SlideShare a Scribd company logo
SPOREN
nr.25
September
2017
PEDAGOGIE EN GESCHIEDENISOVERDRACHT
EEN UITGAVE VAN
VZW AUSCHWITZ IN GEDACHTENIS
| DRIEMAANDELIJKS NR 25 | JULI - AUGUSTUS - SEPTEMBER 2017
| AFGIFTEKANTOOR: BRUSSEL X | ERKENNINGSNUMMER P 602292
BELGIQUE - BELGIË
PP
BRUSSEL X
1/9464
Verantwoordelijke uitgever
Henri Goldberg
vzw Auschwitz in Gedachtenis
Wolstraat 17/Bus 50 - 1000 Brussel
INLEIDING
Een voorbereid bezoek aan
het Fort van Breendonk
pag. 2
VOORWOORD
Waarom (en hoe) een herdenkingsplek
als Breendonk bezoeken
pag. 3
UITGEDIEPT 1
Het Auffanglager Breendonk 1940-1944
pag. 4
UITGEDIEPT 2
Breendonk na de Tweede Wereldoorlog
pag. 9
CHRONOLOGIE VAN BREENDONK
pag. 12
PORTFOLIO
pag. 14
AUSCHWITZ
Joden uit Breendonk om Transport IX
naar Auschwitz mogelijk te maken
pag. 16
VRAAGSTUK
Het dagelijkse leven in Breendonk
+ pedagogische che
pag. 17
KLASREFLECTIE 1
Onder de onderdanigen
pag. 20
KLASREFLECTIE 2
De Brusselse postbodes van Kamer 7
pag. 22
WIST JE DAT... 1
...één op de twee gevangenen uit
Breendonk de oorlog niet overleeft?
pag. 23
WIST JE DAT... 2
... er 23 verdachten verschijnen voor de
krijgsraad van Mechelen wegens misdrijven
gepleegd in het SS-Auffanglager?
+ pedagogische che
pag. 24
VARIA
pag. 26 + omslag
VAN HERINNERING
INHOUDSOPGAVE
©VzwAuschwitzinGedachtenis/GeorgesBoschloos
Hoe bezoek
je een
hedendaagse
herinneringsplek
met
kinderen?
2 SPOREN VAN HERINNERING
varia
Muziek onder het
Derde Rijk
Thema 2017: “Een verloren jeugd”
Info en reservatie:
georges.boschloos@auschwitz.be
9 november 2017
14 u - 20 u
Atelier Marcel Hastir
Handelsstraat 51
1000 Brussel
In november 2016 stelde de vzw
Auschwitz in Gedachtenis te Brus-
sel een nieuw project voor: de na-
middag ‘Muziek in de kampen:
Erfgoed en herbeleving’, gevolgd
door een concert.
Tijdens deze namiddag werd de
focus gelegd op het artistieke erf-
goed van de muziek die de nazi-
kampen overleefd heeft. Er wer-
den audiovisuele getuigenissen
getoond van overlevenden over
het orkest van Auschwitz, de met
een Oscar bekroonde documen-
taire The Lady of Number 6 over
Alice Herz-Sommer, de pianiste
van Theresienstadt en er waren le-
zingen door Dhr Herman Van Dor-
mael, ere-conservator van het
Kasteel van Gaasbeek en door
Dhr. Olivier Opdebeeck, directeur
van de Maîtrise de Caen. De dag
werd afgesloten met een concert
door Helios Azoulay die er samen
met zijn Ensemble de Musique In-
cidentale de muziek uit hun CD
…même à Auschwitz bracht.
Vzw Auschwitz in Gedachtenis
besloot om van dit project een
jaarlijks gebeuren te maken en
stelt de tweede editie voor op 9
november 2017. Het programma
bestaat dit jaar uit een artistieke
lezing over Janusz Korzcak, ge-
bracht door de actrice Mevr.
Mieke Felix, gevolgd door een ge-
lmde voorstelling van het opera
Brundibár en een lezing door
Dr. Naliwajek-Mazurek over kin-
deren en muziek tijdens WOII in
Polen. We sluiten de dag af met
een concert van kinderliedjes in
het Jiddisch, gebracht door het
25-koppig kinderkoor uit Łódź, Po-
len.
SPOREN
PEDAGOGIE EN GESCHIEDENISOVERDRACHT
EEN UITGAVE VAN
VZW AUSCHWITZ IN GEDACHTENIS
EXTRA EDITIE
Verantwoordelijke uitgever
Henri Goldberg
vzw Auschwitz in Gedachtenis
Wolstraat 17/Bus 50 - 1000 Brussel
VAN HERINNERING
’Je ziet niets in Breendonk als je niet weet wat er te zien valt. ’ Zonder voorbereiding of context
schiet een bezoek aan het Fort van Breendonk onvermijdelijk zijn doel voorbij, of wordt
het zelfs contraproductief.
een voorbereid
bezoek aan het
fort van breendonk
2 SPOREN VAN HERINNERING
inleiding
Een voorbereid
bezoek aan het
Fort van Breendonk
et pedagogische bulle-
tin Sporen van Herinne-
ring heeft als voor-
naamste maatschappelijke invul-
ling het verspreiden van de lessen
die moeten getrokken worden uit
de gruweldaden uit een (relatief
kort) verleden. Niet louter de leer-
kracht vormt hierbij een onbe-
twistbare schakel maar eveneens
de te onzer beschikking staande
memorialen en musea, alsook on-
middellijk te benutten didactisch
materiaal. Dit laatste dient een
kostbare ondersteuning te vor-
men voor de gemotiveerde leer-
kracht bij het ondernemen van
een klasexcursie.
Als gids beaam ik een goede
voorbereiding en raad ik toekom-
stige groepen (sterk) aan met een
zekere bewuste achtergrond het
Fort van Breendonk te bezoeken.
Vooral adolescenten die reeds
morele ijkpunten bezitten, zullen
de begane misdaden – wat in-
druist tegen hun (hopelijk voor
hen) gekende sociaal en maat-
schappelijk comfort – beter door-
dringen en toekomstige be-
wuste(re) burgers van hen maken.
De beginnende en ervaringsrijke
leerkracht heeft het recht alle
hulp in te roepen om zo vlot mo-
gelijk een gerichte klasuitstap te
organiseren en dit voornamelijk in
tijden waarin alles volgens andere
invalshoeken benaderd wordt
(moet de kostprijs niet naar om-
laag?, kan het openbaar vervoer
gebruikt worden?, enz.) en in tij-
den waarin extreme(re) uitlatin-
gen weer de kop opsteken. En
draait het net daar niet om? Voor-
komen dat ongevormde jeug-
dige burgers onwetend in dit ge-
vaar trappen?!
Samen met mijn collega Frédéric
Crahay, wens ik elk een leerrijk be-
zoek aan het Fort toe en een
vruchtbare voorbereiding.
Johan Puttemans
Hoofdredacteur
H
De pedagogische wegwijzer
Deze speciale editie bestaat uit
vier onderdelen:
Onderdeel 1: inleiding van het hui-
dige nummer.
Onderdeel 2: Uitgediept en
Auschwitz: de algemene geschie-
denis van het Fort van Breendonk.
Deze rubrieken vormen voor de
leerkracht(e) achtergrondinforma-
tie bij het voorbereiden van een
toekomstig bezoek aan het Fort
van Breendonk.
Onderdeel 3: Vraagstuk / Wist je
dat? / Klasreectie: deze rubrieken
kunnen gebruikt worden in de klas
als opdracht of als huistaak. Deze
zijn voorzien van pedagogische
toepassingen en kunnen naar de
noden van de leerkracht(e) ge-
hanteerd worden alvorens het Fort
van Breendonk te bezoeken.
Onderdeel 4: de varia zijn nuttige
informaties die de leerkracht(e)
praktische ondersteuning geven
bij het voorbereiden van een be-
zoek aan het Fort van Breendonk.
De sloot die het fort omringd werd gebruikt door SS’ers om kampgedetineerden te verdrinken.
3
m te beginnen een
kleine provocatie, een
parafrase van wat An-
nette Wieviorka bij een bezoek
aan Auschwitz zei: ‘Je ziet niets in
Breendonk als je niet weet wat er
te zien valt.’ We benadrukken dat
je een bezoek in klasverband
goed moet voorbereiden. Zonder
voorbereiding of context schiet
een bezoek onvermijdelijk zijn
doel voorbij, of wordt het zelfs
contraproductief. Je moet een
minimum aan historische gege-
vens begrijpen voor je een her-
denkingsplek als het SS-Auffangla-
ger Breendonk gaat bezoeken. En
al passeerden meer dan vierhon-
derd Joodse gevangenen via het
kamp, toch is er geen direct ver-
band met de vernietiging van de
Europese Joden (daarover leer je
meer in de Dossinkazerne). Het is
de moeite waard een korte inlei-
ding te geven op de plek zelf.
Daardoor kun je vermijden tijdens
het bezoek nog veel historische
context te moeten geven die het
eigenlijke bezoek vertraagt. Maar
zo vermijd je ook dat leerlingen
van slag raken door de plek die ze
ontdekken, niet goed wetend
hoe ze die correct moeten situe-
ren in tijd of ruimte.
Men moet er zich van bewust zijn
dat de plek die bezoekers tegen-
woordig te zien krijgen niet de oor-
spronkelijke is, zelfs al is ze dan uit-
zonderlijk goed bewaard. We zul-
len ook nooit exact kunnen bele-
ven wat de oud-gevangenen
doormaakten. Niemand kan zich
ooit voorstellen wat voor doods-
angsten de gevangenen uitston-
den toen ze voor het eerst naar
binnen gingen op de plek die al
snel een sinistere reputatie zou krij-
gen. Niemand kan zich werkelijk
voorstellen wat de gevangenen
voelden toen ze (bijna) dagelijks
te maken kregen met dood, mar-
teling, blind en onmenselijk ge-
weld, terwijl ze wanhoopten of ze
het wel zouden overleven. Toch
ga je via een bezoek beseffen
‘dat het waar was’: een aparte,
overweldigende en emotionele
ervaring.
1 Gebaseerd op een werk van de ‘Task
Force for International Cooperation on
Holocaust Education’. Raadpleegbaar
op https://www.holocaustremem-
brance.com/sites/default/les/visi-
ting_holocaust-related_sites-1
english.pdf
O
voorwoord
Waarom (en hoe)
een
herdenkingsplek
als
Breendonk
bezoeken?
Olivier Van der Wilt
Conservator Fort van Breendonk
Vertaald door Gorik de Henau
Indien het belang dat wordt aan-
geboden tijdens een bezoek aan
een gedenkoord zoals Breendonk
samengevat zou worden, dan zou
dit als volgt kunnen verwoord wor-
den: 1
- Het bezoek van een herdenkings-
oord biedt een uitzonderlijke leer-
aangelegenheid aan die verschilt
van een klaservaring. Het aange-
boden voordeel om originele ob-
jecten te bestuderen stimuleert de
betrokkenheid en motiveert het
leerproces. Dit creëert een klaar en
duidelijke link met het verleden,
wat heel moeilijk is te doen in een
klas.
- Het herdenkingsoord vormt een
unieke sfeer die aanzet tot een wil
om te leren en uitzonderlijke emo-
ties oproept.
- De voorbereiding dient duidelijk-
heid te scheppen dat het oord
haar eigen geschiedenis heeft als
Memoriaal en dat een bezoek niet
enkel leidt tot het bestuderen van
het verleden maar eveneens tot
herinnering en herdenking leidt.
- Een bezoek aan een gedenkoord
dient zich te focussen op de ge-
schiedenis van dit oord. De studen-
ten kunnen het oord nadien gebrui-
ken als historisch bewijs om verder
te gaan en andere thema’s aan te
kaarten. Het bezoek is niet louter
een opportuniteit om op historische
vragen antwoorden (hoe en
waarom?) te bieden, maar is ook
een aanzet om andere morele
en/of ethische vraagstukken later
in de klas aan te kaarten.
In de Urnezaal staan meer dan 3 500 namen van voormalige
gedetineerden uit het Auffanglager Breendonk op de muren te lezen.
4 SPOREN VAN HERINNERING
uitgediept 1
1940 - 1944
Het
Auffanglager
BREENDONK
‘Ik ben één jaar te Breendonk ge-
bleven en op 6 mei 1944 ben ik in-
gescheept naar het kamp van Bu-
chenwald. Ik zal U zeggen dat dit
kamp voor mij een paradijs was in
vergelijking met Breendonk’. Die
verklaring legt politiek gevangene
Lucien Michel in 1945 af aan het
Belgisch gerecht. Michel is één
van de circa 3 600 gevangenen
die tijdens de Tweede Wereldoor-
log in het fort van Breendonk be-
landen. Deze militaire vesting fun-
geert vier jaar lang als opvang-
kamp voor politieke dissidenten,
verzetslui en Joden. Naast de kna-
gende honger, de zinloze dwang-
arbeid en een gebrekkige hygi-
ene krijgen de gevangenen er af
te rekenen met vernedering, mis-
handeling en executie. Wie ‘de
hel van Breendonk’ overleeft, is
getekend voor het leven.
In handen van de SS: de
oprichting van het
Auffanglager Breendonk
Bij de Duitse inval van 10 mei 1940
doet Breendonk dienst als Alge-
meen Hoofdkwartier van het Bel-
gische Leger. Vanuit het fort
brengt koning Leopold III de be-
volking op de hoogte van de inval
en leidt hij als opperbevelhebber
de militaire operaties van de Bel-
gische strijdkrachten. Als gevolg
van de snelle Duitse opmars ver-
plaatst de koning op 17 mei 1940
zijn hoofdkwartier naar Sint-Denijs-
Westrem. Elf dagen later leggen
de Belgen de wapens neer. In de
vier daarop volgende jaren staat
België onder een Duitse militaire
bezettingsadministratie, geleid
door generaal Alexander von
Falkenhausen. Haar voornaamste
opdracht: de openbare orde her-
stellen zodat het economisch po-
tentieel van het gebied optimaal
ten dienste van de Duitse oorlogs-
industrie kan worden gesteld. Hier-
toe zet de bezetter naast militaire
politiediensten ook de Sicherheits-
polizei-Sicherheitsdienst (Sipo SD)
in, een burgerlijke politiedienst die
afhangt van de SS en gespeciali-
seerd is in de strijd tegen de poli-
tieke tegenstanders van het nazi-
regime.
In de zomer van 1940 krijgt de
Sipo-SD van het militair bestuur de
toelating om het leegstaande fort
van Breendonk om te vormen tot
een Auffanglager (A-Lager), een
doorgangskamp voor politieke
gevangenen en Joden. De eerste
kampcommandant, SS-majoor
Philipp Schmitt, laat zich bij het
beheer van het kamp bijstaan
door een viertal Duitse SS’ers. On-
der hen ook Arthur Prauss, de SS-
luitenant die instaat voor het da-
gelijks toezicht en uitgroeit tot de
schrik van de gevangenen. Voor
de bewaking rekent Schmitt tot
slot op een dertigtal Duitse militai-
ren van het landleger.
Op 20 september 1940 komen de
eerste vier gevangenen in Breen-
donk aan. In de daarop volgende
weken en maanden groeit de
kamppopulatie aan tot enkele
tientallen. De gevangenen zelf zijn
aanvankelijk op te delen in twee
categorieën: enerzijds gaat het
om Belgen die gearresteerd zijn
omwille van hun politieke opvat-
tingen, anderzijds om Joden bij
wie de reden van aanhouding
een mix is tussen raciale en poli-
tieke motieven.
Tot welke categorie zij ook beho-
ren, alle gevangenen ondergaan
bij aankomst in het kamp een pro-
ces van ontmenselijking. Aan de
brug van de toegangspoort
wacht de SS de nieuwelingen om
ze nadien hardhandig de cen-
trale tunnel in te drijven. Daar of
op de westelijke binnenplaats
plaatsen de kampbewakers de
gevangenen op een rij, het ge-
zicht naar de muur gekeerd. Hier-
bij vallen er geregeld klappen. In
het administratielokaal wordt elke
gevangene ingeschreven, moet
hij alle persoonlijke bezittingen af-
geven en krijgt hij een kampnum-
mer toegekend. Daarna gaat het
naar het kleermakersatelier, waar
hij zijn burgerkleding inruilt voor
een oud uniform van het Belgisch
leger. Boven de linkerborstzak van
zijn vest prijkt zijn kampnummer en
een insigne dat aangeeft tot
welke categorie gevangenen hij
behoort. Op het einde van dit
proces is de nieuweling van alle
menselijke waardigheid ontdaan
en is hij nog slechts een nummer.
Tijdens de eerste maanden is het
regime in Breendonk hard maar
5
draaglijk. Tegen de jaarwisseling
1940-1941 komt daar verandering
in: de tucht wordt strenger en de
rantsoenen kariger. Bovendien
overschrijdt de kamppopulatie in
januari 1941 voor het eerst de
grens van honderd. Eén maand
later, op 17 februari, sterft er voor
het eerst een gevangene. Julius
Nathan, een wat oudere joodse
immigrant, overlijdt aan een com-
binatie van astma, de harde disci-
pline en de zware dwangarbeid.
Een kamp voor verzetslui en
politieke tegenstanders
Wanneer nazi-Duitsland op 22 juni
1941 de Sovjet-Unie binnenvalt,
breekt voor Breendonk een
nieuwe fase aan. Gelijktijdig met
de start van operatie-Barbarossa
lanceert de bezetter in België
operatie-Sonnewende. Tijdens
een grootschalige politieactie ar-
resteren de Duitsers meer dan 300
communisten, extreem-linkse mili-
tanten en Russische ballingen.
Een aanzienlijk deel van hen be-
landt in Breendonk.
In de maanden na juni 1941 ver-
dubbelt het gevangenenbestand
van het A-Lager, wat leidt tot ver-
slechterde levensomstandighe-
den. In juli van dat jaar registreert
de bezetter zes overlijdens, in au-
gustus nog eens vier. De kamplei-
ding probeert het gebrek aan
slaapplaatsen nog aan te pakken
met de bouw van twee houten
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
01 Woekeraars en smokkelaars
02 Politieke gevangenen
03 Joden (die verder niet
verdacht werden lid te zijn
van een linkse partij)
04 Zwendel in wapens en in
geldwaarden
05 Engelsgezinden
06 Joodse Engelsgezinden
07 Weerstanders*
08 Terroristen
09 Joodse terroristen
10 Verzet bij de aanhouding,
gevaarlijk, pogingen tot
ontsnappen
11 Gevangenen aangehouden
tijdens massale inrekeningen*
(bijvoorbeeld de Russen en
de personen van Russische
afkomst in juni en juli 1941)
12 Joodse gevangenen
aangehouden tijdens
massale inrekeningen*
(bijvoorbeeld de Russen en
de personen van Russische
afkomst in juni en juli 1941)
Tekens in Breendonk
(Bron: Breendonk 1940-1945, Patrick Nefors, Antwerpen, WPG Uitgevers, 2004, p. 52-53)
Algemeen: Geel lint voor Joden / Wit lint voor Ariërs / *op bepaalde tijdstippen
6 SPOREN VAN HERINNERING
uitgediept 1
‘jodenbarakken’ op de westelijke
binnenplaats, maar uiteindelijk
blijkt deportatie de enige manier
om het kamp te ontlasten. Op 22
september 1941 vertrekt een eer-
ste konvooi met 105 politieke ge-
vangenen naar het concentratie-
kamp van Neuengamme. Hier-
mee is Breendonk niet langer de
eindbestemming van de meeste
gevangenen, maar slechts een
tussenstop in hun deportatie naar
het Reich.
Om de plotse aangroei van de
kampbevolking en het gebrek
aan Duitse wachttroepen sinds de
inval in de Sovjet-Unie te kunnen
opvangen, stuurt de bezetter
vanaf september 1941 ook
Vlaamse SS’ers naar Breendonk.
Zij nemen in het kamp zowel ad-
ministratieve taken als bewakings-
opdrachten voor zich. Veruit de
beruchtste Vlaamse SS’ers zijn Ri-
chard De Bodt en Fernand Wyss.
Beiden zijn in het fort actief als
werkopzichter en gaan zich hierbij
geregeld te buiten aan mishan-
delingen, soms met de dood tot
gevolg. In 1946 veroordeelt een
Belgische militaire rechtbank Ri-
chard De Bodt bij verstek tot de
doodstraf voor 6 moorden en 4
gevallen van doodslag. Wyss
daarentegen krijgt dezelfde straf
voor de dood van minstens 16 ge-
vangenen en de mishandeling
van 167 anderen, waarvan 113 de
sporen voor het leven dragen.
In de loop van 1942 groeit Breen-
donk verder uit tot een kamp voor
politieke tegenstanders en ver-
zetslui. De Joden, die tijdens de
eerste oorlogsjaren een belangrijk
deel van het gevangenenbe-
stand uitmaken, verdwijnen stil-
aan uit het fort. Die evolutie is een
gevolg van de anti-Joodse poli-
tiek van de bezetter. Tussen okto-
ber 1940 en september 1942 vaar-
digt het militair bestuur in België
achttien verordeningen uit die tot
doel hebben de Joden te registe-
ren en te isoleren, hen van hun
bezittingen te beroven en aan het
werk te zetten. De laatste stap in
de Judenpolitik is de deportatie
naar een uitroeiingscentrum. Op
22 juli 1942 gaat de Sipo-SD over
tot de arrestatie van een 120-tal
Joden, onder wie ook een grote
groep vrouwen. In afwachting
van hun deportatie brengt de
Duitse politie de gevangenen tij-
delijk onder in Breendonk. Als de
bezetter vijf dagen later de Me-
chelse kazerne Dossin opent als
Judensammellager, start de Sipo-
SD met de overbrenging van
Joodse Breendonkgevangenen
naar het nieuwe verzamelkamp.
Tussen 4 augustus 1942 en 31 juli
1944 vertrekken vanuit Dossin de
konvooien richting Auschwitz.
De radicalisering van het
kampregime
De transformatie van het A-Lager
tot een kamp voor verzetslui
hangt nauw samen met de ont-
wikkelingen in bezet België. Op 6
oktober 1942 vaardigt de bezetter
een verordening uit die alle werk-
lozen en overbodig geachte
werkkrachten verplicht om in
Duitsland te gaan werken. De
maatregel treft bijna elke familie
en zet heel wat kwaad bloed. Ve-
len duiken onder en sluiten zich
aan bij een verzetsbeweging.
Daarbij komt dat de kerende
Duitse oorlogskansen het verzet
tegen de bezetter nog verder
aanwakkeren. Die laatste rea-
geert steeds meer met een harde
repressie die gekenmerkt wordt
door deportatie, executie en mis-
handeling.
Eind 1942 installeert de Sipo-SD in
de oude munitiebunker van het
fort een folterkamer, waar de be-
zetter gearresteerde verzetslui
aan een ‘verscherpt verhoor’ kan
onderwerpen. Ofcieel is Breen-
donk de enige plaats in bezet Bel-
gië en Noord-Frankrijk waar de
Duitse politie gevangenen met
behulp van geweld tot een be-
kentenis mag dwingen. De onder-
vraging gebeurt door met het on-
derzoek belaste Sipo-SD’ers van
de lokale politiehoofdkwartieren,
de foltering door bewakers van
het A-Lager. Om de gevangenen
aan het spreken te krijgen, maakt
de Duitse politie onder meer ge-
bruik van bullenpezen, een pa-
pierpers om de vingers te pijnigen
en een geïmproviseerd apparaat
voor het toedienen van stroom-
stoten. Een bijzonder efciënte
methode bestaat erin de handen
7
van de gevangene met hand-
boeien op de rug vast te maken,
de boeien achter een haak te be-
vestigen om hem vervolgens met
behulp van een koord en katrol
naar boven te hijsen. Nadien la-
ten de ondervragers hem vallen,
waarbij de ondervraagde met zijn
lichaam terechtkomt op twee pi-
ramidale houten balken.
Aan het verhoor in de bunker
gaat meestal een verblijf in een
isoleercel vooraf. De duur ervan
varieert van één dag tot enkele
maanden. De isoleercellen zelf
bevinden zich sinds 1942 in twee
tot cellenblokken omgebouwde
kamers. Elke cel biedt plaats aan
een arrestant van wie het onder-
zoek nog loopt. Door de arrestan-
ten strikt van elkaar te scheiden,
wil de bezetter verhinderen dat ze
met elkaar overleg zouden ple-
gen. In tegenstelling tot de wer-
kerskamers verblijven in de cellen
ook vrouwen, die enkel voor de
duur van het onderzoek naar
Breendonk zijn gebracht.
Het leven in de cellen is hard: alles
is erop gericht om de gevange-
nen te breken, in de hoop dat ze
sneller zouden bekennen. Het
meubilair van een isoleercel be-
staat uit een houten plank als bed
en een conservenblik dat dienst
doet als geïmproviseerde nacht-
emmer. Hoewel de arrestanten
vrijgesteld zijn van arbeid, ver-
loopt hun dag volgens een strak
schema. ’s Morgens tussen halfzes
en zes wekt de wacht de arrestan-
ten, waarna een SS’er hen telt en
overgaat tot een inspectie van de
cellen. Met behulp van een ijze-
ren staaf klapt een bewaker van
buitenaf de houten planken te-
gen de wand, zodat de gevange-
nen doorheen de dag niet meer
kunnen zitten of liggen. Na de tel-
ling krijgen de gevangenen kofe,
die gezien de duur van de con-
trole vaak al is afgekoeld. Rond
negen uur, op het ogenblik dat
de andere gevangenen als op de
werf aan het werk zijn, haalt de SS
de arrestanten uit hun cel. Met
een blauwe zak (cagoule) over
het hoofd brengt de wacht hen
naar de toilettenzaal om er hun
nachtemmer uit te kieperen. Om-
dat de Kübel enkel ’s morgens
wordt geledigd, hangt er in alle
cellen een walgelijke geur. Na het
toiletbezoek passeren de arres-
tanten bij de wastafels, waar ze
snel hun gezicht en borst kunnen
opfrissen. ‘s Middags en 'avonds
houdt de SS een nieuwe telling
van de arrestanten, gevolgd door
een karige maaltijd. Net als voor
de gevangenen van de werkers-
kamers bestaat het middagmaal
uit magere soep en het avond-
maal uit kofe en brood. Tegen
acht uur is de dag voorbij. Toch is
er van rust maar weinig sprake.
Dronken SS’ers of pijnkreten uit de
folterkamer verstoren geregeld
de nachtrust. Bovendien beschikt
elke cel over een lichtschakelaar,
die het de SS toelaat om de ge-
vangene het besef van dag en
nacht te ontnemen.
Als gevolg van het toegenomen
geweld tegen Duitse militairen of
hun lokale collaborateurs richt de
bezetter aan de achterzijde van
het fort ook een executieplaats in.
Op 27 november 1942 leidt hij er
acht gevangenen voor het vuur-
peloton. Deze gijzelaars boeten
met hun leven voor een reeks on-
opgehelderde gewelddaden te-
gen collaborateurs. Het nieuws
van hun terechtstelling verschijnt
in alle kranten, als waarschuwing
dat er meer executies zullen vol-
gen indien het verzet zijn aansla-
gen niet staakt. Toch leidt de eer-
ste terechtstelling van gijzelaars
niet tot het gewenste effect. Tus-
sen november 1942 en augustus
1944 fusilleert de bezetter in bezet
België 305 gijzelaars, van wie
meer dan de helft in Breendonk.
Over de hele bezetting be-
schouwd sterven er in het fort
meer gevangenen na een te-
rechtstelling dan aan de gevol-
gen van ontbering of mishande-
ling.
In het voorjaar van 1943 bouwt de
bezetter naast de executiepalen
een houten schavot met drie gal-
gen. Op 10 mei van datzelfde jaar
laat hij er de eerste verzetslui op-
hangen. In tegenstelling tot de gij-
zelaars zijn de partizanen Maurice
Raskin, Arnaud Fraiteur en André
Bertulot zelf als dader betrokken
bij een reeks aanslagen. Tussen
mei 1943 en april 1944 hangt de
bezetter in Breendonk 23 ‘terroris-
8 SPOREN VAN HERINNERING
ten’ op: allen zijn ze door een
krijgsraad ter dood veroordeeld
voor politiek gemotiveerde ge-
welddaden tegen het Duitse le-
ger of zijn collaborateurs.
De ontruiming van het kamp
Met een dreigende geallieerde
landing in het vooruitzicht start de
bezetter in het voorjaar van 1944
met de ontruiming van de Belgi-
sche stranrichtingen. Hij vreest
namelijk dat de in België opgeslo-
ten verzetslui zich bij de bevrijding
opnieuw in de strijd zouden men-
gen. Op 6 mei 1944 volgt een eer-
ste ontruiming van Breendonk:
van de 967 politieke gevangenen
die de SS naar het concentratie-
kamp van Buchenwald depor-
teert, komen er 638 uit het Auf-
fanglager. Het uitblijven van de in-
vasie zorgt ervoor dat de SS ook
na de eerste ontruiming nog
UITGEDIEPT 1
nieuwe gevangenen in het fort
laat opsluiten. Op 10 juni 1944, vier
dagen na de geallieerde landing
in Normandië, brengt de bezetter
een zestigtal Breendonkgevange-
nen over naar de stranrichting
van Sint-Gillis, van waaruit de SS ze
nadien naar Buchenwald depor-
teert. Datzelfde concentratie-
kamp is ook de bestemming van
het konvooi dat op 8 augustus Bel-
gië verlaat. Aan boord van de de-
portatietrein bevinden zich op-
nieuw 56 gevangenen uit het A-
Lager.
Wanneer Britse tanks op 4 septem-
ber 1944 Willebroek bevrijden,
staat het fort van Breendonk leeg.
Van de gruwel die zich vier jaar
lang in de ‘hel van Breendonk’
heeft afgespeeld, zijn er maar
weinig sporen meer over. Kort
voor hun vlucht richting Duitse
grens ontmantelen de kampbe-
wakers niet alleen de executie-
plaats en folterkamer, ze steken
bovendien bijna het volledige
kamparchief in brand. Op 30 au-
gustus 1944 deporteert de SS tot
slot de laatste gevangenen naar
kampen in het Duitse Rijk: 146 ge-
deporteerden hebben Neu-
engamme als bestemming, 131
anderen belanden via Vught in
Sachsenhausen.
België mag in september 1944
dan wel grotendeels zijn bevrijd,
voor de gedeporteerden is het
wachten tot het voorjaar van
1945. Voor veel weggevoerden
komt die bevrijding te laat: meer
dan 1 200 Breendonkgevange-
nen sterven na hun deportatie
naar de Duitse kampen. Breen-
donk zelf kost het leven aan 301
gevangenen: 207 overlijden op
de executieplaats, 94 anderen
bezwijken in het A-Lager of het
Duits militair hospitaal van Antwer-
pen aan de gevolgen van mis-
handeling, ontbering, ziekte of
zelfdoding. Over de hele oorlog
beschouwd, overleeft amper de
helft van de bijna 3 600 gekende
Breendonkgevangenen zijn ge-
vangenschap.
Dimitri Roden
Dimitri Roden (Lic. geschie-
denis KULeuven, 2004) is
doctor in de geschiedenis
(UGent) en in de sociale en
militaire wetenschappen
(Koninklijke Militaire School,
Brussel). Voor zijn proef-
schrift 'In naam van het
Duitse volk! Het Duitse krijgs-
gerecht en de openbare
orde in bezet België (1940-
1944)' ontving hij in 2016 de
'Prijs Stichting Auschwitz'.
Sinds 2005 is hij als historicus
verbonden aan het Natio-
