SlideShare a Scribd company logo
Taalverzorging
INCONGRUENTIE


a) Jongeren moeten leren hun huiswerk in hun agenda te schrijven. [juist]

b) Een heleboel jongeren komt twee keer in de week te laat op school. [niet juist]
VERKEERDE WOORDEN


1 a) De jongen komt in aanmerking met verkeerde vrienden. [niet juist]
   b) De jongen komt in aanraking met verkeerde vrienden. [juist]

2 a) De bestuurder trapte te laat het rempendaal in. [niet juist]
  b) De bestuurder trapte te laat het rempedaal in. [juist]
VERKEERDE VERWIJSWOORDEN


a) Hij heeft de nieuwe dvd van Anouk gekregen, maar wil het niet omruilen. [onjuist]

b) Hij heeft de nieuwe dvd van Anouk gekregen, maar wil hem niet omruilen. [juist]
ONTBREKENDE WOORDEN


a) Ik erger me dat hij altijd zo smakt. [niet juist]

b) Ik erger me eraan dat hij altijd zo smakt. [juist]
FOUTIEF PLEONASME, FOUTIEVE TAUTOLOGIE


1 a) Ik wil graag naar het feest, maar ik heb er het geld echter niet voor. [niet juist]
   b) Ik wil graag naar het feest, maar ik heb er het geld niet voor. [juist]

2 a) Van tevoren voorspelden ze dat Nederland zou winnen met 1-0. [niet juist]
  b) Ze voorspelden dat Nederland zou winnen met 1-0. [juist]
TWEELINGFOUTEN
a) Kende/Kon je die caissière in de Hema?

b) Wat is de rede/reden dat je te laat bent?

c) Met de hulp van/Met behulp van de leerlingen is het openhuis een succes geworden.

d) De opwarming van de aarde is te wijten/te danken aan het broeikaseffect.

e) Het werkstuk wordt beoordeeld, mits/tenzij ze op tijd worden aangeleverd.

f) Waar heb je De Telegraaf neergelegd/neergelegen?

g) Omdat/Doordat Karin te lang in de zon heeft gelegen, is haar huid verbrand.

h) Een gebruikte auto is aanzienlijk goedkoper als/dan een nieuwe.

i) Bert en Marijke zijn blijkbaar/schijnbaar al op vakantie, want ze zijn niet thuis.
DUBBELE ONTKENNING


De overheid heeft maatregelen genomen om te voorkomen dat Nederlands pluimvee niet
besmet raakt met vogelgriep. [niet juist]
WOORDEN OP DE VERKEERDE PLAATS


a) Ik vind dat je voor je vierde verjaardag, een zwemdiploma moet halen. [minder goed]

b) Ik vind dat je een zwemdiploma moet halen voor je vierde verjaardag. [beter]
RARE WOORDEN


a) Ronald wordt door de tandarts behandeld voor gingivitis.

b) Deze zanger treedt op als lookalike van Frans Bauer.

c) De zwemmer poogde tijdens de Olympische Spelen zijn eigen wereldrecord te verbeteren.

d) Shit, ik heb mijn fiets niet op slot gezet.

e) Ik heb inderdaad trek in een kop koffie, weet je?
ZINSDELEN


a) Gisteren heb ik bij mijn oma appeltaart gegeten met slagroom. [niet juist]

b) Gisteren heb ik bij mijn oma appeltaart met slagroom gegeten. [juist]
BIJVOEGLIJKE BIJZIN


a) De twee honden die geen halsband hebben, lopen aan de waterkant.
  [beperkend bijvoeglijke bijzin]

b) De twee honden, die geen halsband hebben, lopen aan de waterkant.
  [uitbreidende bijvoeglijke bijzin]
CONTAMINATIE


a) De prijs van dat apparaat kost mij veel te duur. [niet juist]

b) De prijs van dat apparaat is mij veel te duur. [juist]

c) De prijs van dat apparaat kost mij veel. [juist]
STOREND FIGUURLIJK TAALGEBRUIK


a) De patiënt belde naar de tandarts en vroeg of hij nog een gaatje in zijn agenda had. [niet juist]

b) De patiënt belde naar de tandarts en vroeg of hij voor vanmiddag een afspraak kon maken. [juist]
Taalverzorging

More Related Content

Viewers also liked

HLA Central MA Survey Results
HLA Central MA Survey ResultsHLA Central MA Survey Results
HLA Central MA Survey Results
mmyatt01757
 
Kertas 1 bi ppt tahun satu
Kertas 1 bi  ppt tahun satuKertas 1 bi  ppt tahun satu
Kertas 1 bi ppt tahun satu
sititalib
 
Topologi jaringan
Topologi jaringanTopologi jaringan
Topologi jaringan
HabIb El-Rohman
 
Que Chinooo
Que ChinoooQue Chinooo
Que Chinooo
Francisco Xavier
 
Google freshness update
Google freshness updateGoogle freshness update
Google freshness update
chris_louis
 
Cce2013.heg.ne.mh2.tekstverbanden
Cce2013.heg.ne.mh2.tekstverbandenCce2013.heg.ne.mh2.tekstverbanden
Cce2013.heg.ne.mh2.tekstverbandenghake
 
Secondary research
Secondary researchSecondary research
Secondary research
Doctorwhoxmangafan
 
Evaluation question 1
Evaluation question 1Evaluation question 1
Evaluation question 1
rachhmarjj
 
Presentatie Hannie en Willem
Presentatie Hannie en WillemPresentatie Hannie en Willem
Presentatie Hannie en Willem
Fred Rommens
 
FacebookAPIWhitePaper
FacebookAPIWhitePaperFacebookAPIWhitePaper
FacebookAPIWhitePaper
Michelle Sollicito
 
