SlideShare a Scribd company logo
1 of 18
Download to read offline
Onderzoekspracticum Financieel Recht
Groepsopdracht 1 juristen/niet-juristen
De externe accountant onder vuur
Een onderzoek naar de rol van de externe accountant tijdens de bankencrisis 2009.
Door
Maja Cakardic (294565mc@eur.nl)
Maarten-Bas Oosterdijk (409683mo@eur.nl)
Alyssia Pronk (417176ap@eur.nl)
Arnold Ramman (330027pr@eur.nl)
Samantha van Wetten (334861sw@eur.nl)


Pagina ! van !1 18
MSc. Financieel Recht
Erasmus Universiteit Rotterdam
2014-2015
Studenten
Maja Cakardic
294565mc@eur.nl
Maarten-Bas Oosterdijk
409683mo@eur.nl
Alyssia Pronk
417176ap@eur.nl
Arnold Ramman
330027pr@eur.nl
Samantha van Wetten
334861sw@eur.nl
Docenten
Mr. A. Galle
Prof. Mr. S. Hijink
Datum
17 Oktober 2014
Totaal aantal pagina’s
18
Totaal aantal pagina’s (excl. literatuurlijst)
12

Pagina ! van !2 18
Inhoudsopgave


Inhoudsopgave 3..............................................................................................................
1. Inleiding 4....................................................................................................................
2. Rol van de externe accountant bij beursgenoteerde ondernemingen 5........................
2.1 Algemene bepaling externe accountant 5..........................................................................
2.2 Eisen voor externe accountant 5........................................................................................
2.3 Toezicht op de accountant 7...............................................................................................
3.Wettelijke mogelijkheden pro-actiever optreden accountants 7....................................
3.1 De accountant en Corporate Governance Code 7..............................................................
3.2 De accountant en art. 2:393 BW 7.....................................................................................
3.3 Informatie en meldingsplicht 8..........................................................................................
4. Verbetering door voorstellen Barnier en Plasterk of niet? 9........................................
5. Tekortschietende rol van de accountant in de praktijk 11............................................
6. Mogelijkheden ter verbetering rol van de accountant 12............................................
6.1 Informatiekloof: integratie toezicht en controle 12...........................................................
6.2 Verwachtingskloof: signaleringsfunctie accountant 13.....................................................
6.3 Conclusie en aanbevelingen 14.........................................................................................
7. Conclusie 14.................................................................................................................
Literatuurlijst 16...............................................................................................................
Pagina ! van !3 18
1. Inleiding
Sinds 2008 verkeert de wereldwijde economie in zwaar weer. De eerste tekenen van de recessie waren al
merkbaar in december 2007 toen de zeepbel klapte en de huizenmarkt in de Verenigde Staten instortte.
Doordat een groot aantal Amerikanen de maandelijkse hypotheeklasten niet langer konden opbrengen, vielen
een hoop banken om. De gebeurtenissen beperkten zich niet alleen tot de VS, maar breidden zich ook uit1
naar de Europese en Aziatische banken. Veel Europese banken hadden namelijk geïnvesteerd in de
risicovolle en zeer complexe financiële producten. Achteraf bleken deze producten minder waard te zijn,
waardoor veel banken recordverliezen leden. Het gevolg hiervan was dat de overheid moest ingrijpen om de
banken overeind te houden. Het Belgisch-Nederlandse Fortis en het Nederlandse ABN AMRO werden2
bijvoorbeeld genationaliseerd. De hoofdoorzaak van de financiële problemen is herleidbaar tot de sterke
verwevenheid van de internationale financiële markten. De problematiek bij de banken zorgde er ook voor
dat het bedrijfsleven onder druk kwam te staan. De bedrijven konden hierdoor moeilijk aan kredieten komen
en het vertrouwen in de economie daalde (Unger, 2009:77-78). Vijf jaar na het ontstaan van de bankencrisis
wordt de schuldvraag gesteld. De Commissie de Wit haalt o.a. hard uit naar de accountant: “De accountant,
als externe toezichthouder, heeft niet zijn maatschappelijke taak kunnen waarmaken om zorg te dragen voor
een begrijpelijke en toereikende toelichting op de jaarrekening van financiële instellingen. De beroepsgroep
dient samen met de AFM nadere kwaliteitseisen op te stellen waaraan een jaarrekening moet voldoen.”3
Kamerlid Ronald Plasterk (PvdA) is met nieuwe voorstellen gekomen om de toezichthouder AFM meer
bevoegdheden te geven om de accountantscontrole te verbeteren. De Europese Commissaris komt4
bovendien met veranderingen betreffende de externe accountant en beoogd daarmee het vertrouwen in de
accountantscontrole te versterken. In dit kader komen ook wij met aanbevelingen. Onze hoofdvraag luidt:5
“In hoeverre zijn er mogelijkheden om de maatschappelijke rol van de externe accountants in het toezicht op
financiële instellingen te verbeteren, aangezien zij niet in staat zijn gebleken te waarschuwen voor de
bankencrisis onder de in 2009 geldende wet en regelgeving?”
De hoofdvraag is als volgt onderverdeeld:
• Wat is de rol van de externe accountant bij beursgenoteerde ondernemingen?
• Welke mogelijkheden had de externe accountant volgens de in 2009 geldende wet en regelgeving om
meer proactief te handelen?
• In hoeverre vormen de voorstellen van Barnier en Plasterk een verbetering van de maatschappelijke rol
van de accountant?
• Welke mogelijkheden zijn er naar onze mening om de rol van de accountant in het toezicht op financiële
instellingen te versterken?
In de eindconclusie wordt de hoofdvraag beantwoord en formuleren wij aanbevelingen om de rol van de
accountant in het toezicht op financiële instellingen te verbeteren. Er zal zowel vanuit juridisch als
economisch perspectief worden gekeken, maar de nadruk zal voornamelijk worden gelegd op het juridische
perspectief, aangezien het merendeel wetten en regelgeving betreft.
Pagina ! van !4 18
Europa-nu, http://www.europa-nu.nl/id/vhrtcvh0wnip/economische_crisis, bezocht op 11 oktober 2014.1
Europa-nu, http://www.europa-nu.nl/id/vhrtcvh0wnip/economische_crisis, bezocht op 11 oktober 2014.2
Accountancynieuws, http://www.accountancynieuws.nl/actueel/accountancymarkt/commissie-de-wit-kritisch-over-rol-accountants.3
92120.lynkx#.VDuzLr5UST8, bezocht op 12 oktober 2014.
Mavim, http://www.mavim.nl/Ronald-Plasterk-wil-veranderingen-accountantsregels, bezocht op 11 oktober 2014.4
MAB, http://www.mab-online.nl/artikel/892/De-voorstellen-van-Europees-Commissaris-Barnier-voor-het-hervormen-van-de-auditmarkt, bezocht5
op 11 oktober 2014.
2. Rol van de externe accountant bij beursgenoteerde
ondernemingen
2.1 Algemene bepaling externe accountant
Degene die verantwoordelijk is voor de uitvoering van een wettelijke controle (op de jaarrekening) is de
externe accountant (ook wel openbare accountant). De accountantsorganisatie heeft daarvoor een vergunning
nodig. Er ontstaat een overeenkomst tussen de accountantsorganisatie en de controlecliënten, waarbij de
accountant de kwaliteit van de uitvoering van de wettelijke controleopdrachten waarborgt. De externe
accountant is verantwoordelijk voor de gehele uitvoering van de controle, dus voor het controleplan, voor de
uitvoering van de werkzaamheden, voor de bevindingen, voor de uit de bevindingen getrokken conclusies en
voor het oordeel dat blijkt uit de verklaring. Art. 2.393, lid 1 BW verplicht de beursgenoteerde onderneming6
om haar jaarrekening door een accountant te laten controleren. Een accountantsverklaring is ook in de
financiële sector de belangrijkste houvast voor bijvoorbeeld aandeelhouders en andere gebruikers van het
jaarverslag en de jaarrekening bij het beoordelen van getrouwheid van jaarcijfers. De externe accountant7
vervult dus een belangrijke rol als vertrouwenspersoon in het maatschappelijke verkeer. Hierbij is wel
essentieel van belang dat de externe accountant bij de wettelijke controle onafhankelijk en objectief is.
Uitgaande van de agency-theorie, kan er een informatie-asymmetrie ontstaan tussen de informatie die het
management van de onderneming heeft en de informatie die terecht komt bij een externe belanghebbende
(Deegan & Unerman, 2011).
De accountant vervult dan de functie als onafhankelijke tussenpersoon die deze informatie-
asymmetrie doorbreekt. Daarbij waarborgt het aan de ene kant de betrouwbaarheid van de jaarrekening, maar
uit het rapport van Commissie de Wit blijkt dat deze verklaring voor de buitenwereld moeilijk te begrijpen
is. Het is de taak van de account om in de financiële verantwoordingsinformatie van de financiële instelling8
zowel meer inzichtelijk als begrijpelijk te maken voor de doelgroep, de aandeelhouders. De accountant is
volgens Commissie de Wit niet in staat geweest om de enorme complexiteit van de huidige jaarrekeningen
van een begrijpelijk beeld te voorzien. Tevens is er ook sprake van een kloof tussen hetgeen in het
maatschappelijke verkeer wordt verwacht van de accountants en de daadwerkelijke rol die de accountant kan
en tevens ook zou willen spelen, oftewel de principal-agency theorie. Dit is mede de oorzaak van de
complexiteit van verantwoordingsinformatie en tekortkomingen in de signaleringsfunctie van de accountant.9
Kortom, de externe accountant is vaktechnisch verantwoordelijk voor de uitvoering van de controle
namens de accountantsorganisatie. In het register van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) wordt door10
de accountantsorganisatie opgegeven welke personen als externe accountant mogen optreden. Het register is
alleen bedoeld om aan te tonen wie namens de accountantsorganisatie kunnen optreden als externe
accountant. Degene die vermeld staat als externe accountant in het register van de AFM is vaktechnisch11
verantwoordelijk voor de uitvoering van een wettelijke controleopdracht.
2.2 Eisen voor externe accountant
De eisen waaraan een externe accountant moet voldoen zijn: (1) registeraccountant of Accountant-
Administratieconsulent met certificeringbevoegdheid zijn, (2) bij de accountantsorganisatie werkzaam of
verbonden zijn, (3) de gedrags- en beroepsregels die door NIVRA en NOvAA bij verordening worden
vastgesteld naleven en (4) de specifieke eisen die de Wta stelt naleven. Accountants die kunnen optreden als
Pagina ! van !5 18
Kamerstuk II, 31 980, Nr.46
Kamerstuk II, 31 980, Nr.47
Kamerstuk II, 31 980, Nr.48
Kamerstuk II, 31 980, Nr.49
AFM, http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.10
AFM, http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.11
externe accountant zijn in dienst van de accountantsorganisatie of kunnen eraan zijn verbonden. Niet alleen
eigenaren van accountantsorganisaties die hun beroep uitoefenen via een praktijkvennootschap kunnen zich
verbinden aan de accountantsorganisatie, ook andere accountants kunnen zich verbinden en voor die
organisatie optreden als externe accountant. Is er sprake van verbondenheid, dan is het noodzakelijk dat er12
een schriftelijke overeenkomst is, waarin de wederzijdse rechten en verplichtingen van de betreffende
persoon en de accountantsorganisatie zijn vastgelegd. De accountantsorganisatie heeft een zorgplicht over
haar externe accountants. Hiermee wordt bedoeld dat de accountantsorganisatie ervoor moet zorgen dat haar
externe accountants zich houden aan alle eisen die de wet aan externe accountants stelt. Tevens is zij ook
verantwoordelijk dat de externe accountant handelt volgens de in het stelsel van kwaliteitsbeheersing van de
accountantsorganisatie vastgelegde regels en procedures. De AFM kan de accountantsorganisatie op beide
punten aanspreken. De gedrags- en beroepsregels die door NIVRA en NOvAA bij verordening zijn13
vastgesteld moeten de externe accountants naleven.
Tevens is in de Wta opgenomen dat de externe accountant moet voldoen aan regels voor
vakbekwaamheid, onafhankelijkheid, objectiviteit en integriteit (Art.25 Wta). Er wordt verwezen naar de
Wta voor de invulling van deze regels en dan wel specifiek naar de beroepsregelementering die wordt
vastgesteld door het NIVRA en de NOvAA en in het bijzonder naar de gedrags- en beroepsregels. De meer
gedetailleerde regels over permanente educatie, onafhankelijkheid en de controlestandaarden (de huidige
Richtlijnen Accountantscontrole) zullen worden opgenomen in “Nadere Voorschriften”, waarnaar wordt
verwezen in de Verordening Gedragscode. Met vakbekwaamheid wordt bedoeld de deskundigheid, de14
vaardigheid en de ervaring die nodig zijn voor de te verrichten controle van een specifieke financiële
verantwoording van de externe accountant. Van de externe accountant wordt verwacht dat hij volgens de
beroepsregels zijn controles uitvoert. Doordat de externe accountant onafhankelijk handelt, waarborgt hij dat
zijn oordeel over de betrouwbaarheid van de financiële verantwoording objectief kan zijn, met andere
woorden niet wordt beïnvloedt door andere dan puur vaktechnische overwegingen. De
onafhankelijkheidsregels die zijn opgenomen in de huidige beroepsreglementering zullen ook na de
invoering van de Wta van toepassing zijn. Als laatste wordt er van de externe accountant verwacht dat hij
integer is.15
De Wta stelt ook nog een aantal specifieke eisen, dit betreft de geheimhouding, de melding van
fraudes en de melding van betrokkenheid bij een tuchtrechtsgeding. Onder geheimhouding wordt verstaan16
dat de externe accountant de gegevens die hij tijdens het verrichten van een wettelijke controle ter
beschikking krijgt en waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden
geheimhoudt, tenzij een wettelijk voorschrift hem verplicht tot mededeling (Art.26 Wta). Er is ook een
uitzondering die geregeld is in de Wta, namelijk de verlichting een redelijk vermoeden van fraude van
materieel belang te melden aan een politieambtenaar of een officier van justitie (Art. 26, lid 3). De account
hoeft dit alleen te melden als de cliënt in de ogen van de externe accountant geen ontoereikende maatregelen
heeft genomen om de fraude te herroepen en om herhaling te voorkomen. Details over deze regeling worden
uitgebreid behandeld in het Bta. Melding van betrokkenheid bij een tuchtrechtsgeding moet alleen
plaatsvinden aan de cliënt waarbij de wettelijke controle wordt verricht en niet aan al zijn andere wettelijke-
controlecliënten. Het gaat hier puur om de melding die de externe accountant moet doen (Art.30 jo. Art.31
Wta).17
Pagina ! van !6 18
AFM (a), http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.12
AFM (a), http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.13
AFM (a), http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.14
AFM (a), http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.15
AFM (a), http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.16
AFM (a), http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 1217
oktober 2014.
2.3 Toezicht op de accountant
Accountants hebben te maken met de toezichthouders op het financiële systeem en de financiële sector,
namelijk met DNB (De Nederlandse Bank) en AFM. Deze toezichthouders maken gebruik van de kennis van
de externe accountant bij de uitvoering van het toezicht. In Nederland geldt sinds 2005 de Wet toezicht18
accountantsorganisatie (Wta), waaraan accountants zich moeten houden. De toezichthouder van de Wta is de
AFM, die ervoor zorgt dat de accountants hun neutrale positie verstevigen, waardoor het publieke belang
gediend zal worden. De AFM toetst de externe accountants door te kijken naar het register en controleert19
bij NIRVA en NOvAA de naam en het inschrijvingsnummer. De AFM richt zich alert op bij signalen als
blijkt dat de externe accountants niet de gedrags- en beroepsregels en/of de specifieke Wta-eisen naleven.
Mocht dit dus het geval zijn, dan zal de AFM eerst nagaan of de accountantsorganisatie is tekortgeschoten in
de zorgplicht voor haar externe accountants, dan wel in de naleving van een ander aan haar gestelde
wettelijke verplichting. De AFM kan dan de accountantsorganisatie aanspreken, maar heeft deze niets
gedaan, dan kan een klacht tegen de betrokken externe accountant ingediend worden bij de
Accountantskamer of bij de Raden van Tucht, zolang de Wta nog niet in werking is getreden.20
3.Wettelijke mogelijkheden pro-actiever optreden accountants
De bankencrisis heeft duidelijk gemaakt dat de controlerende accountants en accountantsorganisaties niet in
staat waren te waarschuwen voor de crisis. De commissie-De Wit vraagt zich af welke toegevoegde waarde
een accountantsverklaring dan nog kan hebben voor de beoordeling of een financieel systeem gezond is en
welke rol de accountancy kan en wil spelen in het waarborgen van de stabiliteit van het financiële systeem.21
In dit onderdeel beantwoorden wij de vraag: Welke mogelijkheden had de externe accountant volgens de in
2009 geldende wet en regelgeving om meer proactief te handelen?
3.1 De accountant en Corporate Governance Code
Op grond van principe V.4 van de Nederlandse corporate governance code brengt de externe accountant naar
aanleidingen van zijn werkzaamheden verslag uit van zijn bevindingen aan de raad van bestuur en de raad
van commissarissen (RvC) in het kader van controle van de jaarrekening. De externe accountant kan in zijn
verslag aandacht besteden aan de kwaliteit van interne risicobeheersing- en controlesystemen en
bedreigingen en risico’s voor de vennootschap en de manier waarop daarover gerapporteerd dient te worden
in de te publiceren gegevens. Dit volgt uit de best practice bepaling V4.3 (de Waard, 2008:47). De primaire
taak van de externe accountant is bovenal beperkt tot het controleren van de financiële verantwoording van
de vennootschap, maar voor de uitvoering van zijn werkzaamheden kan het van belang zijn voor de
accountant om relevante risico’s voor de onderneming te onderkennen. Bijvoorbeeld maatschappelijke
vraagstukken als arbeidsomstandigheden, milieu, sociale omgeving en ondernemingsethiek (de Waard,
2008:47).
3.2 De accountant en art. 2:393 BW
De externe accountant is verantwoordelijk tegenover de klant en tegenover derden bij de controle. Zij mogen
afgaan op de inhoud van de accountantsverklaring. De externe accountant dient zijn klanten te wijzen op
tekortkomingen in diens verantwoording wanneer hiervan sprake is. Tegenover het publiek staat de
accountant ervoor in, voor zover hij heeft kunnen beoordelen dat de verantwoording in overeenstemming
met titel 9 van boek 2 is gedaan (lid 3)(Buisman, 1995:1-4). Het kiezen van de wijze van verantwoorden,
zoals het waarderingsstelsel, is aan degenen die de jaarrekening opstellen. De externe accountant controleert
Pagina ! van !7 18
Kamerstuk II, 31 980, Nr.418
AFM (b), http://www.afm.nl/nl/professionals/afm-voor/accountants/tz-accountantorg.aspx, bezocht op 14 oktober 2014.19
AFM, http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.20
Kamerstukken II, 31 980, Nr.4.21
of de keuze consistent toegepast is en of het leidt tot een aanvaardbare verantwoording. Overige gegevens
mogen niet in strijd zijn met de jaarrekening en minimuminhoud.22
Op grond van lid 4 brengt de externe accountant over zijn werkzaamheden verslag uit aan de RvC en
het bestuur. In het verslag worden vooral aanbevelingen gedaan over de boekhoudkundige situatie en op
welke manier in de toekomst de taak van de accountant en het inzicht van het bestuur tussentijds
gemakkelijker kan worden. Ten minste maakt de accountant melding van zijn bevindingen op het gebied van
betrouwbaarheid en continuïteit van de geautomatiseerde gegevens van de rechtspersoon.23
Uit lid 5 volgt dat de externe accountant de uitslag van het onderzoek weergeeft in een verklaring
omtrent de getrouwheid van de jaarrekening. Er kan een goedkeurende verklaring, een verklaring met
beperking, een afkeurende verklaring of een verklaring met deelonthouding zijn (lid 6). De soorten zijn sinds
2005 in de wet genoemd. De accountant geeft ook aan volgens welke controlestandaarden hij gewerkt heeft24
(Storm, 2009:85). Het is mogelijk voor de accountant in het verslag de aandacht te vestigen op een bepaald
punt zonder dat de goedkeurde verklaring ‘vermindert’ wordt. Er volgt een afzonderlijke mededeling van de
accountant in geval er tekortkomingen zijn. Als de onzekerheid nog te groot is komt er een verklaring met25
beperking. Is het gegeven beeld als geheel onzeker dan volgt ‘oordeelonthouding’; bijvoorbeeld wanneer de
continuïteit van de onderneming wordt bedreigd en wordt verantwoord als going concern .26
3.3 Informatie en meldingsplicht
De rol van een accountant is niet beperkt tot alleen het geven van een verklaring. Er is ook een wettelijke
informatie en meldingsplicht. Dit zijn uitzonderingen op de wettelijke geheimhoudingsplicht (Diekman,
2010:20). In art. 3:88 en 3:89 van de Wft is bepaald dat de externe accountant aan de DNB verplicht is alle
inlichtingen te verstrekken die de DNB redelijkerwijs nodig heeft voor adequate uitoefening van zijn taak als
toezichthouder. In art. 136 en 137 van het Besluit prudentie regels Wft zijn art. 3:88 en 3:89 verder
uitgewerkt.27
De informatie kan o.a. gaan over bedreigingen van het voortbestaan van de onderneming en het niet
naleven van bepaalde toezicht regelgeving door de onderneming. Wanneer de accountant geen goedkeurde
verklaring wil af geven of wanneer het nodig is dat bepaalde voorbehouden gemaakt worden, moet hij zo
snel mogelijk de bijbehorende informatie overleggen aan de DNB, in overleg met de betreffende
onderneming. Ook dient correspondentie van de externe accountant aan de onder toezicht staande
onderneming, voor zover die betrekking hebben op de accountantscontrole of de bevindingen interne
beheersing overlegd te worden aan de DNB. In de artikelen 107 en 108 besluit gedragstoezicht financiële28
ondernemingen Wft wordt de meldingsplicht naar de AFM uitgewerkt. Deze is nagenoeg dezelfde als bij de
DNB, maar omvat niet de bedreigingen voor het voortbestaan van de onderneming (Diekman, 2010:21).
Een andere uitzondering op de geheimhoudingsplicht is geregeld in de Wta. Het betreft hier melding
in geval van fraude. Op grond van art. 26 Wta is er de verplichting voor de externe accountant om een
redelijk vermoeden van fraude van materieel belang te melden aan het meldpunt KLPD. Er hoeft geen
melding gedaan te worden als er toereikende maatregelen genomen zijn deze fraude ongedaan te maken of
herhaling te voorkomen. Ten slotte is er een voor de externe accountant een meldplicht witwassen en29
financiering terrorisme wat geregeld is in de Wft.30
Pagina ! van !8 18
Kiersch, T&C Burgerlijk Wetboek, commentaar op artikel 393 Boek 2 BW, p.2.22
Kiersch, T&C Burgerlijk Wetboek, commentaar op artikel 393 Boek 2 BW, p.2.23
Kiersch, T&C Burgerlijk Wetboek, commentaar op artikel 393 Boek 2 BW, p.3.24
Kamerstukken II 2008/09, 31508,3 p.15.25
! Kiersch, T&C Burgerlijk Wetboek, commentaar op artikel 393 Boek 2 BW, p.3.26
DNB (a), http://www.toezicht.dnb.nl/2/50-201888.jsp, bezocht op 14 oktober 2014.27
DNB (a) http://www.toezicht.dnb.nl/2/50-201888.jsp, bezocht op 14 oktober 2014.28
