2. Even nadenken…
Wat is de populairste sport in jouw land? Weet
je ook waarom?
Zijn er ook grote sporters uit die sport in jouw
land?
Wordt er in jouw land veel naar het werk
gefietst? Waarom (niet)?
Fiets je zelf vaak? Fietsen jullie ook naar het
werk of de les?
3. ER 1
Er ligt een boek op de bank.
Waarom staan er nog geen borden op tafel?
In Europa werd (er) gisteren gestaakt.
GEBRUIK
Bij een onbepaald subject (een, geen, , …)
Bij sommige passiefzinnen zonder subject
POSITIE
Er 1 + werkwoord + onbepaald subject
Bij inversie: werkwoord + er 1 + onbepaald subject
Er 1 kan weg bij initiële plaats- of tijdsaanduiding
4. ER 2
Mieke heeft drie jaar in Brussel gewerkt.
Ze had er een kleine winkel.
Daar had ze een kleine winkel.
GEBRUIK
Refereert naar een eerder genoemde plaats
Er 2 met stress kan vervangen worden door hier of
daar
POSITIE
Er 2 kan niet aan het begin van de zin staan
5. Weet je het nog?
Definitie Nieuw woord
1. iets wat interessant is om te bekijken de bezienswaardigheid
2. de crimineel de misdadiger
3. iemand die voor het eerst iets nieuws heeft gemaakt de uitvinder
4. de lichamelijke liefde de seks
5. in een andere taal zeggen of schrijven vertalen
6. automatisch, zonder invloed van buiten vanzelf
7. erg, heel sterk, zeer hevig
6. Weet je het nog?
Definitie Nieuw woord
8. blijven bestaan, resteren overblijven
9. nogal, redelijk tamelijk
10. doen (bijvoorbeeld een misdaad, een moord, zelfmoord, diefstal…) plegen
11. het karakter van iemand de persoonlijkheid
12. aan de beurt komen, een kans krijgen aan bod komen
13. de schrijver of schrijfster de auteur
14. iemand doodmaken vermoorden
7. Weet je het nog?
Definitie Nieuw woord
15. waarschijnlijk vermoedelijk
16. de reeks de serie
17. de keer dat het brandt de brand
18. oorspronkelijk, authentiek origineel
19. zenuwachtig makend en alle aandacht vragend spannend
20. de hele tijd, zonder ophouden, steeds, constant voortdurend
21. de concurrent, de persoon tegen wie je vecht in een wedstrijd … de tegenstander
8. Weet je het nog?
Definitie Nieuw woord
23. het criminele feit de misdaad
24. lachen zonder geluid, een vriendelijk gezicht trekken glimlachen
25. last hebben van (een ziekte, een vervelend gevoel,…) lijden aan
26. meemaken, ervaren, ondervinden, voelen beleven
9. Waar zijn de Rode Duivels van 1986 nu?
Op naar Brazilië!