SlideShare a Scribd company logo
1
DE grote vraag in het boek Handelingen
6
Zij dan, die daar bijeengekomen
waren, vroegen Hem en zeiden: Here,
herstelt Gij IN DEZE TIJDIN DEZE TIJD het
Koninkrijk voor Israel?
Handelingen 1
2
De lotgevallen van het schip (Hand.27)
zijn een illustratie van het lot van Israël
in de Handelingen-tijd en daarna.
3
1
 En toen het beslist was, dat wij naar
Italië zouden afvaren, vertrouwde men
Paulus en enige andere gevangenen toe
aan een hoofdman (=centurio) , genaamd
Julius, van de keizerlijke afdeling.
4
2
 En op een schip uit Adramyttium...
5
2
 ... dat naar de
kustplaatsen van Asia zou
varen, kozen wij zee, met
Aristarchus, een Macedoniër
uit Tessalonica, bij ons.
6
10
AristarchusAristarchus, mijn medegevangene, laat u
groeten, en Marcus, de neef van Barnabas..
Kolosse 4
24
AristarchusAristarchus, Demas en Lucas, mijn
medearbeiders.
Philemon
7
3
 En de volgende dag gingen
wij te Sidon aan land en
Julius behandelde Paulus
vriendelijk (lett. menslievend)
en vergunde hem naar zijn
vrienden te gaan om zich te
laten verzorgen.
8
4
 En vandaar afgevaren, voeren wij onder
Cyprus langs, omdat de winden tegen
waren; 5
 wij staken de volle zee bij Cilicië
en Pamfylië over en kwamen te Myra in
Lycië aan.
Cilicië
PamfiliëLycië
Cyprus
9
6
  En daar (=Myra) vond de hoofdman
(=centurio) een schip uit Alexandrië, dat
naar Italië voer, en hij liet ons daarop
overgaan.
10
7
 En daar wij verscheidene dagen lang
weinig vorderden en met moeite ter
hoogte van Knidus konden komen, daar
de wind ons niet gunstig was, voeren wij
onder Kreta langs ter hoogte van
Salmone;
Knidus
Kreta
11
8
 en daar met moeite voorbijkomende,
bereikten wij een plaats, Goede Rede
(lett. ideale haven) geheten, waar de stad
Lasea dichtbij lag.
Kreta
12
9
 En toen door het vele tijdverlies de vaart
reeds bedenkelijk werd, daar ook de
vasten reeds achter de rug was,
waarschuwde Paulus hen...
13
10
... Mannen, ik zie, dat de vaart met
ongerief en grote averij gepaard zal gaan,
niet alleen wat lading en schip, maar ook
wat ons leven (lett. onze zielen) aangaat.
14
11
 Maar de hoofdman (=centurio) stelde
meer vertrouwen in de stuurman en de
schipper dan in de woorden van Paulus.
15
12
 En daar de haven niet geschikt was om
te overwinteren, ried het merendeel aan,
vandaar zee te kiezen om zo mogelijk
Feniks, een haven op Kreta, beschermd
liggende naar het zuidwesten en het
noordwesten, te bereiken, ten einde daar
te overwinteren.
Kreta
16
13
 En toen er een zachte zuidenwind
opstak en zij meenden hun oogmerk te
hebben bereikt, lichtten zij het anker en
hielden zo dicht mogelijk langs de kust
van Kreta.
17
14
 Maar kort daarop sloeg vandaar een
stormwind neer, de zogenaamde
Eurakylon (lett. noord-ooster);
18
15
 en toen het schip werd meegesleurd en
de kop niet in de wind kon houden,
moesten wij het opgeven en dreven weg.
19
16
 Maar wij schoten in de luwte van een
eilandje, Klauda geheten, waar wij nog
moeite hadden de sloep meester te
worden; 17
 nadat ze haar opgehesen
hadden, namen zij hulpmiddelen te baat
door het schip te ondergorden...
Kreta
20
17
 ... en daar zij bang waren op de Syrte te
worden geworpen, haalden zij het tuig
neer en lieten zich zo drijven.
Syrte
Syrte
Syrte
Syrte
Syrte
21
18
 En daar wij vreselijk noodweer hadden,
wierpen zij de volgende dag lading over
boord, 19
 en de derde dag gaven zij
eigenhandig het scheepstuig prijs.
Syrte
22
20
 En toen zich verscheidene dagen zon
noch sterren vertoonden, en zwaar
noodweer ons bedreigde, werd ons
tenslotte alle hoop op redding benomen.
Syrte
23
21
 En nadat zij lang zonder eten waren
gebleven, ging Paulus in hun midden
staan en zeide: Mannen, had men maar
naar mij geluisterd om niet van Kreta weg
te varen en zich dit ongerief en deze
averij te besparen!
24
22
 Maar ook nu wek ik u op moed te
houden, want het leven van niemand
uwer zal verloren gaan, alleen maar het
schip.
25
26
•het schip
•graanschip
•uit Alexandrië
•voortdurend uit
koers
•Israël
•“de woorden Gods
toevertrouwd”
•“uit Egypte
geroepen”
•“heen en weer
geslingerd door
wind van leer”
27
•“door tijdverlies
de vaart reeds
bedenkelijk”
•Paulus ‘deadline’:
Goede Havens
•schipper en
stuurman luisteren
niet naar Paulus
•het schip gaat ten
onder in de zee
•Israël heeft weinig
tijd meer
•Paulus ‘deadline’
een laatste oproep
aan Israël
•Israëls geestelijke
en politieke leiding
luisteren niet
•de natie Israël
verdwijnt in
volkenzee
28
29

