2. “K
om, allemaal het veld op
voor de warming-up”,
roept Emeliet Grond.
“Hup jongens, pak alle-
maal een pionnetje. Hup,
tegenover elkaar”. 09.05 uur: de clubhuis-
deuren zwaaien open en in een oogwenk
ziet het clubhuis (oranje) zwart van de
mensen. De barjuffrouw
heeft zich verslapen. Uit-
gerekend vandaag! En
terwijl de Beestenbende
al druk aan het trainen
is, verdringen ouders
van jeugdteams zich in
het clubhuis om een
veld toegewezen te krij-
gen. “Dit is een scheet
aanval”, roept een jon-
getje vanaf het veld van
de hockeyschool.
Plezier voorop
“Tegenwoordig trainen
we de kleintjes op de
hockeyschool met be-
hulp van thema’s”, vertelt Emeliet. “We
hebben een piratendoos, een cowboydoos
en ga zo maar door. In de dozen zitten
verkleedpakjes. Kijk maar, daar loopt een
piraatje en daar…. Het idee is dat plezier
voor de kinderen het allerbelangrijkste is.
Hockey is motorisch gezien erg moeilijk om
te leren. De bal is klein, je moet je stick vast-
houden en ook nog eens naar beneden kij-
ken! Ons motto is: iedere zaterdagmorgen
moet een feestje zijn waar je veilig leert
omgaan met stick en bal.”
Hoogst persoonlijk
“Ik train al 30 jaar de mini’s, gaat Emeliet
Reportage
Dehockeyschool
Het is zaterdag 24 mei, 09.00 uur. Althans ... bijna. Locatie:
Oranje Zwart. Vandaag is de laatste dag van een seizoen vol
vroege zaterdagen. Tenminste … voor de bikkels van de hockey-
school, de jeugd, hun vaders en hun moeders. Het is druk op
het terras voor het clubhuis. Er klinkt geroezemoes, een groepje
lachende kinderen stuift voorbij. “Goedemorgen”, klinkt het her
en der. “Hoi, goedemorgen!”
verder. “Waarvan zeven bij OZ. Aan het
begin van het seizoen steek ik veel tijd in
de club: trainers briefen per mail, brieven de
deur uit en dan zijn er natuurlijk de nieuwe
aanmeldingen die ik allemaal persoonlijk
uitnodig voor een proefles. Ik geef mensen
graag stuk voor stuk het gevoel dat ze wel-
kom zijn bij de club. Mijn talent om naam en
toebehoren van iemand
te onthouden, komt
hierbij goed van pas.
In mum van tijd weet ik
hoe de kinderen heten,
bij wie ze in de klas zit-
ten, wanneer ze jarig
zijn enzovoort. Dit
wordt erg gewaardeerd.
Het ronselen van trai-
ners gebeurt meestal
langs de lijn of als
ouders hun kinderen
opgeven voor hockey.
Negen van de tien keer
zijn dit senioren bij OZ.
Ik smeed het ijzer dus
als het heet is. En om-
dat ik veel geef, krijg ik ook veel terug. Trai-
ners (die ook nog eens kunnen hockeyen!)
komen we daarom nooit te kort.”
Tja, die zaterdagmorgen bij Oranje Zwart.
Hij hoort gewoon bij het weekend. Sommi-
ge ouders hebben de tijd van vroeg op-
staan al achter zich gelaten. Sommigen niet.
Maar goed. Als ouder weet je wat je belang-
rijk vindt voor je kind. Sporten bijvoorbeeld.
En als daar dan vroeg opstaan bij hoort:
Soi. Maar wat vinden de kids er nu eigenlijk
zelf van? Waarom gingen ze op hockey?
Hoogtijd, vonden wij, om ze dat eens
hoogst persoonlijk te vragen!
“Ik smeed het
ijzer dus als
het heet is.”
7glOZzy het Jubileum Magazine
Tekst: Jeannette Hardam
3. Reportage
Dehockeyschool
8 Oranje-Zwart 75 jaar
Maurits Hoogbergen, 6 jaar.
Hoi Maurits mag ik je wat
vragen?
“Ik moet eerst even naar de
w.c.”, zegt Maurits en holt
weg.
Plots staat hij weer voor me.
“Ik ben er!”
“Wat wil je later worden
Maurits?”
“Dokter, voetballer en
hockey keeper.”
“En waarom ben je op hockey
gegaan?”
“Moest van m’n vader. Hij
vindt het geen agressieve
sport. Ik wil prof keeper
worden!”
“Vind je het erg om zaterdag
zo vroeg op te staan?”
“Nee! Ik ben altijd als eerste
wakker. Of als tweedes.”
