettre.
Want ondernemers die elkaar op rekening leveren, vormen samen al decennia lang de grootste
bank van Nederland. Voor deze vormen van (leveranciers)kredietverlening is eveneens
wederzijds vertrouwen en transparantie noodzakelijk. Het MKB is immers de motor van onze
economie; krediet is de brandstof; en vertrouwen is de smeerolie die de motor soepel laat lopen.
De politiek is verlamd door een vertrouwenscrisis tussen overheid en burgers, zoals de
Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) deze week vaststelde. Het is de vraag
of politieke partijen in staat zijn voor de vervroegde verkiezingen van september het
vertrouwen van de burger te herwinnen. Want de broodnodige duidelijkheid over hervormingen
kan niet nog langer op zich laten wachten. Dus ook voor de politiek geldt: it’s the trust, stupid!.
Maatregelen die vertrouwen herstellen zijn dé duurzame oplossing voor de huidige recessie.
De politiek-economische oplossingen voor de crisis zijn abstract en ver van ons bed, terwijl de
gevolgen inmiddels in de eigen straat en portemonnee merkbaar worden. Bedrijven en ook
burgers zijn geen deel van de oplossing, afstand en wantrouwen groeit zo verder. Vertrouwen is
allerminst een soft argument in de harde discussie over krediet. Duidelijke regels en heldere
tijdige informatie-uitwisseling tussen partijen helpt bij het herstellen van vertrouwen. We zijn in
een controlekramp geschoten. Misschien prettig voor politici en toezichthouders, omdat dit
controleerbaar en meetbaar is. Het geeft houvast, maar bijt je in de staart. Nieuwe capital
requirements voor banken bijvoorbeeld, maken het een bank juist moeilijker de kredietverlening
aan het MKB op peil te houden. Controle en toezicht zijn belangrijk, maar het activeert de
partijen in de echte economie niet. Want het levert geen relevante informatie en zekerheid voor
2. belangrijke krediet- of investerings- of koop-beslissingen die noodzakelijk zijn om onze
economie een stimulans te geven.
Ik zie geen gecoördineerd informatiebeleid binnen de overheid. De samenhang ontbreekt als het
gaat om bijvoorbeeld bedrijfsregistratie, deponeringsplicht, privacywetgeving. De overheid
moet transparantie gaan zien als middel om het vertrouwen – en daarmee de economie - te
herstellen. Uitgangspunt van een dergelijk beleid zou liberalisering van informatie moeten zijn.
Bedrijven moeten zeggenschap en regie krijgen over hun eigen informatie, maar ook
verantwoordelijkheid nemen. Juist bij bedrijfsinformatie bestaat een sterke wederkerigheid;
bedrijven hebben een belang bij eigen regie, bijvoorbeeld financiële PR. En de economie is
gebaat bij transparantie van de markt en de partijen in de markt.
Vertrouwen herstellen is moeilijker dan bezuinigen. De duurzame oplossing ligt in het herstel
van relaties en vertrouwen. Dat leidt tot meer interactie tussen politiek, burgers, consumenten,
bedrijven en financiers, en zo tot meer business. Bedrijven moeten hierin ook zelf actief worden.
Krediet en klanten krijg je niet zomaar, dat verdien je ook door relevante, betrouwbare en tijdige
informatie te geven aan stakeholders. Bedrijven moeten meer actief ownership claimen over
hun eigen informatie. Ook in financieel moeilijke tijden is het belangrijk helder te zijn met
relevante informatie. Transparantie betekent niet ongebreideld alles in de openbaarheid gooien,
maar doelgericht werken aan vertrouwensrelaties door middel van informatie. Dit is de nieuwe
norm. Ik roep bedrijven op openheid van zaken te geven. Niet omdat het moet, maar omdat het
vertrouwen geeft aan werknemers, klanten, financiers en leveranciers. Het komt jezelf en de BV
Nederland ten goede.
Gertjan Kaart
http://twitter.com/gertjankaart
Amsterdam, 25 mei 2012