AFM (a), http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.29
DNB (b), http://www.toezicht.dnb.nl/4/6/50-204768.jsp, bezocht op 14 oktober 2014.30
Samengevat kan gezegd worden dat op grond van de corporate governance code de accountant
verslag uit brengt aan de RvC en het bestuur. Mogelijke bedreigingen en risico’s voor de onderneming
kunnen daarbij in kaart worden gebracht. Op grond van artikel 2:393 BW geeft de accountant een verklaring
omtrent de getrouwheid van de jaarrekening. Daarnaast is er een wettelijke informatie en meldingsplicht aan
toezichthouders opgenomen Wft, de Wta en de Wwft.
4. Verbetering door voorstellen Barnier en Plasterk of niet?
Voor de economische crisis lag de nadruk op internationalisering, liberalisering en deregulering. Maar nu
gaat het vooral om het hervormen en stabiliseren van de financiële sector. Dit brengt ook met zich mee dat in
de afgelopen tijd een hele stroom aan voorstellen en onderzoeken is gedaan en wet- en regelgeving is
ontstaan dat pleit voor onder andere meer accountantscontrole, verbetering van verslaggeving en betere
corporate governance. Vanwege de internationalisering in de handel en transacties is het dan ook niet meer31
voldoende om alleen binnen de grenzen regelgeving te creëren, en hierdoor stelt de Europese Commissie in
een persbericht; "In de nasleep van de financiële crisis moeten we ons afvragen of de auditfunctie niet kan
worden verbeterd zodat in de toekomst nieuwe financiële risico's kunnen worden beperkt". Door de crisis
zijn ook enkele zwakke punten van de auditsector aan het licht gekomen, die verder moeten worden
onderzocht. ”32
In dit hoofdstuk bekijken we de voorstellen van de eurocommissaris Michel Barnier en Tweede
kamerlid Ronald Plasterk, die door de Tweede Kamer zijn aangenomen. In 2010 werd de Green paper, audit
policy; lessons from the crisis, gepubliceerd door eurocommissaris Michel Barnier. Volgens Michel Barnier,
commissaris van Interne markt en diensten, is het van groot belang dat hervormingen plaatsvinden in deze
sector en dat wettelijke controle wordt verbeterd, zo stelt de Eurocommissaris ook: "Voor het vertrouwen in
de markt is het van groot belang dat financiële overzichten waarheidsgetrouw zijn. Alle financiële actoren
moeten kunnen vertrouwen op informatie die de echte financiële gezondheid van ondernemingen weergeeft.
Auditors spelen een belangrijke rol. Daarom moeten controles van financiële overzichten degelijk en
volledig onafhankelijk zijn."33
Op 30 november 2011 heeft Commissaris Barnier daadwerkelijk de wetgevingsvoorstellen
gepresenteerd voor de hervorming van de accountantsmarkt. Deze voorstellen voorzien in een wijziging van
Richtlijn 2006/43/EG en een nieuwe Verordening (de ontwerp verordening) betreffende specifieke vereisten
voor de wettelijke controle van organisaties van openbaar belang (OOB’s). Benadrukt moet worden dat de
voorstellen niet of slechts ten dele van toepassing zijn op de accountantscontrole in het MKB-segment, tenzij
deze MKB-controlecliënten kwalificeren als OOB. Het begrip organisatie van openbaar belang wordt ook34
vermeld in art 1 sub L Wet toezicht Accountantsorganisatie.
Met de voorstellen heeft Barnier een aantal doelen: het verbeteren van de onafhankelijkheid van de
accountant en van de kwaliteit van de accountantscontrole, het meer dynamisch maken van de markt voor
accountantscontrole en het verbeteren van de interne markt en het versterken van supervisie. De
doelstellingen van Barnier zijn geconcretiseerd in een aantal belangrijke maatregelen die hetzij direct, hetzij
via onafhankelijkheid, de professioneel-kritische instelling van de accountant raken (Nieuw Amerongen en
Quadackers, 2012).
Pagina ! van !9 18
EC, http://www.accountant.nl/readfile.aspx?31
ContentID=63804&ObjectID=639414&Type=1&File=0000031176_EC_Green_Paper_on_Audit_Policy_20101013.pdf, bezocht op 12 oktober 2014.
Accountant (b), http://www.accountant.nl/Accountant/Nieuws/Europese+Commissie+publiceert+green+paper+over+v.aspx, bezocht op 12 oktober32
2014.
Accountant (b), http://www.accountant.nl/Accountant/Nieuws/Europese+Commissie+publiceert+green+paper+over+v.aspx, bezocht op 12 oktober33
2014.
AFM (c), http://www.afm.nl/~/media/files/rapport/2012/analyse-wetgevingsvoorstellen-ec.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.34
Onafhankelijkheid is belangrijk om een professioneel-kritische houding te kunnen behouden
tegenover de cliënt bij de wettelijke controle, aangezien dit voor de accountant maar een onderdeel is uit ook
nog andere commerciële diensten. Om de onafhankelijkheid te waarborgen zijn een aantal problemen
besproken en een aantal voorstellen gedaan. Zo is het een probleem dat een onderneming zelf de aanstelling
en beloning van de accountant bepaalt, terwijl de accountant een onafhankelijke controle functie moet
hebben. Een ander probleem is bijvoorbeeld de beperkte roulatie bij accountantskantoren.
Als eerste wordt hierbij voorgesteld door Barnier om een scheiding te maken tussen het doen van wettelijke
controles en het verrichten van controle gerelateerde diensten en overige diensten van een accountant bij
OOB’s (organisaties van openbaar belang) om onafhankelijkheid te bevorderen (Art.24b Wta). Uit het35
voorstel kwam ook naar voren dat maar maximaal 10% van het totale honorarium aan de overige diensten
mag worden geleverd aan een controle client. Verder is voorgesteld om periodieke roulatie voor
accountantskantoren verplicht te stellen. Hierbij zullen ondernemingen minimaal een keer in de zes jaar van
accountantskantoor moeten wisselen. Een voordeel van weinig roulatie is dat een accountantskantoor veel
kennis verkrijgt over een onderneming en zelfs de branche waarin de onderneming actief is, deze kennis
brengt voordelen met zich mee als de onderneming op waarde geschat moet worden, als een schatting van
risico’s moet worden gemaakt en er kan een beter een toekomstbeeld geschetst worden, want de accountant
kent zijn cliënt gewoon beter. Barnier zegt dat de onafhankelijkheid en de dynamiek in de auditmarkt juist
verhoogd zullen worden. Een ander voorstel is de joint-audit; het verrichten van accountantscontrole door
meer dan een accountantskantoor. Het gaat hier dan voornamelijk om combinatie van een kleiner
accountantskantoor naast een groot kantoor. Dit voorstel wordt niet verplicht gesteld door Barnier, maar het
wordt wel gestimuleerd en lidstaten mogen dit dan ook wel zelf verplicht stellen in de regelgeving. Een
voordeel bij joint-audit is dat de roulatie periode wordt verlengd tot negen jaar in plaats van de standaard zes
jaar.
Verder wordt ook de Big-Four clausule verboden, wat inhoudt dat de bank niet meer een clausule
kan opnemen in contracten, waarin het ondernemingen verplicht de jaarrekening bij een van de vier grote
accountantskantoren te laten controleren, omdat deze dan meer waard zou zijn. De Lidstaten moeten ook
ervoor zorgen dat de mate waarin de controlestandaarden worden toegepast op middelgrote ondernemingen
proportioneel is aan de schaal en complexiteit van deze ondernemingen. Dus hoe kleiner de onderneming,36
hoe minder streng de regels zijn.
Uiteindelijk moeten al deze wetten en regels het ook makkelijker maken voor accountants om hun
werk te doen buiten de eigen landsgrenzen. Kijkende naar het binnenlandse voorstel van Ronald Plasterk, de
initiatiefnota; de accountancy na de crisis. De initiatiefnota bevat punten die afgeleid zijn van de Green Paper
van Michel Barnier, maar bevat ook andere en aangepaste voorstellen. Deze initiatiefnota bespreekt de
initiatieven die de sector, verenigd in de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA), inmiddels
zelf heeft genomen voor een aantal verbeteringen in de procedure en de kwaliteitszorg. Hierbij worden een
aantal punten behandeld in het plan van aanpak ‘Lessen uit de kredietcrisis’ (NBA, 2010: 3-9):
• Kwaliteit als belangrijkste grondslag voor beoordeling en beloning van accountants bij controlecliënten;
• Verbod op commerciële prikkels als omzet en crossselling als criterium voor beloning;
• De Raad van Commissarissen (RvC) wordt de opdrachtgever van de accountant. Zij bepaalt welke
accountant ingeschakeld wordt en onderhandelt over het honorarium.
De accountant rapporteert aan de RvC;
• In de controleverklaring verplicht aandacht besteden aan specifieke gebieden, in de vorm van een
verplichte toelichtende paragraaf over bijvoorbeeld risicobeheersing, financiering en continuïteit,
schattingen van het management en belangrijke waarderingsgrondslagen;
Pagina ! van !10 18
AFM (d), http://www.afm.nl/nl/professionals/afm-voor/accountants/hervorming/voorstellen-verordening/scheiding.aspx, bezocht op 10 oktober35
2014.art 10 lid 2 en 3 Ontwerp Verordening.
AFM (c), http://www.afm.nl/~/media/files/rapport/2012/analyse-wetgevingsvoorstellen-ec.ashx, bezocht op 10 oktober 2014.36
• Verbetering van de informatie-uitwisseling tussen De Nederlandsche Bank (DNB) als prudentieel
toezichthouder en accountants en opheffing van de geheimhoudingsplicht van DNB met betrekking tot
deze informatievoorziening.37
Maar ook de wensen van de AFM tot meer bevoegdheden voor het toezicht op de accountancy
worden genoemd waar Plasterk ook achter staat. Zo wil de AFM bevoegdheid om nadere toelichting te
vragen zonder de eis van twijfel over de juiste toepassing van de verslaggevingstandaarden. Maar ook wil de
AFM de bevoegdheid om documenten en informatie te kunnen opvragen wanneer zij dit nodig achten.
Verder wil de AFM de bevoegdheid om de Ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam te
verzoeken een uitgevende instelling te bevelen een aanbeveling van de AFM na te leven.
Dan worden ook drie additionele instrumenten genoemd in de initiatiefnota om de accountant de juiste
positie te geven ten opzichte van het te controleren bedrijf en ten opzichte van de externe belanghebbenden,
zoals de klanten, derde bedrijven en de overheid. Bij dit punt worden ook een aantal zaken van Barnier
aangehaald. Zo pleit Plasterk ook voor een verplichte roulatie, en ook al erkent hij dat het eerste jaar na de
verandering van accountant de controle minder zal zijn, omdat men niet z’n weg kent binnen het bedrijf.
Maar daar tegenover, zegt Plasterk, staat weer het hebben van een onafhankelijke frisse blik bij het
controleren. In Italië is een onderzoek geweest naar het nut van verplichte roulatie. In Italië bleek dit niet
gunstig te zijn, maar volgens Ronald Plasterk is dit geen ceteris paribus experiment; Italië is in meerdere
opzichten qua mores niet geheel vergelijkbaar met Nederland.38
Verder wil Plasterk in zijn initiatiefnota dat de opdrachtgever voor de audit van de grote financiële
instellingen de controleklant zelf is, maar dat een onafhankelijke instantie, bijvoorbeeld de AFM, de keuze
van de accountant moet goedkeuren voordat de audit-opdracht wordt verstrekt. Dit is omdat het algemeen
belang erg groot is bij deze instellingen. En ook hier wordt weer de scheiding van controle en advies door
accountants genoemd. Er zijn voordelen en nadelen voor al deze voorstellen. Zo kan men zeggen dat roulatie
van accountantskantoren kan zorgen voor meer onafhankelijkheid en een meer kritische blik op
jaarrekeningen en verder zou het ook de marktwerking en competitie bevorderen. Maar anderen zeggen weer
dat het zorgt voor meer fraude gevallen en rechtszaken in het eerste jaar na de wisseling van
accountantskantoren, hierdoor is dus ook tijdelijk de kwaliteit van controle slechter.
Naast de voorstellen voor wet- en regelgeving uit Nederland zijn er ook vanuit Europa veel
initiatieven genomen. Dit betekent dat de invoering van verschillende wetten enigszins tot harmonisatie zal
kunnen leiden binnen Europa als het gaat om regelgeving op bepaalde gebieden binnen de financiële sector.
Al moet wel worden gezegd dat het vaak gaat om een raamwerk en niet duidelijke en strenge regelgeving,
waardoor verandering niet snel zal optreden. Door al deze voorstellen kan wel gezegd worden dat stappen
worden gemaakt waarbij door meer regels en toezicht in zowel Nederland als in Europa wordt geprobeerd
om gedrag en gewoonten binnen de accountantskantoren en financiële sector te veranderen. De hoop hierbij
is dat de onafhankelijkere accountant in de toekomst ondernemingen en banken beter kan controleren en op
waarde kan schatten en dit kan uiteindelijk dan ook een positief effect hebben op het vertrouwen dat mensen
hebben in die financiële sector.
5. Tekortschietende rol van de accountant in de praktijk
Als er wordt gekeken naar de afgelopen jaren zijn er tal van praktijk voorbeelden te bedenken waarbij
accountants negatief in het nieuws zijn geweest. Denk aan verschillende boekhoudschandelen van grote
ondernemingen, zoals Ahold, Imtech en Ballast Nedam. Ook de grote accountantskantoren zijn de afgelopen
tijd regelmatig in het nieuws geweest; KPMG, Ernst & Young en Deloitte zijn enkele grote namen. Een van
Pagina ! van !11 18
Kamerstukken II, 2010/11, 32 643 nr. 237
Kamerstukken II, 2010/11, 32 643 nr. 238
de meest bekende casus tijdens de bankencrisis is toch wel het opspraak rondom Dirk Scheringa en zijn
bank. Vandaar dat gekozen is voor de tekortschietende rol van de accountant toegepast op de casus van DSB.
In 2012 luidt het nieuws dat er een berisping is voor de accountant van DSB. De accountant van Ernst &
Young had namelijk in 2008 de jaarrekening van DSB goedgekeurd, maar de bank ging wel vier maanden
later failliet (Accountancynieuws, 2012). De AFM had bij de Accountantskamer een klacht ingediend
(Accountant, 2012). Uit een onderzoek van de accountantskamer kwam naar voren dat de beoordeling van
onderdelen van de jaarrekening gebrekkig en onvoldoende kritisch is uitgevoerd. Het had vooral betrekking
op de onderdelen kredietverstrekking en balanspost kredieten. De balanspost kredieten vormde 86 procent
van het balanstotaal. Aangezien het een groot gedeelte vormt, is het van belang dat de beoordeling van dit
onderdeel goed gebeurd. Daarnaast waren er nog een aantal tekortkomingen. De accountant moet processen
van DSB controleren, maar hij legde niet vast hoe hij dit deed en wat precies de uitkomsten van het
onderzoek waren. Ook oordeelde de accountant ook niet over de interne beheersmaatregelen die ingesteld
waren door DSB (Accountancynieuws, 2012). De controles die de accountant deed zorgde voor onvoldoende
informatie voor de controle van de kredieten. De Accountantskamer is van mening dat de kredieten in de
jaarrekening van 2008 dus onjuist zijn (Accountant, 2012). De accountant van Ernst & Young is door de
toezichthouder AFM voor de tuchtrechter gesleept. De reden hiervoor was dat er sprake was van ernstige
tekortkomingen in de controle van de jaarrekening. DSB had namelijk moeite om kapitaal aan te trekken.
Hierdoor zou de liquiditeitspositie van DSB de accountant meteen moeten opvallen (Accountancynieuws,
2012).
6. Mogelijkheden ter verbetering rol van de accountant
Onlangs zijn er drie rapporten verschenen die gaan over de toekomst van de accountancy sector. Het rapport
van de AFM, het rapport van de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA) en een
evaluatierapport over de Wet toezicht accountantsorganisaties (Wta). Ten aanzien van de rol van de39
accountant binnen de financiële crisis is reeds in 2010 door de commissie De Wit aanbevolen om de
accountant een actievere rol toe te kennen binnen de organisatie van financiële instellingen. Destijds werd de
nadruk gelegd op de interne toezicht en de financiële verslaggeving. Ter aanvulling op bovenstaande40
rapporten willen wij twee aspecten aangaande de positie van de accountant binnen de organisatie van
financiële instellingen nader uitwerken. Deze aspecten hebben betrekking op de informatie- en
verwachtingskloof: het instellen van een balanscommissaris en het vergroten van de signaleringsfunctie van
de accountant. De volgende vraag dringt zich op: In hoeverre wordt de informatie- en verwachtingskloof
overbrugd door enerzijds het instellen van een balanscommissaris en anderzijds door het vergroten van de
signaleringsfunctie van de accountant?
6.1 Informatiekloof: integratie toezicht en controle
Het samenbrengen van interne toezicht- en controletaken in de hoedanigheid van een balanscommissaris is
een mogelijkheid om de positie van de accountant binnen de organisatie van een financiële instelling te
versterken. De informatiekloof kan hierdoor gedicht worden. Enerzijds is de accountant op grond van de wet
beperkt in zijn communicatie met de RvC van de vennootschap. Hij hoeft slechts een korte verklaring af te
leggen waarin hij aangeeft dat de jaarrekening van de vennootschap een getrouw beeld weergeeft en aan de
overige voorschriften voldoet. De ratio van deze beperking is vooral gelegen in de beroepsregels die aan de
accountant onder meer een geheimhoudingsplicht oplegt.41
Pagina ! van !12 18
Kamerstukken II 2014, 1443.39
Kamerstukken II 2009 /10, 31 980, nr. 3-4, p. 154 e.v.40
Van der Zanden, Ondernemingsrecht 2013/96, p.10.41
Anderzijds zijn de RvC en het bestuur gebonden door de wet in zowel hun onderlinge communicatie
als naar de aandeelhoudersvergadering (AvA) toe. De formele communicatie tussen het bestuur en de AvA42
blijft bijvoorbeeld beperkt tot de voorschriften inzake de jaarrekening en het jaarverslag. De mededelingen
van de accountant over de controle van de jaarrekening kunnen de aandeelhouders bereiken op grond van de
corporate governance codes. De specifieke bevindingen aangaande de risico’s die aandeelhouders mogelijk
lopen, mogen slechts verstrekt worden met goedkeuring van het bestuur en kunnen in het gedrang komen
door de geheimhoudingsplicht. De aandeelhouders kunnen via een omweg, door de RvC te ondervragen over
haar toezichthoudende taken, achter deze bevindingen komen.43
Bovenstaande beperkingen veroorzaken een informatiekloof die kan worden overbrugd door het
instellen van een balanscommissaris binnen de organisatie van een financiële instelling. De accountant neemt
hierbij als commissaris plaats in de RvC. Deze integratie brengt drie voordelen met zich mee. Het eerste
voordeel is te vinden in een gedachtewisseling die kan plaatsvinden binnen de RvC. De bevindingen van een
accountant kunnen op deze manier onbelemmerd gedeeld worden, aangezien men dezelfde belangen voor
ogen heeft en men elkaar als collega’s ziet. Het verkleint de afstand die momenteel aanwezig is tussen de
accountant en de RvC. Het tweede voordeel is gelegen in het feit dat een balanscommissaris beter op de
hoogte is van de actuele situatie binnen de organisatie en hier eerder over kan rapporteren aan de RvC dan
momenteel het geval is. Het laatste voordeel ziet op de verbetering van de communicatie tussen de RvC en
de aandeelhouders. De bevindingen van de accountant kunnen namelijk meegenomen worden in de
verantwoording van de taken van de RvC en eenvoudiger toegelicht worden dan via de huidige omweg.44
6.2 Verwachtingskloof: signaleringsfunctie accountant
De commissie De Wit constateert in haar eerste rapport ‘Verloren Krediet’ dat er 'tekortkomingen (zijn) in de
signaleringsfunctie van de accountant’ en dat dit ertoe heeft geleid dat er een ‘kloof ( (is) tussen hetgeen in
het maatschappelijke verkeer wordt verwacht van de accountant en de daadwerkelijke rol die de accountant
kan en wil spelen’. Met andere woorden: in het maatschappelijk verkeer bestaat een verwachtingspatroon45
dat luidt dat een goedgekeurde accountantsverklaring gelijk staat aan een gezonde onderneming. Vanuit dat
perspectief valt het niet goed uit te leggen waarom financiële instellingen met goedgekeurde verklaringen na
de controle in continuïteitsproblemen zijn gekomen. Hoewel de accountant belangrijke gebeurtenissen na de
balansdatum dient mee te nemen bij zijn beoordeling, blijft de vraag of de accountant niet in een eerder
stadium melding moet maken van mogelijke continuïteitsrisico’s.46
Deze problematiek kan in de praktijk op drie manieren ondervangen worden. De eerste manier is om
binnen de accountantsverklaring specifieke aandachtspunten te benoemen die o.a. zien op de controle en de
controlemethodiek, bijzondere waarderingsgrondslagen en schattingen incluis. Een andere manier is om47
uitgebreider verslag te doen van de risicogebieden van een financiële instelling in de beoordelingsverklaring
bij het jaarverslag. Als laatste mogelijkheid kan de accountant, na overleg met het toezichthoudende orgaan,
over de aandachtspunten en risicoanalyses een toelichting geven in de AvA. Bij dit alles moet het48
uitgangspunt zijn dat de accountant pro-actiever en uitgebreider rapporteert over de risico’s die het
voortbestaan van een financiële instelling op de korte en lange termijn kunnen bedreigen.
Anders gezegd: de accountant moet bij het in kaart brengen van bijvoorbeeld de continuïteit zich niet
beperken tot de financiële gegevens, maar zijn analyse breder trekken. Een evaluatie van het management,
Pagina ! van !13 18
Artikel 2:141 en artikel 2: 251 BW.42
Van der Zanden, Ondernemingsrecht 2013/96, p. 11.43
Van der Zanden, Ondernemingsrecht 2013/96, p. 12.44
Kamerstukken II 2009 /10, 31 980, nr. 3-4.45
Abma, Ondernemingsrecht 2013/89, p. 2-4.46
Artikel 2:393 lid 5 BW47
Artikel 2:117 lid 5 BW48
het bedrijfsmodel en de concurrentiepositie van de financiële instelling mag niet achterwege blijven zodra dit
de continuïteit van een financiële instelling raakt. Hier is een belangrijke signaleringsfunctie weggelegd voor
de accountant.
6.3 Conclusie en aanbevelingen
Terugkomend op de deelvraag, in hoeverre de informatie- en verwachtingskloof wordt overbrugd door
enerzijds het instellen van een balanscommissaris en anderzijds door het vergroten van de signaleringsfunctie
van de accountant, kan geconcludeerd worden dat de overbrugging van de informatiekloof plaats kan vinden
door te kijken naar de voordelen die het instellen van een balanscommissaris met zich meebrengt:
• Het uitwisselen van gedachten tussen de accountant en de andere commissarissen binnen de raad kan
ongestoord plaatsvinden;
• Een balanscommissaris zit dichter op de zaak en heeft hierdoor een actuelere overzicht van de stand van
zaken, waardoor hij eerder aan de bel kan trekken;
• De verantwoording van de toezichthoudende taken ten opzichte van de AvA zal eenvoudiger verlopen
wanneer de RvC een balanscommissaris in haar midden heeft.
De overbrugging van de verwachtingskloof kan voorts plaatsvinden door de signaleringsfunctie van de
accountant op drie punten te vergroten:
• Binnen de accountantsverklaring dient de accountant vaker de nadruk te leggen op aandachtspunten die
betrekking hebben op bijzondere waarderingsgrondslagen en schattingen;
• De accountant dient in de accountantsverklaring uitgebreider verslag te doen over specifieke
risicogebieden van een financiële instelling;
• De accountant dient vaker een nadere toelichting te geven in de AvA over de onderzochte
aandachtspunten en risicoanalyses.
7. Conclusie
In het paper is onderzoek gedaan naar de rol van de externe accountant in de bankencrisis. De hoofdvraag die
hierbij centraal stond luidt als volgt: “In hoeverre zijn er mogelijkheden om de maatschappelijke rol van de
externe accountants in het toezicht op financiële instellingen te verbeteren, aangezien zij niet in staat zijn
gebleken te waarschuwen op de bankencrisis onder de in 2009 geldende wet en regelgeving?” 

