Beginners Guide to TikTok for Search - Rachel Pearson - We are Tilt __ Bright...
De stad als biotoop
1. De stad als biotoop
Landelijke Zoogdierdag 2010
Niels de Zwarte | 17 april 2010
2. bureau Stadsnatuur?
Sinds 1997. Van Gemeente -> Natuurmuseum Rotterdam
kenniscentrum natuur in de stad
Onderzoek
Opslag
Overdracht
3. Opbouw
1. Ga toch weg met die stad!
2. Wat is een stad?
3. Wat is een biotoop?
4. Stadsecologie
5. Welke zoogdieren in de stad?
6. Van de stad moet je het hebben!
10. 2. Wat is een stad?
• Stede, staan op de plek
• Juridisch, stadsrechten, aantal inwoners
• 1x in Nederlandse Grondwet…
• Shanghai 16 miljoen, Rotterdam
603.000
Rotier, 1980
11. Definitie stad
• opeenhoping van mensen
• menselijke activiteiten
• relatief veel verhard oppervlak
Reumer, 2000
13. Elementen van de stad
• Plantsoenen, gazons en parken
• Bermen
• Braakliggende terreinen
• Heemtuinen
• Volkstuinen
• Vijvers, singels
• Begraafplaatsen
14. 3. Wat is een biotoop?
• bios = leven, topos = plaats
• Uniform landschapstype voor
organisme
• Biotisch en abiotisch samen
• Meerdere habitats (‘het bewoont’)
systeem biotoop habitat
15. Eisen aan (stedelijk) biotoop
voedsel
beschutting
(weer en vijanden)
nest-,
paar- en
slaapplaats
Boerwinkel, 2010
24. Mens en dier
1. Mens creëert ruimte
Dier bewoont holtes en richels (vleermuis)
2. Mens legt voedselvoorraden aan
Dier komt er bij wonen (huismuis)
3. Mens schept warmer klimaat
Dier overleeft beter in winter (veldmuis)
4. Mens laat afval achter
Dier breekt dit af (vos, rat)
5. Mens plant bomen, bemest gras etc.
Dier bewoont dit en eet er van (eekhoorn, egel)
Van As, 1991
31. Huiskat
• Invloedrijk roofdier van de stad
• Ruimte verspreiding in hoge dichtheid
• Meer dan 3,6 miljoen in NL (160.000 R’dam)
• Schatting NL prooidieren: 90 miljoen/jr
• In GB 1997: gem. 37/kat
’All animals are equal,
but some are more equal
than others’. G. Orwell
Trommelen, 2002/ Woords et al, 2003
40. 6. Van de stad moet je het hebben
• Diverse voordelen voor zoogdieren
• Diverse belemmeringen ook...
• Diversiteit biotopen
• Draagvlak mensen
• Tuinen
• Geld
Gebouw uit 1852
Functie:
huis familie Hoboken
Volksuniversiteit 1924-1984
Natuurmuseum 1987
Land van Hoboken; museumpark
Aanbouw 1995
in stad is haast, geen rust, druk, licht, stand, kwaliteit laag
Maar ook:
1 in stad geen jagen (is rustiger), dieren minder schuw,
2 stad is vele landschappen en types bij elkaar. Boerenland is eenzijdiger en bos ook
3 stad is warm en snackbar
wat moet een dier of plant hier?
Maar: biodiversiteit is hoog, en specifiek milieu. Eigen biotoop
4000 BC riviervaleien Egypte en Azie oa steden; samenleven, taken verdelen en techniek ontwikkelen
Jaar 2000 v christus stad Ur al 30.000 inwoners bv
Techniek moet wel want anders teweinig voedsel, mpoet je verspreid voor leven, mest nodig
In europa romeinse rijk zoals nijmegen
Middeleeuwen feodaal stelsel en kerkelijke macht, rondom stad ontstaan
Handel leidend, daarna industrie
Na wo 2 van urbanisatie naar suburbanisatie, zoetermeer
Vóór de negentiende eeuw was een stad een plaats die stadsrechten toegekend had gekregen. Den Haag zou volgens deze definitie geen stad zijn, omdat het nooit stadsrechten heeft gekregen. In de praktijk wordt bij plaatsen zonder historische stadsrechten vanaf een inwoneraantal van ongeveer 25.000 door sommigen gesproken van een stad, zonder dat dit een algemeen aanvaard gebruik is. Volgens Van Dale is een stad een conglomeratie die onafhankelijk kan opereren zonder de rurale (plattelands-) omgeving. De enige keer dat de Nederlandse Grondwet het woord gebruikt is in relatie tot "de hoofdstad Amsterdam".[1]
Let op: industriegebied heeft geen inwoners. En tuinsteden veel mensen maar relatief veel groen.
Ecologie niet interessant stadsrechten enz.
