2. Je bent met de fiets op weg naar school. Het is
examen, dus je bent wat nerveus. Onderweg val je
met je fiets. Je hebt pijnlijke schaafwonden en de
tranen springen in je ogen.
Prikkel: pijn
Receptor: huid
Effector: tranen in je ogen
Conductor: zenuwen
3. Je zit samen met vriendinnen wat te praten. Plots
krijg je een sms van iemand waar je verliefd op
bent. Jouw vriendinnen zijn nieuwsgierig van wie
het sms’je is, want je begint spontaan te blozen en
je glimlacht.
Prikkel: het zien van een persoon
Receptor: ogen
Effector: blozen
Conductor: zenuwen en hormonen
23. A: Kunnen Schwann-cellen verantwoordelijk
zijn voor verlies myeline in centraal
zenuwstelsel?
Nee, Schwann-cellen zijn steuncellen van het
perifeer zenuwstelsel,
24. B: Welke cellen zijn dan wel verantwoordelijk
voor die myelineproductie?
gliacellen, oligodendrocyten
25. C: Welke functies worden door de gliacel op de
figuur uitgevoerd?
Neuronen van voedingstoffen en zuurstofgas
voorzien en verwijderen van afvalstoffen,
26. D: Waaruit leid je al die functies af?
De gliacel heeft uitlopers die in contact staan met
neuronen en met een haarvat.
27. E: Waartoe behoren de stukjes myelineschede
op de figuur?
Ze behoren tot een ander type gliacel dat myeline
rond een axon vormt.