Presentatie bij lezing Carine De Vogelaere tijdens de Didachè studiedagen op 20 en 21 augustus 2013 te Leuven
Meer informatie op www.www.vlaamsebijbelstichting.be
In oude tijden, toen de boekdrukkunst nog niet bestond, konden weinige mensen zelf kennis nemen van de Schrift. Daarbij waren de meeste weinig ontwikkeld. Zelfs de „geestelijken", die door de Kerk belast waren met het onderricht van het volk, hadden slechts zeer vage en gebrekkige notities. Men kan begrijpen dat in dergelijke omstandigheden de noodlottige gevolgen van de zonde op zeer naïeve en realistische wijze werden voorgesteld. Zo sprak men van een hels vuur waarin de zondaars eeuwig zouden onderworpen zijn aan verschrikkelijke folteringen. Zelfs de meer ontwikkelde kerkelijke overheden meenden dat die pijniging geen einde zou hebben, en door de macht van de overlevering is deze gedachte nu nog in zwang. Een meer aandachtig onderzoek der Schrift, heeft velen echter leren inzien, dat - alhoewel Gods geschreven Woord inderdaad leert, dat zij die God blijven weerstaan, die volharden in een bewuste vijandschap t.o.v. God, er de verschrikkelijke gevolgen van zullen dragen - er toch geen sprake is van eindeloze foltering. Steunende, onder meer, op l Kor. 15 : 28: “opdat God zij alles in allen” kan men de nieuwere opvattingen in twee groepen verdelen:
1. De onbekeerlijke bewuste tegenstanders zouden in de “poel des vuurs” vernietigd worden, want het ware leven is slechts mogelijk door een geloofsgemeenschap met Christus. 2. Zij, die in de “poel des vuurs” geworpen worden, zouden toch nog behouden worden. In dit tweede geval kan men spreken van “alverzoening”.
Waar dit geschrift meer in het bijzonder tot doel heeft te onderzoeken wat de Schrift leert aangaande “alverzoening”, bepalen we ons er hier toe slechts een enkel woord te zeggen over de eerste opvatting. We menen dat het voornaamste argument tegen die mening is, dat alle mensen geschapen zijn om Gods beeld te zijn en dat men daarom moeilijk kan aanvaarden, dat God dergelijke schepselen zou teniet doen. Voor wat betreft het begrip “alverzoening”, is het nodig met grote aandacht na te gaan op welke wijze die verzoening gerealiseerd wordt. Inderdaad, zoals dat dikwijls gebeurt, kan de ijver om zich te verzetten tegen een verkeerde opvatting (hier de altijddurende folteringen in de “hel”) leiden tot een ander uiterste, dat evenmin schriftuurlijk is.
Jehovah's Getuigen laten zich graag gelden als 'onderwijzers uit de Bijbel'. Wat doen ze in werkelijkheid? Leer de psychologische technieken kennen waarvan elke JG het slachtoffer werd.
Onlangs las ik een artikel over de uitspraak in Romeinen 11: ‘En alzo zal geheel Israël zalig worden, gelijk geschreven is…’. Heel Israël
De strekking van het artikel was dat of nu heel Israël zalig wordt of niet, ons dit niet hoeft te beletten het Evangelie aan de Joden te prediken. Dat is volkomen juist. Niettemin lees ik zo’n artikel door in de hoop dat eens uitgelegd wordt wat onder geheel Israël moet worden verstaan. Om één of andere reden gebeurt dit nooit.
Eigenlijk zou in de eerste plaats het begrip ‘zalig worden’ moeten worden toegelicht. Het probleem is dat wij in de Bijbel heel wat specifieke termen tegenkomen, uitdrukkingen die we buiten de Bijbel niet gebruiken. En omdat we ze buiten de Bijbel niet gebruiken en tegenkomen, gaan deze uitdrukkingen een eigen leven leiden. Je kunt er daarom willekeurig wat voor betekenis aan geven, zonder dat het echt opvalt wat je ermee doet. Jakob Klein Haneveld zei daarover dat dit één van de methoden van de duivel is, die aan specifiek Bijbelse uitdrukkingen andere betekenissen geeft.