Stenig: veel ROTS soorten dan ook
Systeem van de stad, belgische ecoloog Peter Duvigneaud. 1974
Energie, ketens en kringlopen
Energie=zon, warmte, evaporatie
Ketens=voedingsketen, doorgeven voedingsstoffen
Kringlopen=water en voeding
Begrip URBS. Daarbinnen weer subsystemen als centrum, industrie, park etc
Verder niet bij stilstaan
Ook tegeltuintjes, kades, muren enz
Ecosysteem: de stad rotterdam
Biotoop: het kralingse bos
Habitat: leefgebied van de soort met voedsel, slapen en voortplanten
niet alleen leven (paren en slapen), ook bezoeken (eten) [idee 3x S; seksen, slapen, ‘snoepen’]
biotoop en ecosysteem uitleggen, verschil natuur en stad
milieu=biotiek+abiotiek
binnen biotopen habitats, wordt later voor soorten uitgelegd andere sprekers
Net als in andere talen (Stadtökologie (Duits), urban ecology (Engels), écologie urbaine (Frans)) is het woord samengesteld uit twee delen: stad en ecologie
Blijkt moeilijk definieerbaar, veel nogal arbitraire criteria:
-meer dan 20.000 mensen MAAR: kleine Mediterrane dorpjes…, MAAR industrieterreinen hebben geen inwoners…
-meer dan zoveel hectare groot
-meer dan zoveel procent verhard oppervlak MAAR bij b.v. 50% vallen alle tuinsteden af als stad
-en verder zijn er natuurlijk voor de stadsecologie oninteressante criteria als het hebben van stadsrechten of het hebben van één politiek-administratief systeem
Deze definitie is een heel redelijke om stad op een voor ons zinnige manier te omschrijven. Op deze manier zijn bijvoorbeeld ook industrieterreinen, havengebieden en spooremplacementen meegenomen; het gaat dus om wat ook wel de bebouwde omgeving wordt genoemd.
Relaties: feedback. Crashes van populaties. Mensingreep! Tarwe-onkruid, vee-wolf etc
de verspreiding en wisselwerking van soorten;
de opvolging van soorten op natuurlijke wijze (= successie);
de handhaving en ontwikkeling van soorten (= populatiedynamiek).
Patroon=verscheidenheid in levensgemeenschappen op 1 moment
Proces=ontwikkeling van levensgemeenschappen in de tijd
Eenvoudig patroon (pioniervegetatie) naar ontwikkeld complex patroon (cilimax)
Bodem basis. Vaak in stad zand. Ook wel veen en klei in westen (met zand er op_)
Rotterdam zand uit maarn; te zien aan soorten als brem en soorten kevers
Ook bagger kralingse bos uit havens, nu veel zeezand met schelp en zout. Voedselriojkdom
Water: hemelwater en grondwater
Wind: 10-20% minder dan buiten stad. Voor zoogdieren niet zo interessant verder
Temp; relatie stofkoepel, verdamping, langer groeien
Bebouwing; leefplek, structuur, oppervlakte, ruwheid,
Bodem basis. Vaak in stad zand. Ook wel veen en klei in westen (met zand er op_)
Rotterdam zand uit maarn; te zien aan soorten als brem en soorten kevers
Ook bagger kralingse bos uit havens, nu veel zeezand met schelp en zout. Voedselriojkdom
Water: hemelwater en grondwater
Wind: 10-20% minder dan buiten stad. Voor zoogdieren niet zo interessant verder
Temp; relatie stofkoepel, verdamping, langer groeien
Bebouwing; leefplek, structuur, oppervlakte, ruwheid,
Straatdieren als paard weg ivm techniek auto en straatdier varken weg ivm hygiene. Nu hond en kat over
Veel meer beesten te noemen, ijsvogels wegens niet bevriezen en vis, muggen, parasieren op planten
Daarvan zal bijna de helft bestaan uit muizen, ruwweg eenderde uit vogels en de rest uit konijnen, kikkers en insecten.
Alleen al het aantal vogels dat sneuvelt in de bek van de poes (dertig miljoen), is duizend keer groter dan in alle Nederlandse windmolens samen.
kat bleek gevuld met kattenvoer, maar de anderen voedden zich wel degelijk met wilde prooi waaronder fazant, duif, eend, jonge zangvogels, bruine rat, haas, konijn en muis. De meeste onderzochte dieren waren vruchtbaar, weerbaar en 'moddervet'
Most domesticated killer/ least domesticated domestic animal
onderzoek nodig; inventarisaties. Voordeel redelijk wat vrijwilligers kortbij in stad
In de stad is geld, onderzoek, sloop etc gebeurd veel en veel spanningsveld
Kweken van goodwill/draagkracht burgers, uittesten procedures wetgeving
Is de mogelijkheid voor biodiversiteit het grootst