Emma van der Marel, 7 jaar.
“En hoe lang zit jij al op
hockey Emma?”
“Twee jaar of zo.”
“Een jaartje toch?”, vraagt
Emeliet.
“Oh ja ...”
“Wat heb je daar in je mond
zitten?”
“Een bitje, dat beschermt je
tanden. Want anders gaan je
grote mensen tanden eruit
en dan krijg je neptanden.”
“En waarom vind jij hockey
zo leuk?”
“Omdat je dan heel ver kunt
komen in de finale!”
Juul van der Velden, 7 jaar.
Juul zit op hockey omdat
ze het leuk vindt. Daar is ze
heel stellig in. Maar hoe kan
het ook anders? Praktisch
de hele familie zit op hockey.
Net als ik met Juul sta te
praten, komt er een ander
meisje bij staan.
“Hoi Juul!”
“Sorry dat ik gisteren niet op
je verjaardag kon komen.”
Het is Maud van der Velden.
“Juul is mijn nichtje”, vertelt
ze en richt haar aandacht
weer op Juul.
“Wat heb je voor je
verjaardag gehad?”
“Heb je een favoriet in de
hockeysport Juul?”
Maud: “Zeg maar Daphne.”
“Dat is mijn zus”, zegt Maud.
“Die is 17. Die zit in Dames 1.”
4. 9glOZzy het Jubileum Magazine
>>
Raphaëlle van de Walle, 8 jaar.
“Hoi Raphaëlle, vertel eens
waarom je op hockey zit.”
“Omdat ik het leuk vind. Mamma
zit erop en pappa ook.”
“Twee zusjes hockeyen en
ook nog een broer”, springt
haar moeder bij.
“’s Ochtends sta ik er hier
met vier op het veld.”
Raphaëlle: “Ik was eerst bij
EMHC gegaan.”
“Daar zaten ook een boel
vriendinnen van mij. Maar
daar kreeg je niet een goede
training. En toen ben ik naar
hier gegaan en was de training
wel wat beter. En toen ben ik
naar Oranje Zwart gegaan.”
Wil je goed worden Raphaëlle?
“Ja!”
Waarom?
“Gewoon: om te winnen.”
Wout van den Hurk, 8 jaar
“Moet je niet een beetje vroeg
opstaan voor de hockey?”
“Beetje wel. Dan komt mamma je
altijd wakker maken als je ligt
te slapen.”
“Dat doet ze ook bij pappa”, lacht
vader Frits van den Hurk.
“Traint je pappa jou?”
“Ja. Pappa vindt me goed spelen.”
“Wie is je favoriet Wout?”
(Frits fluistert hem wat in).
“Pappa.”
“En wat is je favoriete club?”
Om ons heen wordt gelachen.
Iemand roept:
“Zeg maar Laren of
Bloemendaal!”
“Daar is mijn andere zoon
Olivier”, zegt Frits.
“Hij zit ook op hockey.
Olivier heeft vandaag twee
doelpunten gemaakt. Wout ook.”
Wout: “Drie!!”
“Olivier
heeft
vandaag
twee
doelpunten
gemaakt.
Wout ook.”
Wout:
“Drie!!”
5. Reportage
Dehockeyschool
10 Oranje-Zwart 75 jaar
Duco van Slagmaat, 11 jaar.
“In welk team speel je Duco?”
“Jongens D2.”
“Zijn jullie goed?”
“Ja.”
“We staan wel één na laatste
in de competitie maar dat
komt omdat we alleen maar
tegen de D1 moeten.”
“En waarom ben je op hockey
gegaan?”
“Mijn broer zat er op en toen
hebben mijn vader en moeder
me gewoon opgegeven.”
“Welke sport doe je nog
meer?”
“Tennis.”
“Leuk?”
“Als ik één van de twee
sporten op moet zeggen
dan doe ik tennis. Hockey
gaat voor tennis.”
Floor, 13 jaar. Suus, 14 jaar.
Anniek 13 jaar.
Floor, Suus en Anniek zijn
hartsvriendinnen. Ze spelen
in de D5. “Ik ben wel al over
twee dagen 14”, roept Anniek.
“Is jullie team goed?”
“Super goed”, zegt Suus.
Anniek en Floor: (gegiechel)
“Valt wel mee.”
“Waarom zitten jullie op
hockey?”
“Het is zo gezellig.”
“Hebben jullie ambities in de
hockey?”
(hard lachend) “Neeee.”
“Hoeveelste staan jullie?”
“Laatste.” “Of één na laatste?”
De meiden hebben ooit in een
beter team gespeeld maar dat
beviel niet.