More Related Content

Similar to geen kalme reis, deel 1

geen kalme reis, deel 2
geen kalme reis, deel 2geen kalme reis, deel 2
geen kalme reis, deel 2
goedbericht
 
Voetsporen 43
Voetsporen 43Voetsporen 43
Voetsporen 43
goedbericht
 
Ons Soort Jachten
Ons Soort JachtenOns Soort Jachten
Ons Soort JachtenEdo Ankum
 
Gerard Cok Standfast 64
Gerard Cok Standfast 64Gerard Cok Standfast 64
Gerard Cok Standfast 64Gerard Cok
 
Heerlijke bedevaart
Heerlijke bedevaartHeerlijke bedevaart
Heerlijke bedevaartEdo Ankum
 
Over een oceaan met praatpalen
Over een oceaan met praatpalenOver een oceaan met praatpalen
Over een oceaan met praatpalen
Edo Ankum
 

Similar to geen kalme reis, deel 1 (6)

geen kalme reis, deel 2
geen kalme reis, deel 2geen kalme reis, deel 2
geen kalme reis, deel 2
 
Voetsporen 43
Voetsporen 43Voetsporen 43
Voetsporen 43
 
Ons Soort Jachten
Ons Soort JachtenOns Soort Jachten
Ons Soort Jachten
 
Gerard Cok Standfast 64
Gerard Cok Standfast 64Gerard Cok Standfast 64
Gerard Cok Standfast 64
 
Heerlijke bedevaart
Heerlijke bedevaartHeerlijke bedevaart
Heerlijke bedevaart
 
Over een oceaan met praatpalen
Over een oceaan met praatpalenOver een oceaan met praatpalen
Over een oceaan met praatpalen
 

More from goedbericht

Welke dag 1
Welke dag 1Welke dag 1
Welke dag 1
goedbericht
 
Openbaring studie 38
Openbaring studie 38Openbaring studie 38
Openbaring studie 38
goedbericht
 
houdt God van alle mensen
houdt God van alle mensenhoudt God van alle mensen
houdt God van alle mensen
goedbericht
 
die alléén onsterfelijkheid heeft
die alléén onsterfelijkheid heeftdie alléén onsterfelijkheid heeft
die alléén onsterfelijkheid heeft
goedbericht
 
Openbaring 37
Openbaring 37Openbaring 37
Openbaring 37
goedbericht
 
Koers houden 4
Koers houden 4Koers houden 4
Koers houden 4
goedbericht
 
GOD maakt dat ik lach
GOD maakt dat ik lachGOD maakt dat ik lach
GOD maakt dat ik lach
goedbericht
 
Koers houden (3) - maar jij!
Koers houden (3) - maar jij!Koers houden (3) - maar jij!
Koers houden (3) - maar jij!
goedbericht
 
Openbaring 36
Openbaring 36Openbaring 36
Openbaring 36
goedbericht
 
de jongeling te Nain
de jongeling te Nainde jongeling te Nain
de jongeling te Nain
goedbericht
 