Geloven is bijvoorbeeld twijfelen (ik weet het niet zeker, maar ik geloof het wel). Dat is echter niet de betekenis van het woord ‘geloof’). Wij wensen elkaar een zalig kerstfeest. Maar wat is zalig? Gelukkig? En als iemand zalig is of welgelukzalig, is hij dan een kind van God?
In oude tijden, toen de boekdrukkunst nog niet bestond, konden weinige mensen zelf kennis nemen van de Schrift. Daarbij waren de meeste weinig ontwikkeld. Zelfs de „geestelijken", die door de Kerk belast waren met het onderricht van het volk, hadden slechts zeer vage en gebrekkige notities. Men kan begrijpen dat in dergelijke omstandigheden de noodlottige gevolgen van de zonde op zeer naïeve en realistische wijze werden voorgesteld. Zo sprak men van een hels vuur waarin de zondaars eeuwig zouden onderworpen zijn aan verschrikkelijke folteringen. Zelfs de meer ontwikkelde kerkelijke overheden meenden dat die pijniging geen einde zou hebben, en door de macht van de overlevering is deze gedachte nu nog in zwang. Een meer aandachtig onderzoek der Schrift, heeft velen echter leren inzien, dat - alhoewel Gods geschreven Woord inderdaad leert, dat zij die God blijven weerstaan, die volharden in een bewuste vijandschap t.o.v. God, er de verschrikkelijke gevolgen van zullen dragen - er toch geen sprake is van eindeloze foltering. Steunende, onder meer, op l Kor. 15 : 28: “opdat God zij alles in allen” kan men de nieuwere opvattingen in twee groepen verdelen:
1. De onbekeerlijke bewuste tegenstanders zouden in de “poel des vuurs” vernietigd worden, want het ware leven is slechts mogelijk door een geloofsgemeenschap met Christus. 2. Zij, die in de “poel des vuurs” geworpen worden, zouden toch nog behouden worden. In dit tweede geval kan men spreken van “alverzoening”.
Waar dit geschrift meer in het bijzonder tot doel heeft te onderzoeken wat de Schrift leert aangaande “alverzoening”, bepalen we ons er hier toe slechts een enkel woord te zeggen over de eerste opvatting. We menen dat het voornaamste argument tegen die mening is, dat alle mensen geschapen zijn om Gods beeld te zijn en dat men daarom moeilijk kan aanvaarden, dat God dergelijke schepselen zou teniet doen. Voor wat betreft het begrip “alverzoening”, is het nodig met grote aandacht na te gaan op welke wijze die verzoening gerealiseerd wordt. Inderdaad, zoals dat dikwijls gebeurt, kan de ijver om zich te verzetten tegen een verkeerde opvatting (hier de altijddurende folteringen in de “hel”) leiden tot een ander uiterste, dat evenmin schriftuurlijk is.
Jehovah's Getuigen laten zich graag gelden als 'onderwijzers uit de Bijbel'. Wat doen ze in werkelijkheid? Leer de psychologische technieken kennen waarvan elke JG het slachtoffer werd.
Onlangs las ik een artikel over de uitspraak in Romeinen 11: ‘En alzo zal geheel Israël zalig worden, gelijk geschreven is…’. Heel Israël
De strekking van het artikel was dat of nu heel Israël zalig wordt of niet, ons dit niet hoeft te beletten het Evangelie aan de Joden te prediken. Dat is volkomen juist. Niettemin lees ik zo’n artikel door in de hoop dat eens uitgelegd wordt wat onder geheel Israël moet worden verstaan. Om één of andere reden gebeurt dit nooit.
