SlideShare a Scribd company logo
1 of 19
participia

in het grieks
waarom participia?

• je hebt geen nieuwe (hoofd)zin nodig
• het is korter dan een betrekkelijke of
  bijwoordelijke bijzin (bondigheid)
• door af te wisselen met normale bijzinnen kun
  je eentonigheid vermijden (variatie)
• meer keus wat betreft plaats in de zin
• hierdoor kun je makkelijker nadruk leggen
• de “camera” blijft vooral op het onderwerp
  gericht
welke participia zijn er zo al?

praesens         actief en medium
perfectum        actief en medium
aoristus         actief, medium en passief
futurum          actief, medium en passief

op de volgende dia’s een overzicht per tijd
participium praesens
actief                   medium
= losmakend              = (zichzelf) losmaken, losgemaakt
                         wordend

λυων, λυοντος *          λυομενος

λυουσα, λυουσης          λυομενη

λυον, λυοντος *          λυομενον

 * verbuigingsgroep 3
participium perfectum
actief                  medium
= losgemaakt hebbend    = (zichzelf) losgemaakt hebbend,
                        losgemaakt zijnde

λελυκως, κοτος *        λελυμενος

λελυκυια, κυιας         λελυμενη

λελυκος, κοτος *        λελυμενον

 * verbuigingsgroep 3
participium aoristus
actief                    medium                    passief
= losgemaakt hebbend      = (zichzelf) losgemaakt   = losgemaakt zijnde
                          hebbend
λυσας, σαντος *           λυσαμενος                 λυθεις, θεντος *

λυσασα, σασης             λυσαμενη                  λυθεισα, θεισης

λυσαν, σαντος *           λυσαμενον                 λυθεν, θεντος *


   * verbuigingsgroep 3
participium futurum
actief                   medium                  passief
= zullende losmaken      = (zichzelf) zullende   = losgemaakt zullende
                         losmaken                worden
λυσων, σοντος *          λυσομενος               λυθησομενος

λυσουσα, σουσης λυσομενη                         λυθησομενη

λυσον, σοντος *          λυσομενον               λυθησομενον


  * verbuigingsgroep 3
tijdsverhouding met het
     hoofdwerkwoord
hoe worden ze gebruikt?
• attributief   ze geven alleen informatie bij
                het woord waarmee ze congrueren

• predicatief   ze geven informatie bij het
                woord waarmee ze congrueren,
                maar ook bij het hoofdwerkwoord
                ( = dubbelverbonden bepaling)

• zelfstandig   ze congrueren met geen enkel ander
                woord in de zin
attributief
ὁ μεγα βοων δουλος ἐξηλθεν.

ὁ δουλος ὁ μεγα βοων ἐξηλθεν.
( let op: het lidwoord wordt herhaald!)


2 manieren om te vertalen:

• letterlijk:
   de luid roepende slaaf kwam naar buiten.
• met een betrekkelijke bijzin:
   de slaaf, die luid riep, kwam naar buiten.
predicatief
Εἰπουσα ταυτα ἡ δουλη εἰσεβαινεν.


( let op: nooit voorafgegaan door het lidwoord!)

3 manieren om te vertalen:

• letterlijk:
    dat gezegd hebbend ging de slavin naar binnen.
•   met een bijwoordelijke bijzin*:
    nadat ze dat gezegd had, ging de slavin naar binnen.
•   met een nieuwe hoofdzin:
    de slavin zei dat en (daarna) ging ze naar binnen.

* kies uit: toen, nadat, wanneer, als, omdat, hoewel etc.
zelfstandig
οἱ λειφθεντες μαλα ἐδακρυον.

vertaling:

 de achtergelatenen
 degenen die achtergelaten waren huilden hevig.
 de achterblijvers
een paar tips…..
• gebruik omdat, als of hoewel alleen, als het
  overduidelijk is uit de rest van de zin dat dit
  nodig is:



καιπερ δακρυουσαι τι λεγειν ἐπειρωντο.

hoewel ze huilden, probeerden ze iets te zeggen.
• staat het participium in het praesens?
  begin de bijwoordelijke bijzin met terwijl…



δακρυουσαι τι λεγειν ἐπειρωντο.

terwijl ze huilden, probeerden ze iets te zeggen.
• staat het participium in de aoristus?
  begin de bijwoordelijke bijzin met nadat…


δακρυσασαι τι λεγειν ἐπειρωντο.

nadat ze gehuild hadden, probeerden ze iets
te zeggen.
• staat het participium in het futurum en hoort
  het bij het onderwerp?
  gebruik: om te…

τι λεξων το στομα ἐῳξεν.

hij opende zijn mond om iets te zeggen.
• als het participium van het werkwoord ἐχω
is, kun je het handig vertalen door met ….

