“Palmpasen”

 Voorganger: Dhr. Dickhof
Organist: Johannes de Vries
Ik zie een poort wijd open staan

         Lied voor de dienst
               ELB 409
allen:




Ik zie een poort wijd open staan (EL 409)   t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
Ik zie een poort wijd open staan (EL 409)   t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
Ik zie een poort wijd open staan (EL 409)   t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
Ik zie een poort wijd open staan (EL 409)   t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
Ik zie een poort wijd open staan (EL 409)   t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
Ik zie een poort wijd open staan (EL 409)   t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
Ik zie een poort wijd open staan (EL 409)   t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
Ik zie een poort wijd open staan (EL 409)   t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
“Palmpasen”

 Voorganger: Dhr. Dickhof
Organist: Johannes de Vries
Machtig God, sterke Rots

         JdH 92
1
Machtig God, sterke Rots,
U alleen bent waardig.
Aard' en hemel prijzen U,
glorie voor Uw naam.
2
Lam van God, hoogste Heer,
heilig en rechtvaardig,
stralend licht, morgenster,
niemand is als U.
3
Prijst de Vader, prijst de Zoon,
prijst de Geest die in ons woont,
prijst de Koning der heerlijkheid,
prijst Hem tot in eeuwigheid.
Stil Gebed
Votum en Groet

 Ere zij de Vader en de Zoon en de
              Heilige Geest
          als in de beginne,
             nu en immer
en van eeuwigheid tot eeuwigheid.
                 Amen
God is tegenwoordig

  Gezang 323: 1,2 en 4
allen:




God is tegenwoordig (LvdK 323)   t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
God is tegenwoordig (LvdK 323)   t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
God is tegenwoordig (LvdK 323)   t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
God is tegenwoordig (LvdK 323)   t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
God is tegenwoordig (LvdK 323)   t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
God is tegenwoordig (LvdK 323)   t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
God is tegenwoordig (LvdK 323)   t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
God is tegenwoordig (LvdK 323)   t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
God is tegenwoordig (LvdK 323)   t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
Gebed
1 april:
Ik ben de opstanding en het leven
Jezus, opstanding en leven,
roept zijn vriend weer uit zijn graf.
   Jezus, opstanding en leven,
neemt de dood zijn macht eens af.
In een wereld vol van vragen,
 in ons leven met soms pijn,
heeft Hij alle schuld gedragen,
  wil Hij Levenskoning zijn.
Jezus, opstanding en leven,
roept zijn vriend weer uit zijn graf.
   Jezus, opstanding en leven,
neemt de dood zijn macht eens af.
Wij gaan, tot straks!!
Al mijn zonden, al mijn zorgen

         Opwekking 642
Al mijn zonden (Opw 642)   t. & m. B. Doerksen; M. Hansen; B. Thiessen
Al mijn zonden (Opw 642)   t. & m. B. Doerksen; M. Hansen; B. Thiessen
Al mijn zonden (Opw 642)   t. & m. B. Doerksen; M. Hansen; B. Thiessen
Al mijn zonden (Opw 642)   t. & m. B. Doerksen; M. Hansen; B. Thiessen
Al mijn zonden (Opw 642)   t. & m. B. Doerksen; M. Hansen; B. Thiessen
Al mijn zonden (Opw 642)   t. & m. B. Doerksen; M. Hansen; B. Thiessen
Gedicht
Om mens te zijn op aarde

        Gezang 172
Een mens te zijn op aarde (LvdK 172)   t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
Een mens te zijn op aarde (LvdK 172)   t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
Een mens te zijn op aarde (LvdK 172)   t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
Een mens te zijn op aarde (LvdK 172)   t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
Een mens te zijn op aarde (LvdK 172)   t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
Een mens te zijn op aarde (LvdK 172)   t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
Een mens te zijn op aarde (LvdK 172)   t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
Een mens te zijn op aarde (LvdK 172)   t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
Lucas 18: 31-34