De externe accountant heeft bij de beoordeling van de gezondheid van de financiële situatie van een
onderneming een verantwoordelijkheid jegens de onderneming, maar ook jegens de maatschappij. In dit
opzicht kan geconcludeerd worden dat de externe accountant niet voldoende pro-actief heeft opgetreden
onder de geldende wet en regelgeving in 2009. De accountant heeft verschillende malen gefaald in het
beoordelen van de financiële situatie van zowel beursgenoteerde ondernemingen als financiële instellingen,
door niet of niet op tijd te waarschuwen. Dit heeft vaak grote gevolgen; van aandeelhouders die verliezen
lijden tot banken die uiteindelijk met belastinggeld gered moeten worden. Men vraagt zich dan ook af wat de
toegevoegde waarde van de accountantsverklaring is.
Barnier en Plasterk hebben als reactie op het tekortkomen van de externe accountant wetsvoorstellen
uitgevaardigd. Barnier (EC) wilt met zijn voorstellen een aantal doelen bereiken, namelijk het verbeteren van
de onafhankelijkheid van de accountant en van de kwaliteit van de accountantscontrole, het meer dynamisch
maken van de markt voor accountantscontrole en het verbeteren van de interne markt en het versterken van
supervisie. De doelstellingen van Barnier zijn dan ook geconcretiseerd in een aantal belangrijke maatregelen.
Onafhankelijkheid is hierbij een belangrijk begrip. Onafhankelijkheid is nodig om een professioneel-
kritische houding te kunnen behouden tegenover de cliënt bij de wettelijke controles. Dit bleek niet altijd
goed mogelijk, omdat accountants worden betaald door diezelfde cliënten en hen soms ook nog andere
diensten leverden. Als oplossing hiervoor wilt Barnier onder andere een scheiding maken tussen het doen
van wettelijke controles en het verrichten van controle gerelateerde diensten en overige diensten van een
Pagina ! van !14 18
accountant bij OOB’s. Ook is voorgesteld om periodieke roulatie voor accountantskantoren verplicht te
stellen. En verder wordt de joint-audit genoemd en de Big-Four clausule, die moet worden verboden.
Wat opvalt bij het voorstel van Plasterk is dat het veel overeenkomsten heeft met het voorstel van Barnier. Zo
is Plasterk ook een voorstander van de verplichte roulatie voor accountants, de scheiding van controle en
advies werkzaamheden door accountants. Tevens wilt Plasterk ook dat een onafhankelijke instantie,
bijvoorbeeld de AFM, de keuze van de accountant moet goedkeuren voordat de audit-opdracht wordt
verstrekt bij financiële instellingen. Ook pleit hij voor een grotere rol voor de AFM in het toezicht.
Het feit dat zowel Europa als lidstaten zelf zich bezighouden met het reguleren van het
accountantsberoep kan door ons als positief worden beoordeeld. Gezien het feit dat bedrijven niet alleen in
een land gevestigd zijn en handel en transacties niet alleen binnen een land plaatsvinden, is het positief dat
regulering ook op Europees niveau gebeurd en steeds verder wordt uitgewerkt. Verdere Europese
harmonisering van regelgeving en toezicht zou dan ook sterk worden aanbevolen. Als de EC de regelgeving
en toezicht in de verschillende Europese lidstaten harmoniseert, zal de mobiliteit van accountants en de
kwaliteit van hun internationale werkzaamheden toenemen. Mogelijk zullen de kosten dan ook afnemen.
Aangezien veel nieuwe wetten en wetsvoorstellen kort geleden zijn aangenomen of nog niet geheel
zijn geïmplementeerd, is het lastig om de wetten in de praktijk te beoordelen. Het zijn echter stappen in de
goede richting om de rol van de externe accountant te verbeteren. Met als einddoel dat de externe accountant
op een integere en onafhankelijke manier zijn oordeel geeft over een onderneming, waarbij de accountant in
zijn externe communicatie ook vaker de nadruk legt op zowel de specifieke aandachtspunten als de
risicogebieden van de betreffende onderneming of financiële instelling. Dit kan door de signaleringsfunctie
van de accountant te vergroten. Hierdoor zal uiteindelijk ook de verwachtingskloof verkleind worden tussen
wat men verwacht van een accountant en wat hij ook daadwerkelijk levert. Hierbij kan ook van belang zijn
om te kijken naar de overbrugging van de informatiekloof. Dit kan door te kijken naar de voordelen die het
instellen van een balanscommissaris met zich meebrengt. Een van de voordelen is de onbelemmerde
gedachtenuitwisseling, maar ook de grotere betrokkenheid en het vereenvoudigen van de communicatie
tussen de RvC en de aandeelhouders is een pluspunt. Tevens zou een transparantere rolverdeling ook een
stap in de goede richting zijn, om de kloof tussen ondernemingsleiding, RvC, toezichthouders en accountants
te verminderen. Hierbij zouden de RvC en de aandeelhouders meer betrokken moeten worden bij zaken als
selectie, benoeming en beloning van de accountant. Op deze manieren kan de accountant zijn rol als
poortwachter in het maatschappelijk verkeer weer herwinnen.