naal Gedenkteken van het
Fort van Breendonk. Mo-
menteel werkt hij als post-
doctoraal onderzoeker aan
de leerstoel rechten van de
KMS.
In 1947 werd een
herdenkingsplaat
aangebracht
die aan de duizenden
slachtoffers van
het naziregime in
Breendonk herinneren.
9
uitgediept 2
Vroeg in de ochtend van 4 sep-
tember 1944 trekken de laatste
Duitse soldaten weg uit het fort
van Breendonk. Niet lang daarna
dringen de eerste omwonenden
het gebouw binnen en slaan aan
het plunderen. Het drukke ko-
men-en-gaan van deze mensen
wordt opgemerkt door Britse
tanks die ‘s ochtends via een
veilige omweg doorheen Wille-
broek versneld de haven van
Antwerpen zullen bevrijden.
Opnieuw een gevangenis
Het fort van Breendonk doet
vanaf die dag meteen weer
dienst als gevangenis. Kortston-
dig belanden er Duitse krijgsge-
vangenen die enkele dagen
later verhuizen naar speciale
krijgsgevangenenkampen rond
Brussel. Tezelfdertijd brengen
politie, rijkswacht en verzetsbe-
wegingen de eerste “zwarten”
onder in het fort. Zij worden ver-
dacht van samenwerking met de
bezetter. De al dan niet terechte
vermoedens over collaboratie
zijn de basis voor hun administra-
tieve internering. De regering
Pierlot die in ballingschap is in
Londen staat tijdelijke opsluiting
zonder arrestatiebevel toe om de
geallieerde legers te beschermen
en de openbare orde in het land
te bevorderen.
De chaos van de snelle bevrij-
ding en de ontoereikende be-
manning en bewapening bij
politie en rijkswacht verklaren
waarom de Belgische bevolking
met het verzet de voorhoede
neemt bij het oppakken van
verdachte burgers. Daardoor
gebeuren veel interneringen op
illegale wijze. Deze straatrepressie
gebeurt in alle bevrijde landen
en vormt een uitlaatklep voor de
gevoelens van woede en frustra-
tie die vier harde en lange bezet-
tingsjaren onder de bevolking
blijven broeien. Deze arrestaties
gaan dan ook vaak gepaard
met geweld en mishandelingen.
De straatrepressie leidt in België
tot de dood van tientallen men-
sen – dit is in vergelijking met
Frankrijk een zeer laag aantal. Er
belanden in totaal tussen de
50 en 70 000 mensen in gevan-
genissen of speciaal daartoe
aangewende gebouwen.
Ongeveer 750 “zwarten” uit de
nabije omgeving van Willebroek
komen vanaf 4 september in het
fort terecht. De leiding en bewa-
king zijn volledig in handen van
het verzet. Het Geheim Leger
wendt het fort als lokale uitvals-
basis aan onder de naam
“schuiloord Breendonk”. Gewa-
pende partizanen doen vooral
de buitenbewaking. In de week
van 12 september komen
25 bewakers in opdracht van het
ministerie van Justitie helpen,
maar na een ruzie tussen verzets-
leden en het hoofd van de be-
wakers trekken zij zich volledig
terug.
Onderluitenant van de reserve
Maurice Mariotte is de bevel-
hebber van de sector Klein-
Brabant op het fort. De com-
mandant is Luitenant Baron Léo-
pold De Meester. Adjudant Frans
Brabants van de Belgische Natio-
nale Beweging heeft de functie
van 1ste chef. Samen met leden
van het Geheim Leger haalt hij
onder meer uit Willebroek, Tisselt,
Breendonk en Londerzeel ver-
dachten op uit hun huizen en
brengt hen vervolgens over naar
het fort. Hij verklaart later dat “de
incivieken hun verblijf op het fort
wel lang zullen geheugen” en
dat door hun werk op het fort
“vele onbekende incivieken wer-
den aangehouden”. Brabants’
vrouw werd vanwege de ver-
zetsactiviteiten van het gezin
door de Duitse bezetter opge-
pakt en gedeporteerd. Zij stierf in
een concentratiekamp.
Onder leiding van deze verzets-
leden ontspinnen zich talrijke
ontoelaatbare praktijken waar-
van de gevangenen vaak
meermaals het slachtoffer wor-
den. Weerom is er sprake van
geweld, dwangarbeid, strafoe-
feningen en honger. Tegen de
inspecteur van de internerings-
kampen stelt Maurice Mariotte
op 5 oktober dat geweld tegen
geïnterneerden onvermijdelijk is,
Na de
Tweede
Wereldoorlog
BREENDONK
10 SPOREN VAN HERINNERING
uitgediept 2
omdat de bewakers afkomstig
zijn uit de omliggende gemeen-
ten en goed weten wat er hier
onder de bezetting gebeurd is.
Bovendien, zegt Mariotte, komen
veel gevangenen in een erbar-
melijke staat aan door mishande-
lingen tijdens de arrestatie.
De meest beruchte guur die op
het fort van Breendonk ten tone-
le verschijnt, is de uit Sint-Jans-
Molenbeek afkomstige Jeanne
Hoekmans. “Tante Jeanne”
draagt een blauwe gabardine
met drie kapiteinssterren op de
revers en de blauwe verpleeg-
sterssluier van het Belgische Rode
Kruis. Zij komt verscheidene keren
met haar gevolg van verzetsle-
den naar het fort om gevange-
nen te vernederen en te mishan-
delen. Het bekendst – want veel-
vuldig gefotografeerd en gelmd
– is hoe “tante Jeanne” een
vrouw uit Hingene voor een joe-
lende menigte op de binnenkoer
van het fort kaalscheert en daar-
na op haar voorhoofd een ha-
kenkruis schildert. Vervolgens
brengt ze ook een hakenkruis
aan op haar borsten, buik en
billen. Tot slot beveelt “tante
Jeanne” twee andere gevange-
nen om de vrouw in een oude
doodskist neer te leggen. Om
haar nog meer schrik aan te
jagen wordt de kist tot slot half
toegedekt.
De regelmatige mishandeling
van gevangenen doet de naam
van het fort van Breendonk ook
in de naoorlogse periode weinig
goed. Auditeur-generaal Walter
Ganshof van der Meersch vraagt
op 11 oktober een dringende
interventie tegen de excessen
van de bewakers in het fort. Die-
zelfde dag eisen de geallieerden
het fort van Breendonk op.
Daardoor moeten de gevange-
nen verhuizen naar de door de
penitentiaire dienst gecontro-
leerde Dossinkazerne in Meche-
len. Op een vergadering van het
beperkt ministerieel comité later
in oktober haalt minister van Justi-
tie Maurice Verbaet het fort van
Breendonk aan als voorbeeld
van interneringscentra waar er
zware misbruiken gebeuren door
het verzet.
Een interneringscentrum
Tegen 31 december 1944 ver-
werft het ministerie van Justitie
terug de controle over het fort
van Breendonk en richt het op-
nieuw in als interneringscentrum.
Er komt immers een verhuis op
gang door het Ardennenoffen-
sief. Wie in Luik gevangen zat
omdat hij of zij verdacht werd
van collaboratie, moet uit Duitse
handen blijven. De penitentiaire
dienst van het ministerie van
Justitie voert 538 gearresteerden
en 300 verdachten uit de gevan-
genis van Saint-Léonard naar het
lege fort van Breendonk. Zij wor-
den in beestenwagons zonder
verluchting vervoerd naar het
station van Willebroek. Onder-
weg gebeuren er talrijke ont-
snappingen. Uiteindelijk bege-
leidt een groep rijkswachters,
militairen en Luikse gevangenis-
bewakers de ruim 750 overblij-
vende gevangenen naar het
fort. Elke vijftien dagen komen
vanuit het Luikse voedsel- en
kledijpakketten. Gevangenen die
geen pakketje krijgen, ontvan-
gen in de plaats een pond worte-
len. Drie substituten van het
krijgsauditoraat van Luik behan-
delen in het fort ondertussen de
dossiers van “hun” gevangenen.
De 113 vrouwen vertrekken tegen
8 januari 1945 allemaal naar Me-
chelen. Vanaf februari belanden
er steeds meer mannen terug in
Saint-Léonard. Het aantal geïn-
terneerden blijft evenwel
schommelen. Op 23 juni 1945
schiet het aantal gevangenen in
het fort bijvoorbeeld de lucht in
van 323 naar 624. Meer dan 300
opgeslotenen komen tijdelijk
vanuit het interneringscentrum
van Hemiksem nadat daar een
grote brand heeft gewoed. Mid-
den december 1945 keert het
merendeel van hen terug naar
Hemiksem. Er blijven tot eind
11
maart 1946 amper een 100-tal
gevangenen over. Omdat de
Dossinkazerne op 15 april de
deuren sluit als interneringscen-
trum, neemt het fort vanaf eind
maart een groot aantal (meer
dan 200) gevangenen van daar
over. Halverwege januari 1947 is
de rol van het fort van Breendonk
als interneringscentrum eveneens
uitgespeeld. Op 18 januari 1947
vertrekken de laatste 37 gevan-
genen naar Hemiksem.
Het Nationaal Gedenkteken van
het Fort van Breendonk
Op 2 juli 1946 dient volksverte-
genwoordiger Gaston Hoyaux
(BSP) een wetsvoorstel in tot op-
richting van een nationaal ge-
denkteken in het fort van Breen-
donk. Zijn voornaamste drijfveer is
de vrijwaring van het fort als her-
denkingsplaats. Bij de laatste
herdenkingsplechtigheid waar-
aan hij deelnam als voormalig
gevangene stoorde het hem hoe
een grote volksmassa vol onge-
duld stond te dringen om het fort
te betreden, niet voor de plech-
tigheid, maar om de opgesloten
verdachten en veroordeelden te
bekijken en te beledigen. Hoyaux
schrijft onder meer: “Kinderen
liepen op het vestingwerk van
het Fort van Breendonk alsof zij
zich op de kruin van de duinen
bevonden aan de kust”.
De oprichting van een nationaal
gedenkteken valt niet uit de
lucht. Het fort van Breendonk
krijgt meteen na de bevrijding de
rol van herdenkingsplaats toebe-
deeld. De eerste bedevaart vindt
plaats op 24 september 1944.
Britse soldaten komen door de
Britse legerleiding het fort bezoe-
ken om te leren welke gruwelen
er gebeurden en tot wat SS’ers
allemaal in staat waren. De
slechte behandeling van de
gevangenen in Breendonk II leidt
via hen tot klachten bij het minis-
terie van Justitie. Ook na de
overgave van Nazi-Duitsland in
mei 1945 laat de RAF nog zoveel
mogelijk troepen het fort van
Breendonk onder begeleiding
bezoeken. Ook onder de Belgi-
sche bevolking bestaat er een
levendige interesse om deze
beruchte plek met eigen ogen te
kunnen aanschouwen. Daarvan
getuigen de vermeldingen in het
Register van Uitschrijvingen van
het interneringscentrum. Vanaf
de maand maart 1946 staat ver-
meld op welke dagen groepen
komen en uit hoeveel leden die
groepen bestaan.
Lawrence Van Haecke
Lawrence Van Haecke stu-
deerde geschiedenis aan
de UGent en archivistiek
aan de VUB. In 2014 verde-
digde hij met succes een
doctoraat over de repressie
van collaboratie aan de
UGent.
Verdachten van collaboratie worden binnengeleid op het westelijke binnenplein van het Fort van Breendonk.
©Allerechtenvoorbehouden
12 SPOREN VAN HERINNERING
CHRONOLOGIe van breendonk
Vóór 1940
- Juni 1906: wet aangaande vestiging tweede Fortengordel om Antwerpen (‘Réduit National’) waarbij
Willebroek (Breendonk) het meest zuidelijk ligt
- 1907 tot 1909: bouw van het Fort van Breendonk
- 4 augustus 1914: de Eerste Wereldoorlog breekt uit
- 8 oktober 1914: na zware bombardementen capituleert het Fort van Breendonk
1940
- 9 tot 18 mei: Fort van Breendonk als Hoofdkwartier van het Belgische leger. Koning Leopold III vergadert er met
zijn Generale Staf
- 10 mei: nazi-Duitsland valt België aan
- 28 mei: België capituleert. België valt onder Duits militaire administratie
- eind juni: Sipo-SD (ideologische politie van de SS) vestigt zich in België
- September: SS-majoor Philipp Schmitt wordt aangesteld als kampcommandant van het Auffanglager Breendonk
- 20 september: eerste gedetineerden opgesloten
- Oktober: SS’er Prauss komt aan in Breendonk
1941
- Februari: eerste ontsnapping uit Breendonk
- 17 februari: Julius Nathan is de eerste kampgedetineerde die ten gevolge van het harde regime omkomt in
Breendonk
- Februari: kamers 13 en 14 worden ingericht als ziekenboeg
- Juni: bouw van de ‘Jodenbarakken’
- Zomer: kamer 8 uitgerust met enkele cellen om er ‘Arrestanten’ op te sluiten
- 4 juli: eerste persoon neergeschoten door een Duitse wachter
- September: aankomst eerste Vlaamse SS-kampbewakers, waaronder Fernand Wyss
- 22 september: eerste rechtstreekse deportatie van kampgedetineerden (richting Neuengamme)
1942
- Zomer: kruitkamer ingericht als folterkamer
- 4 augustus: de Dossinkazerne te Mechelen start met de deportaties
- September: aankomst van de SS’er Kantschuster (wreedaard)
- Augustus: aankomst van de Vlaamse SS’er Richard De Bodt
- November: Wyss doodt een eerste kampgedetineerde
- Half oktober: eerste ‘doorgedreven ondervraging’ (foltering)
- 27 november: eerste terechtstelling gedetineerden door executiepeloton als vergeldingmaatregel
1943
- 10 mei: eerste ophanging (na een schijnproces)
- September: Foyer Léopold III (uitdelen van voedselpakketten)
- November: Schmitt vervangen door Schönwetter
A Voormalig bewakershuis
F Ingangstunnel
1-7 Kamers
8-9 cellen vanaf 1941-1942
10-12 Kamers
13-14 Revier (ziekenboeg, 1941 – eind
1943)
15-18 ‘Jodenbarakken’
19 Nieuwe toilettenzaal
20 Bureau van de SS (1940-’41),
later drukkerij
21 Kantine & gerechtszaal
22-23 Proviandkamer
24 Douches (1940 – zomer 1941),
daarna keuken
25 Eerst latrines, daarna
kleermakerij en kledingmagazijn en
later voorraden
26 Donkere cellen
27 Bureau
28 Bureau SS’er Prauss (na 1941)
29 Eerste onderhoor SS bij
binnenkomst (na 1941)
30 Bureau SS’er Schmitt (na 1941)
31 Bureau SS’er Müller (na 1941)
32 Smidse
33 Gereedschapslokaal
34 Schrijnwerkerij
35-36 Paarden- en koeienstal
37 Varkenshokken
38 Douches (vanaf de zomer 1941)
39 WC Wehrmacht
40-41 Gang met lavabo’s
42 Lokaal met doodskisten
43 Folterkamer
44 Executieplaats
45 & 47 Werf
46 Konijnenhok
48 Burelen eerste onderhoor Gestapo
50 Barakken met kleermakerij en
kledingmagazijn
49 Lokalen Wehrmacht
51 Appèlplaats
52 Revier (ziekenboeg vanaf begin
1944)
13
Johan Puttemans
Pedagogisch coördinator
Vzw Auschwitz in Gedachtenis
CHRONOLOGIe van breendonk
46
50
52 39
48
49 49
Bron: Nefors, p.375-376 (aangevuld door Johan Puttemans)
1944
- 6 mei: evacuatie van de meeste kampgedetineerden uit Breendonk naar Buchenwald (dit is een eerste, bijna
algemene, evacuatie van het Auffanglager Breendonk)
- 30 aug. – 1 sep.: denitieve evacuatie van alle gedetineerden richting nazi-Duitsland
- 2 september: Auffanglager Breendonk is ontruimd
- 4 sep. – 11 okt.: ‘Breendonk II’
- 24 september: eerste pelgrimstocht in het Fort van Breendonk
- 31 december: opening van het interneringscentrum Breendonk (gevangenis afhankelijk van de Belgische Staat)
Post 1945
- Juni 1946: wetsvoorstel ingediend door Gaston Hoyaux tot het vestigen van het Gedenkteken
- 17 januari 1947: laatste gevangenen in het interneringscentrum Breendonk
- Juni 1947: ofciële sluiting van de gevangenis in het Fort van Breendonk
- 19 aug. 1947: goedkeuring in het parlement van de wet ter oprichting van het nationaal Gedenkteken van
het Fort van Breendonk
14 SPOREN VAN HERINNERING
portfolio
Zicht op de muur van de westelijke binnenplaats waar
aangekomen personen werden geplaatst.
In de Urnezaal bevinden zich 15 urnen waarin assen
uit verschillende concentratiekampen en moordcentra
werden samengebracht. Het is een plek van bezinning
en respect.
Ook al was een douche een
zeldzaamheid, toch kon dit
voor vele gedetineerden een
ware marteling betekenen.
De aangekomen personen werden
door de hoofdingang geleid om
opgesloten te worden in het
Auffanglager Breendonk.
De maquis de Senzeilles werd in
begin 1944 ter dood veroordeeld
in het ‘Casino’.
De jongste was amper 19 jaar oud.
15
portfolio
Meer dan honderd gedetineerden
werden uit represaille voor
verzetsdaden in België
geëxecuteerd in Breendonk.
Arrestanten kwamen niet
in gewone kamers terecht,
maar werden in isoleercellen
opgesloten.
De symbolisch geplaatste
executiepalen herinneren
aan het gruwelijke lot van
de gefusilleerde personen.
Na een schijnproces werden de ter dood
veroordeelden opgehangen op de executieplaats.
De gang waar de kamers op uitgaven
was eveneens een plaats van
verschrikking voor de opgesloten personen.
16 SPOREN VAN HERINNERING
auschwitz
Olivier Van der Wilt
Conservator Fort van Breendonk
Vertaald door Gorik de Henau
p 12 september 1942
verliet ‘Transport IX’ het
Sammellager für Juden
Mechelen richting Auschwitz.
1000 Joden (498 mannen en 502
vrouwen) werden gedeporteerd.
716 Joden werden opgepakt tij-
dens de derde grote razzia in
Antwerpen, 228 tijdens geïso-
leerde acties en 56 die afgeleverd
werden door het Fort van Breen-
donk. Laatstgenoemde aantal
werd door SS-Sturmbannführer
Philipp Schmitt, die op dat ogen-
blik commandant van beide kam-
pen (Breendonk en Dossin) was,
en dit om tot het vereiste aantal
van 1 000 te komen zodat het
konvooi zou kunnen vertrekken.
Hier wordt duidelijk wat een
joodse gedetineerde waard was
voor de SS: het exacte aantal be-
komen om deportatie te bespoe-
digen!
Onderweg zal het konvooi halt
houden bij Kosel waar de meest
validen moesten afstappen om
verplicht tewerkgesteld te wor-
den te Blechhammer waar zich
een werkkamp voor Joden
(Zwangarbeitslager für Juden –
ZAL) bevond. Van het negende
konvooi zullen louter één vrouw
(Chuma Gus, nr. 218) en 29 man-
nen, waaronder Henri Kichka
(nr. 605) overleven.
O
Joden uit Breendonk
om Transport IX naar
Auschwitz
mogelijk te maken
In augustus 1939 komt de van Poolse afkomst Alter
Szurek aan in België nadat hij de achtervolgingen
door de nazi’s ontvlucht.
Bij zijn aanhouding wordt hij naar Breendonk ge-
bracht om vervolgens getransfereerd te worden
naar de Dossinkazerne. Op 5 september 1942 wordt
hij op de lijst van transport IX geplaatst. Een week
later wordt hij naar Auschwitz-Birkenau gedepor-
teerd.
Alter Szurek, de 43-jarige tandarts, heeft de extreme
overlevingsomstandigheden in Auschwitz niet lan-
ger dan drie dagen overleefd.
Met dank aan Dr. Laurence Schram
Bron: ARA-VP-dossiers
17
vraagstuk
Het
dagelijkse
leven in
Breendonk
a de inschrijving gaat
het naar één van de
veertien kazematten,
kamers van 12m bij 5,5m die
plaats bieden aan maximum
48 gevangenen. Het meubilair
bestaat uit acht stapelbedden
van elk drie hoog, een reeks kruk-
jes en tafels, enkele wandkasten,
een kachel en twee kolenemmers
die dienst doen als geïmprovi-
seerde nachtemmers (Kübel). Op
de kamer komen de gevangenen
enkel om te eten of te slapen, de
rest van de tijd brengen ze door
met dwangarbeid. Met schop-
pen, houwelen, krui- en kiepwa-
gens laat de SS de gevangenen
de ca. 250 000 m³ aarde afgraven
die de structuren van het fort be-
dekt. Zes dagen op zeven, acht
uur per dag verrichten de gevan-
genen compleet nutteloze arbeid
met als enige bedoeling hen te
breken. Tijdens dit zware werk zijn
ze overgeleverd aan de grillen
van hun bewakers. Een kleine
groep gevangenen, de ‘geprivile-
gieerden’, zijn vrijgesteld van de
graafwerken. Zij werken in het
kamp als kleermaker, smid, schrijn-
werker of varkenshoeder. In te-
genstelling tot de werkersploegen
verrichten zij hun arbeid binnens-
huis en staan ze meestal niet on-
der een voortdurende controle
van de bewakers.
N dagindeling
arbeid
Paul M.G. Lévy (1910 – 2002) was
van november 1940 tot november
1941 opgesloten als Häftling nr. 19.
Hieronder een dagindeling zoals
hij dit in de zomer van 1941 erva-
ren heeft. (Bron: Nefors, P., pag.
58)
Uur Activiteit
04u00 Opstaan
04u05 Aankleden en wassen
04u10 Nachtemmers ruimen en
collectief wc
04u20 Bettenbau
04u30 Appèl in gang en
schoonmaken
van de kamers
04u50 Essen holen
05u00 Appèl in kamer
05u05 Ontbijt of wassen
05u25 Uit kamer
05u30 Turnen
05u50 Verzamelen per kamer,
appèl
05u55 Aankomst van de luite-
nant, voorstelling
06u00 Werkverdeling, werktui-
gen verdeeld, vertrek van
de ploegen naar het
werk
14u00 Einde werk
14u10 Reinigen van de werktui-
gen en kledij
14u20 Verzamelen
14u30 Appèl
14u45 Voorstelling aan luitenant
en majoor
14u55 Delé en terugkeer naar
kamer
15u00 Handen wassen
15u05 Appèl in kamers
15u10 Middageten, vaatwerk
spoelen
15u30 Opnieuw naar werk voor
namiddagploegen (kleer
makers, schoenmakers,
koks, gestraften, kar-
weien)
15u45 Schoonmaak van de
kamers
18u00 Avondappèl
18u30 Essen holen
18u45 Kofe
19u30 Collectief wc
19u55 Appèl in kamer
20u00 Slapen
Getuigenis van Edgard Marbaix
Citaten uit het Marbaix’ boek
‘Breendonck-de-dood’
Ten tijde van onze interneering
(April 1943) bestonden de uit te
voeren werken in het recht trek-
ken der kanaalgrachten waartoe
het zand, voortkomend van de
ontmanteling der koepels en van
de hooge hellingen der schietba-
nen, werd gebruikt.
In de gang bevonden zich de lavabo’s waaraan de gedetineerden
zich op heel primitieve manier konden wassen.
18 SPOREN VAN HERINNERING
vraagstuk
als grondlagen ter versteviging
van den uiterwaard der grachtdij-
ken.
Ten slotte moest nog het westelijk
gedeelte, gelegen tusschen de
gebouwen en het omheiningska-
naal, omgevormd worden tot
landbouwgrond.
Van dan af werden de geïnter-
neerden in verschillende ploegen
ingedeeld: wegruimen van
aarde, aanleggen der kanten,
vervoer van aarde, omspitten van
den grond, wegruimen en vervoer
van steenen. Daarenboven was
een speciale ploeg « joden » be-
last met de zwaarste en meest af-
stootende karweien.
(p. 14)
De rails van de Decauville dienen
verplaatst om ze dichter bij de te
ontruimen helling te brengen. Wij
zijn met vier om vijf meter rails, ’t zij
ongeveer 125 kgr., te verplaatsen.
Dit zou nog zoo erg niet zijn werd
het gewicht eenvormig onder de
vier dragers verdeeld maar, daar
dit niet het geval is, moeten de
grootsten het gansche gewicht
torsen, en dat wordt op zekere
oogenblikken zeer pijnlijk wanneer
er een helling dient beklommen of
een loopgraaf overschreden.
(p. 27)
Volgens de commissie voor Oor-
logsmisdaden ziet het rantsoen er
in het laatste bezettingsjaar als
volgt uit:
’s morgens: kofe;
’s middags: tamelijk dikke soep;
’s avonds: 400-500 gram brood, 25
gram boter (sic; wat moeilijk te
geloven valt, het was een schaars
product in bezet België), 25 gram
kaas en 5 klontjes suiker.
Nefors, P.; p. 80
Getuigenis van Frans Fischer
Citaten uit Fischer’s boek ‘De hel
van Breendonck’
Het kamp van den hongersnood
(…) het eten dat iederen dag aan
die verdoemden werd verstrekt:
Twee halve boterhammen solda-
tenbrood, een duim dik, de eene
s’morgens, de andere ’s avonds,
wat ongeveer een rantsoen van
honderd gram moet beteekenen;
een dubbele kom soep, waarvan
het mengsel ons volledig rantsoen
vertegenwoordigde aan aardap-
pelen, aan graan en groenten, en
zelfs, naar het schijnt, aan gehakt
vleesch. En dat was alles, volstrekt
alles.
Het gebeurde soms dat men een-
maal per week enkele lepeltjes
marmelade uitdeelde om op ons
droog brood te smeren. Of ook
nog, in het begin der maand, een
onsje vet of margarine. Maar dit
was een gansch uitzonderlijke
gunst, en, wanneer men niet aan
eenieder zijn rantsoen kon geven
omdat de bevolking van het
kamp te groot was geworden,
werd de uitreiking van het rant-
soentje vet eenvoudig weg volko-
men afgeschaft.
Korten tijd vr mijn aankomst in het
kamp, had men bruusk de uitrei-
king stopgezet van de pakjes eet-
waren van zes kilo, welke de fami-
lieën van de gedetineerden om
de veertien dagen aan de ge-
vangenen te Breendonck moch-
ten sturen, zooals dit ook het ge-
val was voor de gedetineerden in
de gewone gevangenissen en
andere arresthuizen.
(pp. 78 – 79)
Meer dan eens is het gebeurd dat
wij, om onze maagkrampen te
bedaren, ons plat op den buik uit-
strekten en gras aten, zooals her-
kauwers in de weide. Doch wee
hem die in deze houding van gra-
zend dier door de schildwachten
werd betrapt! Er werd op hem ge-
mikt met het geweer, hij stond
aangeteekend als « Grünfresser »
(groenvreter) en werd bij den Lui-
tenant aangeklaagd.(p. 81)
De steenen en betonnen brok-
stukken van de buiten gebruik ge-
stelde koepels moesten dienen
voedsel
Dimitri Roden
Johan Puttemans
De kamers, oorspronkelijk bedoeld voor 12 Belgische
soldaten, huisvestten onder de nazi’s 48 kampgedetineerden.
PEDAGOGISCHE FICHE NR 5 BIJ SPOREN VAN HERINNERING EXTRA EDITIE “HET FORT VAN BREENDONK BEZOEKEN”
Klasopdracht (individueel of in groep) of als huistaakPEDAGOGISCHE
TOEPASSING
NAAM
KLAS
SPOREN VAN HERINNERING
is een driemaandelijkse
uitgave van
vzw Auschwitz in Gedachtenis
www.auschwitz.be
ElktrimesterverschijntinSPORENVANHERINNERINGeenpraktischepedagogischetoepassingmetbijhorendefichedieuindeklaskangebruikenenverzamelen
Opmerkingen leerkracht
Ga naar de website www.getuigen.be en klik op Breendonk
In de linkerkolom vind je meerdere getuigenissen in beide landstalen
Opdracht: kies een getuige uit de lijst en zoek in zijn getuigenis op
hoe hij/zij de dwangarbeid/de honger ervaren heeft
- schrijf een korte samenvatting (eventueel in een aantal puntjes)
- vertel individueel (of duid iemand uit jouw groep aan) de getuigenis
aan jouw klasgenoten
Om je te helpen, kun je de geschiedenis van Victor Trido gebruiken. Hij schreef in 1944
het boek Breendonk. Het kamp van de sluipenden dood. In hoofdstuk 7 (Wreedheid en lafheid)
verhaalt hij zijn ervaring met dwangarbeid en in hoofdstuk 13 (De honger) getuigt hij
over hongersnood.
20 SPOREN VAN HERINNERING
klasreflectie 1
Onder de
onderdanigen
Het tragische kampleven van Israël Neumann in Breendonk
‘Hij bevond zich onder de
massa nieuwkomers die bij
een willekeurige razzia in Ant-
werpen waren opgepakt. Hij
was maar zo groot, het was
een dwerg. Hij was zo onder-
danig, verlegen, voorkomend,
ongevaarlijk, onopvallend. Hij
had heel zachte en droeve
ogen. (…) Neumann was al-
leen op de wereld. Tot dusver
had hij de nacht nu eens
doorgebracht op een bank
op een plein, dan weer in de
wachtzaal van een station of
in een ander toevallig onder-
komen. De vaste klanten van
de caféterrassen kenden
hem; voor hen ratelde hij
eenvoudige deuntjes af en
tegen een paar stuivers ver-
kocht hij speeltjes die aan een
stok bengelden.
Wat voor kleren moesten ze
geven aan Neumann de ge-
vangene? Hij was zo klein, zo
klein. Ze verkortten een broek
die tot over zijn hakken viel en
ze dosten hem uit in een jas
waarvan de mouwen tot aan
zijn vingertoppen reikten. Zo
opgetuigd zag hij er grotesk
uit, hij leek wel een circus-
dwerg. Een romp, het uiteinde
van zijn broek en dan meteen
die onwaarschijnlijke schoe-
nen.
“Er sieht aus wie ein Affe.” (Hij lijkt op een aap).
Met deze woorden omschreef de SS’er Prauss de kampgedetineerde Israël Neumann
21
Deze kostganger van Zug I
[kamer] kwam onder de plak
van de beestachtige, weer-
zinwekkende Obler.
Zodra ze aankwamen, kregen
de nieuwkomers een militaire,
op Pruisische leest geschoei-
de opleiding. Maar hoe had
Neumann ooit in de pas kun-
nen lopen? Natuurlijk was hij
de rode lantaarn van het pe-
loton. Hij was zo stuntelig, zo
komisch. Ach, als Vélazquez
hem had kunnen zien! Maar
vergeet niet dat we in Breen-
donk zijn. Hier is geen plaats
voor humor of medelijden.
Hij kreeg op zijn donder en
geen klein beetje! Oorvegen,
schoppen ... Om te laten zien
hoe sterk hij wel was, tilde
Obler hem op en gooide hem
op de grond.
Een propagandadienst kwam
in Breendonk op bezoek. Het
Arbeitslager was een model.
Alles werd op lm vastgelegd.
Die bruten lieten hun botheid
de vrije loop. De dwerg kreeg
het voorrecht om te worden
gelmd aan de zijde van een
skeletachtige, groteske reus.
Zijn kwelling duurde gelukkig
niet lang. Neumann was zo
klein, zo schriel. Hij lag korte
tijd in de ziekenboeg. Als je
hem op zijn ziekbed zag lig-
gen, kon je in de uitsnijding
van zijn hemd een rijkelijk be-
