5. Luchtfilter
• zit bovenop de carburateur
• papieren filter-element
• gaat aangezogen lucht filteren
Sander Gebruers
6. Gasklep
• wordt bediend met behulp van gaspedaal
• beïnvloedt hoeveelheid lucht
• bepaalt het vermogen
Sander Gebruers
7. Choke
• smoorklep
• verkleint de luchttoevoer
• minder lucht doorlaten = rijker mengsel
• koude motor start makkelijker
Sander Gebruers
8. Vlotter
• regelt samen met de vlotternaald de
brandstoftoevoer
• houdt het brandstofniveau in vlotterkamer
constant
Sander Gebruers
9. Venturi
• vernauwing in stromingskanaal
• gaat versnelling creëren wat resulteert in
drukverlaging
• venturi-effect
Sander Gebruers
10. Hoofdsproeier
• koperen schroefje met klein gaatje erin
• doseert de brandstof
• te groot = te rijk mengsel
• te klein = te arm mengsel
Sander Gebruers
11. Voor- en nadelen
• + weinig tot geen elektronica
• + relatief goedkoop
• + mechanisch regelbaar
• - verbruik is hoger dan bij injectie
• - relatief slechte dossering
• - afhankelijk van de zwaartekrachtSander Gebruers