Pagina ! van !15 18
Literatuurlijst
Tijdschriften
Abma, Ondernemingsrecht 2013/89
Rients Abma, ‘Het is de hoogste tijd voor een informatievere accountantsverklaring’, Ondernemingsrecht
2013, afl. 12, p. 1-3.
Nieuw Amerongen, Accountancy en Bedrijfseconomie 2012
Nieuw Amerongen, N. van en Quadackers, L. (2012), “Barnier en de professioneel-kritische instelling van
de accountant”, Maandblad Accountancy en Bedrijfseconomie, 5, 176-184.
Van der Zanden, Ondernemingsrecht 2013/96
P.M van der Zanden, ‘Accountants in de problemen! Balanscommissaris, een panacee?’, Ondernemingsrecht
2014, afl. 10/11, p. 1-17.
Kamerstukken
Kamerstukken II 2009 /10, 31 980, nr. 3-4.
Tijdelijke commissie Financieel stelsel, Verloren krediet, 10 mei 2013.
Kamerstukken II 2014, 1443.
Kamerbrief ‘Reactie op AFM rapport Big 4 accountantskantoren, voorstellen accountancysector en rapport
evaluatie Wta’.
Kamerstukken II 2010/11, 32 643, nr. 2

Initiatief nota, “De accountancy na de crisis”, 15 februari 2011.
Website
Accountancynieuws (2009)“Britse hoogleraar economie: accountants niet schuldig aan bankencrisis” ,
Accountancy Age/FD,
http://www.accountancynieuws.nl/actueel/accountancymarkt/britse-hoogleraar-economie-accountants-niet.
6 8 9 4 7 . l y n k x ? i d = 3 9 6 7 1 8 & P o s t e d F i e l d % 5 B k e y w o r d
%5D=micha&pageStart=81&Confirmed=Zoeken#.VDqsxb5UST8 (Bezocht op 11 oktober 2014).
Accountancynieuws (2012), “Berisping voor accountants DSB”, http://www.accountancynieuws.nl/actueel/
accountancymarkt/berisping-voor-accountant-dsb.117152.lynkx#.VD50Y75UST9 (Bezocht op 14 oktober
2014).
Accountant (a) (2012), “Accountantskamer berispt controlerend accountant DSB Bank”, http://
www.accountant.nl/Accountant/Nieuws/Accountantskamer+berispt+controlerend+accountant.aspx (Bezocht
op 14 oktober 2014).
Accountant (b) (2010), “Europese Commissie publiceert ‘green paper’ over verbetering auditmarkt”, http://
www.accountant.nl/accountant/nieuws/europese+commissie+publiceert+green+paper+over+v.aspx (Bezocht
op 10 oktober 2014).
AFM (a), “Vergunningwijzer Wta; H5. Externe accountant”, http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/
wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx (Bezocht op 11 oktober 2014).
AFM (b) (2012), “Waarom houdt de AFM toezicht?” http://www.afm.nl/nl/professionals/afm-voor/
accountants/tz-accountantorg.aspx. (Bezocht op 14 oktober 2014)..
Europa-nu.nl, “Economische crisis”, http://www.europa-nu.nl/id/vhrtcvh0wnip/economische_crisis (Bezocht
op 11 oktober 2014).
AFM (c) (2012), “Analyse van wetgevingsvoorstellen van de Europese Commissie voor hervorming van de
accountantsmarkt” http://www.afm.nl/~/media/files/rapport/2012/analyse-wetgevingsvoorstellen-ec.ashx
(Bezocht op 10 oktober 2014).
Pagina ! van !16 18
AFM (d) “Voorstellen - Verordening: Scheiding controle en overige diensten bij OOB’s" http://www.afm.nl/
nl/professionals/afm-voor/accountants/hervorming/voorstellen-verordening/scheiding.aspx (Bezocht op 10
oktober 2014).
Buisman, J.H. (1995), ‘XIV.2.3 De externe accountant’, Praktijkboek Financieel Management, afl. 30 p. 1-4.
Diekman, P. (2010), “Meldplichten voor accountants”, de Accountant, p. 20-21
DNB (a) (2009),“De rol van de accountant in het toezicht”, http://www.toezicht.dnb.nl/2/50-201888.jsp
(Bezocht op 14 oktober 2014).
DNB (b) (2008), “Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft)”, http://
www.toezicht.dnb.nl/4/6/50-204768.jsp (Bezocht op 14 oktober 2014).
Europese Commissie (2010), “Audit policy: Lessons from the crisis”, Green paper Com (2010) 561 final,
Brussel.
Foobie (2014)., ‘Boekhoudschandaal Ahold’, op: http://artikelen.foobie.nl/financieel/boekhoudschandaal-
ahold/ (Bezocht op 13 oktober 2014).

Kiersch, T&C Burgerlijk Wetboek, commentaar op artikel 393 Boek 2 BW, p.2-3.


Klijnsmit,B. & Dr. P., Majoor (2012) “ De voorstellen van Europees Commissaris Barnier voor het
hervormen van de auditmarkt”, Maandblad voor Accountancy en Bedrijfseconomie, http://www.mab-
online.nl/artikel/892/De-voorstellen-van-Europees-Commissaris-Barnier-voor-het-hervormen-van-de-
auditmarkt (Bezocht op 11 oktober 2014).
Kroeze,M.J., Timmerman, L., Wezeman, J.B., (2013), De kern van het ondernemingrecht, 3e druk,
Kluwer
Mavim.nl, “Ronald Plasterk (PvdA) wil veranderingen” http://www.mavim.nl/Ronald-Plasterk-wil-
veranderingen-accountantsregels (Bezocht op 11 oktober 2014).



Mierlo, van J. (2009) “Accountants worstelen met verklaring banken”, Financieel Dagblad http://fd.nl/
Archief/666603/accountants-worstelen-met-verklaring-banken (Bezocht op 12-13 oktober 2014).
NBA.nl, www.nba.nl (Bezocht op 12 oktober 2014).
NBA (2010) “Lessen uit de krediet crisis, plan van aanpak”, Amsterdam. https://www.nba.nl/Documents/
Maatschappelijk%20debat/Plan_van_Aanpak_nov2010.pdf, (Bezocht op 10-11 oktober 2014).


NOS nieuws (2007), ‘Chronologie fraude Ahold’, op: http://nos.nl/artikel/121990-chronologie-fraude-
ahold.html (Bezocht op 13 oktober 2014).
NOS (2008) “Madoff: van 5000 dollar tot 50 miljard” , http://nos.nl/artikel/81418-madoff-van-5000-dollar-
tot-50-miljard.html (Bezocht op 13 oktober 2014).
NUZakelijk (2011) “Accountant had zwendel Madoff moeten zien”, http://www.nuzakelijk.nl/algemeen/
2554470/accountant-had-zwendel-madoff-moeten-zien.html (Bezocht op 13 oktober 2014).
Rijksoverheid. (2012). “Toezicht op accountants" , http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/corporate-
governance/toezicht-op-accountants (Bezocht op 14 oktober 2014).
Reinten, T.M.C (2012) “Bachelorscriptie: Wie draait door: Plasterk of de accountantsorganisaties?”, PwC
Breda, http://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&source=web&cd=1&ved=0CCMQFjAA&url=http
Pagina ! van !17 18
%3A%2F%2Fthesis.eur.nl%2Fpub%2F11365%2FBA054-Reinten_328219.pdf&ei=hm0-
VNfwCavW7QbRoYDYDA&usg=AFQjCNGnV4Md1RlBt5zmd7FVtjF_lqkxKQ&bvm=bv.
77412846,d.ZGU (Bezocht op 10-11 oktober 2014).
Storm, R.J. (2009), “Wet op de Registeraccountants”, Deventer: Kluwer, p. 85.
Uger, B. (2009) “Wie is verantwoordelijk voor de financiële crisis?”, justitiële verkenningen, jrg. 35, nr. 6.
VEB (2014)., ‘Rechtszaak op rol Deloitte in Ahold-fraude kan na dertien jaar echt starten’, op: http://
www.veb.net/content/HoofdMenu/Acties/AholdDeloitte/UitspraakHRstuiten.aspx (Bezocht op 13 oktober
2014).
Waard, D. de (2008) “Toezicht op maatschappelijk verantwoord ondernemen”, Assen: Van Gorcum
Pagina ! van !18 18

More Related Content

Similar to Groep xiii a de rol van de externe accountant tijdens de bankencrisis

presentatie agentschap ondernemen antwerpen
presentatie agentschap ondernemen antwerpenpresentatie agentschap ondernemen antwerpen
presentatie agentschap ondernemen antwerpenJan Ottoy
 
Brochure auditfunctie bij trustkantoren 2015
Brochure auditfunctie bij trustkantoren 2015Brochure auditfunctie bij trustkantoren 2015
Brochure auditfunctie bij trustkantoren 2015Karin Rigterink
 
150205 folder Trust audit 7p
150205 folder Trust audit 7p150205 folder Trust audit 7p
150205 folder Trust audit 7pKarin Rigterink
 
Working Capital.pdf
Working Capital.pdf Working Capital.pdf
Working Capital.pdf Derk Graver
 
Kick Off Fl E Invoicing 7 Okt 2008 V4 Deel2
Kick Off Fl E Invoicing 7 Okt 2008 V4 Deel2Kick Off Fl E Invoicing 7 Okt 2008 V4 Deel2
Kick Off Fl E Invoicing 7 Okt 2008 V4 Deel2Friso de Jong
 
Monitor readiness e-Factureren dienstverleners
Monitor readiness e-Factureren dienstverlenersMonitor readiness e-Factureren dienstverleners
Monitor readiness e-Factureren dienstverlenersFriso de Jong
 
Normenkader rechtmatigheid 2013
Normenkader rechtmatigheid 2013Normenkader rechtmatigheid 2013
Normenkader rechtmatigheid 2013Gilbert Okx
 
General audit chamber annual report 2010
General audit chamber annual report 2010General audit chamber annual report 2010
General audit chamber annual report 2010pearl studio
 
Baan van de Toekomst de financiële sector in 2030
Baan van de Toekomst de financiële sector in 2030Baan van de Toekomst de financiële sector in 2030
Baan van de Toekomst de financiële sector in 2030Hays Netherlands
 
Rekenhof kritisch voor Belgische ngo's
Rekenhof kritisch voor Belgische ngo'sRekenhof kritisch voor Belgische ngo's
Rekenhof kritisch voor Belgische ngo'sThierry Debels
 
Evaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen
Evaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningenEvaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen
Evaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningenBart Litjens
 
Governance voor (basic) verzekeraars
Governance voor (basic) verzekeraarsGovernance voor (basic) verzekeraars
Governance voor (basic) verzekeraarsInAudit BV
 
Chokri Mahassine herschikt zakelijke belangen
Chokri Mahassine herschikt zakelijke belangenChokri Mahassine herschikt zakelijke belangen
Chokri Mahassine herschikt zakelijke belangenThierry Debels
 
FD-interview met Frank Graaf over het Regulatory & Compliance Team van Cliffo...
FD-interview met Frank Graaf over het Regulatory & Compliance Team van Cliffo...FD-interview met Frank Graaf over het Regulatory & Compliance Team van Cliffo...
FD-interview met Frank Graaf over het Regulatory & Compliance Team van Cliffo...Jeroen de Bruin
 
eFactureren voor het bedrijfsleven
eFactureren voor het bedrijfsleveneFactureren voor het bedrijfsleven
eFactureren voor het bedrijfslevenFriso de Jong
 