Koers houden 2
Koers houden 2Koers houden 2
Koers houden 2
goedbericht
 
Koers houden 2
Koers houden 2Koers houden 2
Koers houden 2
goedbericht
 
Openbaring 35
Openbaring 35Openbaring 35
Openbaring 35
goedbericht
 
Koers houden 1 - gevaarlijke tijden
Koers houden 1 - gevaarlijke tijdenKoers houden 1 - gevaarlijke tijden
Koers houden 1 - gevaarlijke tijden
goedbericht
 
coronavirus uiting van Gods toorn
coronavirus uiting van Gods toorncoronavirus uiting van Gods toorn
coronavirus uiting van Gods toorn
goedbericht
 
roemen in de hoop!
roemen in de hoop!roemen in de hoop!
roemen in de hoop!
goedbericht
 
Openbaring 34
Openbaring 34Openbaring 34
Openbaring 34
goedbericht
 
als een lamp in een duistere plaats
als een lamp in een duistere plaatsals een lamp in een duistere plaats
als een lamp in een duistere plaats
goedbericht
 
Openbaring studie 33
Openbaring studie 33Openbaring studie 33
Openbaring studie 33
goedbericht
 
vergeving in bloeduitgieten?
vergeving in bloeduitgieten?vergeving in bloeduitgieten?
vergeving in bloeduitgieten?
goedbericht
 

More from goedbericht (20)

Welke dag 1
Welke dag 1Welke dag 1
Welke dag 1
 
Openbaring studie 38
Openbaring studie 38Openbaring studie 38
Openbaring studie 38
 
houdt God van alle mensen
houdt God van alle mensenhoudt God van alle mensen
houdt God van alle mensen
 
die alléén onsterfelijkheid heeft
die alléén onsterfelijkheid heeftdie alléén onsterfelijkheid heeft
die alléén onsterfelijkheid heeft
 
Openbaring 37
Openbaring 37Openbaring 37
Openbaring 37
 
Koers houden 4
Koers houden 4Koers houden 4
Koers houden 4
 
GOD maakt dat ik lach
GOD maakt dat ik lachGOD maakt dat ik lach
GOD maakt dat ik lach
 
Koers houden (3) - maar jij!
Koers houden (3) - maar jij!Koers houden (3) - maar jij!
Koers houden (3) - maar jij!
 
Openbaring 36
Openbaring 36Openbaring 36
Openbaring 36
 
de jongeling te Nain
de jongeling te Nainde jongeling te Nain
de jongeling te Nain
 
Koers houden 2
Koers houden 2Koers houden 2
Koers houden 2
 
Koers houden 2
Koers houden 2Koers houden 2
Koers houden 2
 
Openbaring 35
Openbaring 35Openbaring 35
Openbaring 35
 
Koers houden 1 - gevaarlijke tijden
Koers houden 1 - gevaarlijke tijdenKoers houden 1 - gevaarlijke tijden
Koers houden 1 - gevaarlijke tijden
 
coronavirus uiting van Gods toorn
coronavirus uiting van Gods toorncoronavirus uiting van Gods toorn
coronavirus uiting van Gods toorn
 
roemen in de hoop!
roemen in de hoop!roemen in de hoop!
roemen in de hoop!
 
Openbaring 34
Openbaring 34Openbaring 34
Openbaring 34
 
als een lamp in een duistere plaats
als een lamp in een duistere plaatsals een lamp in een duistere plaats
als een lamp in een duistere plaats
 
Openbaring studie 33
Openbaring studie 33Openbaring studie 33
Openbaring studie 33
 
vergeving in bloeduitgieten?
vergeving in bloeduitgieten?vergeving in bloeduitgieten?
vergeving in bloeduitgieten?
 

