Les 7 en_13_a bron: digischool

1. Cito midden groep 3
Hoeveel bij elkaar in geld en in
materialen en onzichtbare dingen

2. 1 konijn eet 4 wortelen
hoeveel wortelen voor 2 konijnen?

3. 1 konijn eet 2 wortelen
Hoeveel wortelen voor 3 konijnen?

4. Tim heeft 4 zakken met 4 pennen
hoeveel pennen heeft hij?
4 pennen
4 pennen

5. Deze 4 bouwvakkers eten in hun pauze ieder 3
boterhammen.
Hoeveel boterhammen eten zij bij elkaar?
Som:
Antwoord:

6. Tim heeft 3 kisten met 5 ballen
hoeveel ballen heeft hij?
5 ballen
5 ballen

7. Deze 3 kinderen lezen ieder 1 boek.
Hoeveel boeken lezen zij bij elkaar?
Som:
Antwoord:

8. Tim heeft 2 eierdozen met 10 eieren
hoeveel eieren heeft hij?

9. Tim heeft 2 kisten met 5 peren
hoeveel peren heeft hij?
5 peren 5 peren

10. Deze 4 kinderen lezen ieder 2 boek.
Hoeveel boeken lezen zij bij elkaar?
Som:
Antwoord:

11. 1 konijn eet 3 wortelen
hoeveel wortelen voor 2 konijnen?
3

12. Tim heeft 2 kisten met 7 peren
hoeveel peren heeft hij?
7 peren 7 peren

13. Tim heeft 2 zakken met 3 kroppen sla
hoeveel kroppen heeft hij?
3 kroppen
3 kroppen

14. Deze 3 bouwvakkers eten in hun pauze ieder 1
boterham.
Hoeveel boterhammen eten zij bij elkaar?
Som:
Antwoord:

15. 1 kip let 4 eieren
hoeveel eieren leggen 4 kippen?
4

16. 1 konijn eet 3 wortelen
hoeveel wortelen voor 3 konijnen?
3

17. Deze 2 bouwvakkers eten in hun pauze ieder 5
boterhammen.
Hoeveel boterhammen eten zij bij elkaar?
Som:
Antwoord:

18. 1 kip let 2 eieren
hoeveel eieren leggen 6 kippen?
2

19. ijs kost € 3 -,.
Wat kosten 5 ijsjes?
€3

20. Patat kost € 4 -,.
Wat kosten 2 zakken?
€4

21. 1 konijn eet 2 wortelen
hoeveel wortelen voor 5 konijnen?
2

22. 1 konijn eet 5 wortelen
hoeveel wortelen voor 3 konijnen?
5

23. Deze 4 kinderen lezen ieder 2 boeken.
Hoeveel boeken lezen zij bij elkaar?
Som:
Antwoord:

24. Deze 2 bouwvakkers eten in hun pauze ieder 3
boterhammen.
Hoeveel boterhammen eten zij bij elkaar?
Som:
Antwoord:

25. 1 konijn eet 4 wortelen
hoeveel wortelen voor 3 konijnen?
4

26. Patat kost € 6 -,.
Wat kosten 3 zakken?
€6

27. Deze 3 bouwvakkers eten in hun pauze ieder 3
boterhammen.
Hoeveel boterhammen eten zij bij elkaar?
Som:
Antwoord:

28. Patat kost € 2 -,.
Wat kosten 3 zakken?
€2

29. Deze 2 bouwvakkers eten in hun pauze ieder 2
boterhammen.
Hoeveel boterhammen eten zij bij elkaar?
Som:
Antwoord:

30. Deze 4 kinderen lezen ieder 1 boek.
Hoeveel boeken lezen zij bij elkaar?
Som:
Antwoord:

31. ijs kost € 5 -,.
Wat kosten 3 ijsjes?
€5

32. Deze 3 bouwvakkers eten in hun pauze ieder 4
boterhammen.
Hoeveel boterhammen eten zij bij elkaar?
Som:
Antwoord:

33. 1 kip let 5 eieren
hoeveel eieren leggen 2 kippen?
5

34. Deze 3 kinderen lezen ieder 4 boek.
Hoeveel boeken lezen zij bij elkaar?
Som:
Antwoord:

35. Deze 4 bouwvakkers eten in hun pauze ieder 1
boterham.
Hoeveel boterhammen eten zij bij elkaar?
Som:
Antwoord:

36. ijs kost € 3 -,.
Wat kosten 6 ijsjes?
€3

37. 1 kip let 6 eieren
hoeveel eieren leggen 3 kippen?
6

38. Deze 4 kinderen lezen ieder 4 boek.
Hoeveel boeken lezen zij bij elkaar?
Som:
Antwoord: