2. Keuze organisatievorm
●het aantal deelnemers
●de “aard van de ontmoeting” (gezelligheid of
prestatie).
●de beschikbare tijd
●de beschikbare accommodatie
●het aantal wedstrijden per deelnemer per dag
●traditie (Wimbledon tennistoernooi = afvalsysteem
met 32 mannen en 32 vrouwen)
●de tak van sport (judo en boksen = afvalsysteem,
WK voetbal = poule + afvalsysteem)
6. Afvalsystemen
In het afvalsysteem komen de deelnemers in
paren tegen elkaar uit. De verliezers van elk
paar zijn uitgeschakeld of degraderen naar de
verliezers- of herkansingsronde. De winnaars
gaan een ronde verder.
7. Afvalsystemen
Dit systeem wordt vaak gebruikt bij grote
toernooien met een groot aantal individuele
deelnemers of paren (dubbelspel).
8. Aantal deelnemers
Bij het afvalsysteem wil je meestal komen tot
een finale van twee spelers of twee
duo’s/teams. (gebruik een schema met een
macht van twee)
2, 4, 8, 16, 32, 64, 128 etc..
9. Wat te doen bij….
Bijvoorbeeld 14 of 27 deelnemers??
Ga uit van een schema met een macht van
twee die groter is dan het aantal deelnemers.
Bij 14 pak je het schema van 16.
En bij 27 pak je het schema van 32.
10. Bye toekennen…
De spelers die ontbreken vul je met vrijplaatsen.
14 deelnemers in een schema van 16
deelnemers betekent 2 byes. 2 van de 14 krijgen
een bye en gaan naar ronde 2. de overige 12
deelnemers spelen ronde 1. 6 vallen er af en 6
gaan naar ronde 2. Dit houdt in dat je in ronde 2
( 2 + 6 =….) 8 deelnemers hebt. Je hanteert
vanaf weer een schema met een macht van
twee.
11. Wanneer een voorronde??
Een andere oplossing is om één of meerdere
voorrondes toe te passen.
Dit doe je als je aantal deelnemers net boven
een schema met de macht van twee komen.
(bijvoorbeeld bij 9 deelnemers speelt dan de
nummer 9 tegen nummer 8 een voorronde)