Voorbeeldrapportage - Administratieve werklast in de zorg
Voorbeeldrapportage - Administratieve werklast in de zorgVoorbeeldrapportage - Administratieve werklast in de zorg
Voorbeeldrapportage - Administratieve werklast in de zorgBerenschot
 
Hotel Hungaria - kapitaalverhoging 2020
Hotel Hungaria - kapitaalverhoging 2020Hotel Hungaria - kapitaalverhoging 2020
Hotel Hungaria - kapitaalverhoging 2020Thierry Debels
 
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019CNV Vakcentrale
 

Similar to Groep xiii a de rol van de externe accountant tijdens de bankencrisis (20)

presentatie agentschap ondernemen antwerpen
presentatie agentschap ondernemen antwerpenpresentatie agentschap ondernemen antwerpen
presentatie agentschap ondernemen antwerpen
 
Brochure auditfunctie bij trustkantoren 2015
Brochure auditfunctie bij trustkantoren 2015Brochure auditfunctie bij trustkantoren 2015
Brochure auditfunctie bij trustkantoren 2015
 
150205 folder Trust audit 7p
150205 folder Trust audit 7p150205 folder Trust audit 7p
150205 folder Trust audit 7p
 
Working Capital.pdf
Working Capital.pdf Working Capital.pdf
Working Capital.pdf
 
Kick Off Fl E Invoicing 7 Okt 2008 V4 Deel2
Kick Off Fl E Invoicing 7 Okt 2008 V4 Deel2Kick Off Fl E Invoicing 7 Okt 2008 V4 Deel2
Kick Off Fl E Invoicing 7 Okt 2008 V4 Deel2
 
Monitor readiness e-Factureren dienstverleners
Monitor readiness e-Factureren dienstverlenersMonitor readiness e-Factureren dienstverleners
Monitor readiness e-Factureren dienstverleners
 
Normenkader rechtmatigheid 2013
Normenkader rechtmatigheid 2013Normenkader rechtmatigheid 2013
Normenkader rechtmatigheid 2013
 
General audit chamber annual report 2010
General audit chamber annual report 2010General audit chamber annual report 2010
General audit chamber annual report 2010
 
Baan van de Toekomst de financiële sector in 2030
Baan van de Toekomst de financiële sector in 2030Baan van de Toekomst de financiële sector in 2030
Baan van de Toekomst de financiële sector in 2030
 
Rekenhof kritisch voor Belgische ngo's
Rekenhof kritisch voor Belgische ngo'sRekenhof kritisch voor Belgische ngo's
Rekenhof kritisch voor Belgische ngo's
 
Evaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen
Evaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningenEvaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen
Evaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen
 
Governance voor (basic) verzekeraars
Governance voor (basic) verzekeraarsGovernance voor (basic) verzekeraars
Governance voor (basic) verzekeraars
 
Chokri Mahassine herschikt zakelijke belangen
Chokri Mahassine herschikt zakelijke belangenChokri Mahassine herschikt zakelijke belangen
Chokri Mahassine herschikt zakelijke belangen
 
Randstad
RandstadRandstad
Randstad
 
Ifrs
IfrsIfrs
Ifrs
 
FD-interview met Frank Graaf over het Regulatory & Compliance Team van Cliffo...
FD-interview met Frank Graaf over het Regulatory & Compliance Team van Cliffo...FD-interview met Frank Graaf over het Regulatory & Compliance Team van Cliffo...
FD-interview met Frank Graaf over het Regulatory & Compliance Team van Cliffo...
 
eFactureren voor het bedrijfsleven
eFactureren voor het bedrijfsleveneFactureren voor het bedrijfsleven
eFactureren voor het bedrijfsleven
 
Voorbeeldrapportage - Administratieve werklast in de zorg
Voorbeeldrapportage - Administratieve werklast in de zorgVoorbeeldrapportage - Administratieve werklast in de zorg
Voorbeeldrapportage - Administratieve werklast in de zorg
 
Hotel Hungaria - kapitaalverhoging 2020
Hotel Hungaria - kapitaalverhoging 2020Hotel Hungaria - kapitaalverhoging 2020
Hotel Hungaria - kapitaalverhoging 2020
 
