Presentatie Prof. dr. Oedzge Atzema - Dynamiek in de logistieke wereld en de gevolgen voor de Amsterdamse economie
1. Over Hub’s, Clusters & High Tech
Dynamiek in de logistieke wereld en
de gevolgen voor de Amsterdamse economie
Bijdrage aan Conferentie
Logistiek, motor van de Amsterdamse Economie
17 oktober 2013
Prof. dr. Oedzge Atzema
1
2. Vertrekpunt
Logistiek is een dynamische economische sector.
Bedrijfsleven en overheid stellen voortdurend
nieuwe eisen aan de logistieke sector.
Het adaptief vermogen van de logistieke sector
bepaalt of het ook in de toekomst
de motor is van de Amsterdamse economie.
2
3. Belangrijkste bronnen
Rli advies (2013), Nederlandse Logistiek 2040
‘Designed to Last’. Den Haag: RLi
K. Roozenburg (2012), High Tech logistiek in de
Metropoolregio Amsterdam. Utrecht: UU.
3
4. Dynamiek in de buitenwereld
Verschuiving Economische Zwaartepunten (zuid-zuid)
Technologie (additive manufacturing, cradle-to-cradle)
Arbeidsproductiviteit (krimp ber. bev., alternatieven)
Consumenten (e-commerce, individualisatie, gevoel)
Gevolgen voor logistieke sector:
Toenemende betekenis van de ‘last mile’
Samenvallen van fysiek en virtueel
Maatschappelijke wens voor duurzame oplossingen
4
5. Maatschappelijke dynamiek
‘Delen is het nieuwe hebben’
Economie
van lineair naar circulair
Transport
van doorvoer naar rondvaart
Logistiek
van schakels naar ketens
Ruimte
van spreiding naar clusters
5
7. Hoofdpunten advies RLi
Rijk:
maak van Rotterdam een circulaire hub van Europa
stimuleer clustervorming van de Topsectoren
Gemeenten/provincies:
logistiek moet de steden leefbaar houden
Bedrijfsleven:
ontwikkel integrale ketens voor complete levenscycli
van producten (inclusief ‘after sales’)
7
8. Centrale vragen
. Hoe reageert de logistieke sector op al die dynamiek?
. Wat betekent dat voor de Amsterdamse economie?
8
9. Reactie logistieke sector
Ketenregie vraagt om ‘supply chain management’:
- samenwerking van alle partijen in de waardeketen
- gericht op het optimaal bedienen van eindgebruiker
- tegen zo laag mogelijke gezamenlijke kosten.
Probleem voor de verlader:
‘supply chains’ worden langer en complexer
(‘demand driven’, verticale desintegratie/specialisatie)
Oplossing door de vervoerder:
van distributeur naar logistieke dienstverlener (3PL)
9
10. Reactie logistieke sector
klantgerichtheid vraagt om decentrale distributie:
- bulk distributiecentra i.p.v. Europese distributiecentra
- verschillende modaliteiten naast en achter elkaar
10
11. Voorbeeld High Tech industrie
-
Voorbeeld van een superinternationale Topsector
- In de MRA even groot als in de Brainport Eindhoven
- Kenmerkende logistiek (kleine volumes, hoge eisen,
stipt-op-tijd leveringen, afweging tussen kosten voor
transport en voorraad, retourlogistiek)
- NL toegangspoort tot Europa:
inbound: zeevaart via Rotterdam, luchtvaart via Schiphol
outbound: via weg en binnenvaart naar achterland
11
15. Buitenlandse High Tech vestigingen in MRA
Hoofdkantoren
R&D
Marketing & Sales
Distributie
15
16. Logistieke Dienstverleners High Tech
in Nederland
Logis&eke
dienstverleners
die
high
tech
producten
vervoeren
Bron:
Levelt,
2010
16
17. Trends in Logistiek High Tech
1. Verschuiving va lucht- naar zeevaart
basisvolume via zee, piekvraag via lucht
2. Opkomst multimodale ketens:
zeevracht naar Dubai, doorvliegen naar Schiphol
3. Meer outsourcing logistiek en distributiecentra:
lagere operationele en huisvestingskosten,
‘back to basics’
17
18. Trends in Logistiek High Tech
4. Opkomst van ‘nearshoring’:
minder producten uit Azië, meer uit Oost-Europa
5. Doorgroei van ‘E-commerce’:
vooral voor informatie, minder voor aankoop
18
19. Gevolgen voor Amsterdamse economie
Internationale positie
1. Gunstige uitgangspositie blijft:
gunstige ligging, aantrekkelijk fiscaal klimaat,
efficiënte afhandeling
2. Onderscheidend vermogen wordt kleiner:
voorsprong op andere landen/ stedelijke regio’s
wordt kleiner door meer investeringen elders
3. Vooralsnog geringe groei RDC’s in Oost-Europa:
lastig om netwerken op te zetten, relatief geringe
schaalvoordelen
19
20. Gevolgen voor Amsterdamse economie
Nationale positie
1. Regionale specialisatie:
in MRA DC’s voor klantspecifieke producten (‘on
order’) met geringe voorraad(kosten)
2. Toename zeevracht ten kosten van luchtvracht:
noodzaak nabijheid tot Schiphol neemt af, vooral
Rotterdamse haven, minder Amsterdamse haven
3. Toename outbound logistics via weg:
Venlo dichter bij de rest van Europa
4. Toename outsourcing:
uitbesteding op bovenregionaal niveau
20
21. Tenslotte
voor de discussie
Logistiek als motor voor de economie van Amsterdam
heeft verschillende versnellingen
(lokaal, regionaal, nationaal en internationaal).
In de laagste versnellingen moeten bestaande ruimtelijke
voorzieningen effectiever worden benut (schone logistiek)
In de hoogste versnellingen moeten bestaande netwerken
efficiënter worden georganiseerd (slimme logistiek)
21