haarde, magere borstkas zien.
“Er sieht aus wie ein Affe.” Hij
ziet eruit als een aap, zei de
luitenant grinnikend toen hij
voorbij het lijkje liep. Dat was
de enige grafrede voor (…)
Neumann.’
Jacques OCHS, Breendonk. Bagnards
et bourreaux, Brussel, 1947, 42-43.
Israël Neumann, op 23 oktober
1900 geboren in het Poolse Nisko,
was inderdaad klein van gestalte
en volgens sommigen eenvoudig
van geest, zoals ook blijkt uit zijn
immigratieche in Ellis Island (New
York) in 1921. Hij was zijn ouders
naar de Verenigde Staten ge-
volgd en om een nog onbeken-
de reden kwam hij terug naar
Europa. In 1927 kwam hij in België
aan. Hij vestigde zich in Antwer-
pen, waar hij leurder werd en
speeltjes verkocht. Hij werd trou-
wens door de politie aangehou-
den, want om te overleven had
hij het aangedurfd chocolade te
verkopen ... Volgens een ander
politieverslag ontbeet hij in het
restaurant van de Innovation,
maar hij had geen geld op zak.
Hij verklaarde dat hij honger had
en dat hij het geld zou terugbe-
talen. Het tijdstip waarop hij werd
gearresteerd is niet bekend; op
10 oktober 1940 werd hij simpel-
weg als vermist opgegeven.
Maar vermist was hij niet, want hij
was in Breendonk. Daar werd hij
ingedeeld in slaapzaal nr 1, on-
der toezicht van Walter Obler.
Die dokwerker, voorgesteld als
een oerkracht, was een geduch-
te slaapzaalbaas; hij stond op
orde en de bedden moesten
altijd ‘netjes opgemaakt’ zijn.
Maar daar was Neumann hele-
maal niet toe in staat en het re-
gende dan ook slagen. Op 13
juni 1940 kwam Otto Kropf, een
fotograaf van de propaganda-
dienst van het Duitse leger, naar
Breendonk. Daarvan getuigen
een dertigtal foto’s, waarop
Neumann vaak te zien is. Dacht
de fotograaf misschien dat hij
hier te maken had met een
schoolvoorbeeld van de Jude?
Vond hij het grappig om te zien
hoe hij samen met zijn lotgenoot
Abraham Feldberg soepketels
moest dragen die duidelijk veel
te groot voor hen waren? Wat er
ook van zij, het verhaal loopt
tragisch af, want op 24 juli 1941
overleed Israël Neumann.
Olivier Van der Wilt
Conservator Fort van Breendonk
Vertaald door Gorik de Henau
Ethische reecties:
Tijdens het bezoek aan het Fort van
Breendonk zullen verhalen verteld wor-
den door de gids aangaande wrede
pesterijen. Kampgedetineerden werden
niet enkel opgesloten, zij waren vaak
slachtoffer van een onmenselijk pestge-
drag!
Denk eens na over de volgende vra-
gen:
- Tot welk punt reikt (een) menselijkheid?
- Wat laat een mens toe een andere
mens als minderwaardig te beschou-
wen?
- Hoe kon minderwaardig gedrag te-
genover van andere personen zo hoog
prijken onder een dictatoriaal regime?
Bespreek dit klassikaal met de mede-
leerlingen alvorens het Fort te bezoeken.
Tevens kan over de vragen nogmaals
nagedacht worden na het bezoek!
Johan Puttemans
Ook de racistische jodenwaanzin
betreffende de haviksneus moest
“bewezen” worden in het
Auffanglager Breendonk
22 SPOREN VAN HERINNERING
klasreflectie 2
De Brusselse
postbodes uit
Kamer 7:
verzetslieden
in het
Fort
van
Breendonk
Ethische reecties:
- Indien wij “zich verzetten” veroorde-
len als iets ongehoord, waarom kun-
nen we dan nu de Brusselse postbodes
(verzetslui) als helden beschouwen?
- Vanaf welk ogenblik of gebeurtenis
wordt verzet veroorloofd?
- Is verzet steeds een heldendaad?
- Heeft kameroverste Hermans (die
collaboreerde met de bezetter) zijn
verdiende loon gekregen?
Johan Puttemans
Lawrence Van Haecke
p 1 september 1942 be-
landen niet minder dan
38 Brusselse postbodes
in het Fort van Breendonk. Tijdens
de daaropvolgende maanden
volgen nog negen van hun col-
lega’s. Deze postmannen plegen
geen aanslagen, maar zijn moe-
dig genoeg om de bezetter zo-
veel als mogelijk binnen de gren-
zen van hun beroep te dwarsbo-
men. Zo werken ze niet mee aan
de Duitse censuur, onderschep-
pen ze brieven van verklikkers en
verspreiden ze bladen van de
clandestiene pers.
Wijzend naar de doodskop op zijn
kepie, zegt SS’er Fernand Wyss te-
gen de postmannen tijdens hun
verblijf: “Geen facteurke komt
hier nog buiten”. Ze betalen inder-
daad een zware prijs voor hun
verzetsdaden. Eén van hen wordt
op 12 december 1942 gefusilleerd
als gijzelaar. Vijf postbodes ster-
ven tussen 12 december 1942 en
3 januari 1943 door ontbering en
mishandelingen; acht postbodes
worden richting Duitsland gede-
porteerd. De overige 34 worden
tussen november 1942 en juni
1943 vrijgelaten. Allen zijn sterk
vermagerd.
De postbodes verblijven in Zug 7.
Hun kameroverste is beroepsmili-
tair René Hermans. De sergeant
wordt opgesloten als lid van het
fascistische Nationaal Legioen.
Oprichter Paul Hoornaert bewon-
dert Mussolini, maar is hevig anti-
Duits. Zijn Nationaal Legioen
treedt daarom toe tot het verzet.
Hermans is vriendelijk tegen de
postbodes in het begin en vraagt
hen naar hun verzetsdaden. Al
snel begrijpen de Brusselse post-
mannen dat hun kameroverste al-
les aan de SS’ers doorvertelt. Dit
stelt hen bloot aan bijkomende
straffen en mishandelingen. Her-
mans slaat “zijn” gevangenen ge-
regeld en jaagt hen onophoude-
lijk op tijdens het werken op de
werf.
René Hermans wordt in november
1942 gedeporteerd nadat zijn
handeltje in tabak en sigaretten
ontdekt wordt. Ook in de concen-
tratiekampen van Mauthausen,
Buchenwald en Dora schopt
René Hermans het tot kamerover-
ste of ploegbaas. Op het proces
van de beulen van Breendonk
krijgt hij de doodstraf, omdat zijn
verklikkingen tot de dood van vijf
postbodes onder zijn hoede lijden.
Op 12 april 1947 wordt hij eerst ge-
degradeerd en daarna gefusil-
leerd in de Delobbekazerne in
Mechelen.
O
©Allerechtenvoorbehouden
De lichamelijke staat van de Brusselse
postbode François Vanderveken
getuigt van de gruweldaden
door de nazis.
23
wist je dat... 1
...één op
de twee
gevangenen
van Breendonk
de oorlog
niet overleeft?
n de loop van de
Tweede Wereldoorlog
belanden er ongeveer
3 600 gevangenen in het Auf-
fanglager Breendonk. De SS ziet
het fort echter niet als een deni-
tieve opsluitingsplaats voor de vij-
anden van het Derde Rijk. Dit is
een doorgangskamp. Dit ver-
klaart de korte gemiddelde op-
sluitingsduur in het fort: drie maan-
den. De meeste gevangenen
worden gedeporteerd naar een
gevangenis, een concentratie-
kamp of een vernietigingscen-
trum.
De SS-leiding laat 489 van de 3 591
gekende gevangenen nog tij-
dens de oorlog vrij. Deze vrijlatin-
gen zijn vaak het gevolg van het
beleid van het militair bezettings-
bestuur dat er eind 1941 voor ijvert
om bepaalde ‘lichte gevallen’ in
vrijheid te stellen, zoals personen
wier enige vergrijp het overtreden
van de avondklok of een andere
Duitse verordening is. Veel vrijge-
latenen zijn Joden, maar een
aantal onder hen wordt later op-
nieuw opgepakt en belandt via
de Dossinkazerne in Auschwitz.
Een vijftal gevangenen slaagt er
wel in om het fort te ontvluchten.
301 gevangenen van het Auf-
fanglager overlijden tijdens hun
gevangenschap in Breendonk.
23 gevangenen worden op de
executieplaats opgehangen na
een terdoodveroordeling door
een Duitse militaire rechtbank.
184 gevangenen belanden als
‘gijzelaars’ voor het executiepelo-
ton. Hun dood is een represaille
voor dodelijke aanslagen van het
verzet tegen Duitse militaire doel-
witten. De overige 94 gevange-
nen overlijden door hun gevan-
genschap. Hun doodsoorzaak
gaat van ziekte, ontbering en ver-
hongering tot mishandeling en
moord. Het eerste slachtoffer valt
op 17 februari 1941: de 62-jarige
Julius Nathan wordt het slachtof-
fer van het harde werktempo en
de steeds strengere werkdisci-
pline. De overige gevangenen
(bijna 2 800) worden gedepor-
teerd. Bijna 1 580 van hen vertrek-
ken vanuit het station van Wille-
broek rechtstreeks naar een con-
centratiekamp. Een eerste depor-
tatiekonvooi gaat op 22 septem-
ber 1941 met 105 gevangenen
richting Neuengamme. Slechts
twintig van hen zullen het oorlog-
seinde halen. De eerste evacua-
tie van het fort op 6 mei 1944 leidt
tot de meest omvangrijke depor-
tatie. Een goederentrein vervoert
dan 638 gevangenen naar Bu-
chenwald. 361 van hen zullen de
oorlog overleven.
We kennen met zekerheid het lot
van 3 465 gevangenen uit het
Auffanglager Breendonk aan het
eind van de oorlog (april – mei
1945). 1 723 van hen zijn dan nog
in leven… maar voor 1 742 gevan-
genen is het dan al te laat.
Voor velen ligt de basis van hun
dood in hun verzwakking tijdens
hun verblijf in Breendonk. De
harde dwangarbeid en onmense-
lijke ontberingen doen de rest. Het
commando Gusen bij het Oosten-
rijkse concentratiekamp Mau-
thausen houdt een triest record.
Het kent het hoogste aantal over-
leden Breendonkgevangenen:
228 gedeporteerden komen er
om het leven; één pleegt er zelf-
moord.
Er bevinden zich ook 24 Breen-
donkgevangenen onder de 8 000
concentratiekampgevangenen
die op 3 mei 1945 de dood vinden
in de Lübecker Bocht na het bom-
bardement van de RAF op drie
Duitse stoomschepen met gevan-
genen aan boord (Cap Arcona,
Thielbeck en Deutschland IV).
Ook de ellenlange dodenmarsen
eisen slachtoffers.
I
Lawrence Van Haecke
©Allerechtenvoorbehouden
‘Ik ben door die luitenant geslagen omdat hij vond dat ik niet voldoende ziek was (...)’
Getuigenis van René Bauduin. (Nefors, p.123)
24 SPOREN VAN HERINNERING
wist je dat... 2
... er 23 verdachten
verschijnen voor de
krijgsraad wegens
misdrijven gepleegd
in het
SS-Auffanglager?
Lawrence Van Haecke
en dient daarom een genade-
verzoek in. Een jaar eerder – na
de terechtstelling van kamp-
commandant Philipp Schmitt –
heeft de Belgische regering be-
slist om geen doodstraffen meer
uit te voeren en in levenslange
hechtenis om te zetten. Wanneer
dit gebeurt voor Richard De Bodt
in 1952, leidt dit tot enorm veel
protest bij de bevolking. Gedane
zaken nemen echter geen keer.
Uiteindelijk overlijdt Richard De
Bodt begin januari 1975 in de
gevangenis van Sint-Gillis.
verlaagt de koning na een gra-
tieverzoek van twee terdoodver-
oordeelden hun straf tot levens-
lange hechtenis.
Op 12 april 1947 vindt de terecht-
stelling van alle behalve twee
terdoodveroordeelden plaats.
Deze uitzonderingen werden een
jaar eerder “bij verstek” veroor-
deeld, d.w.z. in afwezigheid. In
1944 vond kameroverste Valère
De Vos reeds de dood in het
concentratiekamp van Buchen-
wald. Hij werd er door voormalige
medegevangenen uit het Fort
van Breendonk vermoord voor
zijn beestachtig gedrag als ka-
meroverste. Nadat zijn dood
bewezen wordt, trekt het gerecht
zijn terdoodveroordeling terug in.
SS’er Richard De Bodt is de
tweede uitzondering. Hij verliet
België op tijd en verblijft in Duits-
land onder de valse naam
“Richard Verstraeten”. Hij wil met
zijn vrouw en zoon terugkeren
naar België. Wanneer hij in Duits-
land een reispas aanvraagt, ont-
dekken de Belgische autoriteiten
wie hij werkelijk is. Uiteindelijk
wordt De Bodt eind 1951 gerepa-
trieerd vanuit de Franse bezet-
tingszone in Duitsland.
Hij kan geen beroep aantekenen
tegen zijn terdoodveroordeling
vendien 167 keer vrijwillige slagen
en verwondingen – waarvan
113 keer met blijvende letsels tot
gevolg. Zijn al even beruchte
kompaan Richard De Bodt moet
maar weinig voor Wyss onder-
doen: 6 moorden en 4 keer
doodslag en 125 keer vrijwillige
slagen en verwondingen. Een
ander voorbeeld is kameroverste
Walter Obler. Deze Joodse
communist pleegt 10 moorden
en 16 keer vrijwillige slagen en
verwondingen tijdens zijn gevan-
genschap. Daarnaast velt de
krijgsraad in Mechelen ook de
doodstraf voor elf andere be-
klaagden. Vier anderen krijgen
levenslange hechtenis, één
20 jaar buitengewone hechtenis
en één 15 jaar gewone hechte-
nis. Kameroverste Henri Van Borm
tenslotte wordt vrijgesproken.
Het Krijgshof bevestigt op
17 oktober 1946 alle vonnissen
waartegen in beroep werd ge-
gaan. Nadat het Hof van Cassa-
tie het cassatieberoep verwerpt,
Na de Tweede Wereldoorlog
gebeurt de bestrafng van col-
laboratie in België door het mili-
tair gerecht. De “beulen van
Breendonk” moeten in 1946 ver-
schijnen voor de krijgsraad van
Mechelen. Er zijn drie groepen
verdachten.
Ten eerste staan veertien Vlaam-
se SS’ers terecht. Het lidmaat-
schap bij de SS levert hen een
aanklacht op wegens militaire en
politieke samenwerking met de
vijand. De meeste SS’ers staan
ook terecht voor vrijwillige slagen
en verwondingen, en zes van
hen voor moord of doodslag. Ten
tweede had je drie burgerarbei-
ders die voor een royaal loon
vrijwillig in het Fort van Breendonk
kwamen werken. Daarom staan
zij terecht voor politieke samen-
werking met de vijand. Het trio
wordt ook verdacht van het ver-
klikken van gevangenen aan de
SS.
Tot slot zijn er zes voormalige
kameroversten. De SS stelde in
elke kamer van het Fort een ge-
vangene aan als kameroverste.
Hij was verantwoordelijk voor de
orde in de kamer en de voedsel-
bedeling. Hij kon proberen om
zijn medegevangenen zoveel
mogelijk te beschermen of hij
koos de kant van de SS en werd
zo een ware terreur in de kamer.
Zes gevangenen krijgen door hun
machtsmisbruik als kameroverste
de aanklacht van politieke sa-
menwerking met de vijand aan-
gesmeerd. Allen worden ze ver-
dacht van vrijwillige slagen en
verwondingen; een aantal onder
hen van moord en doodslag.
Onder grote belangstelling start
op 5 maart 1946 het “proces van
Mechelen”. Eerste substituut-
krijgsauditeur Hallemans van het
Mechelse krijgsauditoraat vordert
voor twintig verdachten de
doodstraf. Twee SS’ers krijgen
een lichte strafvordering en ka-
meroverste Van Borm een vorde-
ring van vijf jaar gevangenis.
Het vonnis valt op 7 mei 1946. Vijf
verdachten worden onder meer
ter dood veroordeeld voor
moord en/of doodslag. De be-
ruchte SS’er Fernand Wyss heeft
11 moorden en 5 keer doodslag
op zijn geweten, en pleegt bo-
PEDAGOGISCHE FICHE NR 6 BIJ SPOREN VAN HERINNERING EXTRA EDITIE “HET FORT VAN BREENDONK BEZOEKEN”
Klasopdracht (individueel of in groep) of als huistaakPEDAGOGISCHE
TOEPASSING
NAAM
KLAS
SPOREN VAN HERINNERING
is een driemaandelijkse
uitgave van
vzw Auschwitz in Gedachtenis
www.auschwitz.be
ElktrimesterverschijntinSPORENVANHERINNERINGeenpraktischepedagogischetoepassingmetbijhorendefichedieuindeklaskangebruikenenverzamelen
Opmerkingen leerkracht
Ga naar de website www.auschwitz.be en klik op de link Pedagogie
Daar vind je de tekst weer De beulen van Breendonk
Opdracht: lees de verhalen van enkele beulen die in het Auffanglager Breendonk actief waren.
Aldus zal je beter begrijpen met welke ingesteldheid sommige bewakers daar te
werk gingen en zal je eveneens beter de rondleiding vatten.
Als klasopdracht kunnen de SS’ers klassikaal gepresenteerd worden door de
leerlingen aan hun medeleerlingen.
Je hebt de keuze uit de Belgische SS’ers:
- Fernand Wyss
- Richard De Bodt
- Eugène Raes
- Marcel De Saffel
- Robert Baele
Maar tevens kan gebruik gemaakt worden van enkele Duitse SS’ers:
- Philipp Schmitt
- Arthur Prauss
- Johann Kantschuster
Eventueel kan ook geput worden uit de getuigenissen van de
overlevenden (zie www.getuigen.be)
26 SPOREN VAN HERINNERING
VARIA
Nationaal Gedenkteken van het
Fort van Breendonk
Brandstraat 57
B-2830 WILLEBROEK
Openingsuren:
Het Fort van Breendonk is zeven
dagen op zeven open
- van 1 september t.e.m. 30 juni:
09u30 – 17u30
(laatste toegang: 16u30)
- van 1 juli t.e.m. 31 augustus:
10u00 – 18u00
(laatste toegang: 17u00)
Het Fort van Breendonk is gesloten
op:
- 1 januari, 24 en 25 december
- de dag van de jaarlijkse bede-
vaart (gewoonlijk een woensdag
in de tweede helft van september)
Toegangsprijzen:
- € 11: individueel
- € 10: 6 tot 18 jaar, 65-plussers (op
vertoon van identiteitskaart), stu-
denten (op vertoon van studen-
tenkaart) en groep vanaf 10 per-
sonen buiten schoolverband.
- € 4: leerlingen in schoolverband,
begeleid door de leerkracht(e)
[reservatie gids is verplicht]
Betalingsmogelijkheden:
Contant, Visa of Bancontact
Pedagogische ondersteuning:
- Audiogids: individuele bezoekers
krijgen een audiogids mee.
- Gidsbeurt: gegidste bezoeken
vereisen een reservatie. Een gids
(één gids per groep van maximum
dertig personen) dient minstens
een week op voorhand geboekt
worden via de reservatiedienst.
Telefoon: +32 (0)3/860.75.24
E-mail:
booking@breendonk.be
Internet:
http://www.breendonk.be/NL/in-
dex.asp?ID=Reservation
Bereikbaarheid:
- met de wagen of bus: het Fort
van Breendonk is bereikbaar via
de autosnelwegen A12 of E17.
Er is mogelijkheid tot parkeren voor
het onthaal (privé-wagens en bus-
sen). De parking is gratis.
Het Gedenkteken beschikt over
twee voorbehouden parkeer-
plaatsen voor mindervalide perso-
nen (gelieve u bij de balie te mel-
den).
- met de trein: het station van Wil-
lebroek ligt op 20 minuten wandel-
afstand.
Raadpleeg www.nmbs.be
- met de openbare bus: de dichtst
bijgelegen bushalte is ‘Willebroek-
Fort Breendonk’.
Raadpleeg www.delijn.be
Seminaries voor zelfgidsen:
Indien er voldoende aanmeldin-
gen zijn, dan organiseert het Fort
van Breendonk een seminariedag
voor leerkrachten, zodat ze hun
klas zelf kunnen gidsen. Contac-
teer voor meer informatie de reser-
vatiedienst.
Tentoonstellingen:
Vanaf het najaar van 2017 be-
schikt het Nationaal Gedenkteken
over een vernieuwde interactieve
zaal “Ik ben geen nummer” met
ge-update informatie over alle ge-
vangenen van het Auffanglager.
Daarnaast openen er twee ruimtes
van de Jodenbarakken met gede-
tailleerde informatie over de
Shoah en het lot van de Joodse
gevangenen die in het fort opge-
sloten werden. Tot slot staat er
vanaf dan een nieuw herdenkings-
bord op de executieplaats, met
daarnaast nog een fotogalerij van
de in het fort overleden gevange-
nen.
De vzw Auschwitz in Gedachtenis
biedt tevens reizende tentoonstel-
lingen aan die door een school
geleend kunnen worden.
Voor meer informatie, contacteer:
georges.boschloos@auschwitz.be
Een paar
praktische
tips
27
Een conferentie ter voorbereiding
van een bezoek
De gemotiveerde leerkracht(e)
kan ter voorbereiding van een
bezoek aan een (concentra-
tie)kamp, zoals bij voorbeeld aan
het voormalige Auffanglager
Breendonk, de hulp inroepen van
de vzw Auschwitz in Gedachte-
nis. Zij biedt kosteloos conferen-
ties aan ter voorbereiding van
dergelijk bezoek. Een medewer-
ker komt, op maat van de leer-
lingen, een lezing geven die het
bezoek een sterke achtergrond
geeft.
De vzw Auschwitz in Gedachtenis
biedt meerdere klasconferenties
aan, maar twee komen in aan-
merking voor een bezoek aan
het Fort van Breendonk:
1) De Shoah in België
2) Concentratiekamp versus
moordcentrum, een wereld van
verschil.
Practische informatie:
Contact
info@auschwitz.be
Prijs
Kosteloos (zowel de
conferentie als de
verplaatsingskosten)
Duur
2 lesuren
(liefst blokuren)
Didactische tool
PowerPointpresentatie
Conferenties bereiden hedendaagse leerlingen voor op
een bezoek aan het voormalige Auffanglager Breendonk.
Voorbereide leerlingen kunnen
makkelijker de onderliggende
betekenis achter de in
Breendonk begane gruweldaden
vatten.
SPOREN VAN HERINNERING28
vzw Auschwitz in Gedachtenis
Stichting Auschwitz
Wolstraat 17/Bus 50 - 1000 Brussel
Tel.: 02/5127998
Fax: 02/5125884
info@auschwitz.be
www.auschwitz.be
CONTACTGEGEVENS
Eindredactie: Henri Goldberg
Hoofdredactie: Frédéric Crahay, Johan Puttemans
Redactiesecretaris: Georges Boschloos
Redactiecomité: Dirk Lagast, Marjan Verplancke,
Dimitri Roden, Yves Monin, Jean Cardoen
Graficus: Georges Boschloos
Drukker: EVM Print
Met steun van:
varia
Bibliografie &
Internetsites
P. Buch, R. Linthout, F. Selleslagh, Breendonk, het begin, Studie- en
Documentatiecentrum Oorlog en Hedendaagse Maatschappij (SOMA),
1997.
James M. Deem, De gevangenen van Breendonk. Persoonlijke
getuigenissen uit een SS-kamp, Horizon, 2015.
Patrick Nefors, Breendonk 1940 – 1945 De geschiedenis, De Standaard,
2004.
Frans Fischer, De hel van Breendonk, herinneringen, Labor, 1945.
Edgard Marbaix, Breendonk de dood, De Myttenaere, 1944.
Israel J. Rosengarten, Overleven. Relaas van een zestienjarige Joodse
Antwerpenaar. Breendonk, Auschwitz III, Buchenwald, C. De Vries-
Brouwers, 1996.
Victor Trido, Het kamp van den sluipenden dood, Breendonk, Dupuis,
1944.
Jos Vander Velpen, En wat deed mijn eigen volk? Breendonk, een
kroniek, EPO, 2003.
Mark Van den Wijngaert, Tine Jorissen, Dimitri Roden, Auffanglager
Breendonk 1940 - 1944: de gevangenen van Breendonk; gedenkboek,
National Gedenkteken van het Fort van Breendonk, 2012.
H. Verreydt, Uit het dossier Breendonk, NKB Vlaams Brabant, 1996.
www.breendonk.be
www.jamesdeem.com
www.getuigen.be
https://www.ushmm.org/wlc/en/article.php?ModuleId=10005423
Hoewel ontstaan aan het begin
van de 20ste eeuw als onderdeel
van de militaire verdedigingsgor-
del rond Antwerpen, is het fort van
Breendonk vooral bekend gewor-
den vanwege zijn gebruik door de
Duitse bezetter als gevangenen-
kamp voor Joden en politieke ge-
vangenen. Via tal van activiteiten
helpt de vzw Vrienden van Fort
Breendonk mee aan het in stand
houden en promoten van deze
belangrijke historische site in bin-
nen- en buitenland en dit met bij-
zondere aandacht voor zijn actu-
ele betekenis. Wenst u ons te steu-
nen in het uitvoeren van deze
belangrijke missie, word dan
Vriend(in) en geniet van voorde-
len op de activiteiten van onze
vereniging! Kijk voor meer info op
onze website of neem contact op
via vrienden.amis@breendonk.be
www.vriendenfortbreendonk.be
Alle foto’s: ©Vzw Auschwitz in Gedachtenis/Georges Boschloos (behalve waar anders vermeld)
3Nr 25 - SEPTEMBER 2017
Boekvoorstelling op
19 november 2017:
Tadeusz
Pankiewicz
Apotheker in het getto
van Krakau
Rony R. Boonen
Info:
georges.boschloos@auschwitz.be
Op dinsdag 28 november 2017 or-
ganiseren onderzoeksgroepen
CLIV (Centrum voor Literatuur in
Vertaling – UGent en VUB), CERES
(Centre for Reception Studies – KU
Leuven) en CMSI (Cultural Me-
mory Studies Initiative – UGent) sa-
men met de Stichting Auschwitz
een symposium over ‘Getuigenis
in vertaling’. Het symposium zal
plaatsvinden aan de vakgroep
Vertalen, Tolken en Communica-
tie van de Universiteit Gent, en
verloopt deels in het Nederlands
en deels in het Frans.
Het opzet van deze dag is om het
belang, de impact en de ethische
dimensie van vertaling te onder-
zoeken voor literaire en niet-lite-
raire getuigenissen uit de 20e en
21e eeuw. Er is aandacht voor
narratieven van vlucht en verdrij-
ving in de context van oorlog of
etnische zuivering, slavernij, poli-
tieke gevangenschap onder dic-
taturen, en onderdrukking in post-
koloniale contexten.
Symposium
Getuigen in vertaling
Studiereis
In het Spoor
van de Shoah
in Polen
Vzw Auschwitz in Gedachtenis
pakt sinds 2014 uit met een unieke
studiereis:
gedurende 8 dagen trekken wij
van de voormalige getto’s in Po-
len, langsheen de deportatieplek-
ken, naar de uitroeiingscentra
waar de Shoah zijn volledige be-
tekenis krijgt. Deze studiereis die
doorgaat van 6 tot 13 augustus
2018 is op een logische en chro-
nologische wijze opgebouwd en
wordt ondersteund door talrijke
kaarten, archieffoto’s en getuige-
nissen. De groepen zijn beperkt tot
25 deelnemers. Inschrijven kan tot
eind november.
Info en (gratis) inschrijven:
Anneleen.Spiessens@UGent.be
Info:
georges.boschloos@auschwitz.be
Tadeusz Pankiewicz (1908-1993)
werd, als Poolse staatsburger en
apotheker, vanaf de eerste dag
van de oprichting van het getto
de enige niet-Joodse inwoner er-
van. Aanvankelijk slaagde hij erin
om aan de aandacht van de
nazi’s te ontsnappen, maar later
wilde de bezetter, hem met alle
macht uit het getto verwijderen.
Als eigenaar van de apotheek
deed hij dan ook alles wat in zijn
macht lag om de beslissingen van
de Duitse overheid steeds op-
nieuw uit te stellen. Hij slaagde in
zijn opzet en was dus al die tijd ge-
tuige van de meest gruwelijke mis-
daden tegen de weerloze Joodse
bevolking. Samen met zijn mede-
werksters Irena, Helena en Aurelia
stond hij dag én nacht ten dienste
van de lijdende Joodse bevol-
king. In alle stilte schreef hij wat al-
les op wat er in het getto ge-
beurde: de razzia ’s of Aktionen,
de vernederingen, de misdaden
tegen de menselijkheid en de
dagdagelijkse strijd om te overle-
ven. Nauwkeurig noteerde hij de
namen van de collaborateurs, de
verraders en de opportunistische
medewerkers van de nazi’s, van
de slachtoffers en van hun beu-
len. In 1947 schreef hij zijn herinne-
ringen op. In het getto was de
apotheek uitgegroeid tot een
écht toevluchtsoord waar de be-
woners dag en nacht hun verhaal
kwijt konden. Vele slachtoffers
hebben er dan ook bij hem op
aangedrongen om hun kroniek
op te schrijven, om te getuigen
van wat er allemaal was gebeurd.
Voor dit boek slaagde de auteur
erin nog enkele laatste getuigen
over Tadeusz te interviewen.
SPOREN VAN HERINNERING - nr 25 - SEPTEMBER 20174
vzw Auschwitz in Gedachtenis
Stichting Auschwitz
Wolstraat 17/Bus 50 - 1000 Brussel
Tel.: 02/5127998
Fax: 02/5125884
info@auschwitz.be
www.auschwitz.be
CONTACTGEGEVENS
Eindredactie: Henri Goldberg
Hoofdredactie: Frédéric Crahay, Johan Puttemans
Redactiesecretaris: Georges Boschloos
Redactiecomité: Dirk Lagast, Marjan Verplancke,
Dimitri Roden, Yves Monin, Jean Cardoen
Graficus: Georges Boschloos
Drukker: EVM Print
Met steun van:
varia
Sinds 1 mei 2017 maakt het natio-
naal Gedenkteken van het Fort
van Breendonk deel uit van het
War Heritage Institute. Het War
Heritage Institute (WHI) heeft als
missie het valoriseren van het Bel-
gische militaire erfgoed en de her-
innering aan de gewapende con-
icten op Belgisch grondgebied
of die conicten met inzet van
Belgen in het buitenland. Deze
missie houdt het beheer, het ver-
werven en de restauratie van col-
lectiestukken, documenten en im-
materiële getuigenissen in voor
de periode vanaf de middeleeu-
wen tot heden. Het WHI beheert
en coördineert een netwerk van
uitzonderlijke musea en militaire si-
tes. Het WHI staat voor een multi-
disciplinaire interpretatie door
deze sites te kaderen in hun mili-
taire, politieke, technologische,
economische, sociale en cultu-
rele context. Bij deze missie hoort
eveneens het doorgeven van de
herinnering aan deze gewa-
pende conicten via creatieve en
stimulerende initiatieven gericht
op verschillende doelgroepen.
Tot slot voert het WHI op interna-
tionaal niveau wetenschappelijk
onderzoek naar militaire geschie-
denis en erfgoed.
Vormingsdag
voor
leerkrachten
Meer info op:
www.warheritage.be
Tijdens deze kosteloze stu-
diedag wordt ingegaan op
de techniciteit van de
Shoah. In detail wordt het
geheel van de gruwelda-
den ontleed zodat leer-
krachten, ongeacht welk
vak ze onderwijzen en ge-
wapend met technische ar-
gumenten, lessen en soms
moeilijke klasdiscussies kun-
nen trotseren aangaande
de judeocide.
Meer info:
johan.puttemans@auschwitz.be

