3. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 3
Wat is een digitale camera?
Een digitale camera is in de eerste plaats een camera:
een toestel om door middel van licht een afbeelding vast te
leggen.
Waar je in de traditionele camera een filmrolletje moet
steken, heeft een digitale camera een ingebouwde beeldsensor
die het werk opknapt.
4. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 4
Er bestaan twee soorten sensoren:
CCD = Charge-Coupled Device
CMOS = Complementary Metal-Oxide Semiconductor
Het verschil zit in licht gevoeligheid. Met een CCD heb je minder
licht nodig om een goede opname te maken. De evolutie staat niet
stil en tegenwoordig vind je in de meeste reflexcamera’s CMOS
sensoren die even goed zijn.
Onthoud dat er een verschil is, maar lig er niet wakker van.
5. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 5
RESOLUTIE
Resolutie : het aantal pixels uitgedrukt t.o.v. een lengtemaat, bijv.
per inch of per cm
De resolutie van een afbeelding wordt gemeten volgens het
aantal pixels die zich bevinden in één inch. Dit heet officieel pixels
per inch (ppi) maar is beter bekend als dots per inch, afgekort
wordt dit dpi.
Een inch is 2,54cm en in het Nederlands ook bekend als een duim.
Een pixel is een klein vierkantje dat één bepaalde kleur kan
hebben. Als u afbeeldingen plaats of importeert in een
layout, bestemd voor drukwerk, moeten deze een resolutie
hebben van 300 dpi.
Pixel : het kleinst mogelijke onderdeel van een digitale
foto, eveneens beeldpunt genoemd, ook al is het eigenlijk een
minuscuul klein vierkantje
Beeldgrootte : het totaal aantal beeldpunten waaruit een
digitale foto is opgebouwd, uitgedrukt in pixels of megapixels
6. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 6
Een inch is een lengtemaat die gelijk is aan 2,54 cm. Anders gezegd
hebben we dus 300 minuscuul kleine puntjes per 2,54 cm nodig om
een mooie print te krijgen.
Omgerekend per centimeter zijn dit dus 300 : 2,54 = 118 pixels/cm
7. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 7
Stel dat u van uw digitale foto's afdrukken van 10 x 15 cm wilt
maken, dan ziet ons rekenvoorbeeldje er als volgt uit:
Ideaal aantal beeldpunten = 118 x 10cm x 118 x 15cm = 2.088.600 pixels
Grofweg gezegd hebben we dus voor een 10 x 15 formaat foto zo'n
2 miljoen pixels of 2 megapixels nodig voor een goede afdruk. U
heeft dus echt geen multimegapixel-kanon nodig als u enkel
foto's in klein formaat wilt afdrukken.
Anders wordt het als u werkt met vergrotingen. We herhalen ons
rekenvoorbeeldje voor een afdruk van 50 x 75 cm:
Ideaal aantal beeldpunten = 118 x 50 x 118 x 75 = 52 megapixels (!)
8. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 8
Een foto van 52 megapixels!?!? Inderdaad, dit is niet
realistisch, want in de praktijk haalt u al goede resultaten voor
prints op 50 x 75 cm met een foto van pakweg 7 megapixels. De
verklaring voor dit verschil zit hem in het feit dat u bij
vergrotingen niet meer met uw neus op de foto zit. In het
algemeen kunnen we stellen dat de kijkafstand gelijk is aan 3
maal de kortste zijde van de foto.
Het is dus niet nodig om bij posters van 50 x 75 cm een resolutie
van 300 ppi te hanteren, de praktijk toont aan dat een waarde van
110 ppi voor dit formaat ook al voldoende is. Ons rekenvoorbeeld
ziet er in dat geval als volgt uit:
(110 : 2,54) x 50 x (110 : 2,54) x 75 = 7 megapixels
43,30 x 50 x 43,30 x 75 =
2165 x 3247 = 7 .030.837 pixels
Bijsnijden
Behalve een foto uitvergroten kan het ook de moeite waard zijn een
deel van een foto te gebruiken. U snijdt dan de foto bij. In feite houdt
u dus een kleinere foto over. Maar dat kleinere deel kunt u
uitvergroot printen, bijvoorbeeld in het normale fotoformaat van
10x15 cm. U neemt genoegen met een mindere kwaliteit print en kiest
voor afdrukken op 200 dpi. Dat betekent dat uw uitsnede minimaal
1170x780 pixels groot moet zijn.
9. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 9
Fotografeert u met een redelijke kwaliteit foto's, bijvoorbeeld
1800x1360 pixels, dan kunt u behoorlijk bijsnijden: zo'n 60% van de
foto.
