1. Introductieopdracht internet
Deze opdracht werd als duo gemaakt
door Michael Cox en Wim Debruyne

2. De gedetailleerde geschiedenis van het internet
De belangrijkste gebeurtenissen op een rijtje!

3. 1536-1950
• 1536  gebruik @-symbool
• 1837  eerste computerachtige machine
• 1900  opmerkelijke vondst door duikers
• 1936  Turing Machine
• 1939  Oprichting Hewlett-Packard
• 1941  De Z3 verschijnt op het toneel

4. 1958-1963
• 1958  Oprichting ARPA (later DARPA)
• 1960  Eerste netwerk
• 1961  Packet Switching Theory
• 1962  Intergalactic Network
• 1962  Toekomst van netwerken wordt besproken
• 1963  Uitvinding eerste computermuis

5. 1963-1975
• 1963  ASCII wordt ontwikkeld
• 1965  PDP-9
• 1971  Eerste e-mail
• 1972  Officiële uitvinding van het e-mail
• 1974  Het woord internet
• 1975  Microsoft

6. 1976-1982
• 1976  Apple Computer Inc.
• 1978  De eerste spam
• 1979  De eerste emoticon
• 1981  De eerste IBM-computer
• 1982  De pc wordt de ‘Person of the Year’
• 1982  TCP/IP

7. 1983-1991
• 1983  ARPANET goes TCP/IP
• 1988  Computerworm
• 1989  Wereldwijde web
• 1989  Peapod
• 1990  Archie
• 1991  Eerste webcam

8. 1991-1997
• 1991  Eerste webpagina
• 1993  Mosaic
• 1994  Yahoo! Inc.
• 1994  Blog
• 1995  Hotmail, Amazon en Ebay
• 1997  BackRub wordt Google

9. 1998-2003
• 1998  Oprichting Google Inc.
• 2000  PayPal
• 2001  Afbeeldingen zoeken
• 2001  Wikipedia
• 2001  iPod
• 2003  iTunes en Safari

10. 2003-2007
• 2003  Wordpress
• 2004  Facebook, Gmail, Vimeo en Mozilla
• 2004  Blog woord van het jaar
• 2005  YouTube en Reddit
• 2006  Twitter gaat online. Spotify wordt ontwikkeld
• 2006  Google koopt YouTube
• 2007  iPhone

11. Even in detail treden
• InterNIC  toewijzing domeinnamen van 1972 tot
1998.
• W3C  ontwierp protocollen en richtlijnen voor het
internet.
• ISOC  verduidelijkte de leidraad voor gebruik van het
internet.
• IAB  controlerend orgaan dat toezicht houdt op het
ISOC.

12. • 1968  DARPA verfijnt richtlijnen en
specificaties van het ARPANET.
RFQ om Interface Message Processors te
ontwikkelen.
• 1972  Voorstelling ARPANET.
Eerste e-mailapplicatie.
• 1973  TCP/IP-protocol.
• 1983  ARPANET stapt over op TCP/IP.

13. • 1984  Domain Name System
• 1986  Steve Wolf denkt na over grote
netwerkinfrastructuur.
• 1990  ARPANET verdwijnt. Internet neemt
de fakkel over.
Kennismaking met Archie.
• 2004  Thefacebook, Gmail, Ubuntu en
World of Warcraft zien het daglicht.

14. Wat internet?
• Internet is een draad
• Computers kunnen
communiceren
• Servers bevatten
webpagina’s en media
• IP-adres is een uniek
nummer
• IP-adres van website
wordt URL
• Pc’s thuis zien clients
• ISP levert internet aan
eindgebruikers

15. Verduidelijk IP-adres en domeinnaam
• IP-adres  adres waarmee je netwerkkaart
een adres kan aanvragen.
• Misdaden op het internet kunnen zo aan een
dader gelinkt worden.
• Domeinnaam  naam binnen het DNS zodat
pc’s onderling kunnen communiceren.

16. Computerbegrippen
• IRC  protocol dat chatsessies met groepen mogelijk maakt.
• HTML  opmaaktaal voor webpagina’s. Hyperlinks zijn kenmerkend.
• HTTP  protocol dat de communicatie tussen webclient en webserver
verzorgt.
• URL  naam van een webpagina of een e-mailadres.
• WWW  het geheel van technische afspraken rondom het internet.
• FTP  protocol voor het uitwisselen van bestanden.
• ICQ  instant-messaging technologie.

17. Browservergelijking
• Internet Explorer  moest troon afstaan in
2008. Iets minder veilig.
• Mozilla Firefox  veiliger dankzij ontbreken
van ActiveX-ondersteuning. Sinds 1999 online.
• Google Chrome  blijkt sneller te zijn, maar
weinig add-on ondersteuning.

18. Zoeken op het net
• Raadpleeg een zoekmachine zoals
www.google.be.
• Typ relevante zoekwoorden in.
• Kies een van de resultaten en volg de
hyperlink.

19. Web 2.0
• Internet  interactief medium
• Downloaden, maar ook uploaden
• HTML werd XML, JavaScript, PHP, CSS, …
• Voorstanders zoals ontwikkelaar van Wikipedia
• Tegenstanders zoals hoofdredacteur Encyclopaedia Britannica
• Iedereen auteur  YouTube, Facebook, Last.fm, …
• Schooltaken worden makkelijker, maar kinderen snel weg met foute
informatie

20. Sociale media
• Facebook  heeft niets unieks, maar bevat wel alles waarvan een sociale
netwerksite kan dromen.
• Twitter  140 tekens vrij in te vullen met wat je maar wil.
• LinkedIn  koppelt het professionele aan het sociale.
• Myspace  focust zich op muziek, video’s en games om mensen met elkaar te
verbinden.
• Google Plus+  redelijk recent, kan verwachtingen niet inlossen.
• Andere websites zoals Deviantart concentreren zich op andere doelgroepen.
• Privacy  groot probleem, zoals aangehaald bij de commentaar over Myspace.