2. Sabbat: stoppen, ophouden Klaagliederen 5:15
Exodus 16:22-26
Exodus 20:8-11
= deel van verbond Ieue-Israël
4de: herinner je de dag van de
sabbat om die te heiligen
Exodus 31:13
‘Zeker Mijn sabbatten zult u houden,
want het is een teken tussen Mij en u,
voor uw generaties,…’
Exodus 34:1, :10, :21
Exodus 19:5,6

3. Leviticus 23
Ieue: Mijn ‘vastgestelde tijden/ feesten’:
*:3…op de 7de dag is er een sabbat van stoppen… geen
enkel werk…
* Overige ‘vastgestelde tijden’ / feesten
-eerste maand
-wekenfeest (50 dagen)
-zevende maand
Het land: Lev. 25:4

4. 14 Nisan
Lam geslacht
15 Nisan
Feest Ongezuurde
Broden
Dag 1 én Dag 7 sabbat
16 Nisan
Eerste schoof
bewogen
Vanaf nu tellen
Jaarlijkse extra sabbatten bij ‘feesten’ van Ieue:
Eerste ‘feest’: Pèsach
Leviticus 23:7,8

5. Wekenfeest: 50ste dag. Eerstelingen
22 broden met zuurdeeg sabbat Lev.23: 20,21
1 Tisjri
Dag van Geschal
sabbat
10 Tisjri
Verzoendag
sabbat
15-21 (+22)
Tisjri
Loofhuttenfeest
7 dagen
Dag 1 én 8
s sabbat
Bij tweede en derde ‘feest’: 50ste dag en 7de maand
Lev. 23: 24; 27-28; 35-36

6. *Teken Ieue – zonen van Israël, voor hun generaties
E Ex.31:14 weten dat Hij heiligt hen >> apart zetten
*Verbond met die Hij uit diensthuis Egypte bevrijdde
*Verbond Ieue-ons in leven bij de Horeb Deut. 5:2
*Aan ‘onze’ vaderen sabbat & wet gegeven Nehemia
9: 13,14
*Herinneren om deze te heiligen. Want Ieue stopte
Zijn (her)scheppingswerk en heiligde 7de dag.
*Herinneren omdat zij slaven waren & uitgeleid door
Zijn machtige hand Deut 5:15
Aan wie sabbat gegeven, waarom?

7. De Heer en de sabbat houden
*Is aren plukken en eten werken?
Mattheüs 12:1-8
*“Wee u… u laat het belangrijkste van
de wet na… Mattheüs 23: 23,24
*Hoever ‘reizen’ op sabbat?  gebod manna
Exodus 16: 25-30
Levieten 2000 el weidegrond rondom hun steden
Numeri 35:1-5
Of: zoals afstand tussen ark v/h verbond- Israël bij Jordaan??
Jozua 3:4

8. De Heer en de sabbat houden; discipelen
Hij ging tegen ‘interpretaties’ in:
*Genezingen, wonderen
*Zoon des mensen is Heer van de sabbat Matt.12:8
*Geoorloofd goed te doen Matt. 12:10-14
*Mijn Vader werkt tot nu toe en Ik (ook) Joh. 5:17
*Waarschuwt discipelen openlijk (Farizeeën,
schriftgeleerden) Lucas 20:45-47
*Genezingen als ‘typen’ van ‘sabbatsperiode’ in
toekomst: Koninkrijk op aarde
Discipelen hielden niet sabbatsreis regel (?)
‘Emmaüsgangers’ Lucas 24: 13-35

9. Oud verbond – nieuw verbond voor Israël
Israël niet in staat (oude) verbond met Ieue te houden:
Jeremia 31: 31
“…dagen…dat Ik met het huis van Israel en met het huis van
Juda een nieuw verbond zal sluiten, (:32) niet zoals het
verbond dat Ik met hun vaderen gesloten heb…… dat zij
verbroken hebben, hoewel Ik hen getrouwd had…” (HSV)
Hebreeën 8:8 nieuw verbond; :9 oud verbond
:13 het verouderde op het punt van
verdwijnen
2 Korinthiërs 3:6,7 oude_ bediening van de dood
nieuwe_ niet van letter, van Geest

10. ‘Wet’ in periode apostelen
Verwarring over ‘natiën’: Handelingen 15:5
wet van Mozes houden en besneden worden?
Petrus: geen juk op hals van de discipelen 15:9-11
Jacobus: hen uit ‘natiën’ niet lastig vallen
(Niet: wet van Mozes / besnijdenis/ sabbat)
Wel: onthouden van… (bepalingen ) 15:19,20
Bepalingen van kracht tot Paulus’ evangelie van genade
en beheer van genade: geen eigen werken: dát stoppen!
Efeze 2:14-16
*wet van geboden in inzettingen buiten werking
*Jood en heiden in Hem één nieuwe mens(heid) in
lichaam van Christus

11. Consequentie ‘wet’, oude verbond
Wet is dóen, niet: geloof Galaten 3:12
Wie wil doen, moet álles van de boekrol van de wet
doen. Anders: veroordeling. Deut. 27:26 en 28:15
Christus’ werk en Zijn geloof
Christus’ werk en Zijn geloof bevrijdt van veroordeling
Romeinen 8:1
Wij stoppen eigen werken tot gerechtigheid Filipp. 3:9
Hij bewerkt een nieuw verbond met Israël
Hij schept een nieuwe mens(heid)