Teksten en liederen die geprojecteerd werden tijdens de 33ste zondag door het jaar - (B33 2021) op Ten Bos – Sint Amanduskerk Erembodegem. De teksten van onze vieringen zijn te vinden op de website: https://www.kerknet.be/parochie-aalst-hopparochie/inspiratie/vieringen-op-ten-bos
Roeping. Instapviering voor de Eerste Communicanten (Ten Bos 2024)
De vijgenboom toont de tekenen van de tijd (B33 2021) Ook Sint Maarten op bezoek
1.
2. S i n t M a a r t e n r e e d d o o r w e e r e n w i n d ,
z i j n v u r i g p a a r d d r o e g h e m g e z w i n d ,
S i n t M a a r t e n r e e d m e t v o l l e m o e d ,
z i j n m a n t e l d e k t h e m w a r m e n g o e d .
3. E e n o u d e m a n s t o n d a a n d e b a a n ,
h i j k e e k d e r i d d e r s m e k e n d a a n ,
" O c h h e l p m i j t o c h u i t d e z e n o o d ,
i k v o n d h i e r i n d e k o u d e d o o d ? "
4. S i n t - M a a r t e n w a s z e e r a a n g e d a a n ,
h i j b l e e f v o o r d ' a r m e b e d ’ l a a r s t a a n ,
h i j t r o k z i j n s l a g z w a a r d u i t d e s c h e e ,
e n s n e e d z i j n m a n t e l v l u g i n t w e e .
5. D e o u d e m a n k w a m s ' n a c h t s w e e r o m ,
h i j h a d d e h a l v e m a n t e l o m ,
h i j s p r a k t o t M a a r t e n z o n d e r s p o t ,
e n z e i : " I k b e n d e l i e v e G o d " .
6.
7. Nada te turbe, nada te espante:
quien a Dios tienne nada te falta
Nada te turbe, nada te espante:
só lo Dios basta.
Laat niets je verontrusten,
laat niets je beangstigen.
Wie God heeft, ontbreekt niets,
God alleen is genoeg
(Theresia van Avilla / Taizé)
10. Wat geen oog heeft gezien,
geen oor heeft gewaagd te horen,
wat ons vaderen niet durfden dromen,
zijn wij...dia di dia... geworden: deze wereld.
Doden onbegraven,
één woestenij uw stad.
Opgejaagd, prijsgeschoten,
als kleinwild afgeslacht
dia di dia... uw allerliefste mensen.
Door stormen van geweld,
voortgejaagden, zijn wij.
Aan molenstenen vastgeklonken,
als verdoemden zijn wij:
Dia di dia... zijn wij: deze wereld.
11. Wat geen oog heeft gezien,
geen oor heeft gewaagd te horen,
wat ons vaderen niet durfden dromen,
zijn wij...dia di dia... geworden: deze wereld.
Doden onbegraven,
één woestenij uw stad.
Opgejaagd, prijsgeschoten,
als kleinwild afgeslacht
dia di dia... uw allerliefste mensen.
Door stormen van geweld,
voortgejaagden, zijn wij.
Aan molenstenen vastgeklonken,
als verdoemden zijn wij:
Dia di dia... zijn wij: deze wereld.
12. Wat geen oog heeft gezien,
geen oor heeft gewaagd te horen,
wat ons vaderen niet durfden dromen,
zijn wij...dia di dia... geworden: deze wereld.
Doden onbegraven,
één woestenij uw stad.
Opgejaagd, prijsgeschoten,
als kleinwild afgeslacht
dia di dia... uw allerliefste mensen.
Door stormen van geweld,
voortgejaagden, zijn wij.
Aan molenstenen vastgeklonken,
als verdoemden zijn wij:
Dia di dia... zijn wij: deze wereld.
13.
14. [Voorganger]
Ik herken mij in het geloof van de mensen
die oog hebben
voor de nieuwe tekenen van de tijd.
van de mensen
die worden bevrijd van een te grote druk
en eindelijk durven spreken.
15. [Allen]
Ik herken mij in het geloof van de mensen
die oog hebben voor allen die worden vergeten.
die het geknakte riet
en de kwijnende vlam in hun omgeving
opmerken
en in stilte het onrecht proberen te herstellen
.
16. [Voorganger]
Ik herken mij in het geloof van mensen rondom mij
die zich laten leiden door vertrouwen en geduld
en angst geen baas laten zijn.
[Allen]
Ik herken mij in het geloof van de mensen
die over de grenzen heen
elkaar ontmoeten en leren waarderen.
17. [Voorganger]
Ik herken mij in het geloof van alle mensen
die door alle pijn en verdriet heen
blijven zoeken naar het Licht,
naar God als Vader van alle mensen.