ἀμφοραν ἐχουσα ἡ δουλη εἰς την ἀγοραν
ἐβην.

de slavin ging met een kruik naar de markt.
letterlijk:
een kruik hebbende, ging de slavin naar de markt.
vaste combinaties
• als het participium een vaste combinatie met
  een werkwoord vormt, moet je soms een
  andere oplossing kiezen:

πλουσιος ὠν τυγχανει. hij is toevallig rijk.
λανθανει δακρυων.     hij huilt stilletjes.
παυεται βοων.         hij houdt op met
                      schreeuwen.
genitivus absolutus
Staat het participium in de genitivus bij een woord dat geen functie (bijv. na
een voorzetsel, bij een werkwoord, van… etc) heeft in de zin, dan heb je
waarschijnlijk te maken met een genitivus absolutus. Deze woordgroep is als
geheel een bijwoordelijke bepaling en moet daarom altijd als een bijwoordelijke
bijzin vertaald worden. Kies zelf een voegwoord om de bijzin mee te beginnen en
kies uit: terwijl, nadat, omdat, als, hoewel etc.


zelfstandig naamwoord                                 onderwerp
participium                                           persoonsvorm

της δουλης δακρυουσης σιγαω.
terwijl/omdat/als de slavin huilt, zwijg ik.

More Related Content

What's hot

Werkwoordspelling
Werkwoordspelling Werkwoordspelling
Werkwoordspelling digitalfinch
 
Nederlands taalbeschouwing woordleer (1).pptx definitief
Nederlands taalbeschouwing woordleer (1).pptx definitiefNederlands taalbeschouwing woordleer (1).pptx definitief
Nederlands taalbeschouwing woordleer (1).pptx definitiefkdg-dlo
 
Regelmatigewekwoorden
RegelmatigewekwoordenRegelmatigewekwoorden
Regelmatigewekwoordenguest556193
 
Vorming van de stam
Vorming van de stamVorming van de stam
Vorming van de stammonballieu
 
Uebungsprogramm gekuerzt
Uebungsprogramm gekuerztUebungsprogramm gekuerzt
Uebungsprogramm gekuerztvri
 
Naamvallen Herhalen
Naamvallen HerhalenNaamvallen Herhalen
Naamvallen HerhalenG2B Latijn
 
Delend lidwoord
Delend lidwoordDelend lidwoord
Delend lidwoordpwbaaijens
 

What's hot (10)

Werkwoordspelling
Werkwoordspelling Werkwoordspelling
Werkwoordspelling
 
Nederlands taalbeschouwing woordleer (1).pptx definitief
Nederlands taalbeschouwing woordleer (1).pptx definitiefNederlands taalbeschouwing woordleer (1).pptx definitief
Nederlands taalbeschouwing woordleer (1).pptx definitief
 
Regelmatigewekwoorden
RegelmatigewekwoordenRegelmatigewekwoorden
Regelmatigewekwoorden
 
Vorming van de stam
Vorming van de stamVorming van de stam
Vorming van de stam
 
Hond kat poster
Hond kat posterHond kat poster
Hond kat poster
 
Uebungsprogramm gekuerzt
Uebungsprogramm gekuerztUebungsprogramm gekuerzt
Uebungsprogramm gekuerzt
 
Chapter 1 2thv
Chapter 1 2thvChapter 1 2thv
Chapter 1 2thv
 
Chapter 5 grammar
Chapter 5 grammarChapter 5 grammar
Chapter 5 grammar
 
Naamvallen Herhalen
Naamvallen HerhalenNaamvallen Herhalen
Naamvallen Herhalen
 
Delend lidwoord
Delend lidwoordDelend lidwoord
Delend lidwoord
 

More from lbrounen

Annelies kinderen in het oude athene
Annelies kinderen in het oude atheneAnnelies kinderen in het oude athene
Annelies kinderen in het oude athenelbrounen
 