Opnamekwaliteit: Canon Powershot SX50 HD en SD Kaartje van 8
GIG
Kwalit
eit
Pixel Pixel Pixels JPEG JPEG+Ra
w
S 640 424 271.360 9999 815
M2 1600 1064 1.702.400 9999 780
M1 2816 1880 5.294.080 4900 709
L 4000 2664 10.656.000 2813 640
10. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 10
Verhouding:
Probeert men nu, dit iets kortere formaat met een verhouding van
3 op 4 af te drukken op een vast formaat van 10 bij 15 cm, gebeurt
het volgende:
Wat doet de afdrukcentrale of
11. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 11
alle compact camera's hebben een 4:3 verhouding.
alle reflex camera's hebben een 3:2 verhouding, met uitzondering van
Olympus en Panasonic.
Hoe weet ik wat voor beeldverhouding mijn camera gebruikt?
Dit kun je eenvoudig uitrekenen. Zijn je foto afmetingen bijvoorbeeld
3888x2592? Doe dan een rekensommetje:
3888:2592=1,5. Dit is dezelfde uitkomst als 3:2. (deel het grootste
getal door het kleinste)
Dus... als je de afmetingen door elkaar deelt en de uitkomst is
1,5, dan weet je dat je een 3:2 sensor hebt.
Zijn je foto's bijvoorbeeld 3456x2592? Doe dan dezelfde rekensom:
3456:2592=1,33333333. Dit is de zelfde uitkomst als de som 4:3.
Dus... als je de afmetingen door elkaar deelt en de uitkomst is
1,33333333, dan weet je dat je een 4:3 sensor hebt.
Digitale fotokaders! Opletten voor zelfde fenomeen.
12. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 12
Ratio
16:9
Wordt gebruikt voor de weergave op breedbeeld hdtv’s of vergelijkbare
weergaveapparatuur
3:2
Dezelfde verhouding als 35 mm-film, die wordt gebruikt voor het afdrukken van
beelden op 13x18 cm of briekaartformaat
4:3
Normale verhouding van het camerascherm, die ook wordt gebruikt voor de
weergave op standaard tv’s of voor het afdrukken van afbeeldingen op 9 x 13
cm of diverse A-papierformaten
1:1 Vierkante verhouding
4:5 Verhouding die veel wordt gebruikt voor portretten
13. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 13
Geheugenkaarten:
SD Secure Digital of CF Compact Flash
Onthoudt dat de CF kaarten in professionele
spiegelreflexcamera’s worden gebruikt omwille van de
opslagcapaciteit en de schrijfsnelheid.
Ze zijn ook duurder in aankoop.
Hoeveel jpeg-foto's passen op een geheugenkaart? Dit is
afhankelijk van het aantal megapixels van de foto, de mate van
compressie en de gedetailleerdheid van het onderwerp op de
foto. Filmen in HD kost ongeveer 1GB per 5 minuten. Filmen in SD
ongeveer I GB per kwartier.
14. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 14
Kadreren of Compositie
Elke foto die we nemen dient gekadreerd te worden. Met kadreren
bedoelen we een compositie maken van het beeld. Belangrijke
voorwerpen of personen, positioneren we op welbepaalde plaatsen
in ons totaalbeeld. Hier zoals beloofd de tips daaromtrent. We gaan
een heel simpel doorkijkje maken met de bedoeling om, op
voorhand te kunnen zien hoe de opname er zal uitzien vooraleer deze
op het LCD-scherm verschijnt. Voordeel, minder uitknippen en betere
resultaten.
15. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 15
Een voorbeeld maakt alles duidelijk, en is toepasbaar op elk onderwerp. Bij dit
landschap, is een klassieke fout gemaakt. De horizonlijn is in het midden van het beeld
geplaatst ! Dus niet volgens de regels van de sterke lijnen en punten.
16. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 16
Als je nu het beeld binnen het kader bekijkt zie je welke andere
mogelijkheden naar het voorplan treden !
17. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 17
Portretfotografie
Bij het kadreren van personen is de meest voorkomende fout dat die personen niet de
nodige ruimte krijgen op de juiste plaats.
Door het goed bestuderen van het portret vertelt dit ons zelf wel hoe we moeten
kadreren. Daar Katrien hier naar rechts kijkt geven we haar ook meer ruimte rechts.
Hetzelfde principe passen we ook
toe bij opnames van bewegende
voorwerpen, bv auto's fietsen dieren
enz.
18. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 18
Flitsen
Wat je moet weten:
Een flits is een zeer korte impuls licht tegen meestal een snelheid
van 1/1000ste van een seconde of korter.
Lange of korte sluitertijd heeft geen invloed op de hoeveelheid
flitslicht die in de foto te zien is, aangezien flitslicht altijd even
kort is.
Sfeerlicht (omgevingslicht) is altijd aanwezig en gaat dus wel
beïnvloed worden door sluitertijd (hoe langer de belichtingstijd
(sluitertijd), hoe meer sfeerlicht er in de camera binnenkomt)
Een veel gemaakte fout
Alle digitale camera’s hebben een kleine ingebouwde flitser. Die is
bedoeld voor gebruik in kleine ruimtes zoals thuis of voor buiten
bijflitsen op korte afstand. Maar je ziet die flitsjes natuurlijk
ook automatisch afgaan in gigantische kathedralen of
sportarena’s. Daar haalt dat druppeltje licht natuurlijk niets
uit, maar het veroorzaakt zelfs sterke onderbelichting omdat de
sluiter van de camera automatisch op 1/60 s wordt gezet.
19. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 19
Opname met gebruik van
automatische flits, klein
flitsbereik
Opname zonder gebruik
van flits, met hoge
ISO-waarde
21. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 21
Dus: automatisch flitsen uitschakelen en camera steunen en dan maar
het beste ervan hopen. Een statief maakt dan de kans op een goede
opname heel wat groter, maar soms kun je de camera gewoon
neerzetten en op zelfontspanner instellen.Het bereik van de flitser op je compact camera is ongeveer 30
cm tot 5 meter.
Je kan het bereik van je flitser ook nog op andere manieren
beïnvloeden. Door de gevoeligheidswaarde - het best 400 ISO -
op te drijven, vergroot je het bereik. Daarnaast is het
aangeraden om het zoekerbeeld zoveel mogelijk te vullen met
het onderwerp, omdat de lichtmeter in de camera de flitser
Camera met ingebouwde flits.
Camera met een externe flitser.
22. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 22
Fotograferen met aanwezig licht Fotograferen met flits
Voordelen Nadelen Voordelen Nadelen
Sfeer blijft
behouden
Aanwezig licht kan
kleurzweem
opleveren, bv
kaarslicht
Je werkt met korte
sluitertijden, geen
statief nodig
Het flitsbereik is
meestal klein
Minder opvallend
fotograferen
Bij voldoende licht:
verplicht te werken
met een groot
diafragma, kleine
scherpte diepte
Neutrale kleur van
de foto, geen
opvallende
kleurzweem
De sfeer gaat
verloren
Fotografische
effecten creëren
zoals bewegings-
onscherpte /
meebewe-gen
Bij voldoende licht:
lange sluitertijden
en bekom je
bewegingsonscherpt
e
Geen ongewenste
bewegingsonscherpt
e, de beweging
wordt bevroren
Storende
reflecties, harde
schaduwen
23. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 23
5 tips voor betere foto’s
tip 1: wordt kieskeuriger
Ik denk dat het heel herkenbaar is, je schiet gewoon wat foto’s en hoopt dat er wat
tussen zit. Dit is wat mij betreft het grootste euvel van het digitale tijdperk. Onze
kaartjes zijn toch groot genoeg. Vaak is de kwaliteit dan teleurstellend.
tip 2: maak gebruik van contrast
Niet alleen contrast in kleuren maar in het onderwerp op zich. Mooi versus
lelijk, zwart versus wit, rommel versus opgeruimd.
tip 3: Verander je perspectief
Gaan eens door je knieën, ga eens op de grond liggen of zoek het eens hoger op. Je zult
verbaasd staan hoe meer je uit je foto’s haalt dan.
tip 4: Gebruik diepte
Probeer je foto diepte te geven door lijnen, scherp, onscherp te gebruiken. Je zult zien
dat je dan meer wow-factor in je foto krijgt.
tip 5: Balans
Neem eens de tijd en kijk eens wat langer naar je onderwerp. Kijk eens hoe je het in
beeld kunt plaatsen en betere balans in je foto kunt vinden. Dit houdt overigens niet in
dat je alles maar in het midden moet plaatsen, maak gebruik van de regel van derde.
27. Digitale fotografie
Bibliotheek Maaseik 24-04-2013 VV 27
Hoe kleiner het getal, hoe groter het diafragma(opening), hoe kleiner de
scherpte diepte
Hoe groter het getal, hoe kleiner het diafragma, hoe groter de
scherptediepte