   Schriftlezing
    NBG 1951
De derde aankondiging van het lijden

31   Hij nam de twaalven terzijde en sprak tot
      hen: Zie, wij gaan op naar Jeruzalem, en
      al wat door de profeten geschreven is, zal
      aan de Zoon des mensen volbracht
      worden.
•    Want Hij zal overgeleverd worden aan
    32



    de heidenen en bespot en gesmaad en
    bespuwd worden, en zij zullen Hem
                        33



    geselen en doden, en ten derden dage
    zal Hij opstaan. En zij begrepen niets van
                   34



    deze dingen en dit woord bleef hun
    duister en zij wisten niet, waarvan
    gesproken werd.
Lucas 19: 28-44

   Schriftlezing
    NBG 1951
De intocht in Jeruzalem
En toen Hij dit gezegd had, ging Hij hun
28



 voor om op te gaan naar Jeruzalem.
En het geschiedde, toen Hij dicht bij
29



 Betfage en Betanië kwam, bij de berg,
 genaamd Olijfberg, dat Hij twee van zijn
 discipelen uitzond,
30 en zeide: Gaat naar het dorp
 hiertegenover en als gij het
 binnenkomt, zult gij daar een
 veulen vastgebonden vinden,
 waarop nog nooit iemand gezeten
 heeft; maakt het los en brengt het
 hier. 31 En indien iemand u vraagt:
 Waarom maakt gij het los? zegt
 dan: De Here heeft het nodig.
32 En zij, die uitgezonden waren,
 gingen heen en vonden het, zoals
 Hij hun gezegd had. 33 Toen zij het
 veulen losmaakten, zeiden de
 eigenaars tot hen: Waarom maakt
 gij het veulen los? 34 En zij zeiden:
 De Here heeft het nodig.
35 En zij brachten het tot Jezus, en
 wierpen hun klederen over het veulen
 en hielpen Jezus er op. 36 En terwijl
 Hij voorttrok, spreidden zij hun
 klederen op de weg. 37 Toen Hij reeds
 dichterbij kwam, aan de glooiing van
 de Olijfberg, begon de gehele menigte
 der discipelen vol blijdschap God te
 prijzen, met luider stem, om al de
 krachten, die zij gezien hadden,
38en zij zeiden:
Gezegend Hij, die komt,
de Koning, in de naam des Heren;
in de hemel vrede en ere in de hoogste
  hemelen.
•    En enige der Farizeeën uit de schare
    39



    zeiden tot Hem: Meester, bestraf uw
    discipelen. En Hij antwoordde en zeide:
              40



    Ik zeg u, indien dezen zwegen, zouden de
    stenen roepen.
•    En toen Hij nog dichterbij gekomen was
    41



    en de stad zag, weende Hij over haar,
42 en zeide: Och, of gij ook op deze
 dag verstondt wat tot uw vrede
 dient; maar thans is het verborgen
 voor uw ogen.43 Want er zullen
 dagen over u komen, waarin uw
 vijanden een bolwerk tegen u
 zullen opwerpen
44 en u omsingelen en u van alle
 zijden in het nauw brengen, en zij
 zullen u en uw kinderen in u
 vertreden en zij zullen in u geen
 steen op de andere laten, omdat gij
 de tijd niet hebt opgemerkt, dat God
 naar u omzag.
Heer wat een voorrecht

     Opwekking 249
Heer, wat een voorrecht
om in liefde te gaan,
schouder aan schouder
in uw wijngaard te staan,
samen te dienen, te zien wie U bent,
want uw woord maakt
uw wegen bekend.
Samen op weg gaan,
dat is ons gebed,
als een volk, dat juist daarvoor
door U apart is gezet.
Vol van uw liefde,
genade en kracht,
als een lamp,
die nog schijnt in de nacht.
Samen te strijden in woord en in
 werk.
Eén zijn in U, dat alleen maakt ons
 sterk.
Delen in vreugde, in zorgen, in pijn,
als uw kerk, die waarachtig wil zijn.
“Palmpasen”
 Verkondiging
Zingen wij van liefde nog eens