Eigenlijk zou in de eerste plaats het begrip ‘zalig worden’ moeten worden toegelicht. Het probleem is dat wij in de Bijbel heel wat specifieke termen tegenkomen, uitdrukkingen die we buiten de Bijbel niet gebruiken. En omdat we ze buiten de Bijbel niet gebruiken en tegenkomen, gaan deze uitdrukkingen een eigen leven leiden. Je kunt er daarom willekeurig wat voor betekenis aan geven, zonder dat het echt opvalt wat je ermee doet. Jakob Klein Haneveld zei daarover dat dit één van de methoden van de duivel is, die aan specifiek Bijbelse uitdrukkingen andere betekenissen geeft.
Geloven is bijvoorbeeld twijfelen (ik weet het niet zeker, maar ik geloof het wel). Dat is echter niet de betekenis van het woord ‘geloof’). Wij wensen elkaar een zalig kerstfeest. Maar wat is zalig? Gelukkig? En als iemand zalig is of welgelukzalig, is hij dan een kind van God?
Leven vanuit het geloof, een homilie van de heilige JozefmariaCSR
Leven vanuit het geloof
Een homilie van de heilige Jozefmaria Escrivá; opnieuw vertaald en uitgegeven in het kader van het Jaar van het geloof. Eerder gepubliceerd in Vrienden van God, De Boog, 1994.
Omslag: Rembrandt van Rijn, de genezing van de blindgeborene
@ Stichting De Boog, Amsterdam 2012
Brief van de prelaat van het Opus Dei, Mgr. Javier Echevarría voor het Jaar van de Barmhartigheid, Rome, 4-11-2015
"Laten wij de Paus danken, met daden en met gebed, voor het afkondigen van dit bijzondere jubileum, dat een echte tijd van genade voor de Kerk en voor de wereld is."
Inhoud
-De barmhartigheid van God jegens de mensheid
-De geschiedenis van Gods barmhartigheid
-Rechtvaardigheid en barmhartigheid
-Onze toevlucht nemen tot de goddelijke barmhartigheid
-Wees barmhartig zoals uw hemelse Vader barmhartig is
-De lichamelijke werken van barmhartigheid
-De geestelijke werken van barmhartigheid
-Het apostolaat van het sacrament van boete en verzoening
Encycliek Spe Salvi van Paus Benedictus XVI aan de bisschoppen, aan de priesters en diakens, aan de godgewijde personen en aan alle christengelovigen over de christelijke hoop. Rome 30 november 2007. Vertaling dr. N. Stienstra met medewerking van drs. N.M. Schnell, pr.
Leven vanuit het geloof, een homilie van de heilige JozefmariaCSR
Leven vanuit het geloof
Een homilie van de heilige Jozefmaria Escrivá; opnieuw vertaald en uitgegeven in het kader van het Jaar van het geloof. Eerder gepubliceerd in Vrienden van God, De Boog, 1994.
Omslag: Rembrandt van Rijn, de genezing van de blindgeborene
@ Stichting De Boog, Amsterdam 2012
Brief van de prelaat van het Opus Dei, Mgr. Javier Echevarría voor het Jaar van de Barmhartigheid, Rome, 4-11-2015
"Laten wij de Paus danken, met daden en met gebed, voor het afkondigen van dit bijzondere jubileum, dat een echte tijd van genade voor de Kerk en voor de wereld is."
Inhoud
-De barmhartigheid van God jegens de mensheid
-De geschiedenis van Gods barmhartigheid
-Rechtvaardigheid en barmhartigheid
-Onze toevlucht nemen tot de goddelijke barmhartigheid
-Wees barmhartig zoals uw hemelse Vader barmhartig is
-De lichamelijke werken van barmhartigheid
-De geestelijke werken van barmhartigheid
-Het apostolaat van het sacrament van boete en verzoening
Encycliek Spe Salvi van Paus Benedictus XVI aan de bisschoppen, aan de priesters en diakens, aan de godgewijde personen en aan alle christengelovigen over de christelijke hoop. Rome 30 november 2007. Vertaling dr. N. Stienstra met medewerking van drs. N.M. Schnell, pr.
