1. MC Next 2012
For CAD and Revit
Randolf Römer – MOUS Software B.V.
Please view in slide show mode !
2. Overzicht
BIM is hèt begrip in 2012
– Gebouwen en installaties worden niet meer zomaar getekend
in bijvoorbeeld AutoCAD, maar in 3D gemodelleerd met
programma’s zoals Revit.
– Met de nieuwste 2012-versies van MC Start en MC Next is er
nu ook een uitvoering die behalve voor CAD ook voor Revit
geschikt is.
– Bij de Revit-uitvoeringen wordt er een zogenaamde plug-in
geïnstalleerd waarmee binnen Revit de meeste functies zoals
we die kennen van MC Start en MC Next voor CAD
beschikbaar zijn.
– Met MC Next voor CAD en Revit kunnen ook in AutoCAD 3D
modellen die vanuit Revit komen beter ‘bewerkt’ worden.
3. Belangrijkste verbeteringen
Autodesk® Revit® 2012 support
– Autodesk® Revit® Architecture 2012, Autodesk® Revit®
Structure 2012 en Autodesk® Revit® MEP 2012 support
– Plug-in beschikbaar binnen Revit met de meeste functies zoals
we die kennen
5. Belangrijkste verbeteringen
Trimble® Field Link support
– Trimble Field Link for Structures & Trimble Field Link for MEP
– Import / Export Trimble TFL- en MEP bestanden
– Export DXF / DWG achtergrond bestanden in 2D & 3D
7. Coderen
Automatisch tekenen met behulp van codelijst
en DXF template
• Codelijst bestand (.fcl)
• Bevat alle type codes
• Geassocieerd DXF Template bestand (.dxf)
• Bevat lagen- en blocknamen
8. Coderen
Er zijn drie type
codes:
– Lijn codes
– Symbool codes
– Control codes
11. Coderen
Een Control Code geeft aan hoe een code
geimplementeerd dient te worden:
Acties zijn:
B (Begin lijn)
E (Einde lijn)
CLS (Sluit lijn)
BC (Begin curve)
EC (Einde curve)
RECT (Rechthoek)
…
38. DTM
Boundary / Grens
– Boundary is een gesloten polygoon en limiteert het
gebied van een model (Trim).
Selectie via codering of handmatig
Breaklijnen
– Breaklijnen forceren de triangulatie om langs de
breaklijn te lopen; driehoeken doorkruisen een
breaklijn niet (nauwkeurige vorm van een model)
Selectie via codering of handmatig
Contourlijnen
– Contourlijnen geven een grafische weergave van
hoogte verschillen in een model
Contour Interval
Index Contour Frequentie
41. DTM – Volume verschil
1. Definieer een grens voor het betreffende gebied
42. DTM – Volume verschil
1. Trim het originele model d.m.v. deze grens
43. DTM – Volume verschil
1. Bereken het volume van dit gedeelte ten opzichte
van een geschikte waterpasvlak hoogte (volume 1)
44. DTM – Volume verschil
1. Creeer het tweede model m.b.v. de punten van de
eindmeting. Trim het nieuwe model met dezelfde
grenspunten, welke is gebruikt voor volume 1.
45. DTM – Volume verschil
1. Bereken het volume tussen dezelfde waterpasvlak
hoogte - welke is gebruikt bij het eerste model - en
het nieuwe model (volume 2).
46. DTM – Volume verschil
1. Het volume verschil is nu: volume 2 – volume 1.