Tijdens de ministerraad van 2 juni 1989 wordt het probleem van de vluchtelingen besproken. Staatssecretaris Miet Smet oppert de mening dat, met het oog op uitdrijving , opnieuw zoals in het verleden, een aantal razzia's nodig zijn.

1. Pour l e u n i t , l a procédure da reconnaissance d'un candidat réfugié politique
dure 2 ans ; 700 persanes se trouvent sur l e territoire belge sans que les
autorités ne connaissent leur lieu de résidence, e t certains d'entre eux ont
un pesais de travail délivré par une Région. I l se denande ou l'on pourrait
encore placer l e s gens après l a fermeture du Petit Château.
I l souligne encore l a nécessité de raccourcir l a procédure lorsque l a
recevabilité est admise.
M. MOUREAUX, Vioe-Premier Ministre et Ministre de l a Région bruxelloise et des
Réformes institutionnelles, chargé de l a Restructuration du Ministère de
l'Education nationale, attire l'attention du Conseil sur l e f a i t que son parti
n'a pas abordé l e problème des réfugiés politiques lors des négociations
gouvernementales, parce qu'on était conscient qu'une nouvelle discussion au
Parlement de l a l o i du 15 âJOammsi 1980 précitée risquerait d'être longue et
S3TKS ISSUS*
Mevr. SMET appert nog de mening dat, met het oog op uitdrijving, opnieuv zoals
in het verleden, een aantal razzia's nodig zijn.
De voarstellen, vervat i n de nota van 29 mai 1989, worden
gcedgekeurd. Aan de voorstellen vervat onder de punten 4.1.
(Interministeriële oonferentie) en 4.2.3. (ministerieel
overleg met het oog op een vast personeelskader) zal i n het
bijzonder zeer diinyiatl uitvoering worden gegeven.
EOONCKCSCHE ZAKEN - Ontuerp van wet betreffende de verhniikskrediet-
overeenkomst. (152/004)
89A40430.005
•
De h. M3UREAUX valt scherp u i t tegen de h. CXAES omdat deze naar de pers toe
een nog niet door de Raad goedgekeurd aitwexp van wet heeft laten doorgaan als
zijnde aangenomen.
•
De h. ŒAES reageert heftig op deze beschuldiging omdat zijn overigens
beperkte en genuanceerde mededeling met instemaing van de Raad werd gedaan.
Ha de vorige Raad i s een volledig aJdooord i n de betiokken werkgroep bereikt,
behoudens op één punt, met name het artikel 71 inzake het opslaan van bepaalde
gegevens*
Zowel de h. SCHILrz, Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting en
fietenschapabeleid, als de h. VOTHEXET hebben principiële bezwaren tegen een
positieve centrale en kumen zich slechts akkoord verklaren met een
verstrengde negatieve centrale. Zij wijzen hierbij op het gevaar van de "Big
sgOtfsM* en de problematiek van de bescherming van het privé-leven, vooral
wanneer mon de ômsbetm f fsiM3U gogovens gaat oombineren met andere gegevens—
bestanden, zoals bv. het Rijksregister van de natuurlijke personen.