3. Over parabels
Onderscheid tussen parabels, voorbeeldverhalen,
gelijkenissen en allegorieën
Gelijkenis:
Twee delen: het beeld en de zaak
‘Leer van het beeld van de vijgenboom: als zijn twijgen
zacht worden en zijn bladeren zich ontvouwen, dan weten
jullie dat de zomer in aantocht is. Zo moeten jullie ook
weten: wanneer je deze dingen ziet gebeuren, dan staat
het vlak voor de deur. (Mc.13,28-29)
3
4. Over parabels
Onderscheid tussen parabels, voorbeeldverhalen,
gelijkenissen en allegorieën
Parabel:
Verhaal dat met de deur in huis valt,
verteld in de verleden tijd,
herkenbaar én bevreemdend.
‘Hij zei ook, nu tegen zijn leerlingen: ‘Een rijk man had een
rentmeester, maar hij kreeg klachten dat die zijn bezit verkwistte…
(Lc.16,1-9)
Parabolè (Gr): in de Nederlandse Bijbelvertalingen staat
er telkens ‘gelijkenis’ - vgl com-parable (Fr)
Het Rijk Gods gelijkt op…
(Met het komen van God is het zoals met…) 4
5. Over parabels
Onderscheid tussen parabels, voorbeeldverhalen,
gelijkenissen en allegorieën
Allegorie:
Elk element van het beeld wordt gekoppeld aan een
element van de zaak.
Dit soort uitleg is slechts mogelijk voor een aantal
beelden/verhalen.
Uitleg over de parabel van de zaaier
Allegoriserende uitleg van de wijze en dwaze maagden
door o.a. de kerkvaders
5
6. Over parabels
Onderscheid tussen parabels, voorbeeldverhalen,
gelijkenissen en allegorieën
Voorbeeldverhaal:
Door een inleiding of een toevoeging aan het einde kan
een verhaal voorgesteld worden als een na te volgen
voorbeeld.
Parabels kunnen hiervoor gebruikt worden. Ze worden
dan vaak verengd tot een moraal. (risico in veel
kinderbijbels die verhalen vertellen met een bedoeling)
Barmhartige Samaritaan met in- en uitleiding (Lc.10,25-37)
Rijke die grote schuren bouwt (Lc.12,15-20)
6
8. Over parabels
PARABEL = metaforisch verhaal
Het gaat eigenlijk over iets anders!
METAFOOR
• spreekt over iets in termen die suggestief zijn voor iets
anders (Janet Soskice) omdat het anders niet te zeggen is
• zet een hele reeks van associaties in gang om beide
elementen bij elkaar te brengen op voorwaarde dat we
vertrouwd zijn met de elementen uit het verhaalde of
beeld.
• associaties kunnen iets nieuws laten oplichten.
8
10. Mechanisme van een parabel
Actieve betrokkenheid van de lezer/hoorder
“At its simplest the parable is a metaphor or simile drawn
from nature or common life, arresting the hearer by its
vividness or strangeness, and leaving the mind in
sufficient doubt about its precise application to tease it into
active thought.” (Dodd, The Parables of the Kingdom)
Ruimte voor de hoorder (<-> onderricht)
Zoeken naar betekenis gaat verder, verhaal blijft
hangen omdat het niet eenduidig is.
10
11. Over parabels
VERHAAL
• contingent, casuïstisch
METAFOOR
• interpretatie niet eenduidig
• meerdere parabels om hetzelfde te zeggen
Ongemakkelijk voor wie houdt van logica en heldere
boodschappen en definities
11
13. Bedoeld om ongemakkelijk te zijn
Verlies aan kracht door voorkennis, andere
context, (allegorische) uitleg
Drie stadia van een metafoor:
Een nieuwe metafoor lijkt ongepast, shockerend of roept minstens
verbazing op. Ze wordt verworpen of in vraag gesteld.
Daarna, in een tweede stadium, krijgt ze haar volle kracht door de
spanning tussen ‘is’ en ‘is niet’. Ze werkt verhelderend en opent op
het ongekende door associaties met het gekende. Daarbij is er volop
ruimte voor de creativiteit van de lezer.