Participia
ParticipiaParticipia
Participialbrounen
 
wie is wie in Euripides’ Medea
wie is wie in Euripides’ Medeawie is wie in Euripides’ Medea
wie is wie in Euripides’ Medealbrounen
 
wie is wie in Euripides’ Medea
wie is wie in Euripides’ Medeawie is wie in Euripides’ Medea
wie is wie in Euripides’ Medealbrounen
 
Jason en de Argonauten
Jason en de ArgonautenJason en de Argonauten
Jason en de Argonautenlbrounen
 
Participia
ParticipiaParticipia
Participialbrounen
 
Gerundium en gerundivum
Gerundium en gerundivumGerundium en gerundivum
Gerundium en gerundivumlbrounen
 
Gerundium en gerundivum
Gerundium en gerundivumGerundium en gerundivum
Gerundium en gerundivumlbrounen
 
Participia
ParticipiaParticipia
Participialbrounen
 
Lingua Latina les 5 ablativus
Lingua Latina les 5 ablativusLingua Latina les 5 ablativus
Lingua Latina les 5 ablativuslbrounen
 
Ei aquila pilleum aufert
Ei aquila pilleum aufertEi aquila pilleum aufert
Ei aquila pilleum aufertlbrounen
 

More from lbrounen (12)

Annelies kinderen in het oude athene
Annelies kinderen in het oude atheneAnnelies kinderen in het oude athene
Annelies kinderen in het oude athene
 
Participia
ParticipiaParticipia
Participia
 
wie is wie in Euripides’ Medea
wie is wie in Euripides’ Medeawie is wie in Euripides’ Medea
wie is wie in Euripides’ Medea
 
wie is wie in Euripides’ Medea
wie is wie in Euripides’ Medeawie is wie in Euripides’ Medea
wie is wie in Euripides’ Medea
 
Jason en de Argonauten
Jason en de ArgonautenJason en de Argonauten
Jason en de Argonauten
 
Participia
ParticipiaParticipia
Participia
 
Gerundium en gerundivum
Gerundium en gerundivumGerundium en gerundivum
Gerundium en gerundivum
 
Gerundium en gerundivum
Gerundium en gerundivumGerundium en gerundivum
Gerundium en gerundivum
 
AcI
AcIAcI
AcI
 
Participia
ParticipiaParticipia
Participia
 
Lingua Latina les 5 ablativus
Lingua Latina les 5 ablativusLingua Latina les 5 ablativus
Lingua Latina les 5 ablativus
 
Ei aquila pilleum aufert
Ei aquila pilleum aufertEi aquila pilleum aufert
Ei aquila pilleum aufert
 