        JdH 164: 1,2 en 3
1
Zingen wij van Zijn liefde nog eens,
 van de liefde, die nimmer vergaat,
 van het bloed van het Lam eens
  geslacht,
tot de heerlijkleidsure ons slaat.
Ik geloof: Jezus redt!
En Zijn bloed maakt mij witter dan
  sneeuw!
Ik geloof: Jezus redt!
En Zijn bloed maakt mij witter dan
  sneeuw.
2
Er is reiniging voor iedereen,
die gelovig zich werpt in die vloed.
Er is volle verlossing en heil,
die men zeker verkrijgt door Zijn
  bloed.
Ik geloof: Jezus redt!
En Zijn bloed maakt mij witter dan
  sneeuw!
Ik geloof: Jezus redt!
En Zijn bloed maakt mij witter dan
  sneeuw.
3
Reeds nu, van de zonde verlost
hebben wij volle vreugde in Hem;
doch heerlijker is het omhoog.
Daar rijst, Hem ter eer, onze stem.
Ik geloof: Jezus redt!
En Zijn bloed maakt mij witter dan
  sneeuw!
Ik geloof: Jezus redt!
En Zijn bloed maakt mij witter dan
  sneeuw.
Dankgebed
Collecte

1e : Christenen voor Israël
    2e: Eigen gemeente
Abba Vader

  JdH 100
1
Abba, Vader, U alleen,
U behoor ik toe.
U alleen doorgrondt mijn hart,
U behoort het toe.
Laat mijn hart steeds vurig zijn.
U laat nooit alleen.
Abba, Vader, U alleen,
U behoor ik toe.
2
Abba, Vader, laat mij zijn,
slechts voor U alleen.
Dat mijn wil voor eeuwig zij
d' Uwe en anders geen.
Laat mijn hart nooit koud zijn, Heer.
 Laat mij nimmer gaan.
Abba, Vader, laat mij zijn
slechts van U alleen.
Zegen

3x Amen
Fijne zondag!




Vanavond 19:00
Dhr. Brouwer
“de 14e week AD 2012 voordat…!”

