De Kracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer, 2012, samenvatting
1. De kracht van de ondernemer
in Zoetermeer en
Leidschendam-Voorburg
Thema: et roer om op de
H
regionale arbeidsmarkt
2. De Kracht van de Ondernemer in Zoetermeer en Leidschendam-Voorburg
Het roer om op de
regionale arbeidsmarkt
Inleiding
Dit jaar heeft Rabobank Vlietstreek-Zoetermeer voor de zesde achter- Het onderzoek is grotendeels vormgegeven op basis van kwalitatief
eenvolgende keer het initiatief genomen voor het project De Kracht onderzoek. Naast deskresearch heeft een groot aantal interviews
van de Ondernemer. Met dit project voorziet de bank ondernemers plaatsgevonden en zijn workshops georganiseerd met betrokkenen
en andere organisaties in de regio van informatie en kennis om de re- vanuit de drie domeinen onderwijs, overheid en bedrijfsleven. Vanuit
gionale economie te stimuleren. Ook dit jaar is het project in samen- deze onderzoekstappen zijn uiteindelijk concrete aanbevelingen ge-
werking met de Kamer van Koophandel Den Haag en de gemeenten formuleerd om in Leidschendam-Voorburg en Zoetermeer te komen
Leidschendam-Voorburg en Zoetermeer georganiseerd. tot een structureel betere aansluiting tussen het onderwijs en het be-
drijfsleven in deze regio.
In 2011 stond het thema Sociaal ondernemen centraal. De arbeids-
markt is een onderwerp dat leeft in deze regio. Daarom borduurt het
onderzoek van 2012 hierop voort. Terwijl in 2011 is gekeken in hoe- In tegenstelling tot voorgaande jaren vormt de Economische Thermome-
verre de arbeidsmarktreserve een oplossing kan zijn voor het invullen ter (die de economische prestaties van de regio in beeld brengt) dit jaar
van toekomstige arbeidsmarktkrapte, staat in deze editie de kwalita- geen onderdeel van de studie.
tieve aansluiting van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt centraal.
3. Het roer om op de regionale arbeidsmarkt
Nederland staat voor een bijzondere uitdaging. De economie wensen van het bedrijfsleven.
groeit nauwelijks en door bezuinigingen bij bedrijven is er een n ongeren hebben meer kans op werk als hun opleiding aansluit
J
overschot aan arbeidskrachten. Door een teruglopende vraag op de beroepspraktijk. Voldoende stageplaatsen en leerbanen
neemt de werkgelegenheid op korte termijn verder af. In de zijn daarbij onmisbaar.
iets verder gelegen toekomst zal de Nederlandse economie n p de arbeidsmarkt is sprake van een kwalitatieve mismatch
O
echter kampen met een structureel tekort op de arbeidsmarkt. door veel aanbod van laagopgeleiden tegenover veel vraag naar
Daarom zullen we juist nu onze ogen op de toekomst moeten hoogopgeleiden (mbo+). Voor het laagopgeleide deel van de
richten en ons moeten voorbereiden op de veranderingen die beroepsbevolking is het lastig om op dit moment werk te vinden.
ons op de arbeidsmarkt te wachten staan. n et name in Leidschendam-Voorburg zijn veel jongeren op
M
zoek naar werk en is vaak sprake van langdurige werkloosheid.
Wat is er aan de hand op de arbeidsmarkt? Beide gemeenten hebben te maken met relatief veel voortijdige
n e arbeidsmarkt wordt steeds flexibeler en de ontwikkelingen in
D schoolverlaters.
het bedrijfsleven en de wijzigende marktomstandigheden vol- n e afgelopen jaren zijn veel initiatieven ondernomen om de aan-
D
gen elkaar in rap tempo op. Mensen moeten zich daarom per- sluiting tussen het onderwijs en het bedrijfsleven in Leidschen-
manent blijven ontwikkelen om duurzaam inzetbaar te zijn in het dam-Voorburg en Zoetermeer te verbeteren. Deze projecten
arbeidsproces. worden vaak versnipperd opgepakt en bieden tot nu toe geen
n E
r is een toenemende behoefte aan hoger opgeleiden en structurele oplossing voor de problematiek.
