3. Anderhalf jaar na ‘The E.N.D.’ keert rapgroepThe Black EyedPeas terug met de opvolger ‘The Beginning’. Will.i.am, Fergie, Taboo en apl.de.ap beginnen nu pas echt, als we de heren en dame zelf mogen geloven. ‘Thisis the best oneyet,’ zingen ze vol overtuiging. Het lijkt een eeuwigheid geleden dat The Black EyedPeas voor het eerst airplaykregen met de single ‘Joints & Jam’. Pas vijf jaar later kwam de grote doorbraak met het derde album ‘Elephunk’ en het daaropvolgende ‘Monkey Business’. De eerste vier albums waren typische voorbeelden van fusies tussen pop en hiphop, terwijl de groep zich op ‘The E.N.D.’ vooral focuste op elektronische muziek. Op ‘The Beginning’ wordt die lijn zover doorgetrokken dat vrijwel ieder nummer gecategoriseerd kan worden onder de noemer elektro. David Guetta keert voor slechts één nummer terug op ‘The Beginning’ (en nog eens eentje op de Super DeluxeEdition). De rest van de plaat is hoofdzakelijk geproduceerd door Will.i.am zelf, met medewerking van onder andere DJ Frank E, DJ Ammoen Darkchild.
5. De eerste langspeler van Tame Impala lost alle verwachtingen moeiteloos in. 'Innerspeaker' is de plaat die TheBeatlesníét maakten, omdat ze na 'Sergeant Pepper's' verzuimden onder te duiken in de outback met - mogen we even wegdromen? - een jaarvoorraad lsd en een stapel platen van Blue Cheer , The PrettyThings en AnimalCollective. Zanger/gitarist Kevin Parker klinkt als een tripped-out John Lennon. Gitaren trekken betonnen muren op, rafelen songs uit met scherpe noise of verkennen de ijlste uithoeken van de stratosfeer, maar FlamingLips-producerDave Fridmann zet het geweldige bas- en drumwerk minstens even sterk in de verf. 'Innerspeaker' groovet (nog) harder dan de debuut-ep, maar mokert minder, al moeten we bij 'BoldArrow of Time' wél meteen aan de klassiekers van de prille Clapton en Hendrix denken. Flarden Stone Roses ('ItIsn'tMeant To Be'), Monster Magnet, Dungen, krautrock en droompop doorprikken de illusie dat 'Innerspeaker' net zo goed veertig jaar geleden opgenomen had kunnen zijn.
7. Wie het titelloze debuut van FleetFoxesvan drie jaar geleden uitermate te pruimen vond – wij en een half miljoen betalenden met ons – mag zich de fonkelnieuwe opvolger 'Helplessness Blues' (een tien op tien voor die titel alvast) blindelings aanschaffen. Of u zou van mening moeten zijn dat twee keer dezelfde plaat maken een hoofdzonde is, want dat is 'Helplessness Blues' in grote lijnen: meer van het heerlijke zelfde, met een lichtjes gewijzigde insteek. Songschrijver Robin Pecknold is intussen vijfentwintig, en de wereld van feeën en ander wazig volk waar zijn geest drie jaar geleden nog graag in ronddroomde, heeft plaatsgemaakt voor introspectie. In plaats van zijn muziek in vraag te stellen, zoals zo veel andere artiesten die het plotse megasucces niet kunnen torsen, legt Pecknold zichzelf op de rooster. Resultaat: minder sprookjes, meer onrust.
9. De tijd dat Zweden de hofleverancier van gewiekstepop (Abba, Roxette) en onbedoeld grappige pop (Ace Of Base) was, ligt alweer een decennium achter ons. Mooie zuchtmeisjes genoeg daar, maar voor popmeisjes turen we al jaren aan een stuk naar de overkant van het kanaal. U ook? Welaan dan. Robyn tikt u tijdens dat turen op de schouder, u draait zich om, en krijgt middels ‘Body Talk’ een enorme djoef op de muil. En die is nog verdiend ook. Na enkele grand cru-jaren, is het dit jaar popmeisjesgewijs geen grote stoef. Marina & The Diamonds is te labiel, EllieGoulding te steriel en een restant van de jaren negentig als Christina Aguilera vergat even zichzelf en werd een Milf-copycat van Lady Gaga. Het kan ook anders, en dat gewoon door één devies: ga het niet te ver zoeken. Dat credo indachtig, maakt Robyn mee van de meest ass en in het kruis kickende, inventieve, pakkende, gewoonweg beste pop die we in jaren gehoord hebben. Niet slecht voor iemand die voor hetzelfde geld een vage herinnering aan de nineties had kunnen zijn, zoals de Zillion, Hanson en dokter Nellie.