“Dat was veel te streng. Als
je één ding fout deed, ging
iedereen meteen zeuren.”
“Als ik één
van de twee
sporten op
moet zeggen
dan doe
ik tennis.
Hockey gaat
voor tennis.”
6. 11glOZzy het Jubileum Magazine
>>
Tobias Giger, 11 jaar.
“Hoe lang zit je op
hockey?”
“Een half jaar.”
“En waarom ging je
op hockey?”
“Omdat het leuk is. En mijn
beste vriend zat erop.”
“In welk team speel je?”
“In de E4. We hebben net
gewonnen.”
“Wil je later prof
hockeyer worden?”
“Natuurlijk.”
“Waarom?”
“Hockey is leuk!”
“Waarom?”
“Dan kan je meer mensen
ontdekken die mee spelen
en het is gewoon leuk.”
Merel van Heeswijk, 7 jaar.
Merel heeft een snoepzak
in haar handen. Ze is ijverig
aan het … snoepen!
“En, hoe lang zit jij al op
hockey?”
“Weet ik niet.”
“Waarom ben je op hockey
gegaan?”
“Weet ik niet .… Omdat ik van
mamma niet op voetbal mocht.
Ik ga ook nog op tennis.”
“Oh ja? Wanneer?”
“Weet ik niet. Want mamma
zegt dat ze het vandaag
tegen de mevrouw van de
tennis gaat zeggen.”
“Heb je broertjes of zusjes
Merel?”
“Een broertje.”
“Zit hij ook op hockey?”
“Nee op voetbal!”
Jaap van Duivenbode, 9 jaar
“Hoe kom je aan die kapotte
knieën Jaap?”
“Ik ben gehaakt.”
“Ons team is wel goed”,
vertelt Jaap.
“We hebben nog geen vaste
plaatsen maar ik weet wel
waar ik moet staan!”
“Ik ben tweede beste in
scoren. Coen is eerste.”
“Vind je het gezellig bij OZ?”
“Ja, heel gezellig.”
“Waarom?”
“Omdat je je vriendjes
weer ziet en dat je een
wedstrijdje kan spelen.”
7. Reportage
Dehockeyschool
13glOZzy het Jubileum Magazine
Floor Brzesowsky, 9 jaar.
“Vinden jullie het leuk
als ik jullie interview?”
“Ja, ja, ja, ja”, roept een
groepje ijsjes etende meisjes
in koor.
“Ik ga één van jullie vragen
stellen.”
Floor:“Ik, ik!”
“Waarom zit je op hockey?”
“Omdat ik nog niet op
een sport zat en andere
vriendinnen zaten op hockey.
En toen vond mamma het leuk
dat ik ook op hockey ging.”
Floor speelt in de E6
“Zijn jullie goed?”
“Nee!”, roepen de meiden.
Floor: “Een beetje.”
“Blijven jullie na de
wedstrijd bij de hockey
hangen?”
“We gaan eerst sporten, dan
drinken en dan gaat mamma
klessebessen en koffieleuten.”
Thijs Janssen, 6 jaar. “Hoi Thijs,
hoe lang zit je al op hockey?”
“Dat weet ik niet!”
“Thijs is met de hockeystick
geboren”, vertelt Emeliet.
“Ik had vroeger een heel klein
stickje”, vult hij aan.
Thijs ging op hockey omdat
al zijn vrienden erop gingen.
“Jannes en Joris en Tom en
Xavier”, vertelt hij.
“Hoe vond je het om zo vroeg
op te staan Thijs?”
“Ik was nog wel moe.”
“Wil je later prof hockeyer
worden?”
“Nee dat niet. “Ik doe twee dingen
tegelijk”, legt hij uit. “Ik zat
vroeger op voetbal. Nu zit ik
ook op zwemmen en misschien
ga ik op judo. Ik heb een zusje
en die gaat volgend jaar ook
op hockey. Ze heeft ook al een
stick! Zo klein”, zegt hij en wijst
naar halverwege de zijne.
Jannes Janssen, 7 jaar.
Jannes is vandaag 7 geworden.
Heel het team staat in het doel
voor een foto. Teamgenoot
Juul wil maar niet lachen. Hij
is ontroostbaar. Ze hebben
verloren …. van de MEISJES!
“Zit je al lang op hockey?”
“Mmmm”. Jannes moet even
nadenken.
“Een jaar!”
“En waarom zit je op hockey?”
“Omdat je met voetbal moeier
wordt want dan moet je met
je voeten trappen.”
“Hockey is voetbal voor luie
jongetjes”, lacht zijn vader.
En weg is Jannes. Hij heeft
belangrijkere dingen te doen:
snoepzakken uitdelen.