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019
 

Groep xiii a de rol van de externe accountant tijdens de bankencrisis

  • 1. Onderzoekspracticum Financieel Recht Groepsopdracht 1 juristen/niet-juristen De externe accountant onder vuur Een onderzoek naar de rol van de externe accountant tijdens de bankencrisis 2009. Door Maja Cakardic (294565mc@eur.nl) Maarten-Bas Oosterdijk (409683mo@eur.nl) Alyssia Pronk (417176ap@eur.nl) Arnold Ramman (330027pr@eur.nl) Samantha van Wetten (334861sw@eur.nl) 
 Pagina ! van !1 18
  • 2. MSc. Financieel Recht Erasmus Universiteit Rotterdam 2014-2015 Studenten Maja Cakardic 294565mc@eur.nl Maarten-Bas Oosterdijk 409683mo@eur.nl Alyssia Pronk 417176ap@eur.nl Arnold Ramman 330027pr@eur.nl Samantha van Wetten 334861sw@eur.nl Docenten Mr. A. Galle Prof. Mr. S. Hijink Datum 17 Oktober 2014 Totaal aantal pagina’s 18 Totaal aantal pagina’s (excl. literatuurlijst) 12
 Pagina ! van !2 18
  • 3. Inhoudsopgave 
 Inhoudsopgave 3.............................................................................................................. 1. Inleiding 4.................................................................................................................... 2. Rol van de externe accountant bij beursgenoteerde ondernemingen 5........................ 2.1 Algemene bepaling externe accountant 5.......................................................................... 2.2 Eisen voor externe accountant 5........................................................................................ 2.3 Toezicht op de accountant 7............................................................................................... 3.Wettelijke mogelijkheden pro-actiever optreden accountants 7.................................... 3.1 De accountant en Corporate Governance Code 7.............................................................. 3.2 De accountant en art. 2:393 BW 7..................................................................................... 3.3 Informatie en meldingsplicht 8.......................................................................................... 4. Verbetering door voorstellen Barnier en Plasterk of niet? 9........................................ 5. Tekortschietende rol van de accountant in de praktijk 11............................................ 6. Mogelijkheden ter verbetering rol van de accountant 12............................................ 6.1 Informatiekloof: integratie toezicht en controle 12........................................................... 6.2 Verwachtingskloof: signaleringsfunctie accountant 13..................................................... 6.3 Conclusie en aanbevelingen 14......................................................................................... 7. Conclusie 14................................................................................................................. Literatuurlijst 16............................................................................................................... Pagina ! van !3 18
  • 4. 1. Inleiding Sinds 2008 verkeert de wereldwijde economie in zwaar weer. De eerste tekenen van de recessie waren al merkbaar in december 2007 toen de zeepbel klapte en de huizenmarkt in de Verenigde Staten instortte. Doordat een groot aantal Amerikanen de maandelijkse hypotheeklasten niet langer konden opbrengen, vielen een hoop banken om. De gebeurtenissen beperkten zich niet alleen tot de VS, maar breidden zich ook uit1 naar de Europese en Aziatische banken. Veel Europese banken hadden namelijk geïnvesteerd in de risicovolle en zeer complexe financiële producten. Achteraf bleken deze producten minder waard te zijn, waardoor veel banken recordverliezen leden. Het gevolg hiervan was dat de overheid moest ingrijpen om de banken overeind te houden. Het Belgisch-Nederlandse Fortis en het Nederlandse ABN AMRO werden2 bijvoorbeeld genationaliseerd. De hoofdoorzaak van de financiële problemen is herleidbaar tot de sterke verwevenheid van de internationale financiële markten. De problematiek bij de banken zorgde er ook voor dat het bedrijfsleven onder druk kwam te staan. De bedrijven konden hierdoor moeilijk aan kredieten komen en het vertrouwen in de economie daalde (Unger, 2009:77-78). Vijf jaar na het ontstaan van de bankencrisis wordt de schuldvraag gesteld. De Commissie de Wit haalt o.a. hard uit naar de accountant: “De accountant, als externe toezichthouder, heeft niet zijn maatschappelijke taak kunnen waarmaken om zorg te dragen voor een begrijpelijke en toereikende toelichting op de jaarrekening van financiële instellingen. De beroepsgroep dient samen met de AFM nadere kwaliteitseisen op te stellen waaraan een jaarrekening moet voldoen.”3 Kamerlid Ronald Plasterk (PvdA) is met nieuwe voorstellen gekomen om de toezichthouder AFM meer bevoegdheden te geven om de accountantscontrole te verbeteren. De Europese Commissaris komt4 bovendien met veranderingen betreffende de externe accountant en beoogd daarmee het vertrouwen in de accountantscontrole te versterken. In dit kader komen ook wij met aanbevelingen. Onze hoofdvraag luidt:5 “In hoeverre zijn er mogelijkheden om de maatschappelijke rol van de externe accountants in het toezicht op financiële instellingen te verbeteren, aangezien zij niet in staat zijn gebleken te waarschuwen voor de bankencrisis onder de in 2009 geldende wet en regelgeving?” De hoofdvraag is als volgt onderverdeeld: • Wat is de rol van de externe accountant bij beursgenoteerde ondernemingen? • Welke mogelijkheden had de externe accountant volgens de in 2009 geldende wet en regelgeving om meer proactief te handelen? • In hoeverre vormen de voorstellen van Barnier en Plasterk een verbetering van de maatschappelijke rol van de accountant? • Welke mogelijkheden zijn er naar onze mening om de rol van de accountant in het toezicht op financiële instellingen te versterken? In de eindconclusie wordt de hoofdvraag beantwoord en formuleren wij aanbevelingen om de rol van de accountant in het toezicht op financiële instellingen te verbeteren. Er zal zowel vanuit juridisch als economisch perspectief worden gekeken, maar de nadruk zal voornamelijk worden gelegd op het juridische perspectief, aangezien het merendeel wetten en regelgeving betreft. Pagina ! van !4 18 Europa-nu, http://www.europa-nu.nl/id/vhrtcvh0wnip/economische_crisis, bezocht op 11 oktober 2014.1 Europa-nu, http://www.europa-nu.nl/id/vhrtcvh0wnip/economische_crisis, bezocht op 11 oktober 2014.2 Accountancynieuws, http://www.accountancynieuws.nl/actueel/accountancymarkt/commissie-de-wit-kritisch-over-rol-accountants.3 92120.lynkx#.VDuzLr5UST8, bezocht op 12 oktober 2014. Mavim, http://www.mavim.nl/Ronald-Plasterk-wil-veranderingen-accountantsregels, bezocht op 11 oktober 2014.4 MAB, http://www.mab-online.nl/artikel/892/De-voorstellen-van-Europees-Commissaris-Barnier-voor-het-hervormen-van-de-auditmarkt, bezocht5 op 11 oktober 2014.
  • 5. 2. Rol van de externe accountant bij beursgenoteerde ondernemingen 2.1 Algemene bepaling externe accountant Degene die verantwoordelijk is voor de uitvoering van een wettelijke controle (op de jaarrekening) is de externe accountant (ook wel openbare accountant). De accountantsorganisatie heeft daarvoor een vergunning nodig. Er ontstaat een overeenkomst tussen de accountantsorganisatie en de controlecliënten, waarbij de accountant de kwaliteit van de uitvoering van de wettelijke controleopdrachten waarborgt. De externe accountant is verantwoordelijk voor de gehele uitvoering van de controle, dus voor het controleplan, voor de uitvoering van de werkzaamheden, voor de bevindingen, voor de uit de bevindingen getrokken conclusies en voor het oordeel dat blijkt uit de verklaring. Art. 2.393, lid 1 BW verplicht de beursgenoteerde onderneming6 om haar jaarrekening door een accountant te laten controleren. Een accountantsverklaring is ook in de financiële sector de belangrijkste houvast voor bijvoorbeeld aandeelhouders en andere gebruikers van het jaarverslag en de jaarrekening bij het beoordelen van getrouwheid van jaarcijfers. De externe accountant7 vervult dus een belangrijke rol als vertrouwenspersoon in het maatschappelijke verkeer. Hierbij is wel essentieel van belang dat de externe accountant bij de wettelijke controle onafhankelijk en objectief is. Uitgaande van de agency-theorie, kan er een informatie-asymmetrie ontstaan tussen de informatie die het management van de onderneming heeft en de informatie die terecht komt bij een externe belanghebbende (Deegan & Unerman, 2011). De accountant vervult dan de functie als onafhankelijke tussenpersoon die deze informatie- asymmetrie doorbreekt. Daarbij waarborgt het aan de ene kant de betrouwbaarheid van de jaarrekening, maar uit het rapport van Commissie de Wit blijkt dat deze verklaring voor de buitenwereld moeilijk te begrijpen is. Het is de taak van de account om in de financiële verantwoordingsinformatie van de financiële instelling8 zowel meer inzichtelijk als begrijpelijk te maken voor de doelgroep, de aandeelhouders. De accountant is volgens Commissie de Wit niet in staat geweest om de enorme complexiteit van de huidige jaarrekeningen van een begrijpelijk beeld te voorzien. Tevens is er ook sprake van een kloof tussen hetgeen in het maatschappelijke verkeer wordt verwacht van de accountants en de daadwerkelijke rol die de accountant kan en tevens ook zou willen spelen, oftewel de principal-agency theorie. Dit is mede de oorzaak van de complexiteit van verantwoordingsinformatie en tekortkomingen in de signaleringsfunctie van de accountant.9 Kortom, de externe accountant is vaktechnisch verantwoordelijk voor de uitvoering van de controle namens de accountantsorganisatie. In het register van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) wordt door10 de accountantsorganisatie opgegeven welke personen als externe accountant mogen optreden. Het register is alleen bedoeld om aan te tonen wie namens de accountantsorganisatie kunnen optreden als externe accountant. Degene die vermeld staat als externe accountant in het register van de AFM is vaktechnisch11 verantwoordelijk voor de uitvoering van een wettelijke controleopdracht. 2.2 Eisen voor externe accountant De eisen waaraan een externe accountant moet voldoen zijn: (1) registeraccountant of Accountant- Administratieconsulent met certificeringbevoegdheid zijn, (2) bij de accountantsorganisatie werkzaam of verbonden zijn, (3) de gedrags- en beroepsregels die door NIVRA en NOvAA bij verordening worden vastgesteld naleven en (4) de specifieke eisen die de Wta stelt naleven. Accountants die kunnen optreden als Pagina ! van !5 18 Kamerstuk II, 31 980, Nr.46 Kamerstuk II, 31 980, Nr.47 Kamerstuk II, 31 980, Nr.48 Kamerstuk II, 31 980, Nr.49 AFM, http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.10 AFM, http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.11
  • 6. externe accountant zijn in dienst van de accountantsorganisatie of kunnen eraan zijn verbonden. Niet alleen eigenaren van accountantsorganisaties die hun beroep uitoefenen via een praktijkvennootschap kunnen zich verbinden aan de accountantsorganisatie, ook andere accountants kunnen zich verbinden en voor die organisatie optreden als externe accountant. Is er sprake van verbondenheid, dan is het noodzakelijk dat er12 een schriftelijke overeenkomst is, waarin de wederzijdse rechten en verplichtingen van de betreffende persoon en de accountantsorganisatie zijn vastgelegd. De accountantsorganisatie heeft een zorgplicht over haar externe accountants. Hiermee wordt bedoeld dat de accountantsorganisatie ervoor moet zorgen dat haar externe accountants zich houden aan alle eisen die de wet aan externe accountants stelt. Tevens is zij ook verantwoordelijk dat de externe accountant handelt volgens de in het stelsel van kwaliteitsbeheersing van de accountantsorganisatie vastgelegde regels en procedures. De AFM kan de accountantsorganisatie op beide punten aanspreken. De gedrags- en beroepsregels die door NIVRA en NOvAA bij verordening zijn13 vastgesteld moeten de externe accountants naleven. Tevens is in de Wta opgenomen dat de externe accountant moet voldoen aan regels voor vakbekwaamheid, onafhankelijkheid, objectiviteit en integriteit (Art.25 Wta). Er wordt verwezen naar de Wta voor de invulling van deze regels en dan wel specifiek naar de beroepsregelementering die wordt vastgesteld door het NIVRA en de NOvAA en in het bijzonder naar de gedrags- en beroepsregels. De meer gedetailleerde regels over permanente educatie, onafhankelijkheid en de controlestandaarden (de huidige Richtlijnen Accountantscontrole) zullen worden opgenomen in “Nadere Voorschriften”, waarnaar wordt verwezen in de Verordening Gedragscode. Met vakbekwaamheid wordt bedoeld de deskundigheid, de14 vaardigheid en de ervaring die nodig zijn voor de te verrichten controle van een specifieke financiële verantwoording van de externe accountant. Van de externe accountant wordt verwacht dat hij volgens de beroepsregels zijn controles uitvoert. Doordat de externe accountant onafhankelijk handelt, waarborgt hij dat zijn oordeel over de betrouwbaarheid van de financiële verantwoording objectief kan zijn, met andere woorden niet wordt beïnvloedt door andere dan puur vaktechnische overwegingen. De onafhankelijkheidsregels die zijn opgenomen in de huidige beroepsreglementering zullen ook na de invoering van de Wta van toepassing zijn. Als laatste wordt er van de externe accountant verwacht dat hij integer is.15 De Wta stelt ook nog een aantal specifieke eisen, dit betreft de geheimhouding, de melding van fraudes en de melding van betrokkenheid bij een tuchtrechtsgeding. Onder geheimhouding wordt verstaan16 dat de externe accountant de gegevens die hij tijdens het verrichten van een wettelijke controle ter beschikking krijgt en waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden geheimhoudt, tenzij een wettelijk voorschrift hem verplicht tot mededeling (Art.26 Wta). Er is ook een uitzondering die geregeld is in de Wta, namelijk de verlichting een redelijk vermoeden van fraude van materieel belang te melden aan een politieambtenaar of een officier van justitie (Art. 26, lid 3). De account hoeft dit alleen te melden als de cliënt in de ogen van de externe accountant geen ontoereikende maatregelen heeft genomen om de fraude te herroepen en om herhaling te voorkomen. Details over deze regeling worden uitgebreid behandeld in het Bta. Melding van betrokkenheid bij een tuchtrechtsgeding moet alleen plaatsvinden aan de cliënt waarbij de wettelijke controle wordt verricht en niet aan al zijn andere wettelijke- controlecliënten. Het gaat hier puur om de melding die de externe accountant moet doen (Art.30 jo. Art.31 Wta).17 Pagina ! van !6 18 AFM (a), http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.12 AFM (a), http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.13 AFM (a), http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.14 AFM (a), http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.15 AFM (a), http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.16 AFM (a), http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 1217 oktober 2014.
  • 7. 2.3 Toezicht op de accountant Accountants hebben te maken met de toezichthouders op het financiële systeem en de financiële sector, namelijk met DNB (De Nederlandse Bank) en AFM. Deze toezichthouders maken gebruik van de kennis van de externe accountant bij de uitvoering van het toezicht. In Nederland geldt sinds 2005 de Wet toezicht18 accountantsorganisatie (Wta), waaraan accountants zich moeten houden. De toezichthouder van de Wta is de AFM, die ervoor zorgt dat de accountants hun neutrale positie verstevigen, waardoor het publieke belang gediend zal worden. De AFM toetst de externe accountants door te kijken naar het register en controleert19 bij NIRVA en NOvAA de naam en het inschrijvingsnummer. De AFM richt zich alert op bij signalen als blijkt dat de externe accountants niet de gedrags- en beroepsregels en/of de specifieke Wta-eisen naleven. Mocht dit dus het geval zijn, dan zal de AFM eerst nagaan of de accountantsorganisatie is tekortgeschoten in de zorgplicht voor haar externe accountants, dan wel in de naleving van een ander aan haar gestelde wettelijke verplichting. De AFM kan dan de accountantsorganisatie aanspreken, maar heeft deze niets gedaan, dan kan een klacht tegen de betrokken externe accountant ingediend worden bij de Accountantskamer of bij de Raden van Tucht, zolang de Wta nog niet in werking is getreden.20 3.Wettelijke mogelijkheden pro-actiever optreden accountants De bankencrisis heeft duidelijk gemaakt dat de controlerende accountants en accountantsorganisaties niet in staat waren te waarschuwen voor de crisis. De commissie-De Wit vraagt zich af welke toegevoegde waarde een accountantsverklaring dan nog kan hebben voor de beoordeling of een financieel systeem gezond is en welke rol de accountancy kan en wil spelen in het waarborgen van de stabiliteit van het financiële systeem.21 In dit onderdeel beantwoorden wij de vraag: Welke mogelijkheden had de externe accountant volgens de in 2009 geldende wet en regelgeving om meer proactief te handelen? 3.1 De accountant en Corporate Governance Code Op grond van principe V.4 van de Nederlandse corporate governance code brengt de externe accountant naar aanleidingen van zijn werkzaamheden verslag uit van zijn bevindingen aan de raad van bestuur en de raad van commissarissen (RvC) in het kader van controle van de jaarrekening. De externe accountant kan in zijn verslag aandacht besteden aan de kwaliteit van interne risicobeheersing- en controlesystemen en bedreigingen en risico’s voor de vennootschap en de manier waarop daarover gerapporteerd dient te worden in de te publiceren gegevens. Dit volgt uit de best practice bepaling V4.3 (de Waard, 2008:47). De primaire taak van de externe accountant is bovenal beperkt tot het controleren van de financiële verantwoording van de vennootschap, maar voor de uitvoering van zijn werkzaamheden kan het van belang zijn voor de accountant om relevante risico’s voor de onderneming te onderkennen. Bijvoorbeeld maatschappelijke vraagstukken als arbeidsomstandigheden, milieu, sociale omgeving en ondernemingsethiek (de Waard, 2008:47). 3.2 De accountant en art. 2:393 BW De externe accountant is verantwoordelijk tegenover de klant en tegenover derden bij de controle. Zij mogen afgaan op de inhoud van de accountantsverklaring. De externe accountant dient zijn klanten te wijzen op tekortkomingen in diens verantwoording wanneer hiervan sprake is. Tegenover het publiek staat de accountant ervoor in, voor zover hij heeft kunnen beoordelen dat de verantwoording in overeenstemming met titel 9 van boek 2 is gedaan (lid 3)(Buisman, 1995:1-4). Het kiezen van de wijze van verantwoorden, zoals het waarderingsstelsel, is aan degenen die de jaarrekening opstellen. De externe accountant controleert Pagina ! van !7 18 Kamerstuk II, 31 980, Nr.418 AFM (b), http://www.afm.nl/nl/professionals/afm-voor/accountants/tz-accountantorg.aspx, bezocht op 14 oktober 2014.19 AFM, http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.20 Kamerstukken II, 31 980, Nr.4.21
  • 8. of de keuze consistent toegepast is en of het leidt tot een aanvaardbare verantwoording. Overige gegevens mogen niet in strijd zijn met de jaarrekening en minimuminhoud.22 Op grond van lid 4 brengt de externe accountant over zijn werkzaamheden verslag uit aan de RvC en het bestuur. In het verslag worden vooral aanbevelingen gedaan over de boekhoudkundige situatie en op welke manier in de toekomst de taak van de accountant en het inzicht van het bestuur tussentijds gemakkelijker kan worden. Ten minste maakt de accountant melding van zijn bevindingen op het gebied van betrouwbaarheid en continuïteit van de geautomatiseerde gegevens van de rechtspersoon.23 Uit lid 5 volgt dat de externe accountant de uitslag van het onderzoek weergeeft in een verklaring omtrent de getrouwheid van de jaarrekening. Er kan een goedkeurende verklaring, een verklaring met beperking, een afkeurende verklaring of een verklaring met deelonthouding zijn (lid 6). De soorten zijn sinds 2005 in de wet genoemd. De accountant geeft ook aan volgens welke controlestandaarden hij gewerkt heeft24 (Storm, 2009:85). Het is mogelijk voor de accountant in het verslag de aandacht te vestigen op een bepaald punt zonder dat de goedkeurde verklaring ‘vermindert’ wordt. Er volgt een afzonderlijke mededeling van de accountant in geval er tekortkomingen zijn. Als de onzekerheid nog te groot is komt er een verklaring met25 beperking. Is het gegeven beeld als geheel onzeker dan volgt ‘oordeelonthouding’; bijvoorbeeld wanneer de continuïteit van de onderneming wordt bedreigd en wordt verantwoord als going concern .26 3.3 Informatie en meldingsplicht De rol van een accountant is niet beperkt tot alleen het geven van een verklaring. Er is ook een wettelijke informatie en meldingsplicht. Dit zijn uitzonderingen op de wettelijke geheimhoudingsplicht (Diekman, 2010:20). In art. 3:88 en 3:89 van de Wft is bepaald dat de externe accountant aan de DNB verplicht is alle inlichtingen te verstrekken die de DNB redelijkerwijs nodig heeft voor adequate uitoefening van zijn taak als toezichthouder. In art. 136 en 137 van het Besluit prudentie regels Wft zijn art. 3:88 en 3:89 verder uitgewerkt.27 De informatie kan o.a. gaan over bedreigingen van het voortbestaan van de onderneming en het niet naleven van bepaalde toezicht regelgeving door de onderneming. Wanneer de accountant geen goedkeurde verklaring wil af geven of wanneer het nodig is dat bepaalde voorbehouden gemaakt worden, moet hij zo snel mogelijk de bijbehorende informatie overleggen aan de DNB, in overleg met de betreffende onderneming. Ook dient correspondentie van de externe accountant aan de onder toezicht staande onderneming, voor zover die betrekking hebben op de accountantscontrole of de bevindingen interne beheersing overlegd te worden aan de DNB. In de artikelen 107 en 108 besluit gedragstoezicht financiële28 ondernemingen Wft wordt de meldingsplicht naar de AFM uitgewerkt. Deze is nagenoeg dezelfde als bij de DNB, maar omvat niet de bedreigingen voor het voortbestaan van de onderneming (Diekman, 2010:21). Een andere uitzondering op de geheimhoudingsplicht is geregeld in de Wta. Het betreft hier melding in geval van fraude. Op grond van art. 26 Wta is er de verplichting voor de externe accountant om een redelijk vermoeden van fraude van materieel belang te melden aan het meldpunt KLPD. Er hoeft geen melding gedaan te worden als er toereikende maatregelen genomen zijn deze fraude ongedaan te maken of herhaling te voorkomen. Ten slotte is er een voor de externe accountant een meldplicht witwassen en29 financiering terrorisme wat geregeld is in de Wft.30 Pagina ! van !8 18 Kiersch, T&C Burgerlijk Wetboek, commentaar op artikel 393 Boek 2 BW, p.2.22 Kiersch, T&C Burgerlijk Wetboek, commentaar op artikel 393 Boek 2 BW, p.2.23 Kiersch, T&C Burgerlijk Wetboek, commentaar op artikel 393 Boek 2 BW, p.3.24 Kamerstukken II 2008/09, 31508,3 p.15.25 ! Kiersch, T&C Burgerlijk Wetboek, commentaar op artikel 393 Boek 2 BW, p.3.26 DNB (a), http://www.toezicht.dnb.nl/2/50-201888.jsp, bezocht op 14 oktober 2014.27 DNB (a) http://www.toezicht.dnb.nl/2/50-201888.jsp, bezocht op 14 oktober 2014.28 AFM (a), http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.29 DNB (b), http://www.toezicht.dnb.nl/4/6/50-204768.jsp, bezocht op 14 oktober 2014.30
  • 9. Samengevat kan gezegd worden dat op grond van de corporate governance code de accountant verslag uit brengt aan de RvC en het bestuur. Mogelijke bedreigingen en risico’s voor de onderneming kunnen daarbij in kaart worden gebracht. Op grond van artikel 2:393 BW geeft de accountant een verklaring omtrent de getrouwheid van de jaarrekening. Daarnaast is er een wettelijke informatie en meldingsplicht aan toezichthouders opgenomen Wft, de Wta en de Wwft. 4. Verbetering door voorstellen Barnier en Plasterk of niet? Voor de economische crisis lag de nadruk op internationalisering, liberalisering en deregulering. Maar nu gaat het vooral om het hervormen en stabiliseren van de financiële sector. Dit brengt ook met zich mee dat in de afgelopen tijd een hele stroom aan voorstellen en onderzoeken is gedaan en wet- en regelgeving is ontstaan dat pleit voor onder andere meer accountantscontrole, verbetering van verslaggeving en betere corporate governance. Vanwege de internationalisering in de handel en transacties is het dan ook niet meer31 voldoende om alleen binnen de grenzen regelgeving te creëren, en hierdoor stelt de Europese Commissie in een persbericht; "In de nasleep van de financiële crisis moeten we ons afvragen of de auditfunctie niet kan worden verbeterd zodat in de toekomst nieuwe financiële risico's kunnen worden beperkt". Door de crisis zijn ook enkele zwakke punten van de auditsector aan het licht gekomen, die verder moeten worden onderzocht. ”32 In dit hoofdstuk bekijken we de voorstellen van de eurocommissaris Michel Barnier en Tweede kamerlid Ronald Plasterk, die door de Tweede Kamer zijn aangenomen. In 2010 werd de Green paper, audit policy; lessons from the crisis, gepubliceerd door eurocommissaris Michel Barnier. Volgens Michel Barnier, commissaris van Interne markt en diensten, is het van groot belang dat hervormingen plaatsvinden in deze sector en dat wettelijke controle wordt verbeterd, zo stelt de Eurocommissaris ook: "Voor het vertrouwen in de markt is het van groot belang dat financiële overzichten waarheidsgetrouw zijn. Alle financiële actoren moeten kunnen vertrouwen op informatie die de echte financiële gezondheid van ondernemingen weergeeft. Auditors spelen een belangrijke rol. Daarom moeten controles van financiële overzichten degelijk en volledig onafhankelijk zijn."33 Op 30 november 2011 heeft Commissaris Barnier daadwerkelijk de wetgevingsvoorstellen gepresenteerd voor de hervorming van de accountantsmarkt. Deze voorstellen voorzien in een wijziging van Richtlijn 2006/43/EG en een nieuwe Verordening (de ontwerp verordening) betreffende specifieke vereisten voor de wettelijke controle van organisaties van openbaar belang (OOB’s). Benadrukt moet worden dat de voorstellen niet of slechts ten dele van toepassing zijn op de accountantscontrole in het MKB-segment, tenzij deze MKB-controlecliënten kwalificeren als OOB. Het begrip organisatie van openbaar belang wordt ook34 vermeld in art 1 sub L Wet toezicht Accountantsorganisatie. Met de voorstellen heeft Barnier een aantal doelen: het verbeteren van de onafhankelijkheid van de accountant en van de kwaliteit van de accountantscontrole, het meer dynamisch maken van de markt voor accountantscontrole en het verbeteren van de interne markt en het versterken van supervisie. De doelstellingen van Barnier zijn geconcretiseerd in een aantal belangrijke maatregelen die hetzij direct, hetzij via onafhankelijkheid, de professioneel-kritische instelling van de accountant raken (Nieuw Amerongen en Quadackers, 2012). Pagina ! van !9 18 EC, http://www.accountant.nl/readfile.aspx?31 ContentID=63804&ObjectID=639414&Type=1&File=0000031176_EC_Green_Paper_on_Audit_Policy_20101013.pdf, bezocht op 12 oktober 2014. Accountant (b), http://www.accountant.nl/Accountant/Nieuws/Europese+Commissie+publiceert+green+paper+over+v.aspx, bezocht op 12 oktober32 2014. Accountant (b), http://www.accountant.nl/Accountant/Nieuws/Europese+Commissie+publiceert+green+paper+over+v.aspx, bezocht op 12 oktober33 2014. AFM (c), http://www.afm.nl/~/media/files/rapport/2012/analyse-wetgevingsvoorstellen-ec.ashx, bezocht op 12 oktober 2014.34