More Related Content

Similar to Een herinneringsplek bezoeken

Final Verslag Projectwerk Gaety_Mayimona
Final Verslag Projectwerk Gaety_MayimonaFinal Verslag Projectwerk Gaety_Mayimona
Final Verslag Projectwerk Gaety_MayimonaGaety Mayimona
 
Hilde Schoefs. Heemkunde en 'verjonging'.
Hilde Schoefs. Heemkunde en 'verjonging'.Hilde Schoefs. Heemkunde en 'verjonging'.
Hilde Schoefs. Heemkunde en 'verjonging'.
Heemkunde Vlaanderen
 
Opdrachtsfiche omgevingsonderwijs
Opdrachtsfiche omgevingsonderwijsOpdrachtsfiche omgevingsonderwijs
Opdrachtsfiche omgevingsonderwijs
ManonSoenen1
 
Opdrachtsfiche omgevingsonderwijs
Opdrachtsfiche omgevingsonderwijsOpdrachtsfiche omgevingsonderwijs
Opdrachtsfiche omgevingsonderwijs
ManonSoenen1
 
Herinneringspark 2014-2018 (Tony Van Nuffelen)
Herinneringspark 2014-2018 (Tony Van Nuffelen)Herinneringspark 2014-2018 (Tony Van Nuffelen)
Herinneringspark 2014-2018 (Tony Van Nuffelen)
Onroerend Erfgoed
 
1 Sw Inleiding Scw 1ste Les
1 Sw Inleiding Scw 1ste Les1 Sw Inleiding Scw 1ste Les
1 Sw Inleiding Scw 1ste Les
Wannes Mingels
 
2011 handige workshops voor S.O.
2011  handige workshops voor S.O.2011  handige workshops voor S.O.
2011 handige workshops voor S.O.Stephan Matenaar
 
Presentatie Infomoment 'Leerreis kruispuntpraktijken in Berlijn'
Presentatie Infomoment 'Leerreis kruispuntpraktijken in  Berlijn'Presentatie Infomoment 'Leerreis kruispuntpraktijken in  Berlijn'
Presentatie Infomoment 'Leerreis kruispuntpraktijken in Berlijn'
Socius - steunpunt sociaal-cultureel werk
 
Opdrachtfiche_omgevingsboek_Daan_Hooreweghe
Opdrachtfiche_omgevingsboek_Daan_HoorewegheOpdrachtfiche_omgevingsboek_Daan_Hooreweghe
Opdrachtfiche_omgevingsboek_Daan_Hooreweghe
DaanHooreweghe
 
Educatief pakket: De Zee
Educatief pakket: De ZeeEducatief pakket: De Zee
Educatief pakket: De Zee
StefanieHerregat
 
Opdrachtfiche omgevingsboek de stadsomwalling van dendermonde
Opdrachtfiche omgevingsboek de stadsomwalling van dendermondeOpdrachtfiche omgevingsboek de stadsomwalling van dendermonde
Opdrachtfiche omgevingsboek de stadsomwalling van dendermonde
MarionMerckx
 
Opdrachtfiche omgevingsboek
Opdrachtfiche omgevingsboekOpdrachtfiche omgevingsboek
Opdrachtfiche omgevingsboek
BrittVandekerkhove
 
Culture Planologie Dudok Hilversum
Culture Planologie Dudok HilversumCulture Planologie Dudok Hilversum
Culture Planologie Dudok Hilversum
haraldschole
 
WOI in de kijker. Verras je publiek (27/11/2015): Inspiratiegids erfgoed
WOI in de kijker. Verras je publiek (27/11/2015): Inspiratiegids erfgoedWOI in de kijker. Verras je publiek (27/11/2015): Inspiratiegids erfgoed
WOI in de kijker. Verras je publiek (27/11/2015): Inspiratiegids erfgoed
Centrum Agrarische Geschiedenis (CAG)
 
Religie en de mist van de geschiedenis
Religie en de mist van de geschiedenisReligie en de mist van de geschiedenis
Religie en de mist van de geschiedenis
MANAvzw
 
Gedicht verzonden. Een literatuurdidactisch model (Janien Benaets)
Gedicht verzonden. Een literatuurdidactisch model (Janien Benaets)Gedicht verzonden. Een literatuurdidactisch model (Janien Benaets)
Gedicht verzonden. Een literatuurdidactisch model (Janien Benaets)
janien
 
Bureaupresentatie HISTORY IMPRESENT
Bureaupresentatie HISTORY IMPRESENTBureaupresentatie HISTORY IMPRESENT
Bureaupresentatie HISTORY IMPRESENT
Manuela Friedrich
 
Academisch Curriculum Vitae - Daan Cremer
Academisch Curriculum Vitae - Daan CremerAcademisch Curriculum Vitae - Daan Cremer
Academisch Curriculum Vitae - Daan CremerDaan Cremer
 
KIES Aanbevelingen MAS in jonge handen
KIES Aanbevelingen MAS in jonge handenKIES Aanbevelingen MAS in jonge handen
KIES Aanbevelingen MAS in jonge handenLOCUS vzw
 
KCE Ine de Laak intro
KCE Ine de Laak introKCE Ine de Laak intro
KCE Ine de Laak introIne de Laak
 

Similar to Een herinneringsplek bezoeken (20)

Final Verslag Projectwerk Gaety_Mayimona
Final Verslag Projectwerk Gaety_MayimonaFinal Verslag Projectwerk Gaety_Mayimona
Final Verslag Projectwerk Gaety_Mayimona
 
Hilde Schoefs. Heemkunde en 'verjonging'.
Hilde Schoefs. Heemkunde en 'verjonging'.Hilde Schoefs. Heemkunde en 'verjonging'.
Hilde Schoefs. Heemkunde en 'verjonging'.
 