Participia

  • 2. waarom participia? • je hebt geen nieuwe (hoofd)zin nodig • het is korter dan een betrekkelijke of bijwoordelijke bijzin (bondigheid) • door af te wisselen met normale bijzinnen kun je eentonigheid vermijden (variatie) • meer keus wat betreft plaats in de zin • hierdoor kun je makkelijker nadruk leggen • de “camera” blijft vooral op het onderwerp gericht
  • 3. welke participia zijn er zo al? praesens actief en medium perfectum actief en medium aoristus actief, medium en passief futurum actief, medium en passief op de volgende dia’s een overzicht per tijd
  • 4. participium praesens actief medium = losmakend = (zichzelf) losmaken, losgemaakt wordend λυων, λυοντος * λυομενος λυουσα, λυουσης λυομενη λυον, λυοντος * λυομενον * verbuigingsgroep 3
  • 5. participium perfectum actief medium = losgemaakt hebbend = (zichzelf) losgemaakt hebbend, losgemaakt zijnde λελυκως, κοτος * λελυμενος λελυκυια, κυιας λελυμενη λελυκος, κοτος * λελυμενον * verbuigingsgroep 3
  • 6. participium aoristus actief medium passief = losgemaakt hebbend = (zichzelf) losgemaakt = losgemaakt zijnde hebbend λυσας, σαντος * λυσαμενος λυθεις, θεντος * λυσασα, σασης λυσαμενη λυθεισα, θεισης λυσαν, σαντος * λυσαμενον λυθεν, θεντος * * verbuigingsgroep 3
  • 7. participium futurum actief medium passief = zullende losmaken = (zichzelf) zullende = losgemaakt zullende losmaken worden λυσων, σοντος * λυσομενος λυθησομενος λυσουσα, σουσης λυσομενη λυθησομενη λυσον, σοντος * λυσομενον λυθησομενον * verbuigingsgroep 3
  • 8. tijdsverhouding met het hoofdwerkwoord
  • 9. hoe worden ze gebruikt? • attributief ze geven alleen informatie bij het woord waarmee ze congrueren • predicatief ze geven informatie bij het woord waarmee ze congrueren, maar ook bij het hoofdwerkwoord ( = dubbelverbonden bepaling) • zelfstandig ze congrueren met geen enkel ander woord in de zin
  • 10. attributief ὁ μεγα βοων δουλος ἐξηλθεν. ὁ δουλος ὁ μεγα βοων ἐξηλθεν. ( let op: het lidwoord wordt herhaald!) 2 manieren om te vertalen: • letterlijk: de luid roepende slaaf kwam naar buiten. • met een betrekkelijke bijzin: de slaaf, die luid riep, kwam naar buiten.
  • 11. predicatief Εἰπουσα ταυτα ἡ δουλη εἰσεβαινεν. ( let op: nooit voorafgegaan door het lidwoord!) 3 manieren om te vertalen: • letterlijk: dat gezegd hebbend ging de slavin naar binnen. • met een bijwoordelijke bijzin*: nadat ze dat gezegd had, ging de slavin naar binnen. • met een nieuwe hoofdzin: de slavin zei dat en (daarna) ging ze naar binnen. * kies uit: toen, nadat, wanneer, als, omdat, hoewel etc.
  • 12. zelfstandig οἱ λειφθεντες μαλα ἐδακρυον. vertaling: de achtergelatenen degenen die achtergelaten waren huilden hevig. de achterblijvers
  • 13. een paar tips….. • gebruik omdat, als of hoewel alleen, als het overduidelijk is uit de rest van de zin dat dit nodig is: καιπερ δακρυουσαι τι λεγειν ἐπειρωντο. hoewel ze huilden, probeerden ze iets te zeggen.
  • 14. • staat het participium in het praesens? begin de bijwoordelijke bijzin met terwijl… δακρυουσαι τι λεγειν ἐπειρωντο. terwijl ze huilden, probeerden ze iets te zeggen.
  • 15. • staat het participium in de aoristus? begin de bijwoordelijke bijzin met nadat… δακρυσασαι τι λεγειν ἐπειρωντο. nadat ze gehuild hadden, probeerden ze iets te zeggen.
  • 16. • staat het participium in het futurum en hoort het bij het onderwerp? gebruik: om te… τι λεξων το στομα ἐῳξεν. hij opende zijn mond om iets te zeggen.
  • 17. • als het participium van het werkwoord ἐχω is, kun je het handig vertalen door met …. ἀμφοραν ἐχουσα ἡ δουλη εἰς την ἀγοραν ἐβην. de slavin ging met een kruik naar de markt. letterlijk: een kruik hebbende, ging de slavin naar de markt.
  • 18. vaste combinaties • als het participium een vaste combinatie met een werkwoord vormt, moet je soms een andere oplossing kiezen: πλουσιος ὠν τυγχανει. hij is toevallig rijk. λανθανει δακρυων. hij huilt stilletjes. παυεται βοων. hij houdt op met schreeuwen.
  • 19. genitivus absolutus Staat het participium in de genitivus bij een woord dat geen functie (bijv. na een voorzetsel, bij een werkwoord, van… etc) heeft in de zin, dan heb je waarschijnlijk te maken met een genitivus absolutus. Deze woordgroep is als geheel een bijwoordelijke bepaling en moet daarom altijd als een bijwoordelijke bijzin vertaald worden. Kies zelf een voegwoord om de bijzin mee te beginnen en kies uit: terwijl, nadat, omdat, als, hoewel etc. zelfstandig naamwoord onderwerp participium persoonsvorm της δουλης δακρυουσης σιγαω. terwijl/omdat/als de slavin huilt, zwijg ik.