  • 10. Onafhankelijkheid is belangrijk om een professioneel-kritische houding te kunnen behouden tegenover de cliënt bij de wettelijke controle, aangezien dit voor de accountant maar een onderdeel is uit ook nog andere commerciële diensten. Om de onafhankelijkheid te waarborgen zijn een aantal problemen besproken en een aantal voorstellen gedaan. Zo is het een probleem dat een onderneming zelf de aanstelling en beloning van de accountant bepaalt, terwijl de accountant een onafhankelijke controle functie moet hebben. Een ander probleem is bijvoorbeeld de beperkte roulatie bij accountantskantoren. Als eerste wordt hierbij voorgesteld door Barnier om een scheiding te maken tussen het doen van wettelijke controles en het verrichten van controle gerelateerde diensten en overige diensten van een accountant bij OOB’s (organisaties van openbaar belang) om onafhankelijkheid te bevorderen (Art.24b Wta). Uit het35 voorstel kwam ook naar voren dat maar maximaal 10% van het totale honorarium aan de overige diensten mag worden geleverd aan een controle client. Verder is voorgesteld om periodieke roulatie voor accountantskantoren verplicht te stellen. Hierbij zullen ondernemingen minimaal een keer in de zes jaar van accountantskantoor moeten wisselen. Een voordeel van weinig roulatie is dat een accountantskantoor veel kennis verkrijgt over een onderneming en zelfs de branche waarin de onderneming actief is, deze kennis brengt voordelen met zich mee als de onderneming op waarde geschat moet worden, als een schatting van risico’s moet worden gemaakt en er kan een beter een toekomstbeeld geschetst worden, want de accountant kent zijn cliënt gewoon beter. Barnier zegt dat de onafhankelijkheid en de dynamiek in de auditmarkt juist verhoogd zullen worden. Een ander voorstel is de joint-audit; het verrichten van accountantscontrole door meer dan een accountantskantoor. Het gaat hier dan voornamelijk om combinatie van een kleiner accountantskantoor naast een groot kantoor. Dit voorstel wordt niet verplicht gesteld door Barnier, maar het wordt wel gestimuleerd en lidstaten mogen dit dan ook wel zelf verplicht stellen in de regelgeving. Een voordeel bij joint-audit is dat de roulatie periode wordt verlengd tot negen jaar in plaats van de standaard zes jaar. Verder wordt ook de Big-Four clausule verboden, wat inhoudt dat de bank niet meer een clausule kan opnemen in contracten, waarin het ondernemingen verplicht de jaarrekening bij een van de vier grote accountantskantoren te laten controleren, omdat deze dan meer waard zou zijn. De Lidstaten moeten ook ervoor zorgen dat de mate waarin de controlestandaarden worden toegepast op middelgrote ondernemingen proportioneel is aan de schaal en complexiteit van deze ondernemingen. Dus hoe kleiner de onderneming,36 hoe minder streng de regels zijn. Uiteindelijk moeten al deze wetten en regels het ook makkelijker maken voor accountants om hun werk te doen buiten de eigen landsgrenzen. Kijkende naar het binnenlandse voorstel van Ronald Plasterk, de initiatiefnota; de accountancy na de crisis. De initiatiefnota bevat punten die afgeleid zijn van de Green Paper van Michel Barnier, maar bevat ook andere en aangepaste voorstellen. Deze initiatiefnota bespreekt de initiatieven die de sector, verenigd in de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA), inmiddels zelf heeft genomen voor een aantal verbeteringen in de procedure en de kwaliteitszorg. Hierbij worden een aantal punten behandeld in het plan van aanpak ‘Lessen uit de kredietcrisis’ (NBA, 2010: 3-9): • Kwaliteit als belangrijkste grondslag voor beoordeling en beloning van accountants bij controlecliënten; • Verbod op commerciële prikkels als omzet en crossselling als criterium voor beloning; • De Raad van Commissarissen (RvC) wordt de opdrachtgever van de accountant. Zij bepaalt welke accountant ingeschakeld wordt en onderhandelt over het honorarium. De accountant rapporteert aan de RvC; • In de controleverklaring verplicht aandacht besteden aan specifieke gebieden, in de vorm van een verplichte toelichtende paragraaf over bijvoorbeeld risicobeheersing, financiering en continuïteit, schattingen van het management en belangrijke waarderingsgrondslagen; Pagina ! van !10 18 AFM (d), http://www.afm.nl/nl/professionals/afm-voor/accountants/hervorming/voorstellen-verordening/scheiding.aspx, bezocht op 10 oktober35 2014.art 10 lid 2 en 3 Ontwerp Verordening. AFM (c), http://www.afm.nl/~/media/files/rapport/2012/analyse-wetgevingsvoorstellen-ec.ashx, bezocht op 10 oktober 2014.36
  • 11. • Verbetering van de informatie-uitwisseling tussen De Nederlandsche Bank (DNB) als prudentieel toezichthouder en accountants en opheffing van de geheimhoudingsplicht van DNB met betrekking tot deze informatievoorziening.37 Maar ook de wensen van de AFM tot meer bevoegdheden voor het toezicht op de accountancy worden genoemd waar Plasterk ook achter staat. Zo wil de AFM bevoegdheid om nadere toelichting te vragen zonder de eis van twijfel over de juiste toepassing van de verslaggevingstandaarden. Maar ook wil de AFM de bevoegdheid om documenten en informatie te kunnen opvragen wanneer zij dit nodig achten. Verder wil de AFM de bevoegdheid om de Ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam te verzoeken een uitgevende instelling te bevelen een aanbeveling van de AFM na te leven. Dan worden ook drie additionele instrumenten genoemd in de initiatiefnota om de accountant de juiste positie te geven ten opzichte van het te controleren bedrijf en ten opzichte van de externe belanghebbenden, zoals de klanten, derde bedrijven en de overheid. Bij dit punt worden ook een aantal zaken van Barnier aangehaald. Zo pleit Plasterk ook voor een verplichte roulatie, en ook al erkent hij dat het eerste jaar na de verandering van accountant de controle minder zal zijn, omdat men niet z’n weg kent binnen het bedrijf. Maar daar tegenover, zegt Plasterk, staat weer het hebben van een onafhankelijke frisse blik bij het controleren. In Italië is een onderzoek geweest naar het nut van verplichte roulatie. In Italië bleek dit niet gunstig te zijn, maar volgens Ronald Plasterk is dit geen ceteris paribus experiment; Italië is in meerdere opzichten qua mores niet geheel vergelijkbaar met Nederland.38 Verder wil Plasterk in zijn initiatiefnota dat de opdrachtgever voor de audit van de grote financiële instellingen de controleklant zelf is, maar dat een onafhankelijke instantie, bijvoorbeeld de AFM, de keuze van de accountant moet goedkeuren voordat de audit-opdracht wordt verstrekt. Dit is omdat het algemeen belang erg groot is bij deze instellingen. En ook hier wordt weer de scheiding van controle en advies door accountants genoemd. Er zijn voordelen en nadelen voor al deze voorstellen. Zo kan men zeggen dat roulatie van accountantskantoren kan zorgen voor meer onafhankelijkheid en een meer kritische blik op jaarrekeningen en verder zou het ook de marktwerking en competitie bevorderen. Maar anderen zeggen weer dat het zorgt voor meer fraude gevallen en rechtszaken in het eerste jaar na de wisseling van accountantskantoren, hierdoor is dus ook tijdelijk de kwaliteit van controle slechter. Naast de voorstellen voor wet- en regelgeving uit Nederland zijn er ook vanuit Europa veel initiatieven genomen. Dit betekent dat de invoering van verschillende wetten enigszins tot harmonisatie zal kunnen leiden binnen Europa als het gaat om regelgeving op bepaalde gebieden binnen de financiële sector. Al moet wel worden gezegd dat het vaak gaat om een raamwerk en niet duidelijke en strenge regelgeving, waardoor verandering niet snel zal optreden. Door al deze voorstellen kan wel gezegd worden dat stappen worden gemaakt waarbij door meer regels en toezicht in zowel Nederland als in Europa wordt geprobeerd om gedrag en gewoonten binnen de accountantskantoren en financiële sector te veranderen. De hoop hierbij is dat de onafhankelijkere accountant in de toekomst ondernemingen en banken beter kan controleren en op waarde kan schatten en dit kan uiteindelijk dan ook een positief effect hebben op het vertrouwen dat mensen hebben in die financiële sector. 5. Tekortschietende rol van de accountant in de praktijk Als er wordt gekeken naar de afgelopen jaren zijn er tal van praktijk voorbeelden te bedenken waarbij accountants negatief in het nieuws zijn geweest. Denk aan verschillende boekhoudschandelen van grote ondernemingen, zoals Ahold, Imtech en Ballast Nedam. Ook de grote accountantskantoren zijn de afgelopen tijd regelmatig in het nieuws geweest; KPMG, Ernst & Young en Deloitte zijn enkele grote namen. Een van Pagina ! van !11 18 Kamerstukken II, 2010/11, 32 643 nr. 237 Kamerstukken II, 2010/11, 32 643 nr. 238
  • 12. de meest bekende casus tijdens de bankencrisis is toch wel het opspraak rondom Dirk Scheringa en zijn bank. Vandaar dat gekozen is voor de tekortschietende rol van de accountant toegepast op de casus van DSB. In 2012 luidt het nieuws dat er een berisping is voor de accountant van DSB. De accountant van Ernst & Young had namelijk in 2008 de jaarrekening van DSB goedgekeurd, maar de bank ging wel vier maanden later failliet (Accountancynieuws, 2012). De AFM had bij de Accountantskamer een klacht ingediend (Accountant, 2012). Uit een onderzoek van de accountantskamer kwam naar voren dat de beoordeling van onderdelen van de jaarrekening gebrekkig en onvoldoende kritisch is uitgevoerd. Het had vooral betrekking op de onderdelen kredietverstrekking en balanspost kredieten. De balanspost kredieten vormde 86 procent van het balanstotaal. Aangezien het een groot gedeelte vormt, is het van belang dat de beoordeling van dit onderdeel goed gebeurd. Daarnaast waren er nog een aantal tekortkomingen. De accountant moet processen van DSB controleren, maar hij legde niet vast hoe hij dit deed en wat precies de uitkomsten van het onderzoek waren. Ook oordeelde de accountant ook niet over de interne beheersmaatregelen die ingesteld waren door DSB (Accountancynieuws, 2012). De controles die de accountant deed zorgde voor onvoldoende informatie voor de controle van de kredieten. De Accountantskamer is van mening dat de kredieten in de jaarrekening van 2008 dus onjuist zijn (Accountant, 2012). De accountant van Ernst & Young is door de toezichthouder AFM voor de tuchtrechter gesleept. De reden hiervoor was dat er sprake was van ernstige tekortkomingen in de controle van de jaarrekening. DSB had namelijk moeite om kapitaal aan te trekken. Hierdoor zou de liquiditeitspositie van DSB de accountant meteen moeten opvallen (Accountancynieuws, 2012). 6. Mogelijkheden ter verbetering rol van de accountant Onlangs zijn er drie rapporten verschenen die gaan over de toekomst van de accountancy sector. Het rapport van de AFM, het rapport van de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA) en een evaluatierapport over de Wet toezicht accountantsorganisaties (Wta). Ten aanzien van de rol van de39 accountant binnen de financiële crisis is reeds in 2010 door de commissie De Wit aanbevolen om de accountant een actievere rol toe te kennen binnen de organisatie van financiële instellingen. Destijds werd de nadruk gelegd op de interne toezicht en de financiële verslaggeving. Ter aanvulling op bovenstaande40 rapporten willen wij twee aspecten aangaande de positie van de accountant binnen de organisatie van financiële instellingen nader uitwerken. Deze aspecten hebben betrekking op de informatie- en verwachtingskloof: het instellen van een balanscommissaris en het vergroten van de signaleringsfunctie van de accountant. De volgende vraag dringt zich op: In hoeverre wordt de informatie- en verwachtingskloof overbrugd door enerzijds het instellen van een balanscommissaris en anderzijds door het vergroten van de signaleringsfunctie van de accountant? 6.1 Informatiekloof: integratie toezicht en controle Het samenbrengen van interne toezicht- en controletaken in de hoedanigheid van een balanscommissaris is een mogelijkheid om de positie van de accountant binnen de organisatie van een financiële instelling te versterken. De informatiekloof kan hierdoor gedicht worden. Enerzijds is de accountant op grond van de wet beperkt in zijn communicatie met de RvC van de vennootschap. Hij hoeft slechts een korte verklaring af te leggen waarin hij aangeeft dat de jaarrekening van de vennootschap een getrouw beeld weergeeft en aan de overige voorschriften voldoet. De ratio van deze beperking is vooral gelegen in de beroepsregels die aan de accountant onder meer een geheimhoudingsplicht oplegt.41 Pagina ! van !12 18 Kamerstukken II 2014, 1443.39 Kamerstukken II 2009 /10, 31 980, nr. 3-4, p. 154 e.v.40 Van der Zanden, Ondernemingsrecht 2013/96, p.10.41
  • 13. Anderzijds zijn de RvC en het bestuur gebonden door de wet in zowel hun onderlinge communicatie als naar de aandeelhoudersvergadering (AvA) toe. De formele communicatie tussen het bestuur en de AvA42 blijft bijvoorbeeld beperkt tot de voorschriften inzake de jaarrekening en het jaarverslag. De mededelingen van de accountant over de controle van de jaarrekening kunnen de aandeelhouders bereiken op grond van de corporate governance codes. De specifieke bevindingen aangaande de risico’s die aandeelhouders mogelijk lopen, mogen slechts verstrekt worden met goedkeuring van het bestuur en kunnen in het gedrang komen door de geheimhoudingsplicht. De aandeelhouders kunnen via een omweg, door de RvC te ondervragen over haar toezichthoudende taken, achter deze bevindingen komen.43 Bovenstaande beperkingen veroorzaken een informatiekloof die kan worden overbrugd door het instellen van een balanscommissaris binnen de organisatie van een financiële instelling. De accountant neemt hierbij als commissaris plaats in de RvC. Deze integratie brengt drie voordelen met zich mee. Het eerste voordeel is te vinden in een gedachtewisseling die kan plaatsvinden binnen de RvC. De bevindingen van een accountant kunnen op deze manier onbelemmerd gedeeld worden, aangezien men dezelfde belangen voor ogen heeft en men elkaar als collega’s ziet. Het verkleint de afstand die momenteel aanwezig is tussen de accountant en de RvC. Het tweede voordeel is gelegen in het feit dat een balanscommissaris beter op de hoogte is van de actuele situatie binnen de organisatie en hier eerder over kan rapporteren aan de RvC dan momenteel het geval is. Het laatste voordeel ziet op de verbetering van de communicatie tussen de RvC en de aandeelhouders. De bevindingen van de accountant kunnen namelijk meegenomen worden in de verantwoording van de taken van de RvC en eenvoudiger toegelicht worden dan via de huidige omweg.44 6.2 Verwachtingskloof: signaleringsfunctie accountant De commissie De Wit constateert in haar eerste rapport ‘Verloren Krediet’ dat er 'tekortkomingen (zijn) in de signaleringsfunctie van de accountant’ en dat dit ertoe heeft geleid dat er een ‘kloof ( (is) tussen hetgeen in het maatschappelijke verkeer wordt verwacht van de accountant en de daadwerkelijke rol die de accountant kan en wil spelen’. Met andere woorden: in het maatschappelijk verkeer bestaat een verwachtingspatroon45 dat luidt dat een goedgekeurde accountantsverklaring gelijk staat aan een gezonde onderneming. Vanuit dat perspectief valt het niet goed uit te leggen waarom financiële instellingen met goedgekeurde verklaringen na de controle in continuïteitsproblemen zijn gekomen. Hoewel de accountant belangrijke gebeurtenissen na de balansdatum dient mee te nemen bij zijn beoordeling, blijft de vraag of de accountant niet in een eerder stadium melding moet maken van mogelijke continuïteitsrisico’s.46 Deze problematiek kan in de praktijk op drie manieren ondervangen worden. De eerste manier is om binnen de accountantsverklaring specifieke aandachtspunten te benoemen die o.a. zien op de controle en de controlemethodiek, bijzondere waarderingsgrondslagen en schattingen incluis. Een andere manier is om47 uitgebreider verslag te doen van de risicogebieden van een financiële instelling in de beoordelingsverklaring bij het jaarverslag. Als laatste mogelijkheid kan de accountant, na overleg met het toezichthoudende orgaan, over de aandachtspunten en risicoanalyses een toelichting geven in de AvA. Bij dit alles moet het48 uitgangspunt zijn dat de accountant pro-actiever en uitgebreider rapporteert over de risico’s die het voortbestaan van een financiële instelling op de korte en lange termijn kunnen bedreigen. Anders gezegd: de accountant moet bij het in kaart brengen van bijvoorbeeld de continuïteit zich niet beperken tot de financiële gegevens, maar zijn analyse breder trekken. Een evaluatie van het management, Pagina ! van !13 18 Artikel 2:141 en artikel 2: 251 BW.42 Van der Zanden, Ondernemingsrecht 2013/96, p. 11.43 Van der Zanden, Ondernemingsrecht 2013/96, p. 12.44 Kamerstukken II 2009 /10, 31 980, nr. 3-4.45 Abma, Ondernemingsrecht 2013/89, p. 2-4.46 Artikel 2:393 lid 5 BW47 Artikel 2:117 lid 5 BW48
  • 14. het bedrijfsmodel en de concurrentiepositie van de financiële instelling mag niet achterwege blijven zodra dit de continuïteit van een financiële instelling raakt. Hier is een belangrijke signaleringsfunctie weggelegd voor de accountant. 6.3 Conclusie en aanbevelingen Terugkomend op de deelvraag, in hoeverre de informatie- en verwachtingskloof wordt overbrugd door enerzijds het instellen van een balanscommissaris en anderzijds door het vergroten van de signaleringsfunctie van de accountant, kan geconcludeerd worden dat de overbrugging van de informatiekloof plaats kan vinden door te kijken naar de voordelen die het instellen van een balanscommissaris met zich meebrengt: • Het uitwisselen van gedachten tussen de accountant en de andere commissarissen binnen de raad kan ongestoord plaatsvinden; • Een balanscommissaris zit dichter op de zaak en heeft hierdoor een actuelere overzicht van de stand van zaken, waardoor hij eerder aan de bel kan trekken; • De verantwoording van de toezichthoudende taken ten opzichte van de AvA zal eenvoudiger verlopen wanneer de RvC een balanscommissaris in haar midden heeft. De overbrugging van de verwachtingskloof kan voorts plaatsvinden door de signaleringsfunctie van de accountant op drie punten te vergroten: • Binnen de accountantsverklaring dient de accountant vaker de nadruk te leggen op aandachtspunten die betrekking hebben op bijzondere waarderingsgrondslagen en schattingen; • De accountant dient in de accountantsverklaring uitgebreider verslag te doen over specifieke risicogebieden van een financiële instelling; • De accountant dient vaker een nadere toelichting te geven in de AvA over de onderzochte aandachtspunten en risicoanalyses. 7. Conclusie In het paper is onderzoek gedaan naar de rol van de externe accountant in de bankencrisis. De hoofdvraag die hierbij centraal stond luidt als volgt: “In hoeverre zijn er mogelijkheden om de maatschappelijke rol van de externe accountants in het toezicht op financiële instellingen te verbeteren, aangezien zij niet in staat zijn gebleken te waarschuwen op de bankencrisis onder de in 2009 geldende wet en regelgeving?” 
 De externe accountant heeft bij de beoordeling van de gezondheid van de financiële situatie van een onderneming een verantwoordelijkheid jegens de onderneming, maar ook jegens de maatschappij. In dit opzicht kan geconcludeerd worden dat de externe accountant niet voldoende pro-actief heeft opgetreden onder de geldende wet en regelgeving in 2009. De accountant heeft verschillende malen gefaald in het beoordelen van de financiële situatie van zowel beursgenoteerde ondernemingen als financiële instellingen, door niet of niet op tijd te waarschuwen. Dit heeft vaak grote gevolgen; van aandeelhouders die verliezen lijden tot banken die uiteindelijk met belastinggeld gered moeten worden. Men vraagt zich dan ook af wat de toegevoegde waarde van de accountantsverklaring is. Barnier en Plasterk hebben als reactie op het tekortkomen van de externe accountant wetsvoorstellen uitgevaardigd. Barnier (EC) wilt met zijn voorstellen een aantal doelen bereiken, namelijk het verbeteren van de onafhankelijkheid van de accountant en van de kwaliteit van de accountantscontrole, het meer dynamisch maken van de markt voor accountantscontrole en het verbeteren van de interne markt en het versterken van supervisie. De doelstellingen van Barnier zijn dan ook geconcretiseerd in een aantal belangrijke maatregelen. Onafhankelijkheid is hierbij een belangrijk begrip. Onafhankelijkheid is nodig om een professioneel- kritische houding te kunnen behouden tegenover de cliënt bij de wettelijke controles. Dit bleek niet altijd goed mogelijk, omdat accountants worden betaald door diezelfde cliënten en hen soms ook nog andere diensten leverden. Als oplossing hiervoor wilt Barnier onder andere een scheiding maken tussen het doen van wettelijke controles en het verrichten van controle gerelateerde diensten en overige diensten van een Pagina ! van !14 18
  • 15. accountant bij OOB’s. Ook is voorgesteld om periodieke roulatie voor accountantskantoren verplicht te stellen. En verder wordt de joint-audit genoemd en de Big-Four clausule, die moet worden verboden. Wat opvalt bij het voorstel van Plasterk is dat het veel overeenkomsten heeft met het voorstel van Barnier. Zo is Plasterk ook een voorstander van de verplichte roulatie voor accountants, de scheiding van controle en advies werkzaamheden door accountants. Tevens wilt Plasterk ook dat een onafhankelijke instantie, bijvoorbeeld de AFM, de keuze van de accountant moet goedkeuren voordat de audit-opdracht wordt verstrekt bij financiële instellingen. Ook pleit hij voor een grotere rol voor de AFM in het toezicht. Het feit dat zowel Europa als lidstaten zelf zich bezighouden met het reguleren van het accountantsberoep kan door ons als positief worden beoordeeld. Gezien het feit dat bedrijven niet alleen in een land gevestigd zijn en handel en transacties niet alleen binnen een land plaatsvinden, is het positief dat regulering ook op Europees niveau gebeurd en steeds verder wordt uitgewerkt. Verdere Europese harmonisering van regelgeving en toezicht zou dan ook sterk worden aanbevolen. Als de EC de regelgeving en toezicht in de verschillende Europese lidstaten harmoniseert, zal de mobiliteit van accountants en de kwaliteit van hun internationale werkzaamheden toenemen. Mogelijk zullen de kosten dan ook afnemen. Aangezien veel nieuwe wetten en wetsvoorstellen kort geleden zijn aangenomen of nog niet geheel zijn geïmplementeerd, is het lastig om de wetten in de praktijk te beoordelen. Het zijn echter stappen in de goede richting om de rol van de externe accountant te verbeteren. Met als einddoel dat de externe accountant op een integere en onafhankelijke manier zijn oordeel geeft over een onderneming, waarbij de accountant in zijn externe communicatie ook vaker de nadruk legt op zowel de specifieke aandachtspunten als de risicogebieden van de betreffende onderneming of financiële instelling. Dit kan door de signaleringsfunctie van de accountant te vergroten. Hierdoor zal uiteindelijk ook de verwachtingskloof verkleind worden tussen wat men verwacht van een accountant en wat hij ook daadwerkelijk levert. Hierbij kan ook van belang zijn om te kijken naar de overbrugging van de informatiekloof. Dit kan door te kijken naar de voordelen die het instellen van een balanscommissaris met zich meebrengt. Een van de voordelen is de onbelemmerde gedachtenuitwisseling, maar ook de grotere betrokkenheid en het vereenvoudigen van de communicatie tussen de RvC en de aandeelhouders is een pluspunt. Tevens zou een transparantere rolverdeling ook een stap in de goede richting zijn, om de kloof tussen ondernemingsleiding, RvC, toezichthouders en accountants te verminderen. Hierbij zouden de RvC en de aandeelhouders meer betrokken moeten worden bij zaken als selectie, benoeming en beloning van de accountant. Op deze manieren kan de accountant zijn rol als poortwachter in het maatschappelijk verkeer weer herwinnen.
 Pagina ! van !15 18
  • 16. Literatuurlijst Tijdschriften Abma, Ondernemingsrecht 2013/89 Rients Abma, ‘Het is de hoogste tijd voor een informatievere accountantsverklaring’, Ondernemingsrecht 2013, afl. 12, p. 1-3. Nieuw Amerongen, Accountancy en Bedrijfseconomie 2012 Nieuw Amerongen, N. van en Quadackers, L. (2012), “Barnier en de professioneel-kritische instelling van de accountant”, Maandblad Accountancy en Bedrijfseconomie, 5, 176-184. Van der Zanden, Ondernemingsrecht 2013/96 P.M van der Zanden, ‘Accountants in de problemen! Balanscommissaris, een panacee?’, Ondernemingsrecht 2014, afl. 10/11, p. 1-17. Kamerstukken Kamerstukken II 2009 /10, 31 980, nr. 3-4. Tijdelijke commissie Financieel stelsel, Verloren krediet, 10 mei 2013. Kamerstukken II 2014, 1443. Kamerbrief ‘Reactie op AFM rapport Big 4 accountantskantoren, voorstellen accountancysector en rapport evaluatie Wta’. Kamerstukken II 2010/11, 32 643, nr. 2
 Initiatief nota, “De accountancy na de crisis”, 15 februari 2011. Website Accountancynieuws (2009)“Britse hoogleraar economie: accountants niet schuldig aan bankencrisis” , Accountancy Age/FD, http://www.accountancynieuws.nl/actueel/accountancymarkt/britse-hoogleraar-economie-accountants-niet. 6 8 9 4 7 . l y n k x ? i d = 3 9 6 7 1 8 & P o s t e d F i e l d % 5 B k e y w o r d %5D=micha&pageStart=81&Confirmed=Zoeken#.VDqsxb5UST8 (Bezocht op 11 oktober 2014). Accountancynieuws (2012), “Berisping voor accountants DSB”, http://www.accountancynieuws.nl/actueel/ accountancymarkt/berisping-voor-accountant-dsb.117152.lynkx#.VD50Y75UST9 (Bezocht op 14 oktober 2014). Accountant (a) (2012), “Accountantskamer berispt controlerend accountant DSB Bank”, http:// www.accountant.nl/Accountant/Nieuws/Accountantskamer+berispt+controlerend+accountant.aspx (Bezocht op 14 oktober 2014). Accountant (b) (2010), “Europese Commissie publiceert ‘green paper’ over verbetering auditmarkt”, http:// www.accountant.nl/accountant/nieuws/europese+commissie+publiceert+green+paper+over+v.aspx (Bezocht op 10 oktober 2014). AFM (a), “Vergunningwijzer Wta; H5. Externe accountant”, http://www.afm.nl/~/media/Files/wetten-regels/ wta/vergunningwijzer/vergunningwijzer-Wta-hfst5.ashx (Bezocht op 11 oktober 2014). AFM (b) (2012), “Waarom houdt de AFM toezicht?” http://www.afm.nl/nl/professionals/afm-voor/ accountants/tz-accountantorg.aspx. (Bezocht op 14 oktober 2014).. Europa-nu.nl, “Economische crisis”, http://www.europa-nu.nl/id/vhrtcvh0wnip/economische_crisis (Bezocht op 11 oktober 2014). AFM (c) (2012), “Analyse van wetgevingsvoorstellen van de Europese Commissie voor hervorming van de accountantsmarkt” http://www.afm.nl/~/media/files/rapport/2012/analyse-wetgevingsvoorstellen-ec.ashx (Bezocht op 10 oktober 2014). Pagina ! van !16 18
  • 17. AFM (d) “Voorstellen - Verordening: Scheiding controle en overige diensten bij OOB’s" http://www.afm.nl/ nl/professionals/afm-voor/accountants/hervorming/voorstellen-verordening/scheiding.aspx (Bezocht op 10 oktober 2014). Buisman, J.H. (1995), ‘XIV.2.3 De externe accountant’, Praktijkboek Financieel Management, afl. 30 p. 1-4. Diekman, P. (2010), “Meldplichten voor accountants”, de Accountant, p. 20-21 DNB (a) (2009),“De rol van de accountant in het toezicht”, http://www.toezicht.dnb.nl/2/50-201888.jsp (Bezocht op 14 oktober 2014). DNB (b) (2008), “Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft)”, http:// www.toezicht.dnb.nl/4/6/50-204768.jsp (Bezocht op 14 oktober 2014). Europese Commissie (2010), “Audit policy: Lessons from the crisis”, Green paper Com (2010) 561 final, Brussel. Foobie (2014)., ‘Boekhoudschandaal Ahold’, op: http://artikelen.foobie.nl/financieel/boekhoudschandaal- ahold/ (Bezocht op 13 oktober 2014).
 Kiersch, T&C Burgerlijk Wetboek, commentaar op artikel 393 Boek 2 BW, p.2-3. 
 Klijnsmit,B. & Dr. P., Majoor (2012) “ De voorstellen van Europees Commissaris Barnier voor het hervormen van de auditmarkt”, Maandblad voor Accountancy en Bedrijfseconomie, http://www.mab- online.nl/artikel/892/De-voorstellen-van-Europees-Commissaris-Barnier-voor-het-hervormen-van-de- auditmarkt (Bezocht op 11 oktober 2014). Kroeze,M.J., Timmerman, L., Wezeman, J.B., (2013), De kern van het ondernemingrecht, 3e druk, Kluwer Mavim.nl, “Ronald Plasterk (PvdA) wil veranderingen” http://www.mavim.nl/Ronald-Plasterk-wil- veranderingen-accountantsregels (Bezocht op 11 oktober 2014).
 
