Stoplichtmethode Een methode om de zelfcontrole te vergroten. (zie: Zelf Instructie Training). Het model van het stoplicht, met de lichten groen, oranje, rood, wordt gebruikt om een bepaalde stemming of keuze aan te geven: Groen licht: het gaat goed, ik kan zelf een keuze maken: “Groen: ik weet wat ik moet doen”. Hier is sprake van ‘we kunnen gewoon verder’, of: de betrokkene is voldoende in staat om zelf verder te kunnen! Oranje licht: de betrokkene voelt zich onzeker, gespannen, geïrriteerd, bozig, angstig, en moet opletten in wat hij kiest: het gaat niet vanzelf, dat betekent: stoppen nu het nog kan en eerst even rustig proberen na te denken: even stil staan, of gaan zitten: “Oranje, wat kan je?” Rood licht: de betrokkene heeft het gevoel dat zij/hij elke controle verloren is: is heel erg boos, of erg verdrietig, of erg bang en kan niet meer voor zichzelf opkomen: nu moet ik hulp gaan halen: direct stoppen, niet meer gaan zitten om na te denken, maar direct hulp gaan halen: “Rood, ik ben in nood”. Deze methode kan op verschillende momenten een rol spelen, bijvoorbeeld binnen een vorm van agressiepyramide. Daarnaast wordt een stoplicht als observatiemodel gebruikt om bepaald gedrag in kaart te brengen: rood als grensoverschrijdend, oranje als alarmgedrag en groen als het goed hanteerbare gedrag. Emotiemeter: Met de emotiemeter kan uw kind aangeven hoe het zich die dag of een bepaald moment voelt. De emoties zijn aangegeven d.m.v. kleur. Op deze manier krijgt u inzicht in de emoties van uw kind en uw kind leert zijn grenzen aangeven en problemen oplossen
Momenteel 250.000 mensen met een vorm van dementie. Voorspellingen geven aan dat dit binnen 40 jaar minstens zal verdubbelen. (Bron: Alzheimer’s Diseases International) Met een gemiddelde levensverwachting van 4 jaar betekend dit jaarlijks 70.000 nieuwe indicaties nu tot 125.000 in 2050.