PalmPasen

  • 1.
    “Palmpasen” Voorganger: Dhr.Dickhof Organist: Johannes de Vries
  • 2.
    Ik zie eenpoort wijd open staan Lied voor de dienst ELB 409
  • 3.
    allen: Ik zie eenpoort wijd open staan (EL 409) t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
  • 4.
    Ik zie eenpoort wijd open staan (EL 409) t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
  • 5.
    Ik zie eenpoort wijd open staan (EL 409) t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
  • 6.
    Ik zie eenpoort wijd open staan (EL 409) t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
  • 7.
    Ik zie eenpoort wijd open staan (EL 409) t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
  • 8.
    Ik zie eenpoort wijd open staan (EL 409) t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
  • 9.
    Ik zie eenpoort wijd open staan (EL 409) t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
  • 10.
    Ik zie eenpoort wijd open staan (EL 409) t. J. Bromet; v. J. de Heer; m. S.M. Vail
  • 11.
    “Palmpasen” Voorganger: Dhr.Dickhof Organist: Johannes de Vries
  • 12.
  • 13.
    1 Machtig God, sterkeRots, U alleen bent waardig. Aard' en hemel prijzen U, glorie voor Uw naam.
  • 14.
    2 Lam van God,hoogste Heer, heilig en rechtvaardig, stralend licht, morgenster, niemand is als U.
  • 15.
    3 Prijst de Vader,prijst de Zoon, prijst de Geest die in ons woont, prijst de Koning der heerlijkheid, prijst Hem tot in eeuwigheid.
  • 16.
  • 17.
    Votum en Groet Ere zij de Vader en de Zoon en de Heilige Geest als in de beginne, nu en immer en van eeuwigheid tot eeuwigheid. Amen
  • 18.
    God is tegenwoordig Gezang 323: 1,2 en 4
  • 19.
    allen: God is tegenwoordig(LvdK 323) t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
  • 20.
    God is tegenwoordig(LvdK 323) t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
  • 21.
    God is tegenwoordig(LvdK 323) t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
  • 22.
    God is tegenwoordig(LvdK 323) t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
  • 23.
    God is tegenwoordig(LvdK 323) t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
  • 24.
    God is tegenwoordig(LvdK 323) t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
  • 25.
    God is tegenwoordig(LvdK 323) t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
  • 26.
    God is tegenwoordig(LvdK 323) t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
  • 27.
    God is tegenwoordig(LvdK 323) t. G. Tersteegen; v. J.W. Schulte Nordholt; m. J.B. Dykes
  • 28.
  • 32.
    1 april: Ik bende opstanding en het leven
  • 33.
    Jezus, opstanding enleven, roept zijn vriend weer uit zijn graf. Jezus, opstanding en leven, neemt de dood zijn macht eens af.
  • 34.
    In een wereldvol van vragen, in ons leven met soms pijn, heeft Hij alle schuld gedragen, wil Hij Levenskoning zijn.
  • 35.
    Jezus, opstanding enleven, roept zijn vriend weer uit zijn graf. Jezus, opstanding en leven, neemt de dood zijn macht eens af.
  • 36.
    Wij gaan, totstraks!!
  • 37.
    Al mijn zonden,al mijn zorgen Opwekking 642
  • 38.
    Al mijn zonden(Opw 642) t. & m. B. Doerksen; M. Hansen; B. Thiessen
  • 39.
    Al mijn zonden(Opw 642) t. & m. B. Doerksen; M. Hansen; B. Thiessen
  • 40.
    Al mijn zonden(Opw 642) t. & m. B. Doerksen; M. Hansen; B. Thiessen
  • 41.
    Al mijn zonden(Opw 642) t. & m. B. Doerksen; M. Hansen; B. Thiessen
  • 42.
    Al mijn zonden(Opw 642) t. & m. B. Doerksen; M. Hansen; B. Thiessen
  • 43.
    Al mijn zonden(Opw 642) t. & m. B. Doerksen; M. Hansen; B. Thiessen
  • 44.
  • 45.
    Om mens tezijn op aarde Gezang 172
  • 46.
    Een mens tezijn op aarde (LvdK 172) t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
  • 47.
    Een mens tezijn op aarde (LvdK 172) t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
  • 48.
    Een mens tezijn op aarde (LvdK 172) t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
  • 49.
    Een mens tezijn op aarde (LvdK 172) t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
  • 50.
    Een mens tezijn op aarde (LvdK 172) t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
  • 51.
    Een mens tezijn op aarde (LvdK 172) t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
  • 52.
    Een mens tezijn op aarde (LvdK 172) t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
  • 53.
    Een mens tezijn op aarde (LvdK 172) t. W. Barnard; m. 1543 / Straatsburg 1545
  • 54.
    Lucas 18: 31-34 Schriftlezing NBG 1951
  • 55.
    De derde aankondigingvan het lijden 31 Hij nam de twaalven terzijde en sprak tot hen: Zie, wij gaan op naar Jeruzalem, en al wat door de profeten geschreven is, zal aan de Zoon des mensen volbracht worden.