Opdrachtsfiche omgevingsonderwijs
Opdrachtsfiche omgevingsonderwijsOpdrachtsfiche omgevingsonderwijs
Opdrachtsfiche omgevingsonderwijs
 
Opdrachtsfiche omgevingsonderwijs
Opdrachtsfiche omgevingsonderwijsOpdrachtsfiche omgevingsonderwijs
Opdrachtsfiche omgevingsonderwijs
 
Herinneringspark 2014-2018 (Tony Van Nuffelen)
Herinneringspark 2014-2018 (Tony Van Nuffelen)Herinneringspark 2014-2018 (Tony Van Nuffelen)
Herinneringspark 2014-2018 (Tony Van Nuffelen)
 
1 Sw Inleiding Scw 1ste Les
1 Sw Inleiding Scw 1ste Les1 Sw Inleiding Scw 1ste Les
1 Sw Inleiding Scw 1ste Les
 
2011 handige workshops voor S.O.
2011  handige workshops voor S.O.2011  handige workshops voor S.O.
2011 handige workshops voor S.O.
 
Presentatie Infomoment 'Leerreis kruispuntpraktijken in Berlijn'
Presentatie Infomoment 'Leerreis kruispuntpraktijken in  Berlijn'Presentatie Infomoment 'Leerreis kruispuntpraktijken in  Berlijn'
Presentatie Infomoment 'Leerreis kruispuntpraktijken in Berlijn'
 
Opdrachtfiche_omgevingsboek_Daan_Hooreweghe
Opdrachtfiche_omgevingsboek_Daan_HoorewegheOpdrachtfiche_omgevingsboek_Daan_Hooreweghe
Opdrachtfiche_omgevingsboek_Daan_Hooreweghe
 
Educatief pakket: De Zee
Educatief pakket: De ZeeEducatief pakket: De Zee
Educatief pakket: De Zee
 
Opdrachtfiche omgevingsboek de stadsomwalling van dendermonde
Opdrachtfiche omgevingsboek de stadsomwalling van dendermondeOpdrachtfiche omgevingsboek de stadsomwalling van dendermonde
Opdrachtfiche omgevingsboek de stadsomwalling van dendermonde
 
Opdrachtfiche omgevingsboek
Opdrachtfiche omgevingsboekOpdrachtfiche omgevingsboek
Opdrachtfiche omgevingsboek
 
Culture Planologie Dudok Hilversum
Culture Planologie Dudok HilversumCulture Planologie Dudok Hilversum
Culture Planologie Dudok Hilversum
 
WOI in de kijker. Verras je publiek (27/11/2015): Inspiratiegids erfgoed
WOI in de kijker. Verras je publiek (27/11/2015): Inspiratiegids erfgoedWOI in de kijker. Verras je publiek (27/11/2015): Inspiratiegids erfgoed
WOI in de kijker. Verras je publiek (27/11/2015): Inspiratiegids erfgoed
 
Religie en de mist van de geschiedenis
Religie en de mist van de geschiedenisReligie en de mist van de geschiedenis
Religie en de mist van de geschiedenis
 
Gedicht verzonden. Een literatuurdidactisch model (Janien Benaets)
Gedicht verzonden. Een literatuurdidactisch model (Janien Benaets)Gedicht verzonden. Een literatuurdidactisch model (Janien Benaets)
Gedicht verzonden. Een literatuurdidactisch model (Janien Benaets)
 
Bureaupresentatie HISTORY IMPRESENT
Bureaupresentatie HISTORY IMPRESENTBureaupresentatie HISTORY IMPRESENT
Bureaupresentatie HISTORY IMPRESENT
 
Academisch Curriculum Vitae - Daan Cremer
Academisch Curriculum Vitae - Daan CremerAcademisch Curriculum Vitae - Daan Cremer
Academisch Curriculum Vitae - Daan Cremer
 
KIES Aanbevelingen MAS in jonge handen
KIES Aanbevelingen MAS in jonge handenKIES Aanbevelingen MAS in jonge handen
KIES Aanbevelingen MAS in jonge handen
 
KCE Ine de Laak intro
KCE Ine de Laak introKCE Ine de Laak intro
KCE Ine de Laak intro
 

More from Dirk Lagast

Leopold II tunnel
Leopold II tunnelLeopold II tunnel
Leopold II tunnel
Dirk Lagast
 
Leopold II tunnel
Leopold II tunnelLeopold II tunnel
Leopold II tunnel
Dirk Lagast
 
De minister die achter de feiten aanloopt
De minister die achter de feiten aanlooptDe minister die achter de feiten aanloopt
De minister die achter de feiten aanloopt
Dirk Lagast
 
Die Rentenfrage
Die Rentenfrage Die Rentenfrage
Die Rentenfrage
Dirk Lagast
 
Les pensions en question
Les pensions en questionLes pensions en question
Les pensions en question
Dirk Lagast
 
Vragen over je pensioen?
Vragen over je pensioen?Vragen over je pensioen?
Vragen over je pensioen?
Dirk Lagast
 
"Miljoenen Duitse gepensioneerden leven in armoede, en in België wil men ook ...
"Miljoenen Duitse gepensioneerden leven in armoede, en in België wil men ook ..."Miljoenen Duitse gepensioneerden leven in armoede, en in België wil men ook ...
"Miljoenen Duitse gepensioneerden leven in armoede, en in België wil men ook ...
Dirk Lagast
 
Pensioenroof
PensioenroofPensioenroof
Pensioenroof
Dirk Lagast
 
"De pensioenen zijn wel betaalbaar"
"De pensioenen zijn wel betaalbaar""De pensioenen zijn wel betaalbaar"
"De pensioenen zijn wel betaalbaar"
Dirk Lagast
 
Le cambrioleur de Boekelberg interpellé en seulement 24h
Le cambrioleur de Boekelberg interpellé en seulement 24hLe cambrioleur de Boekelberg interpellé en seulement 24h
Le cambrioleur de Boekelberg interpellé en seulement 24h
Dirk Lagast
 
Auschwitz bezoeken
Auschwitz bezoekenAuschwitz bezoeken
Auschwitz bezoeken
Dirk Lagast
 
Zoumerprogram 17 van de manne van de platou
Zoumerprogram 17 van de manne van de platouZoumerprogram 17 van de manne van de platou
Zoumerprogram 17 van de manne van de platou
Dirk Lagast
 
Campus Koekelberg: Comenius-site
Campus Koekelberg: Comenius-siteCampus Koekelberg: Comenius-site
Campus Koekelberg: Comenius-site
Dirk Lagast
 
koekelberg, cultuur 2016-2017
koekelberg, cultuur 2016-2017 koekelberg, cultuur 2016-2017
koekelberg, cultuur 2016-2017
Dirk Lagast
 
Zoom op Koekelberg
Zoom op KoekelbergZoom op Koekelberg
Zoom op Koekelberg
Dirk Lagast
 
Boekelberg laat de tanden zien
Boekelberg laat de tanden zienBoekelberg laat de tanden zien
Boekelberg laat de tanden zien
Dirk Lagast
 
Koekelberg: officiële documenten gratis
Koekelberg: officiële documenten gratisKoekelberg: officiële documenten gratis
Koekelberg: officiële documenten gratis
Dirk Lagast
 
Koekelberg: afvalophaling/collecte de vos déchets - 2 jan. 2017
Koekelberg: afvalophaling/collecte de vos déchets - 2 jan. 2017 Koekelberg: afvalophaling/collecte de vos déchets - 2 jan. 2017
Koekelberg: afvalophaling/collecte de vos déchets - 2 jan. 2017
Dirk Lagast
 
Feest van de Vlaamse Gemeenschap
Feest van de Vlaamse Gemeenschap Feest van de Vlaamse Gemeenschap
Feest van de Vlaamse Gemeenschap
Dirk Lagast
 
Feest van de Vlaamse Gemeenschap
Feest van de Vlaamse Gemeenschap Feest van de Vlaamse Gemeenschap
Feest van de Vlaamse Gemeenschap
Dirk Lagast
 

More from Dirk Lagast (20)

Leopold II tunnel
Leopold II tunnelLeopold II tunnel
Leopold II tunnel
 
Leopold II tunnel
Leopold II tunnelLeopold II tunnel
Leopold II tunnel
 
De minister die achter de feiten aanloopt
De minister die achter de feiten aanlooptDe minister die achter de feiten aanloopt
De minister die achter de feiten aanloopt
 
Die Rentenfrage
Die Rentenfrage Die Rentenfrage
Die Rentenfrage
 
Les pensions en question
Les pensions en questionLes pensions en question
Les pensions en question
 
Vragen over je pensioen?
Vragen over je pensioen?Vragen over je pensioen?
Vragen over je pensioen?
 
"Miljoenen Duitse gepensioneerden leven in armoede, en in België wil men ook ...
"Miljoenen Duitse gepensioneerden leven in armoede, en in België wil men ook ..."Miljoenen Duitse gepensioneerden leven in armoede, en in België wil men ook ...
"Miljoenen Duitse gepensioneerden leven in armoede, en in België wil men ook ...
 
Pensioenroof
PensioenroofPensioenroof
Pensioenroof
 
"De pensioenen zijn wel betaalbaar"
"De pensioenen zijn wel betaalbaar""De pensioenen zijn wel betaalbaar"
"De pensioenen zijn wel betaalbaar"
 
Le cambrioleur de Boekelberg interpellé en seulement 24h
Le cambrioleur de Boekelberg interpellé en seulement 24hLe cambrioleur de Boekelberg interpellé en seulement 24h
Le cambrioleur de Boekelberg interpellé en seulement 24h
 
Auschwitz bezoeken
Auschwitz bezoekenAuschwitz bezoeken
Auschwitz bezoeken
 
Zoumerprogram 17 van de manne van de platou
Zoumerprogram 17 van de manne van de platouZoumerprogram 17 van de manne van de platou
Zoumerprogram 17 van de manne van de platou
 
Campus Koekelberg: Comenius-site
Campus Koekelberg: Comenius-siteCampus Koekelberg: Comenius-site
Campus Koekelberg: Comenius-site
 
koekelberg, cultuur 2016-2017
koekelberg, cultuur 2016-2017 koekelberg, cultuur 2016-2017
koekelberg, cultuur 2016-2017
 
Zoom op Koekelberg
Zoom op KoekelbergZoom op Koekelberg
Zoom op Koekelberg
 
Boekelberg laat de tanden zien
Boekelberg laat de tanden zienBoekelberg laat de tanden zien
Boekelberg laat de tanden zien
 
Koekelberg: officiële documenten gratis
Koekelberg: officiële documenten gratisKoekelberg: officiële documenten gratis
Koekelberg: officiële documenten gratis
 
Koekelberg: afvalophaling/collecte de vos déchets - 2 jan. 2017
Koekelberg: afvalophaling/collecte de vos déchets - 2 jan. 2017 Koekelberg: afvalophaling/collecte de vos déchets - 2 jan. 2017
Koekelberg: afvalophaling/collecte de vos déchets - 2 jan. 2017
 
Feest van de Vlaamse Gemeenschap
Feest van de Vlaamse Gemeenschap Feest van de Vlaamse Gemeenschap
Feest van de Vlaamse Gemeenschap
 
Feest van de Vlaamse Gemeenschap
Feest van de Vlaamse Gemeenschap Feest van de Vlaamse Gemeenschap
Feest van de Vlaamse Gemeenschap
 

