SlideShare a Scribd company logo
1 of 3
Klas 2
woordsoorten
Oefening A
Kies uit: znw / lw / bnw / vz / pers.vnw / hww / zww / bez.vnw / wederkerend vnw / wederkerig vnw / vr.vnw
/ aanw.vnw / betr.vnw / onb.vnw
1. De schoenen die jij hebt uitgezocht, zijn uitverkocht.
2. Het tafeltje dat bij het raam staat, is voor jullie gereserveerd.
3. Niemand vertelde hem dat iedereen iets moet meenemen.
4. Wat bedoelde je met die vraag?
5. De cola van dat onbekende merk is niet te drinken.
6. Nicolette komt morgen eten, maar dat weten jullie natuurlijk al.
7. Waarom wil je weten wie ik heb gebeld?
8. Ik heb hem zijn horloge teruggegeven.
9. Zij bewogen zich voorzichtig langs de rand van het bos.
10.Shari kocht niets in die dure zaak.
Antwoorden oefening A
1. Die = betr.vnw / jij = pers.vnw
2. Dat = betr.vnw / jullie = pers.vnw
3. Niemand = onbep.vnw / hem = pers.vnw
4. Wat = vr.vnw / met = vz / die = aanw.vnw
5. Cola = znw / dat = aanw.vnw / onbekende = bvn
6. Nicolette = znw / dat = aanw.vnw / jullie = pers.vnw
7. Wie = vr.vnw / ik = pers.vnw / gebeld = zww
8. Heb = hww / zijn = bez.vnw / teruggegeven = zww
9. Zij = pers.vnw / bewogen = zww / zich = wederkerend / van = vz
10Shari = znw / kocht = zww / niets = onb.vnw / in = vz / die = aanw.vnw /
dure = bvn / zaak = znw

More Related Content

More from Hanneke Boonstra

Presenteren klas twee en klas drie
Presenteren klas twee en klas driePresenteren klas twee en klas drie
Presenteren klas twee en klas drieHanneke Boonstra
 
P pt literatuurgeschiedenis middeleeuwen en gouden eeuw
P pt literatuurgeschiedenis middeleeuwen en gouden eeuwP pt literatuurgeschiedenis middeleeuwen en gouden eeuw
P pt literatuurgeschiedenis middeleeuwen en gouden eeuwHanneke Boonstra
 
P pt werkwoordspelling met link
P pt werkwoordspelling met linkP pt werkwoordspelling met link
P pt werkwoordspelling met linkHanneke Boonstra
 
Werkwoordspelling met link
Werkwoordspelling met linkWerkwoordspelling met link
Werkwoordspelling met linkHanneke Boonstra
 

More from Hanneke Boonstra (7)

P pt taalverzroging
P pt taalverzrogingP pt taalverzroging
P pt taalverzroging
 
Presenteren klas twee en klas drie
Presenteren klas twee en klas driePresenteren klas twee en klas drie
Presenteren klas twee en klas drie
 
Beatrijs+4h+2015
Beatrijs+4h+2015Beatrijs+4h+2015
Beatrijs+4h+2015
 
P pt literatuurgeschiedenis middeleeuwen en gouden eeuw
P pt literatuurgeschiedenis middeleeuwen en gouden eeuwP pt literatuurgeschiedenis middeleeuwen en gouden eeuw
P pt literatuurgeschiedenis middeleeuwen en gouden eeuw
 
P pt werkwoordspelling met link
P pt werkwoordspelling met linkP pt werkwoordspelling met link
P pt werkwoordspelling met link
 
Werkwoordspelling met link
Werkwoordspelling met linkWerkwoordspelling met link
Werkwoordspelling met link
 
P pt samenstellingen
P pt samenstellingenP pt samenstellingen
P pt samenstellingen
 

Ppt slideshare woordsoorten oefeningen

  • 2. Oefening A Kies uit: znw / lw / bnw / vz / pers.vnw / hww / zww / bez.vnw / wederkerend vnw / wederkerig vnw / vr.vnw / aanw.vnw / betr.vnw / onb.vnw 1. De schoenen die jij hebt uitgezocht, zijn uitverkocht. 2. Het tafeltje dat bij het raam staat, is voor jullie gereserveerd. 3. Niemand vertelde hem dat iedereen iets moet meenemen. 4. Wat bedoelde je met die vraag? 5. De cola van dat onbekende merk is niet te drinken. 6. Nicolette komt morgen eten, maar dat weten jullie natuurlijk al. 7. Waarom wil je weten wie ik heb gebeld? 8. Ik heb hem zijn horloge teruggegeven. 9. Zij bewogen zich voorzichtig langs de rand van het bos. 10.Shari kocht niets in die dure zaak.
  • 3. Antwoorden oefening A 1. Die = betr.vnw / jij = pers.vnw 2. Dat = betr.vnw / jullie = pers.vnw 3. Niemand = onbep.vnw / hem = pers.vnw 4. Wat = vr.vnw / met = vz / die = aanw.vnw 5. Cola = znw / dat = aanw.vnw / onbekende = bvn 6. Nicolette = znw / dat = aanw.vnw / jullie = pers.vnw 7. Wie = vr.vnw / ik = pers.vnw / gebeld = zww 8. Heb = hww / zijn = bez.vnw / teruggegeven = zww 9. Zij = pers.vnw / bewogen = zww / zich = wederkerend / van = vz 10Shari = znw / kocht = zww / niets = onb.vnw / in = vz / die = aanw.vnw / dure = bvn / zaak = znw