 Mierlo, van J. (2009) “Accountants worstelen met verklaring banken”, Financieel Dagblad http://fd.nl/ Archief/666603/accountants-worstelen-met-verklaring-banken (Bezocht op 12-13 oktober 2014). NBA.nl, www.nba.nl (Bezocht op 12 oktober 2014). NBA (2010) “Lessen uit de krediet crisis, plan van aanpak”, Amsterdam. https://www.nba.nl/Documents/ Maatschappelijk%20debat/Plan_van_Aanpak_nov2010.pdf, (Bezocht op 10-11 oktober 2014). 
 NOS nieuws (2007), ‘Chronologie fraude Ahold’, op: http://nos.nl/artikel/121990-chronologie-fraude- ahold.html (Bezocht op 13 oktober 2014). NOS (2008) “Madoff: van 5000 dollar tot 50 miljard” , http://nos.nl/artikel/81418-madoff-van-5000-dollar- tot-50-miljard.html (Bezocht op 13 oktober 2014). NUZakelijk (2011) “Accountant had zwendel Madoff moeten zien”, http://www.nuzakelijk.nl/algemeen/ 2554470/accountant-had-zwendel-madoff-moeten-zien.html (Bezocht op 13 oktober 2014). Rijksoverheid. (2012). “Toezicht op accountants" , http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/corporate- governance/toezicht-op-accountants (Bezocht op 14 oktober 2014). Reinten, T.M.C (2012) “Bachelorscriptie: Wie draait door: Plasterk of de accountantsorganisaties?”, PwC Breda, http://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&source=web&cd=1&ved=0CCMQFjAA&url=http Pagina ! van !17 18
  • 18. %3A%2F%2Fthesis.eur.nl%2Fpub%2F11365%2FBA054-Reinten_328219.pdf&ei=hm0- VNfwCavW7QbRoYDYDA&usg=AFQjCNGnV4Md1RlBt5zmd7FVtjF_lqkxKQ&bvm=bv. 77412846,d.ZGU (Bezocht op 10-11 oktober 2014). Storm, R.J. (2009), “Wet op de Registeraccountants”, Deventer: Kluwer, p. 85. Uger, B. (2009) “Wie is verantwoordelijk voor de financiële crisis?”, justitiële verkenningen, jrg. 35, nr. 6. VEB (2014)., ‘Rechtszaak op rol Deloitte in Ahold-fraude kan na dertien jaar echt starten’, op: http:// www.veb.net/content/HoofdMenu/Acties/AholdDeloitte/UitspraakHRstuiten.aspx (Bezocht op 13 oktober 2014). Waard, D. de (2008) “Toezicht op maatschappelijk verantwoord ondernemen”, Assen: Van Gorcum Pagina ! van !18 18