geen kalme reis, deel 1

  • 1. 1
  • 2. DE grote vraag in het boek Handelingen 6 Zij dan, die daar bijeengekomen waren, vroegen Hem en zeiden: Here, herstelt Gij IN DEZE TIJDIN DEZE TIJD het Koninkrijk voor Israel? Handelingen 1 2
  • 3. De lotgevallen van het schip (Hand.27) zijn een illustratie van het lot van Israël in de Handelingen-tijd en daarna. 3
  • 4. 1  En toen het beslist was, dat wij naar Italië zouden afvaren, vertrouwde men Paulus en enige andere gevangenen toe aan een hoofdman (=centurio) , genaamd Julius, van de keizerlijke afdeling. 4
  • 5. 2  En op een schip uit Adramyttium... 5
  • 6. 2  ... dat naar de kustplaatsen van Asia zou varen, kozen wij zee, met Aristarchus, een Macedoniër uit Tessalonica, bij ons. 6
  • 7. 10 AristarchusAristarchus, mijn medegevangene, laat u groeten, en Marcus, de neef van Barnabas.. Kolosse 4 24 AristarchusAristarchus, Demas en Lucas, mijn medearbeiders. Philemon 7
  • 8. 3  En de volgende dag gingen wij te Sidon aan land en Julius behandelde Paulus vriendelijk (lett. menslievend) en vergunde hem naar zijn vrienden te gaan om zich te laten verzorgen. 8
  • 9. 4  En vandaar afgevaren, voeren wij onder Cyprus langs, omdat de winden tegen waren; 5  wij staken de volle zee bij Cilicië en Pamfylië over en kwamen te Myra in Lycië aan. Cilicië PamfiliëLycië Cyprus 9
  • 10. 6   En daar (=Myra) vond de hoofdman (=centurio) een schip uit Alexandrië, dat naar Italië voer, en hij liet ons daarop overgaan. 10
  • 11. 7  En daar wij verscheidene dagen lang weinig vorderden en met moeite ter hoogte van Knidus konden komen, daar de wind ons niet gunstig was, voeren wij onder Kreta langs ter hoogte van Salmone; Knidus Kreta 11
  • 12. 8  en daar met moeite voorbijkomende, bereikten wij een plaats, Goede Rede (lett. ideale haven) geheten, waar de stad Lasea dichtbij lag. Kreta 12
  • 13. 9  En toen door het vele tijdverlies de vaart reeds bedenkelijk werd, daar ook de vasten reeds achter de rug was, waarschuwde Paulus hen... 13
  • 14. 10 ... Mannen, ik zie, dat de vaart met ongerief en grote averij gepaard zal gaan, niet alleen wat lading en schip, maar ook wat ons leven (lett. onze zielen) aangaat. 14
  • 15. 11  Maar de hoofdman (=centurio) stelde meer vertrouwen in de stuurman en de schipper dan in de woorden van Paulus. 15
  • 16. 12  En daar de haven niet geschikt was om te overwinteren, ried het merendeel aan, vandaar zee te kiezen om zo mogelijk Feniks, een haven op Kreta, beschermd liggende naar het zuidwesten en het noordwesten, te bereiken, ten einde daar te overwinteren. Kreta 16
  • 17. 13  En toen er een zachte zuidenwind opstak en zij meenden hun oogmerk te hebben bereikt, lichtten zij het anker en hielden zo dicht mogelijk langs de kust van Kreta. 17
  • 18. 14  Maar kort daarop sloeg vandaar een stormwind neer, de zogenaamde Eurakylon (lett. noord-ooster); 18
  • 19. 15  en toen het schip werd meegesleurd en de kop niet in de wind kon houden, moesten wij het opgeven en dreven weg. 19
  • 20. 16  Maar wij schoten in de luwte van een eilandje, Klauda geheten, waar wij nog moeite hadden de sloep meester te worden; 17  nadat ze haar opgehesen hadden, namen zij hulpmiddelen te baat door het schip te ondergorden... Kreta 20
  • 21. 17  ... en daar zij bang waren op de Syrte te worden geworpen, haalden zij het tuig neer en lieten zich zo drijven. Syrte Syrte Syrte Syrte Syrte 21
  • 22. 18  En daar wij vreselijk noodweer hadden, wierpen zij de volgende dag lading over boord, 19  en de derde dag gaven zij eigenhandig het scheepstuig prijs. Syrte 22
  • 23. 20  En toen zich verscheidene dagen zon noch sterren vertoonden, en zwaar noodweer ons bedreigde, werd ons tenslotte alle hoop op redding benomen. Syrte 23
  • 24. 21  En nadat zij lang zonder eten waren gebleven, ging Paulus in hun midden staan en zeide: Mannen, had men maar naar mij geluisterd om niet van Kreta weg te varen en zich dit ongerief en deze averij te besparen! 24
  • 25. 22  Maar ook nu wek ik u op moed te houden, want het leven van niemand uwer zal verloren gaan, alleen maar het schip. 25
  • 26. 26
  • 27. •het schip •graanschip •uit Alexandrië •voortdurend uit koers •Israël •“de woorden Gods toevertrouwd” •“uit Egypte geroepen” •“heen en weer geslingerd door wind van leer” 27
  • 28. •“door tijdverlies de vaart reeds bedenkelijk” •Paulus ‘deadline’: Goede Havens •schipper en stuurman luisteren niet naar Paulus •het schip gaat ten onder in de zee •Israël heeft weinig tijd meer •Paulus ‘deadline’ een laatste oproep aan Israël •Israëls geestelijke en politieke leiding luisteren niet •de natie Israël verdwijnt in volkenzee 28
  • 29. 29