Een herinneringsplek bezoeken

  • 1. SPOREN nr.25 September 2017 PEDAGOGIE EN GESCHIEDENISOVERDRACHT EEN UITGAVE VAN VZW AUSCHWITZ IN GEDACHTENIS | DRIEMAANDELIJKS NR 25 | JULI - AUGUSTUS - SEPTEMBER 2017 | AFGIFTEKANTOOR: BRUSSEL X | ERKENNINGSNUMMER P 602292 BELGIQUE - BELGIË PP BRUSSEL X 1/9464 Verantwoordelijke uitgever Henri Goldberg vzw Auschwitz in Gedachtenis Wolstraat 17/Bus 50 - 1000 Brussel INLEIDING Een voorbereid bezoek aan het Fort van Breendonk pag. 2 VOORWOORD Waarom (en hoe) een herdenkingsplek als Breendonk bezoeken pag. 3 UITGEDIEPT 1 Het Auffanglager Breendonk 1940-1944 pag. 4 UITGEDIEPT 2 Breendonk na de Tweede Wereldoorlog pag. 9 CHRONOLOGIE VAN BREENDONK pag. 12 PORTFOLIO pag. 14 AUSCHWITZ Joden uit Breendonk om Transport IX naar Auschwitz mogelijk te maken pag. 16 VRAAGSTUK Het dagelijkse leven in Breendonk + pedagogische che pag. 17 KLASREFLECTIE 1 Onder de onderdanigen pag. 20 KLASREFLECTIE 2 De Brusselse postbodes van Kamer 7 pag. 22 WIST JE DAT... 1 ...één op de twee gevangenen uit Breendonk de oorlog niet overleeft? pag. 23 WIST JE DAT... 2 ... er 23 verdachten verschijnen voor de krijgsraad van Mechelen wegens misdrijven gepleegd in het SS-Auffanglager? + pedagogische che pag. 24 VARIA pag. 26 + omslag VAN HERINNERING INHOUDSOPGAVE ©VzwAuschwitzinGedachtenis/GeorgesBoschloos Hoe bezoek je een hedendaagse herinneringsplek met kinderen?
  • 2. 2 SPOREN VAN HERINNERING varia Muziek onder het Derde Rijk Thema 2017: “Een verloren jeugd” Info en reservatie: georges.boschloos@auschwitz.be 9 november 2017 14 u - 20 u Atelier Marcel Hastir Handelsstraat 51 1000 Brussel In november 2016 stelde de vzw Auschwitz in Gedachtenis te Brus- sel een nieuw project voor: de na- middag ‘Muziek in de kampen: Erfgoed en herbeleving’, gevolgd door een concert. Tijdens deze namiddag werd de focus gelegd op het artistieke erf- goed van de muziek die de nazi- kampen overleefd heeft. Er wer- den audiovisuele getuigenissen getoond van overlevenden over het orkest van Auschwitz, de met een Oscar bekroonde documen- taire The Lady of Number 6 over Alice Herz-Sommer, de pianiste van Theresienstadt en er waren le- zingen door Dhr Herman Van Dor- mael, ere-conservator van het Kasteel van Gaasbeek en door Dhr. Olivier Opdebeeck, directeur van de Maîtrise de Caen. De dag werd afgesloten met een concert door Helios Azoulay die er samen met zijn Ensemble de Musique In- cidentale de muziek uit hun CD …même à Auschwitz bracht. Vzw Auschwitz in Gedachtenis besloot om van dit project een jaarlijks gebeuren te maken en stelt de tweede editie voor op 9 november 2017. Het programma bestaat dit jaar uit een artistieke lezing over Janusz Korzcak, ge- bracht door de actrice Mevr. Mieke Felix, gevolgd door een ge- lmde voorstelling van het opera Brundibár en een lezing door Dr. Naliwajek-Mazurek over kin- deren en muziek tijdens WOII in Polen. We sluiten de dag af met een concert van kinderliedjes in het Jiddisch, gebracht door het 25-koppig kinderkoor uit Łódź, Po- len.
  • 3. SPOREN PEDAGOGIE EN GESCHIEDENISOVERDRACHT EEN UITGAVE VAN VZW AUSCHWITZ IN GEDACHTENIS EXTRA EDITIE Verantwoordelijke uitgever Henri Goldberg vzw Auschwitz in Gedachtenis Wolstraat 17/Bus 50 - 1000 Brussel VAN HERINNERING ’Je ziet niets in Breendonk als je niet weet wat er te zien valt. ’ Zonder voorbereiding of context schiet een bezoek aan het Fort van Breendonk onvermijdelijk zijn doel voorbij, of wordt het zelfs contraproductief. een voorbereid bezoek aan het fort van breendonk
  • 4. 2 SPOREN VAN HERINNERING inleiding Een voorbereid bezoek aan het Fort van Breendonk et pedagogische bulle- tin Sporen van Herinne- ring heeft als voor- naamste maatschappelijke invul- ling het verspreiden van de lessen die moeten getrokken worden uit de gruweldaden uit een (relatief kort) verleden. Niet louter de leer- kracht vormt hierbij een onbe- twistbare schakel maar eveneens de te onzer beschikking staande memorialen en musea, alsook on- middellijk te benutten didactisch materiaal. Dit laatste dient een kostbare ondersteuning te vor- men voor de gemotiveerde leer- kracht bij het ondernemen van een klasexcursie. Als gids beaam ik een goede voorbereiding en raad ik toekom- stige groepen (sterk) aan met een zekere bewuste achtergrond het Fort van Breendonk te bezoeken. Vooral adolescenten die reeds morele ijkpunten bezitten, zullen de begane misdaden – wat in- druist tegen hun (hopelijk voor hen) gekende sociaal en maat- schappelijk comfort – beter door- dringen en toekomstige be- wuste(re) burgers van hen maken. De beginnende en ervaringsrijke leerkracht heeft het recht alle hulp in te roepen om zo vlot mo- gelijk een gerichte klasuitstap te organiseren en dit voornamelijk in tijden waarin alles volgens andere invalshoeken benaderd wordt (moet de kostprijs niet naar om- laag?, kan het openbaar vervoer gebruikt worden?, enz.) en in tij- den waarin extreme(re) uitlatin- gen weer de kop opsteken. En draait het net daar niet om? Voor- komen dat ongevormde jeug- dige burgers onwetend in dit ge- vaar trappen?! Samen met mijn collega Frédéric Crahay, wens ik elk een leerrijk be- zoek aan het Fort toe en een vruchtbare voorbereiding. Johan Puttemans Hoofdredacteur H De pedagogische wegwijzer Deze speciale editie bestaat uit vier onderdelen: Onderdeel 1: inleiding van het hui- dige nummer. Onderdeel 2: Uitgediept en Auschwitz: de algemene geschie- denis van het Fort van Breendonk. Deze rubrieken vormen voor de leerkracht(e) achtergrondinforma- tie bij het voorbereiden van een toekomstig bezoek aan het Fort van Breendonk. Onderdeel 3: Vraagstuk / Wist je dat? / Klasreectie: deze rubrieken kunnen gebruikt worden in de klas als opdracht of als huistaak. Deze zijn voorzien van pedagogische toepassingen en kunnen naar de noden van de leerkracht(e) ge- hanteerd worden alvorens het Fort van Breendonk te bezoeken. Onderdeel 4: de varia zijn nuttige informaties die de leerkracht(e) praktische ondersteuning geven bij het voorbereiden van een be- zoek aan het Fort van Breendonk. De sloot die het fort omringd werd gebruikt door SS’ers om kampgedetineerden te verdrinken.
  • 5. 3 m te beginnen een kleine provocatie, een parafrase van wat An- nette Wieviorka bij een bezoek aan Auschwitz zei: ‘Je ziet niets in Breendonk als je niet weet wat er te zien valt.’ We benadrukken dat je een bezoek in klasverband goed moet voorbereiden. Zonder voorbereiding of context schiet een bezoek onvermijdelijk zijn doel voorbij, of wordt het zelfs contraproductief. Je moet een minimum aan historische gege- vens begrijpen voor je een her- denkingsplek als het SS-Auffangla- ger Breendonk gaat bezoeken. En al passeerden meer dan vierhon- derd Joodse gevangenen via het kamp, toch is er geen direct ver- band met de vernietiging van de Europese Joden (daarover leer je meer in de Dossinkazerne). Het is de moeite waard een korte inlei- ding te geven op de plek zelf. Daardoor kun je vermijden tijdens het bezoek nog veel historische context te moeten geven die het eigenlijke bezoek vertraagt. Maar zo vermijd je ook dat leerlingen van slag raken door de plek die ze ontdekken, niet goed wetend hoe ze die correct moeten situe- ren in tijd of ruimte. Men moet er zich van bewust zijn dat de plek die bezoekers tegen- woordig te zien krijgen niet de oor- spronkelijke is, zelfs al is ze dan uit- zonderlijk goed bewaard. We zul- len ook nooit exact kunnen bele- ven wat de oud-gevangenen doormaakten. Niemand kan zich ooit voorstellen wat voor doods- angsten de gevangenen uitston- den toen ze voor het eerst naar binnen gingen op de plek die al snel een sinistere reputatie zou krij- gen. Niemand kan zich werkelijk voorstellen wat de gevangenen voelden toen ze (bijna) dagelijks te maken kregen met dood, mar- teling, blind en onmenselijk ge- weld, terwijl ze wanhoopten of ze het wel zouden overleven. Toch ga je via een bezoek beseffen ‘dat het waar was’: een aparte, overweldigende en emotionele ervaring. 1 Gebaseerd op een werk van de ‘Task Force for International Cooperation on Holocaust Education’. Raadpleegbaar op https://www.holocaustremem- brance.com/sites/default/les/visi- ting_holocaust-related_sites-1 english.pdf O voorwoord Waarom (en hoe) een herdenkingsplek als Breendonk bezoeken? Olivier Van der Wilt Conservator Fort van Breendonk Vertaald door Gorik de Henau Indien het belang dat wordt aan- geboden tijdens een bezoek aan een gedenkoord zoals Breendonk samengevat zou worden, dan zou dit als volgt kunnen verwoord wor- den: 1 - Het bezoek van een herdenkings- oord biedt een uitzonderlijke leer- aangelegenheid aan die verschilt van een klaservaring. Het aange- boden voordeel om originele ob- jecten te bestuderen stimuleert de betrokkenheid en motiveert het leerproces. Dit creëert een klaar en duidelijke link met het verleden, wat heel moeilijk is te doen in een klas. - Het herdenkingsoord vormt een unieke sfeer die aanzet tot een wil om te leren en uitzonderlijke emo- ties oproept. - De voorbereiding dient duidelijk- heid te scheppen dat het oord haar eigen geschiedenis heeft als Memoriaal en dat een bezoek niet enkel leidt tot het bestuderen van het verleden maar eveneens tot herinnering en herdenking leidt. - Een bezoek aan een gedenkoord dient zich te focussen op de ge- schiedenis van dit oord. De studen- ten kunnen het oord nadien gebrui- ken als historisch bewijs om verder te gaan en andere thema’s aan te kaarten. Het bezoek is niet louter een opportuniteit om op historische vragen antwoorden (hoe en waarom?) te bieden, maar is ook een aanzet om andere morele en/of ethische vraagstukken later in de klas aan te kaarten. In de Urnezaal staan meer dan 3 500 namen van voormalige gedetineerden uit het Auffanglager Breendonk op de muren te lezen.
  • 6. 4 SPOREN VAN HERINNERING uitgediept 1 1940 - 1944 Het Auffanglager BREENDONK ‘Ik ben één jaar te Breendonk ge- bleven en op 6 mei 1944 ben ik in- gescheept naar het kamp van Bu- chenwald. Ik zal U zeggen dat dit kamp voor mij een paradijs was in vergelijking met Breendonk’. Die verklaring legt politiek gevangene Lucien Michel in 1945 af aan het Belgisch gerecht. Michel is één van de circa 3 600 gevangenen die tijdens de Tweede Wereldoor- log in het fort van Breendonk be- landen. Deze militaire vesting fun- geert vier jaar lang als opvang- kamp voor politieke dissidenten, verzetslui en Joden. Naast de kna- gende honger, de zinloze dwang- arbeid en een gebrekkige hygi- ene krijgen de gevangenen er af te rekenen met vernedering, mis- handeling en executie. Wie ‘de hel van Breendonk’ overleeft, is getekend voor het leven. In handen van de SS: de oprichting van het Auffanglager Breendonk Bij de Duitse inval van 10 mei 1940 doet Breendonk dienst als Alge- meen Hoofdkwartier van het Bel- gische Leger. Vanuit het fort brengt koning Leopold III de be- volking op de hoogte van de inval en leidt hij als opperbevelhebber de militaire operaties van de Bel- gische strijdkrachten. Als gevolg van de snelle Duitse opmars ver- plaatst de koning op 17 mei 1940 zijn hoofdkwartier naar Sint-Denijs- Westrem. Elf dagen later leggen de Belgen de wapens neer. In de vier daarop volgende jaren staat België onder een Duitse militaire bezettingsadministratie, geleid door generaal Alexander von Falkenhausen. Haar voornaamste opdracht: de openbare orde her- stellen zodat het economisch po- tentieel van het gebied optimaal ten dienste van de Duitse oorlogs- industrie kan worden gesteld. Hier- toe zet de bezetter naast militaire politiediensten ook de Sicherheits- polizei-Sicherheitsdienst (Sipo SD) in, een burgerlijke politiedienst die afhangt van de SS en gespeciali- seerd is in de strijd tegen de poli- tieke tegenstanders van het nazi- regime. In de zomer van 1940 krijgt de Sipo-SD van het militair bestuur de toelating om het leegstaande fort van Breendonk om te vormen tot een Auffanglager (A-Lager), een doorgangskamp voor politieke gevangenen en Joden. De eerste kampcommandant, SS-majoor Philipp Schmitt, laat zich bij het beheer van het kamp bijstaan door een viertal Duitse SS’ers. On- der hen ook Arthur Prauss, de SS- luitenant die instaat voor het da- gelijks toezicht en uitgroeit tot de schrik van de gevangenen. Voor de bewaking rekent Schmitt tot slot op een dertigtal Duitse militai- ren van het landleger. Op 20 september 1940 komen de eerste vier gevangenen in Breen- donk aan. In de daarop volgende weken en maanden groeit de kamppopulatie aan tot enkele tientallen. De gevangenen zelf zijn aanvankelijk op te delen in twee categorieën: enerzijds gaat het om Belgen die gearresteerd zijn omwille van hun politieke opvat- tingen, anderzijds om Joden bij wie de reden van aanhouding een mix is tussen raciale en poli- tieke motieven. Tot welke categorie zij ook beho- ren, alle gevangenen ondergaan bij aankomst in het kamp een pro- ces van ontmenselijking. Aan de brug van de toegangspoort wacht de SS de nieuwelingen om ze nadien hardhandig de cen- trale tunnel in te drijven. Daar of op de westelijke binnenplaats plaatsen de kampbewakers de gevangenen op een rij, het ge- zicht naar de muur gekeerd. Hier- bij vallen er geregeld klappen. In het administratielokaal wordt elke gevangene ingeschreven, moet hij alle persoonlijke bezittingen af- geven en krijgt hij een kampnum- mer toegekend. Daarna gaat het naar het kleermakersatelier, waar hij zijn burgerkleding inruilt voor een oud uniform van het Belgisch leger. Boven de linkerborstzak van zijn vest prijkt zijn kampnummer en een insigne dat aangeeft tot welke categorie gevangenen hij behoort. Op het einde van dit proces is de nieuweling van alle menselijke waardigheid ontdaan en is hij nog slechts een nummer. Tijdens de eerste maanden is het regime in Breendonk hard maar
  • 7. 5 draaglijk. Tegen de jaarwisseling 1940-1941 komt daar verandering in: de tucht wordt strenger en de rantsoenen kariger. Bovendien overschrijdt de kamppopulatie in januari 1941 voor het eerst de grens van honderd. Eén maand later, op 17 februari, sterft er voor het eerst een gevangene. Julius Nathan, een wat oudere joodse immigrant, overlijdt aan een com- binatie van astma, de harde disci- pline en de zware dwangarbeid. Een kamp voor verzetslui en politieke tegenstanders Wanneer nazi-Duitsland op 22 juni 1941 de Sovjet-Unie binnenvalt, breekt voor Breendonk een nieuwe fase aan. Gelijktijdig met de start van operatie-Barbarossa lanceert de bezetter in België operatie-Sonnewende. Tijdens een grootschalige politieactie ar- resteren de Duitsers meer dan 300 communisten, extreem-linkse mili- tanten en Russische ballingen. Een aanzienlijk deel van hen be- landt in Breendonk. In de maanden na juni 1941 ver- dubbelt het gevangenenbestand van het A-Lager, wat leidt tot ver- slechterde levensomstandighe- den. In juli van dat jaar registreert de bezetter zes overlijdens, in au- gustus nog eens vier. De kamplei- ding probeert het gebrek aan slaapplaatsen nog aan te pakken met de bouw van twee houten 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 01 Woekeraars en smokkelaars 02 Politieke gevangenen 03 Joden (die verder niet verdacht werden lid te zijn van een linkse partij) 04 Zwendel in wapens en in geldwaarden 05 Engelsgezinden 06 Joodse Engelsgezinden 07 Weerstanders* 08 Terroristen 09 Joodse terroristen 10 Verzet bij de aanhouding, gevaarlijk, pogingen tot ontsnappen 11 Gevangenen aangehouden tijdens massale inrekeningen* (bijvoorbeeld de Russen en de personen van Russische afkomst in juni en juli 1941) 12 Joodse gevangenen aangehouden tijdens massale inrekeningen* (bijvoorbeeld de Russen en de personen van Russische afkomst in juni en juli 1941) Tekens in Breendonk (Bron: Breendonk 1940-1945, Patrick Nefors, Antwerpen, WPG Uitgevers, 2004, p. 52-53) Algemeen: Geel lint voor Joden / Wit lint voor Ariërs / *op bepaalde tijdstippen
  • 8. 6 SPOREN VAN HERINNERING uitgediept 1 ‘jodenbarakken’ op de westelijke binnenplaats, maar uiteindelijk blijkt deportatie de enige manier om het kamp te ontlasten. Op 22 september 1941 vertrekt een eer- ste konvooi met 105 politieke ge- vangenen naar het concentratie- kamp van Neuengamme. Hier- mee is Breendonk niet langer de eindbestemming van de meeste gevangenen, maar slechts een tussenstop in hun deportatie naar het Reich. Om de plotse aangroei van de kampbevolking en het gebrek aan Duitse wachttroepen sinds de inval in de Sovjet-Unie te kunnen opvangen, stuurt de bezetter vanaf september 1941 ook Vlaamse SS’ers naar Breendonk. Zij nemen in het kamp zowel ad- ministratieve taken als bewakings- opdrachten voor zich. Veruit de beruchtste Vlaamse SS’ers zijn Ri- chard De Bodt en Fernand Wyss. Beiden zijn in het fort actief als werkopzichter en gaan zich hierbij geregeld te buiten aan mishan- delingen, soms met de dood tot gevolg. In 1946 veroordeelt een Belgische militaire rechtbank Ri- chard De Bodt bij verstek tot de doodstraf voor 6 moorden en 4 gevallen van doodslag. Wyss daarentegen krijgt dezelfde straf voor de dood van minstens 16 ge- vangenen en de mishandeling van 167 anderen, waarvan 113 de sporen voor het leven dragen. In de loop van 1942 groeit Breen- donk verder uit tot een kamp voor politieke tegenstanders en ver- zetslui. De Joden, die tijdens de eerste oorlogsjaren een belangrijk deel van het gevangenenbe- stand uitmaken, verdwijnen stil- aan uit het fort. Die evolutie is een gevolg van de anti-Joodse poli- tiek van de bezetter. Tussen okto- ber 1940 en september 1942 vaar- digt het militair bestuur in België achttien verordeningen uit die tot doel hebben de Joden te registe- ren en te isoleren, hen van hun bezittingen te beroven en aan het werk te zetten. De laatste stap in de Judenpolitik is de deportatie naar een uitroeiingscentrum. Op 22 juli 1942 gaat de Sipo-SD over tot de arrestatie van een 120-tal Joden, onder wie ook een grote groep vrouwen. In afwachting van hun deportatie brengt de Duitse politie de gevangenen tij- delijk onder in Breendonk. Als de bezetter vijf dagen later de Me- chelse kazerne Dossin opent als Judensammellager, start de Sipo- SD met de overbrenging van Joodse Breendonkgevangenen naar het nieuwe verzamelkamp. Tussen 4 augustus 1942 en 31 juli 1944 vertrekken vanuit Dossin de konvooien richting Auschwitz. De radicalisering van het kampregime De transformatie van het A-Lager tot een kamp voor verzetslui hangt nauw samen met de ont- wikkelingen in bezet België. Op 6 oktober 1942 vaardigt de bezetter een verordening uit die alle werk- lozen en overbodig geachte werkkrachten verplicht om in Duitsland te gaan werken. De maatregel treft bijna elke familie en zet heel wat kwaad bloed. Ve- len duiken onder en sluiten zich aan bij een verzetsbeweging. Daarbij komt dat de kerende Duitse oorlogskansen het verzet tegen de bezetter nog verder aanwakkeren. Die laatste rea- geert steeds meer met een harde repressie die gekenmerkt wordt door deportatie, executie en mis- handeling. Eind 1942 installeert de Sipo-SD in de oude munitiebunker van het fort een folterkamer, waar de be- zetter gearresteerde verzetslui aan een ‘verscherpt verhoor’ kan onderwerpen. Ofcieel is Breen- donk de enige plaats in bezet Bel- gië en Noord-Frankrijk waar de Duitse politie gevangenen met behulp van geweld tot een be- kentenis mag dwingen. De onder- vraging gebeurt door met het on- derzoek belaste Sipo-SD’ers van de lokale politiehoofdkwartieren, de foltering door bewakers van het A-Lager. Om de gevangenen aan het spreken te krijgen, maakt de Duitse politie onder meer ge- bruik van bullenpezen, een pa- pierpers om de vingers te pijnigen en een geïmproviseerd apparaat voor het toedienen van stroom- stoten. Een bijzonder efciënte methode bestaat erin de handen
  • 9. 7 van de gevangene met hand- boeien op de rug vast te maken, de boeien achter een haak te be- vestigen om hem vervolgens met behulp van een koord en katrol naar boven te hijsen. Nadien la- ten de ondervragers hem vallen, waarbij de ondervraagde met zijn lichaam terechtkomt op twee pi- ramidale houten balken. Aan het verhoor in de bunker gaat meestal een verblijf in een isoleercel vooraf. De duur ervan varieert van één dag tot enkele maanden. De isoleercellen zelf bevinden zich sinds 1942 in twee tot cellenblokken omgebouwde kamers. Elke cel biedt plaats aan een arrestant van wie het onder- zoek nog loopt. Door de arrestan- ten strikt van elkaar te scheiden, wil de bezetter verhinderen dat ze met elkaar overleg zouden ple- gen. In tegenstelling tot de wer- kerskamers verblijven in de cellen ook vrouwen, die enkel voor de duur van het onderzoek naar Breendonk zijn gebracht. Het leven in de cellen is hard: alles is erop gericht om de gevange- nen te breken, in de hoop dat ze sneller zouden bekennen. Het meubilair van een isoleercel be- staat uit een houten plank als bed en een conservenblik dat dienst doet als geïmproviseerde nacht- emmer. Hoewel de arrestanten vrijgesteld zijn van arbeid, ver- loopt hun dag volgens een strak schema. ’s Morgens tussen halfzes en zes wekt de wacht de arrestan- ten, waarna een SS’er hen telt en overgaat tot een inspectie van de cellen. Met behulp van een ijze- ren staaf klapt een bewaker van buitenaf de houten planken te- gen de wand, zodat de gevange- nen doorheen de dag niet meer kunnen zitten of liggen. Na de tel- ling krijgen de gevangenen kofe, die gezien de duur van de con- trole vaak al is afgekoeld. Rond negen uur, op het ogenblik dat de andere gevangenen als op de werf aan het werk zijn, haalt de SS de arrestanten uit hun cel. Met een blauwe zak (cagoule) over het hoofd brengt de wacht hen naar de toilettenzaal om er hun nachtemmer uit te kieperen. Om- dat de Kübel enkel ’s morgens wordt geledigd, hangt er in alle cellen een walgelijke geur. Na het toiletbezoek passeren de arres- tanten bij de wastafels, waar ze snel hun gezicht en borst kunnen opfrissen. ‘s Middags en 'avonds houdt de SS een nieuwe telling van de arrestanten, gevolgd door een karige maaltijd. Net als voor de gevangenen van de werkers- kamers bestaat het middagmaal uit magere soep en het avond- maal uit kofe en brood. Tegen acht uur is de dag voorbij. Toch is er van rust maar weinig sprake. Dronken SS’ers of pijnkreten uit de folterkamer verstoren geregeld de nachtrust. Bovendien beschikt elke cel over een lichtschakelaar, die het de SS toelaat om de ge- vangene het besef van dag en nacht te ontnemen. Als gevolg van het toegenomen geweld tegen Duitse militairen of hun lokale collaborateurs richt de bezetter aan de achterzijde van het fort ook een executieplaats in. Op 27 november 1942 leidt hij er acht gevangenen voor het vuur- peloton. Deze gijzelaars boeten met hun leven voor een reeks on- opgehelderde gewelddaden te- gen collaborateurs. Het nieuws van hun terechtstelling verschijnt in alle kranten, als waarschuwing dat er meer executies zullen vol- gen indien het verzet zijn aansla- gen niet staakt. Toch leidt de eer- ste terechtstelling van gijzelaars niet tot het gewenste effect. Tus- sen november 1942 en augustus 1944 fusilleert de bezetter in bezet België 305 gijzelaars, van wie meer dan de helft in Breendonk. Over de hele bezetting be- schouwd sterven er in het fort meer gevangenen na een te- rechtstelling dan aan de gevol- gen van ontbering of mishande- ling. In het voorjaar van 1943 bouwt de bezetter naast de executiepalen een houten schavot met drie gal- gen. Op 10 mei van datzelfde jaar laat hij er de eerste verzetslui op- hangen. In tegenstelling tot de gij- zelaars zijn de partizanen Maurice Raskin, Arnaud Fraiteur en André Bertulot zelf als dader betrokken bij een reeks aanslagen. Tussen mei 1943 en april 1944 hangt de bezetter in Breendonk 23 ‘terroris-
  • 10. 8 SPOREN VAN HERINNERING ten’ op: allen zijn ze door een krijgsraad ter dood veroordeeld voor politiek gemotiveerde ge- welddaden tegen het Duitse le- ger of zijn collaborateurs. De ontruiming van het kamp Met een dreigende geallieerde landing in het vooruitzicht start de bezetter in het voorjaar van 1944 met de ontruiming van de Belgi- sche stranrichtingen. Hij vreest namelijk dat de in België opgeslo- ten verzetslui zich bij de bevrijding opnieuw in de strijd zouden men- gen. Op 6 mei 1944 volgt een eer- ste ontruiming van Breendonk: van de 967 politieke gevangenen die de SS naar het concentratie- kamp van Buchenwald depor- teert, komen er 638 uit het Auf- fanglager. Het uitblijven van de in- vasie zorgt ervoor dat de SS ook na de eerste ontruiming nog UITGEDIEPT 1 nieuwe gevangenen in het fort laat opsluiten. Op 10 juni 1944, vier dagen na de geallieerde landing in Normandië, brengt de bezetter een zestigtal Breendonkgevange- nen over naar de stranrichting van Sint-Gillis, van waaruit de SS ze nadien naar Buchenwald depor- teert. Datzelfde concentratie- kamp is ook de bestemming van het konvooi dat op 8 augustus Bel- gië verlaat. Aan boord van de de- portatietrein bevinden zich op- nieuw 56 gevangenen uit het A- Lager. Wanneer Britse tanks op 4 septem- ber 1944 Willebroek bevrijden, staat het fort van Breendonk leeg. Van de gruwel die zich vier jaar lang in de ‘hel van Breendonk’ heeft afgespeeld, zijn er maar weinig sporen meer over. Kort voor hun vlucht richting Duitse grens ontmantelen de kampbe- wakers niet alleen de executie- plaats en folterkamer, ze steken bovendien bijna het volledige kamparchief in brand. Op 30 au- gustus 1944 deporteert de SS tot slot de laatste gevangenen naar kampen in het Duitse Rijk: 146 ge- deporteerden hebben Neu- engamme als bestemming, 131 anderen belanden via Vught in Sachsenhausen. België mag in september 1944 dan wel grotendeels zijn bevrijd, voor de gedeporteerden is het wachten tot het voorjaar van 1945. Voor veel weggevoerden komt die bevrijding te laat: meer dan 1 200 Breendonkgevange- nen sterven na hun deportatie naar de Duitse kampen. Breen- donk zelf kost het leven aan 301 gevangenen: 207 overlijden op de executieplaats, 94 anderen bezwijken in het A-Lager of het Duits militair hospitaal van Antwer- pen aan de gevolgen van mis- handeling, ontbering, ziekte of zelfdoding. Over de hele oorlog beschouwd, overleeft amper de helft van de bijna 3 600 gekende Breendonkgevangenen zijn ge- vangenschap. Dimitri Roden Dimitri Roden (Lic. geschie- denis KULeuven, 2004) is doctor in de geschiedenis (UGent) en in de sociale en militaire wetenschappen (Koninklijke Militaire School, Brussel). Voor zijn proef- schrift 'In naam van het Duitse volk! Het Duitse krijgs- gerecht en de openbare orde in bezet België (1940- 1944)' ontving hij in 2016 de 'Prijs Stichting Auschwitz'. Sinds 2005 is hij als historicus verbonden aan het Natio- naal Gedenkteken van het Fort van Breendonk. Mo- menteel werkt hij als post- doctoraal onderzoeker aan de leerstoel rechten van de KMS. In 1947 werd een herdenkingsplaat aangebracht die aan de duizenden slachtoffers van het naziregime in Breendonk herinneren.