vak pecialisten. Zij vormen de ruggengraat van de Nederlandse
s
economie en zorgen bovendien voor werkgelegenheid voor
laagopgeleiden. Gebrek aan borging
n J
ongeren (en hun ouders) hebben weinig zicht op ontwikkelin- van projecten
gen en perspectieven op de arbeidsmarkt met als gevaar dat zij Om de aansluiting tussen
niet de goede keuzes maken. onderwijs en bedrijfsleven
n T
oekomstige krapte wordt in de regio Haaglanden vooral ver- structureel te verbeteren,
wacht in de sectoren transport, tuinbouw, zorg, onderwijs en moet het roer echt om. Alle
overheid en voor technische beroepen. betrokkenen erkennen de
n O
pleidingen zijn onvoldoende gericht op de behoeften van on- noodzaak van verbetering.
dernemingen. En het onderwijs is onvoldoende op de hoogte Er zijn dan ook al veel initi-
van het reilen en zeilen in het bedrijfsleven. Bedrijven en onder- atieven ondernomen om
wijs moeten de dialoog aangaan en elkaars taal leren spreken. hieraan bij te dragen. De
n Behalve de aansluiting op sector en opleidingsniveau komen ook echte oorzaak van de knel-
de competenties van stagiairs en nieuwe medewerkers (ook al punten wordt hiermee ech-
hebben ze de juiste opleiding) vaak niet overeen met de ter niet wezenlijk opgelost.
4. markt te kunnen plaatsen. Om dit te realiseren, zullen de onderwijs-
activiteiten veel sterker moeten worden geïntegreerd met de prak-
tijk in het bedrijfsleven.
Naar een hybride vorm van leren en werken
De kern van de oplossing bestaat uit het wegnemen van de grenzen
tussen bedrijfsleven en onderwijs. Daarmee kun je al vroeg begin-
nen, bijvoorbeeld door in groep 8 van de basisschool leerlingen al
Veelal heeft dit te maken met de versnippering en de eindigheid kennis te laten maken met de praktijk in het bedrijfsleven en andere
van deze projecten. Het voortbestaan ervan is veelal afhankelijk van vormen van ontmoeting tussen onderwijs en bedrijfsleven. Daarbij
de budgetten waarmee ze worden bekostigd. Zodra er geen bud- hoort ook goede voorlichting aan leerlingen en ouders over ontwik-
get meer beschikbaar is, houdt het project op te bestaan en worden kelingen en perspectieven op de arbeidsmarkt. De in de workshops
eerder geboekte resultaten teniet gedaan. Er is dus geen tekort aan geopperde suggestie om de laatste klas van het mbo af te schaffen
creatieve ideeën en oplossingen, maar wel aan borging van succes- en deze ter plaatse bij een bedrijf onder te brengen, is een verre-
volle projecten na hun initiatiefase. gaande aanpak die waarschijnlijk op dit moment in de praktijk nog
Behalve de eindigheid van projecten worden onderwijs en be- lastig is te realiseren. Een alternatief waarmee een eerste concrete
drijfsleven in eerdere initiatieven vaak als twee gescheiden werel- stap naar een hybride vorm van leren en werken kan worden gezet,
den benaderd die maar moeizaam tot elkaar kunnen komen. De is een fysieke ontmoetingsplek voor scholen en bedrijven. Een plek
opleidingenpijplijn reageert vertraagd op de snel veranderende waar onderwijs en bedrijfsleven elkaar leren kennen, elkaars taal le-
marktomstandigheden en ouders en leerlingen zien door de bo- ren spreken en waar zij door samen te werken en feedback te geven
men het bos niet meer. Bedrijven zijn naarstig op zoek naar goe- nader tot elkaar kunnen komen om zo de gewenste aansluiting te
de en breed inzetbare vakkrachten terwijl de lesprogramma’s, het realiseren.