Tenslotte bereikt de metafoor haar laatste stadium: ze wordt zo
gewoon dat ze letterlijk wordt genomen en doodgaat. De ‘is niet’
component verdwijnt uit het gezicht en daardoor versteent de
metafoor.
13
14. Bedoeld om ongemakkelijk te zijn
Jezus sprak in parabels:
• krachtig instrument om mensen iets nieuws te
laten ontdekken en tot verandering te bewegen.
• beelden van een ‘andere’ wereld, perspectief
op een nieuwe toekomst.
• ongemakkelijke boodschap van bekering met
groot respect voor de vrijheid van de hoorder.
14
16. Werkers van het elfde uur (Mt.20,1-16)
• Bevreemdend wanneer de landeigenaar er voor de
derde en vierde keer op uittrekt.
• Climax bij uitbetaling: de eersten zijn getuige van de
betaling van de laatsten.
• Herkenbare verontwaardiging: hier in de parabel,
meestal bij de luisteraars in het evangelie.
• Pointe: antwoord van eigenaar.
• Confrontatie met eigen opvattingen over
rechtvaardigheid.
16
17. Werkers van het elfde uur (Mt.20,1-16)
• Weerstand omwille van de andere benadering van
Jezus: gunnende goedheid
• Afwijzing of appèl tot vernieuwde kijk op werk en
verloning en consequente actie
• Enkel mensen die heel gelukkig zijn of die heel
ongelukkig zijn kunnen dit begrijpen. (Drewermann, Op
het raakvlak van hemel en aarde)
• Context: Wat moeten we doen? Welke regels moeten
we volgen?
17
18. Ongemakkelijke elementen in een parabel
Verschillende manieren om de Schrift te lezen:
• Vier types lezers: de meegaande lezer, de lezer die
weerstand biedt, de sympathiserende lezer en de
geëngageerde lezer. (Adele Reinhartz, Befriending the
Beloved Disciple. A Jewish Reading of the Gospel of
John)
• Oneindig veel verschillende lezers op basis van
voorkennis, cultuur, levenservaring, context, …
18
20. De onwillige genodigden (Mt.22,1-14)
… De slaven gingen naar de wegen en brachten iedereen
mee die ze tegenkwamen, slechten en goeden; en de
bruiloftszaal liep vol met gasten. Maar toen de koning
binnenkwam en de gasten zag, merkte hij iemand op die
geen bruiloftskleding aan had. Hij zei tegen hem: “Vriend,
hoe ben je hier binnengekomen zonder bruiloftskleding?”
Hij wist niets te zeggen. Toen zei de koning tegen de
dienaren: “Bind hem aan handen en voeten en werp hem
in de uiterste duisternis.” Het zal daar een gejammer zijn
en een tandengeknars. (10-13)
20
21. Ongemakkelijke elementen in een parabel
Historisch kritische benadering:
Lucas vertelt dezelfde parabel zonder deze slotscene (en
zonder de moordpartij op de dienaars en op de onwillige
genodigden).
Deze woorden gaan waarschijnlijk niet terug op de
historische Jezus.
De scene is een reactie van Matteüs op de voor hem
ongemakkelijke woorden van Jezus in de parabel:
‘iedereen is welkom zonder onderscheid.’ De beginnende
christelijke gemeenschappen probeerden een identiteit op
te bouwen. Als je tot de groep wil behoren, moet je
beantwoorden aan een aantal voorwaarden.
21
22. Ongemakkelijke elementen in een parabel
Nader bekeken:
Uitsluiting op basis van kleding – gebruik
van geweld
• Aannemen als aanvaardbaar omdat het in de
Bijbel staat (meegaande lezer)
• Niet akkoord gaan – weerstand bieden:
– Tussen haakjes plaatsen
– Kwalificeren als ‘niet van Jezus afkomstig’
22
23. Ongemakkelijke elementen in een parabel
Nader bekeken:
Uitsluiting op basis van kleding – gebruik
van geweld
• Verklaring zoeken voor de tekst zoals hij ons is
overgeleverd (geëngageerde lezer)
– In het verleden: bv. culturele verschillen,
verschuiving in hoe Jezus omgaat met macht (Capon)
– In het heden: allegorische lezing van kleed
– In de toekomst: bekijken met de normativiteit van de
toekomst (R. Bieringer)
23
24. Ongemakkelijke elementen in een parabel
In het verleden: Jezus heeft ook moeten leren dat
Gods macht zich op een andere manier uitdrukt.