  • 11. 9 uitgediept 2 Vroeg in de ochtend van 4 sep- tember 1944 trekken de laatste Duitse soldaten weg uit het fort van Breendonk. Niet lang daarna dringen de eerste omwonenden het gebouw binnen en slaan aan het plunderen. Het drukke ko- men-en-gaan van deze mensen wordt opgemerkt door Britse tanks die ‘s ochtends via een veilige omweg doorheen Wille- broek versneld de haven van Antwerpen zullen bevrijden. Opnieuw een gevangenis Het fort van Breendonk doet vanaf die dag meteen weer dienst als gevangenis. Kortston- dig belanden er Duitse krijgsge- vangenen die enkele dagen later verhuizen naar speciale krijgsgevangenenkampen rond Brussel. Tezelfdertijd brengen politie, rijkswacht en verzetsbe- wegingen de eerste “zwarten” onder in het fort. Zij worden ver- dacht van samenwerking met de bezetter. De al dan niet terechte vermoedens over collaboratie zijn de basis voor hun administra- tieve internering. De regering Pierlot die in ballingschap is in Londen staat tijdelijke opsluiting zonder arrestatiebevel toe om de geallieerde legers te beschermen en de openbare orde in het land te bevorderen. De chaos van de snelle bevrij- ding en de ontoereikende be- manning en bewapening bij politie en rijkswacht verklaren waarom de Belgische bevolking met het verzet de voorhoede neemt bij het oppakken van verdachte burgers. Daardoor gebeuren veel interneringen op illegale wijze. Deze straatrepressie gebeurt in alle bevrijde landen en vormt een uitlaatklep voor de gevoelens van woede en frustra- tie die vier harde en lange bezet- tingsjaren onder de bevolking blijven broeien. Deze arrestaties gaan dan ook vaak gepaard met geweld en mishandelingen. De straatrepressie leidt in België tot de dood van tientallen men- sen – dit is in vergelijking met Frankrijk een zeer laag aantal. Er belanden in totaal tussen de 50 en 70 000 mensen in gevan- genissen of speciaal daartoe aangewende gebouwen. Ongeveer 750 “zwarten” uit de nabije omgeving van Willebroek komen vanaf 4 september in het fort terecht. De leiding en bewa- king zijn volledig in handen van het verzet. Het Geheim Leger wendt het fort als lokale uitvals- basis aan onder de naam “schuiloord Breendonk”. Gewa- pende partizanen doen vooral de buitenbewaking. In de week van 12 september komen 25 bewakers in opdracht van het ministerie van Justitie helpen, maar na een ruzie tussen verzets- leden en het hoofd van de be- wakers trekken zij zich volledig terug. Onderluitenant van de reserve Maurice Mariotte is de bevel- hebber van de sector Klein- Brabant op het fort. De com- mandant is Luitenant Baron Léo- pold De Meester. Adjudant Frans Brabants van de Belgische Natio- nale Beweging heeft de functie van 1ste chef. Samen met leden van het Geheim Leger haalt hij onder meer uit Willebroek, Tisselt, Breendonk en Londerzeel ver- dachten op uit hun huizen en brengt hen vervolgens over naar het fort. Hij verklaart later dat “de incivieken hun verblijf op het fort wel lang zullen geheugen” en dat door hun werk op het fort “vele onbekende incivieken wer- den aangehouden”. Brabants’ vrouw werd vanwege de ver- zetsactiviteiten van het gezin door de Duitse bezetter opge- pakt en gedeporteerd. Zij stierf in een concentratiekamp. Onder leiding van deze verzets- leden ontspinnen zich talrijke ontoelaatbare praktijken waar- van de gevangenen vaak meermaals het slachtoffer wor- den. Weerom is er sprake van geweld, dwangarbeid, strafoe- feningen en honger. Tegen de inspecteur van de internerings- kampen stelt Maurice Mariotte op 5 oktober dat geweld tegen geïnterneerden onvermijdelijk is, Na de Tweede Wereldoorlog BREENDONK
  • 12. 10 SPOREN VAN HERINNERING uitgediept 2 omdat de bewakers afkomstig zijn uit de omliggende gemeen- ten en goed weten wat er hier onder de bezetting gebeurd is. Bovendien, zegt Mariotte, komen veel gevangenen in een erbar- melijke staat aan door mishande- lingen tijdens de arrestatie. De meest beruchte guur die op het fort van Breendonk ten tone- le verschijnt, is de uit Sint-Jans- Molenbeek afkomstige Jeanne Hoekmans. “Tante Jeanne” draagt een blauwe gabardine met drie kapiteinssterren op de revers en de blauwe verpleeg- sterssluier van het Belgische Rode Kruis. Zij komt verscheidene keren met haar gevolg van verzetsle- den naar het fort om gevange- nen te vernederen en te mishan- delen. Het bekendst – want veel- vuldig gefotografeerd en gelmd – is hoe “tante Jeanne” een vrouw uit Hingene voor een joe- lende menigte op de binnenkoer van het fort kaalscheert en daar- na op haar voorhoofd een ha- kenkruis schildert. Vervolgens brengt ze ook een hakenkruis aan op haar borsten, buik en billen. Tot slot beveelt “tante Jeanne” twee andere gevange- nen om de vrouw in een oude doodskist neer te leggen. Om haar nog meer schrik aan te jagen wordt de kist tot slot half toegedekt. De regelmatige mishandeling van gevangenen doet de naam van het fort van Breendonk ook in de naoorlogse periode weinig goed. Auditeur-generaal Walter Ganshof van der Meersch vraagt op 11 oktober een dringende interventie tegen de excessen van de bewakers in het fort. Die- zelfde dag eisen de geallieerden het fort van Breendonk op. Daardoor moeten de gevange- nen verhuizen naar de door de penitentiaire dienst gecontro- leerde Dossinkazerne in Meche- len. Op een vergadering van het beperkt ministerieel comité later in oktober haalt minister van Justi- tie Maurice Verbaet het fort van Breendonk aan als voorbeeld van interneringscentra waar er zware misbruiken gebeuren door het verzet. Een interneringscentrum Tegen 31 december 1944 ver- werft het ministerie van Justitie terug de controle over het fort van Breendonk en richt het op- nieuw in als interneringscentrum. Er komt immers een verhuis op gang door het Ardennenoffen- sief. Wie in Luik gevangen zat omdat hij of zij verdacht werd van collaboratie, moet uit Duitse handen blijven. De penitentiaire dienst van het ministerie van Justitie voert 538 gearresteerden en 300 verdachten uit de gevan- genis van Saint-Léonard naar het lege fort van Breendonk. Zij wor- den in beestenwagons zonder verluchting vervoerd naar het station van Willebroek. Onder- weg gebeuren er talrijke ont- snappingen. Uiteindelijk bege- leidt een groep rijkswachters, militairen en Luikse gevangenis- bewakers de ruim 750 overblij- vende gevangenen naar het fort. Elke vijftien dagen komen vanuit het Luikse voedsel- en kledijpakketten. Gevangenen die geen pakketje krijgen, ontvan- gen in de plaats een pond worte- len. Drie substituten van het krijgsauditoraat van Luik behan- delen in het fort ondertussen de dossiers van “hun” gevangenen. De 113 vrouwen vertrekken tegen 8 januari 1945 allemaal naar Me- chelen. Vanaf februari belanden er steeds meer mannen terug in Saint-Léonard. Het aantal geïn- terneerden blijft evenwel schommelen. Op 23 juni 1945 schiet het aantal gevangenen in het fort bijvoorbeeld de lucht in van 323 naar 624. Meer dan 300 opgeslotenen komen tijdelijk vanuit het interneringscentrum van Hemiksem nadat daar een grote brand heeft gewoed. Mid- den december 1945 keert het merendeel van hen terug naar Hemiksem. Er blijven tot eind
  • 13. 11 maart 1946 amper een 100-tal gevangenen over. Omdat de Dossinkazerne op 15 april de deuren sluit als interneringscen- trum, neemt het fort vanaf eind maart een groot aantal (meer dan 200) gevangenen van daar over. Halverwege januari 1947 is de rol van het fort van Breendonk als interneringscentrum eveneens uitgespeeld. Op 18 januari 1947 vertrekken de laatste 37 gevan- genen naar Hemiksem. Het Nationaal Gedenkteken van het Fort van Breendonk Op 2 juli 1946 dient volksverte- genwoordiger Gaston Hoyaux (BSP) een wetsvoorstel in tot op- richting van een nationaal ge- denkteken in het fort van Breen- donk. Zijn voornaamste drijfveer is de vrijwaring van het fort als her- denkingsplaats. Bij de laatste herdenkingsplechtigheid waar- aan hij deelnam als voormalig gevangene stoorde het hem hoe een grote volksmassa vol onge- duld stond te dringen om het fort te betreden, niet voor de plech- tigheid, maar om de opgesloten verdachten en veroordeelden te bekijken en te beledigen. Hoyaux schrijft onder meer: “Kinderen liepen op het vestingwerk van het Fort van Breendonk alsof zij zich op de kruin van de duinen bevonden aan de kust”. De oprichting van een nationaal gedenkteken valt niet uit de lucht. Het fort van Breendonk krijgt meteen na de bevrijding de rol van herdenkingsplaats toebe- deeld. De eerste bedevaart vindt plaats op 24 september 1944. Britse soldaten komen door de Britse legerleiding het fort bezoe- ken om te leren welke gruwelen er gebeurden en tot wat SS’ers allemaal in staat waren. De slechte behandeling van de gevangenen in Breendonk II leidt via hen tot klachten bij het minis- terie van Justitie. Ook na de overgave van Nazi-Duitsland in mei 1945 laat de RAF nog zoveel mogelijk troepen het fort van Breendonk onder begeleiding bezoeken. Ook onder de Belgi- sche bevolking bestaat er een levendige interesse om deze beruchte plek met eigen ogen te kunnen aanschouwen. Daarvan getuigen de vermeldingen in het Register van Uitschrijvingen van het interneringscentrum. Vanaf de maand maart 1946 staat ver- meld op welke dagen groepen komen en uit hoeveel leden die groepen bestaan. Lawrence Van Haecke Lawrence Van Haecke stu- deerde geschiedenis aan de UGent en archivistiek aan de VUB. In 2014 verde- digde hij met succes een doctoraat over de repressie van collaboratie aan de UGent. Verdachten van collaboratie worden binnengeleid op het westelijke binnenplein van het Fort van Breendonk. ©Allerechtenvoorbehouden
  • 14. 12 SPOREN VAN HERINNERING CHRONOLOGIe van breendonk Vóór 1940 - Juni 1906: wet aangaande vestiging tweede Fortengordel om Antwerpen (‘Réduit National’) waarbij Willebroek (Breendonk) het meest zuidelijk ligt - 1907 tot 1909: bouw van het Fort van Breendonk - 4 augustus 1914: de Eerste Wereldoorlog breekt uit - 8 oktober 1914: na zware bombardementen capituleert het Fort van Breendonk 1940 - 9 tot 18 mei: Fort van Breendonk als Hoofdkwartier van het Belgische leger. Koning Leopold III vergadert er met zijn Generale Staf - 10 mei: nazi-Duitsland valt België aan - 28 mei: België capituleert. België valt onder Duits militaire administratie - eind juni: Sipo-SD (ideologische politie van de SS) vestigt zich in België - September: SS-majoor Philipp Schmitt wordt aangesteld als kampcommandant van het Auffanglager Breendonk - 20 september: eerste gedetineerden opgesloten - Oktober: SS’er Prauss komt aan in Breendonk 1941 - Februari: eerste ontsnapping uit Breendonk - 17 februari: Julius Nathan is de eerste kampgedetineerde die ten gevolge van het harde regime omkomt in Breendonk - Februari: kamers 13 en 14 worden ingericht als ziekenboeg - Juni: bouw van de ‘Jodenbarakken’ - Zomer: kamer 8 uitgerust met enkele cellen om er ‘Arrestanten’ op te sluiten - 4 juli: eerste persoon neergeschoten door een Duitse wachter - September: aankomst eerste Vlaamse SS-kampbewakers, waaronder Fernand Wyss - 22 september: eerste rechtstreekse deportatie van kampgedetineerden (richting Neuengamme) 1942 - Zomer: kruitkamer ingericht als folterkamer - 4 augustus: de Dossinkazerne te Mechelen start met de deportaties - September: aankomst van de SS’er Kantschuster (wreedaard) - Augustus: aankomst van de Vlaamse SS’er Richard De Bodt - November: Wyss doodt een eerste kampgedetineerde - Half oktober: eerste ‘doorgedreven ondervraging’ (foltering) - 27 november: eerste terechtstelling gedetineerden door executiepeloton als vergeldingmaatregel 1943 - 10 mei: eerste ophanging (na een schijnproces) - September: Foyer Léopold III (uitdelen van voedselpakketten) - November: Schmitt vervangen door Schönwetter A Voormalig bewakershuis F Ingangstunnel 1-7 Kamers 8-9 cellen vanaf 1941-1942 10-12 Kamers 13-14 Revier (ziekenboeg, 1941 – eind 1943) 15-18 ‘Jodenbarakken’ 19 Nieuwe toilettenzaal 20 Bureau van de SS (1940-’41), later drukkerij 21 Kantine & gerechtszaal 22-23 Proviandkamer 24 Douches (1940 – zomer 1941), daarna keuken 25 Eerst latrines, daarna kleermakerij en kledingmagazijn en later voorraden 26 Donkere cellen 27 Bureau 28 Bureau SS’er Prauss (na 1941) 29 Eerste onderhoor SS bij binnenkomst (na 1941) 30 Bureau SS’er Schmitt (na 1941) 31 Bureau SS’er Müller (na 1941) 32 Smidse 33 Gereedschapslokaal 34 Schrijnwerkerij 35-36 Paarden- en koeienstal 37 Varkenshokken 38 Douches (vanaf de zomer 1941) 39 WC Wehrmacht 40-41 Gang met lavabo’s 42 Lokaal met doodskisten 43 Folterkamer 44 Executieplaats 45 & 47 Werf 46 Konijnenhok 48 Burelen eerste onderhoor Gestapo 50 Barakken met kleermakerij en kledingmagazijn 49 Lokalen Wehrmacht 51 Appèlplaats 52 Revier (ziekenboeg vanaf begin 1944)
  • 15. 13 Johan Puttemans Pedagogisch coördinator Vzw Auschwitz in Gedachtenis CHRONOLOGIe van breendonk 46 50 52 39 48 49 49 Bron: Nefors, p.375-376 (aangevuld door Johan Puttemans) 1944 - 6 mei: evacuatie van de meeste kampgedetineerden uit Breendonk naar Buchenwald (dit is een eerste, bijna algemene, evacuatie van het Auffanglager Breendonk) - 30 aug. – 1 sep.: denitieve evacuatie van alle gedetineerden richting nazi-Duitsland - 2 september: Auffanglager Breendonk is ontruimd - 4 sep. – 11 okt.: ‘Breendonk II’ - 24 september: eerste pelgrimstocht in het Fort van Breendonk - 31 december: opening van het interneringscentrum Breendonk (gevangenis afhankelijk van de Belgische Staat) Post 1945 - Juni 1946: wetsvoorstel ingediend door Gaston Hoyaux tot het vestigen van het Gedenkteken - 17 januari 1947: laatste gevangenen in het interneringscentrum Breendonk - Juni 1947: ofciële sluiting van de gevangenis in het Fort van Breendonk - 19 aug. 1947: goedkeuring in het parlement van de wet ter oprichting van het nationaal Gedenkteken van het Fort van Breendonk
  • 16. 14 SPOREN VAN HERINNERING portfolio Zicht op de muur van de westelijke binnenplaats waar aangekomen personen werden geplaatst. In de Urnezaal bevinden zich 15 urnen waarin assen uit verschillende concentratiekampen en moordcentra werden samengebracht. Het is een plek van bezinning en respect. Ook al was een douche een zeldzaamheid, toch kon dit voor vele gedetineerden een ware marteling betekenen. De aangekomen personen werden door de hoofdingang geleid om opgesloten te worden in het Auffanglager Breendonk. De maquis de Senzeilles werd in begin 1944 ter dood veroordeeld in het ‘Casino’. De jongste was amper 19 jaar oud.
  • 17. 15 portfolio Meer dan honderd gedetineerden werden uit represaille voor verzetsdaden in België geëxecuteerd in Breendonk. Arrestanten kwamen niet in gewone kamers terecht, maar werden in isoleercellen opgesloten. De symbolisch geplaatste executiepalen herinneren aan het gruwelijke lot van de gefusilleerde personen. Na een schijnproces werden de ter dood veroordeelden opgehangen op de executieplaats. De gang waar de kamers op uitgaven was eveneens een plaats van verschrikking voor de opgesloten personen.
  • 18. 16 SPOREN VAN HERINNERING auschwitz Olivier Van der Wilt Conservator Fort van Breendonk Vertaald door Gorik de Henau p 12 september 1942 verliet ‘Transport IX’ het Sammellager für Juden Mechelen richting Auschwitz. 1000 Joden (498 mannen en 502 vrouwen) werden gedeporteerd. 716 Joden werden opgepakt tij- dens de derde grote razzia in Antwerpen, 228 tijdens geïso- leerde acties en 56 die afgeleverd werden door het Fort van Breen- donk. Laatstgenoemde aantal werd door SS-Sturmbannführer Philipp Schmitt, die op dat ogen- blik commandant van beide kam- pen (Breendonk en Dossin) was, en dit om tot het vereiste aantal van 1 000 te komen zodat het konvooi zou kunnen vertrekken. Hier wordt duidelijk wat een joodse gedetineerde waard was voor de SS: het exacte aantal be- komen om deportatie te bespoe- digen! Onderweg zal het konvooi halt houden bij Kosel waar de meest validen moesten afstappen om verplicht tewerkgesteld te wor- den te Blechhammer waar zich een werkkamp voor Joden (Zwangarbeitslager für Juden – ZAL) bevond. Van het negende konvooi zullen louter één vrouw (Chuma Gus, nr. 218) en 29 man- nen, waaronder Henri Kichka (nr. 605) overleven. O Joden uit Breendonk om Transport IX naar Auschwitz mogelijk te maken In augustus 1939 komt de van Poolse afkomst Alter Szurek aan in België nadat hij de achtervolgingen door de nazi’s ontvlucht. Bij zijn aanhouding wordt hij naar Breendonk ge- bracht om vervolgens getransfereerd te worden naar de Dossinkazerne. Op 5 september 1942 wordt hij op de lijst van transport IX geplaatst. Een week later wordt hij naar Auschwitz-Birkenau gedepor- teerd. Alter Szurek, de 43-jarige tandarts, heeft de extreme overlevingsomstandigheden in Auschwitz niet lan- ger dan drie dagen overleefd. Met dank aan Dr. Laurence Schram Bron: ARA-VP-dossiers
  • 19. 17 vraagstuk Het dagelijkse leven in Breendonk a de inschrijving gaat het naar één van de veertien kazematten, kamers van 12m bij 5,5m die plaats bieden aan maximum 48 gevangenen. Het meubilair bestaat uit acht stapelbedden van elk drie hoog, een reeks kruk- jes en tafels, enkele wandkasten, een kachel en twee kolenemmers die dienst doen als geïmprovi- seerde nachtemmers (Kübel). Op de kamer komen de gevangenen enkel om te eten of te slapen, de rest van de tijd brengen ze door met dwangarbeid. Met schop- pen, houwelen, krui- en kiepwa- gens laat de SS de gevangenen de ca. 250 000 m³ aarde afgraven die de structuren van het fort be- dekt. Zes dagen op zeven, acht uur per dag verrichten de gevan- genen compleet nutteloze arbeid met als enige bedoeling hen te breken. Tijdens dit zware werk zijn ze overgeleverd aan de grillen van hun bewakers. Een kleine groep gevangenen, de ‘geprivile- gieerden’, zijn vrijgesteld van de graafwerken. Zij werken in het kamp als kleermaker, smid, schrijn- werker of varkenshoeder. In te- genstelling tot de werkersploegen verrichten zij hun arbeid binnens- huis en staan ze meestal niet on- der een voortdurende controle van de bewakers. N dagindeling arbeid Paul M.G. Lévy (1910 – 2002) was van november 1940 tot november 1941 opgesloten als Häftling nr. 19. Hieronder een dagindeling zoals hij dit in de zomer van 1941 erva- ren heeft. (Bron: Nefors, P., pag. 58) Uur Activiteit 04u00 Opstaan 04u05 Aankleden en wassen 04u10 Nachtemmers ruimen en collectief wc 04u20 Bettenbau 04u30 Appèl in gang en schoonmaken van de kamers 04u50 Essen holen 05u00 Appèl in kamer 05u05 Ontbijt of wassen 05u25 Uit kamer 05u30 Turnen 05u50 Verzamelen per kamer, appèl 05u55 Aankomst van de luite- nant, voorstelling 06u00 Werkverdeling, werktui- gen verdeeld, vertrek van de ploegen naar het werk 14u00 Einde werk 14u10 Reinigen van de werktui- gen en kledij 14u20 Verzamelen 14u30 Appèl 14u45 Voorstelling aan luitenant en majoor 14u55 Delé en terugkeer naar kamer 15u00 Handen wassen 15u05 Appèl in kamers 15u10 Middageten, vaatwerk spoelen 15u30 Opnieuw naar werk voor namiddagploegen (kleer makers, schoenmakers, koks, gestraften, kar- weien) 15u45 Schoonmaak van de kamers 18u00 Avondappèl 18u30 Essen holen 18u45 Kofe 19u30 Collectief wc 19u55 Appèl in kamer 20u00 Slapen Getuigenis van Edgard Marbaix Citaten uit het Marbaix’ boek ‘Breendonck-de-dood’ Ten tijde van onze interneering (April 1943) bestonden de uit te voeren werken in het recht trek- ken der kanaalgrachten waartoe het zand, voortkomend van de ontmanteling der koepels en van de hooge hellingen der schietba- nen, werd gebruikt. In de gang bevonden zich de lavabo’s waaraan de gedetineerden zich op heel primitieve manier konden wassen.
  • 20. 18 SPOREN VAN HERINNERING vraagstuk als grondlagen ter versteviging van den uiterwaard der grachtdij- ken. Ten slotte moest nog het westelijk gedeelte, gelegen tusschen de gebouwen en het omheiningska- naal, omgevormd worden tot landbouwgrond. Van dan af werden de geïnter- neerden in verschillende ploegen ingedeeld: wegruimen van aarde, aanleggen der kanten, vervoer van aarde, omspitten van den grond, wegruimen en vervoer van steenen. Daarenboven was een speciale ploeg « joden » be- last met de zwaarste en meest af- stootende karweien. (p. 14) De rails van de Decauville dienen verplaatst om ze dichter bij de te ontruimen helling te brengen. Wij zijn met vier om vijf meter rails, ’t zij ongeveer 125 kgr., te verplaatsen. Dit zou nog zoo erg niet zijn werd het gewicht eenvormig onder de vier dragers verdeeld maar, daar dit niet het geval is, moeten de grootsten het gansche gewicht torsen, en dat wordt op zekere oogenblikken zeer pijnlijk wanneer er een helling dient beklommen of een loopgraaf overschreden. (p. 27) Volgens de commissie voor Oor- logsmisdaden ziet het rantsoen er in het laatste bezettingsjaar als volgt uit: ’s morgens: kofe; ’s middags: tamelijk dikke soep; ’s avonds: 400-500 gram brood, 25 gram boter (sic; wat moeilijk te geloven valt, het was een schaars product in bezet België), 25 gram kaas en 5 klontjes suiker. Nefors, P.; p. 80 Getuigenis van Frans Fischer Citaten uit Fischer’s boek ‘De hel van Breendonck’ Het kamp van den hongersnood (…) het eten dat iederen dag aan die verdoemden werd verstrekt: Twee halve boterhammen solda- tenbrood, een duim dik, de eene s’morgens, de andere ’s avonds, wat ongeveer een rantsoen van honderd gram moet beteekenen; een dubbele kom soep, waarvan het mengsel ons volledig rantsoen vertegenwoordigde aan aardap- pelen, aan graan en groenten, en zelfs, naar het schijnt, aan gehakt vleesch. En dat was alles, volstrekt alles. Het gebeurde soms dat men een- maal per week enkele lepeltjes marmelade uitdeelde om op ons droog brood te smeren. Of ook nog, in het begin der maand, een onsje vet of margarine. Maar dit was een gansch uitzonderlijke gunst, en, wanneer men niet aan eenieder zijn rantsoen kon geven omdat de bevolking van het kamp te groot was geworden, werd de uitreiking van het rant- soentje vet eenvoudig weg volko- men afgeschaft. Korten tijd vr mijn aankomst in het kamp, had men bruusk de uitrei- king stopgezet van de pakjes eet- waren van zes kilo, welke de fami- lieën van de gedetineerden om de veertien dagen aan de ge- vangenen te Breendonck moch- ten sturen, zooals dit ook het ge- val was voor de gedetineerden in de gewone gevangenissen en andere arresthuizen. (pp. 78 – 79) Meer dan eens is het gebeurd dat wij, om onze maagkrampen te bedaren, ons plat op den buik uit- strekten en gras aten, zooals her- kauwers in de weide. Doch wee hem die in deze houding van gra- zend dier door de schildwachten werd betrapt! Er werd op hem ge- mikt met het geweer, hij stond aangeteekend als « Grünfresser » (groenvreter) en werd bij den Lui- tenant aangeklaagd.(p. 81) De steenen en betonnen brok- stukken van de buiten gebruik ge- stelde koepels moesten dienen voedsel Dimitri Roden Johan Puttemans De kamers, oorspronkelijk bedoeld voor 12 Belgische soldaten, huisvestten onder de nazi’s 48 kampgedetineerden.
  • 21. PEDAGOGISCHE FICHE NR 5 BIJ SPOREN VAN HERINNERING EXTRA EDITIE “HET FORT VAN BREENDONK BEZOEKEN” Klasopdracht (individueel of in groep) of als huistaakPEDAGOGISCHE TOEPASSING NAAM KLAS SPOREN VAN HERINNERING is een driemaandelijkse uitgave van vzw Auschwitz in Gedachtenis www.auschwitz.be ElktrimesterverschijntinSPORENVANHERINNERINGeenpraktischepedagogischetoepassingmetbijhorendefichedieuindeklaskangebruikenenverzamelen Opmerkingen leerkracht Ga naar de website www.getuigen.be en klik op Breendonk In de linkerkolom vind je meerdere getuigenissen in beide landstalen Opdracht: kies een getuige uit de lijst en zoek in zijn getuigenis op hoe hij/zij de dwangarbeid/de honger ervaren heeft - schrijf een korte samenvatting (eventueel in een aantal puntjes) - vertel individueel (of duid iemand uit jouw groep aan) de getuigenis aan jouw klasgenoten Om je te helpen, kun je de geschiedenis van Victor Trido gebruiken. Hij schreef in 1944 het boek Breendonk. Het kamp van de sluipenden dood. In hoofdstuk 7 (Wreedheid en lafheid) verhaalt hij zijn ervaring met dwangarbeid en in hoofdstuk 13 (De honger) getuigt hij over hongersnood.
  • 22. 20 SPOREN VAN HERINNERING klasreflectie 1 Onder de onderdanigen Het tragische kampleven van Israël Neumann in Breendonk ‘Hij bevond zich onder de massa nieuwkomers die bij een willekeurige razzia in Ant- werpen waren opgepakt. Hij was maar zo groot, het was een dwerg. Hij was zo onder- danig, verlegen, voorkomend, ongevaarlijk, onopvallend. Hij had heel zachte en droeve ogen. (…) Neumann was al- leen op de wereld. Tot dusver had hij de nacht nu eens doorgebracht op een bank op een plein, dan weer in de wachtzaal van een station of in een ander toevallig onder- komen. De vaste klanten van de caféterrassen kenden hem; voor hen ratelde hij eenvoudige deuntjes af en tegen een paar stuivers ver- kocht hij speeltjes die aan een stok bengelden. Wat voor kleren moesten ze geven aan Neumann de ge- vangene? Hij was zo klein, zo klein. Ze verkortten een broek die tot over zijn hakken viel en ze dosten hem uit in een jas waarvan de mouwen tot aan zijn vingertoppen reikten. Zo opgetuigd zag hij er grotesk uit, hij leek wel een circus- dwerg. Een romp, het uiteinde van zijn broek en dan meteen die onwaarschijnlijke schoe- nen. “Er sieht aus wie ein Affe.” (Hij lijkt op een aap). Met deze woorden omschreef de SS’er Prauss de kampgedetineerde Israël Neumann