dwingende ritme van de jaarplanning en het ontbreken van ruimte
om het eens over een ander boeg te gooien de dagelijkse praktijk in Het begint uiteraard met elkaar spreken en leren kennen. Maar het
het onderwijs bepalen. Het is dan ook vooral het onderwijs dat los echte resultaat vormt een samenwerking waarin de belangen van
moet komen uit bestaande patronen en zijn blik meer naar buiten bedrijven, onderwijsinstellingen en jongeren (en daarmee ook die
moet richten. Het doel van het onderwijs zou dan ook moeten zijn van de overheid) optimaal worden bediend. Zeker in sectoren waar
om leerlingen na hun schoolperiode zo snel mogelijk op de arbeids- de vraag groot is (en in de toekomst alleen maar verder zal toene-
5. men), zullen bedrijven bereid zijn om hieraan bij te dragen: inhou- toorgebouwen) die op een praktische wijze een (tijdelijke) andere
delijk, met support én met middelen (mensen, praktijk, geld). Het bestemming krijgen, vaak met een inspirerende en experimentele
bedrijfsleven verzekert zich met een dergelijke hybride vorm van le- uitstraling, wat ook nog eens de investeringskosten drukt. Dergelijke
ren en werken bovendien van een goede basis voor het structureel locaties zijn in de regio beschikbaar.
bijscholen van zittende medewerkers.
Natuurlijk zijn er volop argumenten waarom het niet kan en niet
Een sneeuwbal die gaat rollen mag. Maar daar zullen we overheen moeten stappen om de za-
Concreet denken we hierbij aan de inrichting van een fysieke locatie, ken nu eens echt te veranderen. Naar ons idee zou de overheid (de
waar bedrijfsleven en onderwijs ten behoeve van hun (huidige en gemeenten) hierin het organiserend vermogen moeten leveren,
toekomstige) arbeidskrachten kennis en praktijk bij elkaar brengen. gebruik makend van de creativiteit en het opportunisme die on-
Hier leren mensen en brengen zij het geleerde in de praktijk. Op- dernemers kenmerken. Wij nodigen de wethouders van gemeente
leiders zien hier welke vaardigheden en competenties in de prak- Leidschendam-Voorburg en gemeente Zoetermeer dan ook van
tijk nodig zijn. Nieuwe kennis moet werknemers en ondernemers harte uit om samen met toonaangevende ondernemers en onder-
inspireren, wat moet leiden tot vernieuwing en versterking van het wijsmensen met visie en durf, de eerste stap te zetten naar deze fy-
concurrentievermogen. En hier leren ouderen van jongeren en an- sieke ontmoetingsplek voor scholen en bedrijven in deze regio. Een
dersom, waardoor kennis en continuïteit zijn gewaarborgd. kleine groep kan de sneeuwbal aan het rollen brengen en tijdens
het rollen verkrijgt deze vanzelf meer massa. Dit is een beter traject
Een dergelijke fysieke en zichtbare samenwerkingslocatie kan na- dan wanneer eerst en tot in detail de sneeuwbal in polderoverleg-
tuurlijk worden ingericht bij bestaande voorzieningen (bedrijven, gen moet worden uitgetekend, inclusief eindeloze discussies wie
onderwijsinstellingen of samenwerkingsinitiatieven zoals Move wel en niet mogen meedoen en tegen welke mogelijke problemen
Your Skills en de Innovatiefabriek). Om te benadrukken dat het een men kan aanlopen. De belangen van ondernemers, hun (toekomsti-
praktisch en onderscheidend initiatief is, dat is gerealiseerd ‘ondanks ge) werknemers, onderwijsinstellingen en -uiteindelijk- de overheid
in plaats van dankzij beleid’, pleiten wij ervoor om het een onder- zijn immers gelijkgericht.
scheidende, bij voorkeur unieke locatie en uitstraling te geven. In
de geest van deze tijd zien we vaak bedrijfslocaties (waaronder kan-