18. [Allen]
Zo slaat het verdriet van deze tijd,
de pijn van zovelen me niet neer,
maar juist daarin hoor ik Gods stem,
in Jezus, de Gezalfde,
die me de weg wijst die leidt naar een toekomst
waarin een diepe vreugde
ons geschonken zal worden
vanuit de Goddelijke Liefdesbron.
19.
20. Ubi caritas et amor
Ubi caritas, deus ibi est.
Daar waar vriendschap is en liefde,
daar is God
(Tizé)
21.
22. Is onze toekomst vastgelopen,
zien wij geen licht en redding meer,
geen rechte weg om op te lopen,
daalt donker op de aarde neer,
breek Jij dan in ons leven binnen,
zeg Jij ons nieuwe toekomst aan,
doe Jij ons dan opnieuw beginnen,
roep Jij ons om jouw weg te gaan.
23. Laat dan aan ons jouw woord geschieden,
breng ons in licht, en vuur ons aan.
Wees er voor ons, troost ons verdriet en
wek onze wil om op te staan.
Wat Jij beloofd hebt, laat dat komen
aarde vol van gerechtigheid.
Breng ons de vrede die wij dromen,
kom over ons, verhaast de tijd.
(Steehouder
Michaël
/
Peter
Biesbrouck)
24.
25. [Voorganger]
Jij, die komt, na de verschrikkelijke dagen van verschrikking
na het krijgsgeweld van stomme mensvergeten Goden;
Jij enige, onder het puin van de machthebberij
en het gruis van de hebzucht vandaan gekropen;
Jij enige,
door chaos van angst en waanzin heengebroken, —
Geest van leven die geroepen hebt:
nooit meer slaven,
nooit meer lijken,
laat ons ménsen maken!
26. [Allen]
Dring tot ons door,
krijg vat op ons,
zodat wij toch nog herschapen worden.
.
27. [Voorganger]
Jij, die als eerste
de boog van geweld en verwoesting in Noach’s tijd
hebt omgebogen tot een symbool van ommekeer,
een regenboog van solidariteit,
verdraagzaamheid in diversiteit,
[Allen]
ga ons voor, Vader
laat ons niet los,
juist niet in deze dagen,
nu de aarde dreigt om te komen
onder een orkaan van macht en geweld
28. [Voorganger]
Jij, die door een geschiedenis van bloed en tranen
en dwars door zeeën van roofzucht en verachting
blijft hopen op en nieuw begin.
Jij, die geweldloos toegang zoekt tot ons
en ons bezweert,
dat wij de aarde eindelijk gaan bewonen
en niet nog verder verwoesten,
29. [Allen]
Help ons een nieuw begin te vinden,
ban het virus van cynisme uit onze harten
en voer ons in een proces van geloof en ommekeer;
dat wij de dodelijke energie ten bate van enkelen
zullen kunnen ombuigen
tot de scheppende energie ten dienste van allen;
dat we alsnog orde leren scheppen,
de vruchten van de aarde, de lucht en het water
eerlijk leren delen. (rechtstaan)
30. [Voorganger]
Dat wij heden nog jouw Kind van Vrede volgen,
jouw Zoon, die rechtvaardige uit Nazareth,
die zijn brood niet wilde eten
zonder te hongeren naar bevrijding
en die de beker niet wilde drinken
onder te dorsten naar gerechtigheid.
……..
Wij breken en delen
als teken van onze vastberadenheid,
dat het ons menens is,
dat we een nieuw begin willen maken:
31. [Allen]
een wereld waar menswaardigheid is voor iedereen,
waar niemand nog verzuipt in ellende,
en niemand moet zuipen
om zijn ellende te vergeten.
Daarom houden we mantels klaar,
en stappen we schroomvol
de wereld van naakte armoede binnen.
Geef ons de moed om onze mantels te delen,
om onze mantels uit te delen,
hier, vandaag, en alle dagen.
32. Onze Vader, die in de hemel zijt,
Uw naam worde geheiligd,
Uw rijk kome,
Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood
en vergeef ons onze schulden,
zoals ook wij vergeven aan onze schuldenaren
en breng ons niet in beproeving
maar verlos ons van het kwade.
Want van U is het koninkrijk
en de kracht en de heerlijkheid
in eeuwigheid, amen.
37. Zie ginds komt Gods droom al,
weer iets dichterbij,
in woorden en klank
maar daar blijft het niet bij.
Straks zie je ons wroeten,
we pogen steeds weer
die droom waar te maken,
en ‘t lukt min of meer.
38. De Sint komt weer bij ons
hij roept ons weer toe:
blijf samen geloven,
hou stand, word niet moe,
Durf delen je mantel,
en warm je bij mij,
dan rijdt God niet stilletjes
ons hartje voorbij.
(Peter
Biesbrouck
/
‘Zie
ginds
komt
de
stoomboot)