• De Almachtige weigert zijn macht rechtstreeks te
gebruiken en wordt mens.
• Rechtshandige versus linkshandige macht
‘Just as it takes a while before God’s preference for paradoxical rather
than straight-line power manifests itself – just as God seems to do a
lot of right-handed pushing and shoving before he does the left-
handed but ultimately saving thing on the cross – so too it seems that,
for quite some time, Jesus puts himself forth in the Gospels as a
plausible, intervening, advice-giving, miracle-working Messiah before
he finally reveals himself as a dying, rising and disappearing one.’
(Capon, Kingdom, Grace, Judgment) 24
25. Ongemakkelijke elementen in een parabel
Normativiteit van de toekomst
(benadering van R. Bieringer)
Elke Bijbeltekst, dus ook elke parabel, ontvouwt een
alternatieve wereld die nog te realiseren is. De
fundamenten van die wereld liggen wel in de historische
gebeurtenissen en hun overlevering maar 'de wereld van
de tekst' (Ricœur) is meer dan deze elementen uit het
verleden. De wereld van de tekst biedt een
toekomstperspectief van een nieuwe wereld zoals God
die heeft bedoeld en wordt op die manier relevant en
appellerend voor de lezers vandaag.
25
26. De onwillige genodigden (Mt.22,1-14)
Verhaal van de koning die een bruiloftsfeest geeft voor zijn
zoon waarbij heel breed wordt uitgenodigd, projecteert
een wereld waarin:
• iedereen wordt uitgenodigd op een feestelijk samenzijn,
• respect is voor de menselijke vrijheid,
• niemand wordt uitgesloten.
Gods wereld is inclusief. Als die toekomst normatief is,
klopt het niet dat iemand zonder bruiloftskleed uitgesloten
wordt. Deze passage bij Matteüs toont ons de menselijke
bemiddeling van de Bijbeltekst.
Dei Verbum 12: 'God heeft gesproken op menselijke wijze door
mensen', 'Geschreven in de Geest, te lezen in de Geest in het
licht van de hele Schrift, aangevuld met de levende traditie en de
analogie van het geloof.' 26
28. Onkruid tussen de tarwe (Mt.13,24-30)
• Onkruid laten groeien tussen de gezaaide gewassen is
niet verstandig. Een landbouwer die dit hoort, zal het
verhaal niet geloofwaardig vinden.
• Dit ongerijmde laat verstaan dat het hier gaat om iets
anders dan een verhaal over landbouwtechnieken. Het
verwijst naar een andere werkelijkheid.
• Een visioen: in het koninkrijk der hemelen wordt het
kwaad niet bestreden met macht zoals wij gewoon zijn
die te gebruiken maar met goedheid. (right-handed and left-
handed power, zie Capon, Kingdom, Grace, Judgment)
28
29. Parabel van de onrechtvaardige
rentmeester (Lc.16,1-9)
29
30. Parabel van de onrechtvaardige
rentmeester (Lc.16,1-9)
[1] Hij zei ook, nu tegen zijn leerlingen: ‘Een rijk man had een rentmeester,
maar hij kreeg klachten dat die zijn bezit verkwistte. [2] Hij riep hem bij zich en
zei: “Wat hoor ik daar over u? Ik wil dat u rekenschap aflegt, want zo kunt u
geen rentmeester blijven.” [3] De rentmeester zei bij zichzelf: “Wat moet ik
doen? Mijn heer ontneemt mij het beheer. Spitten kan ik niet, en bedelen,
daar schaam ik me voor. [4] Ik weet al wat ik moet doen om te zorgen dat ze
me, na mijn ontslag als rentmeester, in hun huis ontvangen.” [5] Een voor een
liet hij de pachters van zijn heer bij zich komen. Tot de eerste zei hij: “Hoeveel
ben je mijn heer schuldig?” [6] Die antwoordde: “Honderd vaatjes olijfolie.” Hij
zei: “Hier is het contract, ga zitten en maak er vlug vijftig van.” [7] De volgende
vroeg hij: “En jij, hoeveel ben jij hem schuldig?” Die antwoordde: “Honderd
zakken tarwe.” De rentmeester zei tegen hem: “Hier is je contract, maak er
tachtig van.” [8] De heer prees de gewiekste aanpak van de onrechtvaardige
rentmeester. De kinderen van deze wereld gaan onderling immers handiger te
werk dan de kinderen van het licht. [9] Ook Ik zeg jullie: maak je vrienden met
behulp van de geldduivel; als die je dan ontvalt, zullen ze je ontvangen in de
eeuwige tenten.