Blogger
BloggerBlogger

Viewers also liked (11)

HLA Central MA Survey Results
HLA Central MA Survey ResultsHLA Central MA Survey Results
HLA Central MA Survey Results
 
Kertas 1 bi ppt tahun satu
Kertas 1 bi  ppt tahun satuKertas 1 bi  ppt tahun satu
Kertas 1 bi ppt tahun satu
 
Topologi jaringan
Topologi jaringanTopologi jaringan
Topologi jaringan
 
Que Chinooo
Que ChinoooQue Chinooo
Que Chinooo
 
Google freshness update
Google freshness updateGoogle freshness update
Google freshness update
 
Cce2013.heg.ne.mh2.tekstverbanden
Cce2013.heg.ne.mh2.tekstverbandenCce2013.heg.ne.mh2.tekstverbanden
Cce2013.heg.ne.mh2.tekstverbanden
 
Secondary research
Secondary researchSecondary research
Secondary research
 
Evaluation question 1
Evaluation question 1Evaluation question 1
Evaluation question 1
 
Presentatie Hannie en Willem
Presentatie Hannie en WillemPresentatie Hannie en Willem
Presentatie Hannie en Willem
 
FacebookAPIWhitePaper
FacebookAPIWhitePaperFacebookAPIWhitePaper
FacebookAPIWhitePaper
 
Blogger
BloggerBlogger
Blogger
 

Cce2013.heg.ne.a3.taalverzorging

  • 2. INCONGRUENTIE a) Jongeren moeten leren hun huiswerk in hun agenda te schrijven. [juist] b) Een heleboel jongeren komt twee keer in de week te laat op school. [niet juist]
  • 3. VERKEERDE WOORDEN 1 a) De jongen komt in aanmerking met verkeerde vrienden. [niet juist] b) De jongen komt in aanraking met verkeerde vrienden. [juist] 2 a) De bestuurder trapte te laat het rempendaal in. [niet juist] b) De bestuurder trapte te laat het rempedaal in. [juist]
  • 4. VERKEERDE VERWIJSWOORDEN a) Hij heeft de nieuwe dvd van Anouk gekregen, maar wil het niet omruilen. [onjuist] b) Hij heeft de nieuwe dvd van Anouk gekregen, maar wil hem niet omruilen. [juist]
  • 5. ONTBREKENDE WOORDEN a) Ik erger me dat hij altijd zo smakt. [niet juist] b) Ik erger me eraan dat hij altijd zo smakt. [juist]
  • 6. FOUTIEF PLEONASME, FOUTIEVE TAUTOLOGIE 1 a) Ik wil graag naar het feest, maar ik heb er het geld echter niet voor. [niet juist] b) Ik wil graag naar het feest, maar ik heb er het geld niet voor. [juist] 2 a) Van tevoren voorspelden ze dat Nederland zou winnen met 1-0. [niet juist] b) Ze voorspelden dat Nederland zou winnen met 1-0. [juist]
  • 7. TWEELINGFOUTEN a) Kende/Kon je die caissière in de Hema? b) Wat is de rede/reden dat je te laat bent? c) Met de hulp van/Met behulp van de leerlingen is het openhuis een succes geworden. d) De opwarming van de aarde is te wijten/te danken aan het broeikaseffect. e) Het werkstuk wordt beoordeeld, mits/tenzij ze op tijd worden aangeleverd. f) Waar heb je De Telegraaf neergelegd/neergelegen? g) Omdat/Doordat Karin te lang in de zon heeft gelegen, is haar huid verbrand. h) Een gebruikte auto is aanzienlijk goedkoper als/dan een nieuwe. i) Bert en Marijke zijn blijkbaar/schijnbaar al op vakantie, want ze zijn niet thuis.
  • 8. DUBBELE ONTKENNING De overheid heeft maatregelen genomen om te voorkomen dat Nederlands pluimvee niet besmet raakt met vogelgriep. [niet juist]
  • 9. WOORDEN OP DE VERKEERDE PLAATS a) Ik vind dat je voor je vierde verjaardag, een zwemdiploma moet halen. [minder goed] b) Ik vind dat je een zwemdiploma moet halen voor je vierde verjaardag. [beter]
  • 10. RARE WOORDEN a) Ronald wordt door de tandarts behandeld voor gingivitis. b) Deze zanger treedt op als lookalike van Frans Bauer. c) De zwemmer poogde tijdens de Olympische Spelen zijn eigen wereldrecord te verbeteren. d) Shit, ik heb mijn fiets niet op slot gezet. e) Ik heb inderdaad trek in een kop koffie, weet je?
  • 11. ZINSDELEN a) Gisteren heb ik bij mijn oma appeltaart gegeten met slagroom. [niet juist] b) Gisteren heb ik bij mijn oma appeltaart met slagroom gegeten. [juist]
  • 12. BIJVOEGLIJKE BIJZIN a) De twee honden die geen halsband hebben, lopen aan de waterkant. [beperkend bijvoeglijke bijzin] b) De twee honden, die geen halsband hebben, lopen aan de waterkant. [uitbreidende bijvoeglijke bijzin]
  • 13. CONTAMINATIE a) De prijs van dat apparaat kost mij veel te duur. [niet juist] b) De prijs van dat apparaat is mij veel te duur. [juist] c) De prijs van dat apparaat kost mij veel. [juist]
  • 14. STOREND FIGUURLIJK TAALGEBRUIK a) De patiënt belde naar de tandarts en vroeg of hij nog een gaatje in zijn agenda had. [niet juist] b) De patiënt belde naar de tandarts en vroeg of hij voor vanmiddag een afspraak kon maken. [juist]