  • 56.
    Want Hij zal overgeleverd worden aan 32 de heidenen en bespot en gesmaad en bespuwd worden, en zij zullen Hem 33 geselen en doden, en ten derden dage zal Hij opstaan. En zij begrepen niets van 34 deze dingen en dit woord bleef hun duister en zij wisten niet, waarvan gesproken werd.
  • 57.
    Lucas 19: 28-44 Schriftlezing NBG 1951
  • 58.
    De intocht inJeruzalem En toen Hij dit gezegd had, ging Hij hun 28 voor om op te gaan naar Jeruzalem. En het geschiedde, toen Hij dicht bij 29 Betfage en Betanië kwam, bij de berg, genaamd Olijfberg, dat Hij twee van zijn discipelen uitzond,
  • 59.
    30 en zeide:Gaat naar het dorp hiertegenover en als gij het binnenkomt, zult gij daar een veulen vastgebonden vinden, waarop nog nooit iemand gezeten heeft; maakt het los en brengt het hier. 31 En indien iemand u vraagt: Waarom maakt gij het los? zegt dan: De Here heeft het nodig.
  • 60.
    32 En zij,die uitgezonden waren, gingen heen en vonden het, zoals Hij hun gezegd had. 33 Toen zij het veulen losmaakten, zeiden de eigenaars tot hen: Waarom maakt gij het veulen los? 34 En zij zeiden: De Here heeft het nodig.
  • 61.
    35 En zijbrachten het tot Jezus, en wierpen hun klederen over het veulen en hielpen Jezus er op. 36 En terwijl Hij voorttrok, spreidden zij hun klederen op de weg. 37 Toen Hij reeds dichterbij kwam, aan de glooiing van de Olijfberg, begon de gehele menigte der discipelen vol blijdschap God te prijzen, met luider stem, om al de krachten, die zij gezien hadden,
  • 62.
    38en zij zeiden: GezegendHij, die komt, de Koning, in de naam des Heren; in de hemel vrede en ere in de hoogste hemelen.
  • 63.
    En enige der Farizeeën uit de schare 39 zeiden tot Hem: Meester, bestraf uw discipelen. En Hij antwoordde en zeide: 40 Ik zeg u, indien dezen zwegen, zouden de stenen roepen. • En toen Hij nog dichterbij gekomen was 41 en de stad zag, weende Hij over haar,
  • 64.
    42 en zeide:Och, of gij ook op deze dag verstondt wat tot uw vrede dient; maar thans is het verborgen voor uw ogen.43 Want er zullen dagen over u komen, waarin uw vijanden een bolwerk tegen u zullen opwerpen
  • 65.
    44 en uomsingelen en u van alle zijden in het nauw brengen, en zij zullen u en uw kinderen in u vertreden en zij zullen in u geen steen op de andere laten, omdat gij de tijd niet hebt opgemerkt, dat God naar u omzag.
  • 66.
    Heer wat eenvoorrecht Opwekking 249
  • 67.
    Heer, wat eenvoorrecht om in liefde te gaan, schouder aan schouder in uw wijngaard te staan, samen te dienen, te zien wie U bent, want uw woord maakt uw wegen bekend.
  • 68.
    Samen op weggaan, dat is ons gebed, als een volk, dat juist daarvoor door U apart is gezet.
  • 69.
    Vol van uwliefde, genade en kracht, als een lamp, die nog schijnt in de nacht.
  • 70.
    Samen te strijdenin woord en in werk. Eén zijn in U, dat alleen maakt ons sterk. Delen in vreugde, in zorgen, in pijn, als uw kerk, die waarachtig wil zijn.
  • 71.
  • 72.
    Zingen wij vanliefde nog eens JdH 164: 1,2 en 3
  • 73.
    1 Zingen wij vanZijn liefde nog eens, van de liefde, die nimmer vergaat, van het bloed van het Lam eens geslacht, tot de heerlijkleidsure ons slaat.
  • 74.
    Ik geloof: Jezusredt! En Zijn bloed maakt mij witter dan sneeuw! Ik geloof: Jezus redt! En Zijn bloed maakt mij witter dan sneeuw.
  • 75.
    2 Er is reinigingvoor iedereen, die gelovig zich werpt in die vloed. Er is volle verlossing en heil, die men zeker verkrijgt door Zijn bloed.
  • 76.
    Ik geloof: Jezusredt! En Zijn bloed maakt mij witter dan sneeuw! Ik geloof: Jezus redt! En Zijn bloed maakt mij witter dan sneeuw.
  • 77.
    3 Reeds nu, vande zonde verlost hebben wij volle vreugde in Hem; doch heerlijker is het omhoog. Daar rijst, Hem ter eer, onze stem.
  • 78.
    Ik geloof: Jezusredt! En Zijn bloed maakt mij witter dan sneeuw! Ik geloof: Jezus redt! En Zijn bloed maakt mij witter dan sneeuw.
  • 79.
  • 80.
    Collecte 1e : Christenenvoor Israël 2e: Eigen gemeente
  • 81.
    Abba Vader JdH 100
  • 82.
    1 Abba, Vader, Ualleen, U behoor ik toe. U alleen doorgrondt mijn hart, U behoort het toe.
  • 83.
    Laat mijn hartsteeds vurig zijn. U laat nooit alleen. Abba, Vader, U alleen, U behoor ik toe.
  • 84.
    2 Abba, Vader, laatmij zijn, slechts voor U alleen. Dat mijn wil voor eeuwig zij d' Uwe en anders geen.
  • 85.
    Laat mijn hartnooit koud zijn, Heer. Laat mij nimmer gaan. Abba, Vader, laat mij zijn slechts van U alleen.
  • 86.
  • 87.
    Fijne zondag! Vanavond 19:00 Dhr.Brouwer “de 14e week AD 2012 voordat…!”