30
31. Parabel van de onrechtvaardige
rentmeester (Lc.16,1-9)
Zeer ongemakkelijke parabel wanneer we hem
lezen met een ethische bril.
Exegetische verklaringen gaan alle richtingen uit.
Wie of wat moet gered worden? Jezus? Ons begrip van
rechtvaardigheid?
Wat is de pointe van deze parabel? Waarvoor wordt de
rentmeester geprezen? En wie is de ‘heer’ die hem prijst?
31
32. Parabel van de onrechtvaardige
rentmeester (Lc.16,1-9)
[1] Hij zei ook, nu tegen zijn leerlingen: ‘Een rijk man had een
rentmeester, maar hij kreeg klachten dat die zijn bezit verkwistte.
Einde Lc.15: verloren zoon verkwistte zijn bezit.
[8] De heer prees de gewiekste aanpak van de onrechtvaardige
rentmeester. De kinderen van deze wereld gaan onderling immers
handiger te werk dan de kinderen van het licht.
froni,mwj: wijs, zoals bij de wijze maagden en de man die
zijn huis op de rots bouwt – gericht op de toekomst
[9] Ook Ik zeg jullie: maak je vrienden met behulp van de
geldduivel; als die je dan ontvalt, zullen ze je ontvangen in de
eeuwige tenten.
32
33. Parabel van de onrechtvaardige
rentmeester (Lc.16,1-9)
Mogelijk toekomstvisioen vanuit deze tekst:
Een wereld waarin
• onze rechtvaardigheidsprincipes ondersteboven
worden gegooid: ook de rentmeester krijgt een
toekomst. (sluit aan bij Lc.15)
• iemand in een moeilijke situatie zoekt hoe hij
toekomst mogelijk kan maken.
• de dienaar schulden kwijtscheldt en zijn heer
hem daarin misschien volgt – open einde (omge-
keerde dan de onbarmhartige dienaar uit Mt.18,21-35)
• vriendschap belangrijk is… 33
34. Parabel van de onrechtvaardige
rentmeester (Lc.16,1-9)
Voordeel van deze parabel:
• Hij blijft zijn spanning en ruimte behouden
• Hij zet aan tot denken en dialoog
• Hij moet gelezen en begrepen worden door
samen te zoeken naar mogelijke betekenissen
34
35. Parabel van de zaaier (Mt.13,1-9)
Gelezen vanuit het visioen van de vruchtbaarheid
‘Misschien heeft hij (Jezus) er voor het eerst over
gesproken toen de discipelen in angst zaten, na het
voorjaar. Zij confronteerden hun Heer in Galilea bedrukt
en terneergeslagen met hun gebrek aan succes.’
Alles wat hier gezegd wordt over de zaaier en zijn akker
past precies in het perspectief van duistere
moedeloosheid, van uitzichtloosheid en volstrekte
vertwijfeling en een gebrek aan hoop.’
(E. Drewermann, Op het raakvlak van hemel en aarde)
35
36. Parable of the Sower
RodTheNey – free download www.max7.org
36