3. 1 In die dagen werd Hizkia ten dode toe
ziek.
2 Vijfentwintig jaar was hij oud, toen
hij koning werd, en hij regeerde
negenentwintig jaar te Jeruzalem.
2Koningen 18
= Hizkia is hier 39 jaar oud
(40-ste levensjaar!)
3
4. 1 ... Toen kwam de profeet Jesaja, de zoon
van Amoz, tot hem en zeide tot hem: Zo
zegt de HERE: tref beschikkingen voor uw
huis, want gij zult sterven en niet
herstellen.
4
5. 2 Toen keerde Hizkia zijn gelaat naar de
wand en bad tot de HERE
5
6. 3 en zeide: Ach, HERE, gedenk toch, dat ik
voor uw aangezicht in trouw en met een
volkomen toegewijd hart gewandeld heb en
gedaan heb wat goed is in uw ogen.
6
7. 4 En Hizkia weende luid. Toen kwam het
woord des HEREN tot Jesaja:
7
8. 5 Ga en zeg tot Hizkia: zo zegt de HERE,
de God van uw vader David: Ik heb uw
gebed gehoord...
Hizkia heeft op dit moment nog geen
zoon...
8
9. 11 De HERE heeft David een dure eed
gezworen, waarop Hij niet terugkomt: Een
van uw lijfelijke zonen zal Ik op uw troon
zetten. 12 ... voor immer...
Psalm 132
(hammaaloth – lied van de treden!!)
9
10. 5 .... Ik heb uw tranen gezien; zie, Ik zal
aan uw levensdagen vijftien jaar
toevoegen,
5 .... Ik heb uw tranen gezien; zie, Ik zal u
gezond maken, OP DE DERDE DAG zult gij
opgaan naar het huis des HEREN.
2Koningen 20
10
11. 6 en Ik zal u en deze stad uit de macht van
de koning van Assur redden en deze stad
beschutten.
11
Niet slechts "de zoon van David"
maar ook Jeruzalem wordt redding
beloofd!
12. 7 En dit zal u het teken zijn van des HEREN
kant, dat de HERE ook doen zal wat Hij
gesproken heeft:
22 En Hizkia had gezegd: Wat is het
teken, dat ik zal opgaan naar het huis
des HEREN?
12
13. 8 zie, Ik doe de schaduw op de treden
waarlangs zij door de zon op de trap van
Achaz is afgedaald, weer tien treden
teruggaan...
St.Vert.
... de schaduw der graden, die
met de zon in de graden van
Achaz' zonnewijzer nederwaarts
gegaan is...
13
14. 4 De mens is gelijk aan een ademtocht, zijn
dagen zijn als een voorbijglijdende
schaduw.
Psalm 144
14
15. 8 ... En de zon ging tien treden terug op de
treden die zij gedaald was.
15
16. 9 Geschrift van Hizkia, de koning van
Juda, toen hij ziek geweest en van zijn
ziekte hersteld was.
Hizkia =
'bekrachtigd door JAHWEH'
16
lett. levend geworden
17. 10 Ik zeide: In de bloei mijner dagen moet
ik heengaan door de poorten van het
dodenrijk, ik zal derven de rest mijner
jaren.
17
18. ....
17 Zie, mijn bittere beproeving werd tot
heil. Gij toch zijt het, die mijn leven gered
hebt van de groeve der vernietiging, want
Gij hebt al mijn zonden achter uw rug
geworpen.
18
19. 18 Want het dodenrijk looft U niet, de dood
prijst U niet; wie in de groeve zijn
neergedaald, hopen niet op uw trouw.
19
20. 19 De levende, de levende, hij looft U,
zoals ik heden doe; de vader maakt zijn
zonen uw trouw bekend.
20
21. 20 De HERE is gereed om mij te verlossen.
Daarom doen wij het MIJN snarenspel
klinken al de dagen van ons leven in het
huis des HEREN.
21