  • 23. 21 Deze kostganger van Zug I [kamer] kwam onder de plak van de beestachtige, weer- zinwekkende Obler. Zodra ze aankwamen, kregen de nieuwkomers een militaire, op Pruisische leest geschoei- de opleiding. Maar hoe had Neumann ooit in de pas kun- nen lopen? Natuurlijk was hij de rode lantaarn van het pe- loton. Hij was zo stuntelig, zo komisch. Ach, als Vélazquez hem had kunnen zien! Maar vergeet niet dat we in Breen- donk zijn. Hier is geen plaats voor humor of medelijden. Hij kreeg op zijn donder en geen klein beetje! Oorvegen, schoppen ... Om te laten zien hoe sterk hij wel was, tilde Obler hem op en gooide hem op de grond. Een propagandadienst kwam in Breendonk op bezoek. Het Arbeitslager was een model. Alles werd op lm vastgelegd. Die bruten lieten hun botheid de vrije loop. De dwerg kreeg het voorrecht om te worden gelmd aan de zijde van een skeletachtige, groteske reus. Zijn kwelling duurde gelukkig niet lang. Neumann was zo klein, zo schriel. Hij lag korte tijd in de ziekenboeg. Als je hem op zijn ziekbed zag lig- gen, kon je in de uitsnijding van zijn hemd een rijkelijk be- haarde, magere borstkas zien. “Er sieht aus wie ein Affe.” Hij ziet eruit als een aap, zei de luitenant grinnikend toen hij voorbij het lijkje liep. Dat was de enige grafrede voor (…) Neumann.’ Jacques OCHS, Breendonk. Bagnards et bourreaux, Brussel, 1947, 42-43. Israël Neumann, op 23 oktober 1900 geboren in het Poolse Nisko, was inderdaad klein van gestalte en volgens sommigen eenvoudig van geest, zoals ook blijkt uit zijn immigratieche in Ellis Island (New York) in 1921. Hij was zijn ouders naar de Verenigde Staten ge- volgd en om een nog onbeken- de reden kwam hij terug naar Europa. In 1927 kwam hij in België aan. Hij vestigde zich in Antwer- pen, waar hij leurder werd en speeltjes verkocht. Hij werd trou- wens door de politie aangehou- den, want om te overleven had hij het aangedurfd chocolade te verkopen ... Volgens een ander politieverslag ontbeet hij in het restaurant van de Innovation, maar hij had geen geld op zak. Hij verklaarde dat hij honger had en dat hij het geld zou terugbe- talen. Het tijdstip waarop hij werd gearresteerd is niet bekend; op 10 oktober 1940 werd hij simpel- weg als vermist opgegeven. Maar vermist was hij niet, want hij was in Breendonk. Daar werd hij ingedeeld in slaapzaal nr 1, on- der toezicht van Walter Obler. Die dokwerker, voorgesteld als een oerkracht, was een geduch- te slaapzaalbaas; hij stond op orde en de bedden moesten altijd ‘netjes opgemaakt’ zijn. Maar daar was Neumann hele- maal niet toe in staat en het re- gende dan ook slagen. Op 13 juni 1940 kwam Otto Kropf, een fotograaf van de propaganda- dienst van het Duitse leger, naar Breendonk. Daarvan getuigen een dertigtal foto’s, waarop Neumann vaak te zien is. Dacht de fotograaf misschien dat hij hier te maken had met een schoolvoorbeeld van de Jude? Vond hij het grappig om te zien hoe hij samen met zijn lotgenoot Abraham Feldberg soepketels moest dragen die duidelijk veel te groot voor hen waren? Wat er ook van zij, het verhaal loopt tragisch af, want op 24 juli 1941 overleed Israël Neumann. Olivier Van der Wilt Conservator Fort van Breendonk Vertaald door Gorik de Henau Ethische reecties: Tijdens het bezoek aan het Fort van Breendonk zullen verhalen verteld wor- den door de gids aangaande wrede pesterijen. Kampgedetineerden werden niet enkel opgesloten, zij waren vaak slachtoffer van een onmenselijk pestge- drag! Denk eens na over de volgende vra- gen: - Tot welk punt reikt (een) menselijkheid? - Wat laat een mens toe een andere mens als minderwaardig te beschou- wen? - Hoe kon minderwaardig gedrag te- genover van andere personen zo hoog prijken onder een dictatoriaal regime? Bespreek dit klassikaal met de mede- leerlingen alvorens het Fort te bezoeken. Tevens kan over de vragen nogmaals nagedacht worden na het bezoek! Johan Puttemans Ook de racistische jodenwaanzin betreffende de haviksneus moest “bewezen” worden in het Auffanglager Breendonk
  • 24. 22 SPOREN VAN HERINNERING klasreflectie 2 De Brusselse postbodes uit Kamer 7: verzetslieden in het Fort van Breendonk Ethische reecties: - Indien wij “zich verzetten” veroorde- len als iets ongehoord, waarom kun- nen we dan nu de Brusselse postbodes (verzetslui) als helden beschouwen? - Vanaf welk ogenblik of gebeurtenis wordt verzet veroorloofd? - Is verzet steeds een heldendaad? - Heeft kameroverste Hermans (die collaboreerde met de bezetter) zijn verdiende loon gekregen? Johan Puttemans Lawrence Van Haecke p 1 september 1942 be- landen niet minder dan 38 Brusselse postbodes in het Fort van Breendonk. Tijdens de daaropvolgende maanden volgen nog negen van hun col- lega’s. Deze postmannen plegen geen aanslagen, maar zijn moe- dig genoeg om de bezetter zo- veel als mogelijk binnen de gren- zen van hun beroep te dwarsbo- men. Zo werken ze niet mee aan de Duitse censuur, onderschep- pen ze brieven van verklikkers en verspreiden ze bladen van de clandestiene pers. Wijzend naar de doodskop op zijn kepie, zegt SS’er Fernand Wyss te- gen de postmannen tijdens hun verblijf: “Geen facteurke komt hier nog buiten”. Ze betalen inder- daad een zware prijs voor hun verzetsdaden. Eén van hen wordt op 12 december 1942 gefusilleerd als gijzelaar. Vijf postbodes ster- ven tussen 12 december 1942 en 3 januari 1943 door ontbering en mishandelingen; acht postbodes worden richting Duitsland gede- porteerd. De overige 34 worden tussen november 1942 en juni 1943 vrijgelaten. Allen zijn sterk vermagerd. De postbodes verblijven in Zug 7. Hun kameroverste is beroepsmili- tair René Hermans. De sergeant wordt opgesloten als lid van het fascistische Nationaal Legioen. Oprichter Paul Hoornaert bewon- dert Mussolini, maar is hevig anti- Duits. Zijn Nationaal Legioen treedt daarom toe tot het verzet. Hermans is vriendelijk tegen de postbodes in het begin en vraagt hen naar hun verzetsdaden. Al snel begrijpen de Brusselse post- mannen dat hun kameroverste al- les aan de SS’ers doorvertelt. Dit stelt hen bloot aan bijkomende straffen en mishandelingen. Her- mans slaat “zijn” gevangenen ge- regeld en jaagt hen onophoude- lijk op tijdens het werken op de werf. René Hermans wordt in november 1942 gedeporteerd nadat zijn handeltje in tabak en sigaretten ontdekt wordt. Ook in de concen- tratiekampen van Mauthausen, Buchenwald en Dora schopt René Hermans het tot kamerover- ste of ploegbaas. Op het proces van de beulen van Breendonk krijgt hij de doodstraf, omdat zijn verklikkingen tot de dood van vijf postbodes onder zijn hoede lijden. Op 12 april 1947 wordt hij eerst ge- degradeerd en daarna gefusil- leerd in de Delobbekazerne in Mechelen. O ©Allerechtenvoorbehouden De lichamelijke staat van de Brusselse postbode François Vanderveken getuigt van de gruweldaden door de nazis.
  • 25. 23 wist je dat... 1 ...één op de twee gevangenen van Breendonk de oorlog niet overleeft? n de loop van de Tweede Wereldoorlog belanden er ongeveer 3 600 gevangenen in het Auf- fanglager Breendonk. De SS ziet het fort echter niet als een deni- tieve opsluitingsplaats voor de vij- anden van het Derde Rijk. Dit is een doorgangskamp. Dit ver- klaart de korte gemiddelde op- sluitingsduur in het fort: drie maan- den. De meeste gevangenen worden gedeporteerd naar een gevangenis, een concentratie- kamp of een vernietigingscen- trum. De SS-leiding laat 489 van de 3 591 gekende gevangenen nog tij- dens de oorlog vrij. Deze vrijlatin- gen zijn vaak het gevolg van het beleid van het militair bezettings- bestuur dat er eind 1941 voor ijvert om bepaalde ‘lichte gevallen’ in vrijheid te stellen, zoals personen wier enige vergrijp het overtreden van de avondklok of een andere Duitse verordening is. Veel vrijge- latenen zijn Joden, maar een aantal onder hen wordt later op- nieuw opgepakt en belandt via de Dossinkazerne in Auschwitz. Een vijftal gevangenen slaagt er wel in om het fort te ontvluchten. 301 gevangenen van het Auf- fanglager overlijden tijdens hun gevangenschap in Breendonk. 23 gevangenen worden op de executieplaats opgehangen na een terdoodveroordeling door een Duitse militaire rechtbank. 184 gevangenen belanden als ‘gijzelaars’ voor het executiepelo- ton. Hun dood is een represaille voor dodelijke aanslagen van het verzet tegen Duitse militaire doel- witten. De overige 94 gevange- nen overlijden door hun gevan- genschap. Hun doodsoorzaak gaat van ziekte, ontbering en ver- hongering tot mishandeling en moord. Het eerste slachtoffer valt op 17 februari 1941: de 62-jarige Julius Nathan wordt het slachtof- fer van het harde werktempo en de steeds strengere werkdisci- pline. De overige gevangenen (bijna 2 800) worden gedepor- teerd. Bijna 1 580 van hen vertrek- ken vanuit het station van Wille- broek rechtstreeks naar een con- centratiekamp. Een eerste depor- tatiekonvooi gaat op 22 septem- ber 1941 met 105 gevangenen richting Neuengamme. Slechts twintig van hen zullen het oorlog- seinde halen. De eerste evacua- tie van het fort op 6 mei 1944 leidt tot de meest omvangrijke depor- tatie. Een goederentrein vervoert dan 638 gevangenen naar Bu- chenwald. 361 van hen zullen de oorlog overleven. We kennen met zekerheid het lot van 3 465 gevangenen uit het Auffanglager Breendonk aan het eind van de oorlog (april – mei 1945). 1 723 van hen zijn dan nog in leven… maar voor 1 742 gevan- genen is het dan al te laat. Voor velen ligt de basis van hun dood in hun verzwakking tijdens hun verblijf in Breendonk. De harde dwangarbeid en onmense- lijke ontberingen doen de rest. Het commando Gusen bij het Oosten- rijkse concentratiekamp Mau- thausen houdt een triest record. Het kent het hoogste aantal over- leden Breendonkgevangenen: 228 gedeporteerden komen er om het leven; één pleegt er zelf- moord. Er bevinden zich ook 24 Breen- donkgevangenen onder de 8 000 concentratiekampgevangenen die op 3 mei 1945 de dood vinden in de Lübecker Bocht na het bom- bardement van de RAF op drie Duitse stoomschepen met gevan- genen aan boord (Cap Arcona, Thielbeck en Deutschland IV). Ook de ellenlange dodenmarsen eisen slachtoffers. I Lawrence Van Haecke ©Allerechtenvoorbehouden ‘Ik ben door die luitenant geslagen omdat hij vond dat ik niet voldoende ziek was (...)’ Getuigenis van René Bauduin. (Nefors, p.123)
  • 26. 24 SPOREN VAN HERINNERING wist je dat... 2 ... er 23 verdachten verschijnen voor de krijgsraad wegens misdrijven gepleegd in het SS-Auffanglager? Lawrence Van Haecke en dient daarom een genade- verzoek in. Een jaar eerder – na de terechtstelling van kamp- commandant Philipp Schmitt – heeft de Belgische regering be- slist om geen doodstraffen meer uit te voeren en in levenslange hechtenis om te zetten. Wanneer dit gebeurt voor Richard De Bodt in 1952, leidt dit tot enorm veel protest bij de bevolking. Gedane zaken nemen echter geen keer. Uiteindelijk overlijdt Richard De Bodt begin januari 1975 in de gevangenis van Sint-Gillis. verlaagt de koning na een gra- tieverzoek van twee terdoodver- oordeelden hun straf tot levens- lange hechtenis. Op 12 april 1947 vindt de terecht- stelling van alle behalve twee terdoodveroordeelden plaats. Deze uitzonderingen werden een jaar eerder “bij verstek” veroor- deeld, d.w.z. in afwezigheid. In 1944 vond kameroverste Valère De Vos reeds de dood in het concentratiekamp van Buchen- wald. Hij werd er door voormalige medegevangenen uit het Fort van Breendonk vermoord voor zijn beestachtig gedrag als ka- meroverste. Nadat zijn dood bewezen wordt, trekt het gerecht zijn terdoodveroordeling terug in. SS’er Richard De Bodt is de tweede uitzondering. Hij verliet België op tijd en verblijft in Duits- land onder de valse naam “Richard Verstraeten”. Hij wil met zijn vrouw en zoon terugkeren naar België. Wanneer hij in Duits- land een reispas aanvraagt, ont- dekken de Belgische autoriteiten wie hij werkelijk is. Uiteindelijk wordt De Bodt eind 1951 gerepa- trieerd vanuit de Franse bezet- tingszone in Duitsland. Hij kan geen beroep aantekenen tegen zijn terdoodveroordeling vendien 167 keer vrijwillige slagen en verwondingen – waarvan 113 keer met blijvende letsels tot gevolg. Zijn al even beruchte kompaan Richard De Bodt moet maar weinig voor Wyss onder- doen: 6 moorden en 4 keer doodslag en 125 keer vrijwillige slagen en verwondingen. Een ander voorbeeld is kameroverste Walter Obler. Deze Joodse communist pleegt 10 moorden en 16 keer vrijwillige slagen en verwondingen tijdens zijn gevan- genschap. Daarnaast velt de krijgsraad in Mechelen ook de doodstraf voor elf andere be- klaagden. Vier anderen krijgen levenslange hechtenis, één 20 jaar buitengewone hechtenis en één 15 jaar gewone hechte- nis. Kameroverste Henri Van Borm tenslotte wordt vrijgesproken. Het Krijgshof bevestigt op 17 oktober 1946 alle vonnissen waartegen in beroep werd ge- gaan. Nadat het Hof van Cassa- tie het cassatieberoep verwerpt, Na de Tweede Wereldoorlog gebeurt de bestrafng van col- laboratie in België door het mili- tair gerecht. De “beulen van Breendonk” moeten in 1946 ver- schijnen voor de krijgsraad van Mechelen. Er zijn drie groepen verdachten. Ten eerste staan veertien Vlaam- se SS’ers terecht. Het lidmaat- schap bij de SS levert hen een aanklacht op wegens militaire en politieke samenwerking met de vijand. De meeste SS’ers staan ook terecht voor vrijwillige slagen en verwondingen, en zes van hen voor moord of doodslag. Ten tweede had je drie burgerarbei- ders die voor een royaal loon vrijwillig in het Fort van Breendonk kwamen werken. Daarom staan zij terecht voor politieke samen- werking met de vijand. Het trio wordt ook verdacht van het ver- klikken van gevangenen aan de SS. Tot slot zijn er zes voormalige kameroversten. De SS stelde in elke kamer van het Fort een ge- vangene aan als kameroverste. Hij was verantwoordelijk voor de orde in de kamer en de voedsel- bedeling. Hij kon proberen om zijn medegevangenen zoveel mogelijk te beschermen of hij koos de kant van de SS en werd zo een ware terreur in de kamer. Zes gevangenen krijgen door hun machtsmisbruik als kameroverste de aanklacht van politieke sa- menwerking met de vijand aan- gesmeerd. Allen worden ze ver- dacht van vrijwillige slagen en verwondingen; een aantal onder hen van moord en doodslag. Onder grote belangstelling start op 5 maart 1946 het “proces van Mechelen”. Eerste substituut- krijgsauditeur Hallemans van het Mechelse krijgsauditoraat vordert voor twintig verdachten de doodstraf. Twee SS’ers krijgen een lichte strafvordering en ka- meroverste Van Borm een vorde- ring van vijf jaar gevangenis. Het vonnis valt op 7 mei 1946. Vijf verdachten worden onder meer ter dood veroordeeld voor moord en/of doodslag. De be- ruchte SS’er Fernand Wyss heeft 11 moorden en 5 keer doodslag op zijn geweten, en pleegt bo-
  • 27. PEDAGOGISCHE FICHE NR 6 BIJ SPOREN VAN HERINNERING EXTRA EDITIE “HET FORT VAN BREENDONK BEZOEKEN” Klasopdracht (individueel of in groep) of als huistaakPEDAGOGISCHE TOEPASSING NAAM KLAS SPOREN VAN HERINNERING is een driemaandelijkse uitgave van vzw Auschwitz in Gedachtenis www.auschwitz.be ElktrimesterverschijntinSPORENVANHERINNERINGeenpraktischepedagogischetoepassingmetbijhorendefichedieuindeklaskangebruikenenverzamelen Opmerkingen leerkracht Ga naar de website www.auschwitz.be en klik op de link Pedagogie Daar vind je de tekst weer De beulen van Breendonk Opdracht: lees de verhalen van enkele beulen die in het Auffanglager Breendonk actief waren. Aldus zal je beter begrijpen met welke ingesteldheid sommige bewakers daar te werk gingen en zal je eveneens beter de rondleiding vatten. Als klasopdracht kunnen de SS’ers klassikaal gepresenteerd worden door de leerlingen aan hun medeleerlingen. Je hebt de keuze uit de Belgische SS’ers: - Fernand Wyss - Richard De Bodt - Eugène Raes - Marcel De Saffel - Robert Baele Maar tevens kan gebruik gemaakt worden van enkele Duitse SS’ers: - Philipp Schmitt - Arthur Prauss - Johann Kantschuster Eventueel kan ook geput worden uit de getuigenissen van de overlevenden (zie www.getuigen.be)
  • 28. 26 SPOREN VAN HERINNERING VARIA Nationaal Gedenkteken van het Fort van Breendonk Brandstraat 57 B-2830 WILLEBROEK Openingsuren: Het Fort van Breendonk is zeven dagen op zeven open - van 1 september t.e.m. 30 juni: 09u30 – 17u30 (laatste toegang: 16u30) - van 1 juli t.e.m. 31 augustus: 10u00 – 18u00 (laatste toegang: 17u00) Het Fort van Breendonk is gesloten op: - 1 januari, 24 en 25 december - de dag van de jaarlijkse bede- vaart (gewoonlijk een woensdag in de tweede helft van september) Toegangsprijzen: - € 11: individueel - € 10: 6 tot 18 jaar, 65-plussers (op vertoon van identiteitskaart), stu- denten (op vertoon van studen- tenkaart) en groep vanaf 10 per- sonen buiten schoolverband. - € 4: leerlingen in schoolverband, begeleid door de leerkracht(e) [reservatie gids is verplicht] Betalingsmogelijkheden: Contant, Visa of Bancontact Pedagogische ondersteuning: - Audiogids: individuele bezoekers krijgen een audiogids mee. - Gidsbeurt: gegidste bezoeken vereisen een reservatie. Een gids (één gids per groep van maximum dertig personen) dient minstens een week op voorhand geboekt worden via de reservatiedienst. Telefoon: +32 (0)3/860.75.24 E-mail: booking@breendonk.be Internet: http://www.breendonk.be/NL/in- dex.asp?ID=Reservation Bereikbaarheid: - met de wagen of bus: het Fort van Breendonk is bereikbaar via de autosnelwegen A12 of E17. Er is mogelijkheid tot parkeren voor het onthaal (privé-wagens en bus- sen). De parking is gratis. Het Gedenkteken beschikt over twee voorbehouden parkeer- plaatsen voor mindervalide perso- nen (gelieve u bij de balie te mel- den). - met de trein: het station van Wil- lebroek ligt op 20 minuten wandel- afstand. Raadpleeg www.nmbs.be - met de openbare bus: de dichtst bijgelegen bushalte is ‘Willebroek- Fort Breendonk’. Raadpleeg www.delijn.be Seminaries voor zelfgidsen: Indien er voldoende aanmeldin- gen zijn, dan organiseert het Fort van Breendonk een seminariedag voor leerkrachten, zodat ze hun klas zelf kunnen gidsen. Contac- teer voor meer informatie de reser- vatiedienst. Tentoonstellingen: Vanaf het najaar van 2017 be- schikt het Nationaal Gedenkteken over een vernieuwde interactieve zaal “Ik ben geen nummer” met ge-update informatie over alle ge- vangenen van het Auffanglager. Daarnaast openen er twee ruimtes van de Jodenbarakken met gede- tailleerde informatie over de Shoah en het lot van de Joodse gevangenen die in het fort opge- sloten werden. Tot slot staat er vanaf dan een nieuw herdenkings- bord op de executieplaats, met daarnaast nog een fotogalerij van de in het fort overleden gevange- nen. De vzw Auschwitz in Gedachtenis biedt tevens reizende tentoonstel- lingen aan die door een school geleend kunnen worden. Voor meer informatie, contacteer: georges.boschloos@auschwitz.be Een paar praktische tips
  • 29. 27 Een conferentie ter voorbereiding van een bezoek De gemotiveerde leerkracht(e) kan ter voorbereiding van een bezoek aan een (concentra- tie)kamp, zoals bij voorbeeld aan het voormalige Auffanglager Breendonk, de hulp inroepen van de vzw Auschwitz in Gedachte- nis. Zij biedt kosteloos conferen- ties aan ter voorbereiding van dergelijk bezoek. Een medewer- ker komt, op maat van de leer- lingen, een lezing geven die het bezoek een sterke achtergrond geeft. De vzw Auschwitz in Gedachtenis biedt meerdere klasconferenties aan, maar twee komen in aan- merking voor een bezoek aan het Fort van Breendonk: 1) De Shoah in België 2) Concentratiekamp versus moordcentrum, een wereld van verschil. Practische informatie: Contact info@auschwitz.be Prijs Kosteloos (zowel de conferentie als de verplaatsingskosten) Duur 2 lesuren (liefst blokuren) Didactische tool PowerPointpresentatie Conferenties bereiden hedendaagse leerlingen voor op een bezoek aan het voormalige Auffanglager Breendonk. Voorbereide leerlingen kunnen makkelijker de onderliggende betekenis achter de in Breendonk begane gruweldaden vatten.
  • 30. SPOREN VAN HERINNERING28 vzw Auschwitz in Gedachtenis Stichting Auschwitz Wolstraat 17/Bus 50 - 1000 Brussel Tel.: 02/5127998 Fax: 02/5125884 info@auschwitz.be www.auschwitz.be CONTACTGEGEVENS Eindredactie: Henri Goldberg Hoofdredactie: Frédéric Crahay, Johan Puttemans Redactiesecretaris: Georges Boschloos Redactiecomité: Dirk Lagast, Marjan Verplancke, Dimitri Roden, Yves Monin, Jean Cardoen Graficus: Georges Boschloos Drukker: EVM Print Met steun van: varia Bibliografie & Internetsites P. Buch, R. Linthout, F. Selleslagh, Breendonk, het begin, Studie- en Documentatiecentrum Oorlog en Hedendaagse Maatschappij (SOMA), 1997. James M. Deem, De gevangenen van Breendonk. Persoonlijke getuigenissen uit een SS-kamp, Horizon, 2015. Patrick Nefors, Breendonk 1940 – 1945 De geschiedenis, De Standaard, 2004. Frans Fischer, De hel van Breendonk, herinneringen, Labor, 1945. Edgard Marbaix, Breendonk de dood, De Myttenaere, 1944. Israel J. Rosengarten, Overleven. Relaas van een zestienjarige Joodse Antwerpenaar. Breendonk, Auschwitz III, Buchenwald, C. De Vries- Brouwers, 1996. Victor Trido, Het kamp van den sluipenden dood, Breendonk, Dupuis, 1944. Jos Vander Velpen, En wat deed mijn eigen volk? Breendonk, een kroniek, EPO, 2003. Mark Van den Wijngaert, Tine Jorissen, Dimitri Roden, Auffanglager Breendonk 1940 - 1944: de gevangenen van Breendonk; gedenkboek, National Gedenkteken van het Fort van Breendonk, 2012. H. Verreydt, Uit het dossier Breendonk, NKB Vlaams Brabant, 1996. www.breendonk.be www.jamesdeem.com www.getuigen.be https://www.ushmm.org/wlc/en/article.php?ModuleId=10005423 Hoewel ontstaan aan het begin van de 20ste eeuw als onderdeel van de militaire verdedigingsgor- del rond Antwerpen, is het fort van Breendonk vooral bekend gewor- den vanwege zijn gebruik door de Duitse bezetter als gevangenen- kamp voor Joden en politieke ge- vangenen. Via tal van activiteiten helpt de vzw Vrienden van Fort Breendonk mee aan het in stand houden en promoten van deze belangrijke historische site in bin- nen- en buitenland en dit met bij- zondere aandacht voor zijn actu- ele betekenis. Wenst u ons te steu- nen in het uitvoeren van deze belangrijke missie, word dan Vriend(in) en geniet van voorde- len op de activiteiten van onze vereniging! Kijk voor meer info op onze website of neem contact op via vrienden.amis@breendonk.be www.vriendenfortbreendonk.be Alle foto’s: ©Vzw Auschwitz in Gedachtenis/Georges Boschloos (behalve waar anders vermeld)
  • 31. 3Nr 25 - SEPTEMBER 2017 Boekvoorstelling op 19 november 2017: Tadeusz Pankiewicz Apotheker in het getto van Krakau Rony R. Boonen Info: georges.boschloos@auschwitz.be Op dinsdag 28 november 2017 or- ganiseren onderzoeksgroepen CLIV (Centrum voor Literatuur in Vertaling – UGent en VUB), CERES (Centre for Reception Studies – KU Leuven) en CMSI (Cultural Me- mory Studies Initiative – UGent) sa- men met de Stichting Auschwitz een symposium over ‘Getuigenis in vertaling’. Het symposium zal plaatsvinden aan de vakgroep Vertalen, Tolken en Communica- tie van de Universiteit Gent, en verloopt deels in het Nederlands en deels in het Frans. Het opzet van deze dag is om het belang, de impact en de ethische dimensie van vertaling te onder- zoeken voor literaire en niet-lite- raire getuigenissen uit de 20e en 21e eeuw. Er is aandacht voor narratieven van vlucht en verdrij- ving in de context van oorlog of etnische zuivering, slavernij, poli- tieke gevangenschap onder dic- taturen, en onderdrukking in post- koloniale contexten. Symposium Getuigen in vertaling Studiereis In het Spoor van de Shoah in Polen Vzw Auschwitz in Gedachtenis pakt sinds 2014 uit met een unieke studiereis: gedurende 8 dagen trekken wij van de voormalige getto’s in Po- len, langsheen de deportatieplek- ken, naar de uitroeiingscentra waar de Shoah zijn volledige be- tekenis krijgt. Deze studiereis die doorgaat van 6 tot 13 augustus 2018 is op een logische en chro- nologische wijze opgebouwd en wordt ondersteund door talrijke kaarten, archieffoto’s en getuige- nissen. De groepen zijn beperkt tot 25 deelnemers. Inschrijven kan tot eind november. Info en (gratis) inschrijven: Anneleen.Spiessens@UGent.be Info: georges.boschloos@auschwitz.be Tadeusz Pankiewicz (1908-1993) werd, als Poolse staatsburger en apotheker, vanaf de eerste dag van de oprichting van het getto de enige niet-Joodse inwoner er- van. Aanvankelijk slaagde hij erin om aan de aandacht van de nazi’s te ontsnappen, maar later wilde de bezetter, hem met alle macht uit het getto verwijderen. Als eigenaar van de apotheek deed hij dan ook alles wat in zijn macht lag om de beslissingen van de Duitse overheid steeds op- nieuw uit te stellen. Hij slaagde in zijn opzet en was dus al die tijd ge- tuige van de meest gruwelijke mis- daden tegen de weerloze Joodse bevolking. Samen met zijn mede- werksters Irena, Helena en Aurelia stond hij dag én nacht ten dienste van de lijdende Joodse bevol- king. In alle stilte schreef hij wat al- les op wat er in het getto ge- beurde: de razzia ’s of Aktionen, de vernederingen, de misdaden tegen de menselijkheid en de dagdagelijkse strijd om te overle- ven. Nauwkeurig noteerde hij de namen van de collaborateurs, de verraders en de opportunistische medewerkers van de nazi’s, van de slachtoffers en van hun beu- len. In 1947 schreef hij zijn herinne- ringen op. In het getto was de apotheek uitgegroeid tot een écht toevluchtsoord waar de be- woners dag en nacht hun verhaal kwijt konden. Vele slachtoffers hebben er dan ook bij hem op aangedrongen om hun kroniek op te schrijven, om te getuigen van wat er allemaal was gebeurd. Voor dit boek slaagde de auteur erin nog enkele laatste getuigen over Tadeusz te interviewen.
  • 32. SPOREN VAN HERINNERING - nr 25 - SEPTEMBER 20174 vzw Auschwitz in Gedachtenis Stichting Auschwitz Wolstraat 17/Bus 50 - 1000 Brussel Tel.: 02/5127998 Fax: 02/5125884 info@auschwitz.be www.auschwitz.be CONTACTGEGEVENS Eindredactie: Henri Goldberg Hoofdredactie: Frédéric Crahay, Johan Puttemans Redactiesecretaris: Georges Boschloos Redactiecomité: Dirk Lagast, Marjan Verplancke, Dimitri Roden, Yves Monin, Jean Cardoen Graficus: Georges Boschloos Drukker: EVM Print Met steun van: varia Sinds 1 mei 2017 maakt het natio- naal Gedenkteken van het Fort van Breendonk deel uit van het War Heritage Institute. Het War Heritage Institute (WHI) heeft als missie het valoriseren van het Bel- gische militaire erfgoed en de her- innering aan de gewapende con- icten op Belgisch grondgebied of die conicten met inzet van Belgen in het buitenland. Deze missie houdt het beheer, het ver- werven en de restauratie van col- lectiestukken, documenten en im- materiële getuigenissen in voor de periode vanaf de middeleeu- wen tot heden. Het WHI beheert en coördineert een netwerk van uitzonderlijke musea en militaire si- tes. Het WHI staat voor een multi- disciplinaire interpretatie door deze sites te kaderen in hun mili- taire, politieke, technologische, economische, sociale en cultu- rele context. Bij deze missie hoort eveneens het doorgeven van de herinnering aan deze gewa- pende conicten via creatieve en stimulerende initiatieven gericht op verschillende doelgroepen. Tot slot voert het WHI op interna- tionaal niveau wetenschappelijk onderzoek naar militaire geschie- denis en erfgoed. Vormingsdag voor leerkrachten Meer info op: www.warheritage.be Tijdens deze kosteloze stu- diedag wordt ingegaan op de techniciteit van de Shoah. In detail wordt het geheel van de gruwelda- den ontleed zodat leer- krachten, ongeacht welk vak ze onderwijzen en ge- wapend met technische ar- gumenten, lessen en soms moeilijke klasdiscussies kun- nen trotseren aangaande de judeocide. Meer info: johan.puttemans@auschwitz.be